No. 15276.
XiEXDSCH BAG-BIaAD, Woensdag 3 December. Tweede Blad.
Anno 1909,
K,ose
Marie.
Invitatie-Concert vaa Simpre-Cresc^ndo.
Het was een mooi en boeiend program
ma, dat op dit invitatie-ooncert werd uit
gevoerd maar te lang. Ongeveer op tijd
half acht werd begonnen, en het was
bijna kwart voor elven voor de laatste klan
ken der Meistersinger-ouverture wegstier
ven. De bekorende, fijne 9de symfonie van
Haydn, de alleraardigste, prachtig geïn
strumenteerde, aan afwisseling rijke, Caise
Noisette-muriek van Tschaikovsky en daar
na nog. het Meistersinger-Vorspiel werden
door het orke>st werkelijk hoogst verdien
stelijk uitgevoerd Het laatste nummer leek
een waagstuk. Maar, al is het niet te ont
kennen, dat het Ütrcchtsche bestanddeel
v&n het orkest een groot aandeel in den
goeden uitslag heeft, de uitslag wits goed.
Het Sempre-orkest ia werkelijk vooruitge
gaan. Wel verdiend was de krans, die den
heer Koeberg na het nummer v. Tschai
kovsky werd aangeboden.
Behalve in deze genoemde werken had
het orkest ook nog de begeleiding in alle
6olisten-nummers op één na.
En die taak was niet licht in het vierde
pianoconcert van Beethoven, dat voorge
dragen werd door den heer Waterman, een
jong Rotterdamsoh pianist, leerling van
Diamant en Sikemeier en later van heb
oonsorvatorium to Budapest. Over zijn
succes alhier zal deze we! tevreden ge
weest zijn; ra beide voordrachten werd
hij door een krans en tweemaal terugroe
pen gehuldigd. Inderdaad toonde hij zich
een technisch zeer knap, pianist met mooien
aanslag en groote muzikaliteit. Dat hij van
BecthoveSB werk eohter maakte, wat er van
te maken was, kan men niet zeggen. Vooral
het eerste deel was wat slap en de samen
werking met het orkest niet onberispeij'c.
Dc rechterhand heeft ook niet altijd ge
noeg kracht. Maar bijzonder mooi speelde
hij het middelste gedeelte. Een heerlijk
werk, dit vierde concert 1 Welk een adel
van melodiek; welk een schitterende instru
mentatie en telkens verrassende bewerking I
Ook in de mooi klinkende, met echt Fran-
Bche esprit geschreven Variaties van Che-
villa-rd voldeed de heer Waterman ons zeer
door zijn fijn en in teil'gent spel. Hij werd
tot een toegift gedrongen.
De tweede solist was de heer Himpe,
eere-lid van „Sempre". Met het goedge^
schreven Andante van Oushoorn (dat in
plaats van Eroico evengoed religiozo had
kunnen heeton) en twee kleinere nummers
van Mann en Victor Herbert beliRoldo deze
begaafde cellist, door z;jn beschaafden,
lioewel niet vollen toon en sobere, goedge-
voelde voordracht, een grooten bijval. Hij
kwam er eveneens niet zonder extra-num
mer af.
De toehoorders, die, naar het ons voor
kwam, niet zoo talrijk opgekomen waren
als anders, toonden zich zeer dankbaar.
O.
Buitenlandseh Overzicht.
B r u 8 s e 1 heeft reeds een nieuw e u
burgemeester den heer Adolphe
Max, sinds zes jaren lid van den Raad, de
laatste jaren wethouder van onderwijs
Veertig jaren oui is de noeuws titularis.
Hij is liberaal en sedert jaren werkzaam
geweest in het belang van Belgiö's
hoofdstad. Met Paul Hijmans was hij in
dertijd medewerker aan het dagblad „Li-
berté", gesticht door Frère-Orban, liraux
en Vander velde.
liet D e e n s c h e Folkething heeft inge
volge het voorstel der commissie van on
derzoek besloten do gewezen ministers
Christensen en Berg voor het Rijksgcreoht
te doen terechtstaan.
T:i den Duitschen Rijksdag is
gisteren de bespreking van de interpellatie
in zake de toestanden aan de werf te
Kiel ten einde gebracht.
Van vrijzinnige en sociaal-democratische
rijde werden in scherpen vorm de verwij
ten tegen het matuur d~r werf herhaald en
deelneming uitgedrukt met het ontslag, aan
de zich beklagende arbeiders gegeven.
De staatssecretaris antwoordde, 'dat het
marinebestuur zich niet ongerust maakt
over de gezindheid der arbeiders; het duldt
geen socialistische geesdrijvers in de tak
ken van iedryf der werf.
Legien, afgevaardigde voor Kiel, socia
list, viel minister Tripits allerheftigst aan.
Dc minister zei hij is den Rijksdag
rekenschap verschuldigd voor de verspil
ling der door de arbeidende bevolking op
gebrachte rijksmiddelen.
De Grieksche minister van finan
ciën heeft in de Kamer tien wetsontwerpen
ingediend, welke de beloofde eoonomische
maatregelen voltallig maken.
De gezant van Griekenland heeft
bij de P o r t e een krachtig protest inge
diend ter zake van den op een Griekschen
korporaal door Turkscke soldaten aan de
grens gepleegden moord. Do gezant deelde
mede, dat de herhaling van een dergelijk
voorval ernstige gevolgen zon kunnen heb
ben.
De toestand van de T s a r i t s a is, vol
gens den correspondent van de „Times"
te St.-Petersburg, vooruitgaande. Het kei
zerlijke paar wordt daar een week vóór de
Russische Kerstmis verwacht.
In het jaarlijksch verslag van den secre
taris der A m e r i k a a nsche scha t-
k i s t wordt het deficit voor het loopen-
de jaar geschat op 34 millioen, niet meege
rekend de betalingen voor Panama-kanaal
en openbare schuld, welke het deficit tot
73 millioen doen stijgen.
De gewone ramingen voor 1910 toonen
een overschot van 36 millioen, maar als de
genaamde uitgaven voor bet Panamaka
naal worden medegerekend verandert dat
overschot in een tekort van 12 millioen. Om
de;.e tekorten te dekken, zal het noodig zijn
schuldbrieven of schatkistbiljetten uit to
geven.
De Minister acht den tijd gekomen voor
bezuinigingen. Hij stelt de uitgi.ee voor van
Panama^obligat-icn tegen hoogere rente
dan de tegenwoordige 2 pCt. obligation, die
feitelijk all"n door de banken worden ge
houden als grondslag voor de Bankcircula-
tic. Tevens zouden dan eenige wijzigingen
moeten worden gebracht in de heffing op de
Bankcirculatie, gewaarborgd door schuld
brieven van de Yereenigde Staten, ten
einde waardedaling van de tegenwoordige
2 pCt. Panama-obligatiën tegen te gaan.
De uitgifte van 3 pCt.- Panama-obhgatifcn
zou een fonds geven dat ook voor beleg
gingsdoeleinden gezocht zou zijn, en dit zou
een belangrijken steun kunnen geven voor
de verschaffing van de zoo noodige elasti
citeit in den geldsomloop.
De „Evening Sun" verneemt, dat bij
R-ama aan het leger van president
Z e 1 a y a van Nioaragua een ne
derlaag is toegebracht door de troepen van
Estrada- Er vielen meer dan honderd
dooden en gewonden.
De Boodschap van Taft.
In de Presidentieele Boodschap,
door den heer Taft gericht tot het Araeri-
kaansche .Congres, verklaarde, volgens een
Reutertclegram uit Washington van giste,
ren, do President, dat de betrekkingen met
de buitenlandsohe mogendheden bij voortdu
ring vriendschappelijk zijn.
Taft gaf een overzicht van de met Enge
land gevoerde onderhandelingen, inzake de
vissoherij-kwestie, welke nu ter beslechting
is voorgelegd aan het Hof van Arbitrage in
Deq Haag.
Met Engeland, Japan en Rusland worden
de onderhandelingen voortgezet om te ko
men tot bescherming van de pelsrobben (te
gen algeheel© uitroeiing).
Wat betreft de declaratie, waartoe ter
conferentie over het zee-oorlogsrecht, te
Londen gehouden, is besloten, zei de Pre
sident, dat dezo een uiterst bevredigende
codificatie van het internationaal zeeoor-
logsrecht vormt. Hij hoopte, dat de aan
vaarding van de declaratie een van do moei
lijkheden, die in den weg staan aan de in
stelling van een internationaal prijzenhof,
zal hebben weggenomen.
Overgaande tot bespreking van de her
vormingen, die waren in het vooruitzicht
gesteld bij de annexatie van den Congo-
8taat door België, verklaarde do President,
dat de Amerikaansche regeering ten dezen
een welwillend-aanmoedigende houding aan
neemt, in de hoop en in het vertrouwen,
dat, door te werken in de goede richting,
België zal komen tot de resultaten, waar
naar het humaniteitsgevoel in heel de we
reld vurig verlangt.
Het Departement van Staat heeft de uit-
noodiging van Noorwegen aangenomen om
deel te nemen aan een internationale oon-
ferentio nopens Spitsbergen, waarbij, is
overeengekomen, dal; de Vereenigdo Sta
ten de door de Europeesche mogendheden
te treffen schikking nopens het in te voeren
toezicht niet mede ral onderteekcncn.
Wat aangaat den vooruitgang inzake het
grondwettelijk regeeringssysteem in do Bal-
kanlanden, verklaarde de President, dat er
alle reden bestaat-, dat de Yereenigde Sta
ten in den handel met die landen een groo-
ter aandeel zouden verwerven.
Overgaande tot de beschouwing van de
Latijnsch-Amerikaanscho landen, verklaar
de Taft, dat de gewijzigde omstandigheden
in do Yereenigde Staten en in de Reupblie-
kon van Zu.d-Amerika, het wantrouwen,
dat tot de Monroe-leer aanleiding had ge
geven, zoo goed als liad doen verdwijnen.
Maar geen bestaande, nooh eenige andere
Amerikaansche politiek zou in toepassing
kunnen worden gebracht, met het doel, het
aan een onverantwoordelijk optredende
j Regeering mogelijk te maken, te trachten,
aan haar rechtmatige verplicht'ngon te ont
snappen, noch ook om de Amerikaansche
regeering onrechtmatig te betichten van
baatzuchtige oogmerken.
De President voorspelde een reusachtig©
toeneming van den internationalen handel
in Amerika, weJke toeneming verband zal
houden met de uitbreiding dor handelsfaei-
liteiten door stichting van Banken in
Latijnsch-Amerika-
Taft maakte melding van do verbetering
m de betrekkingen tussohen de Vereenigdo
Staten en Venezuela Mede herinnerde hij
er aan dat het Alsop-geschil (met Chili)
zal worden onderworpen nap een scheids
rechterlijke uitspraak, te geven door koning
Eduard.
Na het bestaan te hebben vermeld van
de vriendschappelijke betrekkingen tussohen.
de Vereenigde Staten en Mexico, besprak
Taft de beweerde onnoemelijk© wreedheden,
die president Zelaya, van Nicaragua, heeft
laten plegen, en het bewind van onder
drukking, door dat staatshoofd gevoerd.
De twee kortgeleden op last van Zelaya
terechtgestelde Amerikanen waren behoor
lijk aangestelde officieren in het leger,
dat door de revclutionnairen was op de
been gebracht-, en dat op ordelijke wijza
ageerende op het oogenbiik meester is
in half Nicaragua.
Wat betreft de Amerikaansche politiek
in het Verre Oosten, herhaalde Taft, dat do
Vereenigde Staten een politiek voorstsan
van gelijke kansen (voor alle mogendhe
den), waarb-j de onschendbaarheid van
China zoo nauwgezet mogelijk moet worden
ir. acht genomen. Gelukkig heeft een con
sortium van Amerikaansche bankiers er in
toegestemd, deel te nemen aan de grooto
spoorwegleening, op zoodanige voorwaarden,
ah door de Regeering zouden worden goed
gekeurd.
Vervolgens sprak Taft in de Boodschap
over de hartelijke betrekkingen tot Japan,
dat do verzekering heeft gegeven, dat het
met de, den 4den Sept. j.l. met China ge
sloten overeenkomst niet de verkrijging
van bijzondere mijnrechten in Mantsjoerijc
heeft op het oog gehad.
Overgaande tot het verslag van den
minister van financiën, nopens hef tekort
op de begrooting, beval Taft aan, dat
schatkist-obligatiën zullen worden uitgege
ven ter dekking van de kosten van do
Panama-kanaal-wcrken. Taft weeB op de
noodzakelijkheid van bezuiniging. De be
grooting voor het a.8. jaar is 55 millioen
dollar lager dan die van het vorig jaar.
De Ajnerikaansohe suikertrust heeft het
meest geprofiteerd van bedriegerijen, bij
de douane gepleegd. Taft ontned echter
aan het Congree voor het oogenbiik een
enquête over deze zaak in te stellen.
Sprekende over do turiefwot, zei hij to
hopen, dat. er geen tarieven-oorlog door zal
worden ontketend, daar het uitvoerend ge
zag bevoegdheden heeft gekregen om op
te treden tegen een „unduly discrimina
tory" bejegening (onredelijk nadeeligo uit
zonderingsbehandeling). Taft beschouwt die
bevoegdheden uls te zijn gesteld in handen
van den President. Hij hoopt, dat het
maximum-tarief nimmer zal worden toege
past; maar de macht om het te kunnen
toepassen zal den President en het Depar
tement van Staat in staat stellen, gedaan
te krijgen, dat in het buitenland wetten,
en de uit die wetten voortvloeiende prak
tijken, welke „unduly discriminatory"
jegens de Vereenigdo Staten mochten
wezen, zullen worden ingetrokken.
Taft sprak de hoop uit, dat de nieuwe
tariefraad uiterst nuttig zal werken. Hij
waarschuwde tegen een overhaaste herzie
ning van het tarief.
Mede beval hij aan, dat aan de monding
van de Chesapeake-baai een kunstmatig
eiland zal worden aangeJegd om daarop
een fort te bouwen, ten einde zoodoende
aan een vijandelijke vloot te kunoen belet
ten de baai binnen te loopen en die als
strategische basis voor verdere operatics
to gebruiken.
Nog beval Taft een aantal maatregelen
van wetgeving betreffende binnenlnmlsche
aangelegenheden aAn. Voorts bepleitte hij
subsidieering van recderijen. Ook stelde hij
voor de „gebieden" New-Mexico en Azizona
to verheffen tot den. rang van Staten, en
drong hij aan op de stichting van een
Bondsdepartement voor de hygiëne.
Aan het slot van do Boodschap werd de
aandacht gevestigd op den grooten voor
spoed, dien het land beleeft, dat staat aan
den vooravond van een aanzienlijke uit
breiding op handelsgebied.
Nadat de Boodschap was voorgelezen 'fl
het Huis van Afgevaardigden tot Vrijdag
verdaagd.
Dc Boodschap heeft een zeer gunstigen
indruk gemaakt.
Kunst, letteren, enz.
„De Kunstkroniek gaat zich vcrjoDgen.
In Moi 18-10 in Don -Haag gebaren, in 1856
naar Leiden overgebracht, loefde zij voor
do kunst onder leiding vooral van J. A.
Alberdingck-Thijm, F. van Westhreene, C.
Vosmaer, Gerard Keller on Jan ten Brink,
tot in 1874.
Sodert dien tijd werd zij moer oen belle-
tristisch tjjJschrift, voornamelijk vertalingen
bevattend. De bijgevoegde platen waron, mot
eenige kunetberichtjes op den omslag hot
eenige, dat nog aan haar cdolo geboorte her
innerde."
Tot dusver do inleiding van de redactie.
Nu wil het tijdschrift zich weer geheel
aan de kunst gaan wijden. Het tijdschrift
wil, zien we verder in do voorrede, zich
weer meer op schoone kunsten toeleggen on
vooral, het wil van buiten- en binnonlandsche
kunsttijdschriften op de hoogte houden.
Deze eerste aflevering brengt een oorspron
kelijke novelle van Suzo la ChapelleRoo-
bol: „Het beloofde Land". „Twee eeuwen
Russische kunst" wordt naar het Duitsch
van Igo Grabar meegedeeld.
Van Lewiski, van Nilcitin en van Stscho-
drin, van Borowikowslci o. a. worden schil
derijen in reproducties weergegeven.
Een portret van Dusc on een beschrijving
van haar tri om p lien in Amerika worden door
een impresario verteld, „Den portret van
Calvijn's vrouw", onder dit opschrift wordt
de «aankoop van het Luikschc museum be
sproken. Verder wordt do Flora^buste van
dr. Bode besproken. „Antike Bilden aus
Römiechcn Handschrifte" door M. H. be
sluit. den inhoud van de aflevering.
Een paar gedichtjes van Boclo van Hens-
breek geven oorspronkelijk werk in dezo af
levering.
Uitg. A. W. Sijthoff's Uitg.-Mij te Lei
den.
„De Vrouw en haar Iluie" geeft een kort
kerstmis praatje door Johanna Stoketec. Moor
literair» bijdragen bovat het nnrnraor. Eet^
kort versjo door H. Baart do la Faille^
cn van Liane van Oosterzoe: „Sinterklaas"
en „Weihnachton." Allerlei korto artikelen
waar de dames-were ld zeer op gesteld blijkt
en betreffen praclische handwerken. Ivue-
vens vriouJclijU© wenken en raadgevingen
op huishoudelijk gebied, vullen de nfk\o-
ring verder. De aflevering wordt goo^nd
met bij mooie afbeeldingon, oen praatje over
Alida TarlaudIvlein.
Uitg. Vnn Holkema en Wareudorf, Am
sterdam.
Naar wij mot locs! wezen uit Den If nag ver»
nemon, laat do gezondheidstoestand van Jo
zef Jsraöls te wcnschcn over, zoodat onze
groote schilder zijn gewone ochtendwonde»
Lagen niot kan doen.
„Elsevier" van December brengt een teer
lovend hoofdartikel van Con nul K ik kort
over den schilder M. Karucrlingh <}nr.c8
Hot zelfportret van den schilder cn eon
gedeeltelijk voltooid van den bfH.^leerKAr
prof. dr H Kamerlingh Onnes rijn in dis.
artikel gegeven. Het portret van den hoog
leeraar dr. J. M. van Bern melen is even
eens opgenomen, ook de afbeelding van b^t
kostelijk stilleven mot dc ananas in glazen
schaal, de spiegel op den achtergrond.
Een oollootio middeJecuwseho phutiolr
van den heer J. B. van Sfcolk, wordt bo-
sproken door den heer Van Stolk zelf in
bet maandschrift. Hot is een levendig©,
zeer aangenaam leesbare causerie Over
mevr. NoordewierReddingius spreekt da
heer De Ronde. De Fmnsche prenlkunst in
de 17dr eeuw wordt door Cornelia Veth
verder l>csproken.
In zijn kroinek bespreekt Herman Rob
bers Van Eedeu's „Nachtbruid."
Magdalena Zaalberg opent „Nederland"
van de maand met haar verhaal„Nieuw©
buren". „Do ruige hoeve", do goed ge
schreven novelle van J. Eigenhuis, wordt
voortgezet
„Op do Hoogte" brengt het schilderach
tige Zcoland den lezer nader.
J. II Róssing heeft er blijkbaar genoe
gen in gehad van mevr. Poolman te ver
tellen.
Van haar optreden aJs kloin kind vertelt
hij: „Met twee koekjes in haar hand kwam
ae als kind met mijnheer en mevrouw
Engelman op in het tooneelspol„Do
Verkwister" Met do koekjes, st.ijf in luvar
bandje, bleef ze, na een paar woorden ge
zegd te bobben, strak in hot souffleurs
hok kijken. Zo was toen... zeventien raaau-
don.
Toen ze drie jaar was, spoelde ze in»
„Do beteaJday mee.
Van de vriendschap tussohen mevr.,
Kleino en Guusje Krisje Poolman spreekt
Róssing, terwijl hij tot slot haar goed
karakter bespreekt, dat haar de genegen
heid van ander© tooneelspelera dood win
nen en houden.
Baad Tan State.
De Haogsebe correspondent van „De Tel."
meldt
Het schllnt dat de kouse voor oen lid van
den Raad van State (vrcaturo— Mackay) gnat
tus8chen jhr. mr. J. Röell, oud voorzitter der
Tweedo Kamer, en mr. J. C do Marez Oyens,
oud minister van Waterstaat. Do benoeming
Is binnenkort te verwachten.
l>e zaak Stokvis.
Het faillissement van den commissionair In
diamant N. B. Stokvis te Amsterdam, is thans
beöindigd.
Het passief In deze geruchtmakende aaak
bedrasgt ongeveer 1500,000. Naar w'J ver
nemen, is de ultdeollngsiyst vastgesteld on
zal aan de crediteureneen half procent
van hun vorderingen uitbetaald worden.
(Hdbl.)
Botervret.
Staatsblad Nr. 346 bevat een Kon In
sluit van den 2östcn October j.l. tot uit
voering van het bepaalde bij do artikelen
2, 5, 8 en 19 dor Boterwet, volgens den
tekst, bekend gemaakt bij Kon. besluit van
13 Augustus 1908 (Staateblad nr. 285)
FEUILLETON.
46)
En die arme Ebersdorf vond zichzelf ook
hoogst beklagenswaardig. Wanneer er weer
zoo'n bui kwam, die Marianne even gc-
iduhlig verdroeg als vroeger zijn trouwe
loosheid en lichtzinnigheid, zwoer hij bij
ho og en laag, dat ellendige leven niet ver
der te willen sleepen, dat was geen mensch-
iwnardig bestaan voor iemand, die zoo was
Aangelegd als hij; maar den volgenden dag
buk.'e hij toch maar weer onder de ijzeren
[hand van zijn schoonvader, die geen enkel
iVérzuim duldde. In het geheim verheugde
Vogel er zich over, dat in zijn lichtzinnigen
schoonzoon toch nog een goede kern bleek
te schuilen, waaraan hijzelf eigenlijk met
geloofd had, en dat hij na zijn dood zijn
landgoed in goede handen kon achterlaten,
want de oude had zichzelf beloofd er voor
te zullen zorgen, dat zijn schoonzoon later
geen vrij spel kreeg.
Do beide zwagers konden nogal met el
kaar opschieten; zij raakten geen van bei
den een zeker deel van het verleden aan
i©n zonder dat het was afgesproken werd
één naam tussohen hen niet genoemddie
Nmn Rose Marie. Maar wanneer Ebersdorf
s morgens vroeg, op het land staande,
plolseling de ulanen bemerkt, dan legt hij
telkens even de hand voor de oogen aJs ver
blindde de zon hem, en een oogenbiik
^oelt hij dan een hevige pijn. Zijn gedach
ten dwalen dan weg en zijn ondergeschik
ten weten, dat hij het eerste kwartier niets
toat of bemerkt.
In Lahnsteins huis is de lange Andersen
een dagelijksche, gaarne geziene gast; hij is
nu niet meer alleen: daar vindt hij harten,
vroolijke gezichten en kinderlachen. Voor-
aJ de kleine Kurt is zijn lieveling en voor
dezen geldt Andersen nog meer dan vader
en grootvader. Niemand kan zoo heerlijk
op zijn kinderlijke ideeën ingaanniemand
is een zoo vertrouwd raadgever.
Ja, Fanny is gelukkigzij mag het ook
zijn, want het was haar kleine hand voorbe
houden menige ontstemming uit den weg
te ruimen, vrede en geluk te geven. Door
haar schoonouders bijDa vergood, wordt zij
door haar man en kinderen aangebeden.
Dit jaar beeft Vogel zijn jongste dochter
een bijzondere verrassing bereid en op haar
verjaardag haar een zwaar pakje gegeven,
waarop staat: voor een badreis. Marianne
bad al zooveel van de wereld gezien. Fan
ny was behalve haar uitstapje naar Berlijn
bijna altijd thuis geweest Nu waren de kin
deren groot genoeg om meegenomen te
worden, want Fanny had gezegd, dat zij
zonder man en kinderen niet op reis ging,
en zij was in haar huwelijk zoo resoluut
geworden, dat Fedor geen moeite had ge
daan zich daartegen te verzetten.
Baden-Baden was gekozen voor de reis
en iedereen verheugde zich op het uitstapje.
Sedert een paar dagen zijn zij nu gelo
geerd in een van de fraaie hotels op dit
verrukkelijke plekjo der wereld en een
prachtige zomermorgen lokte den ritmees
ter uit tot een wandeling.
Hij kijkt nog eens in den spiegel of hij
er goed uitziet, en roept dan zijn vrouw.
Maar Fanny is met de kinderen bezig en
eegt:
„Geloof je nu, dat ik hier de kinderen aan
hun lot zou overlaten! Dat kan je geen
ernst zijn. Welke moeder zou dat doen I En
dan, of ik een uur vroeger of later kom,
beteekent niets."
„En ik, Fanny?"
„Jou heb ik hier niet noodig. Ga maar
een beetje wandelen, over een halfuur ben
ik klaar Ga maar op een bank in de Lich-
tenthaler-allee zitten, dan vind ik je wel."
Fedor knikte; hij had wel een vage voor
stelling van de gewichtigheid van de moe
derplichten van zijn Fanny, maar dat hij
bij de uitoefening daarvan absoluut over
tollig is, weet hij heel goed. Zijn pmuw
komt naar hem toe, drukt hem een kus op
de wangen, geeft hem een paar oourauten
en laat hem uit.
Na oen korte wandeling ging hij, zooals
was afgesproken, op een der banken zit
ten en leest een courant; de vogels tjil
pen en fluiten in de boomen, de zon over
giet de geheele omgeving met een gouden
licht Wel interesseert hem betgeen bij
leest, maar het neemt hem toch niet z<5<S
in beslag, of hij hoort het ruischen van een
daraeskleed in zijn nabijheid. Een lange,
statige dame komt naar de plaats waar hij
zitaan haar arm is een ketting bevestigd,
waaraan een groote St.-Bernhard rustig
nast haar voortloopt.
Hij kijkt naar de naderkomende dame;
een zonderling vermoeden komt in hem op.
Die mooie vrouw kent hij. Haar eigenaar
dige, zeer elegante loop heeft hem, meent
hij, vroeger menigmaal getroffen cn be
koord en ook nu_weer doet. die dat.
De dame beeft een granaatrood-zijden
in pon aan, waarover een overkleed van pail
letten, op haar gefriseerde haren een van
die groote moderne hoeden, tooals tij thans
mode zijn, daarop twee duiven. Alles aan
haar is elegant, chic, maar ook in zekeren
zin uitdagend. Nu ia zij dicht bij hem. Zij
kijkt hem aan.
Het is Rose Marie!
Fedor wist later niet, of hij een schreeuw
had gegeven, maar hij stond oogenhlikkelijk
op.
„Zoo ben jij daar, Lahnstein? Het toeval
speelt wel comedie met. ons. Jarenlang heb
ik geloofd, je eens te zullen ontmoeten. En
nu ik de hoop heb opgegeven, vind ik je
toevallig."
„Freule..."
„Mevrouw, als 't u blieft. Mevrouw Mur-
ner. Hebt u een oogenbiik tijd om wat to
praten?"
„Natuurlijk, heel gaarne."
Zij ging op een hoek van de bank zitten;
de groote hond lag naast haar. Lahnstein
kon nu haar gezicht duidelijk ziende dun
ne voile was geen beletsol. Waar had hij
zijn oogen gehad? Natuurlijk, zij was ge
trouwd. Alles aan haar was voller, rijper
geworden, maar om haar mond lag een
moede trek en kleine rimpeltjes waren bij
de oogen al te zien. Haar teint was nog al
tijd blank, maar toch was zij veranderd,
zeer veranderd. Dat deed niet het poeder,
dat zij meer dan vroeger op haar gezicht
had, ook niet het rouge op baar lippen:
de uitdrukking van haar gezicht was bet,
die hem zoo vreemd voorkwam.
„Je bent getrouwd, DietwaaT?" begon zij
het gesprek. „Ik heb het in een courant
j gelezen. Wanneer het al niet zoo lang ge-
j leden was zou ik je nog feliciteeren. Na-
i tuurlijk ben je griukkig geworden?"
I „Ja, natuurlijk. Wat kan toon meer ver
langen dan een lieve, goede vrouw, gvzon
de kinderen..."
„Vooral wanneer die goede vrouw noe
rijk is. KoiTi. lieve vriend, maak mij nu
niets wijs. Wanneer men het woord „mam"
noemt, spreekt men van een egoist. Dus je
hebt een gezin?"
„Ja, maar ik vind uw oordeel te hard
„Dat kan zijn. Ik beoordeel alles zooals
het zich in bet leven aan mij beeft voorge
daan. Dat. u gelukkig bent, gploof ik wel,
u ziet er goed uit"
Nog altijd zat zij onverschillig op een hoek
van de baqk, lounonde als in een gcraakke-
lijkon stoelhaar groote oogen keken hem
ongegeneerd aan en het bezwijmelcnde par
fum drong sterk tot hem door. Alle herin
neringen uit het verleden werden weer wak
ker en nadat hij haar een oogenbiik had
aangekeken, zcide hij
„En dus, u bent uw oude ideeën trouw
gebleven?"
„Nu. alleen dio van mijn parfum.
„Vertel mij eens iets van uik heb zoo
vaak aan u gedacht."
Rose Marie lachte en speelde met -a
gouden armband.
„Mij gnat bet goed en ik. heb veel din
gen. waarmee ik me bezig houd. Tegenwoor
dig dweep ik met Parijs."
„Dat zegt cqjj mets. Bent u tevreden ge
lukkig?"
„Och, dergelijke sentimentecle dingen..,.
Lieve vriend, wat zon het beteekenen, als
ik oeide, dat het aantal der onbegrepen
vrouweD door mij met één vermeerderd is?
Wat komt het er op aan Ik heb moeten,
leoren, mijn leven te maken, zoo goed aL»
het kon. En al te slecht is het voor mij
niet geworden- '-Slot volgt)»