No. 1524©. L1SÏ3DS033 ÜAGBXiAS), Wesaisd.ag' 3 Novemlber. Tweede Blad. Asms 2909.
Faillissementen.
FEUILLETON.
Lezing van dan heer R. Casimir voor de Leidsche
Siuden'en-Vereeniaing voor Paadagogiek.
Dinsdagavond had de eerste bijeenkomst
plaats van de L. S. V. v. P., waar de heer
Casimir, rector van het Nedorlandsoh L*y-
eeum te 's-Gravenhage, een inleiding gaf tot
zijn cursus over paedagogische psychologie,
jvelkcn hij dezen winter voor de vereeniging
zal houden.
Spreker wees er op, dat de universiteit
'een tweeledig doel heeft: zij geeft zoowel
een wetenschappelijke opvoeding als een
voorbereiding voor een maatschappelijk
ambt.. Voor dit laatste wordt, allitans in
practischen zin, niets gedaan. Maar ook
hiervoor moet onderricht worden, zoowel
theoretisch als practisch. Kan deeo theorie
reeds nu als wetenschap beoefend worden?
Zeer zeker zijn wetenschappelijke regelen
.voor do opvoeding te stellen, die aan de er
varing moeten worden ontleend: de on
dervinding heeft hier te beslissen.
Hier valt dadelijk al op to merken, dat nog
weinig waarnemingen zijn geregistreerd
en dat er niets systematisch is onderzocht.
De vraag, of leerlingen, dio een „goed
hoofd" voor wiskunde hebben, ook gemakke
lijk talen zullen leeren, is b.v. nog nooit
behoorlijk beantwoord. Dat zulke onderzoe
kingen wel eens gevolgen kunnen opleveren,
bewijzen do nasporingen, die in Amsterdam
zijn gehouden omtrent de wijze, waarop de
kinderen hun yacanties doorbrengen: dat
men den kinderen nu althans één prettigen
dag in hun vacantie tracht te bezorgen, is
het gevolg van do treurige bevindingen, dio
men bij dit onderzoek heett opgedaan.
Dikwijls wordt als bezwaar tegen de
paodagogiek aangevoerd, dat de leerlingen
te veel onderling verschillen dan dat zulke
onderroekingen tot algemeene gevolgtrek
kingen zouden kunnen voeren.
De verschillen dienen echter wetenschap
pelijk te worden 1 studeerd om zoo tot de
kennis van bepaalde groepen te komen.
De overeenkomst tusschen de persoonlijk
heden van een groep kinderen van denzelf-
den leeftijd, maar overigens willekeurig, is
bijv. groot-er dan die tusschen een aantal
volwassenen van eenzelfden leeftijd.
De hulpwet nschappen der paedagegiek
«rijnhygiëne, sociologie en vooral psycholo
gie. Dit werd door voorbeelden toegelicht.
Naast de geschiedenis der paedagogiek,
die ons met de groot-e opvoeders in aanra
king brengt en welker beoefening aanmoe
digend werkt, heeft men de algemeene pae
dagogiek: de didaktiek, de zedelijke opvoe
ding en de wettelijke organisaties van het
onderwijs. Door bestudeering der opvoed
kunde- blijkt eerst, hoe zwaar Je taak van
den 1 eeraar is. Doch hierdoor ontstaat de
lust tot den arbeid.
Dit jaar zal de paedagogische psycholo
gie behandeld worden, dat is dat deel der
zielkunde, dat zich bezig houdt mot de ver
houding der kinder: n tot school en onder
wijs. Hiertoe behoort onder meer de leer
omtrent do methoden, het karakter, het
geheugen en de wilterwijl als bijzondere
onderwerpen beschouwingen over de psycho
logie der menigte en van den leeftijd van
1218 jaar een plaats zullen vinden.
De cursus zoo werd besloten cal
lederen Dinsdagavond om kwartier over
achten worden gehouden en is vcor allo be
langstellenden ook buiten de universiteit
toegankelijk.
Koloniën.
BATAVIA, 30 Sept.8 Oct.
Volgens telegrafisch bericht van de fd
resident van Madoera dd. 30 September jL
is in de strandkampong Kamal Woensdag
den 29sten dier maand, om 3 uren 's mor
gens, brand uitgebroken. Persoonlijke on
gelukken zijn niet voorgekt ondo mate-
rieele schade bedraagt plus minus f 5000.
In het geheel worden 64 huizon in de osch
gelegd, waarvan 9 met pannen en do ove
rigen met atap en bilik, toebehoorende aan
62 personen. (Java^Bode).
Eenrelletje onder de
Chineezen.
Onlangs werd aan ,,Dc Sumatra-Post"
een bericht ontleend omtrent relletjes on
der de Chineezen, in verband met de ar
restatie van de 25 Chineezen in den Chi-
neeschen tempel te Batavia. Dcz'e zaak be
gint thans al meer duidelijkheid te krijgén
en neer te komen op het hoofd van een
eenïgen tijd geleden ontslagen tempelwach
ter. Het koruplot gold namelijk den nieu
wen tempelwachter.
Hierover schrijft nu ,.De Ja va-Bede":
Tempelwachter van een Chineeschen tem.
pel te zijn is erg voordeelig en levert voor
den functionaris meestal, ten minste waa
neer hij handig is, een zoet v instje op. De
bedoelde ex-tempelwachter is echter tegen
de lamp geloopen door de goede zorgen van
den tegenwoordig n tempelwachter, die hem
er heel handig uitgewerkt heeft.
De kwestie schijnt op niets anders neer
te komen dan op een wraakneming, door
den ex-tempelwachter op touw gezet.
Waarom of daarvoor echter een kongsie
moest worden gevormd, moeten de gevon
den papieren uitmaken.
De moord te T a ngorang.
De „Java-Bode" van 8 October meldt het
volgende
Hedenmorgen toen wij ten onzen kan
tore kwamen, beieikte ons het treurige be
richt, dat de assistent-resident van Tan
gerang, de heer J. Duunewold, zoo juist
vermoord was geworden. Onmiddellijk heb
ben wij ons naar Tangerang gespoed, ten
einde ons persoonlijk op de hoogte te stellen
en van de wonderlijke geruchten, welke aan
stonds waren beginnen te loopen, het ware
van het onware te schiften.
Heel Tangerang was onder den indruk,
merkten wo toen we daar aankwamen;
nieuwsgierig stonden de inlanders in grooten
getale op den weg naar het bureau van den
assistent-resident, waarin, de moord plaats
had. Zij zijn stil al die menschen en schijnen
den ernst van het gebeurde volkomen te be
seffen.
Op het groote voorplein hxxpen enke
le dames, alsmede de controleur J. E. van
Gogh en de patih, Raden Mohammad Soera
di Ningrat heen en weer, druk het geval
besprekend. Wo vervoegden ons onmiddel
lijk bij do voornoemde autoriteiten, die ons
bereidwillig te woord stonden, en zoo kwa-
mon wij het volgende aaneengeschakelde
relaas te hooren:
De wedana, Nawien genaamd, was 11 Au
gustus 1908 van Batavia, waar hij assistent-
wedana van Tanah-abang was, (toen was de
titel nog adjudant") naar Tongcrang over
geplaatst. Een mooie promotie voor Nawien,
welke echter niet ieders goedkeuring weg
droeg.
Zoo 2kwam Nawien. te Tangcrang, waar
liij het echter spoedig bij zijn meerderen
verbruid had. Herhaaldelijk moesten dezen
hem op de vingers tikken. Evenwel, men
gebruikte geduld en ging niet tot erger
maatregelen over, tot hij op eigenaardige
wijze in een zeer verdachte perkara, nl. een
anoniem echrijven, aan den assistent-resi
dent betrokken raakte, wat een eigenaar
dig licht op zijn birouwbaarheid wierp.
Naar aanleiding van deze kwestie droeg
de assistent-resident van. Tangerang, de
heer J. Dunnewold, een zeer achtenswaar
dig ambtenaar en goed bestuurder, hem aan
den resident van Batavia, onder opgaaf
van redenen, voor tot overplaatsing.
De resident.van Batavia was echter van
meening, dat men menschen als Nawien
niet als wedana kan gebruiken en stelde
den directeur van Binnenlandsch Bestuur
voor, om hem uit zijn betrekking te ont
slaan. Ontslag uit 's lands dienst, vond men
te krasmen zou trachten op andere wijze
in 's lands dienst van hem gebruik te ma
ken. Eenigen tijd werden tusschen den re
sident van Batavia en den assistent-Tesi-
dent van Tangerang brieven betreffende dit
ontslag gewisseld 2. resident bleef ech
ter onvermurwbaar.
Nawien bleef van deze correspondentie
niet onkundig en ook hem werd medege
deeld, dat hij uit zijn betrekking van weda
na ontslagen zou worden. Nawien schoof de
schuld daarvan echter niet op zijn eigen
daden, doch op de zoogenaamde vijandigo
gezindheid van den heer Dunnewold. Het
was hem niet uit het hoofd te praten.
Nawien begon do vorige week, toen hij
bemerkte, dat hl ernst werd, alles in het
werk te stollen om dit onslag te verhoe
den. Hij wendde zich tot den patih van Tan
gerang, tot den controleur, ja besloot zelfs
den resident van Bataria te bezoeken en
meldde zich daarom j.L Woensdagavond om
8 uren bij den heer Dunnewold aan, ten
einde dien te verzoeken hem een dag verlof
naar Batavia to willen toestaan. De heer
D. wilde hem aanvankelijk cp dat late uur
niet meer te woord staan, doch daar Na
wien aandrong, kwam de assistent-resident
bij hem, in de voorgalerij en verleende hem
na eèn kort onderhoud, het gevraagde
verlof.
Daarop ging Nawien gistermorgen met
zijn vrouw naar Batavia. Deze laatste be
zocht den directeur van B. J4. en ging ook
naar schout Hinne, ten einde diens hulp in
te roepen ora te verhinderen, dat Nawien
ontslagen zou worden. Allo hun pogingen
faalden echter. Gisteren zijn de stukken be
treffende Nawicn's ontslag dan ook naar
Buitenzorg doorgezonden.
Ten gevolge dezer weigering schijnt
Nawien gisteravond bij zijn thuiskomst te
Tangcrang het hoofd geheel verloren te
hebben en vatte hij het plan op om door
een moord dezo treurige zaak tot een ont
knooping te brengen. Verscheidene maat
regelen heeft hij ten minste getroffen. He
denmorgen vroeg zond hij n.l. 6 zijner 7
kinderen (een kan nog niet loopen en moest
dus bij de moeder blijven) imt familie te
Batavia en ging daarna een brief aan den
assistent-resident schrijven, in welk schrij
ven hij den heer DuDnewold een reeks ver
wijten naar het hoofd wierp, bewerende
dat hij de o oir oak was van zijn ontslag en
waarin hij hem verder mededeelde, dat hij
ai het bankpapier van de door hem ontvan
gen belasting had verbrand. Dio belasting
was to 'i maar afzetterij, z.
Deze brief is hij persoonlijk aan den as-
sistent-resid-r.fc gaan brengen. Om halfacht
hedenmorgen trad hij diens kantoor bin
nen en overhandigde hem den brief, die
door den heer Dunnewold (zufks is door op
passers gezien) direct werd opengesoheurd
en gelezen. Terwijl de assistent-resident be
zig was den brief te lezen, haalde Nawien
"een Browning-revolver uit den zijzak van
zijn witte jas en loste een. schot, spoedig ge
volgd door een tweede, op den heer Dunne
wold. Het eerste schot doorboorde onmid
dellijk de bovenste helft- van heb hart. De
getroffene is toen wankelende opgestaan
en heeft met zijn hand naar de gewonde
plek gegrepen. Dit maakt mfn ook daar
uit op, daar het tweede schot ook de hand
van het slachtoffer heeft gcwc 'I. De twee
de kogel drong vlak naast den eersten in
de borst van den verslagone.
Ziende, dat ziin slac -toffer neerviel, heeft
de moordenaar het wapen t ;cn zichzelf ge
keerd en zich voor het hoofd geschoten. Hij
was onmiddellijk dood.
Cholera.
Uit Batavia wordt dato 7 October aan
,,De Sumatra Post" geseind:
De cholera is onder de inlanders aan het
minderen. In het stadsverband zijn nog 7 lij
ders overleden, te Priok geen. In het hos
pitaal overleed nog 1 Europeaan.
Het bestuur lieert nieuwe maatregelen ge
nomen in de kampongs, waar cholerageval
len werden geoonstateerd, en slecht drink
water was. Daar zal gratis thee worden ver
strekt.
De wijkmeesters zijn gedreigd met on
middellijk ontslag, als zij dooden en zieke?
verzwijgen.
Later werd nog aart 'zelfde blad ge
seind
De cholera te Batavia neemt zeer af.
Woensdag (6 October) zijn overleden in de
stad 6 inlanders, te Priok 1, to Weltevreden
1 Europeaan, en 1 Europeaan in de ver
pleging. Het totaal aantal dooden bedraagt
thans 458.
liet „Ind. Nieuws van den dag" van 2 Oc
tober meldt:
Van 1 tot en met 10 September jl. zijn te
Djambi 6 nieuwe choleragevallen ter ken-
lis gekomen van hot bestuur.
Ook werden aldaar 6 sterfgevallen ge
rapporteerd.
De cholera-epidemie te Djambi en te Moe
ara Saba is geëindigd verklaard, daarente
gen is de ziekt? epidemisch verklaard in de
onderafdeeling Komcring Ilir.
Het ,,Ind. Nie. vs v. d. Dag" van 8 Oct.
meldt
„Hedenmorgen te 3 uur 30 overleed op
43-jarigen leeftijd in zijn woning to Tanah
Abang schout E. Hekman aan de gevolgen
van cholera-besmetting, bekomen bij de des-
infeclie van een lijder aan die riekte.
Dinsdag had de wakkere politioman nog
dienst gedaan, doch voelde zich reeds onwel,
toen hij 's morgens to circa 11 uren het
politie-kantoor in de benedenstad verliet.
Zijn ongesteldheid verergerde, geen hulp
mocht baten, en in den nacht stierf hij.
Hekman is dus overleden als een slacht
offer van zijn plicht; in dienst der gemeen
schap is hij op zijn post gevallen. Een eero-
saluut aan zijn nagedachtenis."
CIVIEL DEPARTEMENT. Ontslagen:
Eervol uit 's lands dienst, de gewezen sta
tionschef 3do klasse bij de exploitatie van
Staatsspoorwegen op Java, W. F. Th. van
dcji Kolk, met bepaling Idmt dit ontslag
wordt gerekend te zijn ingegaan met ultimo
Ma-art.
Benoemd: tot tijdelijk inspecteur bij den
dienst der in- en uitvoerrechten on accijn
zen, do ambtenaar op nonactiviteit, N. J.
R/oelfsema, laatstelijk secretaris van het de
partement van financiën, thans gesteld ter
bosohikking van den chef van dat departe
ment ten einde met werkzaamheden bij diens
departement te worden belast.
Ontslagen: Met ingang van 2 October
eervol uit 's lands dienst, de ambtenaar der
4de kl. bij den dienst der in- en uitvoer
rechten en accijnzen P. J. Dijkstra; Mot in
gang van 5 October op verzoek, eervol uit
'8 lands dienst, de adjunct-commies bij den
post- on telegraafdienst te Weltevreden E.
B. Heijman.
Op verzoek eervol uit 's lands dienst, de
commies der 3de klasse bij den Post en Te
legraafdienst mej. F. L. U. Benz, met bepa
ling, dat dit ontslag wordt gorekend te zijn
ingegaan op den lOden September
Benoemd: tot lid bij den gewestelijken
Raad van Besoeki, dr. J. Pollak, arts, civiel
geneesheer te Bondowoso.
Belast: Met de waarneming van de botrek-
king van adjunct-inspecteur van den arbeid
de gopensionneerd majoor dir cavalerie A.
M. C. J. van Extcr, en van tijdelijk burger
lijk apothekers-bediende bij not magazijn
van geneesmiddelen to Woltevreden E. A.
van Rijn, particulier.
Bij den Burg. Geneesk. Dienst.
Door den Hoofdinspecteur, Chef van den
dienst der Staatsspoorwegen op Java:
Op verzoek met ingang van 30 September
1909 eervol uit zijn betrekking ontslagen de
tijdelijke treinoontroleur J. Keizer, tijdelijk
bonoomd met ingang van 30 September 1909
tot treinoontroleur on geplaatst bij do ex
ploitatie der Westerlijnen, de tijdelijk con
ducteur L. Frankenbuis.
Bij het binnenl. bestuur op Java en Madoera
Banoemdtot controlour en geplaatst in
de resid. Kedoe H. C. Wülff, ambtenaar
op nonactiviteit, laaletelijk die betrekking
bekleed hebbende. Op do bezittingen buiten
Java en Madoera.
Benoemd: tot controleur on geplaatst: in
de resid. Lampongsoho districten J. P. Ram-
baldo de Callalto, ambtenaar terugkeerende
van de Nedcrlandsoh-ïndisoho Bestuursaca
demie, laatstelijk die betrekking bekleed
hebbende, in do resid. Oostkust van Suma
tra, E. Poortman, ambtenaar terugkeeren
de van do Ncderlandsch-Indische Bestuurs-
academie, laatstelijk dio betrekking bekleed
hebbende.
MILITAIR DEPARTEMENT. Ontheven:
van do waarneming der betrokking van di
recteur der kaderschool on blijft geplaatst
bij het bataljon vesting-artillerie te Bala
ria, de eerste luit. der art. C. A. Jorissen,
van do 13de compagnie (vierde compagnie
vesting) artillerie te Batavia.
Overgeplaatst: naar de 13de comp. (vierde
comp. vesting) artillerie te Batavia, als di
recteur der kader&ohool, de eerste luit. tier
art. G. W. R. Ituttcn, van do 23ste comp.
(tweede compagnie vesting") artillerie to
Batavia; bij de troepenmacht in Celebes ut
nadero indeeling, de eerste luit. bij het lin-
korhalt tweede depotbat C. P. Lenshoek,
bij do vijfdo afd. van het dep. van oorlog,
de luik-kolonel intendant J. van der- Lin
den: als gewestelijken intendant te Batavia,
de luit -kolonel intendant J. W. H. Rocdcr.
Trouw-, geboorte- en dood
berichten.
G e h u w d: V. H. Magadant met W. Th.
Smit, Pontinnak. D. Doycr met K.
Hirsch geb. Midderhoff, Bandoeng. W.
G. Froyen met H. A. Danekcs, Weltevre
den. G. F. Wicmer met L' Stlbbe, Wel
tevreden,
Bevallen: Ham Van Lingen, Z.,
Buitenzorg. Mevr. Wybrands, Lb, Bata
via. Maier-Do Koek, Z., Padang.
Ch. Meertcns-Reimann, Weltevreden.
J W. Mekom-Coorengol, D., Bamioeng.
Verhoog-Visser, D., Semarang.
Ament-Voorthuis, D., Buitenzorg. Gras-
huis-Bozon, Z., Balik Pappan. Miseroy-
Simon, D., Batavia. Ncutebooin-
Grondel, Z., Med m. Bc-rgam n-Loth, Z.,
Weltevreden. Mevr. Nicuwenhuis, Z.,
dito. Koplan-Van Geen, D., Batavia.
Van Wieringen-Dahler, Z., Soemoroto.
M. J. Verduijn Luncl-Kloppenburg, Z.,
Kawodanan. C. H. L. Kltrks-voa
Winckelraann, 1)., Semarang. Roess.'ng
van Itcrson-Wilkons, D., Djocja. Do
Vrics-Reilingh, D., Pckalongan. Suijs-
Van Bassel, D., Soerabaia. Vonck-Stoll,
I)., Malang. Goudriaan Padberg, Z., Si-
toebondo. Snipvangers-Nicolay, L).p dito.
Beekman-v. d, Pant, Mcdan.
Overleden: Melle Mellema, Mr.
Cornells. Mr. M. F, Onncn, 35 Soe
rabaia. K. H. Harbord, Weltevreden.
Emile Brouwer, Meester Cornolis. H H.
van Berkel, Batavia. J. G. Beer, 65 j
Meester Cornelis. L. Gude, 3G j., Poor-
woredjo, G. J. Suijck, 53 j-, Weltevre
den. S. Stern, Tjilatjap. J. T. Wa-
rouw, Weltevreden. Movr. E. vau Miu-
de-Klaus, Meester-Cornelis. O. Haven-
stroom, 65 j., Soerabaia. J. G. W. Klin-
kert, 12 j., Kalisat. W. 0. Dickhoff-
von Stietz, 40 j., Soerabaia. E. Hekman,
Weltevreden. G. J. Voorwijk, Scerakar-
ta, j. H. F. Dunnewold, Batavia.
Opgave van passagiers van hot stoom-
solup „Koning Willem I", van Batavia
naar Amsterdam, 31 Oct. te Genua aange-
komen
Dr. P. Aneraa, rar. A. E. van Arkel en
echtg., II. F. Bekker, N. do Boer, W.
Barlh. echtg en kind, H. Golijn, R. P-
Cleveringa, echtg. cn 2 kinderen, J, van
Eykcn en kind. P. Geesiuk. W. C. van
Haeften en dochter. F. W. 't Hooft, A. O.
van der Hangen, W. Heidoorn, W. P. A.
Kloprogge, echtg. en 2 kinderen, S. R.
Langenbcrg, J. H. C. Munter, echtg. on
kind, mevrouw de wed. D. W. Muller-
Deschaux cn 2 dochters, G. J. Meijer, P.
L Ncyts, W. J. Oudegeest, C. H. Pow-
nall, P. B. V. Quartero, H. Schokker,
echtg. en 3 kinderen, H. J. Tromp dc Hans,
cchtg. en zoon, prof. dr. M. Treub cn
cchtg., J. H. Tobias, L. J J. M. Tabbora,
M A. P H. Thonus, G. WLrix, G. Wolt-
man, H. de Jongh, H. W. de Monchy,
mevr. M E. Meinisz, J. K. Röhncr,
echtg. en 3 kinderen, J O. J. Bloem, en
echtg., mej. J. Hubregtao, movr. V. M. G.
Swart^Stadlmnir en kind; benevens onder
officieren en minderen van land- cn zee
macht.
H. P. J. Buitendorp, aannemer en tim
merman, te Leiden.
A. L. Drost, vroeger to 's-Graveubago*
thans zoDder bekende woonplna's.
E. Fresco, koopman, te 's-Gravenhage-
J. H. Volkering, koopman, tc 's-Grar
venhage.
Rqso
„Zul je me van tijd tot tijd eens wat van
haar laten hooien"? Haar eigen correspon
dentie zal mij niet veel zeggen."
„Zal geschieden."
„En zul je van tijd tot tijd ook eens over
mij spreken; je zult genoeg gelegenheid heb
ben haar te zien."
„All right, wanneer rij dan althans niet
uitsluitend over een ander wil spreken. Zoo
knap zij is, zoo weinig hart heeft zij ook."
„Jij spreekt naar jc verstand", antwoord
de Fedor. „Ik heb een beter en een juister
oordeel over ha-ar."
„Nu, je zult het zien. Bloemen bloeien
overal; rijn het geen rozen, dan toch wel
madeliefjes, en de mensch is een dier, dat
aan alles gewend raakt."
Met dezo vroolijke, zooal niet gansch
nieuwe woorden stapte hij het wijnlokaal
binnen.
Lahnstein had verzocht, dat niemand hem
naar het station zou vergezellen. „Ik wil
geen begrafenis", had hij gezegd.
Mismoedig en troosteloos liep hij alleen
óp bet perron op en neer.
De sneltrein kwam. Fedor stapte in don
eersten coupé den besten en in den kouden,
onningenomen morgennevel bleef Berlijn
"achter hem met al de banden, die hem tot
bu 7oo vastgebonden hadden en waarvan hij
zich nu eerst bewust werd hoe zij een groot
element in zijn leven vormden.
De stemming, waarin hij verkeerde, was
een getrouwe afspiegeling van het weer:
somber en zonder eenige hoop op een licht
straal.
II.
Lahnstcin deed nu veertien dagen dienst
in Seddin. Die tijd was voldoende geweest
om hem een blik te doen slaan in al de
kleine en kleinsteedsohe verhoudingen ln
het stadje; maar in stede van zich te troos
ten met zijn verbanning, werd het leven
hem van dag tot dag onverdraaglijker. Eer
lijk gezegd deed hij niet veel moeite zich
wat te schikken en in den nu eenmaal t>e-
8taanden toestand ook een lichtzijde te
fcien; integendeel, hij beschouwde alles met
ciitische blikken en in het bijzonder een
vergelijking tusschen de dameswereld te
Berlijn en te Seddin viel niet in het voor
deel van laatstgenoemde uit.
De jonge dames hadden bij zijn bezoeken
óf veel te hard gepraat en gelachen óf bij
elk woord, dat hij zeide, een kleur gekre
gen; zelfs had men hier en daar vertrou
welijke mededeelingen gedaan over allerlei
familieverhoudingen en na dergelijke confi
denties was hij telkens met weerzin na-ar
zijn kamer gegaan.
Van tijd tot tijd was het hem te midden
van een dier geestige, interessante gesprek
ken, die bij een eerste bezoek plegen ge
houden te worden, geweest alsof Rose Ma
ries lachend, spottend gezicht zich ver
toonde tusschen dat der anderen; alsof zoo
dadelijk van haar koraalroods lippen een
van die woorden zou vloeien, die haar altijd
ten dienste stonden. Dan zweeg hij plotse
ling, zuchtte en beproefde zijn ergernis te
verbergen door langs zijn blonden knevel
te strijken.
In den grond der zaak waren noch Seddin
ncch de bewoners zoo erg, als het den ver
wenden jongen luitenant leek. Het stadje
lag aardig in het groenin een 'dal, door
Vrij hooge bergen en bosschen omgeven,
door een helder riviertje, langs welks
oevers mooio boomen stonden, in twee
helften verdeeld. Op een mooien zomerdag
kon men zich moeilijk iets liefelijkere voor- i
stellen, al was dan ook de hoofdstraat met
vele bochten, al waren de poorten, die aan
hot einde daarvan stonden, somber, en al
waren do huizen ouderwetsoh. In een van
die leelijke huizen had Lahnstein drie ka-
mers gevonden, dio hem althans geschikt
leken. Uit een der vertrekken had hij het
uitzicht op een steenen fontein, waarvan
vier leeuwenmuilen dag en nacht zachtjes
water in een groot reservoir lieten loopen.
Daarboven verhieven zich de boomen van
den slottuin, want Seddin beroemde er zich
op, vroeger een residentie geweest te zijn.
Het werd hem wat behaaglijker, toen hij
eindelijk al zijn stomme, maar hem dier
baar geworden schatten had uitgepakt;
toen de meubelen zooveel mogelijk zoo ston
den als in zijn kamer in Berlijn, en toen hij
na de vermoeienissen van den dienst in
hun aanwezigheid kon uitrusten. Zijn reli-
quie was Rose Maries portret, dat in een
breede cuivrc-poli lijst op een tafeltje naast
zijn luierstoel stond en dab dagelijks de
meest hartroerende zuchten te hooren
kreeg.
Welk een opgang de inrichting van zijn
vertrekken in de dameswereld van Seddin
had teweeggebracht, vermoedde Lahnstein
allerminst. De vrouw van den inspecteur
van den arbeid had eigenhandig een gaatje
gemaakt in het overtrek, waarin de luier
stoel was gepakt geweest, ten einde de
waarde van dien stoel te taxecren, en dus
kon zij op een door haar georganiseerd
koffiekxansje verzekeren, dat de stoel
„echt Oostersoh" was, met veel goud en
veel rood.
„Wanneer men bedenkt, dat ruwe meiden
banden daarvoor zullen moeten zorgen,
moet men werkelijk medelijden liebbtn,
had zij met een zucht gezegd. „Een vrouw
zou zulke dingen gaarne onderhouden." En
bij die woorden dwaalden haur oogen met
moederlijke teuderhe.it na-r Amar vajitien
jarige Alma, die juist „Dio Kiostergloc-
ken" op de piano speelde.
„Nu, die vindt hij wel, als hij zijn oogen
openzet", fluisterde men in do families,
waar huwbare dochters waren.
Lahnstein werd onder zijn collega's an
ders beoordeeld en hjj, dm in Berlijn in
allo opzichten een „enfant chéri'' was ge
weest, vond hier maar zeer weinig tege
moetkoming. Wel is waar lag de schuld aan
hemzelf, die niets deed om zich in den klei
nen kring een beetje in te burgeren; zijn
stilheid en teruggetrokkenheid legde men
uit als hoogmoed; de elegantie, die hij cok
in zijn kleeding tentoonspreidde, al6 dwaze
pralerij, cn zelfs de regimentscommandant
kon een kleine ergernis niet onderdrukken,
w anneer liij „Sakuntala" met zijn strijdros
vergeleek.
Lahnstein bemerkte die hem vijandige
strooming heel goed, maar hij negeerde
haar, zonder iets te doen om er verande
ring in te brengen; zijn verbitterde stem
ming vond er nieuw voedsel in en zuchtend
dacht bij aan don tijd, die achter hem lag.
Een nauw in elkaar geschreven, vier
zijtjes langen frrief had hij kort na zijn aan
komst aan Rose geschreven cn haar daarin
zijn omgeving met scherpe kleuren gesdiil-
dord, maar tet nu toe was nog geen ant
woord van haar gekomen.
Ofschoon lijj zich voorpraatte, dat ook
niet verwacht te hebben, kon hij toch met
verhinderen, dat een gevoel van jaloczio
en afgunst zich van hem meester maakte,
wanneer hij bedacht na zoo korten tijd al
heelemaal vergeten to zijn. De leegte, dio
hij had achtergelaten, was dus alweor aan
gevuld. Hij wilde niet aan StreBOw schrij
ven, en hij wist eigenlijk niet goed, wat hij
dezen moest schrijven.
Zonder eenig beridht omtrent do geno-
raalsdochter zou hij evenwel niet blijvon,
want op een goeden dag kreeg hij een brief
van Stre30w, waarin o.a. het volgend©
stond:
„Natuurlijk heb ik Rose Marie den laat-
sten vaak genoeg ge7icn; nu, in den car-
navalstijd, is daar gelegenheid te over
voor.
En ik kan je zeggen, dat zij zich zoo
goed als ooit amuseert. l)e schildtr Sturm
met zijn lange lokken, die mij telkens een
gevool van afkoer inboezemt, dwaalt altijd
om haar heen. Aan liefdesmart lijdt zij
niet, want op den verjaardag van ilen ge
neraal had ik de eer haar tweemaal van
'zolmmayonalse te mogen bedienen, en 'k
geef je mijn eerewoord, dat zc haar voor
treffelijk gesmaakt heeft. Doe nis zij,
amice 1 Gooi alle gedachten over boord,
wordt een nieuw mensc-b cn amuseer je ln
Seddin zoo goed mogelijk. Zij verdient niet,
dat je om haar treurt; zij heeft geen hart
(Wordt vervolgd).