Brieven uit Y/armond. Ingezonden. Gemengd Nieuws. wend en daarna in. ruime kooitjes of kistjes verzonden? Dan het blindmaken ran vinkenHet öuivenschieten 1 Het sfcaartindrukken 1 Het laten hangen van lijsters in strikken soms met êcn urenlange doodsstrijdDe vangst door 'middel van lijmstokjes of van bedwel mende middelen! Dat alles ga de nieuwe vet tegen. Ook het schoone en aangename feggo ©enig gewicht in de schaal: Al is de ctuif soms schadelijk, zal ieder haar toch een vrijgeleide geven, omdat rij het woud ver levendigt door haar wel welluidend gekoer. Hoo menige vogel, noch nuttig, noch scha delijk, moet toch gespaard worden wegens zijn heerlijk gezangEn zulks wil menigeen toch maar niet begrijpen: echte utiliteita- menschen Moge mijn opstel nuttig zijn voor alle vo gels van Nederland I „H et Nieuws van den Dag van N e d.-I n d i c" schrijft: Een al bijzonder onaangonaam en com- pTomitanb enfant terrible" is dozo week in de „Javabode" aan het woord go- Y/cest over de benoeming des heeren Lo vink tot chef van bet landbouw-de- partement. Ik laat hier enkele zinsneden van dit Vriendelijk kijkjo achter de schei-men vol-- gen, en veroorloof mij, door spaticeren, hier en daar wat nadruk te leggen. ,,Men vleit zich gaarne met verwachtin gen, welker verwezenlijking r..en zoozeer wensch t. De den heer Loviiik hier wachten de taak is zoo zwaar, zoo veelomvattend, dat wij, vooral indien bewaarheid mocht worden, hetgeen uit Nederland gemeld is, Idiat hij slechts vijf jaren hier zal blijven, mcenen te moeten betwijfelen of het oog merk, dat, naar de redactie van „Do to co m ot i e f" meent, met zijn uitzending bedoeld werd, wel bereikt zal worden. Al to licht stelt, naar ouzo meening, het blad do voor dezen nict-Indischman to over winnen moeilijkheden zich voor, vooral, wanneer mon daarbij bedenkt, hetgeen ons .van wélingelichte zijde bekend, en trou wens een publiek geheim is, dat de plaat sing aan het hoofd van het landbouw-de- partement van den nagenoeg uitsluitend door de practijk gevormden heer Lovink, geenszins de onverdeelde in- stemming hoeft van degenen, dioinde eerste plaats hem in de vervulling van zijn arbeid moot en bijstaan." Dat is allerliefst. En merk alsjeblieft op, Bat het in de officieuze, gaarne vergoelij kende, de kcrk-m-'t-inidden-latendo „J a- V abode" staat. Het is dus „een publiek geheim," dat de ïieercai van het 1 andhouw-departement niet gaarne een man van do practijk boven zich zien; en de toespeling, dat zij, die hem in de eersto jilaats in de vervulling van zijn arbeid moeten bijslaan, zijn benoeming ,,niet met onverdeelde instemming za gen", is een vrij duidelijke vingerwijzing. Maar bet wordt nog onomwondener gezegd. „Terecht" zoo gaat de „Javabod o" Voort „wees dan ook de „N i e u w e Hotter da msohe Courant" er op, dat hij hier komt in een hem vreemde en zouden wij er willen bijvoegen bom a 1 th ans in den eersten tijdin zijnstrevennietnaardeneisoh behulpzame omgeving, waar dus onder geheel andere omstandigheden te Werken valt dan dio in Nederland worden aangetroffen en van jongsaf hem hekond zijn. Zonder volledige mede werking en krachtige n steun Van do onder hem dienende, zoowel weten- Schappelijk onderlegde als niet-academisch gevormde ambtenaren, zal, welk een ener gieke persoonlijkheid do heer Lovink ook rnogo wezen, hij zijn deel niet bereiken en zullen do van hem gekoesterde verwachtin- |gen niet in vervulling komen." Och kom 1 En kunnen schavuiten, die, in tuil voor een alleszins behoorlijk salaris, 'den chef, wiens benoeming niet naar hun zin is, tijdelijk en daadwerkelijk tegenwer- kon, kan zulk pak niet voor schelm wegge jaagd worden? Waarom zou dat niet kunnen? Maar het volgondo bezwaar doet de deur toe. „Daar komt nog bij, dat onze ingewikkel de Indischo administratio men vergete piet-, dat in meerdere of mindcro mate er contact bestaat tussohen de civiele depar tementen onderling, en er zijn er thans ze ven, zoodat. er een voortdurende uitgobrei- 'do briefwisseling loopende is den heer Lovink ongetwijfeld in den beginne ver steld zal doen staan, en dat hij, zich van alles op de hoogto willende stellen, zijn tijd slechts ten deelo kan besteden aan de inlandsche oulture6, welker opheffing zoo- als „D e L o o o m o t i e f" terecht betoog de, nummer één op zijn programma zal 6toan." Connu, het reoept. Men zal den armen «maa van do practijk" onder een berg van nonsensbrieven trachten te begraven. Wel nu, ik hoop, dat de heer Lovink zal d o o n wat van den nu welhaast aftredenden gou verneur-generaal word verwacht, toen dezo optrad: n.l., dat hij duchtig den bezom zal ter hand nemen. Alleen zou ik hem dan tegenover de man- Pen van do theorie, „die zijn benoeming niet met volkomen instemming zagen," wil len aamaden om meer op den steel dan ©p den bezem te vertrouwen. Maar óf die heoren van het la-ndbouw- Bepartemont (en van de andere depar tementen) ook hart voor hun werk, voor dit land en voor den inlander hebben 1 Eerst hun belangen, alsjeblieftj dan hun persoonlijko govoeligheidjes; vervolgens hun kwajongensachtige intriges en tegen werking van chefs: en dan.... als er tus- Echcn promotie-berekeningen en verlof-aan vragen nog wat tijd overschiet... hun werk, waarvoor zij ruim te ruim 1 betaald worden. Het is de „Javabo d e," die dit alles in het licht 6telt. Eeller is de ambtenaars- kliek nooit in een „oppositie"- of „sehenef'- blad aangevallen, dan nu in dit bureaucra- tie-lievcnde orgaan. Do gegalonneerden van Boger kunnen het er mee doen. VIII. Hoe ik Tiet aandurf, ik begrijp het heuech niet, om het over „muziek" to hebben. Al lang had ik er over willen schrijven, want muziek is geenszins het geringste, wat de gemeente beheersebt. „Muziek!"' Die ver edelt, die ontwikkelt! Dio officieele dankbe tuigingen van burgemeesters voor de schoon e en opwekkende tonen mocht bekomen, hij hun fcestelijko intochten; dankbetuigingen van pastoors cn andere geestelijken voor op luistering van kcrkelijko feesten of herden kingen Die hij Koningsfeesten, Koningin- Ti e-, Juliana-feesten, kermis, volksfeest, hard draverij, ijsfeesten en wat dies meer zij de mcrschen, vreemd en eigen, brengt in één stemming, tot één genietensvol focstvieren, in totale éénheid, eenig in soort cn voor komen, docho jammer!in twee partijen. Waar zal men het treffen, dat van zoo'n klein o plaats zulk oen roep gaat over de muziek, die do plaats een bekendheid geeft, slechts overtroffen dcor „Wognum" cn „Ja cob Kwast"? Waar vindt men op oen Ko- nmginnefeest do foeetelijkheden opgeluisterd dcor twee muziekkorpsen uit de gemeente zelf Vijftig of meer nog instrumentaal musicee- rendo inwoners, buiten de zoogenaamde „Oude Garde" die het aan jongere krach ten overliet. Een zeventig of meer nog vcr- eenigd in verschillende zangvereenigingon, die vocaal muziekgenot verschaffen aan oen niet te tellen „genieters-"korpsWie zal het aantal aangeven, dat hier met kennis of liefhebberij geniet van hetgeen telkens weer gegoven wordt? Van muziek kan elk, jong en oud, rijk cn arm, met meer of mindoro mate van kennis, maar toch allen met kon nis, spreken. Waar zal mon treffen zooveel harmonie zondev harmonie, zoo vereend in de kunst, en toch verdeeld? En schrijf nu eens voor allen over 'zaken, waar do eeno helft zus, de andero ihclft zoo over (denkt, zonder in botsing te ko men met die een andero meening toegedaan zijn! Ik moest liet daarom maar laten bij liot bloot vermelden van do feiten zonder meer; de beste on voorzichtigste weg. Sinds bijna veertig jaren bestond de „Har monie van Warmond," welks indertijd was opgericht door drio notabele ingezetenen, waarvan er nog slechts één in loven 5s, en behalve oprichter dier Harmonie ook de eer heeft thans de oüdsto ingezetene to zijn hier en alzoo om en om vijf ten negontig jaren telt. Dio „Harmonie" hoeft als allo Vcr- oenigingen zoo van allc3 meegemaakt: lief en leed, voorspoed cn tegenslag; zelfs kwam het voor, dat een ©ogenblikkelijk tekort „geldgebrek" aanwees. Altijd gingon dan me delijdende harten, en wat hoofdzaak was, goedgevulde beurzen openen in haar jeugd zoo goed geda-ou, grocido zij op tot icon goed geschoold korps. In vclo concoursen en wedstrijden werden, toen zij daaraan deel nemen ging, prijzen cn meest eerste prijzen of wol eere-prijzen behaald, cn do „Harmo nie" werd zoowat de glorio yan do ge meente cn de gcmcontcnarcn. Maar wat is hier bestendig? Behalve muziek gemaakt, werd ook too- neelgespeeld en ook wel eens een enkelo maalgedicht. En nu juist dio verzen makerij deed het hem. Daarin beweerde men, dat verdekt opge stelde beleedigingcn verborgen waren, (aan het adres van verschillende personen, en achtenswaardige ook. Do een weersprak het, do ander diklo het aan; het gevolg was, dat ecnigen van het bestuur zich afscheid den, en velen van de werkende on contri- bueerendo leden, en dat dezen op zichzelf een „Harmonie" oprichtten en wij alzoo in 't bezit kwamen van twee Harmonieën» De laatst opgerichte sloot zich aan hij de üt.-K. zang- en tooncclvereenigiag „St.- Caecilia" en werd toen ook een speciaal R.-K. Veroeniging. Echter scheen men op het behoud van 'do „Iiarmonio van "Warmond" zéó gesteld, dak die muziekvereniging, vroeger bijna niet gesteund door een bepaalde categorie van pérspnen, hieruit na do afscheiding er bij tientallen zag toetreden. Worden nu beide korpsen voldoende ge steund, dan bestaat alle kans, dat wij in 't hozit blijven van twee korpsen, bij welke wij, door een to dulden concurrentiogeeet, ve zekert zijnv n al loor hoogstaande muziek. Al staan die twee Harmonieën feitelijk te- geDovcr elkaar in gewone omstandigheden, in buitengewone, al3 wanneer do Koningin jarig is, of toon prinses Juliana was gebo ren, slaan zij in goede harmonie naast elkaar. Dat heb ik bij dio gelegenheden 'zelf ge zien op hot schoolplein voor het raadhuis. Een gelukkig verschijnsel mag het genoemd werden, dat- het persoonlijke, cn daardoor onhebbelijke, merkbaar minder wordt. Ten minste, ik meen het uit verschillende din gen te kunnen opmaken. Mot dat al kan Warmond echter heel Wat presteeren op kunstgebied zonder dat hot neg maar iets kost, terwijl andere gemeenten voor die kosten hij feesten soms een aardig bedrag uit to trekken hebben. Bekent men hierbij de hier bestaande Zangverenigingen, wier uitvoeringen te genieten zijn, dan staat men verbaasd over wat gegeven wordt door dio gewone dorpsmensehon cn men kan toch waarlijk niet zeggen, dat do Kunst hier op stokjes gaat. Ook van do twee bestaando Tooneelver- eenigingen is upg wel wat goeds te 'zeggen. Ik wil daarvoor niet noemen een mooi ge speeld blijspel van de een of do „Thomas- vaer"-revue" van do andoTe, die ik mot genoegen ook eons de had to mogen hooren en ziendoch ik vestig liever 'do aandacht op den ouderlingen wedstrijd, hier het vorig jaar gehouden, waarhij welver diende bekroningen werden toegekend. Een zeer deskundige jury kende bijna allo prij zen too met „grooten lof". En dat gebeurt dan allemaal door jongelieden, die den ge- heelen dag hun werkzaamheden hebben en hun avond op zoo'n wijze nuttig en Aan genaam doorbrengen. Do jury durfde nog wel eenparig als haar oordeel uitspreken, dat 't haar zeer was opgevallen, dat over 't algemeen door de deelnemers werd uitgemunt in „beschaafde uitspraak." En daarmede staat in verhand, dat blijkbaar door de deelnemers wordt „be grepen" wat door hen gegeven wordt, het geen het hun mogelijk maakt hot tot zoo'n hoogte te brengen. Do tooneelafdeeling blijft dan ook altijd een zeer gewilde afwisse ling voor bezoekers der muziek- en zang uitvoeringen, on niet onverdiend wordt hun dan ook vaak een pluim op den hoed ge stoken. Om het kunstrubriekje nog verder aan 'te vullen, kan hior nog gevoeglijk melding ge maakt worden van de „Kunstbeschouwing", van „Arti et Amicitia," welke van 12 tot 19 December in „Do Zon" gehouden zal worden. Ben ik goed ingelicht dan was War mond de eerste plattelandsgemeente, waar zoo'n gelegenheid tot het genieten van wat „Arti et Amicitia" tentoonstelt, werd gege ven. Die Vereeniging heeft hier ook een correspondent-, aan wien wij Idat to dan ken hebben, evenals do Vereeniging haar nogal boteekenend ledenaantal. Het arrangeeren der tentoongestelde stuk ken geschiedt steeds met Jveel kennis en zorg, en voor iemand, die iets voelt voor kunst is hot een gaDg naar do expositie zaal dubbel waard. Ongetwijfeld zullen dan ook nu velen, evenals andere jaren een bezoek en een her haald bezoek brengen aan dat, waarvan zoo menige, ja bijna alle kleinere gemeenten ver stoken blijven. SPECTATOR. 1 1 Geachte Redactie 1 Het ingezonden stuk van den heer J. P. Vergouwen, voorkomende in uw blad van 7 December, noopt mij alsnog cenigo plaats ruimte in uw geëerd Dagblad te vragen. De hoer Vergouwen begint met er op te wijzen dat ik „nog vóór het officieel© ver slag van de iaatsle Raadszitting is ver schenen en nog vóór het antwoord van B. en Ws. is ingekomen op gdjn vraag in die Raadszitting, betreffende de ligplaats van bommen cn loggers" ik de moeite genomen heb daarover een stukje in uw blad te echxij- ven. Dezo opmerking, hoe onschuldig zij moge schijnen, houdt tccli de beschuldiging in, als zou ik to vroeg het gesprokene door den heer Vergouwen aan critiek hebben onder worpen. Dit nu is niet juist, aangezien mijn schrij ven ontleend was aan hst verslag dier Raads zitting. Eerst nadat ik had kennis genomen van het heli nopt verslag dat in ,uw blad. van Donderdag was te lezen, betreffende 1de vraag en toelichting van den heer Vergouwen, in zake de ligplaats van bommen en loggers, en nadat ik 'jn het blad van Vrijdagavond in hot meer beredeneerd verslag „Onder onze vroede Vaderen" bijna woordelijk weervond, wat in hot beknopt verslag stond en nddat geen van beide verslagen om trent haar juistheid door den lieer Vergou wen waren tegengesproken, heb ik mijn stukje ter plaatsing ingezonden. Om drieërlei reden gaat echter de heer Vergouwen op mijn schrijven niet in. Ten cersto omdat de schrijver zijn naem. niet noemt. Ik hen zoo vrij op to merken, dat dit na tuurlijk geen argument kan zijn. Men kan toch bijzondere en alleszins go- grond e Redenen hebben, waarom men niet vel uit ondorteekont, dat is toch iets wat herhaaldelijk wordt toegepast. Bovendien gaat ket er niet om wie het is, dio het stukje schreef, maar alleen en uitsluitend wat ik schreef en juist dat wordt door den heer Vergouwen mot geen enkel woord weerlegd of tegengesproken. Het tweede bezwaar waarom op Imijn stukje door den heer Vergouwen niet wordt inge gaan is dit: omdat do toon van mijn schrij ven hem niet aanstaat. 't Staat natuurlijk niet aan mij te bcoordce len welke „toon" do 'heer Vergouwen hot aan genaamst en 't meest behaaglijkst waro go- weest; had ik dat kunnen weten, zeer zeker zou ik getracht hebben dien „toon" to tref fen. Dat ik ochter den goeden toon geen enkel ooganblik heb geschonden, daarvan bon ik rnjj ten volle bewust, aangezien do heer Vergouwen, in dat geval, stellig dit mij met feiten zou hebben aangetoond en bewezen. Evenmin als do twee genoemde redenen, waarom de heer Vergouwen op mijn stukje niet ingaat, kan ook de derde 'dio nog wel do voornaamste blijkt te zijn geacht worden steekhoudend te zijn. Do bewuste zaak is door mij (zoo zegt ido heer Vergouwen) in don Raad aanhangig gemaakt, en de afdoening behoort daar thuis. De toon, die liier wordt aangeslagen, staat m ij niet aan. Als wilde do lieer Vargouwen Ize-gganwaar bemoeit go u mee, wij als Raadsleden zul len do zaken behandelen, en daarmee hebt go niets te maken, werpt hij dit laatste ar gument mij tegen. Het is niet in mij opgekomen mij met de zaken van den Gemeenteraad in to laten, veel minder met do afdoening daarvan. Dat was ook in geen geval do bedoeling van mijn schrijven. Ik heb alleen hierop gewezen, dat uit do toelichting van den heer Vergouwen, do vraag zelf was alleszins gomotivosrd dui delijk bloek, dat hij niet op do hoogto was, en gemeentebelangen be pleet, waarnaar hij m. i. niet ondcrzo~clit had- Dat to .erkennen, zoude den heer Vergou wen tot cor hebben gestrekt. Vat nu betreft het drietal vragen, welke de heer Vergouwen tot mij richt, n.l. hoo ik aan de wetenschap gekomen ben, dat ovenals vorige jaren, ooi: nu weer ongeveer dertig van dezo schepen hier zullen over winteren, cn hoo ik kon weten wat do juiste bedoeling "Kas van het. berichtje van den Havenmeester, cn wie ik ben. wil ik alleen dit antwoorden* dat dit- voor d©n heer Ver gouwen een vraag is, maar voor mij een weotl Dit wil ik echter wel verklaren dat ik al mijn wetenschap bekwam langs officicu- zen weg. Ware ik Raadslid geweest, ik zou mij officieel hebben laten voorlichten. Helaas! die waardigheid heb ik niet, ik ben maar oppervlakkig beschouwer. Met dankzegging voor de plaatsing. H. Mijnheer de Redacteur l Naar aanleiding van do vraag voorkomen de in de rubriek „Vragen en Antwoorden", wensch ik mijn meening medo fco deelen. Bij voorbaat dank. De mossolen welke des avonds langs Lei- dens straten worden uitgevent, zijn beslist van inférieure kwaliteit, en worden het meest- door de arbeidende klasse geoonsu- meerd Dezo mosselen zijn, wanneer zij in verschen toestand zijn, bruikbaar. Daar do mosselen, als vrachtgoed, uit Zeeland naar hier verzonden, minstens drio dagen onderweg zijn, is hot dringend noodig, dat zij denzelfden dag ran aankomst wor den gebruikt, of in asijn geconserveerd. Daar het echter voor dor© menschen een avoudhandel is, wordt er vanzelf geen zorg gedragen voor behoorlijke behandeling. Wordt do voorraad mosselen op eten avond niet verkocht-, dan worden deze neergezet tot oen volgenden avond. De menschen kunnen zo toch niet weggooien, en dan ia het housch geen wonder, dat die versjouw* de mosselen, welke door den minsten prijs te kosten, natuurlijk van de allerminste kwaliteit zijn, een bedorven tintje krijgen.: Den keurmeesters van visch kan geen ver., wijt treffen, wanneer dat soort mosselen aan een der «Spoorwegstations aankomt, zijn zij gewoonlijk in een toestand, dat in grijpen van dien ambtenaar niet noodig ia., Mosselen van de allerbeste kwaliteit ver* eischen bijzondere zorg, mosselen van dd minste kwaliteit zijn, zelfs bij de beste be handeling, voor de consumptie te ontraden".- Yoorloopig wensch ik hierop niet verde* in te gaan, maar wanneer groote vischh.an* delaren zich niet ontzien, om mosselen van de allerminste kwaliteit hun afnemers aaö te bieden zelf3 door middel van uw Dag blad, kan ik niet laDger zwijgen. Dank zeggende voor de plaatsing, teekeU ik hoogachtend, S SPIERENBURG, Langebrug 29. V r ij b i 1 j e t te n. -- „Land elf Volk" 6chnjft: De hoffelijkheid der spoor* wegdircclic-s tegenover de Kamerleden werd blijkbaar niet uit weelde bewezen; wij ontvangen tooh het volgende bericht: „Aan de beambten en werklieden de* Hollandsche IJzeren-Spoorweg-Maatschagj- pij is bekend gemaakt dat van 1 Januari 1910 af de vrijbiljetten voor de gezinnen zullen worden ingetrokken. De directie meent dat het vrijkaartenstelsel een te grooten omvang gaat aannemen.'' Dit is feitelijk een loonsverlaging; bij dö indiensttreding wordt verklaard, dat men wordt aangenomen op zooveel salaris meft verhoogingen als premie enz., vrije uniform en zooveel vrijkaarten voor zich en zijn gezin. De loonsverlaging is voor velen van be te ekenis immers voor menig schoolgaand kind werd van de gelegenheid gebruik ge maakt; zoo ook voor menige huismoeder, om in de 6tad inkoopen te gaan doen. Nieuwe briefonislage n,B ij wijze van proef zullen, naar de „Haagscho Cour." meldt, briefomslagen met zegelop- druk van 5 ceDt worden verkrijgbaar gcf- steld van 12$ bij 15$ oM. Uit het Tweed e-K a m e r-O v e r- zioht van „De Tel.": ...Toen uw zeer onderdanige dienaar na, afloop der Kamer-vergadering thuis kwam on na den sleutel in het slot van de straat deur en deze deur opengeduwd te hebben, in de gang het nederige dienstmeisje tegen kwam, dat z'n levenspad kruist-, zeid6 hij, minzaam als steeds: „Dag, keukenprin ses 1" Het meisje bloosde. Het bloosde van blijdschap bij dien stree lenden naam, een zacht geluk glansde uil haar oogen, en toen ik vroeg: „"Ben je niet kwaad, dat ik je zoo noem?" lispelde zet „Kwaad, meheer, omdat u me p r i n sei> noemp?" En toen i k weer: „Ja, maar, meneer Schaper, je weet wel, die laatst in jullie vakvereeniging„Wij moeten 'r boven-op" een rede heeft gehouden over „het ethisch verhand tusschen de Vcrelen- dungs-theorie en de dienstbode-kwestie", die meneer Schaper heeft vandaag in Kamer gezegd, dat jullie het. woord „keu kenprinses" een scheld naam vin' den". Ze kwam er vuriglijk tegenop. Daar zit nu do heer Schaper Hij hield bij de bespreking dor arbeids wetgeving een pleidooi voor erkenning vaö H. M. de Dienstbode, zette uiteen, dat dozö nuttige menschen „langzamerhand eeni soort eergevoel krijgen", dat ze niet verdie nen te worden betiteld met smalende nameii als „keukenprinses'' en dergelijke, en dafl er dringend bepalingen noodig zijn om de dienstboden te beschermen, omdat dezd menschen feitelijk „altijd werken". Dö heer Schaper overdreef hier wel een wei- nigje en zijn bedreiging met een tijd waariü er geen dienstboden meer zullen zijn, is alleen in staal; eenigen duizendtallen huza ren een rilling langs het lijf te jagen, om dat rij reeds een toekomst zien zondesf dienstboden, zonder gezellig-ver warmde keukens, zonder overgeschoten konijnen boutjes of Geldcrscho worst. Enfin, wf spreken er verder niet over. Moord te Aalte n.Men meldt ons: De instructie tegen don moordena*»^ B. R. duurt steeds voort. Verschillende go» tuigen zijn weer gehoord. Do verdachts geen mes te hebben gehad. Zooals men werfc- blijft bij zijn ontkentenis en beweert zelfs is hot bewuste mes nog niet gevonden. De baggermolen „Arles," di^ 21 October van Marseille naar Dakav w is' vertrokken cn van welken men na dien tijd niets meer gehoord heeft, wordt als verlo ren beschouwd. Het vaartuig, dat een be* manning van 21 koppen had, had Gibral tar en Las Palmas moeten aandoen, maat is niet gezien. In marine-kringen vindt mor. het zeer on voorzichtig, dat het zware schip zonl*# sleepboot of konvooischip de reis heeft aait* vaard. In den nacht van Zondag op Maandag heeft te Nieuw-York een nood lottige en tevens zeer zonderlinge vergis sing plaats gevonden. Een bekend Nieuw- Yorksoh politicus, Charles Gulinger, did roet zijn vrouw in een hotel woonde, kwani. 's nachts laat thuis. Bij vergissing ging hij een trap te veel op en denkende zijd eigen kamer binnen te gaan opende hjj die vAn een adderen gast. Het ongeluk wil de,-dat do deursleutel van Gntin.gers kamer ook paste op do andere deur. Toen hij do kamer binnentrad, begon daar oen hond to blaffen, cn een stom riep: „Er uit, of ik schiet." Maar Gufcinger is doof en hoorde noch den bond, noch de waarschuwing. Iu het duister tastend liep bij dc kamer hin- nen en werd door den kamerbewoner docc het hart geschoten. Mevrouw Gutinger wist van dit alles njeW en werd pas den volgenden morgen bet ge^ beurde gewaar, („N. R. C."l Met oetonlngsschip „Qroothertoglu Elizabeth" dat in do Wcstindisclie Trnteren op den grond liep, I3ex*Xeliten over Rijnland's boezem, gedurende de week van 28 Nov.—4 Deo. 1909. Stand vaa doe boezem te Leiden. Idem te Oudowetering. Werking der etoomgomalon Waterloozing lange natuorlyk. weg. Waterinlating Regenval ia Mm4 28 Nor. 29 Nov. 30 Nov. 1 Dec. 2 Dec. 8 Doo. 4 Deo. 59 56 47 50 45 G1 47 em.—A.P. 58 52 47 48 47 4t 41 em.—A.P. Spaarndam 112 un Halfwog 132J n., Gouda 124l,/i*n>» Katwijk403 u. Spaarndam20 n., Halfweg 11 n., Gouda u., Jfatwjjk u. Door de eluie te Gouda u, 88.7.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1909 | | pagina 6