1
DE TILBURGSCHE
SCHOENEN-COMPAGNIE
IJS.
Tan ISLLI's KOFFIE
Café HAAQWEG,
Roodmerk
Zwartmerk
Groenmerk
Paarsmerk
No. 8.
No. 9.
No. 10
64 cts, per pond.
§0
58
54
52
50
46
m
a
Bericht van Inzet.
Solied Schoenwerk voor zéér lage prijzen.
W. F, v. i REYÜEN,
Drie-BR-een-Kleintja.
Standaards Pillen,
De Erven de Wed. J. VAN HELLE, Rofterdam.
BIOSCOPE-
B
THEATER,
13
n
H
1
Het PracM-Elite-
Hl
1
Program,
1
Het Loopmeisje
Modepop uit liefde.
n
Zaterdag Matinee
ZONDAGAVOND,
CONCERT
na 6 uur.
238 Haarlemmerstraat 238.
C. MAASTRICHT.
Aanton
Hunink.' s
Leverpastei
231. Haarl.straat 231.
Chroomlederea Heeren Bijg- en Knoopbottines van at f3.75.
Chroomlederen Dames Rijg- en Knooplaarzen 13.-.
Sterke Mans-Rij "bottines (boni gepind) f3.-.
Stoffen Vrouwen Pantoffels mathaken lakneus 10.65.
Erdal Schoen-Cream
5,10 en 15 Gis.
üeemt pi*@ef m®t onze
ijzersi@rke Schoollaarzen,
DAGELIJKS
VANILLE-en MOCCA-IJS,
Nougatmandjes met Slagroom
Bisqjuitanawiijes
Slagroom a 10 Cts. per portie.
V. d.-Werfstraat 60.
firma KOERTS FEENSTRA.
Grand Gafé»üesiauraut „In i©a Vergulden Turk",
Breestraat 84. LEiDEN. Telef. Int. 241.
1761 84 Menus van Saiidag 28 Augustus 1910.
Diner van f2.—.
Diner vau f 1.25.
Déjeuner van fl.25.
Salles et Salons pour Déjeuners, Diners, Soupers, Bals, Receptions, etc.
Boor de gestadige rijzing der KoMe-
markten van meer dan Gents per half
kilo binnen een tijdsverloop van twee maan
den, zijn wij genoodzaakt onze prijzen
opnieuw te verkoogen en als volgt vast
te stellen:
11
11
Vraagt cl© eolite
(uitsluitend iu pakjes)
t>Sj uwen Winlielier.
Üai
OE OllUCiEUSEp f l.37'/2 kwartaal.
FEUILLETON.
Eén zware strijd.
V-;
Rynsburgorsingol.
Zaterdag, Zondag, Woensdag,
Lachen. Lachen.
2 4 uur.
1758 25
1767 10
ï/nmsvleesch 30 Cts de 5 ons,
JRundvleeseh 40 Cts de 5 ons,
1762 7 Aanbevelend,
PATRQÜNT. raAATKN. en KOSTUUMN.
Hervatting der lessen &9 Ang.
en aanvang nieuwe cursusseri begin
Sept., duur 4, 6 en 12 maanden.
Ook privaatles. Papieren patronen op
maat verkrijgbaar, Prospectus en
Prijscouranten ter inzage, bij
1>. VAN ROSS IC N,
Godipl. in Dames-Confectie,
Steenstraat 3, Leiden.
1751 10
Waarom wordt het verbruik i
wekelijks grooter ?t Een blik,
inhoud ongeveer 1/2 pond heer-
lyke pikante Fastei, kost bij eiken
winkelier 25 Cents. Commen
taar overbodig. 1762 18
Anton Hunink, Deventer
Hofleverancier.
Dinsdag 30 Augustus 1010, des
Toormiddags te elf uur, in het Koffie
huis „Het Hof van Holland" te
Noordwgk, ten overstaan van Hr.
J. A. F. COEBERGH, Notaris te
Lelden, afslag van: 1765 23
Do F ORCELEINFAERIEIC „DE
EBOON" te Noordwljk-Binnen met
de daaibü behoorende Machinerieën
en Terreinen, samen ter grootte van
72 aren, 6 centiaren, in bod gebracht
op16,600.—
Terstond verh met 500.—
Nader verhoogd met. 1000
Ten kantore van voornoemden
Notaris worden tot en met Maandag
e. k. van 10—2 uur op alle werk
dagen verhoogingen aangenomen
tegen genot van 1ji der verhoogsom.
in hrnin cn zwart,
in doozen van
1742 60
per portie. Wor-dt ook aan huis be
zorgd, bij minstens 5 porties.
a 6 Cents.
met Slagroom of I Js a 5 Cts.
UINGHRQQAü Nieuwe Rijn 43.
Teüef. 484.
1753 26
Mijn Concurrenten maken voort
durend reclame voor mU, thans weer
voor Karnemelkzeep. Zy geven daar
mee te kennen dat ik de Koning der
Concurrenten ben. Karnemelkzeep
7J Cts., beste Toerzeep 10 Cts., een
heerlijk stuk Rozenzeep 21 Cts., Zool
beslag 3 Cts., 10 kaarten 25 Cts.
Kooplieden denkt er dus om alles
gaat hier 6toeds voor een koopjo weg.
1750 15
Roten berger per fl. 92h Cents.
Waadliinder 95
Verkrllgbaar by de
1764 26
het beste Laxeermiddel»
werkt zacht en bloedzuiverend.
Prijs 75 cents per doos.
,,SAN1TAS," Steenschuar 1.
1756 7
Zaterdag 27 Augustas a.s.
des avonds te halfacht, in het
Notarishuis aan Den Burcht te Leiden,
ten overstaan van Mr. C. H. P.
KLA VERWIJDEN, Notaris te Leiden,
afslag van de navolgende perceelen,
in bod gebracht als volgt:
No. 1. Een perceel BOUWTERREIN
aan de Rijnkade, gemeente Leider
dorp, groot 10 aren, 60 centiaren,
opf 1900. -
Verhoogd met n 100
No. Een perceel BOUW
TERREIN, naast hot vorige,
groot 7 aren, 50 centiaren,
op
No. 3. Een perceel BOUW
TERREIN, naast het vorige,
groot 7 aren, 60 centiaren,
op. v
No. 4 Een perceol BOUW
TERREIN, naast het vorige,
groot 7 aren, 60 centiaren,
op
Verhoogd met
No. 5. Een perceel BOUW
TERREIN, naast het vorige,
groot 5 aren, 7 centiaren,
op
No. 6. Een perceel BOUW
TERREIN, achter perceel
No. 1, groot 3 aren, 2 cen
tiaren, op
Terstond verhoogd met
No 7. Een perceel BOUW
TERREIN, naast het vorige,
groot 3 aren, 52 centiaren,
op
No. 8. Een perceel BOUW
TERREIN, naast het vorige,
groot 3 aren, 52 centiaren,
op
No. 9. Een perceel BOU W-
TERREIN, naast het vorige,
groot 3 aron, 52 centiaren,
op
No. 10 Het HÖIS mot
TUINTJE Ie Leiden, aan
de Z'jdgracht No. 6, groot
62 centiaren, op
Verhoogd met-
No. 11. Het HUIS en
ERF te Leiden, aan de Ryn-
straat No. 24, groot 37
centiaren, op
Tot en mot Zaterdag
10 2 uren, kunnen ten kantore van
genoemden Notaris KLAVERWIJDEN,
Plantsoen 45, vorhoogingen worden
gedaan tegen genot van ©én vijfde
gedeelte van elke verhoogsom.
1754 61
1600.-
1350.-
1400.-
100.-
1400.-
330.-
70.-
520.—
620.—
580.-
1275.-
75.-
820.-
a.s., van
ELECTRISCH VERLICHT. ELECTRSSCtf VERLICHT.
Julienne de poisson
S00 tartare.
Omelette Agnes Sorel.
Mutton-Chops grillés.
Pommes Pont N.uf
Haricota veris.
Fruits ou Fromage.
Potage Corneille.
Tanchei au bleu.
Mousseline.
Toumodos grillé bohémien.
Galantine de veau truffóe.
Salade mélangée.
Glacé pralinée.
Patisserie.
Fruits.
au j Consommé printanière.
choix j Potage Corneille.
Tanche au bleu.
Sauce MoQssellne.
Tournedos grillé
bohémien.
Asperges en branches
au beurre fondiv
Chapon de Bréda röti
5 la broche.
Compote de pomme3.
Glacé pralinée.
Fruits. Fromago.
Wins des premiers crus. Champagnes pemarquables. Bourgognes exquis.
Turbot de l'Océan. Filet de Sole Mornay. Ho marei frais.
11
11
11
11
11
11
11
11
11
11
11
11
11
25 Augustas 1910.
1735 210
10)
„Nu weet u wat het beteekent om op on-
vasten grond te staan, juffrouw Berg-
holm", zei Buhler en daarop gingen dj ver
der.
Hij gaf zich alle moeite om haar de ver
schillende deelen van het werk uit te leg
gen en zij luisterde aandachtig toe, tot zij
liaar vader, die vooruitgelcopen was, we
der zag terugkomen met den ingenieur
'Pfaldner. De twee hoeren waren in druk
gesprek. Pfaldner kwam slechts weinig bo
ven den schouder van haar vader uit, maar
hij was elastisch en flink in iedere bewe
ging-
Antje kon het onaangenaam gevoel niet
van zich afzetten, dat haar vader er niet
gunstig uitzag naast den ingenieur. Tevens
vond zij het onaangenaam dat die onnoodi-
ge vergelijking zich aan haar opdrong.
Pfaldner nam reeds uit de verte zijn hoed
af en riep vroolijk: „Dag, juffrouw Be<rg-
holm; dat is mooi van u, dat ge ong eens
bij ons werk komt opzoeken." Toen hij na
der kwam, stak Lij haar de hand toe.
„Dat is een vuile boel hier, is het niet,
Antje1?" zei haar vader. „Eigenlijk niets
voor een meisje met lago schoentjes. Al
leen maar proza, modder en turf."
Hij liep met Bühler vooruit, terwijl Ant
je en Pfaldner langzaam volgden.
„Ik denk, juffrouw Bergholm", zei de
ingenieur, „dat u ons werk toch ook wel
uit een ander oogpunt zult beoordeelen, als
uw vader doet. Ieder eerlijk werk heeft,
hoe prozaïsch het er ook uitziet, toch zijn
poëzie. Het onze ook; niet om het groote
doel, dat wij beoogen, dat is weer iets af
zonderlijks. Maar niettegenstaande mod
der en turf, waarvan uw vader sprak, ligt
voor mij de poëzie in den grooten strijd,
dien wij voeren met de natuur. Sedert
eeuwen «heeft die grond daar onaangeroerd
gelegen, in het wild zijn de planten er ge
groeid en in de diepte kan men zeker zijn
de overblijfselen te vinden van dieren uit
den voortijd. Nu komt de mensch, beveelt
en maakt wegen, waar nog nooit iemand
don voet heeft durven zetten. En dank zij
ons werk zal er eenmaal scheepvaart zijn
van de eene zee naar de andere. Die mod
der zal eens vruchtbaar land zijn. Als dat
u ook nog nuchter en prozaïsch klinkt, dan
moet u er aan denken, dat in liet leven
proza en poëzie steeds naast elkaar gaan.
En dat is goed, want ze moeten elkaar we-
derkeerig aanvullen; het een moet voor
Let andere een goed tegenwicht zijn."
Bergholm was blijven staan en liet de
twee anderen komen.
„Wij moeten hier afgaan, kind", zei hij,
„want de heeren willen nog naar een an
der gedeelte. Wij worden zooeven gestoord
mijnheer, hebl u nog iets voor mij?"
„Ja, als 't u blieft, mijnheer Bergholm,"
antwoordde de ingenieur.
De mannen gingen een weinig ter zijde
en de Beier sprak op zeer beslisten toon tot
den aannemer. Hoewel hij zijn stem een
weinig dempte, kon Antje toch bijna ieder
woord hooren, en" zij zag, dat het gezicht
van haar vader donker werd, hoewel hij
toestemmend knikt©4 toen de ander sprak
van een grooter getal arbeiders en van Je
noodzakelijkheid ooi (hot werk sneller te
«loen vorderen. Wat was de ambtenaar, di*
te voren zoo levendig van de poëzie van
zijn werk had gesproken, scherp en nuch
ter, nu hij zijn eischen stelde. En wat sneed
hij beslist de eerste tegenwerping van haar
vader af: „Het moet gebeuren, mijnheer
Bergholm."
Bühler luisterde niet naar het gesprek
van de twee anderen. Hij zocht een oogen-
blik op den grond, raapte een stuk verroest
ijzer op en wierp dat op den modderachti-
gen grond tusschen de twee dammen. Het
spatte een oogenblik, maar dadelijk daar
na sloot de zwarte grond zich weer.
„Ik zou niemand raden den weg tusschen
deze twee dammen te gaan. Dat zou be
paald een moord zijn," zei Bühler tot Antje.
^Verderop bij Rendsburg is onlangs een
jonge arbeider in dien moerasgrond ge
raakt en onder de oogen van de anderen
langzaam weggezonken. Niemand kon hem
helpen. Ten slotte heeft men nog een arm
boven den grond uitgestrekt gezien en daar
na een krampachtig gebalde hand. Vreese-
lijk nietwaar V'
Het jonge meisje had de oogen gesloten.
Een rilling ging haar door de leden; haar
gezicht was doodsbleek geworden. Wat e^n
dood! Dit langzame wegzinken in de don
kere diepte...
Zij voelde een schrik, toen zij de stem
van haar vader dicht naast zich hoorde:
„Kom, kleintje 1 Het is tijd. Goeden dag,
heeren 1"
Yader en dochter moesten achter elkaar
langs den smallen weg naar Ebenstedt gaan.
Hij ging met groote stappen Vooruit en
Antje had moeite om niet achter te blijven.
De twee heeren keken het ongelijke paar
na. Pfaldner had de lippen vast op elkaar
gedrukt en er waren rimpels op zijn voor
hoofd; Bühler gaf zich veel moeite om
een van zijn gevreesde openlucht-havanna's
op te steken.
„De kleine ziet er toch vrij goed uit!"
merkte hij op, toen hij met zijn vierden
lucifer eindelijk zijn doel had bereikt. „Ze
is alleen maar een beetje stil. Men heeft
moeite om een woord uit haar te krijgen.
Vindt u ook niet?"
Pfaldner gaf geen antwoord op die vraag,
maar keerde zich om en zei: „Collega, we
moeten dien Bergholm goed in het oog hou
den. Hij is uitgeslapen. Laat vanavond zijn
laatste afrekeningen eens zien. Ik heb ver
moeden, dat hij opzettelijk achterblijft met
het werk, en daartegen moeten wij tijdig
onzo maatregelen nemen."
VI.
Tót'gróot verdriet van den heer Lorenzen
en tot opreoht leedwezen van zijn dochter
waren Bergholm en Antje sinds drie'dagen
in hun eigen huis. Ma-rie Lorenzen had zelfs
niettegenstaande mijnheer Bühler en haar
vader, ieder op zijn eigen manier, haar ver
zekerd had, dat zij thuis niet was te missen,
voor vier en twintig uren haar heerschappij
aan de keukenmeid overgedragen om Antje
de behulpzame hand te bieden. Met gloeien
de wangen en glinsterende oogen had zij in
de villa rondgeloopen, wees de meiden te
recht, lachte om Antje, die nog geen slag
had van het geven van bevelen, en sloeg
telkens de handen in elkaar*
„Maar wat is het hier toch mooi, juf
frouw I Wat mooi en voornaam.
Antje gevoelde zich doodongelukkig te
midden van al die pracht, die haar drukte
en angstig maa.wce. Zij was hulpeloos als
een kind en keek met een licht gevoel van
nijd naar de dochter van den herbergier,
die alles zoo practisch en flink aanpakte.
„Als ik u niet had, Marie!" zed ze ten
slotte en liet zich vermoeid in een leuning
stoel vallen. „Ik zou mij alleen niet hebben
kunnen redden. Wat moet mijn vader wel
van zoo'n onhandig ding denken?'
„Gekheid, juffrouw Bergholm! Gekheid!
Het zal wel gaan en beter d^.n u meent.
Als het huishouden maar eens op gang is,-
loopt het vanzelf. Maar u moet oppassen
dat die eene meid, Uhristien, u niet de baag
wordt. En als u eens moeilijkheden hebt,
kom dan maar bij Marie Lorenzen. Maar
wat zie ik, juffrouw? Tranen in uw oogen?
Wat moet uw vader wel denken, als hij
thuiskomtDie ziet dan toch liever een op
geruimd gezicht en dat is te begrijpen ook.
Het is nergens voor noodig, dat ge u zor
gen maakt voor niets. U hebt hier alles zoo
mooi en uw vader is zoo goed."
Nu begonnen de tranen bij Antje nog
ruimer té vloeien en zij snikte krampachtig
Marie vatte haar vertrouwelijk om het
middel en zei: „Juffrouw... u hebt toch geen
ongelukkige liefde?"
(Wordt vervolgd.)