No. 15681. XiESDSCEX DJS.GBIiJS.13, Maandag' 3 April. fwseda Blad. Aim© 19 W. Buitenlandseh Overzicht De nieuwe Tariefwet. FEUILLETON. Pe was*e schuldige. j)e rede van den Duitsohen R ij k s- /|anaelier over de ontwapening en do. /arbitrage heeft begrijpelijkerwijs in let buitenland, vooral in Engeland en Frank rijk, eenige ontstemming gewekt. Begrij pelijkerwijs zeggen wij, want in Engeland vooral is men thans vol van de vrede s- i ideeën. Er worden groote bijeenkomsten be legd, en onder alüe partijen is de gedachte yan ontwapening thans populair. Toch wordt ook hier overdreven, want Bethmann heeft niet zoo weinig vreddiie- yend gesproken als men wel voorgeeft. Hij ia een koel, beredeneerd man en philosoof, t<en zulke karakters vervallen niet spoedig in geestdrift voor onderwerpen, die nog te .weinig voorbereid zijn. Bij de behandeling van het prooei- LacourinParijs hebben de royalisten zich blijkbaar nogal geweerd. Men herin- 1 eert zich, dat Lacour de man was, die mi- nister Briand een poos geleden in zijn g©- izicht geslagen heeft. Dezer dagen vroeg een afgevaardigde in 'de Kamer, waarom men de kalme en be daarde getuige zoo gebrutaliseerd had, tnaar de interpellant werd stil toen Monis jeen ver slagje uit het royalistisch blad ^Aofcion fnangaise" voorlas. Het luidde aldus: ,,Dc 28ste van deze maand was voor onze Vrienden een dag van buitengewone vreug- de. Dank zdj den moed der veroordeelde camelots is de republikeinsche justitie in- gestort onder haar gemeenheid en angst. Op een gegeven oogenblik was de recht zaal het tooneel van een opstand, er klon ken royalistische liederen, waarin de machteloosheid van de republikeinsohe wet ten om degenen, die geen vrees kennen te 'doen wijken, werd bezongen. Zij, die op het einde der zitting aanwezig waren, hebben kunnen zien, dat bij de noodige stoutmoe digheid allee mogelijk is tegen de verrotte organisatie van ons regeeringsstelsel Het was een zitting, waarin de republiek een ïlinken knauw heeft; gekregen. En wij zul len op dezelfde wijze voortgaan." De minister had ten slotte nog al succes, jfcoen hij verzekerde dat hij ook op dezelfde [wijze zal voortgaan met de camelots te be straffen. In Spanje is plotseling een mhniste- trieele crisis uitgebroken. Terwijl Oanalejas rijn moeilijke kerkelijke politiek voortzet, en daarbij vrijwel slaagt, struikelt hij over 'een interpellatie naar aanleiding van het 1 [Ferrer-prooes. Het ministerie heeft; Zaterdag zijn ont- felag ingediend* In de Kamer las de gtriffier een schrijven Voor, mededeelend dat het ministerie ont- Blag heeft aangevraagd. De zitting werd daarna opgeheven. De republikeinen riepen! „Leve de repu bliek 1'' de monarchisten: „Leve de ko- i hing!" „leve het leger." Volgens een officieuze nota besloten de ïnirusters tot hun ontslagaanvrage, omdat gebleken was, dat er verschil van meening bestond omtrent den gang van den parie- pientairen arbeid. Uit Engeland is weinig nieuws. Alleen Iheeft de regeering nog eens duidelijk ge zegd dat zij voet bij stuk houdt. Samuel 'de postmeester-generaal, heeft stellig /ontkend, dat de regeering zou weifelen of Op een compromis zou aansturen. De veto- wet zal in het Hoogerhuis komen, aldus Samuel, vroeg genoeg om voor de kroning Safgeliandfeld te kunnen zijn. Het volk zal een tweede verwerping, na de laatste ver kiezing, niet meer dulden, zoo min als het Kou dulden, dat Llyod George's begrooting Voor een tweeden keer verworpen zou wor den. Tevens verluidt, dat meer dan 900 amen dementen zijn voorgesteld op de veto-wet. Dat belooft een langdurige beraadslaging. In Rusland is nog steeds een ge- bpannen toestand. Do crisis duurt voort. 16 tee'Is komen bedankjes in van leden van 'don Rijksraad en Doema, die aan een der gelijke ontwrichting en gebrek aan eerbied voor de „bij onveranderlijke Keizerlijke wilsuiting" vastgestelde Grondwet niet m©e willen doen. Men verwacht thans een Doema-ontbin- ding. In elk geval kan men in Rusland dezer dagen nog wel interessante gebeurtenissen verwachten. Het ontwerp van wet ter vaststelling van nieuwe tarieven is thans, gelijk we reeds meldden, bij de Tweede Kamor ingediend. De Regeering zegt in haar Memorie van Toelichting dat zij de opbrengst van invoer rechten het aangewezen middel vindt ter bekostiging van de uitgaven die de sociale verzekering zal meebrengen. Gewezen wordt op het feit, dat de voor gestelde tariefverbooging niet zoozeer een beschermend karakter heeft als .wel een fiscaal karakter. Dit blijkt ook uit de meer dere opbrengst van bet tarief, die op pl.m. tienmillioenia geraamd. Immers ware bet oog voornamelijk ge* richt geweest op bescherming der Ne der- landsche industrie ware het mitsdien de be doeling geweest buitenlandsohe fabrikaten zooveel mogelijk te weren, dan zou eenrar ming der meerdere opbrengst tot bet hier voor vermelde bedrag een onoprechtheid zijn. Toch is rekening gehouden met de bezwa ren, die de Nederlancleohe industrie en han del ondervindt van het protectionistisch stelsel, dat in bijna alle staten van Europa en Amerika ia ingevoerd. Intusschen vermeene men niet dat de Regeering door het thans voorgestelde ta rief stappen heeft gedaan in een richting, diie moet leiden tot een handelspolitiek als op dit oogenblik in nagenoeg geheel de we reld wordt toegepast. Beschouwt men de rechten die by bet ontwerp worden voorge steld in het licht van de buitenland sche ta rieven, dan zal men moeten erkennen, meent de Regeering, dat hetgeen wordt voorgesteld in het algemeen zeer matig is. Er zijn goederensoorten waarvoor de rech ten niet zijn verhoogd, doch wel verlaagd. De Regeering merkt op dat de mogelijk heid niet is uitgesloten dat van enkele consumptie-artikelen de prijs eenigszins zal stijgen. Men waohte zich echter voor het schrikbeeld „Alles zal duurder worden." Immers de voorgestelde rechten zijn niet voldoende hoog, om het den buitenlandseh en importeur onmogelijk te maken zijn goede ren hier te lande \e plaatsen en waar hij daarbij de ooncurreutie van de binnenland sohe industrie zal hebben te overwinnen, be staat er een goede kans, dat hij in plaats van zijn product hier te lande duurder te kunnen plaatsen, tot behoud van zijn afzet een gedeelte van zijn winst zal laten val len. Evenmin zijn naar de meening van de Regeering de voorgestelde rechten hoog ge noeg om aanleiding te geven tot vorming van combinaties van inlandsche industriee- len, met de bedoeling om de prijzen op te zetten. De Regeering wijst er op, dat de boo- gere opbrengst van het tarief ten goede komt aan de sociale verzekeringswetten en pensioenen en grootendeels bestemd is tot dekking vaö het verschil tussohen de kos ten van de pensionneering van de arbeiders van het tegenwoordig geslacht en de pre- miën, door dat geslacht op te brengen. De tariefwet zal zoo spoedig mogelijk in behandeling worden genomen. Dadelijk na Haar tot-stand-koming zal jaarlijks van de opbrengst oen gedeelte voor de arbeiders- pe-nsionneering worden gereserveerd. Zoo stelt de Regeering zich voor dat geleidelijk de invoering van de verschillende verzeke ringswetten verband houdt met de daarvoor ver ei sche financiën. Het wetsontwerp draagt de onderteeke- ning van de minister van Financiën, van Buitenlandsohe Zaken, en van Landbouw, Nijverheid en Handel. Het wetsontwerp betreft Grond stof fen, Halffabrikaten, afge werkte fabrikaten en geheel afge werkte fabrikaten. Hieronder volgt de nadere uiteenzetting: 1 I. Grondstoffen, die de nijverheid en cie landbouw uit het buitenland moeten be trekken, blijven vrij van invoerrechten, omdat die hier te lande niet of niet in vol- - doende hoeveelheid verkrijgbaar zijn; bij voorbeeld metalen, hout, katoen, wol, steenkolen enz. Het begrip „grondstoffen" zal in ruimen zin moeten worden opgevat, zoodat behalve de geheel ruwe grondstoffen in het algemeen ook vrij blijven die, welke reeds eenige eerste bewerking hebben on dergaan, hetzij omdat die bewerking hier te lande niet of niet in voldoende mate plaats vindt, zooals bijv. het geval is met) ruw gietmetaal, plaatijzer, metaaldraad enz., hetzij omdat die bewerking door de eischen van liet verkeer geboden wordt, bijv. gezouten huiden, wlke zonder zouting tot bederf zouden overgaan; hout behakt of doorgezaagd, dat zonder die eenvoudige bewerking, moeilijk is zeeschepen zou kun nen worden geladen, zonder dat de trans portkosten belangrijk hoqger zouden wor den, enz. II. Halffabrikaten worden belast met een geringer recht, verband houdende met den graad van bewerking. Zijn zij nog niet tot een voorwerp mot een bepaalde bestemming gevormd, dooh slechts zoover bewerkt, dat zij kunnen dienen voor de samenstelling van andere voorwerpen, dan worden zij over het algemeen belast met een recht over eenkomende met 3 tot 6 pCt. van hun waarde. Als voorheelden van de hierbedoelde ar tikelen wordt gewezen op geschaafd en ge ploegd timmerhout, atoepen platen of blok ken, leder enz. III. Afgewerkte fabrikaten, voor zoover die naar hun aard nog niet voor direct ge bruik door den consument geschikt zijn en die daartoe hier te lande nog moeten wor den bewerkt, zijn in het algemeen belast met een recht van 10 pCt. der waarde. Hiertoe behooren manufacturen, - deuren, ramen, kozijnen, schoorsteenmantels en der gelijke. IV. Geheel afgewerkte fabrikaten, die zonder nadere bewerking en zelfstandig voor het gebruik van den consument ge schikt zijn, worden in het algemeen belast met een recht, overeenkomende met 12 pCt. der waarde. Ter gerusttelling van hen die ineenen dab door de Tarief herziening de „handelsbe langen" van Nederland zullen worden ge schaad, wordt opgemerkt, dat belangrijko stapelarfcikelen als tabak niet hooger wor den belast dan thans heb geval is of wel vrij blijven, bijv. koffie; dat in het algemeen van grondstoffen als steenkolen, ertsen, granen, garens, enz., geen invoerrechten worden ge heven, zoodat niet wordt ingezien, waarom heb handelsverkeer belangrijke wijzigingen zou ondergaan. De regeering erkent dat er opraaken kun nen optreden, die het nooddg zouden kun nen maken, dat als tijdelijke maatregel, van een min of meer groot aantal thans vrijge stelde goederen invoerrechten worden gehe ven of de daarvoor vastgestelde invoerrech ten worden verhoogd. De noodzakelijkheid tot het nemen van de hierbedoelde maatregelen zou kunnen ont staan uit het feit, dat in eenig vreemd land wordt overgegaan tot heffing van hooge in voerrechten op goederen, die speciale pro ducten zijn van ons land of van onze kolo niën of wel daaruit, dat zekere goederen worden getroffen met een zwaarder recht bij herkomst uit Nederland of zijn koloniën dan bij aanvoer uit andere landen. De regeering acht het daarom gewensoht in onze tariefwetgeving de bevoegdheid neer te leggen tot het nomen van retorsiemaat regelen. Met intrekking van artikel 28 der wet van 1850, word te dien aanzien in de artt. 9 en 10 een regeling voorgesteld. De vraag aan wien de beslissing is op te dragen in geschillen nopens de toepassing van het tarief heeft een punt van ernstige overweging uitgemaakt. Voorgesteld wordt de instelling van een Tariefcommissie ('welke in tweede instantie beslist, terwijl de beslissing in eerste instan- - tie is opgedragen aan den betrokken direc- teur der invoerrechten), bestaande uit ze- ven leden, waarvan één, tevens voorzitter, i wordt benoemd door de Kroon, en een door elk der Kamers van Koophandel en Fa- j brieken te Amsterdam, Rotterdam, Gronin- j gen, Enschede©, Tilburg on Maastricht. Het tarief is ingedeeld in 13 groepen: I. Dieren en dierlijke producten. II. Plantaardige voortbrengselen. III. Mineralen, metalen en fabrikaten daarvan. IV. Meel en meelfabrikaten. V. Chemische producten geneesmiddelen, j drogerijen, verf- en kleurstoffen en looi- middelen. VI. Oliön, vetten, harsen, was, teer, pek en distillatieproducten van teer en van steenkool. VII. Hout en fabrikaten daarvan. VIII. Huiden, vellen en leder. IX. Garens, weefsels en stoffen, kleede ren en modewarem X. aardewerk, pottenbakkerswerk, gebak ken steen en andere kunststeen. XI. Glas. XII. Papier. XIII. Voeding»- en genotmiddelen. XIV. Rijtuigen, voertuigen, vaartuigen en vliegmachines. XV. Voorwerpen van verschillende grond stoffen. Wat betreft groep I (dieren en dierlijke producten) worden geheven van paarden, muilpaarden en ezels rechten varieerend van f 10 tot 12, waaronder paarden voor de slachtbank bestemd ad f 3 per stuk. Fokpaarden blijven vrij van reoht. Vrijgesteld zijn ossen, stieren, koeien, jongvee, kalveren, nuchtere kalveren, scha pen, lammeren, bokken, geiten en varkens. Alle wild niet afzonderlijk in het tarief genoemd is vrij, behalve herten, reeën, wil de zwijnen, hazen en konijnen waarvan het recht bedraagt vSn f 15 tot 10 oents per stuk. Kalkoenen, fazanten, poularden, kapoe nen, ganzen en zwanen worden belast met 50 ets. per stuk. Ander pluimvee en eetbaar gevogelte met 10 ets. Zang- en siervogels zijn vrij. Bijen in korven en in kasten niet zwaar der dan 15 K.G. bruto zijn vrijin kasten boven dit gewicht f 8 per 100 K.G. Vrij ia versche viech, voor zoover zee- visch, zoetwaterviseh en gezouten zeevisoh. Gedroogde en gerookte visoh zijn belast resp. met f 1.50 en f 5 per 100 K.G.sohild- padden, kreeften en oesters met f 25 per 100 K.G.zijn zij gekookt, ingemaakt of op andere wijze voor dadelijk gebruik toe bereid, dan bedraagt dat recht f 30 per 100 K.G. Schaal- en schelpdieren niet in het tarief genoemd zijn vrijbehoudens in blik, bus, flesoh of pot en dergelijlke emballage als wanneer zij belast zijn met f 15 en f 25 per 100 K.G. Voor rund- en kalfavleesch is het bestaan de tarief gevolgd en daarmede ia het tarief voor s o h a p e n v 1 e e s c h thans gelijk gesteld, zoodat het; thans voor de bovenbe doelde vleesch soorten bedraagt: versoh, bevroren of gezouten f 6 per 100 K G.; ge rookt of gedroogd f 8 per 100 K.G. Paarde vleesch ia belast, in vorengenoem den toestand resp. ad f 3 en f 8 per 100 K.G., terwijl aan hetzelfde reoht wordt onderworpen walvisohvleesoh, om dat; ia den laatsten tijd dit soort vleesch, in den regel in den vorm van z.g. spiertjes paarderookvleesch woTdt ingevoerd. Versch of gezouten Australisch of Amerï- kaanseh vleesch verpakt in bussen enz. waarop tot dusver een uitzondering was toegelaten wordt thans belast. Onversmolt'en of versmolten vet wordt thans in tegenstelling met vroeger, belast met f 3 per 100 K.G., behoudens vet be stemd voor de fabrioage van margarine of stearine, dat vrij ia. Reuzel als zijnde in hoofdzaak voedings middel voor de lagere standen is v r ij. Margarine, die in het ontwerp gelijkge steld wordt met boter, wordt belast met f 10 per 100 K.G. Blijft versche melk vrij^ daarentegen worden gecondenseerde en ge droogde melk reap belast met. f 1.50 en f 1 per 100 K.G. Met uitzonderingg van potkaas wordt buitenlandseh© kaas belast met f 25 per 100 K.G. Kaasstremsel, zoo vloeibaar ais in poedervorm, f 5 per lOo K.G. Waar in het algemeen haar, ofschoon bij het bestaande tarief belast, in het ver volg geheel vrij zal worden toegelaten, wordt echter voorgesteld van geprepa reerd menschenhaar een recht te heffen van f 50 per 100 K.G. Vilt, thans getroffen door 5 pCt., wordt nu belast, met' 6 pCt. Een invoerrecht op e i e r n wordt o n- g e w e n s o h t geacht, als zoude uit sluitend fiscaal werken eB een belasting leggen op voükavoedsel. Honig en kunsthonig wordt be last met f 8 per 100 K.G. P a a t 1 e n, ook al zijn aij aan snoeren geregen of in sieraden gezet, zijn v r ij. Groep II omvattende (plantaardige voort brengselen) laat vrij granen ongedorseht of gedorscht. De Regeering zet uiteen waarom zij geen graanTeohten wil heffen. Zoolang de Nederlandsohe akkerbouw niet in de behoefte van graan kan voorzien zou een dergelijke heffing f i! s o a a 1 werken en op die wijze er toe medewerken den prijg van het koren hier te lande te verhoogd en dus zoo wed het brood al» hef veevoeder duurder te maken. R ij s t in doppen of gepeld, alg zijnde volksvoeding, blijft evenzeer v r ij. E rwten en boonen en andere peul- vruohten, versoh en gedroogd blijven vrij, maar in verduurzaamden toe stand worden zij b el a s t met f 6, f 2£ f 3.50 en f soortgewijs en per 100 K Gf Hetzelfde geldt ten aanzien van versche en verduurzaamde groenten, behou dens het bedrag van het reoht. Tomaten vroeger belast met 5 pCt. der waarde worden nu aan een specifiek reoht onderworpen, evenals appelen on peren. Druiven worden onderworpen aan een eeizoentariof en wel: a. gedurende het v. dvak 16 Auguetujl Vm. 14 October f 2.60 per 100 K.G. b. van 16 October t/m. 14 Augustus f 10 per 100 K.G. Het recht op amandelen wordt ver hoogd van f 4 op f 5 per 100 K.G. Andere noot- en pïtsoorten vroeger ale amandelen beschouwd, worden in verband hiermede bezwaard met f 8 per 100 K.G. R o ij n e n worden getroffen met f 2.50 per 100 K.G. (vToeger f l). Sinaasappelen zullen onderhevig zijn aan een reoht van 50 ets.; manda rijnen van f 1.50 en oitr ocinen van 60 oents, alles per 100 K.G. Ingemaakte vruohten, vroeger aan een recht naar de waarde onderwor pen, worden nu door een specifiek reoht getroffen. Vruchtenmoes meb of niet met suiker bereid, wordtf onderworpen aan een grondreoht van f 5 en verder aan een recht verband houdende met den accijns van de in de jams aanwezige suiker. Vooir gedroogde citroen- en oraa jeöohillen wordt een recht van f 1 per 100 K-G. voorgesteld. Boo men, hees tere, enz., af get no* den bloemen, takken, b 1 a d e d blijven vrij. .Verder wordt vr ij gelaten een uitge breide groep van plantaardige voor> brengselen van verschillenden aard, w.o. hooi, stroo, aardappelen, beetwortelen, ons*, enz.; terwijl ook is afgezien van octn in voerrecht op veevoed erkooken, bos wel er nu en dan op is aangedrongen- Vezel-, vlecht- en #pinstoffen blijven even eens vrij, behalve watten waarvoor f 10 pdr 100 K.G. wordt voorgesteld. Aan groep IH (omvattende mineralen metalen en fabrikaten daarvan) wor<& o.a- ontleend Marmer, hardsteen, graniet, Kandeteen en andere natuurlijk© t e e n wordt alleen belaft en wel met 6 pGtr. 4) Teil tweede, dat de zwad-te koffer het 'eigendom was van mejuffrouw Simpson, !wr>nt dat had het dienstmeisje zonder eeni- ge aarzeling bevestigd. Het verhoor van mej'uffrouw Simpson [was natuurlijk van veel grooter aanbelang geweest. De heer Gaston Tasset haalde dienstvaardig zijn protocol te voorschijn en ga[ het mij te lezen. Wellicht had hjj dat niet moeten doen; maar hij was o, zoo blij, Idat ik hem in deze aangelegenheid wilde helpen. Hét gedrag der jong© dame was zeer eigenaardig en sloot elke gedachte aan haar onschuld ten eenenmale uit. Zij had bereid willig bekend, dat haar naam en die harer moeder Simpson was, zooals op de bagage stond aangegeven, en dat zdj dienzelfden morgen Londen hadden verlaten^ Da den nacht in een hotel te hebben doorgebracht. Toen rij echter werd ondervraagd nopens 'haar gewone verblijfplaats en waar zij den yorigen dag had vertoefd, had zij eensklaps geweigerd te antwoorden. Na kort overleg evenwel was zij van besluit veranderd en had zij haar nauwkeurig adre3 in Tooiing opgegeven, met de opmerking er bij, dat rij den vorigen dag met haar moeder in het hotel was gekomen, om den volgenden mor gen dichter bij het station te zijn. Dit laatste gezegde was door het dienstmeisje, dat we- ,der voorgeroepen werd, ondanks alle wen- _ken en teeken» van haar jonge meesteres ten eenenmale gelogenstraft. Het meisje vertelde den commissaris, dat de dames de laatste drie weken hadden doorgebracht in Southend, en dat zaj van Southend en niet van Too ting naar Londen waren gegaan. Er kwam nu aan het licht, dat het dienst- meisje in dien tdjd niet baj de dames was geweest, maar 's morgens, uit haar woning van Tooting komend, aan het station zich bij haar gevoegd had. Dit kon het feit verklaren, dat zij de vermoorde persoon niet kende. In elk geval deze gevolg- trekking scheen zeep juist wist mejuf frouw Simpson wie de dood© was, en het meisje wist dat niet „Lieve hemel, mejuffrouw", riep het meisje, in tranen uitbarstend, „u weet, dat ik de zuivere waarheid spreek; waarom stuurt u niet om mijnheer Herveyt" Van nu af had de commissaris een stren gen toon aangeslagen en was het gedrag van mejuffrouw Simpson nog onhandelbaar der geworden. Zij had nochtans toegege ven dat de koffer ontwijfelbaar haar toe behoorde en evenzoo de sleutel. Men had een handdoek in den koffer ge vonden. Was die haar eigendom? Neen. Wist zij, of meende zij te weten, wien die doek moge lij berwiilze kon toe behooren Neen. Hi} was gemerkt met de letters E. R. Kon rij zich eenig denkbeeld vormen op welken naam die letters betrekking had den? Zij weigerde antwoord op die vraag te geven. Het ondergoed der overledene was met dezelfde letters gemerkt; vermoedelijk was dus ook de handdoek haar eigendom ge weest). Kon mejuffrouw Simpson de over ledene identifiëeren Ja. Toen ik bij dit punt van het protocol ge komen was, verwonderde ik mij en toch had ik eigenlijk niet anders verwacht. Mijn verbaring nam toe, toen ik de twee vol gende regels las: „Wilde zij zeggen, wie de overledene ge weest was?" „Neen." Het bleek onmogelijk te zijn meer uit haar te krijgen. Verzoeken en bedreigingen wa ren even vruchteloos gebleven. De commis saris had wanhopig het- voorloopig onder zoek gesloten en de jonge Engelsohe waa in het arrestlokaal gebracht, besohuldigd van moord op een onbekend persoon. De commissaris had zich een meening omtrent het geval gevormd. Tegen de lijfstraffelijke rechtspleging op het vasteland heb ik slechts één grief, maar een grief van ernstigen aard. Naar mij dunkt, laat zij den beschuldigde geen kan». Is hij eenmaal in hechtenis genomen, dan wordt hij onverwijld schuldig verklaard en van nu af kennen rechter en officier van justitie sleoht» dit óéne streven, hem tot be kentenis te dringen, te pressen. Ik Heb meeiugmaal intelligente ambtenaren zoo als bijvoorbeeld de heer Taaset dit feit hooren toegeven en beklagen. Bij deze ge legenheid evenwel deelde Leo Tasset d^n argwaan van rijn neef ten opzichte van mejuffrouw Simpson. Er moest alleen nog maar worden uitgevischt, of zij medeplich tigen had, of dat zij zelve wellicht slechte als helpster bij den moord wae werkzaam geweest. Want dat er zware verdenking op baar rustte, daaromtrent kon, volgen» hen, niet meer de geringste twijfel bestaan. Ik moet bekennenf dat zij gelijk hadden Zij telden alle punten tegen haar bijeen en dat bedrag maakte ontegenzeglijk een zwaar schuldregister uit. Mejuffrouw Simpson had van den beginne af geweten, welken verschrikkelijken inhoud haar koffer bevat te, dien zij om de een of andere reden uit Engeland wilde verwijderen. Waarom had zij dien koffer meegenomen? Vermoedelijk om het lijk te brengen op een plaats, waar het begraven of met gering gevaar voor ontdekking achter gelaten kon worden. Klaarblijkelijk had zij vertrouwd op het toeval, op de groote hoeveelheid van haar bagagestrukken, op haar overredings kunst, op het touw, op den sleutel, die ver loren heette; op dab alles bijeengenomen, ten einde de aandacht af te leiden. Slechts een samenloop van noodlottige omstandig heden, alsmede de onbeleefde eigenzinnig heid der douanen, hadden haar plan ge dwarsboomd. Zooveel was den beiden Fran- schen duidelijk en mij niet minder. Evenzoo stond het vast, dat rij van den moord afwist en dat de naam van het slachtoffer geen geheim voor haar was. Zdj had getracht den heer Tasset met betrek king tot haar verblijf te Southend op een dwaalspoor te brengen. Zij had toegegeven, en haar dienstmeisje had het bovendien bevestigd dat de koffer haar eigendom was; maar rij bad elke opheldering betref fende den daarin gevonden handdoek ge weigerd. Ook het dienstmeisje had men wegens dezen handdoek ondervraagd Uit haar getuigenis wag gebleken^ dat hij niet be hoorde tot het linnengoed van mevrouw Simpson, of er toe kon bohooren. Mijn eerste indruk was geweest, dat de lettere wellicht er .j gevoegd waren om de jus titie opzettelijk op een dwaalspoor te bren gen, doch ik erkonde mijn vergissing, toen ik van den heer Gaston Tasset vernam, dat het ondergoed van de vermoorde dezefde lettere droeg. De handdoek had derhalvr haar toebehoord, IV. „Eén ding valt niet te ontkennen," zeid© Leo Tasset, toen wij in het bureau van zija neef de aangelegenheid behandelden, „de jonge dame is van het geheels geheim vol komen op de hoogte. Ja, meer nog; vermoe delijk werd de daad gepleegd door haaf of op haar aansporing." „Ongetwijfeld," gaf ik ten bescheid „Maar ge zult zien, dat mejuffrouw Sirnp^ son niet alleen staat." „Best mogelijk," gaf Leo toe. „En zelfs, dat zij nummer één is." „Waarom?" vioeg Gaston verrast. „Dat weet ik niet. Het kan rijn, dat ik mij vergis, maar ik geloof het nu eenmaaL" „Ifc zal u zeggen waarom," kwam Leo lachend tussdhenbeide. ,^Zij is jorig, zij is een landgenoot van mijnheer, met een buiging aan mijn adres rij is interes santen ze zou moordenares zijn? Fi done Idat zou verschrikkelijk wezen, Dui moet er nog een nummer bestaan." (Wordt vervolgd)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1911 | | pagina 5