No. 156*71. LEIDSCR DAGBLAD, Woensdag* 22 Maart. Tweede Blad.
LICHT.
Buitenlandseh Overzicht.
Tweede Kamer.
Anno 1011.
Uit de „Staatscourant".
Burgerlijke Stand.
Men moet een winter beleefd hebben, zoo
lumber als de jongste, om het lioht te waar-
deeren, dat ons zoo spaarzaam werd toege
beten. Trouwens, wat men in overvloed
geniet, waardeert men zelden.
Wij kunnen ons liot leven en de dingen
piet. zonder licht voorstellen. Wij begrijpen
piet hoe het zou moeten gaan, wanneer wij
de omtrekken van de zaken niet konden
5mderscheiden en een bang gevoel maakt
fcich van ons meester zoodra wij, gedwon
gen, .slechts eenige oogenblikken in een
tastbare duisternis moeten verkeeren.
Wij kurihen ons evenmin een wereld voor-
Stellen, waarin' de eene zaak niet van de
andere onderscheiden was, en alle zaken
met dezelfde tinten overgoten waren.
Want, het lioht doet ons niet alleen de
Voorwerpen rondom in hun uitwendige
gedaante waarnemen, vertoont ons niet al
leen lijnen, maar ook kleuren.
Maar al kunnen wij, zienden, ons bezwaar
lijk voorstellen hoe het zonder die lijnen
jen kleuren zou zijn, ons hart wordt toch
met medelijden vervuld, wanneer wij den
ken aan het lot van hen die, naar de woor
den van het bekende dichtstuk, een leven
leven zonder dag en zonder licht en zonder
kleuren, en begrijpen zeer goed dat, behou
dens deze uitzonderingen, de menschenwe-
reld in het algemeen en hare verrichtingen
ponder het licht onbestaanbaar zouden zijn.
Vandaar dan ook dat men het lioht de
jKsnoonete van alle stoffelijke hemelgaven
poe int. Vandaar dat wij on-s zoo goed kun-
pen indenken in wat dat oude eerwaarde
verhaal ons leert: boe het licht als het ware
'de kroon zette op het werk. der schepping.
Het licht is de bron van leven bij uitne
mendheid, van levensgenot en* van levens
vreugd.
Het woord„Er zij licht", wordt nog
>teeds en ook tot ons gesproken. Niet in de
bet eekenis van het gewijde varhaalwant
licht scheppen in den eigenlijken 'in des
iwoords kunnen wij niet. Maar wij kunnen
het wel sterker doen wordenwij kunnen
het ook verzwakken en van zijn invloed
en vermogen berooven.
Er is een ander zeer verheven woord, dat
Spreekt van het plaatsen van licht op een
kandelaar of onder een korenmaat-, 's Is oen
eenvoudig beeld, maar juist daarom zoo
treffend waar en het behoeft wel geen be
toog, dat het vooral ziet op het lioht, dat
.Verspreid wordt door deugd en 'goede ze
den, door wetenschap en kennis, in één
Jwoc rd door het licht in zedelijken zin.
Wat de stoffelijke wereld betreft, daar is
cle mensch als van nature een liöhtvriend.
Slechts de boozen zoeken bij voorkeur de
nachtelijke ure voor hun werk der duister
nis. Voor het overige genieten wij liefst zoo-
Teel mogelijk van de kostbare gave des
lichts, tenzij wij vermoeid mochten wezen
van het genot en rwtar verpozing bakeü.
Zoo kunnen wij ons met innig welbehagen
verzamelen in het stille schemeruur, als de
{dagtaak tijdelijk wordt afgebroken. Dan is
het ons alsof de golven des levens zich een
öogenblik neerleggen. Dan overvalt ons een
gevoel van weldadige rust, als alle voor
werpen langzamerhand dezelfde tinten aan-
toemon en overgaan naar het zwart; wan
neer de omtrekken .sA flauwer en flauwer
Worden en alleen een schemerig lioht van
de plaats waar de dagvorstin wegzonk,
het geheel voor een volkomen ineensmel-
'óng behoedt.
Zoo cloet de, duisternis vooral het gezonde
lichaam weldadig aan, ala de taak voor dien
jdag is afgeweven en cle verkwikkende rust
ivan den slaap wordt gezocht in de stille
Pre van den naolit.
In de zedelijke wereld is de raensch niet
Bleeds een vriend des lichts. Groot er trou
wens is het getal dergenen die het licht
.v r e e z e n. Zij haten het niet zoo zeer,
maar zij duchten zijn invloed.
Waartoe toch? Lioht geeft lioht. De
bestemming van het licht is om ons in staat
te stellen beter en meer te zien, te genie
ten, en do dingen juister te beoordeclen.
En evenals een kaars het vertrek beter
Verlicht, indien wij ze plaatsen op de ver
hevenheid die wij kandelaar noemen, zoo
zijn ook kennis en wetenschap, die immers
beide voortspruiten uit dezelfde bron
Waaruit het stoffelijk licht voortkwam, be
stemd om de mensoltheid duurzaam den
Weg te wijzen in de voor haar bestemde
lichting.
Als wij) de stralen van het lioht der kaar©
tegenhouden door de wanden van een ko
renmaat of van welk ander voorwerp dan
'ook, dan zullen wij niet dan met zeer groote
moeite ons bewegen en stellig gevaar loe
pen voor jninder gewensclite ontmoetingen.
Maar heffis in de onstoffelijke wereld niet
anders. Wij zullen het licht van wetenschap
'en beschaving slechts tijdelijk kunnen te
genhouden. Op den duur haten al onze po
gingen ons niets. Juist dat bewijst het ver
keerde er vanhet dwaze en ijdele van on
zen strijd, die vooral daaruit voortvloeit
Wat wij als op zoo menig ander gebied, het
•licht niet begrijpen. Dan gaan wij er ons
blind op staren, in plaats van het geestelijk
oog langzaam en met verstand aan zijn in
vloed te gewennen. Handelen wij ook niet
'dwaas en gevaarlijk door met alle geweld
in de zon te willen staren? Zij verblindt en
idoet het oog pijn; maar is dat de schuld van
het licht of van ons zeiven?
Laat- ons vrienden des lichts zijn. Dan zal
ons zedelijk leven langzamerliand de rein
beid van het licht aannemen. Dan zal de
Wetenschap ons oog verhelderen en onzen
geest in het goede spoor houden.
Ons leven zij een beeld des lichts! Eens
komt de tijcl waarin wij het op onze aard-
sche loopbaan niet meer noodig hebben; het
is d&n, als wij vermoeid zijn van 's levens
strijd. Maar juist als wij ware vrienden des
lichts zijn geweest, dan zullen wij met vreug
de de neigende avondschaduwen des levens
begroeten, 't Is 't schemeruurtje, waarin de
lijnen zich voor altijd samensmelten, de
kleuren zich mengelen tot een wazig geheel.
Zalig schemeruurtjeWe zien nog eens
de gansche lange dagtaak, met haar licht
en duister. Zij is nu volbracht en daarom
steken we geen ander licht meer op, maar
leggen óns ter ruste in den slaap die noodig
is, om eenmaal de bron van het licht zelve
te kennen. Nemo.
Het zijn twee gebeurtenissen waarvan
men overal in het buitenland den min of
meer sterken terugslag kan waarnemen.
De v red es-rede van minister
Grey en de herdenkingder
Italiaansche eenheid.
Yan den indruk van Grey's woorden
hebben wij reeds meermalen gewaagd. Zij
hebben vrijwel overal sympathie ondervon
den en al zal geen verstandig meusch nu
onmiddellijk verwachten, dat deze woorden
in daden worden omgezet, te zijner tijd
zullen de gevolgen niet uitblijven.
Als tweede punt noemden wij de jubi
leumsfeesten in Italië. De Italiaansche
eenheid staat in nauw verband met het ver
lies van de wereldlijke macht des Pausen
en daardoor is er tusschen het Koninkrijk
Italië en het V^ioaan een breuk ontstaan.
Nu Italië in zijne tegcnVoordigen staatkun
digen vorm vijftig jaren* bestaat, past het,
dat de bevriende mogendheden een teeken
van geluk'wensch sturen. Doch het bezwaar
is, dat de Katholieke bevolking in de ver
schillende landen ter wille van den Paus
nooit genoegen kan nemen met een jubi
leum als dit en vandaar in de verschil lende
parlementen heftige tooneelen tusrohen Ka
tholieken en riiet-Katholieken als deze kwes
tie aan de orde komt. Zoo bijv. gisteren in
Br u s s e 1.
In de Kamer stelde de socialist Yan der
Yelde, voor ora aan de Italiaansche Karner
een gelukwensch te zónden ter gelegenheid
van het Italiaansche jubileum. De voorzitter
merkte op, dat de Kamer hierover niet een
stemmig denkt en stelde daarom voor 'le ge
luk wensehen van een deel der Kamer over
te brengen. De katholiek Yerhaegën her
innerde, dat de eenheid van Italic was ge
grond op de ruïnen van den Pauselijken
Staat, waarop de radicaal Lcrand opmerkte,
dat de Pauselijke regeering een schande was
voor de mensohneid en in bloed en slijk is
ten onder gegaan onder de toejui.h'nge-i
van Europa Na een heftig protest van den
katholiek Woeste werd liet voorstel-Yander-
velde bij zitten en opstaan door liberalen
en socialisten aangenomen. De rechterzijde
nam aan de stemming geen deel.
Ook in de II o n g a a r s c h e K a m e r
ging het niet voetstoots. Toch machtigde de
Kamer den Pre.sident, ondanks de bezwa
ren der Katholieken, om een telegram van
gelukwenscbing te zonden aan de Italiaan
sche Kamer ter gelegenheid van het 50-
jarig feest der Italiaanse he eenheid.
In de Franscne Kamer is gisteren
de instelling van een onder-staatssecreta
riaat voor justitie aan de orde geweest. Men
herinnert zieh de kwestie, die wij hier uit
voerig hebben besproken.
De heer Malvy, de omverwerper van het
kabinet-Briand, moest beloond worden en
voor hem schiep men dezen nieuwen post.
Het debat hierover is nog al geanimeerd ge
weest. Yele sprekers verklaarden zich tegen
den post. Een oogenblik heerschte er
schrikkelijke verwarring en dreigde er een
handgemeen. De oorzaak was een minder
gelukkige, althans in de hitte van het debat
minder juist begrepen uitdrukking van mi
nister-president Monis. Ten slotte stelde
Monis 'de kwestie van .vertrouwen, en werd
de kredietaanvraagfmet 363 tegen 103 stem
men aangenomen. Malvy blijft dus onder
minister.
Een telegram bracht ons reeds op de
hoogte van het aftreden van het 1t a-
lïaansohe kabinet. Achteraf blijkt
dat de radicale fractie, die de gevolgen
van haar stap blijkbaar niet had voorzien,
het gebeurde gaarne ongedaan zou maken
en zich uitput in verzekeringen, dat haar
optreden niet' tegen het kabinet gericht was.
De „Tribuna" wijdt een zeer waardee-
rend artikel aan het démissionnaire kabi
net. Het blad zegt o. a.,,De geest van ons
leven wordt; steeds vooruitstrevender, de
mocratischer. De toekomstige regeering
zal daarmede rekening moeten houden.
Yan een reactionnaire richting kan geen
sprake meer zijn. Dat is de verdienste van
de regeering, die thans heengaat, maar
wier arbeid, ondanks gebreken en onvast
heid, niet onvruchtbaar is geweest. De on
beperkte vrijheidsgeest, liet heldere inzicht
in de nieuwe, sociale behoeften, die het
minïsterie-Luzatti steeds heeft betoond,
zijn de beste nalatenschap voor zijn op-_
volger."
Uit Lissabon wordt gemeld, dat de
algemeene werkstaking volkomen mislukt is.
De rustiger elementen hebben zich onthou
den van verstoring der orde. De beweging
wordt toegeschreven aan de partijgenooten
van Casta, den minister van justitie, de ul
tra-radioalen.
In de Spaansche Kamer raakt
men maar niet uitgepraat over de benoe
ming van den Koning van Italië tot kolo
nel bij het Spaansche leger. Een interpel
latie met langdurig debat is aan de kwestie
gewijd. Minister president Canalejas zeide,
dat hij de zeer bijzondere wereldpersoonlijk
heid, die de Katholieke Kerk zich heeft
verworven, buiten het. internationale recht
om, erkent. Maar al ontkent men niet de
geestelijke souvereiniteit van den H. Stoel
buiten het stuksken gronds, dat door het
Yaticaan wordt ingenomen, toch kan men
niet zeggen, dat de H. Yader de sou-
verein van Italië is. Er is, juridisch gespro
ken, slechts een vertegenwoordiger van het
Italiaansche volk en die woont op het
Quirinaal.
Spr. stelde met vertrouwen de kwestie in
handen van de meerderheid.
Uit Mexico kom^ wel allerlei nieuws,
maar het is nu en d^n zoo gekleurd, dat
men er weinig op kan afgaan.
Uit San Antonio inïTexas wordt bericht,
dat' men daar van meaning is, dat de Aine-
rikaansche troepen spoedig naar de Mexi-
caansche grens zullen oprukken. Vijftig dui
zend khaki-uniformen, die 'voor de man
schappen op de Philippijnen bestemd wa
ren, zijn nl. van Manilla naar Amerika te
ruggezonden en te San-Antonio staan 120
personenwagens gereed, "blijkbaar voor het
"vervoer van troepen.
Minister Limentour, die te Mexico city is
teruggekeerd, zonder dat hij onderweg
eenigen overlast van de opstandelingen had
ondervonden, is, volgens te New-York ont
vangen telegrammen, van meening, dat
aan den opstand in-Mexico spoedig een
einde zal komen, niet echter als gevolg van
krasse maatregelen, door de Begeering te
nemen, maar door de invoering van her
vormingen, over welke noodzakelijkheid
allen het eens zij el
Gedurende deze geheele week zal presi
dent Diaz vergaderen met den heer Limen
tour en andere hooggeplaatste ambtenaren
ter bespreking van maatregelen voor de
wijziging van h'et Kabinet en voor de in
voering van hervormingen.
Men verwacht, dat zoodra de genomen
besluiten afgekondigd zullen zijn, de op
standelingen, met uitzondering van énkele
belhamels, de wapens nederleggen, de am
nestie aanvaarden en opnieuw den eed van
trouw aan de regeering zullen afleggen.
Dit laatste klinlkt nu haast al te mooi.
Zoo vlot zal het wel niet gaan.
Een heuglijk bericht komt uit Turk ij e
n.l. 'het tot-stand-komen van een nieuwe
overeenkomst in zake den Bagdad-spooi^
weg. Deze spoorweg is jarenlang een oor
zaak van internationale wrijving' geweest.
Speciaal Turkije, Engeland, Duitschland en
llusland hebben menigmaal hierover gekib
beld en voortdurend was deze kwestie min
of meer een gevaar voor den vrede.
Nu is zij menschelijkërwijze gespreken,
opgelost en geregeld. Alle partijen zijn vol
daan on de voltooiing van de lijn Konstan-
tinopel tot de Perzische Golf zal nu met
kracht worden voortgezet. Yoor ons, die de
verschillende grootere of kleinere politieke
belangen, die sommige mogendheden bij
den. aanleg 'hebben, vrijwel koixd laten, zal
de voltooiing dezer lijn dit gevolg hébben,
dat in afzienbaren tijd als bok de Transpcr-
zische lijnen klaar zijn, in aansluiting op
het reeds bestaande spoonregnet van Voor-
en Achter-Indië ons land per spoor recht
streeks met Nederlandsch-Indift verbonden
zal zijn. Dat is te zeggen bij Singapore over
varen.
Bij de gisternamiddag voortgezette be
handeling van het wetsontwerp tot wijziging
der Arbeidswet verklaarde de M i-
nister minder bezwaar te hebben tegen
het amendement van den heer Aalberse
op art. 5 (de heer Aalberse wensohte, lie
ver dan in dit artikel met een sprong den
beschermden leeftijd van 16 op 18 jaar te
brongen, de Kroon cle bevoegdheid te ge
ven, personen beneden de 18 jaar van be
paalde werkzaamheden uit te sluiten).
De heer Goeman Borg-osius ver
klaarde zijnerzijds, met volle overtuiging te
zullen stemmen voor het amendemcnt-Duys,
aangezien men volstrekt niet minder jeug
dige personnen in dienst zal nemen, indien
zij öc(k na hun 17de jaar beschermd blijven.
Na repliek van den Minister maakte
de heer Yan Idsinga een opmerking
van redactioneelen aard.
Het amendement-Schaper, om deD be
schermden leeftijd van 17 op 18 jaar te
brengen, werd daarop verworpen met 42 te
gen 30 stemmenhet amendement-Aalberse,
om de bevoegdheid hiertoe voor bepaalden
arbeid aan de Kroon te geven, werd zonder
stemming aangenomen.
Bij artikel 3 (arbeidsverbod voor een kind
beneden 13 of nog leerplichtig kind) ver
dedigde de heer Ter Laan een amende
ment, om het arbeidsvei'bod te brengen op
14 jaar, vooral in het belang der bclicharac-
lijke, geestelijke on zedelijke ontwikkeling
van het kind.
Kinderarbeid bevordert lage loonen. Ver
bod daarvan tot hot 14de jaar is in het
belang van het voortgezet onderwijs. Des
noods geve men den oudei's het door hun
kinderen gedorven loon als schadeloosstel
ling.
Avondvergadering van
Dinsdag.
Voorzitter de heer Yan Nispen tot Seve-
naer (Nijmegen).
Voortgezet werd de beraadslaging over
het wetsontwerp tot wijziging der A r-
beidswet en wel over art. 4 van het
ontwerp (art. 3 der Arbeidswet), bepalen
de, dat een kind beneden 13 jaar of nog
leerplichtig geen airbeid mag verrichten.
De heer Teenstra lichtte een door
h'em en zea anderen ingediend amendement
toe, om aan het' Regeeringsartikel een nieu
we alinea van den volgenden inhoud toe te
voegen: „Een kind beneden dertien jaar of
nog leerplichtig mag geen werkzaamheden
in of voor een landbouw-, tuinbouw- of
boschbouwonderneming' of een veehouderij
verrichten." Spreker stelde in het) licht,
dat de bedoeling van zijn amendement is,
om, nu hij geen kans ziet den landbouw in
zijn geheel onder de wet te brengen,
althans den kinderarbeid in den landbouw
lë verbieden.
Uitvoerig schetste spreker het vei'derf-
lijke van dien arbeid, welke ook de ont
wikkeling in den weg staat. Hij bestreed de
in „De Standaard" verschenen driestar,
waarbij de kinderarbeid werd verdedigd,
en het ergerde hem, dat de Minister dit
artikeltje min of meer in bescherming nam.
Nog betoogde spreker, dat de kinderarbeid
absoluut overbodig is.
De heer Aalberse lichtte een door
henren den heer Passtoors ingediend amen
dement toe, om aan het Regeenngsartikel
een alinea toe te voegen, luidende: „Een
kind beneden 14 jaar mag in fabrieken en
werkplaatsen niet langer arbeid verrichten
dan 6 uren per dag."
Spreker betoogde, dat het amendement
beoogï in beginsel te gemoet te komen aan
de voorstanders van het amendement-Scha
per c.s. (verbod van kinderarbeid beneden
14 jaar), maar die bezwaar hebben daaraan
hun stem to geven, omdat niet te gelijk de
leerplichtwet gewijzigd wordt, ten gevolge
waarvan leegloopen der scholen wordt ge
vreesd. Sprekers voorstel is geheel in over
eenstemming met het Duitsche stelsel. Ook
wees hij op den nadeeligen Invloed van
arbeid van te jonge kinderen en verklaarde
overigens o. a. een voorstander te zijn van
verhooging van den leerplichtigen leeftijd
De heer De Wijkerslooth de
W e e r d e s t e ij n ontwikkelde verschil
lende bezwaren tegen het amendement-
Teenst-ra, dat z, i. zeer onvolledig is. Het
verbiedt niet arbeid maar /.vverk.^iamhe-
den" m land-, tuinbouw- en .hcv-ohhcdrijf r.f
veehouderijen dit'zal nïet^t'rafbaar zijn,
aangezien de desbetreffende bepaling h'et
verrichten van „arbeid" strafbaar stelt.
Werkzaamheden in het landbouwbedrijf
vallen toch onder het begrip „arbeid."
Ook spreker is voor tegengaan van mis
bruiken, maar het amendement gaat ver
der. Hij geeft toe, dat de schrijver in „De
Standaard" te veel heeft gegeneraliseerd,
maar de voorstellers, die van uitbuiting
spreken, generaliseeren evenzeer en nog
meer ten onrechte. Spreker verwachtte
greote nadeelen van de aanneming van het
amendement-Teenstra, al fs hij het eens
met het beginsel, dat er aan ten grondslag
ligt.
De heer T y d e m a n oordeelde, dat het
amendemeut-Teensbra niet past in het ka
der van het ontwerp. Het vormde z.i. er
een geheel los aanhangsel van, waardoor
groote moeilijkheden ontstaan, al juichte
ook hij het doel der voorstellers too.
Spreker had er ook bezwaar tegen dat
het amendement geen rekening houdt met
de regeling van den leerplicht, in verband
met den landbouw, evenmin als met de va-
oantiën en ook niet. met de kwestie van het
eigen bedrijf (der ouders). Spreker wilde
niet verder gaan clan tot een regeling van
den loonarbeid, dus we] rekening hou
den met eigen bedrijven.
Spreker verklaarde zich voor uitbreiding
van den leerplichtigen leeftijd, maar liever
zag hij het initiatief daartoe genomen door
de Regeering dan door een Kamerfractie.
Voorts verklaarde hij zioh tegen het amen
dement van de heer en Schaper c.s. en tegen
dat van de heeren Aalberse en Passtoors,
omdat ze geen rekening houden met het
onderwijs.
De heer Van der Molen ontwikkelde
eveneens bezwaren tegen het amendement-
Schaper c.8. en tegen het amendement-
Teenstra o.s. en behield zich even dat van de
heeren Aalberse en Passtoors, dat z. i. een
tusschenweg inslaat, zijn stem voor.
In den loop van zijn betoog oordeelde
deze spreker, dat het juist is, dat de 6-ja-
rige volksschool niet meer geeft wat men er
van verwacht, maar men moet z.i. niet
trachten het doel te bereiken door een wijzi
ging der Arbeidswet.
De heer K et e la a r betuigde zijn ge
noegen, dat men van rechts herziening (ver-
hocgingj van den leerplicht 'Vehsóltt. Yan
die zijde is dus eventueel e steun te ver
wachten, wanneer die zaak aan de orde
komt. Spreker verklaarde, dat hij en zijn
vrienden uit. volle overtuiging voor het
amendement-Schaper zullen stemmen.
Tegen het amendement-Aalberse ontwik
kelde hij eenige bezwaren, al achtte hij het
beter het aan te nemen, indien het amen
dement-Schaper mocht worden verworpen.
Verder bepleitte spreker cle aanneming
van het mede door hem onderteekend araen-
dementeTeenstra c.s.
De Minister (de heer T a 1 m a)
wenschte de Kamer ernstig op het hart
te drukken, dat met betrekking tot den
landbouw een wettelijke regeling in voorbe
reiding is en het nog slechts een kwestie
ran eenige maanden is, vóór het ontwerp
er zijn zal. De Minister ontraadde beslist
het amendement-Teonstra, dat niet is uit
te voeren, zonder groote schade toe tè
brengen aan groote belangen. De heer
Teenstra zij, merkte .spreker op, voldaan
met de instemming, die de grondgedachte
van zijh"amendement allerwege heeft onder
vonden.
Al was de Minister ernstig tot de over
tuiging gekomen, dat lager onderwijs tot-
het 14de jaar noodig is, opperde hij be
denkingen tegen het amendement-Scha
per, terwijl hij ook het amendement-Aalber
se ernstig ontraadcTerT)e Minister oordeelde
ten slotte, dat de amendementen eigenlijk
moties zijn, maar, dat zij, in de wet opge
nomen, een bron zouden worden van moei
lijkheden bij de uitvoering van de wet.
Bij het verder debat handhaafde de
heer Ter Laan het amendement-Schaper en
trok de heer T eens tra zijn amendement
in, omdat hij het lot er van niet twijfelach
tig oordeelde.
De heer De Geer verklaarde vóór hef
amendement-Sehaper te zullen stemmen,
indien hij niet nader door den Minister oveiv
tuagd wordt. Aanneming van het amende
ment zal herziening van de leerplichtwet
urgent maken en hij vreesde ook niet zulke
gevaarlijke gevolgen van het amendement.
Na depliek van den Minister werd
het amendement-Schaper c.a. verworpen
met 32 tegen 20 stemmen.
Tegen: de rechterzijde, behalve de hee<
ren De Geer en Yan Lennep, en van links
de heeren Tydeman en Yan Foree&t.
Het amendement-Aalberse werd verwor-
pen met 28 tegen 24 stemmen.
Art. 4 werd daarop zonder hoofdelijk*
stemming goedgekeurd.
Hedenmorgen is aan de orde art. 0.,
Wijziging der Arbeidswet.
De regeering heeft een Nota van "Wijzi
ging ingediend waarbij een reeks van wij
zigingen worden voorgesteld op artikel XI
van het wetsontwerp.
Deze wijzigingen honden verband met het
aangenomen amendement van <1© L'eerea
Aalberse c.s., ten gevolge waarvan de alge
meene maatreg«el van bestuur ingevoüge art.
4 der Arbeidswet zich mede tot zeventien-
jarigen kan uitstrekken, 't Schijnt, zegt da
regeering in haar toelichting, m«t hot oog
daarop nl. wenschelijk het vereischt© vaa
een arbeidskaart ook te doen gelden vooe
zeventienjarigen, wier arbeid ingevolge artJ.
4 slechts onder voorwaarden zal zijn toe
gelaten.
Aan de Kanier is overgelegd een overzicht'
van de amendementen (15 in aantai) voor
gesteld op artikel YI van het wetsontwerp,
(artikel 5 der Arbeidswet).
Yer gunningen tob het voeren
van de Nederlandsohe ?l»g.
Ingediend is een wetsontwerp tot wijzf.
ging van de wet van 28 Mei 1869 betrekke
lijk de afgifte van zeebrieven en vergum
ningen tot het voeren van de Nederfandsohe-
vlag.
Krachtens artikel 12 van deze wet kun*
nen de bij Koninklijk besluit daartoe aan
gewezen consuls of andere autoriteiten tij
delijk vergunning verleenen tot het voeren
der Nederlandsche vlag, doch slecht© voor
schepen, welke alléén voor de rivier- of
kustvaart geschikt zijn en welke daartoe
buiten Europa gebruikt wordea
In de praktijk heeft deze bepaling er toe
geleid, diat een /gevraagde vergunning
moest geweigerd worden, omclat het schip
zeewaardig was.
Het komt der regeering voor, dat dit on
redelijk is en dat ten onreöhte de mogelijk
heid wordt afgesneden om van het wettelijk
voorschrift gebruik te maken ten aanzien
van-schepen welke met vrucht, bijv. in do
Middellandsche Zee of in het hooge Noorden
voor Voeclingfllijnen van Nederlandsche
scheepvaartlijnen zouden kunnen worden
gebezigd. Daarom kwam het der regeering
voor, dat in plaats van: „buiten Europa"
gelézen moet worden „buiten Nederland".
Teneinde duidelijk vist te stellen, dat de
tijdelijke vergunning tot het voeren va<
de Nederlandsche 'vlag geen bevoegdheid'
geeft om cQq vlag ook in open zee te voe
ren, is liet voorschrift opgenomen, dat zij
die de vergunning geeft, daarflT""uitdrukke
lijk zal moeten vermelden voor welk gebied
de vergunning geldt.
Bij Kon. besuit ia aan dr. F. J. P. van
Calker, op zijn verzoek, met 18 September
1911, eervol ontslag verleend als hoogleeraar
in de faculteit der wis-en natuurkunde aan
de rijks-universiteit te Groningen, met
dankbetuiging voor de door hem gedurende
vele jaren in die' betrekking bewezen
diensten
met 1 Sept. 1911 aan G. A. J. Franke op
zijn verzoek eervol ontslag verleend als
leeraar aan de Rijks Roogere Burgerschool
te Sappe meer.
ALP11EN. Ile v all on: N. vaa Zwiefcen geb.
Wiegman Z. (van Aarlandervoen). K. Naglegaal
geb- De Geus D. M. C. van Schai c geb. Kleijn D.
Overleden: F ranacisca van ileutereo 76 j.
C. IIa3per Z. 4 j. <i
BODEGRAVEN. B o v a 11 n: N. de Ruijtor geb.
Muijt D. A. Koning geb. KriegerZ. Tromp
geb. Noorlandur Z. M. A. 0-ikam geb. Van Dam Z,
Overleden: T. Koo!e 2 maauden.
HAZERSWOUDE B v al 1 en. A. J. Westgeesl
geb. Van dar Pool 0.
Overleden: J. de Druijn jm. 76 i. J. A
Averdieck L 9 j.
LISSE. Geboren: Anna Corne ia, D. van N.
v. d ElatonM. Groenendijk. Thereaia Maria, l),
van Roeuwjjk en C. van der Poel. Jacobaen
Pieter, D en van A. de Bruijn en J. van Elk.
Joaina, D. van .1. de Groot en M. Piena. Cornelia
Maria Petronolla, D. va.i W. A. Verbaar en 0. P,
Raadscbelder.
Overleden. Pietie Nella vaa Luik, 22 m.
NOORDWIJKERSOCJT. Geboren: Johannes
Wilhelmus, van D. Duivenvoorden en AL Q-.
Mesman. Hendrikus Jo^ephue, Z. vmJ. H. vaa
Paroira ea M. van Denzen.
Gehuwd. J.Uittenbogaard23 j. von Oegsfcgeeal:
en G. J. v. Dijk 24 i
Overleden: Twee levenl. aangegeven Zonen
van G. M. Halten en G. M. van Noort.
NIEUW VEEN. Bevallen: L. C. Rietveld gob.
De BockD.
TER AAR. Bevallen: A. van Eijkgeb.MeyerZ.
Overleden: Th. J. A. Koeleman 3 m. 0.
J. A. van Dam 3 m.
WOUBRUGGE. Overleden: Chr. van den
Berg Z. 7 d.
ZWAMMERDAM. Bevallen: M. Beokergeb
Van Egmoi;d D. H. H-vao Breene geb. Kruia D,
Overleden: P- J. Heemskerk Z. 2