No. 15276. XiEXDSCH BAG-BIaAD, Woensdag 3 December. Tweede Blad. Anno 1909, K,ose Marie. Invitatie-Concert vaa Simpre-Cresc^ndo. Het was een mooi en boeiend program ma, dat op dit invitatie-ooncert werd uit gevoerd maar te lang. Ongeveer op tijd half acht werd begonnen, en het was bijna kwart voor elven voor de laatste klan ken der Meistersinger-ouverture wegstier ven. De bekorende, fijne 9de symfonie van Haydn, de alleraardigste, prachtig geïn strumenteerde, aan afwisseling rijke, Caise Noisette-muriek van Tschaikovsky en daar na nog. het Meistersinger-Vorspiel werden door het orke>st werkelijk hoogst verdien stelijk uitgevoerd Het laatste nummer leek een waagstuk. Maar, al is het niet te ont kennen, dat het Ütrcchtsche bestanddeel v&n het orkest een groot aandeel in den goeden uitslag heeft, de uitslag wits goed. Het Sempre-orkest ia werkelijk vooruitge gaan. Wel verdiend was de krans, die den heer Koeberg na het nummer v. Tschai kovsky werd aangeboden. Behalve in deze genoemde werken had het orkest ook nog de begeleiding in alle 6olisten-nummers op één na. En die taak was niet licht in het vierde pianoconcert van Beethoven, dat voorge dragen werd door den heer Waterman, een jong Rotterdamsoh pianist, leerling van Diamant en Sikemeier en later van heb oonsorvatorium to Budapest. Over zijn succes alhier zal deze we! tevreden ge weest zijn; ra beide voordrachten werd hij door een krans en tweemaal terugroe pen gehuldigd. Inderdaad toonde hij zich een technisch zeer knap, pianist met mooien aanslag en groote muzikaliteit. Dat hij van BecthoveSB werk eohter maakte, wat er van te maken was, kan men niet zeggen. Vooral het eerste deel was wat slap en de samen werking met het orkest niet onberispeij'c. Dc rechterhand heeft ook niet altijd ge noeg kracht. Maar bijzonder mooi speelde hij het middelste gedeelte. Een heerlijk werk, dit vierde concert 1 Welk een adel van melodiek; welk een schitterende instru mentatie en telkens verrassende bewerking I Ook in de mooi klinkende, met echt Fran- Bche esprit geschreven Variaties van Che- villa-rd voldeed de heer Waterman ons zeer door zijn fijn en in teil'gent spel. Hij werd tot een toegift gedrongen. De tweede solist was de heer Himpe, eere-lid van „Sempre". Met het goedge^ schreven Andante van Oushoorn (dat in plaats van Eroico evengoed religiozo had kunnen heeton) en twee kleinere nummers van Mann en Victor Herbert beliRoldo deze begaafde cellist, door z;jn beschaafden, lioewel niet vollen toon en sobere, goedge- voelde voordracht, een grooten bijval. Hij kwam er eveneens niet zonder extra-num mer af. De toehoorders, die, naar het ons voor kwam, niet zoo talrijk opgekomen waren als anders, toonden zich zeer dankbaar. O. Buitenlandseh Overzicht. B r u 8 s e 1 heeft reeds een nieuw e u burgemeester den heer Adolphe Max, sinds zes jaren lid van den Raad, de laatste jaren wethouder van onderwijs Veertig jaren oui is de noeuws titularis. Hij is liberaal en sedert jaren werkzaam geweest in het belang van Belgiö's hoofdstad. Met Paul Hijmans was hij in dertijd medewerker aan het dagblad „Li- berté", gesticht door Frère-Orban, liraux en Vander velde. liet D e e n s c h e Folkething heeft inge volge het voorstel der commissie van on derzoek besloten do gewezen ministers Christensen en Berg voor het Rijksgcreoht te doen terechtstaan. T:i den Duitschen Rijksdag is gisteren de bespreking van de interpellatie in zake de toestanden aan de werf te Kiel ten einde gebracht. Van vrijzinnige en sociaal-democratische rijde werden in scherpen vorm de verwij ten tegen het matuur d~r werf herhaald en deelneming uitgedrukt met het ontslag, aan de zich beklagende arbeiders gegeven. De staatssecretaris antwoordde, 'dat het marinebestuur zich niet ongerust maakt over de gezindheid der arbeiders; het duldt geen socialistische geesdrijvers in de tak ken van iedryf der werf. Legien, afgevaardigde voor Kiel, socia list, viel minister Tripits allerheftigst aan. Dc minister zei hij is den Rijksdag rekenschap verschuldigd voor de verspil ling der door de arbeidende bevolking op gebrachte rijksmiddelen. De Grieksche minister van finan ciën heeft in de Kamer tien wetsontwerpen ingediend, welke de beloofde eoonomische maatregelen voltallig maken. De gezant van Griekenland heeft bij de P o r t e een krachtig protest inge diend ter zake van den op een Griekschen korporaal door Turkscke soldaten aan de grens gepleegden moord. Do gezant deelde mede, dat de herhaling van een dergelijk voorval ernstige gevolgen zon kunnen heb ben. De toestand van de T s a r i t s a is, vol gens den correspondent van de „Times" te St.-Petersburg, vooruitgaande. Het kei zerlijke paar wordt daar een week vóór de Russische Kerstmis verwacht. In het jaarlijksch verslag van den secre taris der A m e r i k a a nsche scha t- k i s t wordt het deficit voor het loopen- de jaar geschat op 34 millioen, niet meege rekend de betalingen voor Panama-kanaal en openbare schuld, welke het deficit tot 73 millioen doen stijgen. De gewone ramingen voor 1910 toonen een overschot van 36 millioen, maar als de genaamde uitgaven voor bet Panamaka naal worden medegerekend verandert dat overschot in een tekort van 12 millioen. Om de;.e tekorten te dekken, zal het noodig zijn schuldbrieven of schatkistbiljetten uit to geven. De Minister acht den tijd gekomen voor bezuinigingen. Hij stelt de uitgi.ee voor van Panama^obligat-icn tegen hoogere rente dan de tegenwoordige 2 pCt. obligation, die feitelijk all"n door de banken worden ge houden als grondslag voor de Bankcircula- tic. Tevens zouden dan eenige wijzigingen moeten worden gebracht in de heffing op de Bankcirculatie, gewaarborgd door schuld brieven van de Yereenigde Staten, ten einde waardedaling van de tegenwoordige 2 pCt. Panama-obligatiën tegen te gaan. De uitgifte van 3 pCt.- Panama-obhgatifcn zou een fonds geven dat ook voor beleg gingsdoeleinden gezocht zou zijn, en dit zou een belangrijken steun kunnen geven voor de verschaffing van de zoo noodige elasti citeit in den geldsomloop. De „Evening Sun" verneemt, dat bij R-ama aan het leger van president Z e 1 a y a van Nioaragua een ne derlaag is toegebracht door de troepen van Estrada- Er vielen meer dan honderd dooden en gewonden. De Boodschap van Taft. In de Presidentieele Boodschap, door den heer Taft gericht tot het Araeri- kaansche .Congres, verklaarde, volgens een Reutertclegram uit Washington van giste, ren, do President, dat de betrekkingen met de buitenlandsohe mogendheden bij voortdu ring vriendschappelijk zijn. Taft gaf een overzicht van de met Enge land gevoerde onderhandelingen, inzake de vissoherij-kwestie, welke nu ter beslechting is voorgelegd aan het Hof van Arbitrage in Deq Haag. Met Engeland, Japan en Rusland worden de onderhandelingen voortgezet om te ko men tot bescherming van de pelsrobben (te gen algeheel© uitroeiing). Wat betreft de declaratie, waartoe ter conferentie over het zee-oorlogsrecht, te Londen gehouden, is besloten, zei de Pre sident, dat dezo een uiterst bevredigende codificatie van het internationaal zeeoor- logsrecht vormt. Hij hoopte, dat de aan vaarding van de declaratie een van do moei lijkheden, die in den weg staan aan de in stelling van een internationaal prijzenhof, zal hebben weggenomen. Overgaande tot bespreking van de her vormingen, die waren in het vooruitzicht gesteld bij de annexatie van den Congo- 8taat door België, verklaarde do President, dat de Amerikaansche regeering ten dezen een welwillend-aanmoedigende houding aan neemt, in de hoop en in het vertrouwen, dat, door te werken in de goede richting, België zal komen tot de resultaten, waar naar het humaniteitsgevoel in heel de we reld vurig verlangt. Het Departement van Staat heeft de uit- noodiging van Noorwegen aangenomen om deel te nemen aan een internationale oon- ferentio nopens Spitsbergen, waarbij, is overeengekomen, dal; de Vereenigdo Sta ten de door de Europeesche mogendheden te treffen schikking nopens het in te voeren toezicht niet mede ral onderteekcncn. Wat aangaat den vooruitgang inzake het grondwettelijk regeeringssysteem in do Bal- kanlanden, verklaarde de President, dat er alle reden bestaat-, dat de Yereenigde Sta ten in den handel met die landen een groo- ter aandeel zouden verwerven. Overgaande tot de beschouwing van de Latijnsch-Amerikaanscho landen, verklaar de Taft, dat de gewijzigde omstandigheden in do Yereenigde Staten en in de Reupblie- kon van Zu.d-Amerika, het wantrouwen, dat tot de Monroe-leer aanleiding had ge geven, zoo goed als liad doen verdwijnen. Maar geen bestaande, nooh eenige andere Amerikaansche politiek zou in toepassing kunnen worden gebracht, met het doel, het aan een onverantwoordelijk optredende j Regeering mogelijk te maken, te trachten, aan haar rechtmatige verplicht'ngon te ont snappen, noch ook om de Amerikaansche regeering onrechtmatig te betichten van baatzuchtige oogmerken. De President voorspelde een reusachtig© toeneming van den internationalen handel in Amerika, weJke toeneming verband zal houden met de uitbreiding dor handelsfaei- liteiten door stichting van Banken in Latijnsch-Amerika- Taft maakte melding van do verbetering m de betrekkingen tussohen de Vereenigdo Staten en Venezuela Mede herinnerde hij er aan dat het Alsop-geschil (met Chili) zal worden onderworpen nap een scheids rechterlijke uitspraak, te geven door koning Eduard. Na het bestaan te hebben vermeld van de vriendschappelijke betrekkingen tussohen. de Vereenigde Staten en Mexico, besprak Taft de beweerde onnoemelijk© wreedheden, die president Zelaya, van Nicaragua, heeft laten plegen, en het bewind van onder drukking, door dat staatshoofd gevoerd. De twee kortgeleden op last van Zelaya terechtgestelde Amerikanen waren behoor lijk aangestelde officieren in het leger, dat door de revclutionnairen was op de been gebracht-, en dat op ordelijke wijza ageerende op het oogenbiik meester is in half Nicaragua. Wat betreft de Amerikaansche politiek in het Verre Oosten, herhaalde Taft, dat do Vereenigde Staten een politiek voorstsan van gelijke kansen (voor alle mogendhe den), waarb-j de onschendbaarheid van China zoo nauwgezet mogelijk moet worden ir. acht genomen. Gelukkig heeft een con sortium van Amerikaansche bankiers er in toegestemd, deel te nemen aan de grooto spoorwegleening, op zoodanige voorwaarden, ah door de Regeering zouden worden goed gekeurd. Vervolgens sprak Taft in de Boodschap over de hartelijke betrekkingen tot Japan, dat do verzekering heeft gegeven, dat het met de, den 4den Sept. j.l. met China ge sloten overeenkomst niet de verkrijging van bijzondere mijnrechten in Mantsjoerijc heeft op het oog gehad. Overgaande tot het verslag van den minister van financiën, nopens hef tekort op de begrooting, beval Taft aan, dat schatkist-obligatiën zullen worden uitgege ven ter dekking van de kosten van do Panama-kanaal-wcrken. Taft weeB op de noodzakelijkheid van bezuiniging. De be grooting voor het a.8. jaar is 55 millioen dollar lager dan die van het vorig jaar. De Ajnerikaansohe suikertrust heeft het meest geprofiteerd van bedriegerijen, bij de douane gepleegd. Taft ontned echter aan het Congree voor het oogenbiik een enquête over deze zaak in te stellen. Sprekende over do turiefwot, zei hij to hopen, dat. er geen tarieven-oorlog door zal worden ontketend, daar het uitvoerend ge zag bevoegdheden heeft gekregen om op te treden tegen een „unduly discrimina tory" bejegening (onredelijk nadeeligo uit zonderingsbehandeling). Taft beschouwt die bevoegdheden uls te zijn gesteld in handen van den President. Hij hoopt, dat het maximum-tarief nimmer zal worden toege past; maar de macht om het te kunnen toepassen zal den President en het Depar tement van Staat in staat stellen, gedaan te krijgen, dat in het buitenland wetten, en de uit die wetten voortvloeiende prak tijken, welke „unduly discriminatory" jegens de Vereenigdo Staten mochten wezen, zullen worden ingetrokken. Taft sprak de hoop uit, dat de nieuwe tariefraad uiterst nuttig zal werken. Hij waarschuwde tegen een overhaaste herzie ning van het tarief. Mede beval hij aan, dat aan de monding van de Chesapeake-baai een kunstmatig eiland zal worden aangeJegd om daarop een fort te bouwen, ten einde zoodoende aan een vijandelijke vloot te kunoen belet ten de baai binnen te loopen en die als strategische basis voor verdere operatics to gebruiken. Nog beval Taft een aantal maatregelen van wetgeving betreffende binnenlnmlsche aangelegenheden aAn. Voorts bepleitte hij subsidieering van recderijen. Ook stelde hij voor de „gebieden" New-Mexico en Azizona to verheffen tot den. rang van Staten, en drong hij aan op de stichting van een Bondsdepartement voor de hygiëne. Aan het slot van do Boodschap werd de aandacht gevestigd op den grooten voor spoed, dien het land beleeft, dat staat aan den vooravond van een aanzienlijke uit breiding op handelsgebied. Nadat de Boodschap was voorgelezen 'fl het Huis van Afgevaardigden tot Vrijdag verdaagd. Dc Boodschap heeft een zeer gunstigen indruk gemaakt. Kunst, letteren, enz. „De Kunstkroniek gaat zich vcrjoDgen. In Moi 18-10 in Don -Haag gebaren, in 1856 naar Leiden overgebracht, loefde zij voor do kunst onder leiding vooral van J. A. Alberdingck-Thijm, F. van Westhreene, C. Vosmaer, Gerard Keller on Jan ten Brink, tot in 1874. Sodert dien tijd werd zij moer oen belle- tristisch tjjJschrift, voornamelijk vertalingen bevattend. De bijgevoegde platen waron, mot eenige kunetberichtjes op den omslag hot eenige, dat nog aan haar cdolo geboorte her innerde." Tot dusver do inleiding van de redactie. Nu wil het tijdschrift zich weer geheel aan de kunst gaan wijden. Het tijdschrift wil, zien we verder in do voorrede, zich weer meer op schoone kunsten toeleggen on vooral, het wil van buiten- en binnonlandsche kunsttijdschriften op de hoogte houden. Deze eerste aflevering brengt een oorspron kelijke novelle van Suzo la ChapelleRoo- bol: „Het beloofde Land". „Twee eeuwen Russische kunst" wordt naar het Duitsch van Igo Grabar meegedeeld. Van Lewiski, van Nilcitin en van Stscho- drin, van Borowikowslci o. a. worden schil derijen in reproducties weergegeven. Een portret van Dusc on een beschrijving van haar tri om p lien in Amerika worden door een impresario verteld, „Den portret van Calvijn's vrouw", onder dit opschrift wordt de «aankoop van het Luikschc museum be sproken. Verder wordt do Flora^buste van dr. Bode besproken. „Antike Bilden aus Römiechcn Handschrifte" door M. H. be sluit. den inhoud van de aflevering. Een paar gedichtjes van Boclo van Hens- breek geven oorspronkelijk werk in dezo af levering. Uitg. A. W. Sijthoff's Uitg.-Mij te Lei den. „De Vrouw en haar Iluie" geeft een kort kerstmis praatje door Johanna Stoketec. Moor literair» bijdragen bovat het nnrnraor. Eet^ kort versjo door H. Baart do la Faille^ cn van Liane van Oosterzoe: „Sinterklaas" en „Weihnachton." Allerlei korto artikelen waar de dames-were ld zeer op gesteld blijkt en betreffen praclische handwerken. Ivue- vens vriouJclijU© wenken en raadgevingen op huishoudelijk gebied, vullen de nfk\o- ring verder. De aflevering wordt goo^nd met bij mooie afbeeldingon, oen praatje over Alida TarlaudIvlein. Uitg. Vnn Holkema en Wareudorf, Am sterdam. Naar wij mot locs! wezen uit Den If nag ver» nemon, laat do gezondheidstoestand van Jo zef Jsraöls te wcnschcn over, zoodat onze groote schilder zijn gewone ochtendwonde» Lagen niot kan doen. „Elsevier" van December brengt een teer lovend hoofdartikel van Con nul K ik kort over den schilder M. Karucrlingh <}nr.c8 Hot zelfportret van den schilder cn eon gedeeltelijk voltooid van den bfH.^leerKAr prof. dr H Kamerlingh Onnes rijn in dis. artikel gegeven. Het portret van den hoog leeraar dr. J. M. van Bern melen is even eens opgenomen, ook de afbeelding van b^t kostelijk stilleven mot dc ananas in glazen schaal, de spiegel op den achtergrond. Een oollootio middeJecuwseho phutiolr van den heer J. B. van Sfcolk, wordt bo- sproken door den heer Van Stolk zelf in bet maandschrift. Hot is een levendig©, zeer aangenaam leesbare causerie Over mevr. NoordewierReddingius spreekt da heer De Ronde. De Fmnsche prenlkunst in de 17dr eeuw wordt door Cornelia Veth verder l>csproken. In zijn kroinek bespreekt Herman Rob bers Van Eedeu's „Nachtbruid." Magdalena Zaalberg opent „Nederland" van de maand met haar verhaal„Nieuw© buren". „Do ruige hoeve", do goed ge schreven novelle van J. Eigenhuis, wordt voortgezet „Op do Hoogte" brengt het schilderach tige Zcoland den lezer nader. J. II Róssing heeft er blijkbaar genoe gen in gehad van mevr. Poolman te ver tellen. Van haar optreden aJs kloin kind vertelt hij: „Met twee koekjes in haar hand kwam ae als kind met mijnheer en mevrouw Engelman op in het tooneelspol„Do Verkwister" Met do koekjes, st.ijf in luvar bandje, bleef ze, na een paar woorden ge zegd te bobben, strak in hot souffleurs hok kijken. Zo was toen... zeventien raaau- don. Toen ze drie jaar was, spoelde ze in» „Do beteaJday mee. Van de vriendschap tussohen mevr., Kleino en Guusje Krisje Poolman spreekt Róssing, terwijl hij tot slot haar goed karakter bespreekt, dat haar de genegen heid van ander© tooneelspelera dood win nen en houden. Baad Tan State. De Haogsebe correspondent van „De Tel." meldt Het schllnt dat de kouse voor oen lid van den Raad van State (vrcaturo— Mackay) gnat tus8chen jhr. mr. J. Röell, oud voorzitter der Tweedo Kamer, en mr. J. C do Marez Oyens, oud minister van Waterstaat. Do benoeming Is binnenkort te verwachten. l>e zaak Stokvis. Het faillissement van den commissionair In diamant N. B. Stokvis te Amsterdam, is thans beöindigd. Het passief In deze geruchtmakende aaak bedrasgt ongeveer 1500,000. Naar w'J ver nemen, is de ultdeollngsiyst vastgesteld on zal aan de crediteureneen half procent van hun vorderingen uitbetaald worden. (Hdbl.) Botervret. Staatsblad Nr. 346 bevat een Kon In sluit van den 2östcn October j.l. tot uit voering van het bepaalde bij do artikelen 2, 5, 8 en 19 dor Boterwet, volgens den tekst, bekend gemaakt bij Kon. besluit van 13 Augustus 1908 (Staateblad nr. 285) FEUILLETON. 46) En die arme Ebersdorf vond zichzelf ook hoogst beklagenswaardig. Wanneer er weer zoo'n bui kwam, die Marianne even gc- iduhlig verdroeg als vroeger zijn trouwe loosheid en lichtzinnigheid, zwoer hij bij ho og en laag, dat ellendige leven niet ver der te willen sleepen, dat was geen mensch- iwnardig bestaan voor iemand, die zoo was Aangelegd als hij; maar den volgenden dag buk.'e hij toch maar weer onder de ijzeren [hand van zijn schoonvader, die geen enkel iVérzuim duldde. In het geheim verheugde Vogel er zich over, dat in zijn lichtzinnigen schoonzoon toch nog een goede kern bleek te schuilen, waaraan hijzelf eigenlijk met geloofd had, en dat hij na zijn dood zijn landgoed in goede handen kon achterlaten, want de oude had zichzelf beloofd er voor te zullen zorgen, dat zijn schoonzoon later geen vrij spel kreeg. Do beide zwagers konden nogal met el kaar opschieten; zij raakten geen van bei den een zeker deel van het verleden aan i©n zonder dat het was afgesproken werd één naam tussohen hen niet genoemddie Nmn Rose Marie. Maar wanneer Ebersdorf s morgens vroeg, op het land staande, plolseling de ulanen bemerkt, dan legt hij telkens even de hand voor de oogen aJs ver blindde de zon hem, en een oogenbiik ^oelt hij dan een hevige pijn. Zijn gedach ten dwalen dan weg en zijn ondergeschik ten weten, dat hij het eerste kwartier niets toat of bemerkt. In Lahnsteins huis is de lange Andersen een dagelijksche, gaarne geziene gast; hij is nu niet meer alleen: daar vindt hij harten, vroolijke gezichten en kinderlachen. Voor- aJ de kleine Kurt is zijn lieveling en voor dezen geldt Andersen nog meer dan vader en grootvader. Niemand kan zoo heerlijk op zijn kinderlijke ideeën ingaanniemand is een zoo vertrouwd raadgever. Ja, Fanny is gelukkigzij mag het ook zijn, want het was haar kleine hand voorbe houden menige ontstemming uit den weg te ruimen, vrede en geluk te geven. Door haar schoonouders bijDa vergood, wordt zij door haar man en kinderen aangebeden. Dit jaar beeft Vogel zijn jongste dochter een bijzondere verrassing bereid en op haar verjaardag haar een zwaar pakje gegeven, waarop staat: voor een badreis. Marianne bad al zooveel van de wereld gezien. Fan ny was behalve haar uitstapje naar Berlijn bijna altijd thuis geweest Nu waren de kin deren groot genoeg om meegenomen te worden, want Fanny had gezegd, dat zij zonder man en kinderen niet op reis ging, en zij was in haar huwelijk zoo resoluut geworden, dat Fedor geen moeite had ge daan zich daartegen te verzetten. Baden-Baden was gekozen voor de reis en iedereen verheugde zich op het uitstapje. Sedert een paar dagen zijn zij nu gelo geerd in een van de fraaie hotels op dit verrukkelijke plekjo der wereld en een prachtige zomermorgen lokte den ritmees ter uit tot een wandeling. Hij kijkt nog eens in den spiegel of hij er goed uitziet, en roept dan zijn vrouw. Maar Fanny is met de kinderen bezig en eegt: „Geloof je nu, dat ik hier de kinderen aan hun lot zou overlaten! Dat kan je geen ernst zijn. Welke moeder zou dat doen I En dan, of ik een uur vroeger of later kom, beteekent niets." „En ik, Fanny?" „Jou heb ik hier niet noodig. Ga maar een beetje wandelen, over een halfuur ben ik klaar Ga maar op een bank in de Lich- tenthaler-allee zitten, dan vind ik je wel." Fedor knikte; hij had wel een vage voor stelling van de gewichtigheid van de moe derplichten van zijn Fanny, maar dat hij bij de uitoefening daarvan absoluut over tollig is, weet hij heel goed. Zijn pmuw komt naar hem toe, drukt hem een kus op de wangen, geeft hem een paar oourauten en laat hem uit. Na oen korte wandeling ging hij, zooals was afgesproken, op een der banken zit ten en leest een courant; de vogels tjil pen en fluiten in de boomen, de zon over giet de geheele omgeving met een gouden licht Wel interesseert hem betgeen bij leest, maar het neemt hem toch niet z<5<S in beslag, of hij hoort het ruischen van een daraeskleed in zijn nabijheid. Een lange, statige dame komt naar de plaats waar hij zitaan haar arm is een ketting bevestigd, waaraan een groote St.-Bernhard rustig nast haar voortloopt. Hij kijkt naar de naderkomende dame; een zonderling vermoeden komt in hem op. Die mooie vrouw kent hij. Haar eigenaar dige, zeer elegante loop heeft hem, meent hij, vroeger menigmaal getroffen cn be koord en ook nu_weer doet. die dat. De dame beeft een granaatrood-zijden in pon aan, waarover een overkleed van pail letten, op haar gefriseerde haren een van die groote moderne hoeden, tooals tij thans mode zijn, daarop twee duiven. Alles aan haar is elegant, chic, maar ook in zekeren zin uitdagend. Nu ia zij dicht bij hem. Zij kijkt hem aan. Het is Rose Marie! Fedor wist later niet, of hij een schreeuw had gegeven, maar hij stond oogenhlikkelijk op. „Zoo ben jij daar, Lahnstein? Het toeval speelt wel comedie met. ons. Jarenlang heb ik geloofd, je eens te zullen ontmoeten. En nu ik de hoop heb opgegeven, vind ik je toevallig." „Freule..." „Mevrouw, als 't u blieft. Mevrouw Mur- ner. Hebt u een oogenbiik tijd om wat to praten?" „Natuurlijk, heel gaarne." Zij ging op een hoek van de bank zitten; de groote hond lag naast haar. Lahnstein kon nu haar gezicht duidelijk ziende dun ne voile was geen beletsol. Waar had hij zijn oogen gehad? Natuurlijk, zij was ge trouwd. Alles aan haar was voller, rijper geworden, maar om haar mond lag een moede trek en kleine rimpeltjes waren bij de oogen al te zien. Haar teint was nog al tijd blank, maar toch was zij veranderd, zeer veranderd. Dat deed niet het poeder, dat zij meer dan vroeger op haar gezicht had, ook niet het rouge op baar lippen: de uitdrukking van haar gezicht was bet, die hem zoo vreemd voorkwam. „Je bent getrouwd, DietwaaT?" begon zij het gesprek. „Ik heb het in een courant j gelezen. Wanneer het al niet zoo lang ge- j leden was zou ik je nog feliciteeren. Na- i tuurlijk ben je griukkig geworden?" I „Ja, natuurlijk. Wat kan toon meer ver langen dan een lieve, goede vrouw, gvzon de kinderen..." „Vooral wanneer die goede vrouw noe rijk is. KoiTi. lieve vriend, maak mij nu niets wijs. Wanneer men het woord „mam" noemt, spreekt men van een egoist. Dus je hebt een gezin?" „Ja, maar ik vind uw oordeel te hard „Dat kan zijn. Ik beoordeel alles zooals het zich in bet leven aan mij beeft voorge daan. Dat. u gelukkig bent, gploof ik wel, u ziet er goed uit" Nog altijd zat zij onverschillig op een hoek van de baqk, lounonde als in een gcraakke- lijkon stoelhaar groote oogen keken hem ongegeneerd aan en het bezwijmelcnde par fum drong sterk tot hem door. Alle herin neringen uit het verleden werden weer wak ker en nadat hij haar een oogenbiik had aangekeken, zcide hij „En dus, u bent uw oude ideeën trouw gebleven?" „Nu. alleen dio van mijn parfum. „Vertel mij eens iets van uik heb zoo vaak aan u gedacht." Rose Marie lachte en speelde met -a gouden armband. „Mij gnat bet goed en ik. heb veel din gen. waarmee ik me bezig houd. Tegenwoor dig dweep ik met Parijs." „Dat zegt cqjj mets. Bent u tevreden ge lukkig?" „Och, dergelijke sentimentecle dingen..,. Lieve vriend, wat zon het beteekenen, als ik oeide, dat het aantal der onbegrepen vrouweD door mij met één vermeerderd is? Wat komt het er op aan Ik heb moeten, leoren, mijn leven te maken, zoo goed aL» het kon. En al te slecht is het voor mij niet geworden- '-Slot volgt)»

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1909 | | pagina 5