Anekdoten. Oplossingen der Raadsels. Goede oplossingen ontvangen van: Correspondentie. Ingezonden door Tina Riebeek- Een jongensmop. Jan (tot zijn vriendje)„Luister eens Wil lem, dan zal ik je een soort van raadsel .opgeven. In zekeren boomgaard liep eens een ezel te grazen. Na eenigen tijd zag hij, een boom, en in dien boom zag hij een gat, wel tweemaal zoo hoog als de ezel lang was, en in dat gat prijkte een dikke, malsche gele wortel, die er door een plaaggeest in gelegd was. De ezel was erg belust op dien wortel. Hij ging rechtop tegen den boomstam Btaan, maar tevergeefs de wortel was onbe reikbaar voor hem. Raad nu eens wat die ezel deed?" Willem: „Ik weet Het niet." Jan: „Dus geef je het op?" Willem: „Ja I" „Jan: „Nu dat deed de andere ezel ookj' Ingezonden door „Broer en Zus". Zindelijk. „Wat een vreemde smaak is er aan dien kalkoen", zegt mevrouw aan het middag maal, „je Ibebt hem toch wel goed schoon gemaakt, Mietje?" „Zeker mevrouw, ik hem hem zelfs* hee- Jemaal met zeep afgewasschem" Ingez. door 0. Vallentgoed. Uit kindermond. Mama, die met haar zoontje bij een fami lie te eten is: „Dat is niet fatsoenlijk, Wimpie, zoo met je lippen te smakken als je eet. Dat doe je toch thuis niet." Wimpie: „Omdat we thuis nooit iets eten dat zoo lekker is om er. bij te smakken. Kinderverdriet. Pietje schreide tranen met tuiten. „Waarom huil je zoo?" vroeg Moeder. „Karei (heeft me zoo'n zeer gedaan." „Hoe komt dat?" „Och, ik wilde hem een slag geven, en k>en trok hij zijn hoofd weg, zoodat ik te gen den harden muur sloeg!" L Koudekerk. II. Linnenkast, lil Beter laat dan nooit. „De kleine Zaaier"t „De twee Yisseher- trjes", Hendrik Kriek, „De kleine Winke- aer", Maria Hoelen, „Poppennioedert-je' Jacob en Johan Key, Jan v. Dalen, „Aa- aehepoetster", Freek en Zua Bey,; Jacobus Vallentgoed, en Antoon Hoo- geveen, Piete-r Vallentgoed, Thérèae Vee- ren, „Het Schelpje", André Duyverman, Piet Duyverman, Jo van der Up- wioh, Tina Riebeek, Koos Bernard, „De kleine Tuinman", Jamde de Roode, „Schildpad", Joih&rma Goddijn, Hendrik van Zanten, „Vroolijk Zangster- tje", Betsy Christiaanse, Andries Bernard, „Paddestoel", Fientje Ragut, „Bosa Fla- weeltje", Nelly Linschooten Ada Vlasveld, „Zonnestraaltje", Cornells Colpa, „De klei ne Officier", „Pieter Marits", Dina Oolpa, „De twee Nopjes", Karei Kouters, „Het Violetje", „Robinson Crusoe", „De kleine Zeeofficier", „De kleine groene jager", „Blonde Eliza", Maria en Johanna van Hooidonk. Abramina Bomli, „Wilhelmioa" Corrie v. d. Voort, Arie Gill, Jacoba van Rijnswou, Sara van Weeren, „de drie Zus jes", Dirk Houthoff, „Bob", Corrie v. d. Klein, „De kleine Huishoudster", „Tijger- vink", „Postduif", „Stormvrouwtje", Jan B/othert, Margaretiha Bomli, „de twee J's", Truus van Kleef, „de kleine Matroos", „Theeroosje", ,,de Amsterdammer", „Sohenkedtje", Wim Gros, „Jan Klaassea" „Tijl iDilenspiegel", Jannetje Jjacourt, A- Sirach, „Roodkapje", Annie de TEcluse, Cato Vallentgoed, „Pioenroos", Jan en Nellie de Bruin, Frans en Anna Kriek, „de vroolijke Frans", Adriana Verkerk, „Roos je", Annie Nijssen, Johanna Zitman, „On rust", Dirk Bpuyman, „Vroolijke Annie", A. Schipper, Cor Roozendaal, „De kleine bloemist", C. L. Janssen, „Boschanemoon", „Nachtegaal", „Populier", Saartje Ouds- hoorn, „Sneeuwklokje", „Silvia", „Bas- tiaan", L. de Wilde, „Zoet en Zuur", Henri Romanesko, Cato de Wilde, Jan D. Bey, Leo Christiaanse, „Generaal Cronjé", J. Linden, „Leeuw van Modderspruit", Jan Heemskerk, Willemijntje en Mattlhdjs v. d. Berg, „Het Roosje", R. den Tonkelaar, „Kleine Zwerver", P. Piket, „Sleutel boom", „Aronskelk", „Doornroosje", Jan Vroolijk, „Pinksterbloem", „Raadsheertje" te Leiden. „Goudvischje", te Aarlanderveen, Jan van Leeuwen, te A lp hen. Janaje Smink, te Benthuizen. Gerrit van der Lee, te Koudekerk. Beatrix en Jacob van Ommering te tel de r d o r p. Hendxika v. d-; Mey, Jacob Martens, „De Schilder", te Oegstgeest. Joh. Wüstenhoff, té Sassenheim. Martina v. d. Haak, Maria de Mooy, Hen- drika v. d. Mey, „De Druiventros", S. v. d. Kwaak, Huibert van Egmond, „Hyacint en Tulp", A- en G. de Monyé, „Tortelduifje", Sijtje Tavenier", Comelis Honig, te Rijneburg, Nelly en Johanna Brussé, Dora de Bode, T. Kriege, Arie van Santen, Abram Neder- burgh, C. Nederburglh, te Wassenaar. Reinier Verwers, te Zegwaard. „Organist", Johanna van Tilburg", Jo hanna en Aartje Parlevliet, Marijtje Rijns burger, te Zoeterwou c e„ Prijzen vielen ten deel aan: „Storm- vrouwtje", „Asschepoetster", te Leiden en A. en G. de Monyé, te Rijnsburg. „P oppenmoedertj e." Neen, bes te kind, ik neem je verzuim niet kwalijk, vooral niet als je vele schoolwerk je be lette mij te schrijven. Ik hoop echter, dat je nu weer wat meer tijd hebt en geregeld met ons mee zult kunnen doen. „A sschepoefcate r." J a, meisje, het is inderdaad te hopen, dat het nu spoedig eens wat warmer zal worden, want het schrale, koude voorjaarsweer begint wel een beetje te vervelen, en voor den groei van jonge groenten en vruchten is het niet erg bevorderlijk. Maria Hoelen. Ik heb er volstrekt geen bezwaar tegen, dat je vriendinnetje eveneens met ons mee zal doen, meisje, en hoop haar als een trouwe medewerkster te leeren kennen. „Bob." Gelukkig voor je, dat de tem peratuur nu minder hoog is; je zult je daardoor zeker al prettiger gevoelen, en wij zullen maar op een spoedig herstel ho pen, vriendje. Vriendelijke groeten. „Kleine Huishoudster." Je ver onderstelling was volkomen juist, meisje, want ik heb inderdaad geen bezwaar tegen je schuilnaam. Annie del'Eoluse. Ik moet zeggen, dat je een goeden verjaardag gehad hebt, meisje. Wat een massa mooie en practi- sche cadeaux ontving jel Je hebt alle reden tot dankbaarheid. Annie Nijseen. Je bent heusch de ecnige niet, wier raadsels en anekdoten voor de plaatsing ongeschikt zijn, meisje. Het beste is maar, dat je geregeld blijft inzenden en ondertusachen eens oplet, welk soort van raadsels ik in den regel plaats. „V r o o 1 ij k e Annie." Welzoo, ben je acht dagen uit logeeren geweest? Dan ver wondert het me niet, dat je me niet achreef. Waar woont je Grootmoeder 1 Joh. Kranenburg. Ja, vriendje, alle kinderen van abonnés mogen aan one blaadje medewerken. Ook zonder dat oj daarvoor verlof vragen. C. Vallentgoed. Ja, meisje, Dp de meeste ateliers heeft men nu de handen vol werk, want als het mooie weer komt, wil elkeen zijn garderobe in orde hebben. Tina Riebeek. Ja, meisje, het ia natuurlijk heel pleizierig voor je ouders, dat je de school geregeld hebt kunnen volgen en die binnenkort met een behoorlijk ge tuigschrift zult kunnen verlaten; Oorrie v. d. Klein. Vriendelijk dank voor de mooie prentkaart, meisje. Wat je mij van broertjes wedervaren op de groote school meedeeldet, vind ik al bijzonder grappig. Als hij zoo vol ijver blijft,' zal hij stellig een goede leerling worden. Zijn jullie al gejreed met de groote schoonmaak? Reinier Verwers. Wel, vriend, hoe gaat het met de jonge konijntjes! Groeien zij nogal goed? Je vindt het zeker wel aardig, dat je nu iets hebt om voor te zorgen, is 't niet? Trijntje Kriege, te Wassenaar- Het postpapier, dat je voor je verjaardag ontving, vind ik erg mooi, meisjelief. Je moet er maar heel zuinig op zijn, zal je? Ik ben wel met een eenvoudiger velletje tevreden! Corrie v. d- Voort. Ja, meisje, het is inderdaad heel gelukkig vopr je vrien dinnetje, dat zij in betershap toeneemt en dagelijks al een poosje in de buitenlucht mag vertoeven. Wanneer vertrekt zij naar Katwijk, en voor hoe langen tijd? „W ilhelmin a." Ik kan me wel ▼oor-) stellen, dat je het heel naar vondfc, dat je door ongesteldheid verhinderd waart, aaü den verkoop van het weldadigheidsbloempje deel te nemen. Doch het voornaamste is nu, dat je zelf weer opknapt. Je zult je zeker wel heel rustig moeten houden, ia 't niet? Van harte beterschap. H e n d r i k a v. d. M e y, te Oegst geest. Welzoo, meisje, ben je nu van school af? En weet je al wat je nu gaat doen? „Schelpje." Ja, meisje, ik heb ona Prinsesje wel eens gezien, maar dat is al ruim een jaar geleden, toen sj yoor d* eerste maal naar Het Loo ging. „Oranjeappeltje.1' Tegen je schuilnaam heb ik geen bezwaar. Ik kan me voorstellen, dat het een teleurstelling:' voor je was, toen je vernam, dat men van je vriendelijk aanbod om weldadigheids- bloemen te willen verkoopen geen ge bruik wenachte te maken, omdat er reeds te veel verkoopstertjes waren. We willen nu maar hopen, dat er een flinke both vooT het goede doel bijeengebracht wordt. Vriendelijke groeten. MARIE VAN AMSTEL. Onderlinge Correspondentie. Wie van de raadselkinderen wil met mij plaatjes ruilen van het album „Hollands- roem"? Ik heb er verscheidene dubbel. Mijn adres is Suae Blom, Apotbekeredijfc 28, te Leiden. Wie heeft er voor mij H. -O. -beestjes met punt? Ik geef er voor in de plaats Lindeboom' b legplaat jee of een ander mooi plaatje. Heeft iemand soms een Lenteralbum voor mij te koop? C. Veldt, Witte Singel 33, Leiden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1911 | | pagina 14