BLOOKERS
CACAO;
DAALDERS
|m i KLEED ER MAKEBIJ
NIEUWE BEESTENMARKT 2a.
Bollenteelt in Zeeland.
„Mercurius".
No. 15404.
LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag- 11 Mei. Derde Blad.
Anno lO'lO.
IXAami)9 M 5Hoogewoerd 30.
Men tracht het publiek op
de volgende geraffineerde
manier te bedotten:
KOOP,
BUSSEM
gij betaalt minder
en krijgt betere kwaliteit.
EL. H. BRIJNEN, G0,i so
VERPLEEGSTERSLINNEN
VERPLEEGSTERS-SCHORTEN
Jn TZTiDT leiden.
Roode Wijn 40 cents per flesch.
Port
Jenever
Brandewif
Cognac
40
80
kan.
85
90
ft
ZIE ET1LAGE EN PRIJZEN.
Speciale Verhuur- en solide Reparatie-Inrichting,
PdeterskerAgrac.it 2a,
PERSOVERZICHT.
Talryke gewetenlooxo handelslieden
hebben zioh den gooden roep waarin
Odol over do gansche aarde staat,
tot eigen voordeel ten nutte gemaakt,
eenvoudig door den naam te annezee-
r e n, zoodat zo hun eigen waar-
delooxe dikwyis zelfs schadelijke ver-
▼alschlngen en namaaksels in doozen
en flesschen eveneens Odol noemen.
Wy verklaren daarom hiermede open-
ïyk, dat Odol alleen dan echt is,
wanneer liet verkocht wordt
in onze patentflacons en wan-
neer op de etiketten onze firma
„Dresdener Chemisch Laboratorium
Lingner'' voluit gadrukt ls
Prys per heele flacon f 1.halve
flacon 60 Cents. 6092 59
in plaats van losse cacao of poederchocolade,
vierkante bussen van ons.
m n 2 pond.
1 pond.
2 pond.
6090 126
Piano- en Orgelhandel, Turfmarkt 7,
wegens verbouwing tijdelijk verplaaist naar:
BW Alle nog voorhanden zijnde Instru
menten worden voor spotprijs opgeruimd.
Een eigenaar van zachten
Zavelgrond, welke ook uitstekend
geschikt biykt voor do Bollenteelt,
wonscht met eenPro testantaclien
Teeler, goed op de hoogte van het
be-iryf, in relaties te treden, om voor
gezameniyke rekening, bollen te teelen.
Inbreng van kapitaal gewenscht, doch
geon vereischte. Brieven te adresseeren
C P. VOGELAAR, Krabbeodyke,
5917 14 Zeeland.
Het beleende
van be Fa H. W KRONER, Amsterdam
en het wit katoen voor
is ook verkrijgbaar bij 2625 öO
w, Donkerstee? 3.
ff
tf
ff
ff
fl 13
ff
ff ft
O
co
9
3
3.
co
co
co
co
<u
csa
a
60J8 20
RÜIillï KECJZF in alle soorten en merken van
Rijwielen, van de goedkoooste tot duurste, alle
met prima garantie. Groote voorraad Onder
deden en Banden.
dicht Dij het Postkantoor.
N.B. 8de Hand» Kijwielen to koop. 5639 50
Dr. W. H. Nolens schrijft in de „Ni eu-
*6 VonloosohoO o u r an t"
Yoor eenigen tijd wees ik op het o n-
dersch eid, dat gemaakt dient te wor
den tusschen het eigenJijke werk der sta
tistiek, en het gebruiken harer gegevens.
Haar eigenlijk werk is het constateer en
en groep eer en van gegevens.
Bij het constateeren moet naar de grootst
mogelijke volledigheid en juistheid gestreefd
worden.
Bij het groepeeren moet een redelijke
maatstaf juist worden aangelegd.
Een nog moeilijker bedrijf dan het verza
melen en groepeeren van statistische ge
gevens is het gebruiken, het toepassen der
statistiek.
En daartoe moeten ten slotte de statisti
sche gegevens dienen.
Do statistiek moge aanleiding geven tot
nader onderzoek, in hoofdzaak levert zij liet
materiaal voor redenoeringen, voor het op-
netten en staven van beweringen.
Hierbij kan niet met te veel omzichtig
heid te werk worden gegaan.
Er liggen op dit gebied voetangels en
klemmen in overvloed, die vermeden, over-
loopen dienen te worden.
In de eerste plaats zal men goed voor
bogen moeten houden, wat de statistiek
eigenlijk geeft.
Zoo moet bij de beoordeeling der crimina
liteit een onderscheid gemaakt worden tus
schen vier steeds kleiner wordende groepen
van strafwaardige handelin
gen.
Vooreerst de strafbare „feiten", die be
dreven zijn.
Tweedens: die tevens geconstateerd wer
den.
Ten derde: die daarbij werden geverba
liseerd.
En eindelijk: die ook werden vervolgd.
Indien de statistiek alleen met deze laat
ste rekening houdt, ligt het voor de hand,
dat iedere redeneering, waardoor men met
deze statistische gegevens tot een conclusie
over de meer of minder groote crimina
liteit van laDden of londdeelen komt,
onjuist is, voor zoover niet vaststaat, dat
overal dezelfde oorzaken in dezelfde mate
gewerkt hebben op het oonstateeren, ver
bal isceren en vervolgen.
Dat bijv. een land een gunstig cijfer
geeft wat de vervolgde overtredingen van
een arbeidswet betreft, in vergelijking met
een ander land, zegt niets, indien niet vast
staat, dat in dat land een even streng toe
zicht op de naleving gehouden wordt, en
dat toezicht in dezelfde mate tot vervol
ging overgaat.
Overigens is alle vergelijking met behulp
van statistische gegevens en dat is het
hoofdgebruik, dat er van gemaakt wordt
zeer gevaarlijk.
Immers meestal heeft dat vergelijken
plaats door gemiddelden.
En opdat zoo'n gemiddeld eenige kracht
«unie hebben, moet het loopen over een
voldoend aantal ge vallen.
Maar daarbij dienen de cijfers, de geval
len ook vergelijkbaar te zijn; zij moeten na
melijk behooren tot dezelfde categorie.
Zoo zal in het verzekeringswezen een ge
middeld cijfer van premiebetaling bij het
stelsel van kapitaaldekking niet vergelijk
baar zijn met een gemiddeld premiecijfer
bij het omslagstelsel.
Welk misbruik er van dc statistiek go-
maakt kan worden, heeft o.a. de laatste
verkiezingsstrijd in Engeland geleerd, waar
bij uit het verbruik van zoogenaamd „cwar-
tebrood" de mindere welvaart van het
Duitsche volk werd afgeleid, en deze na
tuurlijk toegeschreven werd aan de be
schermende invoerrechten.
Overigens log in dat geval de vraag voor
de hand: indien Dmtschland zijn invoer
rechten niet zou heffen, zou er dan niet
nog meer „zwartebrood" en nog „zwarter"
brood gegeven worden'?
Hoe dit zij: de statistiek zelf is niet in
het gedrang.
Zij kan en moet echter verbeterd worden.
Maar men laat haar soms iets andere zeg
gen dan ze kan en wil zeggen.
De hanteering, de toepassing er van is
moeilijk. Het leven is soo gecompliceerd,
dat hot aanwijzen d.er oorzaken van gecon
stateerde feiten niet zoo eenvoudig kan rijn.
De spoed en de zekerheid, waarmee soms
gevolgtrekkingen gemaakt worden, is in dit
goval niet zelden maatstaf der oppervlak
kigheid.
„D e Nieuwe Courant" bespreekt
den oproep, dien een aantal officie
ren tot hun collega's hebben gericht tot op
richting eener algemeen© Neder-
landscho offioiersvereeni-
ging tot bevordering der maatschappe
lijke economische belangen harer leden,
welke Vereeniging, blijkens de ontwerp
statuten, o. m. zich ten doel zou stellen
„door het aanwenden van wettige pogingen
bij de Regeering en Volksvertegenwoordi
ging en bdj verdere bevoegde machten te
verkrijgen een salaris, pensioen- en inkom-
stenregeling, die beantwoordt en geeven-
redigd is aan de erkende maatschappelijke
behoeften van den Officiersstand, zulks in
vergelijking met andere burgerrijksambte-
nareUp waarmede de officier gelijkwaardig
is te achten." Het blad doet uitkomen, dat
het een voorstander is van een betere be
zoldiging onzer officieren, maar dat het een
bedenkelijk verschijnsel acht, met het
karakter van het officiersambt niet in over
eenstemming, wanneer officieren daartoe
aanwenden een middel, dat men een „loon-
actie" zou kunnen noemen.
Bedenkelijk is schrijft het het Ver
schijnsel, omdat er uit blijken kan, hoe
sterk de nood gevoeld wordt, wanneer uit
het officierskorps, dat wij zoo gaarne een
hoog standpunt zien innemen, een drijven
in deze richting kan ontstaan.
En niet overeen te brengen, met het karak
ter van het officdersambt, omdat het impo-
neeren van, d. w. z. het uitoefenen van, een
druk op Regeering en Volksvertegenwoor
diging door het getal, in strijd is met de
verhoud ir^ waarin aanvoerders yan het
leger, van welken rang ook, tot 'a land3
Regeering staan.
De officieren zijn de- leiders en voorgan
gers van het gewapende volk, wanneer dit,
met volkomen ter-zijde-stelling van eigen
belaDg, van oigen lijfsbehoud, geroepen
wordt om op te treden voor de handhaving
der nationale eenheid, naar binnen zoowel
als naar buiten.
Om die reden zijn zij ook opvoeders en
hebben rij als zoodanig to bedenken, dat
straks hun voorbeeld door minder ontwik
kelden wordt gevolgd in oasu behoeft
dit niet meer, want hier zouden het de
officieren zijn, die volgenen, naar alle
waarschijnlijkheid, zij het telgen hun bedoe
ling, verre voorbijgestreefd. Hoe zulhn in
dat geval dezelfde officieren bij machte zijn
zulk een strooming te keeren en haar weder
in de goede bedding te brengen?
„De Standaar d," rich vcrweren.de
tegen het geroep om een kleurlooze vadcr-
landsohe historie, voert een pleidooi voor de
vrije school, daar alleen op zoodanig
een school do vaderlandsche historie aan
de kinderen onderwezen kan worden voor
elk naar zijn aard. Het Wad geeft als rijn
meening te kennen, dat de openbare school
een wortelloos volk gekweekt heeft, een
volk zonder historisch besef, zonder hoogere
bezieling, zonder dien hoogeren adel, die
alleen aan het verleden kan ontleend wor
den, en dat in een land als het onze, waar
de bevolking in hooge mate gedeeld is, de
poging om de ééne neutrale volksschool aan
allen op te dringen, niet slagen kon. Met
die neutrale school wilde men wel heel het
volk liberaliseeren, maar die poging is
jammerlijk gefaald. In verband met deze
opinie van het blad concludeert het:
In een land als het onze mislukt elke
poging, om alles weer Roomsoh, of alles
weer Calvinistisch, of alles Liberaal te
willen maken. Wat we to leeren hebben, is,
om als Calvinisten, Roomschen en Libera
len in, ó£n natie samen te leven en elk in
eigen kring de volkskracht op het hoogst te
spannen. Schuld hebben we alle drie. Eerst
heeft Rome gepoogd onze opkomst tegen
te houden; toen hebben wij getracht Rome
er onder te houden; en als derde in volg
orde, hebben toen ook d© Liberalen gepoogd
heel ons volk te liberaliseeren. Van die
zucht, om elkander dwang aan te doen, zijn
we thans genezen.
We verstaan het nu over en weer,
dat elke gToep van de drie zich vrij moet
kunnen ontwikkelen en dat alle Staatsmans
wijsheid er op gericht moet zijn, om elke
groep te doen bloeien op eigen wortel en
naar eigen aard. Doch daarmee is dan ook
de ééne neutrale volksschool geoordeeld en
de Vrije School de alleen bfj onze volksin-
deeling passende geworden. Niet het minst
daardoor, dat alleen zóó heel ons volk weer
in zijn historie zal kunnen wortelen: aan
dien wortel van de historie njeuwc kracht
zal kunnen ontleenen; en mee uit de histo
rie de groote les zal leeren verstaan, dat
eerbied voor elks overtuiging en de vrijheid
om voor die overtuiging te kunnen pleiten,
het palladium van onze nationale toekomst
is. Wat neutraal-kleurloos is, doodt den
geest, alleen wat tint en kleur vertoont,
brengt leven.
Door hot bestuur van de „Liberale
Unie" is een hervorminga p r o_
gramma gepubliceerd, beginnende met
een beginselverklaring; deze
De „Liberale Unie" ia van oordeel, dat
voor don bloei onner Volksgemeenschap in
het heden en in de toekomst de Staatkunde
gericht behoort te zijn op geleidelijke uit
breiding en verhooging van zedelijk geeste
lijk en stoffelijk welvaren van het geheele
volk, samengaande met een harmonische
verhouding tusschen de belangen van indi
viduen cn groepen en die van het geheel.
Het hoofdbeginsel, dat het streven naar
bereiking van dat doel moet behecrschen,
is het beginsel dor vrijheid.
Dienovereenkomstig worde de vrije uiting
van gedachte geëerbiedigd en verdedigd,
de persoonlijke vrijheid gehandhaafd, do
vrije ontwikkeling der in het volk aanwezige
krachten gesteund; met vooropstelling van
een vrijzinnige handelspolitiek zoowel de
productie en de volkswelvaart bevorderd
als de economische onvrijheid der zwakken
door krachtige sociale hervormingen zooveel
mogelijk opgeheven.
De „Liberals Unie" oord oei t, dat naar
bereiking van bovengenoemd doel gestreefd
moet worden met behoud van ons constitu
tioneel stelsel onder uitoefening van het
volle Staatsburgerschap door allen, die niet
óm redenon van Staatsbelang daarvan bo-
hooren te worden uitgesloten.
De „N ieuwe Rotterdams oh©
Courant" acht deze verklaring „niet
gelukkig geslaagd"„rij mist de scherpte,
waar het tot juist begrip van liberale staat
kunde vooral op aankomt."
Intusschcn, waar het op aankomt, is het
antwoord op de vraag, langs welken weg
het liberaal regceringsbeleid tot uitvoering
zal komen. Het wordt in de tweede zinsne
de gegeven: Hoofdbeginsel, dat het beleid
moet kenmerken, is „het beginsel der vrij
heid". In een liberale beginselverkla
ring had men naast het beginsel der vrij
heid den eiseh van onderworpenheid aan
het gezag der overheid gaarne vooropge
steld gezien Ook in dit opricht missen wij
de voor een beginselverklaring zoo noodige
scherpte en beslistheid.
Wij gaan verder: „Hoofdbeginsel is het
beginsel der vrijheid." Is dat in den tegen-
woordigen tijd nog zoo absoluut waar?
Waar, ook ten opzichte van de staatkunde
door de „Liberale Unie" gevolgd? Wie het
ontwerp-hervormingsprogram doorleest, zal
bij menig onderdeel glimlachen, als hij zich
herinnert, dat het beginsel der vrijheid
hoofdbeginsel van liberale politiek werd
genoemd.
Er is een tijdperk geweest, waarin het
beginsel der vrijheid betere waardeering on
dervond, dan tegenwoordig, al werd het
woord vrijheid misschien wat minder druk
in den mond genomen. Toen heette ken
merk van een liberalen staat en een li be
taal gouvernement, „dat rij de ontwikke
ling van zelfstandige kracht bevorderen;
zelfstandige kracht in provincie, gemeente,
vereeniging cn individu. Bevorderen^ daf
heet de algcmeene voorwaarden scheppen,
waaronder die ontwikkeling mogelijk
wordt." (Thorbecko, Narede).
Het blad zet dan uiteen, dat het do vraag
is, in welko mate en hoe de vrijheid ral
worden toegepast; daar gaan de Vrijzinni
gen uiteen; en nu had het program behoo
ren te zeggen aan welke rijde do „Liberale
Urne" komt te staan; doch daarovor zwijgt
het. Hot blad hoopt, dat de komende ver
gadering van de „Liberale Unie" althans in
theorie de vastheid zal geven, die het le
ven der „Liberale Unie" in dc praktik
mist.
In oen driestar yi „II et Oentru m" l<y
zen wij onder liet hoofdEen waarschu
wing:
De „N icu^o Rotterdamse lie Cou
rant" van 5 Mei 1.1. bevat een merkwaar
dig verslag van de Vereeniging „Pro Ju-
ven tute" te Rotterdam-
Wij lezen daarin o.a. liet navolgende:
„En wat do tuchtsohoolplaatsing
aangaat, nu liet instituut der tuchtscholen
eenigo jaren gewerkt heeft, en alzoo over
het effect daarvan beter to oordjclcn valt,
moet het bestuur lot zijn leedwezen do
overtuiging uitspreken, dat dit instituut
lang niet in alle gevallen beantwoordt aan.
hetgeen men zich daarvan voorgesteld heeft.
Do plaatsing in dc tuchtschool moest be
schouwd worden als een straf, oon korto
afzondering uit de maatschappij, om orde
en tucht to leeren, op zoodanige wijze, dat
de kinderen, wanneer zij in de maatschappij
torugkcorcn, niet alleen geen verlangen
meer zouden hebben om naar dc tuchtschool
terug te gaan, maar dat herplaatsing al
daar voor hon oen dreigend spook zou zijn,
dat hun cn duim leergrage kameraden tot
afschrikking zou dienon bij het beramen,
en bedrijven van hun wandaden. In do prac-
tijlc is echter mecrmal-en gebleken, dat hot
verblijf in oen tuchtschool zoo goed be
valt, dat vclo aldaar verpleegden na hun
ontslag zoer gaarne weer teruggaan.
Dit ligt voor do hand; zij komen in don.
regel uit een omgeving, waarin óf uit
oigen schuld óf als straf, op hen toegepast,
goede, liefderijke zorg vaak ontbroken heeft.
In de tuchtschool is alles ordelijk gere
geld; zij krijgen goed oten cn zorgvuldige
verzorging, zij ondervinden belangstellend
tegemoetkomen, zij ontvangen sjloidlcsson,
behoeven niet hard te werken, enz., enz. Is
het wonderr dat zij hot aldaar zoo kwaad
niet vinden
Oorspronkelijk bedoeld als straf, is, door
dien do duur dier plaatsing in den regel
te lang wordt genomen, het verblijf in do
tuchtschool te veel gebruikt tevens tot op
voeding. Het groote effect eencr korte, hevige
straf, passende in het opvocdings6ystceral
van ouders of voogden, wordt daardoor go-
mist; terwijl dc opsluiting veel te IcortJ
duurt om voor een gedurende dien tijd toe
gepast opvoedingssysteem duurzame resul
taten te mogen verwachten.
Wordt het verblijf in dc tuchtschool vanj
korteren, duur, dafl kunnen, do kinderen zoo