«L
VOOR DEJEUGD
s?$
tSIDSCH DAGBIAD
j
fc.
Nieuwe Raadsels.
Goede oplossingen ontvangen van:
No. 15387. Woensdag* 20 April. Anno 1910.
'd
Üi'-i
k-
EEN EIGENGEMAAKTE BLOEMEN-
STANDAARD.
Jan: ,,0, neen mama, ik heb juist den
heelcn tijd aan haar gedacht. Ik was bang,
dat ze komen zou voor ik ze ophad."
Mama: „Kinderen, wat voer je nu uit
met papa's hoogen hoed?"
Jantje: „Wij doen net als de too ve
naar gisteren en willen daarin eierkoekjes
bokken."
Ingez. door „Blondine" en „Brunette.'
Schildwacht: „Halt! Wcrdal"
Boerenvrouw (die 's morgens vóór
dag en vóór dauw zwaar beladen naar de
stad komt): „Maak maar niet zoo'n spekta
kel, je hoeft niet bang te wezen, ik zal je
niet* doen,"
Uitdoschool.
„Karei, je bent vandaag con brave jon
gen, dat moet ik bekennen; je ziet rechts
nooh links, zooals andere jo aard is."
Mijnheer, ik heb een stijven nek."
Onnoozel.
Kleine Biet, die met de meid is mee ge
weest naar het belastingkantoor:
„Pa, wie heeft de beste zaak uit de stad?"
„Dat weet ik niet."
„Ik weet bet pa. De ontvanger van de
belasting, want iedoreen komt hom geld
brengen en hij geeft er niets voor als een
klein papiertje. Wat moot dio man toch
rijk worden."
Ingez. door C&to Vallentgood.
&r I i.
Mijn goheel bestaat uit 12 letters en is
een welriekende plant,
In Indiö heeft ieder mensoh een 1, 8, 9,
10, 11, 6.
De 4, 2, 8, 9, 10 vindt men in scholpen,
3, 11, 12, 8 is een ijverig insect.
7, is de Ode letter van het alphabet.
V II.
Mijn geheel bestaat uit 9 letters en js
een plaate in Noord-Brabant.
De bakker gebruikt een 6, 7, 8, 9.
De 5, 8, 9 riep haar kuikens.
Visschen hebben 7, 2, 3, 9, 8, 3.
Het 1, 2,0, 4 van het verhaal was prach
tig-
Ingezonden door „Tromp".
nii 1
Mijn geheel is een land in Afrika.
4, 4, 3 is een deel van het hoofd.
Een 6, 7, 5 kookt het eten.
Een 1, 4, 7, 3 is zwart.
Een 1, 2, 3, 6 is een Duitsch geldstuk.
Ingezonden door „een Raadsel vriendje"..
S1 IV,
Mijn geheel is een plaats in Zuid-Holland
en bestaat uit 11 letters.
6, 6, 5 i6 een rivierschip.
Kleine kinderen spelen met een 7, 2, 7,
1, 11, 9, 5 is een versterkend voedsel.
5, 2. 3 is een viervoetig dier.
Met een 5, 6, 1 maakt men het haar op.
4, 2, 5 is een klcedingstuk.
Voor een huis ziet men wel eens een
7, 11, 4, 5.
Ingezonden door „Aronskelk".
V.
Tien letters geven u een naam,
Die prijkt op het schoonsto deel
Der Nederlandsche letteren.
Het wordt gelezen veel.
8, 7, 2, 3 helpt den mensch,
Die niet goed kijken kan.
1, 9, 5, 3 hoort bij den voet
Ea is een deel er van.
In 't land waar heel wat bergen zijn,
Vindt men 4, 8 en 3.
Dus niet in het vlakke vaderland,
Dat ik het dikwijls rie.
0, 7, 8 met 9, 10,
Is schrik'lijk in zijn pracht.
Raad nu eens welken naam ik meen,
Zqo algemeen geacht.
Oplossingen der Raadsels.
i.
Vlier.
II.
Hellevoctsluis.
ILI.
Alpenbloempje.
IV.
Schoorsteenveger.
V.
Vlug rug dak hak ijs wijs
tien zien rollen dollen rijdt bijt)..
Annie de l'Ecluse, „Kastanjebloem",
„Vera" A. van Rosmalen, „Kleine Offi
cier", Cato de Wilde, Trijntje Zeilstra,
„Aronskelk", Catharina Houps, H. M. Vj
d. Bos, A. v. d. Bos, „Wilde Bob", F.,
Hahrioken „Kruidje-rocr-me-niet", „Mei
kers", Wilhelmina Mulder, Nellie Brug-
mans, W. Pranger, „Wilhelmina", Johau-
na Speel, Maria en Willy Hoekstra, Beteie
van Wijk, „Oudste", Jacobus Koet, Oorry
van Haldoren, „Tromp", „Jan van Galen"
„Jeanne", Anton van Wccron, „Vergeet-
mij-niet", Jannetje en Marietje Laoourt,
Martinus Jansen, Jan van Weizen, „Bru
nette", „Dwcrgroos", „Sneeuwklokje",
„Bosch anemoon", „Nachtegaal", „Rosa
Fluweeltje", „Kleine Zeeofficier", P. Hak
kenborg, Jacoba Egging, Africa Era/des, J,
van Wijk, P. de Goederen, „Mignon",
Lientjo en I. Siere, Hendrik do Jong,
„Rietvinkje", Martha cn Maria de Tombe,
Jacobas en Pieter Vallentgoed „Florence",
Corrie de Vlieger, „Sijsje", „Snoeuwwitje",
Hendrik Kleer, „Matroos", „Een Bossche
jongen", J. VerBluys, „Emma", Alida Nijk,
Herman en Hendrik van Zanten, Johan
Ovcrduin, „Roodborstje" Maggie Segaar,
Frans en Anna Kriek, C. L. Jansen, A. v.,
d. Akker, „Admiraal", „Twee Matroosjes",
Margaretha v. Meygarden, „Twee Zwart
oogjes", Oath. Apello, Jan Deoker, „Rood
Appeltje", allon te Leiden.
„Slagertje", te Bodegraven.
D. Stavleu, te Leiderdorp.
Grietje v. d. Horst, teLoimuidem
Jannio Timmens, Beb Hotc, Louise Rijs-
dam, te Oegstgeeat.
„Twee Buurtjes", G. v. d. Mey, te R ij n s-
bu r g.
Cor Honig, „Candalaria", te V oor-
b oh o t e a
Jannetje Zwaan, „Kleine Luitenant", te
V&lkonburg.
„Theeroos", Annie v. d. Berg, T. Krüge,
H. Binnendijk, to Wassenaar.
Betjo Hulsbos, Joh. Parlevliet, D. Mun-
nik, A. Parlevliet, te Zoetorwoude.
Prijzen vielen ten deel aan; Hendrik de
Jong, en Clasina van Hoes, beiden te
Leiden.
Correspondentie.
„Ver a". Ja meisje, de eerste Aprilda
gen waren inderdaad bijzonder mooi en we
hadden niets te klagen, jammer maar dat
het op 's Prinsen verjaardag zoo hardnek
kig bleef regenen en bet Oranjc-zonnctje
zich achter de dikke woJken schuil hield.
Welk een heerlijk vooruitzicht voor je, om!
in de a.s. zomervacantie eenigen tijd te
Arnhem te gaan doorbrengen I De omstre
ken zijn er heerlijk mooi en jo zult er je
best amuseeren.
„De kleine zeeoffioie r", dank
ik voor zijn ingezonden bijdragen.
Hendrik Binnendijk, te W as-
s e n a a r. Ik kan me best voorstellen, dat
je heel blij bent met je klein broertje, al
hoewel jullie reeds met vijf jongens zijtl
Voor je zusje zou het wel aardiger geweest
zijn als het laatste kindje nu een moisjo ge
weest was. Maakt broer hot overigens goed
Annie v. d. 8 o r g t e W a s t e n a ar.
Het spijt me heusch meisje, dat je met jo
oogen sukkelt, want dat is al heel naar en
ik raad je aan, maar heel voorzichtig te zijn
en je oogen vooral niet te veel in te span
nen door ntet lamplicht te lezen of tc wer
ken.
,,T h e e r o o s" te Wassenaar.!
Ik begrijp niet, hoe het mogelijk is, dat jel
je thuis verveelt; want in een huishouden!
zijn toch tal van kleine bczighedon, dio door',
meisjes van jou leeftijd verricht kunnen]
wórden. Heb je geen liefhebberij in huis-]
houdelijke bezigheden en doe je njete aan.
naaien f
„Jan van Galen." Geduld maar
vriendje, ik beloof je dat ik bij gelegen
heid, ook aan jouw zal denken; maar je be
grijpt dat ik alle kinderen op hun beurt een",
tevreden moet stellen.
A dr. v. d. Akker. Ik kan je niet belo-
ven, dat ik je nu juist elke week een briefje
zal schrijven, want dat hangt in hoofdzaak
af van jouw briefjes, of die er mij &.1 dan
niet aanleiding toe geven.
Joh. P a r 1 o v 1 i o t, te Zoetor
woude en Oorry van Halderen
te Leiden, dank ik voor do mooie
prentkaarten die ik van haar ontving.
„E m m a". Ja meisje, het verkoopen van
de Julian,a-bloem vind ik een prachtig idóo
en van harte hoop ik, dat het beoogde doel
daarmede bereikt zal worden.
,,D o A d m i r a a 1". Ja vriendje, er js
nu een langer feuilleton in aantocht; stel je
dus maar gerust.
„Roodborstje". Met de pl.iatsing|
van je bijdragen moot je steeds geduld heb
ben, beste kind; doch hoe meer je inzendt
des te moer kans heb je.
,,S ij s j e". Het speet me te moeten vei^
nemon, dat jo verleden week zoo zie'c
waart I Ik vind het héél goed dat je zus
jes in het vervolg met ons moe zullen doen
en ook tegen jullie schuilnaam heb ik geen
bezwaar. Het is niet noodig dat je de op
lossingen elk afzonderlijk opschrijft cn in
zendt; als één van jullie dat doet, is Let
roods voldoende.
Paulus Hakkenberg. Met genoe
gen vernam ik je ingenomenheid met het
gewonnen prijsje. Vooral omdat jo een lief
hebber van gesohiedenis bent, begrijp ik,
dat het boek in jo smaak viel. Nu maar weer
flink je best doen vriendje cn mij ook eens
eenigo raadsels en anekdoten toezenden.
„H emelroosj e." Van harte gefelici
teerd met den gelukkigen dag van heden
meisje-lief. Ik hoop van harte, dat jo aan
dezen dag do heerlijkste herinneringen zult
behouden.
Pieter deGoederon. Omtrent ont
vangen bijdragen, kan ik onmogolijk eenigo
inlichtingen verschaffen vriendje, doch om
veel kans te hebben moot je geregeld blijven
inzenden,
„Brunette." Ja meisje, er zijn heel
wat menschen die aan verkoudheid lijden
hetgeen heusch niet te verwonderen is met
bet ongestadige weer.
M i g n o n." Als je het zoo druk hebt
met de repetities, zal ik je kort briefje
gAarne voor lief nemen, meisje. Ik wcnsch
je veel pleizier met de a.s. uitvoering.
„Candalaria'' te Voorsoho-
t e n. Nu begrijp ik hoe je aan dien vreem
den schuilnaam komt. Het zal wel een
gioote verandering voor je zijn, om nu in
V te wonen. Hoe beviel het je in Las
Palmas Denk je nu voor goed hier te bhj-
ven, of ga je weer terug? Ik kan niet an
ders zeggen, als dat jo mama eer heeft
van haar leerlinge; want je briefje ziet er
keurig netjes goechreven uit en zonder taal
fouten. Vriendelijke groetjes.
Corrie de Vlieger. Zeker meisje,
je moogt gerust met ons meedoen, want
hoe meer kinderen er bij komen, hoe liever
't mij is. Vertel me de volgende week maar
eens het een en ander van je persoontje,
dat maakt het conreapondeeren gemakke
lijker. MARIE VAN AMSTEL*
19525
.«(fl
6V"
,'fê
o
vv ^2®^
I fl a J 0 o I S i i| J J t J j t
4 J J t 4 1 fl S 0 S G M S .1 D 1 1 9» 6 1 M 0 0 i 0 1 6 3 1 1 J 11 i
y-
'fir*©
1
Sr.
/-"-v-y-
Alb. II.
Wol, makkertje, hoe vindt jolui dien
kcurigen bloemenstanderd
Die gaan wc tot slot eens samen maken.
Wat zegt go daarvan?
Jo herinnert jo iwmars nog wel, dat we
indertijd beloofd hebben, niet alleen voor
ons zolvo, maar ook voor onze Ouders of
Grootouders eens iets aardigs te .vervaar
digen.
Belofte maakt schuld, zegt hot spreek
woord. Wo hob ben in do afgeloopcn maanden
al vcrschillcndo dingen voor on9 zelvo ge
maakt, we hebben daarvoor noodwendig bij
onzo Ouders moeten aankloppen om cenig
geld, ons bedrijfskapitaal, om een deftig
woord te gebruiken, en daarvoor willen we
onze erkentelijkheid toonen door dezen smaak
vollen bloemonstandaard te maken. Dat hot
een aardig cadeautjo zal zijn, als onze voor-
Afb.L
schrift m nauwkeurig worden opgevolgd,
kan ik jelui gerust op een briefje geven.
Onze Ouders of degenen die we er mee wil
len begiftigen, zullen er zeker mee in hun
schik zijn.
Jolui moet evenwel goed opletten, want
dit werkje is niet gemakkelijk cn alleen
voor de grootste kindoren geschikt. Wat
de zaak vooral lastig maakt, is, dat we
'de knippatronen, om plaats te winnen, over
elkander hebben jnoctcn leggen, zooals we
dat bijv. op het Supplement van „De Gra-
cieusc" kunnen zien. Zijn er dus onder U
wier moeder of oudere zuster kostuumnaaster
is, dan moet ge die maar eens om jraad
yragen. Do 'anderen dio dat geluk niet heb
ben, moeten maar goed naar ons luisteren.
We zullen traohten het ieder zoo duidelijk
mogelijk te maken.
Bekijken we eerst eens heel nauwkeurig
Afb. lil. Hierop zien we uit welke stukken
de bloc men stand aard moet worden samenge
steld. Dezo stukken hsbben we geteokend
op een vierde van de ware grootte. Dat
wil zeggen, dat de werkelijke stukken vier
maal zoo groot moeten zijn. Naar deze Afb.
kun non we dus onzen standaard niet knip
pen, want dan zou hij veel te klein worden.
,Maor waarvoor moet die afbeelding dan
dienen, neef?"
Dat zal ik jelui zeggen. Die Afb. dient
om ons den wog te wijzen op Afb. II, die
voor velen onzer wel ©en doolhof zal zijn.
Op Afb. III zien wo allereerst dat onze
6tandaaTd bestaat uit drie stukken: Figuur
1, Fig. 2 en Fig. 3- Van Fig. 1 op Afb. III
wordt het voetstuk met den bodem gemaakt,
Pig 2 op dezelfde Afb. vormt do vierkante,
langwerpige zuil, terwijl Fig. 3 ons het
model geeft van het zeskantige bloemen-
bakje mot bodem, dio bovenop de* vierkante
zuil geplaatst wordt.
Eenmaal goed wetende uit hoeveel stuk
ken en welk soort stukken onze standaard]
.bestaat, gaan we eens oen kijkje nemen bjj)
onze twosdo afbeelding.
Afb. II geeft ons dozelfdc Êoort stukkcn(
als Afb. III, doch dezo zijn op de ware
grootte. Hiernaar moeten wij dus onzen'
standaard knippen. Ook hier zien we Fig.
1, 2 cn 3, net als op do laatste Afb.,|
doch nu zijn zo niet elk afzonderlijk, maar.
liggen over elkander hoen. Om zo U kun-]
ncn onderscheiden hebben wc d--.n omtrek
aangegeven ^met ver «billende t©ekens. Zbo
bestaat Fig. 1, het voetstuk, uitOOOOOOC^1
Fig. 3, het bloemenbakjc, is samengesteld
uit xxxxxxu terwijl de zuil Fig. 2 uit
gewone lijnen bestaat.
We beginnen mot het mak on van het voet
stuk. Fig. 1 van Afb. Ill doet ons zien
dat dit bestaat, uit vier trapezium-voxmigs
stukken waarboven een vierkant vak
geplakt wordt dat dient tot bodcrai
van de zuil. Teckencn we nu nauw
keurig dezelfde figuur 1 op Afb. II
na. laDgs de grens vau OOOOOOO, dan
krijgen wo Behalve het vierkante bodemvlak,
twee -vormige vakken. Wc hebben
er echter vier noodig, dus moeten wo deza