Kg. 15434.
LEIDSCH DAGBLAD, Donderdag* 16 Juni. Tweede Blad.
Anno 1910,
Tweede Kamer.
FEUILLETON.
Breda had laten scheren, braoht hij het ge
sprek op een daar staande fietsJ eigendom
van den kapper, dio zijn karretje zeer
roemde. De geschorene wilde wel eens pro-
beeren of het werkelijk zoo'n goede fiets
was en kreeg daarvoor toestemming; de
banden werden opgepompt en mijnheer
vertrok. Tot heden duurt de proef nog
voort.
Gisteravond laat ontstond brand
in eon groote woning aan het Zcvaneind te
Laren (Gooi), bewoond door do vier gezinnen
P. Rig ter, J. Elders, J. Rigter on W. van
den Heuvel. Doordat gauw hulp aanwezig
was, en de brandweer ook spoedig haar
werk dood, word de brand tot het boven
gedeelte van het huis beperkt. De in boo-
dcltjes werden alle gered. (H.\
Eon ongeoorloofde recla
me. Om den te hoog aangeslagenen in den
Hoofdelijken Omslag te Stad-Almeloo cenigs-
zins te gemoct te komen, zooals een sigaren
handelaar te Almeloo voor zijn winkelraam
aankondigde gaf deze sinds Zaterdagavond
aan ieder, die voor 25 cents in zijn winkel
kocht, een of meer der uitgestalde rijksdaal
ders cadeau. Het zijn ronde spiegeltjes, die
aan den achterkant van een ietwat op een
rijksdaalder gelijkend stempel zijn voorzien.
De politie heeft den nog aanwezigen voor
raad „rijksdaalders" in beslag genomen.
De a a n go k o n d i g d e staking
der markthandelaren te Ensehodee is geheel
mislukt. Het raeerendeel der handelaren
koos eiren voor zijn geld en nam de plaat
sen op de nieuwe markt weder in, trots de
pogingen der minderheid, die de burgerij
per strooibiljet verzocht, haar pogingen,
om weder op de oude markt te worden toe
gelaten, te willen steunen. De burgemeester
verbood het venten op en in do nabijheid
der oude markt.
Kleine oorzakonZater-
dag is de werkman H., te Hoorn, door een
mug aan de lip gestoken. Bloedvergiftiging
ontstond, zoodat opname in het ziekenhuis
noodzakelijk was. Gisteren is de man, aoh-
terlatende een vrouw cn 8 kinderen, na een
verschrikkelijk lijden overleden.
Nabij Dootinchem is gister-
namiddag geschoten op den trein naar Ruur-
loo. Do kogel sloeg door de ruit van een 3de-
klas-coupó en verdween aan de tegenover
gestelde zijde door het openstaande ven
ster. Een der reizigers werd door glasscher
ven aan de hand gewond.
D e ramp in het Ahr-da 1.E r
komen nog een aantal bijzonderheden over
do verwoesting, dio het water in de dorpen
en vlekken van het Ahr-dai heeft aange
richt. In het geheele stroomgebied is maar
een enkele brug in stand gebleven, name
lijk die bij Dernau. De genie is bezig, over
al noodbruggen te slaan. De post verbinding
wordt met paarden onderhouden. Bij
Schuld, een dorp waarvan het gedeelte dat
links van de rivier lag geheel verwoest, is, is
een brug met toeschouwers ingestort. Het
aantal menschen, dat daarbij in den brui
senden stroom verdronken is, is onbekend.
Te Kripp, waar de Ahr in den Rijn uitloopt,
Kijn zee lijken, to Ahrweiler 40 lijken opge-
vischt. In de buurt van Ahrweiler liep het
water van de wolkbreuk in twee richtingen
den berg af: naar het dal van de Hage-
nauer beek en naar don bovenloop van de
Ahr.
Van Schuld af stroomopwaarts werden er
gisteren 150 menschen vermist, meerondeels
VTeemde werklieden. Zij zijn 's nachts door
het water verrast en met de koeten wegge
spoeld. Te Fuchshofen a.d. Ahr is een can-
tinc met 36 man weggespoeld en tegen de
brug van Laufenbaok stukgeslagen. Allo
menschen, die er in waren, zijn op 6 na ver
dronken, o.a. een aantal kinderen. Vele van
de verdronken arbeiders hebben htm dood
aan ziohzelven t© wijten, daar zij naar geen
waarschuwingen luisterden en op den drank
in de can tines aanvielen, nadat de kaste
leins al lang gevlucht waren.
Het geheele Ahr-dal igt vol steengruis.
Het calcium-carbid, dat voor de verlich
ting gebruikt werd en in het water gekomen
is, verspreidt een ondraaglijke lucht. In de
straten liggen in den regen, dio bij stroomen
neervalt, beddegoed, kleeren en huisraad
door elkaar. De aannemer van het work
aan den spoorweg (het veranderen van en
kel in dubbel spoor) heeft alles verlorea-
Het' werk van zes maanden is te niet gedaaa
Te Schuld ligt een heele spoortrein iu het
water.
Onder de lijken, dio aangespoeld zijn,
heeft men oen moeder gevonden, die haren,
zuigeling vast aan haar borst gedrukt hield,
en een vader, met in iederen arm een dood
kind.
Verschillende kranten houden inzamelin
gen.
T on gevolge van hoogwater
is het epoorwegverkeer met Obcrammergau
verbroken. De Ammer is in korten tijd een
Meter gerezen. Een deel van het dorp
staat onder water. In de auto-stallen stond
het water Dinsdag een Meter hoog. De hui
zen in do buurt van het station moesten
ontruimd worden on ook de schouwburg
voor de passiespelen liep gevaar. Oberant-
mergau is noch per spoor noch langs den
grooten weg te bereiken. De vreemdelingen
kunnen voroeerst niet weg.
Uit S t.-L o u i 3 (Ver. Staten)
komt bericht van oen zeer merkwaardige
sohenking-bij-het-levcn. De rijke heer Da
vid Ranken Jr., een vijf-en-zeventig jarige,
di© ongehuwd is, heeft zijrr vermogen van
7millioen Nedcrlandsch geschonken voor
een te stichten machinistenschooL Die
school zal bestemd zijn voor kinderen van
behoeftige oudere. De heer Ranken neemt
voortaan genoegen mot een betrekkelijk
gering jaargeld.
InganschStiermark on he e ft
noodweer goheerscht. Vele velden zijn over
stroomd en twintig bruggen zijn door het
water meegovoerd. Het spoorwegverkeer
over den Seramering en naar Hongarije ia
gestremd. Tal van telophoonverbindingon
zijn vernield.
In het Muerz- en Rnabdal zijn zes personen
verdronken.
Weenen is gisteravond door een wolkbreuk
geteisterd.
Ohr. Nat. Zendingsfeest.
Het 47ste Christelijk Nationaal Zendings-
feost, zal dit jaar plaats hebben op het
langdoed Leyduin, van mr. Henri S. van
Lcnncp.
Het zal gehouden worden op Woensdag
6 Juli.
Do volgende sprekers zullen do daarbij
gevoegde onderwerpen behandelen
Dr J. Lammorts van Buercn, pred. te Am
sterdam, Openingsrede
B. M. Alkemn, algomoen vertegenwoordi
ger dor Ned. Zcndingsvcreeniging. 't Zen-
dingswork in do Ommelanden van Batavia.
W. Beukelaar, pred. te Zaandam. Do
triumf der Zending.
Dr. W. J. M. Engolberts, prod, to Am
sterdam. Hoe zal het worden
H. Guillaumo, zendeling der Rijnschc Zen-
ding to Purbassambu op Sumatra. Het
licht schijnt in do duisternis.
M. M. den Hertog, pfod. te 's-G ravenhags.
Moer doen dan Jezus
W, van Hasselt, zendeling van het Java-
Comitó to Si Matorkis op Sumatra. Do
zonding ondor do Bataks.
Dr. F. A. Krull, prod, te Rotterdam.
A. J. Moulijn J.Czn., prod, te Ilaarlom.
Zonding en Alcohol.
Dr. P J. Muller, cm. prof. in Den Ilaag.
Zuid-Afrika.
M. J. Punsolio, prod, te Leiden. Hot
hart id es volks om tc werken.
A. J Roozomcijer, directer der Ned.-Herv.
Diaconosseninrichting te Amsterdam. In
zogen in gen, zaaien, inzegeningen maaien.
Dr J G. Schourer, directeur van het Zen-
dingshospitaal Potronella te Jogjokarta.
Waarom medische zending?
J. W. Stnyvenberg, pred. te Zaandam.
Door God gewekte behoof bin do kracht
on hoop dor Zonding.
J. P. Talons, zendoling op Snngir en
Talaut. Hot Evangelie ondor do Sangi-
roezen on Talauroezcn.
J. Zalm&n, zendeling ondor Israël tc Rot
terdam. Plichtsgevoel.
G. J. A. Jonker, pred. te Utrcoht.
Slotrede.
Aan den avond vóór het feest zal op hot
fcestterroin oen bidstond gehouden worden,
waarbij dr. A, W. Bronsveld, pred. te Utrecht
en P. van Wijk, pred. tc Amsterdam zullen
voorgaan.
Nadat aan den heer Van Doorn
(Unie-Lib.) gisteren door den Voorzitter
verlof was verleend op een nader te bepa
len dag der volgende of der daaropvolgende
week tot de Regeering, speciaal tot den
Minister van Binnenlandsche Zaken, een
vraag te mogen richten over de Borro
m a e u s-E ncycliek en over een sup-
plctoire Indische IxgTOoting voor 1910 be
treffende den geneeskundigen dienst in
Indié de heeren Schaper, Bogaardt, Verhey
en Colijn het woord gevoerd hadden, werd
'de vergadering verdaagd tot hedenmorgen
to elf uren.
Regeling van werkzaamheden
Op voorstel van den Voorzitter wordt be
sloten nog eenig© wetsontwerpen aan do agen
da toe te voegen.
Voorts deelde de Voorzitter mede. voorne
mens te zijn de middagvergadering niet lan
ger dan tot vier uren te doen duren en
do ochtendvergaderingen om tien uren te
'doen beginnen.
Do heer Ter Laan merkte op, dat er
verscheidene wetsontwerpen op de agenda
voorkomen, dio weinig tijd van behandeling
zullen vorderen. Spr. vraagt daarom ook
nog op de agenda te plaatsen het adres
van den onderwijzer Straks, te Oosterbeek,
inhoudende een verzoek om nadere salaris-
regeling in verband met zijn overgang van
het bijzonder naar het openbaar onderwijs.
Do Voorzitter zal nagaan of dat mo
gelijk is.
Over do in uitzicht zijnde interpella
tie van den heer Van Doorn betreffende
do Borromaeus-enoycliek lezen wij
in het Kameroverzicht van „De Maasbode"
Nu dc Kuyper-zaak ter doofpot is aan 'tl
daden, zoekt men naar een ander middel, dat
kan dienen als springstof om de coalitie uit
elkaar te doen barsten.
En welkom i s de Bar romac us-encycliek 1
Do hoor Van Doorn heeft verzocht em in
terpellatie te mogen richten tot de Ragosring
speciaal tot den minister van buitoniand-
eclio zaken naar aanleiding van de Borro
maeus-enoycliek. En de voorzitter gaf dit
verlof, toen niemand in de Kamer er zich
togen verklaarde. We hebben ons dus eerst
daags te verwachten op één, misschien twee
dagen van antikatholieke giftig-heidjes, gede
biteerd door Gouda's afgevaardigde. Wat
ons niets verwondert. Is hij niet, in het
strooibiljet voor zijn verkiezing, aangekon
digd als een verdediger dor belangen van
do Gereformeerde Kerk? En overigens:
Waakt hij niet steeds met vurigen ijver te
gen het indeelen van ons volk in verschillende
hokjes naar den geloove? Vocht hij niet
nog bij de jongste begrooting tegen de Qin-
nokensche R.-K- geitcnfokkersvereeniging
tnot zekeren hartstocht?
't Is alleon maar onbegrijpelijk, dat de
hear Van Doorn zijn interpellatie gaat rich
ten tot den minister van buiteniandsche za
ken. Wat kan deze heer met de encycliek
uitstaande hebben? Wat voor stappen kan
deze ter zake van de encycliek doon bij den
Paus, waar Nederland geen vertegenwoor
diger heeft?
Grappig genoeg heeft juist dezer dagen
en in verband met de encycliek „De Nieu
we Courant" er aan herinnerd, dat het zoo
gelukkig is, voor de Nederlandscho katho
lieken, dat hot gezantschap bij den Paus
is opgeheven. Het zal intusschen den hoer
Tydeman wel niet beletten om zich ter zake
één van inzicht te verklaren met den heer
Van Doom. Best mogelijk zelfs, dat we, als
in de Kuyper-affairo, een tijdelijke link-
sche ooalitie krijgen. Toen een anti-Kuyper-
coalitie; thans een anti-Roomsohe ooalitie.
Zoo moet men links maar doorgaan. Hoe
feller, hoe beter; des te gemakkelijker kan
heel het volk de heeren in de kaart zien.
In hef Overzicht van het „Handelsblad"
beet het
Er is iiets, dat gewag verdient, namelijk
hlet aanvragen, door den heèr Van Doorn,
van een interpellatie tot de Regeering
Oen in het bijzonder tot den Minister van
Buiteniandsche Zaken) over 3e Borro-
maeus-encycliek. De Voorzitter vond het
Stella.
Eu Rohritz herinnerde zi°h een officiers
dochter, die hij eens op een soirée had ont
moet, waar zij, om de aanwezigen van haar
groot talent te overtuigen, had voorgedrar
gen: ,,Welk een geluk, een tooneelspeelster
te zijn".
De herinnering aan de magere officiers
dochter vervolgde hem nu als een nacht
merrie.
„Ja, wanneer Stella mij maar eenigsiins
aan dat wezen mocht herinneren, dan hield
ik het hier niet lang meer uit", dacht hij
huiverend. ,,In elk geval spijt het mij van
onze gemoedelijke huiselijkheid. De tafel
schuimer en de verlepte schoone waren erg
genoeg, maar men kon ze ignoreeren, ter
wijl men een jonge dame, die een bloedver
want van den heer des huizes is... Nu, ik
kan in elk geval vertrekken."
En daarmee steunde hij op zijn elleboog
en draaide het electrisch licht uit.
Wat hem in dezo slaperige en eigenlijk
zeer oninteressante Erlachhofer huiselijk
heid aantrok, valt moeilijk te zeggen. Wel
licht rekende hij het haar hoog aan, dat
zij zoo voortreffelijk overweg kon met d6
verveling, welke hij voor ongeveer tien ja
ren uit Amerika had meegebracht, en waar
van hij zich sinds dien tijd onafscheidelijk
toonde. Het was echter ook zulk eon ele
gante, geperfectionneerde verveling, die,
zonder ooit geeuwend naar verstrooiing uit
twijfelachtig of over deze zaak wel geïn-i
terpelleerd kan worden, maar de Kamer
Rad er geen bezwaar tegen.
Naar de inkleeding der vragen van Hen
heer Van Doorn zijn wij "benieuwd. Im
mers, protesten als door de andere Re-
geeringen bij het Vaticaan zijn ingediend,
kunnen van de onze niet zoo gemakkelijk
worden verlangd, daar wij geen gezant
bij den Paus hebben. Evenwelde Paus
beeft wél een gezant bij ons Hof. En mis
schien wil dje heer Van Doom weten of
dit laatste wel geheel buiten rekening kan
worden gelaten.
"pen merkwaardige coïncidentie wordt,
naar aanleiding van deze interpellatie-aan
vraag, door „De Residentiebode" in her-
jnering gebracht, namelijk dat het óók
een Van Doom was, die in 1853 inter
pelleerde over het herstel van de bisschop
pelijke hiërarchie in ons land.
.Wij kunnen er iets aan toevoegen, dat de
coïncidentie nóg merkwaardiger maakt:
De heer Van Doorn van 1853. afgevaar
digde van Utrecht, was van den tegen-
woordigen afgevaardigde van Gouda
(ie Vader.
In dat van „Dé Telegraaf":
De heer Van Doorn heeft verlof ge
vraagd en gekregen, tot de Rcgecring en
speciaal tot den minister van buiteniand
sche zaken, eenige vragen te richten in
verband met de Borromaeus-encycliek.Zoo
zal dus de echo van den donderslag, die
wit Rome over de aarde daverde, ook in
het Hollandsche parlement worden ge
hoord. H et kan goed worden, -de volgende
week I
„De Nieuwe Courant" geeft tc lezen:
Na de pauze kwam de Voorzitter met de
verrassende mededeeling, dat de heer Van
Doom eenige vragen aan cLe Regeering,
jneer in het bijzonder aan den Minister
van Buiteniandsche Zaken, wenscht tc stel
len over de Borromacus-cncycliek.
De Voorzitter stelde niet voor, het ge
vraagde verlof te vcrleenen. Hij liet de be
slissing aan 3e Kamer over. Maar niemand
verzette zich; er was trouwens geen be
denktijd. En zoo kreeg de heer Van Doorn
permissie, waarschijnlijk voor de volgende
week.
Het komt ons goed voor, dat in ons par
lement niet zal gezwegen worden over
©en gebeurtenis, die Nederland toch wel
bijna evenzeer als Pruisen raakt, waar
Regeering en Landdag er als vanzelf spre
kend een uitvoerige behandeling aan wijd
den. Alleen zal het hier moeilijker zijn
den vorm voor de "te stellen vragen te
vinden, daar de Nederlandsche Regeering
bij het Vaticaan niet vertegenwoordigd is
en er dus slechts eenzijdige diplomatieke
aanraking bestaat. Maar om de juiste
woorden te vinden voor datgene, wat hij
zeggen wil, heeft men den afgevaardigde
voor Gouda nog nimmer verlegen gezien.
IVopasandadag voor Vrouwen
kiesrecht.
Gisternamiddag verleende mevrouw Reyst-
Vreeburg in haar ruime woning aan den
Rijnaburgci weg, gastvrijheid aan de leden
der afdeeling Leiden van de „Vereeniging
voor Vrouwenkiesrecht" ter viering van den
jaarlijkschen propagandadag.
De presidente, mejuffrouw Lulofs, opende
de bijeenkomst met een woord van welkom,
en wees er op hoe, na 't congres to Amster
dam in 1908 (dat op 15 Juni geopend
werd) een groote toename van leden dezer
vereeniging te constatoeren viel, en hoe op
de jaarvergadering to Amsterdam in 1909,
op voorstel der afdeeling Groningen, beslo
ten werd voortaan 15 J u n i als algemeenen
propaganda-dag door het geheele land te
vieren. En als gevolg daarvan was men nu
dus hier bijeen en hoopte spreekster dat
ook van deze gezellige bijeenkomst kracht
ten goede zal uitgaan, en het frappez frap-
pez ioujours ook het devies der leden de
zer afdeeling zal worden.
Na deze openingsspeech werden door moj.
Krak (Den Haag) een drietal liederen
ten beste gegeven, gevolgd door eenige
nummers voor viool door den beer Frölich
(met pianobegeleiding van mej. Reyst)
te zien, ja zonder in het minst daarnaar te
verlangen, zelfvoldaan en uit de hoogte op
die kinderachtige menschen neerzag, die
werkelijk nog in staat waren op deze oude,
afgezaagde wereld bedroefd te zijn of zich
te amuseoren.
Hij was trotsch op deze soort geestelijke
verstijving, welke langzamerhand al zijn
werkelijke edele eigenschappen had ver
lamd.
„Jammer van hem 1" zeide Leskjewitsch,
wien het bloed nog van levenslust in alle
aderen klopte en die beweerde, Jat hij zich
in rijn leven nooit een halfuur had ver
veeld, behalve op een stikdonkeren avond
in den winter in een overstapstation, wan
neer hij de aansluiting gemist had. Maar de
goede ritmeester was een halve barbaar en
„in den caJet blijven steken"; maar toch
zijn wij het met hem eens, wanneer hij van
Rohritz zeide: „Jammer van hem!"
Ja, jammer van hem 1 Wie, die Edgar von
Rohritz nu zag, zou gelooven, dat hij in
zijn jeugd, wel is waar altijd onder het
masker van voornaam phlegma, veel meet
neiging voor het romantische had gehad dan
zijn voormalige wapenbroeder Leskjewitsch.
Maar de romantiek was hem slecht beko
men. Nadat hij niet zonder harden strijd
de smart van een bittere teleurstelling had
overwonnen, hield hij er nu de meest nuch
tere levensbeschouwingen op na, gedeelte
lijk om zich onnoodig leed te besparen, ge
deeltelijk uit angst zich belachelijk te ma
ken. Hij hield zijn hart vast gesloten en
wanneer de bij hem in miskrediet geraakte
romantiek toch woer eens kwam aansluipen
en vleiend verzocht binnengelaten te wor
den, dan werd haar de deur gewezen. Voor
waarna mej. Bueninck (uit Russum) een
fragment uit de „Messias" zong.
Hierna werd de aandacht der aanwezi
gen in beslag genomen, door een lezing van
mevrouw De V r i e sB r a n d o n, (Den
Haag). In schoon gestyleerde zinnen leidde
zij haar onderwerp in; zij wees op de be-
teekenis van dezen dag voor de zaak der
vrouwen, bij welks viering als het ware do
nationaliieitsideeën vervloeien en zich op
lossen in sociale gedachten omvattend de
aigemeene belangen der bewoners dezer
kleine planeet. Een zeer interessant histo
risch overzicht gaf zij van de vrouwenbewe
ging, die aanving in hot land van den Dol
lar, dat men verstoken achtte van idealen;
van het aandeel dat de vrouwen daar na
men .aan den vrijheidsoorlog en den strijd
tegen de slavernij. Hoe deze beweging zich
overplantte naar het oude Europa, zich
kenmerkte in Frankrijk en Engeland en hoe
de wereldgeschiedenis zich bij voortduur
steeds meer beweegt in de richting der
noodzakelijke erkenning van de gelijkwaar
digheid en gelijkheid voor de wet van man
nen cn vrouwen. Hieraan is geen weerstand
te bieden, door welke aardsche machten ook
en geen onzer behoeft vrees te koestoren
voor die nieuwe verhouding tusschen de
boide geslachten op het levensterrein in zijn
vollen omvang.
Na deze boeiende voordracht bracht mej.
Bueninck nog con paar zangnummers
ten gehoore en besloot de Presidente deze
gezellige en goedgeslaagde bijeenkomst met
een warme hulde aan de gastvrouw en hen
die hun krachten en gaven beschikbaar stol
den tot het doen slagen van dezen middag.
Mej. Van Driest had zich welwillend
beschikbaar gesteld voor de pianobegelei
ding en kweet rich uitnemend van deze
taak. Voor de aanwezige leden cn ge-
introduooerden zal deze middag nog lang
een aangename herinnering blijven.
Gemengd Nieuws.
Uit Leiden is te Rotterdam
aangebracht de 11-jarige C. L-, die de ouder
lijke woning in de Oosterstraat was ont-
loopcn.
De kazerne» te 's-G r a v e n h a-
ge Naar „De N. Ct" verneemt, wordt
in het rapport der Gezondheidscommissie
een hoogst ongunstig oordeel over de Haag-
sche kazernes uitgesproken. Een jaar of
vier geleden is reeds een afzonderlijk rap
port verschenen over de Oranje-kazerne,
toenmaals niet door de commissie uitge
bracht, maar door de Gezondheidsinspec
teurs. Alhoewel toen reeds vele hygiënische
gebreken en voor bewoning ongeschikte
toestanden in de Oranje-kazerne werden
aangewezen, heeft men van verbetering se
dert niet gehoord Het tegenwoordige rap
port moet een herhaling- en versoherping
zijn van do klachten, en niet slechts over
den toestand in de Oranje-kazerne, maar
oök over dien in de overige kazernes hier
ter stede.
Mr. v. E., ambtenaar ter b
schikking van den algemeenen secretaris,
wiens arrestatie in verband, met onregelma
tigheden in een faillissement te Delft, in-
dortijd was gemeld on later is tegengespro
ken, heeft half Mei een verlof van drie
maanden, buiten bezwaar van den lande,
gekregen.
Naar do „Java-Bode" meldt, heeft do
heer Van E. dit verlof aangevraagd, ten
einde in de gelegcnhoid te komen, de zaken,
welke hij bij zijn vertrek uit Nederland niet
volkomen beredderd liad achtergelaten, in
orde to gaan brengen. Althans wanneer zijn
aanwezigheid daarbij mocht worden ver-
eiseht.
Gisteravond, terwijl hot gezin
van den boerendaggelder Roodcnbruin tc
Wceispercarspel zat koffie te drinken, ge
raakte eon driejarig dochtertje dat buiten
aan het spelen was, in een in do nabijheid
zijnde sloot. Toen men het kind miste, ging
men het noeken en vond men het in die
sloot hoewel het onmiddellijk werd opge
haald, waren de levensgeesten reeds gewe
ken.
Eenleukedief. NadatMaan-
dag zich iemand bij den kapper Govers te
de romantiek waS hij niet meer thuis.
Voor circa twintig jaren was hij in het-
zelfde dragonderregiment met Hans Leskje.
witsch zijn militaire loopbaan begonnen en
toen hij nauwelijks vijf en twintig was, had
hij den dienst verlaten, ten einde een reis
om de wereld te ondernemen, mogelijk al
leen, omdat voor een ziekte van het hart
evenals voor vele andere riekten verande
ring van lucht de beste genezing moet zijn.
Nu woonde hij reeds sinds jaren meestal
te Grafcz van waar hij dikwijls uitstapjes
naar Weenen maakte. Zijn omgang met de
menschen was slechts zeer beperkt. Hij had
nooit gedanst op bals speelde hij whist en
oritiseerde de figuren en de toiletten der
danseressen. Hij was als vrouwenhater be
kend, waarom alle vrouwen hem uitermate
interessant vonden, en ging voor een van
de beste partijen van Gratz door, waarom
hij dan ook aan de vervolging van alle met
dochters gezegende moeders was blootge
steld.
Afkeerig van al deze ongevraagde hulde,
had hij zich steeds meer van de wereld en
zelfs van bridgepartijen teruggetrokken,
toen zich op zekeren dag de mare verspreid
de, dat hij plotseling zijn geheele vermogen
door de onvoorzichtigheid van zijn zaak
waarnemer had verloren. Hij zou slechts een
onbeduidende som behouden hebben. Daar
hij dit gerucht niet tegensprak, nam men
het voor waar aan. Moeders van huwbare
dochters ontdekten, dat bij een zeer onbe
minnelijk karakter bezat, en dat het niet
alles moest zijn, met hem te leven. En een
week nadat deze treurmare zich had ver
spreid, constateerde hij met een eigenaardi-
gen glimlach, dat hij in dien korten tijd
minstens een half dozijn uitnoodigingen
voor diners en soirees minder had ontvan
gen. Toen daarop een vriend, dien hij op
straat ontmoette, hem met oprecht leedwe
zen condoleerde, antwoordde hij hem, zijn
knevel opdraaiend: „Maak je over mij niet
bezorgd; ik verzeker je, dat het wel eens
gemakkelijk is, arm te zijn."
De mare van de treurige verandering in
zijn omstandigheden drong tot in het stille
Erlnchhof door en bracht ritmeester Leskje
witsch, die haar van een ouden kameraad,
in een postcriptum onder een langen brief,
vernam, in 'n onbeschrijflijke opwinding.
Met den open brief in zi.in hand snelde hij
naar zijn vrouw. „Lees dit eens, Katrien.
Rohritz heeft zijn geheele vermogen verlo
ren. Onder deze omstandigheden zal hij het
heerlijk vinden, voor langen tijd uit zijn
tegenwoordige omgeving te komen. Wij
moeten hem dadelijk uitnoodigen, dadelijk,
d. w. z. wanneer gij het goedvindt."
Zeer merkwaardig kwamen in dit geval do
meeningen van dit strijdlustig echtpaar
overeen.
„Ik wil hem gaarne eenigen tijd hier heb
ben", antwoordde Kathrien. Verzoek hem,
n.L, wanneer gij niet mogelijk bang zijt,
dat hij mij het hof zal maken."
De ritmeester zette een potsierlijk gezicht
„Dat gij je door een vreemde hef hof zult
laten maken, daarvoor behoeft men bij jou
niet bevreesd te zijn", mompelde hij: ,,de
onaangename zijde van je karakter is, dat
gij je ook niet door mij het hof wilt later
maken."
Kathrien trok haar wenkbrauwen omhoog.
„Ik houd nu eenmaal niet van opgewarm
de kooL"
De ritmeester maakte van deze gelegen
heid gebruik om uit te varen.
„Gij kunt toch niet verwachten, dat gij
absoluut de eerste vrouw zoudt zijn, van
wie ik... lira... gevonden had, dat zij mooie
oogen bezit]"
Maar Kathrien zat dien dag juist tot
over dc ooren in huishoudelijke bezigheden
en dientengevolge ontbrak het haar aan den
noodigen tijd voor haar lievelingstijdver-
drijf, nl. voor e n levendig debat.
„Wind je niet op, mijn waarde," ant
woord zij hem, „maar schrijf aan Rohritz
een hartelijken brief en wel dadelijk zoodat
hij vandaag nog met de oost meegaat. Zal
ik hem voor je opstellen]"
„Dank, dat speel ik zelf nog klaar," ant
woordde de ritmeester lachend. „Ilm, wat
een arme dragonder zich toch al van een
ontwikkelde vrouw moet laten welgevallen.'»
Met die woorden wendde hij zich naar de
deur, terwijl Kathrien hem nog vroolijk
nariep: ,,Ik maak je er bij voorbaat attent
op, dat ik een bijzondere voorliefde voor
Rohritz heb; al het andere is jouw zaak en
ik wasch mijn handen in onschuld."
Zeer geneigd tot humoristische opmer
kingen, vond Kathrien Leskjewitsch cr een
bijzonder genot in, de twijfelachtige nauw
gezetheid van die jonge vrouwen belachelijk
te maken, die een dringend verlangen, om
„haar huwelijkstrouw over boord tc wer
pen", met dc behoefte verbinden, alle schuld
op haar mannen tc werpen en zich als en
gelreine martelaressen naast deze pikzwarte
monsters aan de wereld voor tc doen
Niets prikkelde haar spotlust zoozeer a'
deze soort aangeduide faux pas.
(Wordt vervolgd.)