N°. 15584 Vrijdag O December. A0. 1910. Gourant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zonen feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Eerste Blad. Offieieele Kennisgeving. Onder onze Vroede Vaderen. FEUILLETON. Hun roeping getrouw. LEIDSCH Mr, riS DAGBLAD PRIJS DER ADYERTENTIEN: Van 16 regels ƒ1,06. Iedere ragel meer ƒ0.17}. Grootsre lettere naar plaatsruimte. Kleine advertentiën ra» 30 woorden 40 Oents contant elk tiental woorden meer 10 Oents. Voer het inoaaseeren wordt 0.06 berekend. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per week 9 Oents j per 3 maanden I 1' f 1.10. Belten Leiden, per looper en naar agenten gevestigd tijn 1.30. Franco per post1.66. DRANKWET. Burgemeester en Wethouders van Leiden; Gelet op de artt. 12 en 37 der Drankwet; Brengen ter algemeene kennis, dat door H. ZIERIKZEEj wonende te Leiden een verzoekschrift' is ingediend, om verlof voor 'den verkoop van uitsluitend alcoholvrijen drank, voor gebruik ter plaatse van ver koop, in den. winkel van het perceel Heyn- aiusplein 5. Burgerrechter an Wethouders voornoemd, N. C. DE GIJSELAAR Burgemeester. VAN HEYST. Secretarit. Leiden, 9 December 1910. Het zwaartepunt van de Raadsagcnda lag gisteren in het voorstel van B. en Ws. om te besluiten tot den bouw van een nieu we Hoogere Burgerschool voor Jongens, waarbij zich aansloten de voorstellen tot verhooging van schoolgeld aan de beide Hoogero Burgerscholen. Wat er aan voorafging was niets meer dan kleingoed, dat met een -vloek en een zucht" kon worden afgedaan. Het was wel een veeg fceeken dat de wet houder van onderwijs door een liohte on gesteldheid was verhinderd deze vergade ring bij te wonen, waar het bijna uitslui tend over onderwijszaken zou loopen. Er was nog een raadslid wegens onge steldheid verhinderd, de heer J. J. van Hoeken. Diens ziekte is echter van meer ernstigen -aard en doet het ergste vreezen.' .'Voor men aan de eigenlijke agenda be gon, stelde de voorzitter voor om den di recteur van het Slachthuis verlof te ver- leenen ook de betrekkingen van plaatsver vangend districts veearts en Rijkskeurmees ter waar te nemen. De heer Fokker informeerde even of deze betrekkingen ook storend kondén werken op de richtige vervulling, van de betrekking. 'Alleen toen hij daarop een geruststellende verklaring van den voorzitter kreeg, legde hij zich er bij neer. De heer Pera toonde door een goedkeurend hoofdknikken zijn in stemming met mr. F.'s voorziohtigheid. iVervoIgens werd ook aan den adj.-directeur verlof verlëend als Rijkskeurmeesfcer te mogen optreden, wat mede in verband met dé export-slagerij noodig bleek. Tot aan No. 14 liep nu alles vlot van sta pel, de benoemingen mede inbegrepen. Alleen bij het voorstel om f 8000 beschik baar te stellen als bijdrage aan de gemeente Oegstgeest in de kosten van aankoop van den Rijnsburgerweg werden een paar op merkingen gemaakt. De heer Reimeringer vroeg of de Ned. Wielrijders-Bond ook nog een bijdrage ver leende zooals het bestuur indertijd had toe gezegd. Dat was alleen een lokeendje ge weest, werd geïnterrumpeerd. De Voorzitter merkte op, dat die bij drage uitbleef, doch indien ze ware gegeven zou ze toch niet de gemeente ten goedo zijn gekomen, omdat deze nog beneden het toegezegde 2/3 der kosten is gebleven. De overdrachtskosten komen nog met Vle f 4000 ten laste der provincie. Hoe het zij, de vaak aangevochten tol zal nu weldra hebben opgehouden te be staan. Hij ruste in vrede 1 En toen stond men in eens voor het voor stel tot den bouw van een nieuwe H. B.-S., waarvoor blijkbaar zelfs eenige belangstel lende op de publieke tribune waren ver schenen, vermoedelijk minder uit belang stelling .voor de school dan wel voor de twee ton, die de bouw zou kosten. Dat dit voor stel er vlot zou doorgaan, hebben we voor ©enige dagen al betwijfeld. De beer Sijtsma die met dit voorstel voor oogen vooraf ge legenheid vond, terug to komen óp zijn bewering bij de behandeling der begrooting dat niet altijd de Raad aansprakelijk kan gesteld worden voor groote uitgaven, leidde den aanval. Voornamelijk wraakte hij 't dat de Raad eerst vier en vijf dagen vóór de openbare behandeling kennis van dit ingrijpend voor stel kreeg, terwijl de zaak reeds jaren een onderwerp van overleg is geweest tusschen B. en Ws. en de verschillende schoolautori- teiten. Hij had gewenscht dat B. en Ws. voor zij de balans hadden opgemaakt, den Rand eens hadden gehoord en ingelicht, zoo noodig in een zitting met gesloten deu ren. Hij vroeg nn uitstel van behandeling. De Voorzitter begon met op te merken, dat de stukken dan toch Donderdagavond van het Stadhuis waren uitgegaan en deed het voor komen dat het brengen van het voorstel op de agenda nog niet beteekende, dat men er nu ook over moest besluiten. Ook dit was een middel om er nader mee kennis te maken, een voorstelling die we niet doe len. Het komt ons .voor, dat als regel kan gelden, dat een voorstel, dat op de agenda, is geplaatst, rijp voor behandeling en een beslissing wordt geacht, tenzij men hot doet in een. vorm als: „inlichtingen over of be sprekingen over het voorstel, enz." Wel geven wij den Voorzitter gaarne toe, dat het geen aanbeveling verdient voorstel len als deze in geheime zitting te behan delen. Maar anders is het aan de leden in comité inlichtingen te verschaffen, wat hier vooral op zijn plaats was, daar zeker het meerendeel der leden in de vaste meening verkeerde, dat uitbreiding der H. B.-8. met de aangekochte peroeelen zou worden voor gesteld. Mr. Aalherse ging echter nog verder. Hij wilde afwachten een wetsontwerp in verband met deze materie, dat reeds den Raad van State heeft bereikt. Wat dit ontwerp zal inhouden, daarvan weten wij nog niets, maar het kan zijn dat daardoor een ander licht valt op dit voorstel. Het zal misschien een paar maanden duren en zoolang kunnen we nog wel wachten. Dé heer Van der Eist had als buitenstaander in de groote politiek niet zulk een goed vertrouwen op het spoedig indienen van bedoeld ontwerp, en vreesde dat het wel eens de kapstok kon worden, waaraan het voorstel zou wor den opgehangen. Prof. Wildeboer "daarente gen beval nog langer uitstel aan. Er was toch ook een Ineenschakelingscommissic werk zaam geweest en als haat- werk éffect sor teerde, kon het wel eens wezen -dat ,deT vergrooting heelemaal niet noodig was. De heer Reimeringer, zooals men weet lid der Commissie van Toezicht op het M. O., hing een donker tafereel op over den toestand van het tegenwoordig school^ gebouw, waaruit men zou kunnen opmaken, dat uitstel allerminst gerechtvaardigd was en prof. Fockema Andreae sprak zijn ver wondering uit over het optimisme van zijn collega "Wildeboer, die scheen te meenen dat er in de naaste toekomst iets van het werk der Ineenschakelingscommissre_te wachten, viel. Daarin zijn meteprof Fockema ^ndreae" eens. Wij zóud&n- ctrtrte ven voorspellen dat prof. W. en vele der oudere Raadsleden met hem niet over dit voorstel zouden, behoeven te "beraadslagen al3 men op de resultaten van den overigens te waardeeren arbeid van. de Ineenschake- lingsoommissie wilde wachten. Ook daar wil den B, en Ws. natuurlijk niet van weten en evenmin stond, het hun aan te wachten op het door mr. A. bedoelde wetsontwerp. Kwam het spoedig, dan was hét mogelijk, maar als den heeren naar de opvatting van den heer Sijtsma gelegenheid was gege ven tot nader onderzoek en grondiger be studeering, waartoe B. en Ws. willen mede werken o.a. door. op verzoek van prof. Car- pentier Alting de keuze der plaats voor het nieuwe sohoolgehouw nader toe te lich ten, achtten zij het voorstel voor nadere behandeling vatbaar, zooals do Voorzitter uiteenzette. De heer Aalberso verklaarde hij voorbaat en hij wijze van dreigement namens vele zijner vrienden, dat zij dan zeker zouden tegenstemmen. Het stond nu aan B. en Ws. of zij de gevolgen daarvan aandurf den. Dit oordeel lijkt ons tooh wat voori harig t,oe. Stel, w'at toch niet onmogelijk is, dat het wetsontwerp door mr. A. be doeld, eens langen tijd. op zich liet wachten, en het bleek dat eer wezenlijk periculum' in mora was met de H. B.-S., dan gaat het toch niet aan de beslissing afhankelijk te stellen van de stroefheid onzer Staats machine. Dev Voorzitter en prof. Wildeboer heb- ben verder nog wat gedebatteerdover de mogelijkheid dat het Lyceum van de Ineen- schakelingscommissie later in een nieuw op te richten Hoogere Burgerschool onderdak zou kunnen worden gebracht en de heer Korevaar verweerde zioh tegen het verwijt van den heer Sijtsma ten aanzien van "Sen door B. en Ws. indertijd voorgesteldea koop van huizen, om de oude H. B.-S. voor Jongens, die toch wel te pas zullen kunnen komen, ook al wordt de school verplaatst. De aangekochte peroeelen waren, volgens hem, niet te duur. Daarna werd zondeaj hoofdelijke stemming tofc uitstel van behan deling besloten. Tot hoelang? Wij denken dat het spoedig terug zal komen wanneer althans het wets ontwerp ld,oor mr. A. bedoeld, weldra de Kamer bereikt. Intusschen zullen de Raads leden weloons een kijkje nemen in de H. B.-S. en B. en Ws. zullen wellicht met een nader praeadvies. komen. Wij meenden van den heer Korevaar te hebben gehoord, dat er in dezen ook een minderheid bij het College van B. en Ws. was, die van oordeel is dat met verbouwing kan wor den volstaan. Laat deze minderheid zich ook eens uitspreken. Aan wat nu volgde: het voorstel van den heer Vergouwen tot verhooging van hét schoolgeld aan de H. B.-S. voor Meisjes, was vastgehaakt het rapport inzake het 1 onderzoek van B. en "Ws. naar de uitvoer baarheid van de omzetting der H. B.-S. voor Reisjes in een Meisjesschool voor M. U. L. O. We meenden dat dit rapport zeer overtui gend was, de heer Vergouwen zelf was echter allerminst overtuigd én heeft zeer uitvoerig zijn standpunt, dat de M. U. L. O- school te verkiezen is in vele gevallen hoven de Middelbare school, gehandhaafd en het rapport uitvoerig bestreden. Do heer Reinie^ éringer-i9 daar met forsehheid tegen ingegaan de voortreffelijkheid van de Middel zware school weer uitvoerig verdedigd. Wij kunnen beide betoogon hier niet volgen. Eigenlek gingen zij ook buiten het voorstel, dat op de agenda stond, om, zooals de voor zitter opmerkte. Had de voorzitter de hee ren nog niet weten tegen te houden, onge twijfeld waren er nog meer tongen over los gekomen. De heer Vergouwen stelde nu voor, zooals hij vroeger ook reeds deed, het schoolgeld voor de Meisjes H. B.-S. te verhoogen van f 60f 80, welk voorstel onmiddellijk werd geamendeerd door dr. Mvuleman, die het tot f100 wilde verhoogen, waarmede de heer V er gouwen reeds hij voorbaat zich verzoende. Dit viel sommigen heeren wel een beetje koud over 't lijf blijkbaar, en men scheen er tegen op te zien hierover onmiddellijk te be slissen. De heer Fokker wees er terecht op dat over zulk een ingrijpende verandering tooh ook wel de Wethouder van Onderwijs mocht worden gehoord. En zoo besloot men ook Idit punt uit te stellen. De voorzitter wilde het over een veertien dagen weder op de agenda plaatsen, maar de heer Meuleman kon dan onmogelijk ter vergadering komen. De voorzitter dacht wel rdat de heer Ver gouwen het amendement ook wel zou wil len verdedigen, maar de heer M. wilde, zoo als te begrijpen is, er liefst zelfbij zijn. Over eengekomen swerd dat in de eerste verga- dering van 1911 deze voorstellen aan de orde zouden kom^n. Wij verwachten nu voor af ook nog oen praeadvies van B. en Ws. op. het amendement-Meuleman. Nu bleof nog over het voorstel van B. en Ws. tót verhooging van het schoolgeld aan de beide Hoogere Burgerscholen voor de buitenleerlingen. De hoer CarpentieT Alting was van oordeel, waar ook dit voorstel ver band (hield met het voorgaande, dat hot moest worden verdaagd. Men wil de buitenleerlingen f 90 meor laten betalen dan <ïe Leidscho. Stijgt dit laatste nu aan de H. B.-S. voor Meisjes met f40, dan zou het voor een buitenleerling f 190 bedragen, een bedrag dat allicht aan leiding zal geven dat slechts weinigen van buiten er gebruik van zullen maken. Dit mag inderdaad wel eens onder oogen wor den gezien. De voorzitter wilde wel doorgaan met de behandeling, maar de heer Van der Lip meende ook dat er termen voor aanhou ding tot de eerste Januari-vergadering be- stonden en ook daartoe werd besloten. De heeren hadden dus wel veel gepraat maar, weinig tot stand gebracht. Wie echter mocht meenen dat hetgeen gisteren over de drie uitgestelde onderwerpen is gesproken, aanleiding zal zijn tot verkorting van het debat yoor de volgende gelegenheid, zal zich vergissen. Wij kunnen oas in Januari 1911 al vast klaar houden voor een lange vergadering, misschien met een vervolg er hij. Bij de rondvraag kwam nog even de toe stand der huizen aan het Kort-Rapcnburg ter sprake. De heer P. J. Mulder, die mea daarvoor blijkbaar had aangezocht, vroeg' waarom een adres dier bewoners niet was voorgelozen. „Omdat liet niet is ingeko- komen," repliceerde de Voorzitter lachend. En men had het. den heer M. nog wel ge zegd, bette zullen inzenden. Maar ook zon der dat adres vond hij den toestand daar. niet zoo 't behoort en hij vroeg of B. ca' Ws. er ook iets aan willen of kunnen doen. De Voorzitter zeide overweging toe. Hij; had ook met de Koningin in „Vorsten school" kunnen zeggenhet willen staat aan ons, het kunnen niet. Want wat zal men er aan veranderen, tenzij men de hui zen afbreekt en er op verhoogden boden^ andere bouwt, wat mettertijd wel zal go-" schieden. Leiden, 9 December. Maandagavond a.s. houdt do heer J. W., van Nouhuys, aan geen Leldenaar onbekend, in het Volkshui* een lezing over zijn tocht door Nieuw Guinea. Lichtbeelden, naar op de expedities genomen photographieün, zullen het gesproken woord toelichten. Tot bijwoning over deze voordracht op te wekken, lijkt overbodig. De heer J. Schop Pz., te Ridderkerk, hoeft bedankt voor zijn benoeming tot hoofd der Chr. school te Marken, doch aangenomen zUn benoeming tot lsten onderwijzer aan de Chr. school te Lelden. Ten Raadhuize te 's-Gravenhage wen, aanbesteed de levering van straat- en trottoir- kolken. Minste inschrijvers waren voor. per»,' 2 Kon. Ned. Grofsmederij, te Lelden, trottoir kolken 18.05, deksels 1 60; pero. 8 dezelfde, putranden ƒ14.95, deksels ƒ5.45; perc. 4 de zelfde, roosters ƒ2.35, kolkranden ƒ2.25, alles per stuk. De heer M. H. Eggink, van Dlepenveei vroeger te Haarlemmermeer, is benoemd toU secretaris der gem. Maarsen-Maarseveen. Beroepen Is b(J da Ned. Herv. Gom. te Ouderkerk aan den Usel de. G. H. Beekenkamp, te Delft. Nu, blijkens de memorie ven antwoord de mlnlrter geen aanleiding hooft kunnen vinden wijzigingen voor te stellen Ia de arbeids voorwaarden voor het t(]d»Hjk personeel voor de volkstelling, heelt het bestuur van den Nationalen Bond van Handela- en Kantoor bedienden „Msrcuriut" zich met een adres tof de Tweede Kamer gewend, onder verwijzing naar een vroeger te dier zake tot den mlnieter gericht request, ea aan de Kamor verzooht, bi) de behandeling van de begrooting met de in dat request uitgedrukte wenschen te wilier rekening houden. Een afschrift van dit adres is aan de Kamer leden en den minister van binnenlandsch» zaken toegezonden. De gemeenteraad van Rotterdam heeft in een gisteravond gehouden zitting de politie- verordening aangenomen, zooals deze door den burgemeester was voorgeeteld. Thans zat vervallen de rang van tweede klasse. De salarissen van enkele categorieën zullen verhoogd worden. Het aantal hoofd Inspecteurs wordt met 4 en het aantal Inspecteurs tweede klasse met 2 vermoerdord. Een nieuwe rang, nl. die van politie-assls- tent wordt thans ingesteld. Op de begrooting 1911 is voor een en ander reeds 25.000 uitgetrokken. Na oenige opmerkingen van do heeren Van 88) De reis zag er avontuurlijker uit Jan zij was en mij leidde minder de drang naar een reis om de wereld of indrukken te krij gen van de tropen en de poolstreken, dan wel de wensch mij te onttrekken aan iets, dat mij in het vaderland bedreigde. Daar u mijn ouderen broeder goed kent, zal het u bekend zijn, dat onze familie geen geld heeft. Mijn goede broeder heeft al do on aangename gevolgen daarvan gedragen, heeft als pri\aat-docent een moeilijken tijd doorgemaakt, heeft jarenlang gewacht op de plaats van professor en zal hier nu wel hlijven ook, waardoor hij poseeren kan als een martelaar van de wetenschap." De president schoof onrustig op zijn stoel heen en weer, was al eenmaal op 'fc punt geweest den spreker in de rede te val len. Er mishaagde hem ie's in houding en toon van den dokter. Dit ontging den laat ste niet, maar hij was vast besloten zijn doel te bereiken en vervolgde: i,Voor iets dergelijks miste ik ten eenen- male alle geschiktheid en. dus moest ik er op bedacht zijn op andere wijzén mij'het;be-' noodigde kapitaal te verschaffen. Groote reizen en velerlei connecties kunnen daarin ivoor een deel voorzienten minste kreeg ik daardoor zooveel talen- en wereldkennis, dat ik mogelijk als dokter bij een gezant schap of consulaat aangesteld zou kunnen worden. Ik nam met volle overtuiging af scheid van allo gemakken van het leven,, hier, om velerlei jammerlijke dingen in an dere wereldstreken te ondervinden. U be grijpt, dat de correspondentie tusschen mijn broer en mij niet al te druk was. Wij had den elkaar trouwens niet veel mede te doe len. Een enkele maal had ik gelegenheid to informeeren, naar toestanden in het vader land. In een brief van Maat werd uw naam genoemd en mijn broer wist geen woorden te vinden, warm genoeg om uw hartelijke vriendschap te schilderen. Dit nu zou mij op ziohzelf niet bijzonder geïnteresseerd hebben. Ik was tevreden met mijn eng be grensden, zeer geregelden, iedere toevallig heid buitensluitenden werkkring op mijn schip. Ik dacht met eenige minachting aan het vaderland en aan de mogelijkheid er gens een werkkring te hebben in een kleine plaats. Zooals ik u zeide: wanneer ik niet uw naam uit Max' brief onder voor mij zeer merkwaardige omstandigheden vernomen had, Waarschijnlijk zou Max' verhaal van zijn verkeer met u weinig indruk op mij ge maakt hebben. Maar naar aanleiding van zijn brief deed ik Max een paar vragen, die mij het antwoord moesten geven of zekere dingen, die ik dacht, dat in een geheel an deren hoek van de wereld thuis behoorden, met u in betrekking stonden. Na zijn ant woord moest ik het tegendeel gelooven en liet dus de zaak rusten. Maar na alles, wat ik in de paar dagen van mijn verblijf hier vernomen heb, kan Max zich vergist hebben, toen hij mijn vragen ontkennend be antwoordde." In zekere spanning hoorde de president hém aan. Hij vermoedde eenige opzettelijk heid in de wijze, waarop de dokter eerst over zichzelf en dan over dié bijzondere din gen sprakeen wijze, die hem onaangenaam stemde. Hij zeide: ,,Maar ik begrijp niet, dokter, hoe mijn naam in verband kan staan met aangelegen heden van uw reis." „Tooh was dat mogelijk. Ik moet u nog maals pardon vragen, wanneer ik u heb doen schrikken, en ik verklaar, dat oen zaak, waarbij ik niet geïnteresseerd ben, mij tot u gevoerd heeft.. En nu één vraag, waar op het antwoord beslissend is. Stamt u cf uw vader uit Bremen en bent u verwant aan een familie von Herther, welks hoofd in da eerste jaren van deze eeuw de Deensche consul Wilhelm von Herther is geweest1?" „Dat was mijn grootvader," antwoordde de president gejaagd, terwijl hem het bloed naar het hoofd steeg. Een oogenblik wa3 het hem te moede, als wilde hij den man, die hem ongevraagd aan oude familiekwes ties kwam herinneren, geen antwoord meer geven. Maar hét volgende oogenblik had hij een hartstochtelijk verlangen; onbestemde voorstellingen kwamen in zijn brein op en hij zag den jongen dokter met zóó gespan nen blikken aan, dat Paul direct begreep van hoe groote wa»arde zijn mededeelingen zijn konden. „Dan heeft Max zich dus toch vergist en was mijn eerste vermoeden juist. Wanneer ik nu in bijzonderhéden treed, ben ik van uw belangstelling overtuigd. En om zoo kort te zijn als mogelijk is: de wonderlijke ont moeting, waaraan ik denk, vond voor onge veer twee jaren in Kamschatka plaats. Ons sohip was in een ruwen storm erg gehavend het was noodig de Peter-Paulhaven binnen te loopen en hier voor langdurige reparaties eenigen tijd te blijven. De Russische beamb ten betoonden zich zeer voorkomend jegens onze bemanning en vooral tegen de offi cieren. Wat m het onherbergzame land en in de vuile, verweerde huizen aan hulpmiddelen, comfort en genoegens te verkrijgen was, werd ons ten dienste gesteld. En daar wij aan boord bleven wonen en dagelijks in sloepen aan land gingen, bereidden de eer st© bewoners van de plaats den officieren, die, zooals de meeste zeelieden, goede ja gers waren, menigmaal een genoegen. Wel waren de kleine kozakkenpaurden hun ongewoon, maar het jachtgenot was groot. Jachten op beren, vossen, marters en rob ben- en walvisohvaarten volgden elkaar re gelmatig op. Ik nam aan enkele deel, want afgescheiden daarvan, dat ik geen grooto Nimrod ben, kwam ik al spoedig in aanra king met collega's daar ter plaatse. Youri Iwanowitsch Samarius was in zijn soort een prachtexemplaar. Yan huis uit een goed militair, dokter bij een kozakkenregi- ment, was hij langzamerhand specialiteit in alles en nog wat geworden en hij behandel de verschillende gevallen, waarvan hij niet het minste verstaud had, met hét universeel geneesmiddel: brandewijn. Hij stelde in mij vertrouwen en vertelde mij, dat hij zijn ken nis zeer verrijkt had door in de haven ver blijvende scheepsdoktoren, en dat hij van mij hetzelfde hoopte. Hij sleepte mij mee naar zware en lichte zieken, en daar er wer kelijk eenige interessante gevallen waren, liet ik mij gemakkelijker meesleepen dan anders wellicht het geval zou zijn geweest. Wetenschappelijk beteekende Youri zoo ongeveer niets, maar hij had een zeer diep gevoel voor mensohelijk lijden; bij treurige geschiedenissen werd hij overdreven senti menteel en menigmaal liepen hém een paaP dikke tranen over zijn roodbruine wangen. Een zieke op te geven was hem onmogelijk; zijn spreekwoord: „God kan alles" lag hem in den mond bestorven en hij zochfc naar kruiden voor een leverziekte en een genees middel tegen den ouden dag. Een van de eerste dagen vergezelde hem op een bozoek bij een ouden gouverne- ments-ambtenaar, iemand van bijna negen tig jaar oud, volkomen in de war en zoo weggezonken in zijn gewoonten, zoo apa thisch als een mensch, die jaren lang den zelfden sleurgang gaat, maar worden kan, dat men eigenlijk niet kon uitmaken wat zijn ziekte was. 't Absoluut hopelooze geval zou voor mij weinig belang hebben opgele verd, wanneer ik niet reeds bij het eerste bezoek vernomen had, dat de oude Fedor Michailowitsch geen Rus was, maar iemand uit Duitsch-Zwitserland, en dat hij heette Bernard Flori. „Bernard Flori 1" riep de president, zon der eenige terughouding, Paul bij den arm vattend en hem zeer opgewonden aanzien de. Pauls verhaal had hem lioe langer hoe meer geboeid. „Wees kalm," zeide Paul, den president in zijn stoel terugduwend, als maakte hij van een recht gebruik. „U zult niets bijzon der goeds, maar na alles, wat jaren ge-leden gebeurd is en wat u weet, ook niets te hoo ren krijgen, waarvoor gij u beangst behoef5 te maken. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1910 | | pagina 1