N°. 15618 I~)oii<1 eiula<£ 19 Januari. A®. 1911. §628 (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Eerste Blad. Offieieele Kennisgeving. FEUILLETON. Hun roeping getrouw. LEIDSCH DAGBLAD PBIJ8 DEK ADVEETENTIEN: Van 18 regels ƒ1.05. Iedere regel meer ƒ0.171. Grootere lettere naar plaatsruimte. Kleine advertentiën van 30 woorden 40 Cents contant eli tiental woorden meer 10 Cents.Voor het incasseeren wordt/r0.05 berekend, PBIJS DEZEB COURANT: Voor Leiden per week 9 Cents; per 3 maanden Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd zijn Franco per post f 1.10. 1.30. 1.65. Bekendmaking, De Gedeputeerde Staten der Provincie Zuid-Holland, Gelet op art. 102, alinea 2, der Wet van den 7den September 1896 (Staatsblad no^ 154); Noodigon de inwoners der Provincie Zuid-Holland, die elders in 's Rijks direc te belastingen zijn aangeslagen, uit, om daarvan vóór den löden Maart 1911 aan hun College te doen blijken, door over legging van het aanslagbiljet of van een uittreksel uit de kohieren der Rijks direc te belastingen, opdat daarop kunne wor den gelet bij het opmaken der lijst van de hoogst-oangeslagenen, verkiesbaar tot af gevaardigden ter Eerste Kamer van do Staten-Generaal. De aanslagbiljetten of uittreksels uit de kohieren moeten, wat de grondbelasting aangaat, den dienst 1911 betreffen. De bedoelde stukken behooren door be langhebbenden te worden ingezonden aan het gebouw van het Provinciaal Bestuur van Zuid-Holland, met opgave van: lo. den naam, de voornamen en de woonplaats van den aangeslagene; 2o. de gemeente en de dagtcekening zij ner geboorte; en 3o. bijaldien hij buitenslands geboren is, of, en zoo ja, waarom hij als Nederlander is to beschouwen, met vermelding van de dagteekening zijner naturalisatie, indien deze mocht hebben plaats gehad. VGravenhage, den 9den Januari ,1911. De Gedeputeerde Staten voornoemd, PATIJN, Voorzitter. F. TA VENRAAT, Griffier. Directe Belastingen. De Burgemeester van Leiden brengt ter algemeene kennis, dat nan den Ontvanger der Directe Belastingen is ter (hand gesteld het kohier der Personeel© belasting No. 21 van den dienst 1910, executoir verklaard den 17den Januari j.L en herinnert voorts den belanghebbenden aan hun verplichting om den aanslag op den bij de Wet bepaal den voet te voldoen. De Burgemeester voornoemd, N C. DE GIJSELAAR. Leiden, 19 Januari 1911. De forienbouw te VSissingen eest gevaar voor den Euro» peeschen vrede? Het valt niet te ontkennen, dat liet ont werp onzer regeering voor de kustverdedi ging zoowel binnen- als buitenslands meer dan gewone aandacht trekt. Daarvoor is alle reden. Tot nog toe echter werden de besprekingen in rustigen trant gevoerd. Ieder zei de er het zijne van en ging zijns weegs. Plotseling beeft nu de zaak een gansoh andere wending genomen. Zooals wij in ons Buitenlandsch Overzicht dezer dagen mee deelden, heeft de Franscho min. van bui- tenlandsche zaken, Pichon, naar aanleiding van een interpellatie in de Franscho Ka mer zioh vrij scherp uitgelaten over de hou ding der Nederlandsche regeering. Wel heeft hij later in een onderhoud met den Parijsohen correspondent van de „N. R. C." zich veel zachter uitgedrukt, maar do in druk werd toch niet weggenomen dat Pichon aanleiding zou vinden om onze kust verdediging op een conferentie van do mo gendheden tor sprake te brengen. Daarop heeft onze regeering aan onzen gezan*' te Parijs om den juisten tekst van minister Pichons woorden gevraagd. De wijze, waarop dit laatste bericht in de bladen, vooral in de Fvansche, was in gekleed, toonde, een duidelijk misnoegen van de Nederlandsche regeering. Daarover is men nu in Frankrijk verbaasd. De bladen en ook de minister spreken van een onge- motiveerden, vinnigen uitval. Onmiddellijk daarop heeft Duitschland vlam gevat en wordt de houding van Pichon in de officieuse bladen opmerkelijk ge noemd. De Duïtsche regeering kent zich zelf geen recht van inmenging toe in de kwestie van de versterking van Ylissingen, en begrijpt niet hoe men een land als Hol land, dat vrij1 en onafhankelijk is, en niet zooals België neutraal verklaard, beletten wil zijn verdediging in te richten zooals het wil. En tegelijkertijd komt uit Engeland het opzienbarend bericht dat de Nederlandsche Regeering binnen enkele dagen een verkla ring publiceeren zal, waarin de verdedi- gingswet zal worden gewijzigd op een wijze, die voldoening zal geven aan alle buiten- landsche regeeringen, zoowel als aan de oppositie in Nederland, Zoo wordt nu de zaak door de groot e mo gendheden levendig besprc&en. Wij kun nen wel zeggen, het is thans het onderwerp van den dag. Wij kunnen die belangstelling waardee- ren, maar zullen toch verstandig doen mid delerwijl onzen gang te gaan. De Staten- Generaal en de Regeering zijn mans genoeg om te weten wat zij doen en men moge vóór of tegen de 40-millioen-wet zijn, niemand zal er wel zijn, die het noodig acht, op dit punt het advies van vreemden te vragen. Nog onlangs heeft de minister Van Swinde, ren, sprekend over het bedoelde kustverde- digings-ontwerp gezegd, dat Nederland, zijn kusten in tegenweer brengend met het oog op een mogelijke soheniiis van neutra liteit- daarbij niets anders doet dan wat men zou kunnen noemen een heiligen plicht. De zen plicht heeft ons land noch tegenover Engeland, noch tegenover Frankrijk, maar tegenover den vijand, afgezien er van wie het zijn moge. Zoo is dus de toestand plotseling vrij ernstig geworden en het is nog geen halve eeuw geleden, dat om kwesties van minder belang, oorlogen zijn uitgebroken. Gelukkig is thans de stemming anders. De algemee ne overtuiging is, dat, indien er van ern stig verschil van meeningen omtrent rech ten en verplichtingen blijken mocht, niet aan de kanonnen de uitspraak zou zijn, maar aan het Permanente Hof van Arbitra ge. En waar wij hier te lande het centrum vormen van de vredesbeweging en het Yre- des-Paleis zijn voltooiing nadert, zou het een al te schril oontrast vermen als ons la-ntf ook de haard voor een oorlogsvuur zou wor den. Het is onder deze omstandigheden zeer zeker een geruststelling, dat wij aan heb departement van buitenlandsclie zaken een minister hebben, op wiens wijsheid en be dachtzaamheid, wij kunnen vertrouwen. Leiden, 89 Januari. In de avond-vergadering van heeren Regenten van het Coninckshof, aan de Oude Vest, is gisteren feestelijk herdacht dat de heer P. J. Mulder dien dag 25 jaar regent van genoemde instelling was. Onder leiding van ds. R. J. W. Ru dolph, die daartoe was uitgenoodigd door bet vooTloopig comité, werd gisteravond alhieropgericht het Ohr. harmonie-gezel schap „Polyhymnia". Reeds dadelijk heb ben zich 22 leden er bij aangesloten. De statuten werden vastgesteld en ©en be stuur werd gekozen. Van het aantal sollici tanten voer kapelmeester kwamen ernstig in aanmerking de heeren Noordanus, Ros malen en A. Teljeur. Laatstgenoemde werd door de leden gekozen. Dit gezelsohap zal bij feestelijke gelegen heden van Chr, vereenigingen als bijv. van de Ohr. Oranje-Vereeniging, goede diensten kunnen bewijzen. De Keizer van Japan hoeft mi'. A. R. Zimmerman, den burgemeester van Rot terdam benoemd tot commandeur in de orde van de Rijzende Zon. - Men verwacht binnenkort de pension- neeiïng van een aantal hoofdofficieren der landweer, die reeds geruimen tijd den 05- jarigen leeftijd hebben <Werschredon. De minister van koloniën heeffc den ge- pensionneerden kapitein der infanterie van het Ned.-Indisohe leger, H. R. Th. A- de Graaf, ter beschikking van den. gouv.ge neraal van NecL-Indië gesteld, ten einde te worden geplaatst als civiel gezaghebber op den voet van het besluit van den gouver neur-generaal van 23 Januari 1908, No. 17 (Ind. StbL No. 72.) Prins Hendrik is gasteravond met den trein van 6 uren 28 te Apeldoorn aange komen, vergezeld van den adjudant Van Suchtelen en per tweespan naar het paleis gereden. ALPHEN. Alhier is door mej. O. S. voor de Weesinrichting te Neerbosch aan oent- oollecte bijeenverzameld f 73.26, uit Aaxlan- dervecn door mej. A. A. M. f 14.05?j. HAARLEMMERMEER. De Raad be noemd© heden met algemeene stemmen tot tijdelijk wethouder den heer J. H. M. Eve- lein. De zeventienjarige loopknecht van dr. Van Mansum, te Hoofddorp, werd gister avond bij heb naizien der lantaarns van de auto ernstig aan 't gelaat getroffen, door dat hij met licht te dicht bij een bus met benzine kwam en deze ontplofte, zoodat het deksel er met kracht afsprong. Zijn neus werd ongeveer in tweeën gesneden. Per auto is hij naar het gasthuis te Haarlem overgebracht. Gelukkig is zijn gezicht niet getroffen, zoodat hij er enkel met een lit- teeken af zal komen. KATWIJK AAN DEN a RIJN. Gister avond werden alhier door den heer v. d. Hurk, hoofdinspecteur der Coöperatieve Raifeisenbank in hotel „De Roskam" het doel en de werking dier organisatie uit eengezet. Breedvoerig werd door spreker het voortreffelijke dezer landibouwbedrijf- kredietinstelling uiteengezet en haar ver diensten boven die van het z.g. notaris krediet, het boeldagen-krediet of familie- krediet; aangetoond, in haar wijze van op treden, die is goedkoop, gemakkelijk en onafhankelijk. De wording dier Banken in Duitschland en elders en ten slotte in Ne derland werd uitvoerig weergegeven, om daarna de wenschelijkheid en de levensvat baarheid eener dergelijke instelling voor Katwijk te be to ogen. Niettegenstaande door advertenties en zelfs op den avond der vergadering door bekkenslag bekendheid aan de samen komst werd gegeven, was de opkomst be droevend voor het bestuur der onderlinge vereeniging „Landbouwbelang" ter plaatse, dat het initiatief tot de lezing had geno men, daar slechts een twintigtal personen van belangstelling blijk gaf door hun tegen woordigheid. Dat neemt echter niet weg, dat de avond een succes voor den heer Van der Hurk was/ waar 17 personen zich voor- loopig als lid aanmeldden en een comité van oprichting eener Bank werd aangewezen. Dit comité bestaat uit de heeren M. van Egmond, Jb. van der Gugten, J. Heems kerk, Joh. Meyer Fz., en O. Van Tol, die voor de aanvrage van rechtspersoonlijk heid, enz. hebben zorg te dragen. LISSE. De Doopkapel in de R.-K. kerk, alhier, zal binnen eenigc dagen met een prachtig gesmeed ijzeren hek, vervaardigd door den heer M. Bruijnen, worden afge zet. Gisteravond werd in het dezen zomer verbouwde café „Het Wapen van Lisse", te Lisserbroek, een goed geslaagde voordrach tenavond gehouden door de heeren gebroe ders Elferink, leden van de tooneelvereeni- ging „Nut en Genoegen" te Lisse. De spe lenden mochten veel bijval oogsten. Jam mer, dat de zaal niet beter gevuld was met bezoekers. Het wa® werkelijk een amusante avond. NIEUWERBRUG. Ter verduidelijking van het bericht in ons nummer van giste ren bericht men ons: Toen K. met zijn hon denkar op den weg was, kreeg de hond, die voor den wagen gespannen waa, een poe» in het oog, waarop de hond toeschoot, zoo- dat de wagen uit het spoor ging en met een lantaarnpaal in aanrakirg kwam, waar door de wagen brak en de hond door het tuig ging. NIEUWKOOP. Loop der bevolking. Aan tal inwoners op 1 Januari 1910 2734 zielen, geboren 85, gevestigd 106 personen, totaal 2925. Overleden 40, vertrokken 153, te za- men 193; zoodat het aantal inwoners be draagt 2732. Het aantal levenloos aange- gevenen bedroeg 8. In de Raadsvergadering werd inzake aansluiting aan het intercom munaal telefoonnet voorloopig afwijzend beschikt en aan den gemeente-secretaris op verzoek eervol ontslag uit zijn betrekking verleend. Voorgelezen werd een verzoek, van den gemeente-opzichter, den heer J. Hakkeling, om ontslag en een aanbeveling om diens zoon te benoemen, den heer Joh. Hakkeling. Op beide verzoeken werd gun-, stig beschikt. NOORDWIJK. Gisteravond hield de afd. Noordwijk van het H. B.-G. een ledenver gadering in café „Flora" van den heer P. H. v. d. Voort. De voorzitter, do heer G. J. G. van Parijs, opende de vergadering en sprak een Nieuwjaarswensch uit. Hij wees er op, dat, als de voorteekenen niet bedriegen, 1911 wat beter zijn zal. Te oonstateeren valt alvast, dat de bollen dit jaar goed broeien, en dat de geforceer de bolbloemen vlot verkocht worden, daar uit Zuid-Frankrijk niet zoo'n overvloed van bloemen komt als andere jaren het geval wel eens is. De jaarverslagen van secretaris en pen ningmeester wezen op 'n werkelijk bloeien- den toestand van de afd. De penning meester deelde onder applaus mede, dat er over 1910 een batig saldo is van f 66.17. Tot nieuw lid werd aangenomen de heer C. iF. Alkemade Czn. E enige voorstellen van hét bestuur werden aangenomen: lo. Den afgevaardigden naar de Alg. Verg. zal een vergoeding voor reis- en ver blijfkosten worden gegeven van f 2.50, waarvan f 1.50 uit de afd.-kas en f 1 uit de kas van het H.-B. 2o. De convocatie-biljetten zullen voortaan door een bode, die daarvoor gehonoreerd zal worden, bezorgd worden. 3o. Daar de vergaderingen voortaan pre cies op tijd zullen aanvangen, zullen zij, die meer dan één uur nè, de opening ter ver gadering komen, geen deel meer mogen nemen aan de gratis-verloting. Daarna werd de beschrijvingtsbrief voor1 de Alg. Verg. van 23 dezer behandeld. Een voorstel van de afd. Werversboof, om een statistiek samen te stellen van de oppervlakte teelgrond, beplant met tulpen, enz., en ook van de oppervlakte, die de meest bekende handelssoorten afzonderlijk -heslaan, werd niet gesteund, daar men ei wel voordeel in zag voor de exporteurs, maar nadeel voor de kweekers. Een voorstel van de afd. Katwijk, om het samenstellen der bekende prijsramingslijs- ten te vereenvoudigen, verkreeg eveneens geen steun, evenals het geen steun mocht ondervinden van het H.-B. Een voorstel van het H.-B., om het op« richten eener vereeniging van hyacinten- kweekena zooveel mogelijk te helpen be vorderen, vond algemeenen bijval. Tot afgevaardigden werden benoemd da heeren ^hr. van der Meer en W. van RhijiV, tot plaatsvervangers de heeren Th. J. van Went en H. Faase. De voorzitter bracht ten slotte een woord van hulde aan J. Soetemon, den bekenden Noordwijkschen broeier, en ook lid van H. B.-G. voor de fraaie oollectie geforceer de tulpen en hyacinten, die van hem ter vergadering aanwezig waa. Deze woorden vonden bijval bij de vergaderden, die on derling ook reeds hun bewondering te ken- hadden gegeven voor de mooie Witte Joos- ten, Salvators Rose, Touraesols, Rose Gris de lin, enz., enz., die in luxe mandjes en bakjes tentoongesteld waren. NOORDWIJKERHOUT. Gisteravond gaf „De Echo der Duinen" haar eerste uitvoc 77) „Misschien gelden die zijn betrekking en niet den mensoh. Posities als Mortel be kleedt zijn altijd aan oritiek onderhevig. Maar in ieder geval, ik ben niet. de persoon^ die invloed in deze op j vader mag uit oefenen. Spreek er liever met Paul over." Felicitas kreeg een kleur; zij vatte de laatste woorden als een soort verwijt op. Zij voelde, dat zij ongaarne met Paul over deze dingjai sprak. Zij zeido: „Mijn alkeer tegen den man dateert eerst van de laatste weken. Misschien eers sedert ik gemerkt heb, dat hij goeden invloed op papa uitoefent en ik oenige staaltje® ge hoord heb van de manier, waarop hij op treedt tegen de werklieden, Ik heb een ge voel, dat die man slechts onheil kan aan brengen. „Geef niet te veel aan dat gevoel toe. En geloof mij, dat het veel beter ia, wan neer fe over dergelijke dingen alleen met iPaul spreekt. En help dan verder de wee zen en de armen hier, zoover je krachten je daartoe in staat stellen. Je vader heeft de erfenis aanvaard en moet nu ook de ge volgen daarvan dragen. Wat er nu verder aan te doen is, bezwaar jij daar je hart zoo weinig mogelijk mee." Er was iets in zijn toon, als wilde hij nog meer zeggen; maar hij ging er niet op door. Spoedig waren zij thuis en nadat Max even naar zijn kamer gegaan was, kwam hij in den tuin, waarheen Felicitas e enige ververschingen had laten brengen en hem op haar lievelingaplekj e wachtte. „En blijft u nu eenige dagen hier met Paul? U hebt nu tfacantie en kunt dat best doen. U weet, dat u papa daarmee ook ge noegen doet." Zij wachtte even en zag aan zijn gezicht, dat dat laatste niet waar was. „Ik kan hier maar een paar dagen blij ven. Je weet, dat ik een reis ga maken naar Sardinië. Een wandeltocht gaat daaraan vooraf en ik heb een paar vrienden op een bepaalden dag rendez-vous gegeven." Felicitas wist wie die vrienden waren; zaj begreep, dat bij niet verder doorging en zeade eenvoudig: „U zult Erich in München ontmoeten en met hem naar Tirol gaan. En nu we tooh eenmaal over hem spreken, wil ik vragen welke berichten u van hem krijgt en of hij zoo gelukkig is als hij verdient." „Ik hoop het. Ik. heb zoo goede berichten van hem als mogelijk is en ik hoop hem niet meer alleen te zullen vinden. Je zult zeker met genoegen hoeren, dat hij zijn weg door het leven gevonden heeft." „Ik weet het en ben er dankbaar voor," zeide Felicitas rustig, maar tooh was het als kwam er een nevel voor haar oogen. „Ik zou je willen vragen Erich mijn groeten over te brengen en hem te zeggen, dat ik hem al het geluk gun, waarop hfj recht heeft; dat ik hoop, dat hij alles zal vinden, wat ik hem niet fc|$b mogen geven. Ikzelf zal Paul zeggen, dat ik je dit ge vraagd heb." Max zat stil; bij overdacht alles, wat Erioh naar München had verdreven, en hij waagde hot te betwijfelen of zijn vriend een volledige schadeloosstelling voor dit verlies zou vinden. „Ik zal hem je groet overbrengen, maar laat dat genoeg zijn. Je zult bij gelegenheid wel hooren hoe Eriolis leven is; daarover mag jij niet peinzen. Geen smart eindigt vanzelf, wij moeten ook willen, dat zij ein digt; maar zij vergiftigt; ons tooh éen deel van ons leven." Felicitas zeide een langen tijd niets: in haar gedachten kwam haar geheele leven te Forstenburg weer terug. Na een tijd, waarin Max haar een paar maal medelijdend had aangezien, zeide zij: „Het was slechts toeval, dat mij van hem deed spreken. Maar nu moet ik je toch nog een vraag doen, die mij vaak onrustig maakt. Je bent Pauls broeder, maar ook Eriehs vriend. Ben jij er volkomen van over tuigd, dat ik verleden jaar alles gedaan heb, wat ik doen moest tegenover mijn verloofde, dien ik mij uit vrijen wil gekozen had?" „Felicitas, waarom haal je die oude din gen allemaal op? Kom, laten we wat door den tuin wandelen. We mogen niet zooveel achteruit zien, het leven dringt voorwaarts." „Neen, neen, ik wil je eerlijke meening weten. Het is mij vaak te moede, alg had ik anders moeten doen, als heeft Erioh goed gehandeld, omdat hij wed bemerken moest, dat ik niet in mij had de kracht, die hij noodig had. Het komt mij soms voor als had ik een anderen uitweg moeten zoeken; een, die eerlijker tegenover Erich geweest waa. Ik weet wel niet wat ik had moeten doen; maar de vrees, dat niet goed gehandeld heb, keert telkens weer." „Wanneer je aoo voortgaat, dan dwing je mij te zeggen, dat je met die gevoelen» Pauls vrouw niet worden mag. Ik weet, dat met jouw opvoeding en jouw vader niet anders kon gebeuren dan wat gebeurd is. Niet jou had ik andera willen hebben, maar wel je vader 1 En laten we nu er over uit scheiden en kwel jij jezelf ook niet met din gen, waaraan niets te veranderen valt." Felicitas voelde ook, dat het gesprek uit moest zijn; maar gekalmeerd was rij er niet door. De spoedige terugkomst van haar va der hielp haar, niet weer op het gesproke ne terug te komen. Ook profeasoir Lohmer herademde. Zij beiden zagen, dat von Her- thers gezicht minder betrokken was dan straks. Hij had een couvert in de hand en zeide: „Paul komt zeker. In de Residentie is de toestand redelijk en Paul is al onderweg. De waarheid is, dat ik geen rust had vóór ik zekerheid had omtrent zijn komst. Daar om heb ik getelegrafeerd. We zullen van avond nog zaken hebben te doen en ik heb den inspecteur verzocht ook aan tafel te komen." Toen de beide heeren alleen gebleven waren, .zeide Max: „Vertel me nu toch eens, welke zorgen je den laatsten tijd zoo drukken. Paul ver telde me, dat je niet gewoon was, en dat hfj vreesde, dat de zorgen voor de mijnen nog eens tot zwaarmoedigheid zouden lei den." „Och, ik kan mijn eersten indruk maar niet van mij afzetten. Ik ben er van over tuigd, dat de oudere werken zonder ©eni gen waarborg voor het leven van de tal- looze werklieden zijn aangelegd, alleen me* de bedoeling om er wfn»t uit te slaan. Voornamelijk geldt dat voor de groobe mijn „Gut Heil", die eer „Onheil" zou kunnen heeten en die den rijksten oogst geeft. Mertel en de opzichters, met uitzondering van één, verzekerden, dat er geen gevaar is en dat inrichtingen als deze niet andera kunnen zijn. Maar in de afgeloopen week heb ik weer twee anonieme brieven gekre gen, die van ernstige verschijnselen in do mijnen spreken." „Hecht je waarde aan anonieme brieven?" „In dit geval misschien wel. Mertel ia* buitengewoon streng tegen liet werkvolk; Paul zegt, dat dit niet anders kan, en ik heb daarover geen juist oordeel. In ieder geval, ze zijn bang voor hem. Zijn de be richten, die ik vandaag kreeg, waar, dan zijn groote en dringende werkzaamheden noodig. En nu wil ik, dat spoedig gebeurt, wat toch gebeuren moet. Gebeurde er iets, ik zou de verantwoordelijkheid niet willen dragen." „Ik kan me in je toesband indenken en zou evenals jij daarover ernstig nadenken.- Wanneer ik je een raad mag geven, dan i» het deze: doe wat je meent te moeten doen zonder overleg met Paul. Hij is mijn broe der en het verheugt mij, dat jij hem zoo hoog waardeert. Maar het is zijn noodlot, zich harder te moeten voordoen dan hij ia, en dat hij elk medelijden en gevoel voor an deren als een soort zwakte beschouwt. Jij bent eigenaar en mijn broer is slechts jt toekomstige schoonzoon. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1911 | | pagina 1