PERSOVERZICHT. Ken flinke daad zet „TI e t Volk" "boven bot volgende: Ket adres van de federatie der v ij f d i e e s a n c b o n d £ii cn het bureau voor cl o R.-K. vakorganisatie aan minis ter Tal ma, waarin namens de gchecle ka tholieke arbeidersbeweging met kracht wordt aangedrongen op de tien-uren-wet, is een flinke daad. Deze arbeiders weten, dab minister Ta-lma niet wil, of niet mag; in elk geval, dat hij onder allerlei voorwend sels de motie-Aalberse onuitgevoerd laat. Hij "peutert zoo'n beetje, nu aan liet eene, dan aan het andere vak; hij peutert ook wat aan de Arbeidswet; maar wat hij tot stand "brengt is niet m^er dan wat de eerste de beste conservatieve liberaal ook zou doen. Misschien nog iets minder. De Katholieke arbeiders weten bovendien, süthnns deze mannen, die bet adres zonden, kunnen geacht- worden het te* weten, dat dr. Nolens openlijk de partij van den Mi nister heeft genomen. Op gezag van „den socialist Millerand", die in een internatio nalen wettelijken tien-uren-dag ge-en gat ziet, verklaart hij, dat een wettelijke tien- uren-dag voor Nederland althans in een af zienbare toekomst niet voor verwezenlijking vatbaar is. Dr. Nolens is een man van nog heel wat jmeer invloed dan rnr. Aalberse; deze heeft clan ook tot de met groot vertoon van ge zag uitgesproken beweringen van zijn par tijleider het zwijgen gedaan. De Katholieke arbeiders echter zwijgen iiiet. Nog niet. Zij houden vast- aiui bun we noch en, geuit op de demonstratie in den Dierentuin. Zij laten zich de banden niet bind en door het conservatisme, dat zoo machtig is in de coalitie. Nóg niet. Zij berusten niet in de overheerscliing van het conservatisme in de coalitie- Nog niet, zeggen wij. AYanl als het. vol gend jaar in de troonrede de tien-uren-wet >)iet is aangekondigd, nis in 1913 opnieuw meet' worden gestreden Voor de tien-uren- wol, eerst dan zal voor de Katholieke ar beiders de ure der beslissende keuze zijn aangebroken. Zij zullen dan met hun ge weten moeten uitmaken, of het conserva tisme der Lobmannen, dat door zoo me idgen Katholieken afgevaardigde wordt ge deeld, hun om zijn „christelijk" karakter Jan hooger waarde is dan de democratie. Wij hopen van de keuze der Katholieke Arbeiders het beste. Want al mogen hun woord- en penvoerders honderdmaal liet te gendeel beweren, op den duur begrijpt de massa toch, dat adres&ceren een. moed en snit tig werk is, maar dat berusting in do overheerscliing van het "conservatisme zelfs liet mooiste adres 'maakt tot een stuk papier. Maar dit zijn overwegingen van later zorg. Op het oogenklik is het zenden van het adres een flinke daad, wa&rvoor wij onze waardeering niet willen verzwijgen. Dit adres wekt het misnoegen van „Het II n i s g e z i n", dat schrij ft Dit adres, thans, zal niet nalaten ver wondering te wekken. Dit de niceting, in September j.l. geliou- den, en de daarop aangenomen motie was minister Talma de wensch der georganiseer de katholieke werklieden 'gebleken. Desniettemin heeft de Minister, die voor het werk 6taat, bij de. behandeling der Staats- begroot-ing te verstaan 'gegeven, dat hij geen algeineene regeling zal ter hand ne men, maar de zaak voor bepaalde bedrijven wil regelen. Dr. Nolens beeft hiermee namens de Ka tholieke part-ij genoegen genomen- En nu komt, dit wetende, het bestuur 'cler Federatie opnieuw op een al gem eene regeling aandringen. Men kan hiermee niets anders bei-eiken dan minister Talma, die cr toch al hard .voorstaat en meer dan een ander het „bêto inoire" der linkerzijde is, in zijn taak be moeilijken. Des Ministers positie jstevigen zal men niet het adres piet, eer ze ondergraven. ..Patrimonium" valt den heer Talma las tig, omdat hij subsidie geeft aan een land bouwtentoonstelling, welke des Zondags piet sluit. Onze katholieke werklieden gaan nu iets van hem eischen, wat bij niet be reid is in te willigen, cok niet gemakke lijk zou kunnen inwilligen!; een wet ma ken is iets anders daii eeii motie voor stellen cn aannemen. Wat baat het of rar. Aalberse al ver klaart minister Talma niet te zullen laten vallen, nu de Katholieke werkliedenorga- nisatice hem op deze manier in diskrediet brengen „De Klok", orgaan van den Socialisten- bond, bevat een artikel over het Volk s- petitionnement, dat, na gewezen te hebben op het- groot organisatie-talent der sociaal-democratie, aldus vervolgt: „Men moet wol ziendo blind, of ten hoog ste onbillijk zijn,-om te ontkennen, dat in de laatste weken in ons land een actie wordt gevoerd, waarvan nog moeilijk is te bepalen, welke gevolgen deze zal hebben- In het kalme en leuke Nederland met zijn kalme en laconieke Nederlanders is een be weging van zulk een al ge me en en aard ont staan, als men sinds jaren niet, heeft bun- Pen waarnemen. Ja, zelfs zal men, met uitzondering van dc oogcnblikkelijke opwel ling van het jaar 19Ö3, waarschijnlijk moe ten terugkeeren tot de eerste helft der vo id ge eeuw, om in onze geschiedenis een tijdperk aan te wijzen, waarin „een kreet om „rechtvaardigheid" zooveel weerklank heeft g-evonden bij de grootc volksmassa. Niet alleen in de centra des lands, niet enkel in de grootc steden wordt een on- gekendo werkzaamheid aanschouwd, doch als door een electrischcn schok getroffen, hoort men, tot zelfs in dc kleinste dorpen ook in de incest afgezonderde streken dezelfde leuze weerklinken, die voor gerui- men tijd van uit het hoofdkwartier werd aangeheven. Het is zeker duidelijk, dat wij met hc-t hoofdkwartier bedoelen de centrale leiding der - Sociaal-Democratische Arbeiderspartij in ons land en de vraag om het algemeen, kiesrecht voor vrouwen en mannen, beschou wen als de algemeen aangeheven leuze." Het blad acht do door de pelitionnenienls- actic gewekte wijdverbreide volksbeweging nog belangrijker chrn de vraag of hot al gemeen kiesrecht door .de „reuzenkracht", die de S.-D. A.-P. ex voorin het werk stelt, bereikt zal worden. Vervolgens komt het blad op tegen, de be wering, als zou in deze beweging het socialisme worden verdonkeremaand, en haalt ten bewijze gedeelten aan uit de bij tien duizenden verspreide brochures der pers- commissie. Ten slotte wekt de redactie de socialisten- houders op om mede. hun krachten voor het petitionnement te geven- In een artikel over „liet Petitionnement der S.-D. A--P. schrijft „De Vaderlan der" van de Liberale Unie: „Het verbaast "ons wel eenigszins, dat we neg niet er op hebben te wijzen, dat. ook maar cén der groote bladen volle iccht heeft laten wedervaren aan de politieke be teekenis van het petitionnement van de S-D. A.-P. Dat petitionnement is toch vcor ons, wij schrijven dat zonder eenige aarzeling, do allergewichtigste politieke gebeurtenis van ons tegenwoordig staatkundig leven. Wat toch wil dat petitionnement zeggen? Dit, dat heb volk achter de kiezers, zij het dan cck onder de leiding van hen, die deze groepen in onze samenleving het meest bestrijken, liet kiesrecht zal vragen al3 een recht van groote beteekenis, en dat het dit zal doen op ordelijke wijze, gebruik ma kende van zijn grondwettelijk recht van petitionnement." Het blad meent, dat „het petitionnement van de S.-D. A.-P. goede kans geeft op de verkrijging van algemeen kiesrecht bin nen afzienbaren tijd". In „De Standaard" van Dinsdag 7 Februari, dus op den dag, dat de Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel bij missive de Tweede Kanier liet weten, dat hij do R a d e n w e t heeft ingetrokken, komt een warme verdediging voor van dat insti tuut,- aanvangende aldus: „Het denkbeeld van minister Talma, om eene uit den arbeid opkomende organisa tie ten behoeve van den. arbeid in liet le ven te roepen, verdient onvoorwaardelijk toejuiching/1 Wij laten hier volgen het- slot van een hoofdartikel van „De Standaar d" over vrouwenkiesrecht, na de op merking daarin, dat de Calvinistische vrou wen voor dat recht niets voelen. Onder onze Roomsche landgenooten is het niet anders. Ook in die kringen lacht de vrouw er om, zoo ze er zich niet aan ergert Reeds met. het oog op deze beide voliksdec- len lean er daarom van een nationale be weging geen sprake zijn. Die is er dan ook niet. En wat er zich voor uitgeeft, is gekunsteld. Toch js weerstand geboden. Niet omdat de actie zoo machtig, maar omdat bet gevaar zoo verre van denk beeldig is, dat doorzetten van dit onna tuurlijk denkbeeld de onnatnur in de liand zo-u werken, en de vrouw steeds meer zou denature eren. We. kunnen de echte vrouw in onze saann- leving niet missen. Vermindering van de vrouw in de vrouw zou ons verarmen. De vermande vrouw is even groot verlies als de verwijfde man. Treedt nu in 't generaal naast de mannengroep al meer een groep vermande vrouwen op, dan valt het „ewig weibliche" steeds meer uit onze mensche- lijke saamleving weg. Het evenwicht wordt verbroken. Er komt een hoogst schadelijk overwicht van het mannelijke, heel in den man, en half in de vrouw, en het samen stel van ons menschel ijk leven ontaardt. De vrouw is volstrekt niet minder dan de man. Zij is alleen anders. Zij is iets eigens. Iets, dat de man niet is, noc&i ons vergoeden kan. En juist dit o nm isb aar-vrouw el i ike mo gen we ons niet laten ontrooven. Niet als of we in eerbied voor de vrouw te kort schoten, maar juist omdat wo bet eigenaar dig vrouwelijke zoo eminent hoog stellen, mogen we niet medewerken om het te ont adelen. Het blijve wat het naar zijn aard zijn moet, liet fijnere, het teedere, liet saambindende, het bekorende, het diepere religieuze element in onze saamleving. Hoofd eni hart zijn de twee onmisbare grond factoren van onze saamleving. Het hoofd meer uitkomend in den man. het hart in de vrouw. Boog nu ook de vrouw te veel naar het hoofd over, dan kwam er een te kort van den kant Aan het hart. Er zou smelting ontbreken. En verarmd aan bet hart, zou ons volk zijn volfe levenskracht inboeten. Een driestar in „II et Contru m", ge titeld Verzwegen'? luidt: „In verschillende bladen der rechterzijde is als materiaal aangedragen tot versterking der antithese de beslissing van den Utrechtse h -e n gemeenteraad, waarbij subsidie aan c h r i s tc 1 ij k bewaa-rsoh o oUnder w ij s werd ge weigerd'', schrijft ,,L and e n V o 1 k", en constateert dan: „In „D e Nederlander" voor het eerst vinden wij vermeld, dat onze geest verwanten cn de sociaal-democraten niet met de liberalen meededen.' Als opschrift van dit stukje prijkt het veelzeggende woordje ..Verzwegen", terwijl do vrijzinnig-democratische redactie ver der verzekert, dat haar vrienden mr. Van Engen en Van Hussel het subsidie met kracht bepleitten en in een andere, gemeen te reeds twaalf jaar geleden, dezelfde zaak bij een vrijz.-democraat verdediging vond. „Men ziet wel", dus besluit „Land cn Volk" „dat. dc antithese niet altijd zoo loopt als dc fanatieke verdedigers wel zou den wensdhen. Daarom worden die afwij kingen dan maar verzwegen." Dit is leelijk© beschuldiging. Maar ze is onjuist tevens. Want. dat de redactie van „Land c n Vol k" „voor 'l eerst" in .,D e Neder lander" vond vermeld, dat haar Utrecht- sche geestverwanten en de socialisten niet met de liberalen, meededen, heeft zij aan zicbzelve te wijten. Zij had dit reeds kunnen lezen in „H et C e ii t r u m" van. 20 Januari, in een driestar aan het hoofd onzer (kolommen. Van v.e r z w ij g e n is' dus, onzerzijds althans geen sprake geweest, en de Haag- sche redactie moest toch eigenlijk te veel respect en coilcgiaiiteits-gevoel bezitten voor andere bladen, al zijn die dan van Rechtsom hen te verdenken opzet- t e 1 ij k zulk een minne tactiek in prac- tijk te brengen. Overigens wensohen wij, nu deze zaak toch is aangeroerd, nog even te doen op merken, dat ook onjuist is de voorstel ling, alsof d e vrijzinnig-democraten in den Utrechfcschen Raad zich voor de subsidieering hadden veilklaard. Van do. drie waren er twee voor, ter wijl de d e r d e tegen was. Zóó mooi als „Land en Volk" het nu wil deen voorkomen,, was de houding der vrijzinnig-democratische- fractie, met alle waardeeriiig voor liet optreden der beide voorstanders, dus niet. In ,,D e Standaar d" kwam voor een hoofdartikel, waarin gewezen wordt op den thans voor den Staat bestaanden plicht tot invoering van een w e t, regelende de verzekering tegen ziekte, enz. Bij de Sociale Verzekering aldus vangt bet artikel aan kan men spreken van een zedelijken plicht, in zooverre eigen over tuiging er toe dringt. Verplichte verzeke ring in de gangbare beteekenis echter ont staat eerst, zóo de Overheid dien zedelij ken plicht in een rechtsplicht omzet. Dit laatste nu keurt de eenzijdige lofzinger van het vrije initiatief in. de Overheid af, en de vereerder van den Rechtsstaat, zingt in koor met hem mede. Op dit standpunt zit men dogmatisch Vast, weshalve verdere be spreking van het vraagstuk met wie zoo oordeelt doelloos is. Dan toch zou men, om vooruit te komen, eerst moeten trachten over de kwestie van de. roeping yan den Staat tot éénheid van inzicht te geraken, en dit ware in een debat over heb Verzeke ringswezen uiteraard een volstrekt onbe gonnen werk. Er is onder ons niemand, die er zich niet van harte in verheugen zou, indien het vrije initiatief ten onzent in staat bleek, de alzijdige verzekering op elk terrein onder heel ons volk te doen doordringen, en even vast staat aller eenparige overtuiging, dat bet voor Volk en Overheid beide de meest gewenschte toestand zou zijn, indien de veerkracht van bet volk de Overheid van alle taak ten deze ontlastte. De klacht is maar, dat' dit particulier initiatief dusver gemeenlijk te kort schoot, en nog altoos te kort schiet, en dat alle uitzicht faalt, dat dit binnen afzienbaren tijcl beteren zal. En uit die klaclit rijst' de "overtuiging op, dat de Overheid niet langer mag stil zitten, en haar plicht zou verzaken, zoo ze nog langer werkeloos bleef. Dan wordt in den hxeede aangetoond waardoor bij den schrijver de meening vast staat, dat particulier initiatief m deze te zwik.is: wie zelf sterk is heeft weinig lust, om, zooals dat vooral bij onderlinge verze kering sterk uitkomt, voor den zwakke mede te betalen. Ook is noodig, dat men van jongsaf begint' premie te bét alen, daar an ders de druk veel te zwaar .is; maar de jeugd is zorgeloos en eerst als men oud is, denkt men aan verzekering; maar dan is het te laat. Uit dezen hoofde, zoo lezen we dan vérder en blijkens de ervaring, staat het daarom vast, dat een. alles en allen omvat tend Verzekeringswezen er niet komt, of de Overheid moet het- als plicht aan pa troon en arbeider opleggen. Het is niet waar; dat de voorstanders van Verzeke- ringsplicht geen eerbied voor het particu lier initiatief hebben; de zaak is maar, dat zij dit initiatief niet' boeken als een denk beeldig ideaal, maai' het aanslaan op de juiste waaide, die het in de realiteit heeft: Er is geen keuze dan tusscheri deze twee: Het Verzekeringswezen komt niet tot stand, óf het moet door de Overheid ge ordend worden. De verwachting dat' men door een goed ingericht Verzekeringswezen de krocht van liet Socialisme breken zou, is een utopie. Zie het maar aan Duitscbland. Als er Ver zekering in goeden zin komt, roept men om Staatspensionneering. En als de Staatspen- sionneering, gelijk in Engeland, er kwam, zou men blijven roepen om gelijkmaking van liet inkomen. Op den wortel eener stel selmatig gekweekte ontevredenheid kan nooit tevredenheid bloeien. Ons pleiten voor den Verzekeringsplichti komt daarom allerminst voort uit Socialis- tenvrees, maar uit plichtsgevoel. Wij zijn overtuigd, dat het' lijden gemeenschappelijk moet worden gedragen. Wij staan voor het feit, dat het particulier initiatief dit niet kan realiseeren. Wij zien aan Duitschland en Oostenrijk, dat de Overheid ten deze het jammerlijk te kort schietend particulier initiatief kan te hulp komen. En daaruit volgt voor ons de plicht, dat de Overheid doe, wat buiten haar niemand doen kan. Ons idéaal ligt' hooger. Ook ons zal het toelachen, zoo vroeg of laat in de volks- usantïe het Verzekeringswezen zoo zal zijn bezonken, dat het particulier initiatief de hulp van de Overheid derven kan. Maar juist om die usantie in het volk te brengen, is thans èn optreden èn doorzetten van de Overheid onmisbaar. GroiHlwetftlierxieniug en Vrouwenkiesrecht. De Nationale Vrouwenraad van Neder land, welke is samengesteld uit 33 vereeni- gingen, heeft een adres gezonden aan de Staatscommissie voor Grondwetsherziening om er met do meeste kracht op aan ie drin gen, dat' deze Commissie bij haar voorst-d ien tot wijziging der Grondwet de verwij dering der grondwettelijke belemmeringen van de uitvoering van het actieve en pas sieve kiesrecht voor dc vrouw moge voor staan. De Leidsche Hoogeschool, honderd jaar gaSeden. De 336ste verjaardag der Leidsche Hoo geschool wordt heden zonder openbare feestelijkheden herdacht'. De gébrüikelijke serenade zal naar aanleiding van het ver lies, dat het Studentenkorps leed door den dood van zijn lid Bernard Holthaus, niet plaats hebben. Ook de rijjool bleef achter wege. Wel kwamen hedennamiddag curatoren, hoogleeraren, studenten en belangstellen den in het Groot-Auditorium der Academie bijeen, waar de Rector-Magnificus, prof. dr. P. J. Blok, een echt' vadevlandsche rede hield over: „de Leidsche Hoogeschool, honderd jaar geleden." Spv. herinnerde er aan dat heden voor honderd-jaren volgens oude, thans helaas op bevel des wetgevers losgelaten gewoon te, de nieuwe Rector-Magnificus, de hoog begaafde Scbald Jusfcmus Brugmans zijn rectorale waardigheid aanvaardde. Men ireesde dat hot voor de laalste maal zou zijn dat de aloude hoogeschool van Holland en Zeeland haar verjaardag zou vieren op de vanouds gebruikelijke wijze. Sedert Juli 1810 was het koninkrijk Hol land bij Frankrijk ingelijfd en geruchten van eerstdaags in te voeren ingrijpende veranderingen waren in omloop gekomen. De hoop van allen, die met de Hoogeschool in betrekking stonden, was gevestigd op den nieuwen Rector, den voormaligen pa triot, thans overtuigd voorstander gewor den van de inlijving bij Frankrijk. Maar op den toren onzer Academie stond de Fransche vlag. Velerlei waren de zorgen, want ook de. Leidsche Hoogeschool had ge deeld in het deerlijk verval der instellingen van de oude Republiek. De talrijke vreemdelingen, die in de 17de en 18de eeuw haic roem hadden verspreid tot in verre lan.cten, waren na de woelingen van 1795 tot slechts zeer enkelen geslon ken. De ruime privileges, die van de hooge- school een Staat in den Staat vormden, waren sedert 1795 scherp bestreden. De professoren waren onder de oude bcdeeling alleen justitiabel voor het Hof van Holland. Op dat bolwerk, op het Forum Academi- cum, hadden de nieuwlichters in stad en land hun scherpste aanvallen gericht en bij keizerlijk decreet werd het met alle andere fora privilegiata afgeschaft. Doch er waren nog andere, wetenschap pelijke bezwaren tegen de oude instelling. De gansche instelling moest worden her vormd in hoofd en leden, had B i 1 cl e r- d jj k in twee scherpe memoires aan ko ning Lodewijk geschreven. Maar wat er ook mocht gebeuren, één zaak stond reeds vrij vast: het H. O. in de ingelijfde departe menten van het koninkrijk Holland zou ge bracht worden onder de alle onderwijs in ?t Fransche Keizerrijk omvattende „Univer sity Impériale." Ook te Leiden bleef men in sombere afwachting wat de tijdsomstan digheden zouden brengen. Bij Keizerlijk decreet van 22 October wer den Leiden en Groningen, als eenige acadé miën als deelen van de University de 1'Em pire verklaard. Dauik zij Brugman'» handig, heid werd de leerstoel, der door het Fran sche bewind geminachte Nederlandsehe let terkunde gered. Ook wist hij van den keizer gedaan te (krijgen, dat voor ons land de in Frankrijk gebruikelijke verspreiding der faculteiten over verschillende steden in het Academie-district ntet zou plaats hebben, zoodat van de beide Nederlandsehe Acade miën het aloude universitair karakter be houden zou blijven. Belangrijke zaken vielen in 1811 en 1812 te Leiden niet voor. Na do groote vacantie in 1812 begon de nieuwe organisatie in wei*- king te treden. De rector Brugmans was het hoofd der instelling, die alle onderwijs in haar distriet zou cm vatten. Het duurde nog tot 3 November eer alles gereed was voor de plechtige installatie der nieuwe instelling. Zij had plaats niet in het toen reeds voor een dergelijke pleohtigheid te klein, geachte Groot-Auditorium, maar in de Pieterskerk. Prof. Brugmans hield een Latijns che. redes, waarvan zijn collega Sï'e- genbeek later verklaarde, „dat liaar inhoud uit don aard der zaak het echt Neder- landsch hart niet in allen deele voldoen kon," En toen begon het eerste jaar, Hef e enige gelukkige voor de geschiedenis onzer Hoo geschool als Fransche instelling. Te midden van alle krijgsrumoer bestuurde Brugmans met knaohtige wijsheid onze Academie. Met kraoht werd de hand gelegd aan de lang dringend noodzakelijke verbetering van het Academiegebouw, aan den houw van vier nieuwe gehoorzalen iii het Hof van Zessen op de Papengracht, aan de catalogi seer! ng van den inhoud onzer Bibliotheek en de betere inrichting dei* bestaande ver zamelingen. Een onschatbare dienst bewees Brugmans met name aan de bibliotheek, toen bij de van Parijs nit gedane pogingen om een. aanval te doen op bare rijke verza meling handschriften wist te voorkomen door dc voorstelling te wekken dat de hand schriften „niet veel waard" waren, een leugen o-m bestwil, die men zeker Brugmans gaarne zal vergeven. Zoo kwam het voorjaar van 1S13 waarin ernstige volksbewegingen plaats hadden, voornamelijk gericht tegen de conscriptie. Een plunderzieke hoop Rijnlandschc boe ren rukte ender de Oranjevlag naar Leiden op, overrompelde de stad, sloot de poorten voor de reeds aanrukkende Fransche troe pen cn begon mot een deel der fabrieksbe volking het stadhuis te plunderen. Toen bo den verscheidene studenten zich echter bij de stadsregeering aan en openden de poor ten voor dc Fransche troepen. Evenwel in het najaar van 1813 begonnen zich ook in de Academie-wereld de voorteekenen te openbaren van de hoop op de naderende verlossing van bet vreemde juk. Het was t October, dat Van der Palm, hoogleeT- aar in de Oostersphe talen, in zijn Oranje kleurige toga een moedige voor alle vader- landsehe 'harten opwekkende Latijnsche re de tot de academische jeugd hield, waar voor hij bij de overheid in Den Haag. werd geroepen en sedert een verdachte werd. Hoe verder het bevrijdingswerk vorder de, hoc nicer de dagen van het rectorschap voor Brugmans waren geteld. Op 4 Decern- ber reeds wordt bij vorstelijk decreet de oude landshoogeschool hersteld en den Gdeif December wordt Brugmans vervangen door Kemper, die met Van der Palm als secre taris, tien dagen later zijn functie aan vaardde. Met het optreden van Kemper, onder dsw a louden ritei van Rector-Magnificus, oegint de nieuwe levensperiode onzer insteliixjg. Bijna een eeuw is sedert vérloopen, zeide spr. en met voldoening mogen \»«j terugzien op die eeuw, waarin onze Umr«r- siteit, met name in onze dagen van alge- meene herleving der Nederlandsehe volks kracht in velerlei richting, naar haar krach ten heeft medegewerkt aan het groote we/k van ontwikkeling onzer geestelijke, onzer wetenschappelijke, onzer nationale beteekenis. Op dit laatste woord legde de spreker ten slotte vooral den nadruk. Welnu, mijn toehoorders zoo besloot de feestredenaar laat ons allen de ver plichting tegenover de Nederlandsehe natie voor oogen houden, opdat men van onze ge liefde Alma Mater moge getuigen, gedach tig aan een fier woord uit de grijze oud- beid: de Leidsche Universiteit versmaadt het.de eerste te willen h e e t' e n, maar zij begeert het te z ij n. Op de met enthnsiasme uitgesproken rede volgden aan het slot daverende toe juichingen. SPORT. Standen. Hookey. Nederlandsehe Hockey en Bandy Bond. Tweede Kiaase C. No.Vereoniglugeu. i o 1. Leidon 8 7 1 14 32 8 1.7B 2. G.H.C. 8 5 2 11 28 0 3.87 - 8. Ds Musschen II 7 3 1 8 7 17 16 1.— 4. Amsterdam IIB 8 2 6 4 13 29 0.60 5. H.H.V. II 7 1 2 7 35 0.20 Air.! Voetbal. _J |_j 'jj Nederlandsehe Voetbal-Bond. J J Westeiyke Tweede Klasse A. 1. Concordia 13 11 2 22 44 17 Leo O A.F.C. 17 13 2 2 28 53 20 1.64 s. D. V. S. 16 10 2 4 22 45 20 1.37 4. Kampong 15 7 8 6 17 27 27 1.18 6. D. V. V. 15 G 8 6 16 33 27 1.— 6. V. V.A. 37 6 2 9 14 83 83 0.32 7. Neptunus 13 4 2 7 10 29 39 0.76 a Achillea 17 4 2 11 10 24 41 ons Q v.u.c. 14 3 2 9 8 16 41 0.67 10. AJax 15 3 12 6 18 49 0.40 Westelijke Derde Klasse B. 1. Aerxes 9 8 1 16 36 4 1.77 8. Olympia 9 4 3, 2. 11 27 16 1.23 4. D. 0.8. 10 5 2 3 12 24 12 1.20 2. Hermos 10 5 2 8 12 21 12 1.20 De Sportman lö 3 1 7 13 34 0.70 6. B.V.C. 10 3 7. 6 17 30 0.60 7. G. en J. 10 2 S 4 11 40- 0.40 Reserve Tweede Klam B. L X). v. V. II 8 6 Kampong II V. F. C. II Concordia II Hercules III AJax II - 14 81 6 8 10 28 13 3 10 20 21 4 8 23 24 4 6 14 23 7 - 4 83 1.75 3.11 UI 3.- 0.85 Leidsche Voetba 1-B oud. Tweede Klam. 1. L.Y. C. E. 6 3 2 1 8 16 11 3.35 2. Beresteyu II 7 4 1 2 9 14 10 1.28 3. D. O. S. L. II 8 5 - 8 10 22 23 1.26 4. L.V.V. 11 7 2 2 3 6 13 17 0.86 5. Leidsch Hercules 6 2 - 4- 4 90 15 0.66 6. De Sportman III C 1 1 4 3 8 17 0.50 Derde Klagte A. 1. Do Sportman JV 4 9 - 1 6 12 9 1.60 2. AJax IV 3 2 - 1 4 9 9 1.83 3. Bereateyn III 6 3 - U 6 14 11 1.20 4. Leidsch Hercules II 4 2 - 2 4 13 6 1.- 0. Leidsch Hercules III 4 4 6 IS Derde Klaase B. L L.F.C. 4 4 8 22 4 2.- 2. L. V.C.E. II 4 2 1 1 5 7 4 156 3. L.V.V.1II 5 1 1 S 8 8 11 0.60 4. D.O.8.L. Hl 3 8 2 20 Korfbal, Nederlandaohe Korfbal-Bond. Eente Klam Zuid. Velox A.L.O. Ami cl tia Viteosc - - 14 52 13 - 8 10 51 37 2 8 6 34 40 1 5 3 84 46 1 1 16 44 2.- 3.42 aso 0.42 0.19 Opgave van pereonen, 41e alch te Leiden hebben gevestigd. J. C. C. Struick, Maredijk 30, monteur. M- H. Dello, Pieterskerkhof 34. H Hendriks, Korte Mare 11, barbier- M- B- J, Simonis, R.-K. Licfdege^iebft Pelikaanstraat. C J, Yolker en gezin, Lusthof'laan 9, let terzetter. JKruytbosch1, Apothekersdijk 25 A. A H. M. van. den Burg, Oude Singel correspondente. M- Heemskerk én gezin, Lange Mare 25, veldarbeider. J EdixJicven, Pieterskerkhof 24 A. M. W. W. van den Abèelen en gezin,- Plantsoen 83, O.-I. ambtenaar met verlof. J Dieklhubor en gezin, Hekkensteeg I; brouwmeester. J Subert en gezin, Utr. Jaagpad 65, motlv teur. G G. Kastelein, Hooge woerd 86 Adienen- bode. "VV Ch. Meyroos, Witte Singel 58. J. P; Lom morse, Donkerstèeg 17, slagejf. C C. F. M. Bogacrte, Bree«stra3.t 85. j ."Wed Vos—Cuts, Groenhovenstraat 4- ~W Staffeleu en gezin, Spoorstraat 15» bakkersknecht. J B. Somers, HoogeWoérd 150, ka#-: tcorbedicndc. J A. Stol en gezin, BoerKavestraat 2Q. C. van Yelzen en gezin, Langegracht 90 depothouder. E. C. Mokveld, Haarlemmerstraat 138 A} winkelbcdiend'3.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1911 | | pagina 6