LEIDSGH DAItELAD, 21? Mai. Taraada Blad.
BANG.
ooeoooooooco
Anno 1©11.
jTo. 15*725.
progressief of verhoogd seboolgeld
aan de H. B. S. voor 32elsjes*
In de gemeenteraadsvergaderingen van 19
en 26 Januari j.l. werden de onzen lezers
bekende i vorstellen van de heeren Van
der Ëlst, Sijtsma en Fokker en van de hee-
ren Meulem&n en Vergouwen, welke voor
stellen beide invoering van een progressief
schoolgeld n-an de Hoogere Burgerschck)l
voor Meisjes beoogen, in handen van B.
en Ws. gesteld ter fine van praeadvies.
Na ernstige overweging zijn zij tot de
overtuiging gekomen, dat een" beslissing
over die voorstellen niet moet worden ge
nomen, alvorens door'den Raad principieel
js uitgemaakt, of aan de H. B.-S. voor
Meisjès een progressief schoolgeld zal wor
den ingevoerd.
De redenen, waarom zulks naar hun oor
deel gewenscht is, zijn de volgende.
In hun college heerscht omtrent de vraag,
of al dan niet tot het vaststellen van een
progressief schoolgeld aan.de H. B.-S.
voor Meisjes moet worden besloten, geen
eenstemmigheid. De meerderheid is ten
sterkste gekant tegen het invoeren van
progressie; de minderheid is er voot. Doch
terwijl het eene lid der minderheid zich
met een der ingediende voorstellen kan
vereenigen, is dit bij het andere lid geens
zins het- geval.
Maar er is meer, zeggen B. en Ws.
in hun praeadvies waarom het aanbeve
ling verdient, dat in de gegeven omstandig
heden" met dadelijk een concreet voorstel,
ivaarin progressie belichaamd is, wordt
aangenomen.
De verordening, regelende de heffing van
de schoolgelden aan het Gymnasium, de
Hoogere Burgerscool voor Jongens en de
Hoogere Burgersohool voor Meisjes ig na
de jongste daarin ten opzichte van h'et
schoolgeld voor de z.g. buitenleerlingen
Ide H. B.-S. voor Jongens aangebrachte
wijziging nogal ingewikkeld geworden.
Mocht nu worden besloten artikel 2 dier
verordening te wijzigen op de in een van
beide voorstellen aangegeven wijze, dan
yreezen zij, dat de verordening vrijwel on
verstaanbaar zal worden en tot allerlei mis
vattingen aanleiding zal geven.
Bij invoering van een voorstel tot pro-
gresieve schoolgeldheffing aan de H. B.-S.
voor Meisjes in den geest van de ingedien
de voorstellen zal daarom tot een algeheel©
omwerking der verordening moeten wor
den overgegaan. Het schoolgeld aan het
Gymnasium, de H. B.-S. voor Jongens en
de H. B.-S. voor Meisjes zal voor ieder
dier inrichtingen in een afzondelijk artikel
geregeld moeten worden.
Bovendien zal ook in het bestaande ar
tikel 3 geregelde schoolgeld voor de bijwo
ning van de lessen in enkele vakken aan de
H. B.-S. voor Meisjes niet onveranderd
kunnen blijven bij invoering van progressie
iuin die school.
Eindelijk kleven aan de béide voorstellen
'og verschillende andere gebreken van
fcdactioneelen aard, die het wenschelijk
maken, ook al kan men zich met de strek
king van een van böide voorstellen vereeni
gen, niet tot onveranderde aanneming over
ie gaan.
Hebben B. en Ws. in het voorafgaande
medegedeeld, waarom hun collego van mee
ting is, dat de kwestie progressie of geen
progressie vooraf in principe beslist moet
worden, alvorens tot behandeling der inge
diende voorstellen kan worden overgegaan,
'daarna geven zij een uiteenzetting van het
standpunt, door de meerderheid en de min
derheid van hun college ingenomen ten op-
riohte van de principieele vraag, of tot in
voering van progressief schoolgeld aan de
H. B.-S. voor Meisjes al dan niet behoort
ie worden overgegaan.
De meerderheid heeft, zooals reeds met
jëen enkel woord is opgemerkt, ernstig be
swaar tegen progressie, zij het ook, dat de
argumenten, voor deze opinie door de
meerderheid aangevoerd, voor alle leden,
ie haar vormen, niet dezelfde zijn.
Zij komen op het volgende neer.
Hoe men de progressie ook regelt, welke
lohaal men aanneemt, steeds zal dit geheel j
Op het oogenblik, dat Diana, de jeenige
jïochter van bankier Hardor, uit het hek
jtan hét park kwam, wierpen twee men-,
jlchen zich op haar en sleepten haar mede,-
iimcLu.ks haar kreten en haar tegenstand,
ilpt aan een automobiel die honderd meters
Jèrdcr stond, gereed om te vertrekken,
jfèmand stapte er uit met 'den hoed in de
fend. Zij herkende Philip de Morvins, die
jfcet gemaakte beleefdheid tot haar sprak
t.l rcule, sedert vier maanden maak ik u
Ifrouw het hof. Ik geloof, dat ik u niet
tiishaag; maar ik lieb er geen zekerheid
tan kunnen krijgen, omdat u altijd ont-
frapt aan de zeer duidelijke vraag, die
u doen wil. Daarom heb ik dit eenigs-
hns bijzondere middel bedacht- om een
fentwoord te' verkrijgen. Freule, tvilt u mij
fe ccr gunnen van uw hand?"
Diana trilde en met een gebaar vol ver-
pnuvaardiging mompelde zij eenige woor-
^r' en zweeg toen. Hij hernam: T,Mis-
lchien hindert u de tegenwoordigheid van
fc'jn beide vriendenverlangt u, dat zij
Wcngaan
1 Zij bleef zwijgen.
••Wij zullen moeite hebben elkaar té ver-,
titaan,- freule 1 U. wilt zeker nog wat naden-
en. voordat u zoo'n ernstig besluit neemt.
f- ik verbind mij u in acht en veertig
ftiet te ondervragen. Maar u zult het
willekeurig geschieden. Do billijkheid is nu
eenmaal door progressie niet te bereiken,
ja zelfs kan progressie juist tot onbillijk
heid lijden. Stel n.L het geval, dat van
iemand met een groot inkomen en die te
vens in het bezit is van een groot aantal
kinderen, een hooger schoolgeld wordt ge
heven dan van een ander, die een kleiner
inkomen heeft en slechts weinig kinderen,
dan kan dit toch zeer onbillijke gevolgen
hebben;
Men moet het onderwijs bok niet zoo
duur maken. Er is geen enkele reden, waar
om het schoolgeld niet voor r.llen gelijk kan
zijn, nu door progressie de billijkheid toch
met kan worden bereikt. En kost het on
derwijs meer dan aan schoolgeld wordt
ontvangen, dan kan dat meerdere over aUe
belastingbetalende burgers worden omge
slagen, aangezien het een algemeen belang
is, dat in een gemeente goed en niet te
duur onderwijs wordt gegeven.
Ook ziet de meerderheid niet lq, waarom
nu juist aan de H- B.-S. voor Meisjes een
progressief schoolgeld moet worden geheven.
Een gevolg hiervan zal zijn, men bolioeft
etr geen oogenblik aan te twijfelen, dat het
aantal leerlingen belangrijk daalt. De ouders
van vele leerlingen, die de H. B.-S. voor
Meisjes plegen te bezoeken, zijn toch wer
kelijk niet zoo gefortuneerd, dat een hoo
ger schoolgeld zonder bezwaar door hen kan
worden betaald. Velen zullen dus genood
zaakt zijn hun kinderen van de school te
nemen en de mogelijkheid is daarom geens
zins uitgesloten, dat men in plaat» van een
hoogere, een lagere opbrengst aan school
geld zal krijgen. Men telle dit vooral niet
te liclit, want op deze wijze zou een school,
die naar veler oordeel ii» een werkelijke
behoefte der burgerij voorziet, langzaam
maar zeker te gronde gaan-
Doch ook al dóet zich dit geval niet voor
en kan men niettegenstaande de daling van
het aantal leerlingen van een hooger op
brengst verzekerd zijn, ook dan nog geeft
de meerderheid er de voorkeur aan weinig
van velen boven voel van weinigen te krij
gen. Immers hoe meer kinderen van het on
derwijs profiteeren, hoe beter de school aan
haar doel zal beantwoorden-
Eindelijk is er naar het oordeel der meer
derheid nog een bezwaar aan de invoering
van een progressief schoolgeld verbonden,,
zij het ook een indirect bezwaar, hierin
bestaande, dat de ontduiking van de inkom
stenbelasting er door in de hand zal worden
gewerkt, doordat men dan bij te lagen aan
slag niet alleen minder inkomstenbelasting
behoeft te betalen, doch bovendien met be
taling van een lager schoolgeld kan volstaan-
Do minderheid is van een geheel tegenover
gesteld gevoelen. Zij ziet niot in, waarom
het schoolgeld zoo laag moet zijn en groe
tend eels ten laste moet komen van alle be
lasting betalende burgers. Naar haar oor
deel is er dan ook geen enkele reden, waar
om het schoolgeld aan de H. B.-S. voor
Meisjes "niet op oen. hooger bedrag kan wor
den gesteld. In andere plaatsen, bijv. in
Den Haag, betalen de ouders veel hooger
schoolgeld voor hun kinderen dan hier, zelfs
voor het lager onderwijs; voor belangrijke
daling van het aantal leerlingen behoeft men
dus niet zoo bevreesd to zijn.
Bovendien is de H- B.-S. voot Meisjes een
luxeschool, die niet op één lijn kan wor
den gesteld met de H. B.-S. voor Jongens.
Al bestaat dan ook op laatstgenoemde school
geen progressief schoolgeld, dit is nog geen
reden, om dit nu ook na te laten ten op
zichte van de H. B.-S. voot Meisjes. Op
deze school wordt onderwijs gegeven, waar
toe het Rijk de gemeente niet verplicht en
deze school is ook niet in hot genot van
Rijkssubsidie. Verhooging van het school
geld boven het bedrag, dat aan de H. B.-S.
voor Jongens geheven wordt, is dus alles
zins gewettigd.
Natuurlijk wordt door invoering van pro
gressie onbillijkheid niet geheel en al op
geheven, doch dat zij er door wordt vermin
derd zal toch moeilijk kunnen worden te
gengesproken.
En wat ten slotte de vrees van de meer
derheid betreft, dat door het invoeren der
progressie belastingontduiking zal worden in
de hand gewerkt, die vrees kan de minder
heid niet deelen. De klassen zijn bij de
j schoolgeldheffing veel geringer in aantal dan
begrijpelijk vinden, dat ik u aan eiken ver
keerden invloed onttrek, eai ik verzoek u,
paij die twee dagen te vergezellen."
Zij zag hem aan zonder te begrijpen, hem
niet willende begrijpen.
Eenigszins verbluft door haar blik, voeg
de hij er bij: „O,- wees niet bang! Mijn
vrienden zullen zoo onbescheiden niet zijn
bet ons lastig te maken, 't Is mij voldoen
de, dat zij in geval van nood kunnen ge
tuigen, dat dit uitstapje geheel met uw
toestemming plaats heeft. Als het u niet be
valt, behoeft u me slechts de hand te geven,
die ik u vraag."
Zij haalde de schouders op. Hij boog
zich.
Het gescSaiede volgens uw wil, freule."
Onmiddellijk werd zij aangegrepen, opge
licht, neergeploft op de zitbank en aan de
rugleuning gebonden met een riem. Deze
aanval verblufte haar; zij had niet gedacht,
dat hij de brutaliteit zou hebben, de din
gen tot dit uiterste door te voeren, en hij
had al den tijd zijn voertuig aan den gang
té brengen,- en naast haar te komen zitfën,
zonder dat zij protesteerde. Maar nauwe
lijks waren zij onderweg, of zij riep om hulp.
Nu haalde hij op zijn beurt de schouders op-
7,Waar diélit het toe? Zelfs als wij mem
schen tegenkwamen en men u hoorde,-
denkt u dan nog, dat zoo iets me zou doen
stilstaan?"
Zij zweeg en sprak later met doffe stem
7,U is een lafaard I En u loog, toen u zoo-;
éven tegenover uw vrienden be weerde t, dat
g mijn antwoord niet hoorde; reeds twia-
bij de inkomstenbelasting en dus het ver
schil tussclien de eene categorie en de andere
veel grootcr. Belastingontduiking zal dus
door invoering van progressief schoolgeld
op de H. B.-S. voor Meisjes niet, of al
thans in hoogst geringe mate toenemen-
De meerderheid acht zich door het bo
staande niet overtuigd. Vergelijking met
Den Haag gaat niet op. Daar zijnvelen nu
eenmaal bereid meer schoolgeld te betalen
dan hier, omdat zij daar liever wonen. Gaat
men hier het schoolgeld belangrijk ver-
hoógen, en dat zal bij invoering van pro
gressie wol steeds het geval, zijn, dan zal
men velen,! die misschien anders in Leiden
zouden komen wonen, afschrikken. Men .ver-
liezo toch vooral niet uit het oog, datLei
den, zooals reeds meermalen, is opgemerkt,
juist in haar H. B.-S. voor Meisjes met
niet te hoog schoolgeld een bijzondere aan
trekkelijkheid bezit, die dikwijls bij de keuze
Van eén woonplaats den doorslag geeft. Ook
is de mogelijkheid geenszins uitgesloten, dat
bij invoering van een progressief schoolgeld
aan do H. B. S. voor Meisjes de ouders hun
kinderen, in plaats van die school, de H.
B.-S voor Jongens doen bezoeken, ten einde
aan de betaling van hooger schoolgeld te
ontkomen. Om al deze redenen meent de
meerderheid invoering van progressie ten
sterkste te moeten blijven ontraden en den
Raad ernstig in overweging te moeten geven
zich in beginsel tegen progressieve school
geldheffing aan de H. B.-S. voor Meisjes te
verklaren.
Ten slotte wordt nog opgemerkt, dat twee
van de drie leden van het ooliege van B-
en "W-s., die in het bovenstaande als „de
meerderheid" zijn aangeduid, niet ongenegen
zijn tot oen geringe verhoogtng van het
schoolgeld aan do H. B.-S. voor Meisjes mede
te werken in dien zin, dat hot tegenwoor
dige schoolgeld van f GO Voor iedere leer
linge wordt verhoogd b.v. tot f 80.
Verbouwing; van het kasteel „Ende-
geest*' en tie bouw van een nieuwe
Directeurswoning.
In het begin van het vorige jaar bereikte
de Commissie van Beheer over de gestich
ten „Endegeest" en „Rhyngeest'' een
schrijven van den Geneesheer-Directeur
dier inrichtingen, waarbij hij voorstelde de
eerste verdieping van het kasteel „Ende
geest", thans dienende tot woning van
den Geneesheer-Directeur, in te richten
voor de verpleging van 17 krankzinnige
dames 2de klasse en een nieuwe ambts
woning elders óp het gestichtsterrein te
bouwen.
De Geneesheer-Directeur wee3 er in zijn
schrijven op, dat de verplichte bewoning
van de eerste verdieping van het kasteel
vele bezwaren voor hem opleverde, welke
bezwaren in hoofdzaak op h'et volgende
neerkwamen. De groote zalen, die voor
woonvertrekken moesten dienst doen, wa
ren ongezellig. De weg naar de studeerka
mer voerde door de badkamer en de salon
was een doorloop naar deze beide vertrek
ken. De verpleegden en de bezoekers van
het beneden gevestigde kantoor konden
plotseling in. de kamers worden aangetrof
fen, aangezien de beneden- en de bovem-
verdieping van het kasteel dezelfde ingang
hadden. De woning was slechts te bereiken
langs een langen weg, die door en tussohen
de gebouwen cn de patiëntenpaviljoens van
bet gesticht leidde. De nabijheid van pavil
joens met onrustige patiënten maakte de
woning ook niet bijzonder aantrekkelijk
en haar ligging achter op Tiet gestichtster
rein werkte zeer deprimeerend op de stem
ming van de bewoners.
Deze en nog meer bezwaren, alsook^ een
terloops door een dor inspecteurs van het
Staatstoerioht geopperd denkbeeld, om de
eerste verdieping van het kasteel in te rich
ten voor de verpleging van krankzinnige
dames 2de klasse, gaven den Geneesheer-
Directeur aanleiding het denkbeeld, om de
tegenwoordige ambtswoning voor de ver
pleging van patiënten in te richten en een
neuwe Directeurswoning te bouwen, nader
uit te werken. En toen hem daarbij bleek,
dat de winst, die uit de exploitatie van de
bovenverdieping zou kunnen worden be
tigmaal heb ik u geantwoord van neen.
U hebt het gemunt op mijn fortuin, <m ik
wil niets van u weten."
Hij grinnikte.
-,,Bah! U zult kalmer worden. Ik val
in uw smaak; ja, ik heb het dikwijls ge
voeld en dit beetje geweld zal u niet boos
maken. Jntegendeel!"
7,Maak dien riem los en u zult zien,
wat mij bij u zal houden.
Verduiveld! Springen met deze vaart."
7,En daarna?"
Hij sidderde. Zij had deze woorden met
zulk een zekerheid gezegd,- dat hij geen
oogenblik twijfelde over haar gedragslijn,'
ingeval zij vrij in haar bewegingen zijn zou.
Zulk een schepsel, zou zij ooit toegeven?
Hij vroeg zich af, of hij zich niet vergist
had, door het te veronderstellen.
Hij vermeerderde zijn snelheid om Diana
beter te kunnen gevangen zetten. En de
minuten vlogen voorbij. De voorwerpen
vlogen langs haar als golven, door de kiel
van het schip even gescheiden.
Zij verbrak het stilzwijgen niet meer en
Philip verbeeldde zich, dat elke minuut van
dit cwijgén een kleine overwinning was op
haar, waardoor haar toorn, haar wrok en
haar koppigheid langzamerhand verbrok
kelden, Zonder twijfel dacht zij na en elke
nagedachte,- zoo troostte hij zich, kon slechts
gunstig zijn voor den verliefde, die dat
stoute stuk had bedacht en ten uitvoer ge
bracht.
Maar toén zij een diépe vallei inreden,
zei ze: ^Luister! Wé zuRen aan den pas
haald, niet alleen voldoende was om daar
uit rente en aflossing te betalen van de kos
ten, benoodigd voor de verbouwing van het
kasteel en den bouw van een nieuwe Direc
teurswoning, doch dat na aftrek van die
kosten nog op een batig saldo van plm.
f 900 te rekenen viel, diende hij zijn boven
genoemd voorstel bij de Commissie van Be
heer in.
Deze laatste besloot hierop, aangezien
haar het voostel op het eerste gezicht wel
aannemelijk voorkwam, in overleg te tre
den niet de inspecteurs van het Staatstoe
zicht, ten einde de zekerheid te hebben,
dat van die zijde tegen het plan geen be
zwaar bestond.
Door de inspecteurs word toon een onder
zoek in loco ingesteld, waarvan bet resul
taat was, dat de inspecteur dr. Schuur mans
Stekhoven (de twoédc inspecteur was inmid
dels van hot toezicht op Endegeest" ont
heven) de bovenverdieping van het kasteel
fiiet geschikt achtte voor de verpleging van
vrouwelijke 2de klasse patiënten, doch wel
voor die van een 18-tal rustige mannen-
pa tienten der 3de klasse, nadat de noodigc
verbouwing zou hebben plaats gevonden- Te
vens werd toen echter door den Inspecteur
van het Staatstoezicht op een omstandigheid
gewezen, die voor de Commissie groot ge
wicht in de schaal legde en haar met het
in den geest van het Staatstoezicht gewij
zigde voorstel van den Geneesheer-Directeur
deed medegaan.
De Inspecteur doolde namelijk mede, dat
er bij hem ernstig bezwaar togen bestond,
dat do beide liulppaviljoens, die ingevolge
Koninklijk besluit nog tot 1 Januari 1912
in gebruik mochten blijven, ook na dien
tijd voor de verpleging van patiënten wer
den aangewend.
Uit deze mededeeling putte de Commissie
oen ernstig argument vóór hot door den Ge
neesheer-Directeur ontworpen en door den
Inspecteur van het Staatstoezicht gesteunde
voorstel. Door opheffing van de heide liulp-
paviljoens tocli zou het aantal plaatsen met
24 verminderen on hetzij de bouw van een
niet slechts tijdelijk paviljoen, hetzij weg
zending van de niet te plaatsen patiënten
noodig worden, tenzij op het voorebei van
den Geneesheer-Directeur werd ingegaan-
Nauwgezet werd daarom door de Commissie
onderzocht, of dit voorstel ook uit finan
cieel oogpunt uitvoerbaar was en zoo kwam
de groote meerderheid langzamerhand tot de
overtuiging, dat in de gegeven omstandig
heden geen betere weg dan de voorgestelde
zou zijn in to slaan. Slechts één lid bleef
tegen het voorstel gekant.
Behalve tooh de bezwaren, die zich bij do
opheffing der hulppaviljoens zouden voor
doen en den tegenzin in zyn ambtswoning,
die zich bij den Geneesheer-Directeur begon
vast te wortelen, voorzag de Commissie in
de toekomst bedenkingen tegen het bewonen
van het kasteel van de zijde van een oven-
tueelen opvolger van den tegenwoordigen Ge
neesheer-Directeur, die misschien in het be
zit van een grooter gezin, ernstig bezwaar
zou kunnen opperen- tegen het bewonen van
de zeer groote kamers, die zich op de tot
woning bestemde verdieping van het kasteel
bevinden.
De nieuwe Directeurswoning zou komen
op het gideeifce van het gestichtterrein,
dat aan den Rijnsburgerweg gtrenst.
De drie door den Directeur van Gemeen
tewerken ontworpen plannen voor die nieu
we Directeurswoning werden geraamd
reap, op f 14,500, f 19,500 en f 20,000, terwijl
de verbouwingskosten van het kasteel
„Endegeest," verhoogd met de kosten van
inrichting der nieuwe afdeeling, op plm.
f 6620 werden begroot.
Hierin kwam later een groote wijziging.
Tegen Let verbouwingsplan van het kas
teed rezen n.l. bezwaren bij den Inspecteur;
terwijl toch de Directeur van Gemeente
werken in overleg met den Geneesheer-
Directeur een plan had ontworpen, waarbij
het mogelijk zou worden 24 patiënten in
het kasteel te verplegen, wilde de Inspec
teur een dusdanig plan, dat slechts voor
ton hoogste 21 patiënten plaats zou zijn.
Het komt B. en Ws- voor, dat het in de
gegeven omstandigheden alleszins aanbe
veling verdient met de voorstellen der
Commissie mede te gaan. Volkomen tooh
van Rien komen; ik zweer u op mijn eer,-
als u niet eer stilhoudt,- zal ik voor niete
terugdeinzen."
Hij antwoordde" niet; stil en somber,- on
gerust over deze bedreiging, op plechtigen,
êrnstigen toon uitgesproken.
,Wat bedoelde zij?
Té trotsch om iets te vragen,- wilde hij
géén uitleg verzoeken. De Rien naderde.
Hij aarzelde zelfs niet en begaf zich in
deze nauwe,- lange passen, in welker diep-:
té" de wateren van den stroom bruisten.
Zijn hart klopte.
Diana verroerde zich niet.
En hij begreep het. Zij kon het stuur
aanraken, zij zou er een plotselinge béwe-:
ging aan géven, die hen beiden deed neer
storten in den afgrond. Dat was het,- hij
was ér zeker van. Een bittere haat snoerde
hem de borst toe. Nooit, hij voelde hef,
zou zij haar ontzettend plan opgeven! Het
öntémbarc schepsel.
iWat kon hij van haar hopen,- wat zou voor.
Haar een man rijn, dien zij niét had uitge
zocht,- ëen meester, dien zij niet verplicht
zou achten te dulden!
Uk trots bleef hij zich verzetten.
En zélfs Hegon hij te lachen, om fe be
wijzen hoe rustig hij was; maai; zijn lach
klonk zoo valsch; dat hij ér zelf van schrik-f
té en terzelfder tijd merkte hij,- dat zijn hand
den beefden.;
Hij trok dé spieren van zijn arm stijf;
Hij kromp zijn vingers in met al de energie.-
IJdele pogingen, zijn handen beefden, Hjj
was bang.
deelen zij Kaar meening, dat het verre de
voorkeur verdient het kasteel voor de ver
pleging van patiënten in te richten, dan
een geh'eel nieuw kostbaar paviljoen te
bouwen. En dat hiertoe na de buiten ge-
bruikstelling der hulppaviljoens zal moe
ten worden overgegaan, is h. i. aan geen
twijfel onderhevig, gezien de voortdurende
stijging van het aantal aanvragen cm op
neming in den laatsten tijd. Zonder de
hulppaviljoens zou „Endegeest" blijken
veel te klein te zijn.
Te eerder ook gaan zij met het voorstel
tot inrichting van de bovenverdieping van
het kasteel voor 21 patiënten en het bou
wen van een nieuwe Directeurswoning
mede, nu volgens de werkelijk niet geflat
teerde berekeningen van de Commissie
zelfs in het ongunstigste geval nog een
batig saldo van ongeveer f 900 's jaaTe
wordt verkregen. Nirt alleen dus maakt
het voorstel, althans in de eerste jaren,
den bouw van een nieuw kostbaar vast pa
viljoen overbodig, doch ook wordt er nog
j.icrlijks een kleine winst door behaald.
Bovendien moet men, afgescheiden van
de financieele kwestie, de bezwaren tegen
de tegenwoordige woning van den Genees
heer-Directeur niet geheel en al over het
hoofd zien. B. en Ws. toch is bekend, dat
een der weinige sollicitanten naar de be
trekking van Geneesheer-Directeur bij de
laatste vacature aan zijn sollicitatie de
voorwaarde verbond, dat hem niet het kas
teel „Endegeest" tot woning zou worden
aangewezen. De hier boven genoemde
vrees der Commissie is dus inderdaad n
zoo ongegrond.
Op grond van een en ander kunnen B.
en Ws. zich dan ook volkomen vereenigen
met de voorstellen, door de Commissie van
Beheer ingediend, en zij geven daarom in
overweging door vaststelling van den over-
gelegden suppletoiren begrootingsstaat
daarvoor een bedrag van f 6560 plus
f 15,000 te zamen f 21,560 ter beschikking
te stellen.
Het kloppen van karpetten, loopers,
enz. op straat.
In een aan Burgemeeester en Wethouders
gericht adres d.d. 26 April 1911 verzocht heb
bestuurvan de afdeeling Leiden van der*
Bond van Nederlandsche onderwijzers aan
dit College, te wülen bevorderen, dat wijzi
ging zou worden gebracht in art. 7 van de
Verordening op de Straatpoli tie en wel in
dezen zin, dat de tijd, waarop karpetten,
loopers, matten enz. worden geklopt, voort
aan wat vroeger dan 10 of later dan 11
uren zou worden gesteld.
Het komt de Commissie voor de strafver
ordeningen, in wier handen dit adres ge
steld is, voor, Jat de door adressant voor
2ajn verzoek aangevoerde grond, nL het be
lang der schoolkinderen, die zich in den
morgenschooltijd tussohen 10 en 11 uren
eenigen tijd in de buitenlucht verpoozen,
een wijziging in den voorgestelde zin wen
schelijk maakt. Op grond van een nauwkeu
rige overweging van de uren, waarop heb
kloppen van kleeden enz. nu voortaan zal
kunnen worden toegestaan, is de Commissie
tot de conclusie gekomen, dat de beste tijd
is die van 910 uur des voorm.op dien
tijd tooh rijn de schoolkinderen niet meer
op straat en ook de meeste volwassenen op
hun werkzaamheden.
In genoemd art. 7 worden dan de woor
den „tussohen 10 en 11 uren des voormid
dags" vervangen door „tusschen 9 en 10
uren des voormiddags."
ALPHEN. Door het kerkbestuur van de
parochie van den H. Bonifacius alhier zal een
geheel nieuwe school worden gebouwd, naast
de R.-K. kerk, achter de lange de vaart staande
woonhuizen.
0UDSH00RN. Vanwege het depart. Alphen-
Oudshoorn der Maatschappij tot Nut van 't
Algemeen ia aan L. Honselaar, die den dag
herdacht, waarop hU vóór 50 jaren by do
familie Van Vliet ln dienst trad, een hulde
blijk, bestaande in een leuningstoel met
inscriptie, aangeboden.
Hij was bang voor Diana's gebaar. Dafl
gebaar! Hij voelde,- dat het onvermijdelijk,
onafwendbaar was. De geest van het jonge'
méisje wende er aan; koel en vastberaden.1
nam zij allé gevolgen op zich. En hij was]
bang voor den bruisenden stroom, voor
den doodsstrijd Hij was bang.
Opnieuw keek hij haar aan. De oogen,
van Diana verlieten het stuur niet; haar
hand was er dichtbij. Zij scheen gehyp-i
notiseerd.
7,Zij is béreid," zei hij onthutst tot zich"-:
zélf; 7,als ik vóór die brug niet stilhoud;
ben ik verloren.
Hij klemde zich vast aan liet stuur, be-i
reid tot alles, maar zijn angst verhief zich',-
werd ondraaglijk,- hij kon niet meer adem
halen,- hij zag nauwelijks meer iets.
„Daar daar zij licht de hand op,
iWij zijn op honderd meters van de brug
éénmaal over de brug, .ben ik gered j
maar zij wil nietdan nu heft zij de
hand ,op."
Op twintig meters van de brug hield
hij stil,- overwonnen, uitgeput.
Lang zwijgen heerschte. Toen sprak zij:
7,Maak ,më los."
Hij gehoorzaamde. Hij kon niet méer,-
zijn krachten hadden hem verlaten en hij
voélde zich zoo zwak,- zoo getemd door deze
onwrikbare energie,- dat hij zelfs geen be*
wtistziju had van haar verwijdering. Zij
stopte juit en, ging heen.