No. 15393.
LEIDSCH DAGBLAD, Woensdag* 2*7 April. Tweede Blad.
Anno 1910,
Kunst, letteren, enz.
Buitenlandseh Overzicht.
FEUILLETON.
Irma Hardisig*.
Yan Botrel de Bretonsclie zanger, die in
nns land vertoeft en zingende met zijn
vrouw voor volle zalen optreedt, herinne
ren we ons een liedje door Pisuisse inder
tijd gezongen, een van de mooiste num
mers van Pisuisse's program. Hier in Lei
den was veel animo voor de zangavonden
yan Pisuisse.
Krijgen we Botrel ook in Leiden?
Yan hem lezen we in „De Nieuwe Cou
rant":
„Wie die van de chanson houdt, kent
Botrel niet? Den smidsjongen uit Bretanje,
die van spoorwegambtenaar liedjeezanger
werd op de Butte Montmartre zich stormen
derhand een kring hartstochtelijke bewonde
raars veroverend, omdat naast de vooze cn
vunze decadentie van het cabaret z ij n
eenvoud en ernst zoo weldadig aandeden?
Den Bretonschen bard, den man van „La
bonne chanson V'
Zaterdagavond is hij in Den Haag opge
treden en we geloovenp dat er wel niemand
in de zaal ongevoelig bleef voor de innige
charme dier mooie, lieve Bretonsche sagen
en volksliedjes met zijn klankvolle, diep-
aansprekende stem voorgedragen. Chan
sons en sabots; chansons des clochers; coups
de clairon; het mooiste en het beste van het
uitgebreid répertoire."
Op de „Arti-tentoonstelling is van den,
schilder Kamerlingh Onnes het portret van
den hoogleeraar van dezen naam geëxpo
seerd.
Wettel ij ke besoherming van
Monumenten.
De vergadering van den Oudheidkundigen
Bond heeft in „Pulchri Studio" te 's-Gra-
Venhago plaats gehad ter bespreking van
het rapport uitgebracht door de commissie
uit genoemden bond, belast met de voorbe
reiding van een wettelijke regeling tot be
houd van monumenten.
Het rapport werd uiteengezet dc*.r de
heeren jhr. mr. Yictor de Stuers, mr. S.
Gratama, prof. dr. C. W. Yollgraff, Kalff
en Berlage.
Ten slotte werd de volgende motie aange
nomen met algemeene stemmen:
„De buitengewone vergadering van den
NederL Oudheidkundigen Bond, bijge
woond door vertegenwoordigers van tal van
vereenigingen ter bevordering van de bouw
en schilderkunst der oudheidkunde en ge
schiedenis, van tourisme en vreemdelingen
verkeer en door een groot aantal belang
stellenden; gehoord de uiteenzetting door
de heeren De Stuers, Gratama, Vollgraff,
Kalff en Berlage gegeven van de voorstellen
belichaamd in het vanwege den Oudheidkun
digen Bond uitgebracht rapport inzake wet
telijke besoherming van monumenten van
geschiedenis en kunst, betuigt haar instem
ming met het streven naar zoodanige rege
ling en verzoekt rfe-t bestuur van den Oud
heidkundigen Bond, om bij de R'egeering
krachtig aan te dringen op het spoedig
ontwerpen van een wet, in overeenstem
ming met de hoofdbeginselen, in bovenge
noemd rapport aangewezen.''
De voorzitter, mr. dr. J. 0. Overvoorde, na
zijn voldoening over de aanneming te heb
ben uitgesproken, maakte nog molding van
de aanwezigheid van den heer J. A. Royer,
administrateur aan het departement van
binncnlandsche zaken, die c.q. zal geroepen
fzijn, een wetsontwerp ter bescherming van
monumenten mede gereed to maken. Het
blijk van belangstelling dat hij geeft, is dus
eeer verblijdend.
S t.-R adboudstichtin g.
Te Utrecht bobben, naar de kath, bladen
melden, curatoren der St-Radboudstickting
vergaderd, ten einde zich als college te con-
etitueeren door uit hun midden een voor
zitter en secretaris te benoemen.
De curatoren, wier namen zijn: Mr. H. J.
J. van den Biesen van Mierlo, advocaat en
procureur te Breda; dr. W. A. Boekelman
te Utrecht; jhr. mr. O. F. A M. van Nis-
pen tot Sevenaer, lid der Tweede Kanvr
der Staten-Generaal, te Nijmegen; jhr. mr.
V. E. L. de Stuers, lid der Tweede Kamer
der Staten-Generaal te 's-Gravenhage en
jhr. mr. G. L. M. H. Ruys de Beerenbrouck
commissaris der Koningin in Limburg, kozen
tot voorzitter Z.Excelh jhr. mr. G. L. M.
H. Ruys de Beerenbrouck en tot secretaris
dr. W. A. Boekelman.
„De Holland-Expres" wat een onpret
tige naam toch voor een Hollandsch tijd
schrift legt getuigenis af door haar ver
anderden inhoud van de verandering van
redacteur. Eline Hare-, de bekwame 'schrijf
ster is er aan het woord in haar schets:
„Idyllisch Londen".
Yan de Brusselsche tentoonstelling vertelt
in een praatje vooraf de heer Goddard.
De fields of Holland worden natuurlijk
in deze aflevering besproken; bij mooie
photo's van bloemen-zeeën.
Met een kleine motorboot maken we een
tochtje mee en het voordeel van zoo'n luxe
vaartuigje wordt betoogd.
Uitgave: Oppert 97, Rotterdam.
„Het Leven" brengt een portret van
AmaJia de Groot, met het nieuwtje, dat
deze jonge actrice van Yerkade's naar
Royaards' gezelschap is overgegaan.
S t.-L u c a s.
Zondag is in het Stedelijk Museum
te Amsterdam de jaarlijksche tentoon
stelling van St.-Lucas geopend. Zij is groo-
ter dan ooit te voren: pL min. 750 num
mers die in negen zalen de eene hoek-
zaal en de kabinetten waren niet beschik
baar het niet eens te ruim hebben.
N.V. „Het Tooneel" in België.
Door het groot succes, dat de eerste voor
stellingen, van „Adam in Ballingschap" m
België hadden, heeft de N.V. „Het Too-
need" een rondreis van 16 dagen door
België kunnen in elkaar zetten.
Er zullen alleen, voorstellingen van
„Adam in Ballingschap" en „Elckerlyc"
gegeven worden.
In do volgende steden heeft een voorstol
ling plaats: Antwerpen, Brussel, Gent,
Dendermonde, Oostende, Brugge, Yeurnc,
Yperen Thielt, Leuven, St.-Truiden, Ton
geren, Lier en Mechelen.
Björnson. d*
De reus is geveld. Al lang werd de doodsT
tijding voorzien, vernamen we de schom
melingen, welke de ziekte onder-ging. Be
terschap heette nog lang mogelijk.
Het Noorsche Telegrambureau meldt nu
dat Bjürnstjeme Björnson gisteravond te
Parijs is gestorven.
Björnson was 8 Dec. 1832 in de pastori?
te Oesterdal geboren en heeft dus den leef
tijd van 77 jaar bereikt. Vooral als tooncel-
schrijvcr cn als theater-leider heeft hij groo-
ten naam gemaakt. In 1857 schouwburg-di
recteur te Bergen, zien wij hem I8r>0—'63
zwerven in Italië, Duitschland en Frankrijk.
Na zijn terugkeer in zijn vaderland kende
het Storthing hem een dichter-jaargeld van
1800 kronen toe, een eer voor welke Björn
son eenige jaren later bedankte omdat Kiel-
land haar geweigerd werd.
Yan 1565 tot 1867 had Björnson dc leiding
van den schouwburg in Christiania, waarna
(1S73) zijn tweede reis naar Duitschland en
Rome volgde.
In 1875 vestigde hij zich op een landgoed
in Gudbrandsdal, waar hij sedert gewoond
heeft wanneer hij niet in het buitcnlan-l
vertoefde. De laatste jaren zag men den
grijzen dichter veel in Parijs. Daar heeft
thans ook zijn sterfbed gestaan.
Björnson's werken vallen in hoofdzaak te
onderscheiden in twee episoden, waarvan
de overgang omstreeks 1874 valt. De eerste:
de romantiscli-religieuze, uit welk tijdperk
verschillende historische drama's cn o.a. het
blijspel „De Jonggehuwden" en het epos
„Arnljot Gelline" stammen De tweede, se
dert 1874: een realistisch-critische periode,
met o.a. ..Een Faillissement", ,,De Redac
teur", .,De Koning", „Leonardo", „Een
Handschoen", „Boven onze kracht", enz.,
o.a. het blijspel: „Als de jolige wijn bloeit",
hetwelk we onlangs hier mochten zien en
waarvan de indruk nog versch in herinne
ring ligt.
Wij ontvingen heden tar recensie:
„Gids voor Amersfoort" Uitg. Yereenig.
tot Bevordering Vreemdelingenverkeer.
„Brussel en haar Voorsteden". Uitg. J. E.
v. d. Yen, Baarn.
Joh. G. v. Beukenslot Jr.„Het Rijk der
Wolken". Uitg. Hollandia-Drukkerij, Baarn.
Gemeenteraad van Voorschoten*
Gisteravond te half acht kwam do Raad
dezer gemeente in openbare vergadering
hijeen.
Voorzitter: de burgemeester, de heer
E. Yernëde.
Afwezig met kennisgeving is de heer J.
Steeneveld, wegens ongesteldheid.
De potuien der twee laatste vergaderin
gen worden gelezen en onveranderd vast
gesteld.
Ingekomen zijn: lo. Missives van Gedop.
Staten, houdende goedkeuring van Raads
besluiten, waaronder de ondersliandsche
aanbesteding tot het maken van den water
toren aan do firma voorheen Van Waning
en Co., te Rotterdam; 2o. verzoek van W.
van Hemsbergen, om verlof tot den ver
koop van alcoholhoudenden, anderen dan
sterken drank, in de localiteit Voorstraat
A 181. Adressant, is er reeds op gewezen,
dat dit verzoekschrift behoorde gericht te
zijn tot het college van B. en Ws. en niet
tot den Raad
Al deze stukken worden, voor kennisge
ving aangenomen.
B. en Ws. stellen vervolgens voor de be
grooting, dienst 1909, te verhoogen met het
bedrag van f 181.35. Aangenomen.
Aan de orde is nu het punt: Voorstel In
zake vermindering van het maximum aan
tal vergunningen. In 1905 is door den Raad
aan H. M, de Koningin het voorstel gedaan,
het maximum aantal vergunningen op 11
te stollen. Om de vijf jaar kan een derge
lijk voorstel ingediend worden. Wensclit do
Raad dus verandering in het maximum
aantal vergunningen, dan moet hij dit jaar
weer een daartoe 6trekkeDd voorstel doen.
B. en Ws. willen thans een beslissing van
den Raad uitlokken over het maximum-aan
tak B. en Ws. stellen voor de zaak te laten,
zooals ze is. Er zouden hier met het oog
op 't aantal inwoners dertien vergunnin
gen mogen zijn. Er zijn hier eigenlijk 12
vergunningen. Dit komt, omdat het koffie
huis „Het Haagsche Schouw" nog een
oude vergunning heeft.
Kan de Raad zich mot B. en Ws. vereeni
gen, dan behoeft tot de Koningin geen
nieuw voorstel gedaan te worden. De heer
Koot wijst er op, dat, als een vergunning
houder overlijdt, de weduwe geen vergun
ning zal kunnen krijgen; juist, doordat er
bier één vergunning te veel is. Een wedu
we met kinderen zal in dat geval broode
loos worden en tot armoede vervallen. De
burgemeester antwoordt, dat men niet
vooruit kan zoggen, dat Ccn dergelijk geval
zich zal voordoen cn zegt het te zullen be
treuren, als cr meer vergunningen kwamen.
De Raad besluit vervolgens conform het
advies van B. en Ws. om den toestand te
laten, zooals hij is, en geen voorstel tot H.
M. de Koningin te richten.
Dc Voorzitter licht vervolgens het voor
stel van B. cn Ws. toe, om de straatver
lichting in den zomer uit te breiden. Meer
malen is in den Raa-d de wenschelijkhcid
daarvan bepleit. Alleen op financieele
gronden is er vroeger niets van gekomen.
B. en Ws. stellen voor: des zomers 35
straatlantaarns te laten branden. Indien
deze lantaarns tot 's avonds elf uren bran
den, bcloopen de kosten f 135 en tot
's nachts één uur f 200. De bedoeling Ls de
lantaarns 25 avonden per maand te ontste
ken en avonden met lichte maan niet. De
heeren Van Kempen en Schoor vinden het
wcnschelijk de lantaarns tot één uur tc la
ten branden. De heer Van Santen vindt <le
verlichting gedurende de maanden Juni en
Juli met do langste dagen onnoodig. De
lieer Schoor merkt op, dat het in dio
maanden door de hoornen, die vol in blad
staan, dikwijls donkerder is, dan in den
winter. De heer Van Santen dient nu een
amendement in, behelzende, dat van 20 Mei
tot 20 Juli do lantaarns niet ontstoken zul
len worden. Dit amendement wordt met op
1 na algemeene stemmen verworpen. De
voordracht van B. en Ws. wordt vervolgens
goedgekeurd.
In behandeling komt het voorstel tot het
toekennen van een belooning aan den ge
meente-opzichter voor buitengewone dien
sten. De gemeente-opzichtor heeft voor het
vervullen van buitengewone diensten twee
nota's, respect, van f 20,90 on f 20,97, inge
diend, B. en Ws. stellen voor deze nota's
te voldoen. Aldus besloten.
In behandeling komt het kohier van de
hondenbelasting tot eer\ gezamenlijk bedrag
van f 310. Ongewijzigd vastgesteld.
In behandeling komt nu nog een punt,
dat de agenda niet vermeldde. Het betreft
een zaak, waarop reeds lang door belang
hebbenden is aangedrongen. Bloemisten,
aannemers, enz. maken dikwijls gebruik
van de gemeentelijko losplaats, dio in den
loop der jaren beslist to klein is gebleken.
De gemeente is nu in de gelegenheid een
strookje gronds achter de ligplaats aan te
koopen, behoorende tot de erven van Baron
Du Tour van Bellinchave. Deze strook
gronds is groot 750 vierk. M. Een klein ge
deelte van dezen grond zou de gemeente
kunnen reserveeren voor eon gemeentelijk
terremtje. Het grootste gedeelte komt
evenwel aan de losplaats ten goede. Deze
grond is te koop voor f 1 den vierk. M
hetgeen zeer billijk is te noemen
Ook de vuilnisborgplaats is te klein ge
bleken Van denzclfden eigenaar ia tot uit
breiding van deze bergplaats een strook
gronds van 250 vierk. M. te koop. Krijgt
do gemeente deze terreinen in eigendom,
dan zijn er natuurlijk tot afscheiding schut
tingen noodig; verder dient het terrein op
gehoogd; het vuilnisterroin verbeterd en dc
aschschuur afgebroken te worden.
De kosten van dat alles (koopsom van do
terreinen in begrepen) bedragen f 2800. Do
heer Van Kempen vraagt of er voor het
lossen ook betaald wordt. Do burgemeester
zegt, dat de onkosten, die door het heffen
van losgelden zouden gemaakt worden,
waarschijnlijk meer zouden bedragen dan
die gelden opbrengen. De lieer Koot dringt
er sterk op aan, dat belanghebbenden voor
het gebruikmaken van do gemeentelijke
losplaats, iets zullen bijdragen. De rente
van het kapitaal, benoodigd voor de terrein-
verbetering, kan dan gevonden worden uit
de bijdragen van belanghebbenden. Er ligt
daar niets onbillijks in. Do burgemeester
wil de zaak wel in overweging nemen, maar
merkt tevens op, dat er voortdurende con
trole noodig is. Indertijd is do zaak onder
zocht, waarbij bleek, dat hot in andere
plaatsen geen bato afwierp. B. cn Ws. zul
len de kwestie evenwel in studio nemen.
Vervolgens besluit de Raad overeenkomstig
het voorstel van B. cn Ws.
De gemeentelijke losplaats en het vuil-
nisterrein zullen dus beide worden uitge
breid.
Daar niemand meer liet woord verlangt,
sloot do Voorzitter do openharo vergade
ring, om over to gaan in een geheime, waar
in reclames H. O. en het kohier H. O. be
handeld worden.
Het „Handelsblad van Antwerpen" ver
neemt uit Brussel, dat zijn gedaagd geweest
om to verschijnen op 25 dezer bij een Bms-
sclschen notaris: de heeren baron Beyens,
dr. Thiriar en vijftien anderen, alsook do
lieer Johnston, reeder te Liverpool, om
ouder eedo te verklaren, dat zij geen eigen
dommen of waarden van wijlen koning
Leopold in bezit hebben, gehouden hebben
of iemand kennen, die er in bezit hebben
zou.
Dit gaat uit van de dochters van den Ko
ning.
De heer Johnston, dio een vriend van ko
ning Leopold was, is dood, doch do firma,
wier hoofd hij was, bestaat nog.
Keizer Wilhelm II vertoeft te
Straatsburg. Maandag j.l. had daar een ga
ladiner plaats en tot de aanzittenden be
hoorde ook dr. C u r t i u s, de vertegen-
woordiger van de Evangelische Kerk in het
Ri.jksland.
Hij is dus weder in genado aangenomen.
Men zal zich wellicht herinneren, dat de
Keizer dr. Curtius de uitgave van de ge
denkschriften van den Rijkskanselier on go-
wezen stadhouder van Elzas-Lothnringcn,
prins Chlodvig von Hoheulohe, in 1U07 zeer
kwalijk had genomen en dat deze toon ge
schrapt werd van de lijst der genoodigden.
Zelfs het vorige jaar werd hij nog niet ont
vangen.
Do vrede is dus weder ge teekend, tot
groot genoegen van de protestanten in het
llijksland, dio met lecde oogen zagen, dat
de vertegenwoordigers van do Katholieke
en Israëlietischc Kerken wol officieel out-
vangen werden en die van do Protestantsche
Kerk niet.
De Rijkskanselier hooft i n-
f 1 u e n z a en moest gisteren to bed blijven.
Koning Eduard van Engeland
keert heden van zijn verblijf te Biarritz
naar zijn land terug.
De „Petit Parisien" berekent liet aantal
stommen, die bij de Fransche ver-
kiezing op do verschillende partijen
rijn uitgebraoht. In vergelijking met do
verkiezing van 1906 hebben dienvolgens do
republikeinen van links 1,090,000 stemmen
of 210,000 meer dan in 11)00 gekregen. Do
radicalen en socialistische radicalen
3,330,000 (203,000 stemmon meer), de onaf
hankelijke socialisten 255,000 Btemmen
(25,000 meer), de vereenigde socialisten
1,012,000 stemmen (112,000 stemmen meer),
de republikeinen van rechts 771,000 stem
men (339,000 stemmen minder) en dc cleri-
calen en monarchalon 1,746,000 stemmen
(754,000 stemmen minder). De beide par
tijen van rechts zouden dus to zaaien meer
dan een millioen stemmen verloren hebben*
Bij het overhandigen zijner geloofsbrie
ven heeft do heer T i 11 o n i gezegd, dat
hij de gevoelens van oprechte vriendschap
voor F rankrijk met zich bracht, waar
mede hij Itaiic's buitenlandsohe politiek
had geleid.
Fallières wenschto zich geluk met het
uitspreken dier gevoelens, cn getuigdo van
do levendige voldoening van do Fransoho
regeering, om Tittoni als gezant te ontvan
gen.
Oud-president Roosevelt is door Ion
gemeenteraad van Parijs in plechtige ver
gadering ontvangen. Daarna was er oen
feestelijk noenmaal voor tweehonderd men
schep 's Avonds was er con klein diner,
dat officieren, die indertijd deel hebben
uitgemaakt van een Fransche missio naai
de Vercenigde Staten, aan Roosevelt en
zijn vrouw aanboden. Na afloop was er een
voorstelling in de Opera.
Z. H. do Paus heeft 800 D u i t s c h e
pelgrims ontvangen, die uit Palesti
na waren teruggekeerd. Kardinaal Fischer,
die naar Rome gekomen was om de pel
grims te begroeten, Lis een adres van hulde
voor. Do Paus betuigde zijn dank cn gat
uiting aan zijn erkentelijkheid jogens den
Duitschen Keizer voor do schenking van den
grond voor do Zionskerk. Dc Paus reide het
tc wnardceren, dat prins en prinses Eitol
Fricdrich van Pruisen, alsmede do prinsen
George en Koenraad van Beieren, bij de
inwijding der kerk tegenwoordig waren ge
weest. Ten slotte gaf dc Paus den pelgrims
zijn zegen.
Te Weencn zijn berichten ontvangen, dat
feitelijk geheel Albanië in vollen op
stand is. Men schat het aantal Albanoe-
zen, dat tegen de troepen von Chefket pas
ja vecht, op ruim 28 duizend. Daartegen
over heeft Chefket onder zijn commando
52 Turkscho bataljons en 16 batterijen.
De Turken rijn vrij ongelukkig geweest.
Hot belangrijk défilé Katsjanikvan is door
een bende van 3000 Albaneozen genomen
dezen houden nu de treinen op en verhinde
ren de aankomst der Turkscho versterkin
gen.
De Albaneczen worden aangevoerd door
Issa Bolietinatz, een befaamd krijgsman de
onder-aanvoerders zijn voor het ineerendeel
door de Jong-Turken ontslagen officieren.
Dc telegraaflijnen zijn door do opstandelin
gen afgesneden, ;;oodat nieuws van het ocr-
logsterrein schaarsch is.
Op dit oogenblik trachten de Albancezcn
87)
Zij lag naast hem op haar knieën en hief
met zacht geweld zijn gebogen hoofd op,
,opdat hij in haar oogen de waarheid barer
j.Voorden zou lezen. Het was een lange en
wantrouwende blik, dien hij haar toewierp,
maar de ovortuiging kwam toch langzaam
in hem op.
„Maar het is toch een schitterende Lui
kenkans," zei hij op een toon, die nu pein
zend was geworden. „Ik geloof, dat het wel
een goede man is, en hij schijnt werkelijk
van je te houden. Aan zijn fortuin valt i ik
niet te twijfelen, vermoed ik," voegde hij
er bij met een zweem van aarzeling, t t
hij zijn blik van haar gezicht afwendde.
„O, ik geloof, dat hij ontzaglijk rijk ,s!"
„En zijn rijkdommen dan geen verleid'ng
Toor jou?"
„Jawel, dat zijn ze wel, maar niet in ge
zelschap van den heer Potts."
..En toch moet zijn genegenheid eerlijk
gemeend zijnhield Harding vol. Zijn blik
ontweek dien zijner dochter en aan het ze
nuwachtige trekken van zijn gezicht ion
men z*en, dat hij eenige gedachte koesterde.
„Ik geloof ook wel, dat ze eerlijk ge
meend is!"
„En geheel belangloos, natuurlijk. De
omstandigheden zijn daarvoor voldoende be
wijs. Iemand als hij zou zeker wel in staat
zijn tot opofferingen, niet? Het is in allen
gevalle niet aan twijfel onderhevig, dat ;.ij
-ze zou kunnen bekostigen."
„Wat voor opofferingen, papa? Ik be
grijp u niet. Waar denkt u aan?"
„Het is maar een opkomend idee. Be
vlekte namen zijn wel eens meer schoonge-
wasschen geworden door geldelijke opoffe
ringen, en er is niet meer voor noodig, om
het onrecht te herstellen, dat ik bedreven
heb. Als die menschen tevreden werden ge
steld... ik bedoel die ongelukkigen, die mijn
slachtoffers zijn geweest, dan zou ik ine
weer kunnen vertoonen. Dan zou je moe
der mij misschien ook vergiffenis schenken.
Of ik zou ten minste kunnen sterven met
gedachte, dat de schande was afgewas-
schen."
Hij sprak met een bijn ademlooze -aast
en er vertoonde zich een flauwe rood?
streep op zijn bleeke wangen en zijn inge
vallen slapen. Sedert den dag van -in
worsteling was dit de eerste toespeling op
dien last van oneindige schande, waaronder
hij zwijgend gebukt ging, en voor zijn doch
ter, die toch steeds bij hem was, was het
koortsige van zijn toon een openbaring. Zij
keek in zwijgende spanning naar hem op,
wachtend op de woorden, di© zij op zijn
lippen zag trillen.
„Het is maar een idee, weet je. Van den
zomer, dien keer na de Zoo, toen hij naar
mijn gezondheid kwam vragen, het was
zoo duidelijk een voorwendsel, dat ik niet
kon nalaten te denken... Gesteld, dat ge
eenige sympathie hadt gevoeld voor den'
jongen man, als het je mogelijk was ge
weest om met dien jongen man te trouwen,
dat zou toeh een heerlijke buitenkans ge
weest zijn, altijd gesteld dat hij er de man
naar is om die gelegenheid aan te grijpen.
Hij wierp haar een scherpen, onderzoe
kenden blik toe, dien Irma, ondanks ar
gevoel van smart, niet anders beantwoorden
kon dan met een glimlach: het beeld van
:len heer Jozef Potts'was nog tc versch in
haar geheugen dan dat zij de grappige zijde
van den toestand zoo gauw had kunnen, ver
geten.
„Nu begrijp ik het, papa," zei zij, terwijl
zij haar hand zachtjes c>p de zijne legde,
„maar u behoeft geen spijt te hebben over
mijn gebrek aan, genegenheid, want /an
één ding ben ik heel zeker: de heer Potts
zou er de man niet naar z;jn om uw ideaal
te verwezenlijken."
„Neen, ik geloof het ook niet, het was
maar een idee," zei Harding en al het leven
dige uit zijn stem en zijn gericht was on
eens verdwenen. „Het zal waarschijnlijk
nooit gebeuren. Hoe zou het ook kunnen'?
Het zou tc goed zijn geweest voor het wer
kelijke leven: de schuld aan die ongelukki
gen en de schuld aan jou tegelijkertijd ge
delgd 1 Zulke dingen gebeuren niet 1"
„Aan mij V'
„Ja, ja, dat is de zwaarste van allemaal.
Jouw jeugd wordt opgegeten door mijn
ouderdom, jouw onberispelijke vlekkeloos
heid wordt zwart gemaakt door mijn zonde,
en er is geen kans om het terug te betalen 1
O, dat doet zoo'n pijn, dat doet zoo'n pijn 1"
Hij bedekte kermend rijn oogen met zijrt
handen, maar Irma had in zijn oogen och
een uitdrukking gezien, die zij er vroeger
nog nooit in ontdekt had; een blik, waarin
iet, wat op woede leek, vermengd was met
angst; een blik, dien zij zich niet kon ver
klaren, aangezien zij nog nooit den bitteren
last had gevoeld van de dankbaarheid.
Irma behield een pijnlijken indruk vaü
Het onderhoud met haar vader. Zij wist na,
dat hii minder getroost was en zich minder
in het onvermijdelijke schikte dan zij had
durven hopen. Er maakte zich opnieuw
een diep medelijden van haar meester; zóó
diep, dat zij er over begon na te denken of
zij onder de gegeven omstandigheden het
offer zou hebben kunnen brengen van me
vrouw Jozef Potts te worden. Trots haar
intens gevoel van dankbaarheid, eindigde
zij met in te zien, dat hij niet de man -vas
voor die gelegenheid. Arme hoer PottsWat
was het gemakkelijk zich een voorstelling
te maken van den trek van afschuw op zijn
kindergezicht bij het hooren van haar heu-
schen naaml De horizon, die zich over het
handelslui-fatsoen uitstrekte, zou wel niet
in staat zijn, om zich ook over haar familie-
schande te welven. Het leek zelfs nog en
vraag of dat onberispelijke zakengeweten,
dat door niets zoozeer van streek kan ge
bracht worden als door het rammelen van
den almachtigen dollar, hem niet zou dwin
gen om de politie er in te halen. Hij zou
het misschien tot een edelmoedig stilzwijgen
kunnen brengen, maar zeker niet verder.
De heer Hartmann, dien hij als eerbied
waardig had beschreven, moóht op een
plaats aan zijn tafel hopen, maar de voort
vluchtige directeur eener BankWelk een
gedachte 1
Neen, dat huwelijk zou altijd onmogelijk
zijn geweest. Als er ooit sprake kon zijn
van een huwelijk, dan moest het er een zijn,
waarbij haar vader als het ware op den
koop toe genomen werd, waarin hij een
zoon zou winnen in plaats van een dochter
te verliezen. Dat zou een zeer groote liefde
veronderstellen en ook een volmaakte 'onaf
hankelijkheid tegenover do meening der
menschheid en haar gunsten.
Hier begon Irma oneens ea schiinboat.
zonder aanleiding te denken over dien la.*,
in Fortague-street, waarop zij den heer
Denholm het laatst gezien had. Bij die ge
legenheid had zij een verbazingwekkende
outdelckiüg gedaan; zij had toen ontde<ct,
dat die man in haar macht was. Tot welke
hoogte? Daar was zij nog niet zeker van.
Dat hing af van zijn eigen weerstandsver
mogen, want hij bood klaarblijkelijk weer
stand. Dat had zij gezien gedurende "in.
kort onderhoud; zij had het gelezen in len
diep vragenden blik zijner oogen, in het
gemaakt minachtende van zijn toon. Bij die
gelegenheid was haar ook gebleken, dnt 'lij
in het geheel geen minder eerlijke bedoe
lingen had. Wat dan? Heel in liet diepst
harer ziel had Irma sedert dat gesprek dc
overtuiging, dat, in geval zij al haar macht
deed gelden, zij dien weerstand misschien,
zou kunnen brekenmaar op hetzelfde
oogenblik, waarop zij dat had ingezien,
was zij ook besloten die macht niet aan ta
wenden. Waarom niet? Omdat hij haar on
verschillig was? Het antwoord liet op zich
wachten. Maar dat was het eigenlijk met.
Do ware reden voor haar besluit was de
besliste onmogelijkheid van de heele zaak.
Zij behoorde zichzelf niet toe; zij behoorde
aan haar vader. Van het oogenblik af aan,
dat zij zich aan zijn zaak gewijd had, had zij
afstand gedaan van elk persoonlijk gelak.
En zij had zich opnieuw gewapend legen
een gevaar, dat klaarblijkelijk niet bestond,
aangezien er op die ontmoeting in Fort.a-
gue-strect een groote leegte was gevolgd,
die niet eens door een sporadische ontmoe
ting in het park was verlevendigd gew, n,.
(Wordt vervolgd.)