Zijde
Tweede Kamer.
BRUN8 ANKERMAN. Leiden.
u
Vragen en Antwoorden.
i
H
▼tnde van het kapitaal, gevormd uit de vrij
willige giften gedurende den Russisch-Ja
panschen oorlog, zal gebruiken tot vorming
van een nationale luohtvloot.
De gevers bestemden het voor de marine
en het comité verwierp dan ook het voor
stel, op grond dat de wil der gevers heilig w.
Verongelukte schepen.
Volgens Bureau Veritas zijn in de maand
Sept. verongelukt 45 zeilschepen en 36
stoomschepen, als:
Zeilschepen: 2 Duitsche, 8 Amerikaan-
Bche, 7 Engelsche, 2 Deensche, 2 Fransche,
6 Italiaansehe, 10 Noorsche, 1 Spaansche,
3 Russische, 4 Zweedsche.
Stoomschepen: 3 Duitsche. 5 Amerikaan-
eche, 16 Engelsche, 1 Chileensch, 1 Fransch,
3 Japansche, 1 Italiaanach, 1 Noörsch, 1
Zweed^ch, 1 Belgisch, 1 Braziliaan ch, 1
Argentijnsch, 1 Nederlandsch.
In deze cijfers zijn begrepen 2 zeilsche
pen en 1 stoomschip, die als vermist wor
den beschouwd wegens gebrek aan tijding.
Sedert eenige dagen is de
bderoorlog ook in Bonn verklaard. En daar
de studenten zich als een man er bij aan
gesloten hebben, woedt dc strijd er fel In
de lokalen, die niet in den ban zijn gedaan,
zitten hecle gezelschappen bij een glas
spuitwater en in de bierhuizen, waar de
ban over uitgesproken is, is het uitgestor
ven. De twee partijen bewerken de bur
gerij in de advertentie-kolommen van de
plaatselijke bladen. Mineraalwater-fabri
kanten bevelen er bun voortbrengselen in
aan, terwijl de brouwerijen de burgers op
wekken, om zich niet van de wijs te laten
brengen, maar kalm voort te gaan met
bierdrinken. De studenten hebben een groo-
Vïn optoóht gehouden, die langs de loka-
len ging, waar de studenten vroeger het
drukst kwamen. Zij voerden een besteller
mee met een aanplakbord, waarop men
las: Bonner Bürger, sauft Selters! Een
trompetter blies telkens voor den ingang
den afscheidsgroet: Behüt dich Gott, es
war' so schön gewesen.
Onlangs hebben dieven te
London in een winkel van damesmodes hun
slag geslagen en een heelen bundel japon
nen geroofd, nu is in New BoDd-street een
bontwinkel geplunderd. Voor een waarde
van 2*1,000 haalden zij er weg; o. a. 45
bontjakjes, 300 boa's en moffen. Tot bun
buit behoorde het kostbare bont van mar
ters, zilvervossen, hermelijn en veel meer.
Men begrijpt niet hoe do dieven ongemerkt
zoo een menigte goederen hebben kunnen
meenemen.
Utreclitsche Zendinesvorconiging.
Do ontvangsten van de TJtrecht-seh? Zen-
dingsvereeniging hebben volgens dc berich
ten No. 11 van 1 tot 30 September 1.1. be
dragen de som van f 5087.32, waaronder
begrepen is van don lieer Gr. v. B. f 1320,
van jonkvr. II. B. de la B. C. f 1540 en
van N. N. voor do opleiding van kweeklin
gen f 250, allen tc 's-Gravenhagevan me
vrouw de wed van O. D. te Rotterdam
f 1000 en van de Zendingskrans „Kersber
gen" to Zeist voor traktement goenroc filiaal
post Pitoe op Halmaheira f 305.
Do vorige opgave bedroog f35532.88, van
1 Jan. 1900 tot 30 Augustus 1909 werd ont
vangen f 40620.2072-
Het tekort over 1908 bedraagt f 19,781,11
De begrooting voor 1909 is f 100,183voor
1909 is dus noodig f 119,970,11, daarvoor
werd ontvangen f 40,620.2072; blijft dus
noodig f 79,349,9072*
Voor do nationale collecte ten behoeve
der Nedcrlandscho Zendingsschool, werd
f 2843,60 ontvangen, waaronder van mej. T.
A. f 200 en van N. N. f 2000, beiden te
's-Gravenhage, en uit Leiden „Niet getou
cheerd honorarium" f 250.
Het bedrag der vorige opgave was
'f 70548,4972. het totaal bedrag is thans
f 73392,097S*
Hoofdstuk V,
Verschillende verhoogingen worden
voorgesteld van de begrooting voor Bin-
nenlandsche Zaken over 1909 tot een ge
zamenlijk bedrag van f 93,315.
De voornaamste uitgaven zijn f23,100
yoor de herstelling van de ambtswoning
van den Commissaris der Koningin in
Friesland, f 14,460 voor verbeteringen aan
het Rijkskrankzinnigengesticht te Medcm-
blik en f25,000 voor wachtgelden aan on
derwijzers, die zijn verbonden geweest aan
jopgeheven Rijksnormaallessen.
SpoorwegvanAlkmaar naar
S c h a g e n.
Een wetsontwerp is ingediend tot verklar
ring van het algemeen nut der onteigening
ten name van de Noorder-Stoomtramweg-
Mij., van eigendommen in do gemeenten
Alkmaar, Bergen, Sohoorl, Warmen
huizen, De Zijpo en Soliagen, noodig voor
den aanleg van een spoorweg van Alkmaar
door Do Zijpe naar Schagen.
Do spoorweg vangt aan in de gemeente
Borgen, waar hij aansluit aan den spoorweg
Alkmaar—Bergen, loopt vandaar in alge
meen noordelijke, daarna oostelijke richting
door de gemeenten Bergen, Schoorl, War-
menhuizon, De Zijpe cn Sokagen en eindigt
te Schagen, waar hij aansluit aan den
Staatsspoorweg AmsterdamDen He-lder.
In de gemeente Alkmaar zullen ten behoeve
van den spoorweg locomotief- en rijtuigre-
mises worden opgericht.
Voor dezen spoorweg zijn de volgende sta
tions, halten en stopplaatsen ontworpen
Alkmaar, Kocdijker vlotbrug (beide ge
meenschappelijk met den spoorweg Alk
maarBergen), Koedijk, Sohoorl, Schoorl-
dam, Warmenhuizen, Krabbendam aan c_n
Burgcrweg, aan den Sint Ma.artenswcg,
Schagcrbrug en te Schagen aan de Loet. Up
het eindpunt te Schagen zal worden ge
bruik gemaakt van het station van den
Staatsspoorweg Amsterdam—Den Helder.
Naturalisati e-O ntwerpen.
De naturalisatie wordt voorgesteld van
do hoeren M. C. M. Broermann te 's-Gra
venhage, Pius Kuen te Soekadana (VVester-
afdecling van Borneo), W. Noy te Herwen
en Aerdt, J. C. Raming, te Ginneken, G.
Levi te Rotterdam, A. F. W. Hanewacker te
Sneek, G. G. Rammeloo te Philippine, en
P. M. Penners te Jabeek.
Landsdrukkerij.
De kosten van bet drukken en uitgeven
van de „Staatoourant" met het register,
van de „Handelingen der Staten-Generaal,"
alsmede die van het drukken en uitgeven
van het „Staatsblad" met het register, wel
ke in de laatste jaren successievelijk zijn
toegenomen, hebben over 1908 do daarvoor
toegestane bedragen overschreden.
Het bedrag op het artikel „Onvoorziene
Uitgaven" voor dat dienstjaar toegestaan,
is gebleken niet toereikend te zijn, waarom
verhooging der bcgrooting voor dat jaar
met f 3400 noodig is.
Dc heer Rubin, verdediger van mevrouw
Steinhcil.
De heer De Valles, president van het hof
van gezworenen.
Heft proces-Steinheil.
Vijfde dag.
De rust van Zondag schijnt mevrouw
Steinheil goed te hebben gedaan. Zij zag
er gisteren goed uitgerust en bedaard uit.
De zitting werd begonnen met het ver
hoor van mevrouw Natanzio, de vrouw
van iemand die voor den schilder Steinheil
geposeerd heeft, die verklaart, den staat
van ontzetting waarin mevrouw Steinheil
op den morgen na den moordnacht ver
keerde, te hebben kunnen constateeren.
Mevrouw Steinheil praatte van alles door
elkaar, ijlde half en riep maar: „Neem
alles I Neem allee I Maar doe mijn moeder
geen kwaad 1"
Mevrouw Steinheil zeide aan de getuige,
zich met haar moeder en haar man bezig
te houden.
„Ik heb haar niet gezegd", voegde ge
tuige hier aan toe, „dat die beiden al dood
waren".
Dokter Acheray komt verklaren, dat hij,
in den loop der visites, die hij bij de Stein-
heil's aan huis bracht, gelegenheid had om
te kunnen constateeren, welke onbeduiden
de plaats de echtgenoot eigenlijk in zijn
eigen huis bekleedde. Hij merkt vervolgens
op, dat, met uitzondering van mevrouw
Japy, allo andere personen, die op de
villa in do impasse Rousin woonden, een
uitmuntende gezondheid genoten.
Zoodra hij bericht had gekregen van het
drama, dat zich zoo juist had afgespeeld,
begaf dokter Ach6ray zich in allerijl naar
zijn patiënte. Deze zeide hem herhaalde
malen en het. was, als lag die vraag in
haar mond bestorven „Ik smeek u,
dokter, ga toch gauw eens naar mijn moe
der en mijn man kijken. Als ze hun toch
maar geen kwaad hebben gedaan! Toe, ga
u dadelijk naar hen toef'
„Ik vergenoegde mo", zoo verklaart deze
getuige verder, „haar te zeggen, dat zij
niet gewond waren, maar deze bewering
kon niet lang worden volgehouden, daar
iedereen de kamer in en uit liep, en druk
over het noodlottige voorval praatte. Toen
ik liaar de waarheid vertelde, barstte me
vrouw Steinheil in tranen uit. Zij was ten
prooi aan een hevige ontroering, die mij
niet geveinsd leek."
„Den volgenden dag", zoo vervolgt dr.
Acheray, „kon ik haar onmogelijk langer
verzwijgen, hoezeer do openbare meening
haar vijandig gezind scheen. Daar zij zeer
ziek was, ried ik haar aan, de plek, waar
zij zich toen bevond, te verlaten, cn daar
om werd zij overgebracht naar het huis
van den graaf van Arlon."
Dokter Acheray herinnert vervolgens aan
de vertrouwelijko mededeeljng, hem door
roevrouw Steinheil gedaan, betreffende de
zeden van haar man, die haar onthuld wa
ren door anonieme brieven.
De president doet den getuige op
merken, dat hij tijdens de instructie veel
nauwkeuriger en meer op den man af was.
Er was toen geen kwestie van anoniemo
brieven.
Getuige A o E e r a v ..Nu dan is
mijn verklaring destijdsvsrkeerd overge
bracht."
De officier va* justitie wijst
er op, dat dokter Acheray voor den rechter
van instructie verklaard heeft:
„Mevrouw Steinheil heeft mij gezegd,
dat haar man wel eena twee bolletjes pa
paver in een enkelen kop tbee deed (Stein
heil was gewoon, wegens aijn slapeloosheid
papaver of maankop, een verdoovend mid
del, te gebruiken) en dat zij vreesde, hem
nog eens op op een dag dood te vinden.
Dokter Acheray bepaalt er z:ch
toe, te antwoorden, dat bij begrepen had,
dat hetgeen mevrouw Steinheil hem ver
telde, het gevolg was van talrijke anonieme
brieven, die men haar gezonden had.
De off icier, vanjustitie*. „Ik
constateer, dat u 'mij niet antwoordt. U
kunt gaan." (Acbter in de zaal wordt een
morrend gemompel hoorbaar).
De officier van justitie: „Dat
gemor daarover haal ik mijn schouders
ep 1"
Antwoordend op een vraag van den ver
dediger, zegt dokter Acheray,
dat bckl., naar zijn meening, nimmer eeni-
ge ziekte heeft gesimuleerd. „En", voegt
getuige hier aan toe, ik ben zoo vrij, te
wéten, wanneer een zieke komedie speelt,
ja of neen."
Vervolgens wordt dokter Courtois
gehoord, die door de justitie belast was met
het schouwen der slachtoffers.
Getuige wijdt uit over <1« verschijnselen,
samengaande met, en de oorzaak van den
dood der beide slachtoffers, mevrouw Japy
en den schilder Steinheil.
De verdediger: „Gelooft u, dat de
moord kan gepleegd zijn door een enhe'en
persoon, of is u van meening, dat er meer
dere moordenaars geweeet zijn T"
Getuige Courtoi s: „Ik antwoord
hierop kort en goed. dat ik aan verscheide
ne moordenaars geloof".
Een andere dokter komt nog verklaren,
dat hij geen enkel vergiftig bestanddeel in
de ingewanden der slachtoffers heeft gevon
den.
Dokter Baltha zar heeft dc prop
watten onderzocht, die men op het oorkus
sen van mevrouw Steinheil had govonden.
Getuige verklaart, dat die prop zich nooit
in den mond van een mensch heeft bevon
den. Hij toont vervolgens aan, dat de prop
in den mond van mevrouw Japy afkomstig
is van het vel watten, dat in mevrouw
Steinheil's kamer w:nd gevonden.
De verdediger: „U had toch niet
de prop van mevrouw Steinheil te identifi-
ceeren, nietwaar V*
Getuig^: „heen. Dat ging den rechter
van instructie aan."
Deverdodige r: „Maar u heeft toch
bij de instructie beweerd, dat u de ware
prop watten geanalyseerd hadt. Wat wist
u daar dan van?"
De getuige. „Dokter Acheray «n
dokter Lefèvre hadden die prop immers
herkend 1"
De v 'erdediger: Zij weten er niet
meer van dan giii Wat uwe methode be
treft, ik schonk haar eenig vertrouwen,
maar zij is nieuw en niet gecontroleerd.
Maar ik zal aantoc dat gij de echte
prop niet onderzocht hebt.
De president: Dat is pleiterij.
Getuige: De wetenschap heeft ma
nieren om te werken, t 1 welker waardee
ring d advocaten niet altijd in staat zijn.
De verdediger: Ik heb met de
grootste reserve tot u gesproken. Ik ge
loof, dokter, dat gij een weinig ver gegaan
zijt".
Dr. Balthazar gelooft, dat de heer
Steinheil buiten rijn bed vermoord is ge
worden. Wat mevrouw Japy betreft, hij ge
looft te kunnen rzekoren, dat de worging
door verstikking is voorafg:gaan. Mevrouw
Japy is niet van angst gestorven.
De zitting wordt geschorst.
Gedurende de schorsing loopen alle ge
sprekken over de verklaringen van dr.
Balthazar. In de wandelgangen van het pa
leis van justitie is m t. het er over eens,
dat de wijze, waarop deskundige zijn
taak :ft opgevat, verkeerd en onver
draaglijk is. Hij li^eft zich tot beschuldiger
opgeworpen, wat rijn taak niet was.
Yervolgora wordt gehoord P i e r re
B u i s 8 o n, brigadier bij het 4de regiment
dragonders te Chamberg. Hij is 19 jaar oud.
Men zal zich herinneren, dafc er trouwplan
nen bestonden tusschen h..n en mejuffrouw
Steinheil.
De president: ÏT.'.b gij den 29sten
Mei op Bellevue gelogeerd?
B u is 8 o n: Dat is juist; maar ik weet
niet op wiens verzoek.
De president: Is er, met het cog
op huwelijksplannen sprake geweeet van
een huwelijksgift?
Antwoord: Neen 1
De verdedig e r: Zijn de doktoren
Acheray en Courtois des daags na de mis
daad niet van meening geweest, dat me
vrouw Steinheil niet vervoerd kon worden?
Bui s s o n: Dat is volkomen waar.
Een uurwerkmaker komt getuigen, dat de
blok in do kamer van mevrouw Steinheil
om 10 minuten na middernacht door ©en
vreemde oorzaak is blijven stilstaan.
Vervolgens werden eenige politiebeamb
ten gehoord, die geen enkel nieuw feit op
het tapijt brengen.
De laatste getuige, die gisteren gehoord
werd, was de heer Burlingham, "Tn-
gelsch journalist te Parijs. Hij had twee da
gen vóór de misdaad een zwarte toga ge
huurd en ook heeft hij een beminde, die
rosachtig haar heeft. De getuige beeft kun
nen bewijzen, dat hij in den nacht van de
misdaad niet te Parije was. De heer Bur
lingham vraagt, of het hem geoorloofd is,
om verontschuldigingen te eischen voor de
wijze, waarop hij in de akte van beschul
diging beklad is geworden; hij, onschuldige,
wiens eonige misdaad daarin bestaat, dat
hij een rosachtige vriendin heeft (Er wordt
gelachen).
Daarna werd de zitting opgeheven.
Men is algemeen van oordeel, dat deze
zitting zeer gunstig voor mevrouw Stein
heil was.
BEGLAÜËH,
k 40 Cents per regel.
1974 0
Eenlgstc M an tel' magazijnen,
speciaal voor den verkoop van Mantels
zijn <le M an tel magazijn en
Bal-
üoasgeline
Voile-
Beagaline*
en ,Henneberg
Zyde" Ir alle pre
zen. Franco en
vr(J van invoer
rechten thuis. Mon
stera omgaand.
Zydonfabrikant JEIEBTNEBERG, Ziirich
(K. u. K. Holl.). 254U 8
Geen last van maagzuur.
Hst zal U wellicht belang Inboezemen te
vernemen, dat zoolang ik Uwe caffeln vrije
„Koffi® Hag" drink, ik geen maagzuur be
speur, terwijl ik anders van tijd tot tyd
het gebruik van gewone koffie versoheldene
dagen uitstellen moest. Berlijn. Pr. med. A
2539 8
Vraag: Hoe is het aandeelenkapitaal
der Nederl. Bank (dat sinds 1888 20 mill,
bedraagt) belegd?
De banlcstaat vermeldt slechts: 1/t v. h.
kap. is in effecten belegd.
Worden de andere 16 mill. Soms in
specie bewaard? Dat geeft toch rentever
lies.
Antwoord: De Nederlandsche Bank is
verplicht oon gedeelte van haar kapitaal in
effecten te beleggen. Het werkkapitaal be
draagt dns zooveel minder. Als circulatie
bank heeft zij de bevoegdheid tot het uit
geven van bankpapi^ De verhouding, waar
in het gezamenlijke bedrag van bankbiljetten,
bank-assignaties en rekening courant saldo's
door munt of muntmateriaal moot zijn ge
dekt, bedraagt 40 pCt. Van een belegging
van het kapitaal der bank in specie, waarop
renteverlies zou vallen, kan men moeilijk
spreken- Wel is ©en groot metaalsaldo aan-
wezig, maar het veel grooterc bedrag aan
bankbiljetten, dat feitelijk ©en rembelooze
schuld van de bank beteekent, staat daar
tegenover en stelt de bank in staat ©en
zeer winstgevend bedrijf te beoefenen.
V raag: Van plan zijnde mij bij het re
servekader te verbinden en om later offi
cier van gezondheid te worden, vraag ik of
er een bezwaar zou kunnen bestaan, om dien
loopbaan te volgen. Leeftijd 17 jaren.
Kan ik n.L van de verbintenis bdj het
reserve-kader ontslagen worden, wanneer ik
officier van gezondheid geworden ben?
Antwoord: Voor een verbintenis
bij het reservekader bestaat geen bezwaar.
Echter wordt opgemerkt, dat men om offi
cier van gezondheid te worden zich niet bij
het reservekader behoeft te verbinden.
We vermoeden dat uw vraag niet juist
gesteld is en raden u daarom inlichtingen te
vragen aan het bureel van den commandee
renden officier van het 4de regiment infan
terie. Gebouw Gravenstein alhier.
Vraag: In het Persoverzicht van Za
terdag is opgenomen wat „Do Standaard"
zegt onder het opschrift „De Burgemeester
der Residentie"; kunt n ook opgeven in
welk nommer van „De Standaard" dit is
gezegd?
Antwoord: In No. 11543 van 3 Nov.
V raag: Wij zijn met rin drieën broeds
A., B. en O. A. is als tamboer vrijwillig in
dienst getreden, geteekend hebbende voor
acht jaar, die na ruim 5-jarigen dienst als
deserteur het land heeft verlaten. Zoo "was
mijn vraag of B. nu vrij is wegens broe-
derdienst en of O., als B. nu dienen moet,
vrij is.
Antwoord: Doot B. kan vrijstel
ling wegens broederdienat gevorderd wor
den, doch dan moet O. dienen.
V raag: Zijn er hier ter stede Espe
ranto-clubs of vereenigingen Zoo ja, ver
zoeke dan beleefd om adres.
Antwoord: Voor zoover ons be
kend is niet. Wel is er al eens een bal
letje opgeworpen om tot de oprichting van
een zoodanige club te geraken.
V raag: Bestaat er in Kampen gele
genheid om kosteloos tot officier te
worden opgeleid?
2o A 'elke soldij geniet daar een soldaat,
korporaal, sergeant cn officier?
3o Hoelang duurt de cursus?
Antwoord, lo Ja, doch in den te
gel wordt deze opleiding onderbroken, door
overgang als korporaal of sergeant naar
een der regimenten- Blijft men daar als
sergeant dan bestaat gelegenheid om al
daar een tweejarigen cursus te volgen,
waarop overgang naar den Hoofdcursus
volgt. Binnen 6 jaar kan benoeming tot of
ficier zijn bereikt.
2o. De soldijen en verdere vergoedingen
zijn zoo verschillend voor eiken rang, dat
plaats ontbreekt deze op te sommen. Waar
om wij u in overweging geven eens te infor-
meeren bij het Garnizoensbureel alhier, bij
de Morschpoort.
3o. Hierboven onder lo. beantwoord.
Vraag: Kunt u mij niet mededeolen
wanneer ik in dienst moet, ik heb nummer
180 getrokken. Als ik nu naar den Provin
cialen adjudant sahrijf om bij zeker korps
geplaatst te worden, krijg ik dan nog ant
woord terug of moet ik dan wachten tot
ik ingedeeld word?
Antwoord: Ge zult in Maart 1910
worden ingedeeld. Of ge antwoord zult
krijgen op uw verzoek, is niet bekend. Ech
ter is de kans dat uw verzoek wordt to*
gestaan, gering, indien ge niet in het bezit
zijt van een getuigschrift voor lichame'ij'te
geoefendheid.
Vraag: Kunt u mij ook zeggen hoe ik
het beste krullend haar kan krijgen?
Antwoord: Als de natuur u niet met
krullend© lokken bedeeld heeft, zal het
wel nimmer gelukken krullend haar te krij
aren. althans niet on den duur. Met yaoil-
lotlen en friseerijzer zult ge wel op kunst
matige wijze een krullend aanzien aan li et
haar geven, maar bet echte wordt het nooit.
Vraag: Ik ben weduwe en mijn zoon
heeft een dienstpliohtig nummer getrokken
en moet waarschijnlijk met Mei in dienst:
hij is de kostwinner voor mij. Moet ik nu
mijn beklag al indienen bij den Ministei
van Oorlog, of is het een paar weken vóór
dien tijd ook goed?
Antwoord: Per brief een verzoek
doen aan den Minister van Oorlog, door
tusschenkomst van den burgemeester uwer
woonplaats, om vergoeding, zoodra bekend
is dat uw zoon moet dienen.
Vraag: Hoe zit dat toch met de vereeni-
ging tot Bouw van Woningen (ik meen dit
is de naam, bedoeld is die vereeniging
welke bouwt aan de Zijdgracht, enz.,) welke
finantieel door rijk of gemeente wordt ge
steund. Is dit feitelijk niet concurrentie aan
doen aan gewone bouwers of huiseigenaren?
A n t w o o rd. De Vereeniging tot Bevor
dering van den bouw van Werkmanswo
ningen (dat is de juiste naam van de door u
bedoelde vereeniging) treedt in zooverre op
als ooncurrente van de huiseigenaren dat
zij de door haar gebouwde woningen ook zal
moeten verhuren. Doch dit verhuren is een
noodzakelijk gevolg van iets anders, n.l. -et
verbeteren van de woningtoestanden.
Als een ooncurrente van de gewone bou
wers kan zij dan ook n;et worden beschouwd.
Zij heeft voor menschelijke bewoning onge
schikte krotten aangekocht of onteigend en
heeft die geamoveerd om er daarna aan
ruime straten doelmatige en solide huizen
voor in de plaats te zetten. Dat zou door een
gewonen bouwer, die, wil hij blijven be
staan, winst moet maken, nooit zijn onder
nomen
Wie den ouden toestand tusschen Zijd
gracht, Levendaal en Geeregraeht heeft go-
köDd en ziet welk een degelijken indruk de
in aanbouw zijnde huizen maken, moet dit
werk der Vereeniging wel prijzen. Niet de
Vereeniging, maar Leiden gaat er mee voor
uit.
V raag: Waarom moet men in Leidon
20 cent per K W. betalen en bijv. in
Maastricht (zooveel kleiner stad) slechts 14
cents, zou het in eerstgenoemde stad niet
op 10 cent gesteld kn- i worden en do
meterhuur 15 cent in plaats 50 oent maan
delijks
Antwoord: Omdat de tarieven hier
nu eenmaal hboger zijn. En deze tarieven
zijn zoo gemaakt, dat de fabriek kan ren-
deeren. Dat in Maastricht, waar de exploi
tatiekosten door de lagere loonen enz. de
tarieven wat lager zijn, bewijst nog niets.
De meeste tarieven zijn hooger dan die te
Leiden, zouden wij nu daaruit de gevolg
trekking maken, dat de tarieven in Leiden
in overeenstemming daarmede zouden moe
ten worden verhoogd?
Iedero fabriek maakt haar eigen prijzen
en voor een goeden gang van zaken meen
de men, dat het hier niet lager kon. Gaat
het de Centrale goed, dan aal men altijd
den prijs kunnen vorlagen. Dat is beter dan
andersom.
CORRESPONDENTIE. Een onzer
abonné8 vraagt ons de beteekenis van het
woord debititee of debetite of debitite.
Het spijt ons, maar wij weten het niet,
vooral waar de vrager, blijkens zijn her
haald o f, zelf niet precies weet wat hij
vraagt. Misschien kan een onzer lezers
hem op het spoor helpen?
KamerYcrkiezing Gulpen.
De heeren- J. Thomas, journalist, oud-
lste-luitenant der infanterie, en E. Casolli,
molenaar, oud-lid van den gemeenteraad,
beiden te Valkenburg, hebben in zake de
Kamerverkiezing in Gulpen eon nieuw
adres aan de Tweede Kamer gericht.
Zij betoogen, dat de heer Van Wijnbergen
kieschheidflhalve niet aan 't onderzoek der
geloofsbrieven van den heer Ruys de Bee-
renbrouck had behooren deel te nemen,
daar hij „duchtig heeft medegestreden in
den verkiezingsstrijd in 't district Gulpen
en zich toen reeds een heftig voorstander
van jhr. Ruys heeft betoond." Adressanten
wijzen er verder op, dat de fout volstrekt
niet, zooals de commissie van onderzoek be
weert, aan overhaasting is toe te schrijven,
want van haastig werken is geen sprake
geweest. Feit is het bovendien dat sedert
de invoering der gewijzigde Kieswet van 8
December 1900 en het daarbij behoorende
Kon. besluit van 9 Januari 1901 niet min
der dan tien verkiezingen in Gulpen heb
ben plaats gehad. Adressanten vragen of
het nu diets te maken is, dat men in Gul
pon geen enkel stembiljet meer kon vin
den, betrekking hebbende op een dier tien'
verkiezingen, doch wel een van 1897? Is het
bovendien niet opmerkelijk, dat bedoeld
gemeentebestuur in Juni 1900, zijnde twaalf
jaren na de verkiezing 1897, nog een heel
pak stembiljetten van dit jaar ter beschik
king had en sedert dat pak blijkt vemie-
tigd te zijn? Moet men niet denken, dat
die vernietiging sedert 11 Juni j.l. opzette
lijk, uit vrees voor navraag, is geschied?
Adressanten zeggen ten slotte bun bewe
ringen vol te houden en dringen er nog
maals op aan dat het der Kamer behage,
niet in te gaan op een voorstel der meeiv
derheid van de oommissie, ook om geen an
tecedenten te scheppen, waardoor toekom
stige afwijkingen van letter on geest deï
Kieswet zouden kunnen gedekt worden.
de Sled. Werktnr. xljn opgenomeut
DATUM.
DAG KN.
Tolw
Mrs.
Kin-
tfsrsn.
31 Oct.
Zondag
66
4
60
1 Nov.
Maandag
68
4
72
2
Dinsdag
67
8
70
a
Woonsdag.
68
6
78
4
Doudordng
71
6
78
3
71
8
79
e
Zatord&e
72
11
83