De villa. Malta.
EEN VBOTJWENDORP.
Liefde bij de dieren.
Het leven.
Toén gravin Bülow* yoor dertien jaar van
Rome afscheid nam, om, haar echtgenoot,
'den nieuwbenoomden minister van buiten-
landsolie zaken naar Berlijn te volgen, sprak
zij den wensch uit, eenmaal als eigenares
te Imogen terugkeeren in de door graaf!
Bobinski herbouwde .villa Malta.
Er zijn er, die haar wenschen lager stel
len. De plaats op Rom.es hoogste^ heuvel,
die uit haar toren Rom.es edelst uitzicht
biedt, de vlakke heuveltop, waar Lucullus
het genieten beoefende, is een lustoord, zoo
als zelfs Italië er maar weinige bezit: een;
Verwezenlijkt ideaal.
De „Woche" gaf in woord en beeld een
begrip van de heerlijkheid, die mevrouw
von Bülow, dank zij de crisis van Novem
ber 1908, te gemoet ging. Het uitstel had
slechts gediend óm haar geluk meer vol
komen te maken; de bouwmeester had tien
jaren tijd om het in- en uitwendige tot
een harmonisch geheel te vormen, zoo prach
tig en te gelijk zoo comfortabel als pa
leizen maar zelden zijn.
Uit den weelderigen tuin, waarin koning
Bodewijk en Goethe palmen plantten, be
treedt de bezoeker een hooge hal friet een]
koepoldak, dat een nabootsing is van den
St.-Pieter, en een grooten marmeren schoor
steen; waar het prinspuk paar na het eten
met zijn gasten vertoeft. Een galerij met
prachtige zuilen van Grieksoh marmer, die
voornaam afsteken bij de betimmering van
Engelsch eikenhout, pmgeeft haar in de
hoogte.
Het salon van prinses Bülow is e?n groote
zaal in L-vorm -met teerkleuxige meubelen,
gemakkelijke hoekjes en een wondermooien,
oud-Venetiaanschen schoorsteen. Aan de mu
ren kostbare oude gobelins, die de pracht
erf de staatsie verhoogen.
[Wat verder vindt mén het werkvertrek
van prins Bulow, dat onmiddellijk aan zijn
bibliotheek grenst, waarin kostbare en zeld
zame werken der literatuur van alle landen
een lang verlangen van den letterkundig
aangelegden staatsman stillen. Er hangt een
magnifiek portret van prinses Bülow als
jonge vrouw, als bruid misschien. Op het
dagelijksch program Bülow deelt zijn
\iijd niet minder streng in dan torn hij in
functie was least men ditmaal niet de
namen van Geheimrate of Berlijnsche diplo-
friaten, maar van personen die de Prins
ontvangt en bezoekt. Alle mannen van be-
teekenis, die Rome bezoeken, ontvangt de
voormalige Rijkskanselier in zijn weeldet-
ïig voorname woning. In alle vertrekken
zijn de geschenken van keizers, koningen
(en prinsen verdeeld, die den vierden kan
selier gedurende zijn schitterende diplomar
tenloopbaan gebracht werden.
Ten slotte vermeldt de schrijver kort de
gemakkelijk gelegen toilet- en badkamers,
de kleedkamers en al wat de verwende mo
derne rijke voor zijn leveïi noodig heeft,
de keuken, de stallen, het huis der be
dienden. Een beroemd geleerde uit Berlijn,
die het prinselijk paar bezocht, moet de
verzuchting geslaakt hebben, dat hij voor
altoos wonen mocht in de kamer van den
koksjongen, met haar verrukkelijk uitzicht.
Een paradijs voor de meest vooruitstre
vende feministen is wel een klein dorp in
het Zuiden van Pembrokeshire, in het Wes
ten van [Wales.
Aan de kust der zee ligt hier tusschen!
schaduwrijke bosschen het kleine dorp met
den onuitspreekbare naam Llangwm. een
oude Vlaamsche nederzetting, waar in den
zomer vele Engelscbe kunstenaars en ge
leerden hun vacantie doorbrengen.
Llangwm staat onder de heerschappij der
vrouwin den loop der eeuw heeft zij haar
heerschappij meer en meer weten uit te
breiden en den man meer en meer op den
achtergrond gedrongen.
Van geslacht tot geslacht zijn het hier de
vrouwen, die den kost verdienen; iederen
morgen bij het opgaan der zon gaat de
vrouw aan den arbeid; de man echter blijft
thuis, maakt de keuken schoon, doet de
wasch' en speelt de rol van een dienstmeisje.
De vrouw als verzorgster van het gezin'
houdt ook de kas; zij kiest en koopt zelfs
de Zondagsche kleeren' voor haar heer en
gemaal I
Sedert onafzienbaren tijd verricht hier do
vrouw minnelijken arbeid, en van haar jeugd
af wordt zij daarin onderwezen.
Weer noch wind kan haar daarvan af
houden; zij is lichamelijk gehard en krach
tig, zij roeit als een matroos eii weet met
de visschersnetten om te gaan als oude(
visschers. Ook in den storm weet zij haar
boot te besturen met een koelbloedigheid,
die menig man eer zou aandoen.
Het onderhoud van het eenvoudige tuintje
is aan den echtgenoot overgelaten. Hier zaait
en bewerkt hij den grond en teelt de wei
nige groenten, die de familie noodig heeft.
Want daar heeft de kloeke visschersvrouw
geen tijd voor. Haar arbeidsveld is de zee,
waar zij haar netten uitwerpt. Het land
is slechts in zooverre haar domein, als zij
daar haar buit te gelde maakt.
In haar schilderachtige kleeding, den door
haar zelf geweven rooden rok, den vilten;
hoed en den los over de schouders gewor
pen rooden doek, trekt zij door do straten
en verkoopt haar visschen en oesters, om
den volgenden dag -er weer op uit te trek
ken en nieuwen buit te zoeken.
Het zal voor de suffragettes verwonderlijk'
klinken, dat bet eenige voorrecht der man
nen, dat deze wakkere vrouwen onaangetast'
hebben gelaten, degemeenteraad is- Zij
hebben noch lust noch tijd zich daarmede
bezig to houden en laten het spoedig lachend
aan de mannen over, in gszwollen stijl over
het wèl en wee der gemeente te debat-
teeren en te politiseeren, wel wetend, dat
het haar gezag niet in het minst schaden
zal. Echter zijn zij niet weinig trotsch, wan
neer het den man gelukt, het een of andere
eere-ambt in don gemeenteraad machtig te
worden.
De oude, strenge, puritöinsclie tradities
zijn in dit, van de wereld (afgezonderd»,
vrouwendorp in hooga achting. Nooit wordt
in het dorp gedanst en niemand zou het
wagen, oin een opvoering of een, yolksver-
makelijkbeid in scène te zetten.
Alle spelen zijn streng verboden; zelfs
romans mogen niet gelezen worden. Een
klein kerkelijk blad is de eenige lectuur
der bewoners van Llangwm. Niemand zou
het aandurven, gedurende den maaltijd te
spreken, en zeker niet op e>en Zondag. Reeds
op den Zaterdagavond wordt de krant
weggeborgen en zij mag niet voor Maandag
morgen weer in handen genomen worden.
Dezia kleine, zonderlinge gemeente heeft
geen herberg. Alle bewoners van Llangwm,
zoowel mannen als vrouwen, zijn strange
geheel-onthouders, Oeen druppel sterke
drank komt over hun lippen, ook niet op
feestdagen. Hierop geldt, slechts één uit
zondering. Wanneer een jong meisje een
man trouwt, brouwt de moeder der bruid
brij, waarvan de gasten, dan een weinigje
mogen gebruiken.
Behalve de duiven zijn met recht ook de
ooievaars en zwaluwen als voorbeelden der
echtelijke trouw aan te wijzen. Ook hier
bevestigt echter de uitzondering den regel.
Dr. Th. Zeil deelt daarvan in een door
hem geschreven boek aardige staaltjes mede
Zoo wordt van zwaluwen het volgende
gevfil verhaald: In de eetzaal der brouwerij
te> Lomnitz, in Silezië, broedde op de draag-
balken van den zolder in het jaar 1871 een
zwaluwenpaar, dat in 1872 weer terugkwam.
Op een goeden dag verscheen echter het
mannetje plotseling met een vreemd wijfje
en nu kreeg de rechtmatige echtgenoote
een harden strijd te kampen. De brouwer
wilde haar daarom te hulp komen en de
indringster wegjagen. Bij vergissing greep
hij echter het verkeerde wijfje en stelde het
in vrijheid.
Het keerde echter dadelijk terug en be
gon opnieuw het nest tegen de beide ande
ren te verdedigen. Deze bouwden nu een
nieuw nest in de buurt van het oude, dat
door het vroegere wijfje nog steeds treurend
werd bewaakt. Intusschen vlogen steeds an
dere zwaluwen af en aan, alsof de zaak hua
belang inboezemde.
Na eenige dagen scheen het nieuwe paar
echter genoeg te hebben van het bouwen.'
Ze vielen op het oude wijfje aan, takelden
het jammerlijk toe en verdreven het uit
kamer en nest, waarvan zijzelven bezit na
men.
Ook bij duiven zijn dergelijke uitzonde
ringen niet zeldzaam, zooals uit de volgen
de waarneming van den graaf Yan Rei-
chenbach blijkt.
Een paar duiven was aan het broèden;
de jongen Hadden juist de eierschalen door
gebroken. Nu loste de doffer iederen dag
voor eenige uren het duifje af; als hij dan
weer vrij kwam, gaf hij door luid kirren en
door het toonen van zijn vliegkun^eu zijn
vreugde te kennen. Op een keer, dat hij
zich zoo vermaakte, zette zioh een vreemd,1
'aardig duifje op den slag, trippelde heen
en weer, maakte zich schoon en streek hier
en daar een veertje terecht, zoodat ze wel
met een koket vrouwtje te vergelijken waa-
De oude duif kirde het aardige diertje toe
eif weldra werd een vluchtige liefdesbond
gesloten. Toen stortte plotseling het oude
duifje uit het binnenste van den slag te
voorschijn, pikte met geweld tegen liet
glasvenster, wat ze in normale omstandig
heden niet zou doen, viel met snavelpikken
en vleugelslagen op haar ontrouwen echt
genoot aan, en bewerkte hem zoolang haar
krachten dat toelieten. De duif liet zich
deze tuchtiging kalm welgevallen en trok
zich langzaam naar den kant van de vlieg-
plank terug. Eindelijk wierp hij zich in de
lucht en vloog heen. Het wijfje bleef ech
ter rustig zitten; dén kop teruggetrokken,
als duiven kunnen weenen, weende zij zeker
zeer bitter. Eindelijk richtte ze zich weer
op en keerde naar de jongen terug.
Een opvallend voorbeeld van huwelijks
trouw gaf een door Nobbet in Macar waar
genomen Chineesche eend. Het mannetje
was n.l. gedurende den nacht gestolen. Dar,
delijk kon men bij het wijfje teekenen van'
groote droefheid waarnemen; het k'jc-p m'
een hoekje en weigerde alle voedsel. Toen
een ander mannetje haar naderde, alsof hi]
haar wilde troosten, stiet ze hem woedend
terug. Toen na eenigen tijd het mannetje
werd teruggebracht, toonde het paar zijn
blijdschap door allerlei liefkoexzingen.
AcK, hoe snelt ,ons leven, i
Als een stroom gedreven,
Die van rotsien schiet 1
Blijde en droeve jaren
[Vluchten de baren,
Eg zdj kesren piet 1
[Kindsheid ijlt als 't krieken,
Jonglingschap Keeft wieken,
Kommer zweept den man,
Grijsheid maant tot scheiden
Zweeft er tusschen, beide,
[Wel een enkele span?
Of de beekjes stollen,
Of haar golfjes rollen,
"Winter sneeuwt in 't hart.
Bij den druk der jaren
Rekken al «de snaren
.Van de yreugde en smart.
Alles, wat wij minden,
[Werd. ©en spel der winden
Of omsluit een graf.
Stomp en (afgesleten,
-Eenzaam en vergeten
Zinkt de geest ons af.
Wie zou 't leven dragen
Met zijn heil en plagen,
[Met zijn lang verdriet,
Wacht na zooveel kommer,
In ©en dal v,ol lommer,
't Zachtste rustbed giet?
Alles is verschijning,
Alles is verdwijning
Op den levensstroom.
Niets kan 't rustpunt raken,
Stervan is ontwaken
Uit een bangen droojm!.