J&sask&öten. öoede oplossingen ontvangen van: Correspondentie. Ingez. door „Aronskelk." „Gij herinnert u nog dat prachtige hor loge, dat ik vijf of zes jaar geleden ver loor?" „Ja.'' „Welnu, gisteren trok ik een oud vest aan, dat ik in jaren niet gedragen had, en wat denkt gij, dat ik in het zakje vond?" „Uw horloge; laat mij u feliciteeren." „Neen ik vond het gat, waardoor ik het moet hebben verloren." In de school. Juffrouw in de 1ste klasse: „Wie van juIGe heeft wel eens een mol gezien?" Een jongetje: „Ik juffrouw 1" Juffrouw: „Zoo, waar dan?" Jongetje: „Op de muziek, juffrouw." Zoontje: „Moeder waar komt de lever traan vandaan?" Moeder: „Van de kabeljauw." Zoontje: „Moet die dan altijd zoo hui len?" Ingez. door „Zoeloekoning." In de tram. „Jongen," zegt een heer in den wagen, „doe eens het venster dicht, buiten is het kond." De jongen, nadat hij het raam gesloten heeft: „Denkt u misschien dat het buiten lm warmer is geworden?" Ingez. door Jaasje Smink, te Benthuizen. Vader: „Zoo, nu heb je den heelen dag .wc or niets gedaan. Zoontje: „Ja, toch, pa, ik heb mijn haar laten knippen." Ingez. door „de kleine Zeemeermin." „En hoe bevalt je de nieuwe onderwijzer op je school, Karei?" vroeg een belang stellend oom. „Dat weet ik met," was het antwoord. „Ik heb nog niets gedaan, waarvoor ik su»£ kon krijgen." Ingez. door „Azalea." Moeder: „Had de slang een langen staart WIm?" Wim: „Ze was niets dan siaart, moeder F' Oplossingen der Raadsels. Dedemevaart XL HellejuJoorn. IIi Lentemaand. „De Amsterdammer", Antoon Schalks, Jan van Dokkum, Dirk Houthoff, „Het Violetje", „De kleine Matroos", B. Schalks Johan van Dokkum, Anna en Suze Blom, A. Nijssen, „La Tosca", Hendrik van Zan ten, Arie Gille, „De kleine Generaal", Bet- sie Christiaanse, „Tijgervink", „Vro-lijk Zangstertje", „De twee JV', Ada Vlas veld, „Meiblaadje", Jansje van der Plas, „Baadsheertje". Frans en Anna Kriek, „Aronskelk", „Blonde Eliza", „Bastiaan", „Silvia", „Postduif", Arie de Jong, Annie de FEcluse, Nico Kloots, „De twee Nopjes", Oonie van der Klein, „Boschanemoon", „Nachtegaal", J. v. d. Upwich, „Zonne straaltje", Maria van den Berg, „Rosa Flu weeltje", J. en L. Midderham, Margaretha Bomli, Abramina Bomli, „Kwikstaartje", „De kleine Zwerver", Fientje Ragut, „Storm vrouwtje", H. Kwik, „Faust", „Magnolia", Antoon en Anna Hoogeveen, Piet de Haan, Arie Schipper, „De twee Zusjes", Dina Colpa, Cornelis Colpa, „De kleine Tuinman", „Kenau", Suzanna en Nelly Linsoliooten, Rika Veldhuyaen, Pieter de Goederen, „De kleine Officier", Dirk Spuyman, „Wilhelmina", Cato Vallentgoed, Johanna Hemerik, „Boechbesje", „Thee roosje", „Onrust", „Blonde Elsje", „De kleme Grenadier", „Het Schelpje", Sara van Weeren, W. Bijleveld, „Schenkeitje", Roenij Cathanna Kriek, W. en J. Mul der, „Schildpad", „Paddestoel", Andries Bernard, „Robinson Crusoe", Betsy de Bruin, Jan Rothert, Saartje Oudshoom, ,,De Zoeloekoning", „De klein© Wink „De twee Visschertjes", „Pieter Mar its", Tina Riebeek, J. Goddijn, Louis, Johanna en Nelly Brussé, Hendrik Vroom, Leo Christiaanse, A. Sirach, M. v. d. Berg, Henri Romanesko, „Hassan", 0. L. Jans sen, Pieter Vallentgoed, Jaoobus Vallent goed, „Leeuw van Modderspruit", Lena de Wilde, Theresia Veeren, Dirk Weijers, Joh. Hemerik, J. Rietkeilken, S. Heems kerk, J. Bey, Job, Schneider, G. van Zwie ten, G. Stoeke, „Zwaluw", M. Hoelfcn, F. Hakkaart, L. v. Eyk de Lange,Cath. Kolderman, „Sneeuwklokje", „De kleine Zeeofficier", W. A. v. Tongeren, allen te Leiden. „Goudvisebje", te Aar jan dervee n. Jan van Leeuwen, te A lphen. Jansje Smink, te Benthuizen. „Slagertje", te Bodegraven. „De Schilder", Joh. en Neeltje Timmers, Toosje en Henriette van Leeuwen, H. v. d. Mey, te O e g s t g e e s t. Jacob v. Ommering, M. Rijnsburger, te Leiderdorp. H. en W. Galenlkamp, G. en J. v. d. Lee, H. v. d. Bijl, te Koudekerk. „Tortelduifje", M. de Mooy, C. en A. v. d. Vijver, P. Goemaat, D. Goemaat, H. v. d. Mey, M. v. <L Haak, H. van Egmond, „Blikoortje", Sijtje Tavenier, Margaretha van Delft, „Paardebloem", Joh. van Eg- mond, Gijsbert de Monyé, „Paul Krüger", Gijsje v. d. Mey, te R ij n s b u r g. Joh. Wüstenhoff, te Sassenheim. Trijntje Kriege, H. Binnendijk, Dora de Bode, Arie van Santen, te Wassenaar. 0. AL en A. Nederburg, te Warmond. Com. Honig, te V o o r s c ho t e n. J. en A. Parlevliet, J. v. Tilburg, Joh. Schaank, Rudolf Dikshoorn, M. Rijnsburger, te Zoeterwoude. Prijzen vielen ten deel aanJ. v. d. Reij- den en Joh. Zitman, te Leiden en J. v. Tilburg, te Zoeterwoude. Jansje Smink, te Benthuizen, Met genoegen vernam ik je ingenomenheid met het gewonnen boekwerk, en gaarne zal ik je dank den heer uitgever overbrengen. Als het mooi weer is hoop ik j© van den zomer eens per fiets te komen bezoeken; je moet het me nog maar eens helpen ont houden. Rika Fontein. Ja meisje, je moogt ook met ons meedoen. Ik hoop, dat) je een geregelde medewerkster zult zajru „H et Violetj e." Hartelijk gefelici teerd met je verjaardag meisje; ik hoop, dat je een genoeglijken dag gehad hebt, en je wenschen dien dag vervuld zijn gewor den. Wil je er mij de volgende week eens het een en ander over schrijven? Neeltje Timmers, te Oegstgeest. Het doet me pleizier, dat ons blaadje je zoo goed bevalt, en je de verschillende ver haaltjes steeds met ingenomenheid leest. Nu het nog zulk guur weer is en de kinde ren nog niet buiten kunnen spelen, dan is het- natuurlijk prettig als ze iets te lezen hebben. In den winter krijg ik trouwens altijd meer briefjes, dan in den zomer. „Kleine Generaal." Aan je ver langen kan ik heusch niet voldoen vriendje, want dat zou heusch te veel werk veroorza ken; ik verzeker je datf ik toch al mijn handen vol heb. Suze Blom. Het beste is, dat je me de onderlinge correspondentie die je plaatsen wilde nog eens toezendt. Je moet er echter vooral aan denken je briefje behoorlijk te onderteekenen. „Y rooi ijk Zangstertje." Ja meisje, het valt nu erg tegen na de mooie dagen die we gehad hebben. We zullen echter nog maar een maandje geduld heb' ben, dan zal het wel beter worden. Betsy Ohrïgiiaante. Ara kindje, ben je ziek geweest? Wat scheelde er aan? Jammer voor je, dat je verjaardag juiat ia dien tijd viel! Een volgend jaar beter op passen, hoor meisje. „L a T o so a." Ik geloof heusch dat ai mijn raadsel vriendinnetjes jarig geweest zijn. Wat heb jij een massa gekregen, meisje. Anna Nijssen. Ia je zusje nog niet beter? Gaat ze in het geheel niet vooruitP Je moet mij eens wat uitgebreider over haar schrijven, en haar beterschap voor mij wenschen. Johanna Zitman. Het speet me, uit je briefje te moeten vernemen, dat je ziek bent en zoo'n pijn in je buik hebt Ik hoop van harte, dat je door het behoorlijk volgen van je dieet, spoedig snit opknap pen. „Raad she er tj e." Ja vriendje, het heeft verbazend hard gestormd en het heeft me eenige angstige uren bezorgd, dat kan ik j© wel zeggen, want mdjn man was juist op reis naar Engeland. Annie de FE o 1 u s e. Het is heusch geen wonder, dat je last van hoofdpijn hebt, na die hevige neusbloedingen. Je zult eeni ge dagen rust moeten houden, meisje. Corrie v. d. Klein. Ik vind 't heel aardig, dat jullie er een feestdag van maakt als je zuster over komt Hoe bevalt het broer, op de groote school? Catharina Kriek. Ja kindlief, het is heel verdrietig voor je moe, dat zaj zoo zwak is, want in een huishouden met jonge kinderen komt er heel wat kijken. Ikj wensch je moe beterschap en hoop dat rij maar spoedig zal aansterken. „E 1 j e." Je moogt natuurlijk ook raad sels en anekdoten inzenden, als je dat gaar ne wilt. Je moet die dan op een apart, stukje papier schrijven en hij je briefje in sluiten. Bij raadsels moet je tevens de op lossing vermelden en alles moet met je naam en schuilnaam onderteekend worden. Cato Vallentgoed. Ja meisje, dat herinner ik mij nog heel goed; doch tegen woordig beleven we in ons land zulke stren ge winters met meer. l „B osebbes j e." Hoe komt het, dat jb thuis les krijgt en niet naar school gaat meisje? 'V „Schenkeltj e." Je hebt groot gelijk vriendje, en ik vind 't met meer dan bil lijk, dat je geduld nu eens belóohd „Wilhelmina." Met genoegen! vë?- nam ik, dat het je wat beter gaat èn jè al een kwartiertje moogt wandelen. Nu maar oppassen, dat je je niet te veel vermoeit. DirkWeyets. Waarschijnlijk wareh die bijdragen niet voor plaatsing geschikt. Je moet het dus nog eens probe eren, hoe meer je inzendt, hoe meer kans je hebt, dat er iets geschikts baj is. „Leeuw van Modderspruit" Dan wordt het ook voor jou eens tijd vriendjeen ik zal er stellig aan denken. Louis, Nellyen Johanna Bru 8- s e. O kindexen, wat een achat voor jullie en welk een geluk dat broertje zoo voorspoe dig groeitJelui zult er nu wel naar verlan gen voor goed thuis te komen, is 't niet? C. L. J a n s s e n. Als je wilt, dat ik je 1 onderlinge correspondentie zal plaatsen, dan moet je natter schrijven vriendje. 1 ALARU VAN AMSTEL.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1911 | | pagina 14