Zijde Tweede Kamer. BRUN8 ANKERMAN. Leiden. u Vragen en Antwoorden. i H ▼tnde van het kapitaal, gevormd uit de vrij willige giften gedurende den Russisch-Ja panschen oorlog, zal gebruiken tot vorming van een nationale luohtvloot. De gevers bestemden het voor de marine en het comité verwierp dan ook het voor stel, op grond dat de wil der gevers heilig w. Verongelukte schepen. Volgens Bureau Veritas zijn in de maand Sept. verongelukt 45 zeilschepen en 36 stoomschepen, als: Zeilschepen: 2 Duitsche, 8 Amerikaan- Bche, 7 Engelsche, 2 Deensche, 2 Fransche, 6 Italiaansehe, 10 Noorsche, 1 Spaansche, 3 Russische, 4 Zweedsche. Stoomschepen: 3 Duitsche. 5 Amerikaan- eche, 16 Engelsche, 1 Chileensch, 1 Fransch, 3 Japansche, 1 Italiaanach, 1 Noörsch, 1 Zweed^ch, 1 Belgisch, 1 Braziliaan ch, 1 Argentijnsch, 1 Nederlandsch. In deze cijfers zijn begrepen 2 zeilsche pen en 1 stoomschip, die als vermist wor den beschouwd wegens gebrek aan tijding. Sedert eenige dagen is de bderoorlog ook in Bonn verklaard. En daar de studenten zich als een man er bij aan gesloten hebben, woedt dc strijd er fel In de lokalen, die niet in den ban zijn gedaan, zitten hecle gezelschappen bij een glas spuitwater en in de bierhuizen, waar de ban over uitgesproken is, is het uitgestor ven. De twee partijen bewerken de bur gerij in de advertentie-kolommen van de plaatselijke bladen. Mineraalwater-fabri kanten bevelen er bun voortbrengselen in aan, terwijl de brouwerijen de burgers op wekken, om zich niet van de wijs te laten brengen, maar kalm voort te gaan met bierdrinken. De studenten hebben een groo- Vïn optoóht gehouden, die langs de loka- len ging, waar de studenten vroeger het drukst kwamen. Zij voerden een besteller mee met een aanplakbord, waarop men las: Bonner Bürger, sauft Selters! Een trompetter blies telkens voor den ingang den afscheidsgroet: Behüt dich Gott, es war' so schön gewesen. Onlangs hebben dieven te London in een winkel van damesmodes hun slag geslagen en een heelen bundel japon nen geroofd, nu is in New BoDd-street een bontwinkel geplunderd. Voor een waarde van 2*1,000 haalden zij er weg; o. a. 45 bontjakjes, 300 boa's en moffen. Tot bun buit behoorde het kostbare bont van mar ters, zilvervossen, hermelijn en veel meer. Men begrijpt niet hoe do dieven ongemerkt zoo een menigte goederen hebben kunnen meenemen. Utreclitsche Zendinesvorconiging. Do ontvangsten van de TJtrecht-seh? Zen- dingsvereeniging hebben volgens dc berich ten No. 11 van 1 tot 30 September 1.1. be dragen de som van f 5087.32, waaronder begrepen is van don lieer Gr. v. B. f 1320, van jonkvr. II. B. de la B. C. f 1540 en van N. N. voor do opleiding van kweeklin gen f 250, allen tc 's-Gravenhagevan me vrouw de wed van O. D. te Rotterdam f 1000 en van de Zendingskrans „Kersber gen" to Zeist voor traktement goenroc filiaal post Pitoe op Halmaheira f 305. Do vorige opgave bedroog f35532.88, van 1 Jan. 1900 tot 30 Augustus 1909 werd ont vangen f 40620.2072- Het tekort over 1908 bedraagt f 19,781,11 De begrooting voor 1909 is f 100,183voor 1909 is dus noodig f 119,970,11, daarvoor werd ontvangen f 40,620.2072; blijft dus noodig f 79,349,9072* Voor do nationale collecte ten behoeve der Nedcrlandscho Zendingsschool, werd f 2843,60 ontvangen, waaronder van mej. T. A. f 200 en van N. N. f 2000, beiden te 's-Gravenhage, en uit Leiden „Niet getou cheerd honorarium" f 250. Het bedrag der vorige opgave was 'f 70548,4972. het totaal bedrag is thans f 73392,097S* Hoofdstuk V, Verschillende verhoogingen worden voorgesteld van de begrooting voor Bin- nenlandsche Zaken over 1909 tot een ge zamenlijk bedrag van f 93,315. De voornaamste uitgaven zijn f23,100 yoor de herstelling van de ambtswoning van den Commissaris der Koningin in Friesland, f 14,460 voor verbeteringen aan het Rijkskrankzinnigengesticht te Medcm- blik en f25,000 voor wachtgelden aan on derwijzers, die zijn verbonden geweest aan jopgeheven Rijksnormaallessen. SpoorwegvanAlkmaar naar S c h a g e n. Een wetsontwerp is ingediend tot verklar ring van het algemeen nut der onteigening ten name van de Noorder-Stoomtramweg- Mij., van eigendommen in do gemeenten Alkmaar, Bergen, Sohoorl, Warmen huizen, De Zijpo en Soliagen, noodig voor den aanleg van een spoorweg van Alkmaar door Do Zijpe naar Schagen. Do spoorweg vangt aan in de gemeente Borgen, waar hij aansluit aan den spoorweg Alkmaar—Bergen, loopt vandaar in alge meen noordelijke, daarna oostelijke richting door de gemeenten Bergen, Schoorl, War- menhuizon, De Zijpe cn Sokagen en eindigt te Schagen, waar hij aansluit aan den Staatsspoorweg AmsterdamDen He-lder. In de gemeente Alkmaar zullen ten behoeve van den spoorweg locomotief- en rijtuigre- mises worden opgericht. Voor dezen spoorweg zijn de volgende sta tions, halten en stopplaatsen ontworpen Alkmaar, Kocdijker vlotbrug (beide ge meenschappelijk met den spoorweg Alk maarBergen), Koedijk, Sohoorl, Schoorl- dam, Warmenhuizen, Krabbendam aan c_n Burgcrweg, aan den Sint Ma.artenswcg, Schagcrbrug en te Schagen aan de Loet. Up het eindpunt te Schagen zal worden ge bruik gemaakt van het station van den Staatsspoorweg Amsterdam—Den Helder. Naturalisati e-O ntwerpen. De naturalisatie wordt voorgesteld van do hoeren M. C. M. Broermann te 's-Gra venhage, Pius Kuen te Soekadana (VVester- afdecling van Borneo), W. Noy te Herwen en Aerdt, J. C. Raming, te Ginneken, G. Levi te Rotterdam, A. F. W. Hanewacker te Sneek, G. G. Rammeloo te Philippine, en P. M. Penners te Jabeek. Landsdrukkerij. De kosten van bet drukken en uitgeven van de „Staatoourant" met het register, van de „Handelingen der Staten-Generaal," alsmede die van het drukken en uitgeven van het „Staatsblad" met het register, wel ke in de laatste jaren successievelijk zijn toegenomen, hebben over 1908 do daarvoor toegestane bedragen overschreden. Het bedrag op het artikel „Onvoorziene Uitgaven" voor dat dienstjaar toegestaan, is gebleken niet toereikend te zijn, waarom verhooging der bcgrooting voor dat jaar met f 3400 noodig is. Dc heer Rubin, verdediger van mevrouw Steinhcil. De heer De Valles, president van het hof van gezworenen. Heft proces-Steinheil. Vijfde dag. De rust van Zondag schijnt mevrouw Steinheil goed te hebben gedaan. Zij zag er gisteren goed uitgerust en bedaard uit. De zitting werd begonnen met het ver hoor van mevrouw Natanzio, de vrouw van iemand die voor den schilder Steinheil geposeerd heeft, die verklaart, den staat van ontzetting waarin mevrouw Steinheil op den morgen na den moordnacht ver keerde, te hebben kunnen constateeren. Mevrouw Steinheil praatte van alles door elkaar, ijlde half en riep maar: „Neem alles I Neem allee I Maar doe mijn moeder geen kwaad 1" Mevrouw Steinheil zeide aan de getuige, zich met haar moeder en haar man bezig te houden. „Ik heb haar niet gezegd", voegde ge tuige hier aan toe, „dat die beiden al dood waren". Dokter Acheray komt verklaren, dat hij, in den loop der visites, die hij bij de Stein- heil's aan huis bracht, gelegenheid had om te kunnen constateeren, welke onbeduiden de plaats de echtgenoot eigenlijk in zijn eigen huis bekleedde. Hij merkt vervolgens op, dat, met uitzondering van mevrouw Japy, allo andere personen, die op de villa in do impasse Rousin woonden, een uitmuntende gezondheid genoten. Zoodra hij bericht had gekregen van het drama, dat zich zoo juist had afgespeeld, begaf dokter Ach6ray zich in allerijl naar zijn patiënte. Deze zeide hem herhaalde malen en het. was, als lag die vraag in haar mond bestorven „Ik smeek u, dokter, ga toch gauw eens naar mijn moe der en mijn man kijken. Als ze hun toch maar geen kwaad hebben gedaan! Toe, ga u dadelijk naar hen toef' „Ik vergenoegde mo", zoo verklaart deze getuige verder, „haar te zeggen, dat zij niet gewond waren, maar deze bewering kon niet lang worden volgehouden, daar iedereen de kamer in en uit liep, en druk over het noodlottige voorval praatte. Toen ik liaar de waarheid vertelde, barstte me vrouw Steinheil in tranen uit. Zij was ten prooi aan een hevige ontroering, die mij niet geveinsd leek." „Den volgenden dag", zoo vervolgt dr. Acheray, „kon ik haar onmogelijk langer verzwijgen, hoezeer do openbare meening haar vijandig gezind scheen. Daar zij zeer ziek was, ried ik haar aan, de plek, waar zij zich toen bevond, te verlaten, cn daar om werd zij overgebracht naar het huis van den graaf van Arlon." Dokter Acheray herinnert vervolgens aan de vertrouwelijko mededeeljng, hem door roevrouw Steinheil gedaan, betreffende de zeden van haar man, die haar onthuld wa ren door anonieme brieven. De president doet den getuige op merken, dat hij tijdens de instructie veel nauwkeuriger en meer op den man af was. Er was toen geen kwestie van anoniemo brieven. Getuige A o E e r a v ..Nu dan is mijn verklaring destijdsvsrkeerd overge bracht." De officier va* justitie wijst er op, dat dokter Acheray voor den rechter van instructie verklaard heeft: „Mevrouw Steinheil heeft mij gezegd, dat haar man wel eena twee bolletjes pa paver in een enkelen kop tbee deed (Stein heil was gewoon, wegens aijn slapeloosheid papaver of maankop, een verdoovend mid del, te gebruiken) en dat zij vreesde, hem nog eens op op een dag dood te vinden. Dokter Acheray bepaalt er z:ch toe, te antwoorden, dat bij begrepen had, dat hetgeen mevrouw Steinheil hem ver telde, het gevolg was van talrijke anonieme brieven, die men haar gezonden had. De off icier, vanjustitie*. „Ik constateer, dat u 'mij niet antwoordt. U kunt gaan." (Acbter in de zaal wordt een morrend gemompel hoorbaar). De officier van justitie: „Dat gemor daarover haal ik mijn schouders ep 1" Antwoordend op een vraag van den ver dediger, zegt dokter Acheray, dat bckl., naar zijn meening, nimmer eeni- ge ziekte heeft gesimuleerd. „En", voegt getuige hier aan toe, ik ben zoo vrij, te wéten, wanneer een zieke komedie speelt, ja of neen." Vervolgens wordt dokter Courtois gehoord, die door de justitie belast was met het schouwen der slachtoffers. Getuige wijdt uit over <1« verschijnselen, samengaande met, en de oorzaak van den dood der beide slachtoffers, mevrouw Japy en den schilder Steinheil. De verdediger: „Gelooft u, dat de moord kan gepleegd zijn door een enhe'en persoon, of is u van meening, dat er meer dere moordenaars geweeet zijn T" Getuige Courtoi s: „Ik antwoord hierop kort en goed. dat ik aan verscheide ne moordenaars geloof". Een andere dokter komt nog verklaren, dat hij geen enkel vergiftig bestanddeel in de ingewanden der slachtoffers heeft gevon den. Dokter Baltha zar heeft dc prop watten onderzocht, die men op het oorkus sen van mevrouw Steinheil had govonden. Getuige verklaart, dat die prop zich nooit in den mond van een mensch heeft bevon den. Hij toont vervolgens aan, dat de prop in den mond van mevrouw Japy afkomstig is van het vel watten, dat in mevrouw Steinheil's kamer w:nd gevonden. De verdediger: „U had toch niet de prop van mevrouw Steinheil te identifi- ceeren, nietwaar V* Getuig^: „heen. Dat ging den rechter van instructie aan." Deverdodige r: „Maar u heeft toch bij de instructie beweerd, dat u de ware prop watten geanalyseerd hadt. Wat wist u daar dan van?" De getuige. „Dokter Acheray «n dokter Lefèvre hadden die prop immers herkend 1" De v 'erdediger: Zij weten er niet meer van dan giii Wat uwe methode be treft, ik schonk haar eenig vertrouwen, maar zij is nieuw en niet gecontroleerd. Maar ik zal aantoc dat gij de echte prop niet onderzocht hebt. De president: Dat is pleiterij. Getuige: De wetenschap heeft ma nieren om te werken, t 1 welker waardee ring d advocaten niet altijd in staat zijn. De verdediger: Ik heb met de grootste reserve tot u gesproken. Ik ge loof, dokter, dat gij een weinig ver gegaan zijt". Dr. Balthazar gelooft, dat de heer Steinheil buiten rijn bed vermoord is ge worden. Wat mevrouw Japy betreft, hij ge looft te kunnen rzekoren, dat de worging door verstikking is voorafg:gaan. Mevrouw Japy is niet van angst gestorven. De zitting wordt geschorst. Gedurende de schorsing loopen alle ge sprekken over de verklaringen van dr. Balthazar. In de wandelgangen van het pa leis van justitie is m t. het er over eens, dat de wijze, waarop deskundige zijn taak :ft opgevat, verkeerd en onver draaglijk is. Hij li^eft zich tot beschuldiger opgeworpen, wat rijn taak niet was. Yervolgora wordt gehoord P i e r re B u i s 8 o n, brigadier bij het 4de regiment dragonders te Chamberg. Hij is 19 jaar oud. Men zal zich herinneren, dafc er trouwplan nen bestonden tusschen h..n en mejuffrouw Steinheil. De president: ÏT.'.b gij den 29sten Mei op Bellevue gelogeerd? B u is 8 o n: Dat is juist; maar ik weet niet op wiens verzoek. De president: Is er, met het cog op huwelijksplannen sprake geweeet van een huwelijksgift? Antwoord: Neen 1 De verdedig e r: Zijn de doktoren Acheray en Courtois des daags na de mis daad niet van meening geweest, dat me vrouw Steinheil niet vervoerd kon worden? Bui s s o n: Dat is volkomen waar. Een uurwerkmaker komt getuigen, dat de blok in do kamer van mevrouw Steinheil om 10 minuten na middernacht door ©en vreemde oorzaak is blijven stilstaan. Vervolgens werden eenige politiebeamb ten gehoord, die geen enkel nieuw feit op het tapijt brengen. De laatste getuige, die gisteren gehoord werd, was de heer Burlingham, "Tn- gelsch journalist te Parijs. Hij had twee da gen vóór de misdaad een zwarte toga ge huurd en ook heeft hij een beminde, die rosachtig haar heeft. De getuige beeft kun nen bewijzen, dat hij in den nacht van de misdaad niet te Parije was. De heer Bur lingham vraagt, of het hem geoorloofd is, om verontschuldigingen te eischen voor de wijze, waarop hij in de akte van beschul diging beklad is geworden; hij, onschuldige, wiens eonige misdaad daarin bestaat, dat hij een rosachtige vriendin heeft (Er wordt gelachen). Daarna werd de zitting opgeheven. Men is algemeen van oordeel, dat deze zitting zeer gunstig voor mevrouw Stein heil was. BEGLAÜËH, k 40 Cents per regel. 1974 0 Eenlgstc M an tel' magazijnen, speciaal voor den verkoop van Mantels zijn <le M an tel magazijn en Bal- üoasgeline Voile- Beagaline* en ,Henneberg Zyde" Ir alle pre zen. Franco en vr(J van invoer rechten thuis. Mon stera omgaand. Zydonfabrikant JEIEBTNEBERG, Ziirich (K. u. K. Holl.). 254U 8 Geen last van maagzuur. Hst zal U wellicht belang Inboezemen te vernemen, dat zoolang ik Uwe caffeln vrije „Koffi® Hag" drink, ik geen maagzuur be speur, terwijl ik anders van tijd tot tyd het gebruik van gewone koffie versoheldene dagen uitstellen moest. Berlijn. Pr. med. A 2539 8 Vraag: Hoe is het aandeelenkapitaal der Nederl. Bank (dat sinds 1888 20 mill, bedraagt) belegd? De banlcstaat vermeldt slechts: 1/t v. h. kap. is in effecten belegd. Worden de andere 16 mill. Soms in specie bewaard? Dat geeft toch rentever lies. Antwoord: De Nederlandsche Bank is verplicht oon gedeelte van haar kapitaal in effecten te beleggen. Het werkkapitaal be draagt dns zooveel minder. Als circulatie bank heeft zij de bevoegdheid tot het uit geven van bankpapi^ De verhouding, waar in het gezamenlijke bedrag van bankbiljetten, bank-assignaties en rekening courant saldo's door munt of muntmateriaal moot zijn ge dekt, bedraagt 40 pCt. Van een belegging van het kapitaal der bank in specie, waarop renteverlies zou vallen, kan men moeilijk spreken- Wel is ©en groot metaalsaldo aan- wezig, maar het veel grooterc bedrag aan bankbiljetten, dat feitelijk ©en rembelooze schuld van de bank beteekent, staat daar tegenover en stelt de bank in staat ©en zeer winstgevend bedrijf te beoefenen. V raag: Van plan zijnde mij bij het re servekader te verbinden en om later offi cier van gezondheid te worden, vraag ik of er een bezwaar zou kunnen bestaan, om dien loopbaan te volgen. Leeftijd 17 jaren. Kan ik n.L van de verbintenis bdj het reserve-kader ontslagen worden, wanneer ik officier van gezondheid geworden ben? Antwoord: Voor een verbintenis bij het reservekader bestaat geen bezwaar. Echter wordt opgemerkt, dat men om offi cier van gezondheid te worden zich niet bij het reservekader behoeft te verbinden. We vermoeden dat uw vraag niet juist gesteld is en raden u daarom inlichtingen te vragen aan het bureel van den commandee renden officier van het 4de regiment infan terie. Gebouw Gravenstein alhier. Vraag: In het Persoverzicht van Za terdag is opgenomen wat „Do Standaard" zegt onder het opschrift „De Burgemeester der Residentie"; kunt n ook opgeven in welk nommer van „De Standaard" dit is gezegd? Antwoord: In No. 11543 van 3 Nov. V raag: Wij zijn met rin drieën broeds A., B. en O. A. is als tamboer vrijwillig in dienst getreden, geteekend hebbende voor acht jaar, die na ruim 5-jarigen dienst als deserteur het land heeft verlaten. Zoo "was mijn vraag of B. nu vrij is wegens broe- derdienst en of O., als B. nu dienen moet, vrij is. Antwoord: Doot B. kan vrijstel ling wegens broederdienat gevorderd wor den, doch dan moet O. dienen. V raag: Zijn er hier ter stede Espe ranto-clubs of vereenigingen Zoo ja, ver zoeke dan beleefd om adres. Antwoord: Voor zoover ons be kend is niet. Wel is er al eens een bal letje opgeworpen om tot de oprichting van een zoodanige club te geraken. V raag: Bestaat er in Kampen gele genheid om kosteloos tot officier te worden opgeleid? 2o A 'elke soldij geniet daar een soldaat, korporaal, sergeant cn officier? 3o Hoelang duurt de cursus? Antwoord, lo Ja, doch in den te gel wordt deze opleiding onderbroken, door overgang als korporaal of sergeant naar een der regimenten- Blijft men daar als sergeant dan bestaat gelegenheid om al daar een tweejarigen cursus te volgen, waarop overgang naar den Hoofdcursus volgt. Binnen 6 jaar kan benoeming tot of ficier zijn bereikt. 2o. De soldijen en verdere vergoedingen zijn zoo verschillend voor eiken rang, dat plaats ontbreekt deze op te sommen. Waar om wij u in overweging geven eens te infor- meeren bij het Garnizoensbureel alhier, bij de Morschpoort. 3o. Hierboven onder lo. beantwoord. Vraag: Kunt u mij niet mededeolen wanneer ik in dienst moet, ik heb nummer 180 getrokken. Als ik nu naar den Provin cialen adjudant sahrijf om bij zeker korps geplaatst te worden, krijg ik dan nog ant woord terug of moet ik dan wachten tot ik ingedeeld word? Antwoord: Ge zult in Maart 1910 worden ingedeeld. Of ge antwoord zult krijgen op uw verzoek, is niet bekend. Ech ter is de kans dat uw verzoek wordt to* gestaan, gering, indien ge niet in het bezit zijt van een getuigschrift voor lichame'ij'te geoefendheid. Vraag: Kunt u mij ook zeggen hoe ik het beste krullend haar kan krijgen? Antwoord: Als de natuur u niet met krullend© lokken bedeeld heeft, zal het wel nimmer gelukken krullend haar te krij aren. althans niet on den duur. Met yaoil- lotlen en friseerijzer zult ge wel op kunst matige wijze een krullend aanzien aan li et haar geven, maar bet echte wordt het nooit. Vraag: Ik ben weduwe en mijn zoon heeft een dienstpliohtig nummer getrokken en moet waarschijnlijk met Mei in dienst: hij is de kostwinner voor mij. Moet ik nu mijn beklag al indienen bij den Ministei van Oorlog, of is het een paar weken vóór dien tijd ook goed? Antwoord: Per brief een verzoek doen aan den Minister van Oorlog, door tusschenkomst van den burgemeester uwer woonplaats, om vergoeding, zoodra bekend is dat uw zoon moet dienen. Vraag: Hoe zit dat toch met de vereeni- ging tot Bouw van Woningen (ik meen dit is de naam, bedoeld is die vereeniging welke bouwt aan de Zijdgracht, enz.,) welke finantieel door rijk of gemeente wordt ge steund. Is dit feitelijk niet concurrentie aan doen aan gewone bouwers of huiseigenaren? A n t w o o rd. De Vereeniging tot Bevor dering van den bouw van Werkmanswo ningen (dat is de juiste naam van de door u bedoelde vereeniging) treedt in zooverre op als ooncurrente van de huiseigenaren dat zij de door haar gebouwde woningen ook zal moeten verhuren. Doch dit verhuren is een noodzakelijk gevolg van iets anders, n.l. -et verbeteren van de woningtoestanden. Als een ooncurrente van de gewone bou wers kan zij dan ook n;et worden beschouwd. Zij heeft voor menschelijke bewoning onge schikte krotten aangekocht of onteigend en heeft die geamoveerd om er daarna aan ruime straten doelmatige en solide huizen voor in de plaats te zetten. Dat zou door een gewonen bouwer, die, wil hij blijven be staan, winst moet maken, nooit zijn onder nomen Wie den ouden toestand tusschen Zijd gracht, Levendaal en Geeregraeht heeft go- köDd en ziet welk een degelijken indruk de in aanbouw zijnde huizen maken, moet dit werk der Vereeniging wel prijzen. Niet de Vereeniging, maar Leiden gaat er mee voor uit. V raag: Waarom moet men in Leidon 20 cent per K W. betalen en bijv. in Maastricht (zooveel kleiner stad) slechts 14 cents, zou het in eerstgenoemde stad niet op 10 cent gesteld kn- i worden en do meterhuur 15 cent in plaats 50 oent maan delijks Antwoord: Omdat de tarieven hier nu eenmaal hboger zijn. En deze tarieven zijn zoo gemaakt, dat de fabriek kan ren- deeren. Dat in Maastricht, waar de exploi tatiekosten door de lagere loonen enz. de tarieven wat lager zijn, bewijst nog niets. De meeste tarieven zijn hooger dan die te Leiden, zouden wij nu daaruit de gevolg trekking maken, dat de tarieven in Leiden in overeenstemming daarmede zouden moe ten worden verhoogd? Iedero fabriek maakt haar eigen prijzen en voor een goeden gang van zaken meen de men, dat het hier niet lager kon. Gaat het de Centrale goed, dan aal men altijd den prijs kunnen vorlagen. Dat is beter dan andersom. CORRESPONDENTIE. Een onzer abonné8 vraagt ons de beteekenis van het woord debititee of debetite of debitite. Het spijt ons, maar wij weten het niet, vooral waar de vrager, blijkens zijn her haald o f, zelf niet precies weet wat hij vraagt. Misschien kan een onzer lezers hem op het spoor helpen? KamerYcrkiezing Gulpen. De heeren- J. Thomas, journalist, oud- lste-luitenant der infanterie, en E. Casolli, molenaar, oud-lid van den gemeenteraad, beiden te Valkenburg, hebben in zake de Kamerverkiezing in Gulpen eon nieuw adres aan de Tweede Kamer gericht. Zij betoogen, dat de heer Van Wijnbergen kieschheidflhalve niet aan 't onderzoek der geloofsbrieven van den heer Ruys de Bee- renbrouck had behooren deel te nemen, daar hij „duchtig heeft medegestreden in den verkiezingsstrijd in 't district Gulpen en zich toen reeds een heftig voorstander van jhr. Ruys heeft betoond." Adressanten wijzen er verder op, dat de fout volstrekt niet, zooals de commissie van onderzoek be weert, aan overhaasting is toe te schrijven, want van haastig werken is geen sprake geweest. Feit is het bovendien dat sedert de invoering der gewijzigde Kieswet van 8 December 1900 en het daarbij behoorende Kon. besluit van 9 Januari 1901 niet min der dan tien verkiezingen in Gulpen heb ben plaats gehad. Adressanten vragen of het nu diets te maken is, dat men in Gul pon geen enkel stembiljet meer kon vin den, betrekking hebbende op een dier tien' verkiezingen, doch wel een van 1897? Is het bovendien niet opmerkelijk, dat bedoeld gemeentebestuur in Juni 1900, zijnde twaalf jaren na de verkiezing 1897, nog een heel pak stembiljetten van dit jaar ter beschik king had en sedert dat pak blijkt vemie- tigd te zijn? Moet men niet denken, dat die vernietiging sedert 11 Juni j.l. opzette lijk, uit vrees voor navraag, is geschied? Adressanten zeggen ten slotte bun bewe ringen vol te houden en dringen er nog maals op aan dat het der Kamer behage, niet in te gaan op een voorstel der meeiv derheid van de oommissie, ook om geen an tecedenten te scheppen, waardoor toekom stige afwijkingen van letter on geest deï Kieswet zouden kunnen gedekt worden. de Sled. Werktnr. xljn opgenomeut DATUM. DAG KN. Tolw Mrs. Kin- tfsrsn. 31 Oct. Zondag 66 4 60 1 Nov. Maandag 68 4 72 2 Dinsdag 67 8 70 a Woonsdag. 68 6 78 4 Doudordng 71 6 78 3 71 8 79 e Zatord&e 72 11 83

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1909 | | pagina 6