N°. 15584
Vrijdag O December.
A0. 1910.
Gourant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zonen feestdagen, uitgegeven.
Dit nommer bestaat uit
TWEE Bladen.
Eerste Blad.
Offieieele Kennisgeving.
Onder onze Vroede Vaderen.
FEUILLETON.
Hun roeping getrouw.
LEIDSCH
Mr, riS
DAGBLAD
PRIJS DER ADYERTENTIEN:
Van 16 regels ƒ1,06. Iedere ragel meer ƒ0.17}. Grootsre lettere naar
plaatsruimte. Kleine advertentiën ra» 30 woorden 40 Oents contant elk
tiental woorden meer 10 Oents. Voer het inoaaseeren wordt 0.06 berekend.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per week 9 Oents j per 3 maanden I 1' f 1.10.
Belten Leiden, per looper en naar agenten gevestigd tijn 1.30.
Franco per post1.66.
DRANKWET.
Burgemeester en Wethouders van Leiden;
Gelet op de artt. 12 en 37 der Drankwet;
Brengen ter algemeene kennis, dat door
H. ZIERIKZEEj wonende te Leiden een
verzoekschrift' is ingediend, om verlof voor
'den verkoop van uitsluitend alcoholvrijen
drank, voor gebruik ter plaatse van ver
koop, in den. winkel van het perceel Heyn-
aiusplein 5.
Burgerrechter an Wethouders voornoemd,
N. C. DE GIJSELAAR
Burgemeester.
VAN HEYST. Secretarit.
Leiden, 9 December 1910.
Het zwaartepunt van de Raadsagcnda
lag gisteren in het voorstel van B. en Ws.
om te besluiten tot den bouw van een nieu
we Hoogere Burgerschool voor Jongens,
waarbij zich aansloten de voorstellen tot
verhooging van schoolgeld aan de beide
Hoogero Burgerscholen.
Wat er aan voorafging was niets meer
dan kleingoed, dat met een -vloek en een
zucht" kon worden afgedaan.
Het was wel een veeg fceeken dat de wet
houder van onderwijs door een liohte on
gesteldheid was verhinderd deze vergade
ring bij te wonen, waar het bijna uitslui
tend over onderwijszaken zou loopen.
Er was nog een raadslid wegens onge
steldheid verhinderd, de heer J. J. van
Hoeken. Diens ziekte is echter van meer
ernstigen -aard en doet het ergste vreezen.'
.'Voor men aan de eigenlijke agenda be
gon, stelde de voorzitter voor om den di
recteur van het Slachthuis verlof te ver-
leenen ook de betrekkingen van plaatsver
vangend districts veearts en Rijkskeurmees
ter waar te nemen.
De heer Fokker informeerde even of deze
betrekkingen ook storend kondén werken
op de richtige vervulling, van de betrekking.
'Alleen toen hij daarop een geruststellende
verklaring van den voorzitter kreeg, legde
hij zich er bij neer. De heer Pera toonde
door een goedkeurend hoofdknikken zijn in
stemming met mr. F.'s voorziohtigheid.
iVervoIgens werd ook aan den adj.-directeur
verlof verlëend als Rijkskeurmeesfcer te
mogen optreden, wat mede in verband met
dé export-slagerij noodig bleek.
Tot aan No. 14 liep nu alles vlot van sta
pel, de benoemingen mede inbegrepen.
Alleen bij het voorstel om f 8000 beschik
baar te stellen als bijdrage aan de gemeente
Oegstgeest in de kosten van aankoop van
den Rijnsburgerweg werden een paar op
merkingen gemaakt.
De heer Reimeringer vroeg of de Ned.
Wielrijders-Bond ook nog een bijdrage ver
leende zooals het bestuur indertijd had toe
gezegd. Dat was alleen een lokeendje ge
weest, werd geïnterrumpeerd.
De Voorzitter merkte op, dat die bij
drage uitbleef, doch indien ze ware gegeven
zou ze toch niet de gemeente ten goedo
zijn gekomen, omdat deze nog beneden het
toegezegde 2/3 der kosten is gebleven. De
overdrachtskosten komen nog met Vle f 4000
ten laste der provincie.
Hoe het zij, de vaak aangevochten tol
zal nu weldra hebben opgehouden te be
staan. Hij ruste in vrede 1
En toen stond men in eens voor het voor
stel tot den bouw van een nieuwe H. B.-S.,
waarvoor blijkbaar zelfs eenige belangstel
lende op de publieke tribune waren ver
schenen, vermoedelijk minder uit belang
stelling .voor de school dan wel voor de twee
ton, die de bouw zou kosten. Dat dit voor
stel er vlot zou doorgaan, hebben we voor
©enige dagen al betwijfeld. De beer Sijtsma
die met dit voorstel voor oogen vooraf ge
legenheid vond, terug to komen óp zijn
bewering bij de behandeling der begrooting
dat niet altijd de Raad aansprakelijk kan
gesteld worden voor groote uitgaven, leidde
den aanval.
Voornamelijk wraakte hij 't dat de Raad
eerst vier en vijf dagen vóór de openbare
behandeling kennis van dit ingrijpend voor
stel kreeg, terwijl de zaak reeds jaren een
onderwerp van overleg is geweest tusschen
B. en Ws. en de verschillende schoolautori-
teiten. Hij had gewenscht dat B. en Ws.
voor zij de balans hadden opgemaakt, den
Rand eens hadden gehoord en ingelicht,
zoo noodig in een zitting met gesloten deu
ren.
Hij vroeg nn uitstel van behandeling. De
Voorzitter begon met op te merken, dat
de stukken dan toch Donderdagavond van het
Stadhuis waren uitgegaan en deed het voor
komen dat het brengen van het voorstel
op de agenda nog niet beteekende, dat men
er nu ook over moest besluiten. Ook dit
was een middel om er nader mee kennis
te maken, een voorstelling die we niet doe
len. Het komt ons .voor, dat als regel kan
gelden, dat een voorstel, dat op de agenda,
is geplaatst, rijp voor behandeling en een
beslissing wordt geacht, tenzij men hot doet
in een. vorm als: „inlichtingen over of be
sprekingen over het voorstel, enz."
Wel geven wij den Voorzitter gaarne toe,
dat het geen aanbeveling verdient voorstel
len als deze in geheime zitting te behan
delen. Maar anders is het aan de leden in
comité inlichtingen te verschaffen, wat hier
vooral op zijn plaats was, daar zeker het
meerendeel der leden in de vaste meening
verkeerde, dat uitbreiding der H. B.-8. met
de aangekochte peroeelen zou worden voor
gesteld.
Mr. Aalherse ging echter nog verder. Hij
wilde afwachten een wetsontwerp in verband
met deze materie, dat reeds den Raad van
State heeft bereikt. Wat dit ontwerp zal
inhouden, daarvan weten wij nog niets,
maar het kan zijn dat daardoor een ander
licht valt op dit voorstel. Het zal misschien
een paar maanden duren en zoolang kunnen
we nog wel wachten. Dé heer Van der
Eist had als buitenstaander in de groote
politiek niet zulk een goed vertrouwen op
het spoedig indienen van bedoeld ontwerp,
en vreesde dat het wel eens de kapstok
kon worden, waaraan het voorstel zou wor
den opgehangen. Prof. Wildeboer "daarente
gen beval nog langer uitstel aan. Er was
toch ook een Ineenschakelingscommissic werk
zaam geweest en als haat- werk éffect sor
teerde, kon het wel eens wezen -dat ,deT
vergrooting heelemaal niet noodig was.
De heer Reimeringer, zooals men weet
lid der Commissie van Toezicht op het M.
O., hing een donker tafereel op over den
toestand van het tegenwoordig school^
gebouw, waaruit men zou kunnen opmaken,
dat uitstel allerminst gerechtvaardigd was
en prof. Fockema Andreae sprak zijn ver
wondering uit over het optimisme van zijn
collega "Wildeboer, die scheen te meenen dat
er in de naaste toekomst iets van het werk
der Ineenschakelingscommissre_te wachten,
viel. Daarin zijn meteprof
Fockema ^ndreae" eens. Wij zóud&n- ctrtrte
ven voorspellen dat prof. W. en vele der
oudere Raadsleden met hem niet over dit
voorstel zouden, behoeven te "beraadslagen
al3 men op de resultaten van den overigens
te waardeeren arbeid van. de Ineenschake-
lingsoommissie wilde wachten. Ook daar wil
den B, en Ws. natuurlijk niet van weten
en evenmin stond, het hun aan te wachten
op het door mr. A. bedoelde wetsontwerp.
Kwam het spoedig, dan was hét mogelijk,
maar als den heeren naar de opvatting
van den heer Sijtsma gelegenheid was gege
ven tot nader onderzoek en grondiger be
studeering, waartoe B. en Ws. willen mede
werken o.a. door. op verzoek van prof. Car-
pentier Alting de keuze der plaats voor
het nieuwe sohoolgehouw nader toe te lich
ten, achtten zij het voorstel voor nadere
behandeling vatbaar, zooals do Voorzitter
uiteenzette. De heer Aalberso verklaarde hij
voorbaat en hij wijze van dreigement namens
vele zijner vrienden, dat zij dan zeker
zouden tegenstemmen. Het stond nu aan B.
en Ws. of zij de gevolgen daarvan aandurf
den. Dit oordeel lijkt ons tooh wat voori
harig t,oe. Stel, w'at toch niet onmogelijk
is, dat het wetsontwerp door mr. A. be
doeld, eens langen tijd. op zich liet wachten,
en het bleek dat eer wezenlijk periculum'
in mora was met de H. B.-S., dan gaat
het toch niet aan de beslissing afhankelijk
te stellen van de stroefheid onzer Staats
machine.
Dev Voorzitter en prof. Wildeboer heb-
ben verder nog wat gedebatteerdover de
mogelijkheid dat het Lyceum van de Ineen-
schakelingscommissie later in een nieuw op
te richten Hoogere Burgerschool onderdak
zou kunnen worden gebracht en de heer
Korevaar verweerde zioh tegen het verwijt
van den heer Sijtsma ten aanzien van "Sen
door B. en Ws. indertijd voorgesteldea
koop van huizen, om de oude H. B.-S. voor
Jongens, die toch wel te pas zullen kunnen
komen, ook al wordt de school verplaatst.
De aangekochte peroeelen waren, volgens
hem, niet te duur. Daarna werd zondeaj
hoofdelijke stemming tofc uitstel van behan
deling besloten.
Tot hoelang? Wij denken dat het spoedig
terug zal komen wanneer althans het wets
ontwerp ld,oor mr. A. bedoeld, weldra de
Kamer bereikt. Intusschen zullen de Raads
leden weloons een kijkje nemen in de H.
B.-S. en B. en Ws. zullen wellicht met een
nader praeadvies. komen. Wij meenden van
den heer Korevaar te hebben gehoord,
dat er in dezen ook een minderheid bij
het College van B. en Ws. was, die van
oordeel is dat met verbouwing kan wor
den volstaan. Laat deze minderheid zich
ook eens uitspreken.
Aan wat nu volgde: het voorstel van den
heer Vergouwen tot verhooging van hét
schoolgeld aan de H. B.-S. voor Meisjes,
was vastgehaakt het rapport inzake het 1
onderzoek van B. en "Ws. naar de uitvoer
baarheid van de omzetting der H. B.-S.
voor Reisjes in een Meisjesschool voor M.
U. L. O.
We meenden dat dit rapport zeer overtui
gend was, de heer Vergouwen zelf was
echter allerminst overtuigd én heeft zeer
uitvoerig zijn standpunt, dat de M. U. L. O-
school te verkiezen is in vele gevallen hoven
de Middelbare school, gehandhaafd en het
rapport uitvoerig bestreden. Do heer Reinie^
éringer-i9 daar met forsehheid tegen ingegaan
de voortreffelijkheid van de Middel
zware school weer uitvoerig verdedigd. Wij
kunnen beide betoogon hier niet volgen.
Eigenlek gingen zij ook buiten het voorstel,
dat op de agenda stond, om, zooals de voor
zitter opmerkte. Had de voorzitter de hee
ren nog niet weten tegen te houden, onge
twijfeld waren er nog meer tongen over los
gekomen.
De heer Vergouwen stelde nu voor, zooals
hij vroeger ook reeds deed, het schoolgeld
voor de Meisjes H. B.-S. te verhoogen van
f 60f 80, welk voorstel onmiddellijk werd
geamendeerd door dr. Mvuleman, die het tot
f100 wilde verhoogen, waarmede de heer
V er gouwen reeds hij voorbaat zich verzoende.
Dit viel sommigen heeren wel een beetje
koud over 't lijf blijkbaar, en men scheen er
tegen op te zien hierover onmiddellijk te be
slissen. De heer Fokker wees er terecht op
dat over zulk een ingrijpende verandering
tooh ook wel de Wethouder van Onderwijs
mocht worden gehoord. En zoo besloot men
ook Idit punt uit te stellen. De voorzitter
wilde het over een veertien dagen weder op
de agenda plaatsen, maar de heer Meuleman
kon dan onmogelijk ter vergadering komen.
De voorzitter dacht wel rdat de heer Ver
gouwen het amendement ook wel zou wil
len verdedigen, maar de heer M. wilde, zoo
als te begrijpen is, er liefst zelfbij zijn. Over
eengekomen swerd dat in de eerste verga-
dering van 1911 deze voorstellen aan de
orde zouden kom^n. Wij verwachten nu voor
af ook nog oen praeadvies van B. en Ws.
op. het amendement-Meuleman.
Nu bleof nog over het voorstel van B. en
Ws. tót verhooging van het schoolgeld aan
de beide Hoogere Burgerscholen voor de
buitenleerlingen. De hoer CarpentieT Alting
was van oordeel, waar ook dit voorstel ver
band (hield met het voorgaande, dat hot
moest worden verdaagd.
Men wil de buitenleerlingen f 90 meor
laten betalen dan <ïe Leidscho. Stijgt dit
laatste nu aan de H. B.-S. voor Meisjes
met f40, dan zou het voor een buitenleerling
f 190 bedragen, een bedrag dat allicht aan
leiding zal geven dat slechts weinigen van
buiten er gebruik van zullen maken. Dit
mag inderdaad wel eens onder oogen wor
den gezien. De voorzitter wilde wel doorgaan
met de behandeling, maar de heer Van der
Lip meende ook dat er termen voor aanhou
ding tot de eerste Januari-vergadering be-
stonden en ook daartoe werd besloten.
De heeren hadden dus wel veel gepraat
maar, weinig tot stand gebracht. Wie echter
mocht meenen dat hetgeen gisteren over de
drie uitgestelde onderwerpen is gesproken,
aanleiding zal zijn tot verkorting van het
debat yoor de volgende gelegenheid, zal zich
vergissen.
Wij kunnen oas in Januari 1911 al vast
klaar houden voor een lange vergadering,
misschien met een vervolg er hij.
Bij de rondvraag kwam nog even de toe
stand der huizen aan het Kort-Rapcnburg
ter sprake. De heer P. J. Mulder, die mea
daarvoor blijkbaar had aangezocht, vroeg'
waarom een adres dier bewoners niet was
voorgelozen. „Omdat liet niet is ingeko-
komen," repliceerde de Voorzitter lachend.
En men had het. den heer M. nog wel ge
zegd, bette zullen inzenden. Maar ook zon
der dat adres vond hij den toestand daar.
niet zoo 't behoort en hij vroeg of B. ca'
Ws. er ook iets aan willen of kunnen doen.
De Voorzitter zeide overweging toe. Hij;
had ook met de Koningin in „Vorsten
school" kunnen zeggenhet willen staat
aan ons, het kunnen niet. Want wat zal
men er aan veranderen, tenzij men de hui
zen afbreekt en er op verhoogden boden^
andere bouwt, wat mettertijd wel zal go-"
schieden.
Leiden, 9 December.
Maandagavond a.s. houdt do heer J. W.,
van Nouhuys, aan geen Leldenaar onbekend,
in het Volkshui* een lezing over zijn tocht
door Nieuw Guinea. Lichtbeelden, naar op de
expedities genomen photographieün, zullen het
gesproken woord toelichten. Tot bijwoning over
deze voordracht op te wekken, lijkt overbodig.
De heer J. Schop Pz., te Ridderkerk,
hoeft bedankt voor zijn benoeming tot hoofd
der Chr. school te Marken, doch aangenomen
zUn benoeming tot lsten onderwijzer aan de
Chr. school te Lelden.
Ten Raadhuize te 's-Gravenhage wen,
aanbesteed de levering van straat- en trottoir-
kolken. Minste inschrijvers waren voor. per»,'
2 Kon. Ned. Grofsmederij, te Lelden, trottoir
kolken 18.05, deksels 1 60; pero. 8 dezelfde,
putranden ƒ14.95, deksels ƒ5.45; perc. 4 de
zelfde, roosters ƒ2.35, kolkranden ƒ2.25,
alles per stuk.
De heer M. H. Eggink, van Dlepenveei
vroeger te Haarlemmermeer, is benoemd toU
secretaris der gem. Maarsen-Maarseveen.
Beroepen Is b(J da Ned. Herv. Gom. te
Ouderkerk aan den Usel de. G. H. Beekenkamp,
te Delft.
Nu, blijkens de memorie ven antwoord
de mlnlrter geen aanleiding hooft kunnen
vinden wijzigingen voor te stellen Ia de arbeids
voorwaarden voor het t(]d»Hjk personeel voor
de volkstelling, heelt het bestuur van den
Nationalen Bond van Handela- en Kantoor
bedienden „Msrcuriut" zich met een adres tof
de Tweede Kamer gewend, onder verwijzing
naar een vroeger te dier zake tot den mlnieter
gericht request, ea aan de Kamor verzooht,
bi) de behandeling van de begrooting met de
in dat request uitgedrukte wenschen te wilier
rekening houden.
Een afschrift van dit adres is aan de Kamer
leden en den minister van binnenlandsch»
zaken toegezonden.
De gemeenteraad van Rotterdam heeft
in een gisteravond gehouden zitting de politie-
verordening aangenomen, zooals deze door
den burgemeester was voorgeeteld.
Thans zat vervallen de rang van tweede
klasse. De salarissen van enkele categorieën
zullen verhoogd worden.
Het aantal hoofd Inspecteurs wordt met 4
en het aantal Inspecteurs tweede klasse met
2 vermoerdord.
Een nieuwe rang, nl. die van politie-assls-
tent wordt thans ingesteld.
Op de begrooting 1911 is voor een en ander
reeds 25.000 uitgetrokken.
Na oenige opmerkingen van do heeren Van
88)
De reis zag er avontuurlijker uit Jan zij
was en mij leidde minder de drang naar
een reis om de wereld of indrukken te krij
gen van de tropen en de poolstreken, dan
wel de wensch mij te onttrekken aan iets,
dat mij in het vaderland bedreigde. Daar u
mijn ouderen broeder goed kent, zal het u
bekend zijn, dat onze familie geen geld
heeft. Mijn goede broeder heeft al do on
aangename gevolgen daarvan gedragen,
heeft als pri\aat-docent een moeilijken tijd
doorgemaakt, heeft jarenlang gewacht op
de plaats van professor en zal hier nu wel
hlijven ook, waardoor hij poseeren kan als
een martelaar van de wetenschap."
De president schoof onrustig op zijn
stoel heen en weer, was al eenmaal op 'fc
punt geweest den spreker in de rede te val
len. Er mishaagde hem ie's in houding en
toon van den dokter. Dit ontging den laat
ste niet, maar hij was vast besloten zijn doel
te bereiken en vervolgde:
i,Voor iets dergelijks miste ik ten eenen-
male alle geschiktheid en. dus moest ik er
op bedacht zijn op andere wijzén mij'het;be-'
noodigde kapitaal te verschaffen. Groote
reizen en velerlei connecties kunnen daarin
ivoor een deel voorzienten minste kreeg ik
daardoor zooveel talen- en wereldkennis,
dat ik mogelijk als dokter bij een gezant
schap of consulaat aangesteld zou kunnen
worden. Ik nam met volle overtuiging af
scheid van allo gemakken van het leven,,
hier, om velerlei jammerlijke dingen in an
dere wereldstreken te ondervinden. U be
grijpt, dat de correspondentie tusschen mijn
broer en mij niet al te druk was. Wij had
den elkaar trouwens niet veel mede te doe
len. Een enkele maal had ik gelegenheid to
informeeren, naar toestanden in het vader
land. In een brief van Maat werd uw naam
genoemd en mijn broer wist geen woorden
te vinden, warm genoeg om uw hartelijke
vriendschap te schilderen. Dit nu zou mij
op ziohzelf niet bijzonder geïnteresseerd
hebben. Ik was tevreden met mijn eng be
grensden, zeer geregelden, iedere toevallig
heid buitensluitenden werkkring op mijn
schip. Ik dacht met eenige minachting aan
het vaderland en aan de mogelijkheid er
gens een werkkring te hebben in een kleine
plaats.
Zooals ik u zeide: wanneer ik niet uw
naam uit Max' brief onder voor mij zeer
merkwaardige omstandigheden vernomen
had, Waarschijnlijk zou Max' verhaal van
zijn verkeer met u weinig indruk op mij ge
maakt hebben. Maar naar aanleiding van
zijn brief deed ik Max een paar vragen, die
mij het antwoord moesten geven of zekere
dingen, die ik dacht, dat in een geheel an
deren hoek van de wereld thuis behoorden,
met u in betrekking stonden. Na zijn ant
woord moest ik het tegendeel gelooven en
liet dus de zaak rusten. Maar na alles,
wat ik in de paar dagen van mijn verblijf
hier vernomen heb, kan Max zich vergist
hebben, toen hij mijn vragen ontkennend be
antwoordde."
In zekere spanning hoorde de president
hém aan. Hij vermoedde eenige opzettelijk
heid in de wijze, waarop de dokter eerst
over zichzelf en dan over dié bijzondere din
gen sprakeen wijze, die hem onaangenaam
stemde. Hij zeide:
,,Maar ik begrijp niet, dokter, hoe mijn
naam in verband kan staan met aangelegen
heden van uw reis."
„Tooh was dat mogelijk. Ik moet u nog
maals pardon vragen, wanneer ik u heb
doen schrikken, en ik verklaar, dat oen
zaak, waarbij ik niet geïnteresseerd ben, mij
tot u gevoerd heeft.. En nu één vraag, waar
op het antwoord beslissend is. Stamt u cf
uw vader uit Bremen en bent u verwant aan
een familie von Herther, welks hoofd in da
eerste jaren van deze eeuw de Deensche
consul Wilhelm von Herther is geweest1?"
„Dat was mijn grootvader," antwoordde
de president gejaagd, terwijl hem het bloed
naar het hoofd steeg. Een oogenblik wa3
het hem te moede, als wilde hij den man,
die hem ongevraagd aan oude familiekwes
ties kwam herinneren, geen antwoord meer
geven. Maar hét volgende oogenblik had hij
een hartstochtelijk verlangen; onbestemde
voorstellingen kwamen in zijn brein op en
hij zag den jongen dokter met zóó gespan
nen blikken aan, dat Paul direct begreep
van hoe groote wa»arde zijn mededeelingen
zijn konden.
„Dan heeft Max zich dus toch vergist en
was mijn eerste vermoeden juist. Wanneer
ik nu in bijzonderhéden treed, ben ik van
uw belangstelling overtuigd. En om zoo kort
te zijn als mogelijk is: de wonderlijke ont
moeting, waaraan ik denk, vond voor onge
veer twee jaren in Kamschatka plaats. Ons
sohip was in een ruwen storm erg gehavend
het was noodig de Peter-Paulhaven binnen
te loopen en hier voor langdurige reparaties
eenigen tijd te blijven. De Russische beamb
ten betoonden zich zeer voorkomend jegens
onze bemanning en vooral tegen de offi
cieren.
Wat m het onherbergzame land en in de
vuile, verweerde huizen aan hulpmiddelen,
comfort en genoegens te verkrijgen was,
werd ons ten dienste gesteld. En daar wij
aan boord bleven wonen en dagelijks in
sloepen aan land gingen, bereidden de eer
st© bewoners van de plaats den officieren,
die, zooals de meeste zeelieden, goede ja
gers waren, menigmaal een genoegen.
Wel waren de kleine kozakkenpaurden hun
ongewoon, maar het jachtgenot was groot.
Jachten op beren, vossen, marters en rob
ben- en walvisohvaarten volgden elkaar re
gelmatig op. Ik nam aan enkele deel, want
afgescheiden daarvan, dat ik geen grooto
Nimrod ben, kwam ik al spoedig in aanra
king met collega's daar ter plaatse.
Youri Iwanowitsch Samarius was in zijn
soort een prachtexemplaar. Yan huis uit een
goed militair, dokter bij een kozakkenregi-
ment, was hij langzamerhand specialiteit in
alles en nog wat geworden en hij behandel
de verschillende gevallen, waarvan hij niet
het minste verstaud had, met hét universeel
geneesmiddel: brandewijn. Hij stelde in mij
vertrouwen en vertelde mij, dat hij zijn ken
nis zeer verrijkt had door in de haven ver
blijvende scheepsdoktoren, en dat hij van
mij hetzelfde hoopte. Hij sleepte mij mee
naar zware en lichte zieken, en daar er wer
kelijk eenige interessante gevallen waren,
liet ik mij gemakkelijker meesleepen dan
anders wellicht het geval zou zijn geweest.
Wetenschappelijk beteekende Youri zoo
ongeveer niets, maar hij had een zeer diep
gevoel voor mensohelijk lijden; bij treurige
geschiedenissen werd hij overdreven senti
menteel en menigmaal liepen hém een paaP
dikke tranen over zijn roodbruine wangen.
Een zieke op te geven was hem onmogelijk;
zijn spreekwoord: „God kan alles" lag hem
in den mond bestorven en hij zochfc naar
kruiden voor een leverziekte en een genees
middel tegen den ouden dag.
Een van de eerste dagen vergezelde
hem op een bozoek bij een ouden gouverne-
ments-ambtenaar, iemand van bijna negen
tig jaar oud, volkomen in de war en zoo
weggezonken in zijn gewoonten, zoo apa
thisch als een mensch, die jaren lang den
zelfden sleurgang gaat, maar worden kan,
dat men eigenlijk niet kon uitmaken wat
zijn ziekte was. 't Absoluut hopelooze geval
zou voor mij weinig belang hebben opgele
verd, wanneer ik niet reeds bij het eerste
bezoek vernomen had, dat de oude Fedor
Michailowitsch geen Rus was, maar iemand
uit Duitsch-Zwitserland, en dat hij heette
Bernard Flori.
„Bernard Flori 1" riep de president, zon
der eenige terughouding, Paul bij den arm
vattend en hem zeer opgewonden aanzien
de. Pauls verhaal had hem lioe langer hoe
meer geboeid.
„Wees kalm," zeide Paul, den president
in zijn stoel terugduwend, als maakte hij
van een recht gebruik. „U zult niets bijzon
der goeds, maar na alles, wat jaren ge-leden
gebeurd is en wat u weet, ook niets te hoo
ren krijgen, waarvoor gij u beangst behoef5
te maken.
(Wordt vervolgd.)