No. 15207 LEIDSGH DAG-BÏiAD, Zaterdag* 18 September. Anno 1009. Om ons heen in de maatschappij. Gemengd Nieuws. FEUILLETON. De nieuwe rijknecht. ,4) I. De opstellen, welke wij ons voorstellen jju en dan onder dit hoofd in onze kolom men op te nemen, vormen een beschouwing van enkele der voornaamste onder werpen van de wetenschap, die men gewoon met een eenigszins verouderden, maar tooh altijd nog veel gebruikt wordenden naam, de wetenschap der Staathuishoud kunde te noemen. Wij zouden dus eenvoudig hebben kunnen spreken van: opstellen over Staat huishoudkunde" maar wij waren eenigszins bevreesd, dat onze lezers, in plaats van eenige aangename en voor sommigen ook ftuttige oogenblikken te genieten, van de ezing onzer sohetsen zouden worden terug gehouden door den titel. Het moet dan ook erkend worden, dat Staathuishoudkunde geen ge lukkig gekozen woord is voor een weten schap van zóó praotischen aard, als die, waaraan men dezen naam gegeven heeft. Hij 'doet allicht denken aan een verzameling van onpractische leerstelsels. Op dezelfde wijze is het gesteld met sommige omschrij vingen, die men van den aard en het doel der Staathuishoudkunde gegeven Iteeft; bijv..,zij is de leer van den rijkdom", of „rij ia de wetenschap, die "ons leert hoe de rijkdom ontstaat en vernietigd wordt." Zul ke omschrijvingen zijn bijzonder geschikt om geheel verkeerde voorstellingen en begrip pen te doen ontstaan. Een juiste omsohrijving van een weten schap te geven is altijd moeilijk en mis schien is de .onze evenmin volkomen juist. Toch meenen wij, dat de bedoeling het be3t begrepen wordt, v anneer men zegt, dat de Staathuishoudkunde dc wetenschap is, die ons leert, hoe de maatsoh appel ij- ko verschijnselen ontstaan en welke gevolgen zij heb ben. Onze lezers zullen dit zeker toestemmen, 'wanneer wij eonigc onderwerpen noemen, welke die wetenschap omvat en welker be schouwing ons dus van tijd tot tijd zal be zighouden zooalsbezit of eigendom waarde en prijs der zaken; kapitaal en ar beid armoede en rijkdomvoortbrenging Van zaken; handel en nijverheid; mededin ging, enz. Ieder weet, dat dit verschijnselen zijn, die onophoudelijk in de samenleving voor komen en waardoor het maatschappelijk le ven zichtbaar wordt beheerscht. Ieder is er zich min of meer van bewust, dat deze din gen met elkander in verband staan, dat al les als het ware één geheel vormt; dat overal oorzaak en gevolg bestaat. Toch blijft, zelfs voor meer ontwikkelden, veel duisterheids in die maatschappelijke ver schijnselen. Menigeen vraagt zioh tever geefs af: „Van waar dit of dat!" „Zou dit niet anders kunnen of moeten zijn?" enz. Do Staathuishoudkunde, die zooals wij haar tegenwoordig opvatten, een bij uitstek practische wetenschap is, kan daarbij in de meeste gevallen licht geven. Kennis dor maatschappelijke verschijn selen moet er toe leiden, dat de stoffelijke .welvaart grooter wordt; zooals kennis van 'de huishouding vooruitgang van het gerin ten gevolge heeft. Die vermeerdering van welvaart is dus het practisch doel van de Staathuishoudkunde, of, zooals men het met een vreemd wordt ook wel eens noemt, der economie. Dit beteekent echter volstrekt niet, dat 'de lessen dezer wetenschap uitsluitend het middel nan de hand zouden doen, om het best voor zichzelf te zorgen, desnoods met voorbijgang der belangen van anderen. Vooral in den nieuweren tijd heeft men te recht begrepen, dat er gemeenschapsgevoel behoort te zijn; dat men het welzijn van elk mensok in het bijzonder juist in het algemeen welzijn der maatschappij heeft t'e zoeken; dat bevordering der gemeenschap pelijke belangen op den laügen duur het nest de belangen der op zichzelf staande personen bevordert. En sedert nen dit nelder heeft ingezien en meer beslist op den voorgrond gesteld, spreekt men minder van Staathuishoudkunde en meer an maatsoh appelijke huishoud kunde. Leert de Staathuishoudkunde ons, vooral in haar nieuwere opvatting, tegenover zorg voor eigen welzijn die van het algemeen te behartigen, bij de vervulling van dien plicht ontmoet men dikwijls groote hinderpalen. De voornaamste daarvan is ongetwijfeld: onvoldoende kennis der maatschappelijke verschijnselen, hun oorzaak en hun gevolg. Die onvoldoende kennis doet raadselen voor ons ontstaan; geeft verkeerde indrukken, die tot onjuiste beschouwingen voeren over maatschappelijke verhoudingen en wanver houdingen en soms leiden tot ontevreden heid en tot falen, waar men middelen tot verbetering zocht. In een tijd als de onze, waarin bajna ieder aan het openbare leven deelneemt en er daardoor vanzelf toe komt om zioh met de maatschappelijke verschijn selen'bezig te houden, is mets meer nood zakelijk dan de verspreiding der kennis, die ons het werkelijk leven practisch verklaart. Het is bijna overbodig te zeggen, dat onze ojpstellen zóó zullen zijn ingericht, dat zij ook waarde hebben voor hen, wien geen we tenschappelijke ontwikkeling ten deel viel, ja voor hen zelfs de grootste waarde Daar om behandelen wij bij voorkeur wat het meest voor de hand ligt en de verspreiding van practüsohe kennis bevordert en daarom zullen wij ook geen vreemde of kunsttermen gebruiken zonder ze zooveel mogelijk te verklaren. Op die wijze hopen wij er toe bij te dragen, om niet alleen wat oud en beproefd is, maar ook de nieuwere bcscliou- wing van maatschappelijke vraagstukken in ruimer kring bekend te maken en te doen waardeeren. De melkboer Y. te Gouda, die gisteravond met een hondenkar door do stad reed, schopte zijn hond zoodanig, toen het dier een verkeerden draai nam, dat het na eenigo oogenblikken dood neerviel. De po litie maakte proces-verbaal op tegen den melkboer. („Tel.") Toen in het voorjaar de hout zagerij en schaveiij „De Tijdgeest" van de firma Van Wessem en Co. te Zaandam af brandden, besloten de firmanten deze niet te herbouwen. Thans echter is de firma Van Wessem op haar besluit teruggekomen en zal de stoomzagerij en schaverij herbouwd worden. Toen de ambtenaren van het bijkantoor der posterijen in de Van-der- Helststraat te Amsterdam gisterochtend op het bureau kwamen, bespeurden zij alras, dat gedurende den nacht ongonoode gasten er een bezoek hadden gebracht. Van de brandkast was de geheele achter kant weggenomen. De dieven hebben zich blijkbaar tot het kantoor toegang verschaft door openslui ting van de voordeur en rijn waarschijnlijk in him werk gestoord. Althans een tweetal rijwielen van ambtenaren van dit kantoer werden achter de buitendeur gevonden, waar zij blijkbaar gereed gezet waren om mee te nemen. Een dezer rijwielen, een nieuwe fiets, bad een bekleed zadel. Ver moedelijk uit vrees er door verraden te wor den, hadden de dieven dit overdek er af genomen en in het kantoor neergeworpen. Bij het forceeren der brandkast hebben de dieven zich waarschijnlijk van een fiets lantaarn bediend, althans men vond wel af gebrande lucifers, doch geen kaarsvet. Dit het bovengedeelte ~.n <Ie brandkast en üit een lessenaar was eenig wisselgeld, bij elkaar ruim 17 gulden, gestolen. Het bene dengedeelte der brandkast hebben de in brekers niet kunnen bereiken. Ze zouden er ook nog eenig wisselgeld gevonden hebben. De postzegel voorraad werd uit de brand kast gehaald en op een tafel neergelegd. Blijkbaar rijn c'e bezoekers bang geweest zich te verraden door dezen voorraad mee te nemen. De besteller van litt kantoor vond 's mor gens om zeven uren de buitendeur open staan hij waarschuwde de politie. Eenige jaren geleden werd in hetzelfde kantoor, met meer „succes" ingebroken. Naar aanleiding daarvan is toen besloten wat rioh aan belangrijke geldswaarden on de bijkantoren bevond, des avonds naar het hoofdkantoor over te brengen. Een inbraak in een bijkantoor is dus van dievenstand- punt vrijwel een monnikenwerk. De diefstal te Vlaardingen Uit Vlaardingen schrijft men aan de „Schied. Cfc." o.m. De diefstal heeft onder zeer eigenaardige omstandigheden plaats gehad. Immers moesten er drie sloten, die van de kluisdeur, de brandkast en loket, waarin de effectentrommel was geplaatst, geopend worden, alvorens de dief deze wegnemen kon. Deze sloten moeten geopend zijn met sleutels, want nergens is eenig teeken, hoe gering ook, dat maar aanleiding kan ge ven tot het vermoeden, dat met eenig ge weld zou rijn gehandeld; niet de minste be schadiging zelfs. Bovendien vernemen wij, dat voor den dief, die de trommel wist te bereiken, in geld voor f 1500 voor het grijpen stond toch is dat ongemoeid gelaten. Ten slotte kunnen we nog mededeelen, dat mevrouw Kikkert verzekerd was tegen inbraak. Haar het „Utr. Dbl." mededeelt, zijn de heer Kikkert met den commissaris van po litie uit Vlaardingen, de heer Heuff, gis teren te Utrecht geweest; zij vertoefden ge- ruimen tijd op het hoofdbureau van politie. De quaestie is, dat men aldaar zoekt naar een spoor van den dader. De politie in Den Haag was er achter gekomen, dat bij een hotelhouder in de Residtentie kennisge vingen van aangetcekende stukken kwamen voor zekeren J. Bik, dio in dat logement verblijf hield, welke aangeteekende stukken effecten inbieJden van den diefstal afkom stig. De hotelhouder kwam als gemachtigde van Bik de stukken halen, maAr de postad ministratie, intijds gewaarschuwd, wcigor- de de stukken af te geven anders dan aart den geadresseerde zelf. Met die boodschap ging de hotelhouder heen, maar Bik zelf kwam de stukken niet meer halen on ver dween ook sedert uit het. logement, waarin hij niet meer werd teruggezien. De hotel houder wist, dat Bik Utrecht als zijn eigen lijke woonplaats beschouwde, althans te oor- deelen naar 's mans mededeelingen. Hij gaf daarvan kennis aan de politie en zoo kwa men de heeren Kikkert en Heuff te Utrecht, om de hulp der Utreehtsclie politie in te roepen. De hotelhouder kon van Bik een vrij volledig signalement geven, aan de hand waarvan de recherche alle hotels en logementen aldaar afliep, evenwel zonder resultaat. Ook werden bij alle effectenhan delaren lijsten bezorgd met de nummers der gestolen effecten. Men vermoedt dat de bewuste persoon zich Bik noemt, maar in waarheid een an deren naam draagt. Inmiddels wordt er natuurlijk scherp toegezien, of dc gesigna leerde zich ook te Utrecht ophoudt. Nader wordt gemeld dat van den diefstal te Vlaardingen thans te Amsterdam in het geheel voor een bedrag van f 80,000 aan ef fecten is in beslag genomen en naar Vlaar dingen opgezonden. Te Vlaardingen is Vrijdag- morgen het uitgaande s.s. „Gelderland" tijdens dikken mist, door het uitwijken voor den binnenkomenden losser „Engeli- na," op het havenhoofd geTóopen, waar door dit laatste zwaar beschadigd werd De „Gelderland" is doorgegaan naar zee Behalve de bekende Engel- sohe Zuïdpool-reiziger, kapitein Scott, com mandant Peary en do Fransche geleerde Charcot zal ook een Argentijnse! 3 expeditie trachten de Zuidpool te bereiken, zoodat het een ware wedstrijd belooft te worden. Als Peary zich niet door receptiën m Ame rika laat ophouden en zijn schip „Roose velt" tegen een nieuwe reis door het ijs be stand is, schijnt hij d© besto kans te heb ben, maar hij moet dan met Januari op het ijs kunnen zijn. Van alle kanten stroomt geld toe voor de expeditie van Scott, waar van de kosten op f 50,000 worden geraamd. Lucifers met twee koppen. De „Voss. Ztg." verneemt, dat sedert de invoering in Duitscbland van de belasting op lucifers niet minder dan 21 verzoeken ontvangen zijn bij 't Duitsche „Patentambt'' om inschrijving in het handelsregister on der klasse 78a„ voor het in den handel bren gen van lucifers met twee koppen. In heb register van 1 .t Patentambt worden alle aanvragen geboekt, hoewel slechts do eer ste aanvrager aanspraak kan maken op de bescherming der wet. Maar ook degene, die dit denkbeeld het ee-ret heeft opgevat en aangemeld, zal van zijn „uitvinding" niet veel pleizier hebben. Want de fiscus heeft thans medegedeeld, dat het voornemen be staat lucifers met twee koppen, zoo rij in den handel worden gebracht, ook dubbel tc belasten 1 Volgengde laatst©boriohtea over de tijgerin van Marseille was het dier eindelijk uit zijn lijden verlost. Het leger van jagers-politic-agenton was vervangen door één man, dierentemmer van beroep. Dio is, gewapend met 'n revolver, de groote pier opgegaan waar de tijgerin rich verscholen hield tusschen do steenbrokken. Uit een holte, waarin ze weggekropen zat, is re ver jaagd niet rookende voorwerpen. De dieren- temmer schoot zijn heele lading achtereen af toen de tijgerin zich vertoonde. De scho ten troffen wel, maar do tijgerin wist naar een ander diep gat te ontkomen. Mannen van de menagerie waartoe de tijgerin be hoort, waren bezig, de opening van dit gat te vergrooten om den dierentemmer gele genheid te geven, de tijgerin in haar hol te treffen. Tusschen de rotsblokken van de pier hoeft men gistermorgen haar lijk gevonden. De dierentemmer Henriksen blijkt het dier Woensdagmiddag doodelijk getroffen te hebben. De tijgerin is afkomstig van Sumatra, waar co met heb net govangen is. Zo is drie jaar oud. Onlangs is zo voor 3000 franken door een menagerie aangekocht Harrimans nalateng o h q p, Men weet nog niet precies, hoeveel de Ame- rikaansche spoorwegkoning Harriman hoeft nagelatenen de schattingen loopen ontzag lijk uiteen. De laagste schatting stelt het vermogen van den gestorven spoorwegko ning op 50 millioen dollars; do hoogste op 125,000,000 ddll. Mevr. Harriman erft alles. Niet ver van Oalontta isorop den Oost-Bengaalsohen spoorweg een bom naar een trein geworpen. Ze trof den post wagen, waarin een groote hoeveelheid geld voor een bank werd verzonden,' anderhalf millioen roepijen. De wagen werd cwaar be schadigd, maar de trein ontspoorde niet en er werd ook niemand getroffen. D© staking in Zweden. Te Stockholm is een sociaal-dcmocatisch jour nalist, dio tijdens de algomcene staking in een openbare redevoering het personeel van de staatsspoorwegen staatsambtena ren tot medestaken had aangespoord, tot twee maanden tuchthuisstraf veroordeeld. Zoowel do Zweedsohe Pntroonsvereeni- ging als de Landsorganisatie der arbeiders heeft het bemiddelingsvoorstel van de re- gee-ïtmg aanvaard. Men verwachtte te -Stockholm, dat de uitgesloten arbeiders de zer dagen weer aan het werk gelaten zou den word'en. Do afspraak was, dat het go- durende do onderhandelingen tusschen de partijen vrede zou zijn. Maurice Desohamps, de 'ran- scho korporaal, die beschuldigd wordt een mitrailleuse van het 103de regiment te heb ben gestolen, heeft aan zijn vader een brief doen toekomen, waarin hij ten sterkste ont kent zich aan dien diefstal te hebben schul dig gemaakt., waaruit dus tevens blijkt, dat zijn beminde ook niet zijn medeplichtige is geweest. Toen hij het lC-do regiment had verlaten heeft hij rich niet naar Parijs begeven on evenmin naar Straatsburg, zooals de bladen hebben medegedeeld, maar naar Toul, waar hij. naar hij beweert, door verschillende per sonen is gezien. Eerst daarna is hij naar Straatsburg vertrokken om arbeid te zoe ken, maar wijl hem dit niet gelukte on hij bevreesd was door de Duitsche autoriteiten als deserteur gevangengenomen te worden, is hij naar de ongenoemd© plaats gegaan, waar hij zich thans bevindt en waar hij ar beid heeft gevonden Ik ben, zoo eindigt hij, gedeserteerd, maar zoo de oorlog mocht word'en ver klaard, zal ik ten spoedigste de plaats we der innemen, die ik heb verlaten en zal ik' met mijn bloed de fout weder goedmaken* dia ik hob begaan.. Gemeenteraad Tan Sassenüeim. Alle leden waren aanwezig. Nadat de Voorzitter de vergadering had geopend, stelde hij voor, met het oog op den tijd, maar geen notulen te lezen, hetgeen werd goedgevonden. Hierna ging de Raad over in geheime zit ting, ten einde te oonfereeren met de heo- len Visser en Smit, over een eventueel aan te leggen drinkwaterleiding. Bij herope ning der openbare ritting kwamen wij van de xaak-waterleiding alleen te weten, dat do begrooting ir*t 5 gulden moet worden verhoogd voor schrijfloon voor het klaar maken van enkele stukken betreffende de waterleiding. Hierna bracht de heer Marbus tor sprake de verlichting aan Klinkenberg. Zooals men zioh zal herinneren, gob our b dit door de bewoners zelf, terwijl hun 6 gulden per sei zoen wordt vergoi»cL Do man, die er zich mee belastte, is evenwel vertrokken. Voor gesteld werd nu, door den gemeente-veld wachter te laten vragen, of een der andoro bewoners het op zich wil nemen op derelfdo voorwaarden Klinkenberg van licht te voor zien, hetgeen werd goedgevonden. Hierna werd de gemeonte-veldwaohter binnengeroepen en gefelioiteerd met zijn be haald politie-diptoma, waarna de vergade ring word gesloten. HAZERJ5WOUDE. Gisteren heeft de heer H. S. Bouma, theol. oand. te Middel burg en beroepon predikant bij de Gerof. Gemeente alhier, peremptoir examen oigo- legd voor de classis Leiden en ia daarna toegelaten tot de bediening des Woords on der Sacramenten. De heer Bouma hoopt 10 October a.a., des avonds te zes uren, zijn Intreerede te houden, na des voormiddags bevestigd te rijn door zijn vader, ds. L. Bouma, van Middelburg De heer A. Maaskant is herbenoemd lot voorzitter der zangvereeniging ,,Oon- cordia". Aannemers van do vorgrooting en her bouwing der Chr. school aan den Rijndijk! rijn de heeren Ph. Qualm, von Koudekerk, en Jao. de Kort, van den Rijndijk, voor heb timmerwerk en J. Hoersman, van Koude kerk, voor het metselwerk. Het gezamenlijk werk kost f 3576.15. Een ongeluk wordt vaak spoedig ge volgd door een ander; althans toen ons de mare bereikte van een volgeladen groon- tenwagen, die te Laag-Boskoop met hond en al te water ging, voor den eigenaar, onzo dorpsgenoot C. v. S., er bij kon zijn, deeldö men ons tevens mede, dat het zoontje van J. de H. met zijn been tusschen de spakon van een meelwagen had gezeten on daaruit door vier personen met krachtsinspanning verwijderd was. De groentenhandelaar kwam or, behou dens het verlies van rijn groenten en een koperen vijfons-gewicht, goed af; maar het kind is cr slechter aan toe on moest mot rijn gekneusd been onder behandeling van deu geneesheer wordeu gesteld. OUDEWETERING. In do opgave van dé namen der meisjes, die een prijs kregen voor de mooiste lampion was een fout ge slopen. Niet Lina Kroon, maar Truitje Go* zijn verwierf den eersten prijs. Gistermorgen werd oen schip, bevaren door P. Möllers, dat gesleept werd door een Lastdrager der firma Bus, aangevaren door een stoomboot der firma Carsjena, die, van de richting Amsterdam komende, juist do Wetering wilde indraaien. De Lastdrager had wel de noodige seinen gegeven, doch de sohipper scheen dat versruimd te hebben.. Het schip beliep aanmerkelijke schade en de sohipper een nat pak. Om een uur of vier gistermiddag viel een dochtertje van don heer Cozijn te wa ter. Spoedig was het kind een eind van don kant en hoewel er spoedig veel menschen kwamen toeloopen, zou het kind verdronken zijn, indien niet de heer J. Bergman tc wa ter ware gesprongen en do kleine met ge vaar voor eigen leven had gered. „Hotel, mijnheer". A ja t" Warburton sprong uit het rijtuig, Eochfc in zijn zak en haalde een banknoot van vijf dollars te voorschijn, welke hij den koetsier gaf. Hij bedacht niet, dat deze banknoot zijn eenig Amerikaansch geld was. Bij wachtte ook niet, totdat hiij daarvan te -ugkreeg; in dit stadium vanverbijste ring was de heer Robert zeer zorgeloos met zijn geld. En de man met den ouden cylin der wachtte natuurlijk niet, of zijn passa gier zich mogelijk ook vergist had, maar draafde vergenoegd weg. Warburton trad snel de reusaohtige vesti bule binnen en begaf zich naar het loket. Hij overhandigde den boekhouder het regu van zijn bagage en deelde hem mede, dat die nog dien avond om acht uren op zijn kaoier moest zijn, anders zou hij uit het humeur wezen. Nu was het halfzes. De boekhouder keek zijn lijsten door. Warbur ton, Robert Warburton? Dien naam kende hij niet en over zijn gelaat verbreidde zich «en waas van ijskouden hoogmoed. „Zeer goed, mijnheer. Wenscht u een kamer met een badkabinet?" „Natuurlijk." Weer keek Warburton op zijn horloge. ,,De prijs..." „De drommel hale den prijs 1 Ik wil een kamer met een badkabinet: Heeft u dat?" Dit werd met veel ongeduld en met een hoogmoed gezegd, welke dien van den boek houder verre overtrof. In een genadigen glimlach smolt het ijzige waas weg. „Zeker een nieuwe million- nair uit Pittsburg", dacht de boekhouder. Hij draaide het boek om. „U heeft uw woonplaats niet ingesohre- ven, mijnheer 1" zeide hij. „Woonplaats 1" Ten hoogste verbaasd keek Warburton den boekhouder aan. Woonplaats? Lieve hemel, hij had er geen I Voor het eerst, sinds hij den dienst had verlaten, werd hij zich daarvan bewust en het deed hem pijn lijk aan. Hij nam de pen in de hand, wei felde een oogenblik en schreef toen haastig „Parijs". Parijs was even goed als iets an ders. Daarop haalde hij zijn met Engelsehe en Fransche banknoten goed gespekte por tefeuille voor den dag en werd ten tweeden male sprakeloos van verbazing, ja, het was een wonder, dat hij nog weer tot zichzel- ven kwam. Hij wist niet wat te beginnen: hij had geen woonplaats en ook geen Ame rikaansch geldl" „Goede Hemel, ik heb vergeten, op de boot te laten wisselen!" riep hij. „Dat is niets, mijnheer", zeide de boek houder nederbuigend. „Onze eigen Bank zal morgen vroeg het geld voor u wisselen." „Maar ik bezit geen penning Ameri kaansch geld". „Hoeveel heeft u vanavond noodig?" „Niet meer dan vijftig". De boekhouder nam een strook papier, schreef daarop iets en gaf dat aan Warbur ton. „Teeken u, als 't- u blieft, hier", zeide hij. op een leege plaats wijzend. En dadelijk daarop, nadat zijn buiten landse!) geld in een brandkast was gedepo neerd, stak Warburton de quitantie daar van op en vijf knetterende Amerikaansehe banknoten. In deze moderne hotels ont breekt toch niets, hoogstens wellicht een eigen kerk. Onze jonge man stak een sigaar aan en verliet het hotel. Het was vroeg donker geworden en het regende hard. Zoo ver het oog reikte, glinsterde en blonk het asphalt- plave36el in den weerschijn van duizend lichten. Woonplaats I Mocht hij morgen zijn geld verliezen, de bron van zijn klein inkomen, dan had hij niet eens een dak boven zijn hoofd. Wel is waar zou hij on der zijn broeders dak steeds welkom zijn, maar dat was toch geen eigen dak. Woon plaats 1 Hij had er werkelijk geendat was een treurig feit, hetwelk tot dusver nog niet tot hem was doorgedrongen, vanwege twee saffierblauwe oogen. Wat voor den drommel, moest hij begin nen, nu hij niet meer op reis was en zijn tijd ook niet meer aan oom Sam toebe hoorde? Tot dusver had hij zich altijd kun nen bezighouden en de gedachte aan een werkeloos leven was hem uiterst onaange naam, want in de eerste plaats was hij een man van de daad. Mogelijk, dat zijn broe der Jack hem een post als militair attaché in Frankrijk, België of Weenen zou kun nen bezorgen. Warburton sprak vrij vlooiend Fransch en met het Duitsch was hij ook goed op de hoogte. Men ziet dus, dat zain hoop niet geheel ongegrond was. Ach ja, het ouderlijk huis bestond niet :meer en zijn zuster woonde bij zijn ouderen broeder in; dus stond de verloren zoon ge heel alleen. „Maar in Washington hebben zij steeds een gemest kalf in voorraad", dacht hij en lachte daarbij. „Een soldaat blijft soldaat. Ik zal den overste wel moeten verzoeken, dat hij een goed woord voor mij bij den Pre sident doet. Ik moet do sporen weer aan gespen er blijft mij anders zeker niets over. Eigonlijk moe3t ik aan Nancy schrij ven, maar het is veel aardiger wanneer ik met de deur in huis val. God zegene baar en Jack en ook zijn vrouwtje! Sinds acht weken heb ik hun geen enkelen regel ge- schioven, maar over tien minuten zal dat alles weer zijn goedgemaakt. En wanneer ik geen dak boven mijn hoofd heb, dan kan ik er toch eiken dag een koopen." Dit alles bewijst, dat do heer Robert een elastischcn geest bezat en zich nooit langer dan een minuut liet ter neer drukken. Hij wierp zijn sigaar weg,, keerde naar het hotel terug en dwaalde in de talloozo gangen, totdat hij iemand vond, die hem den weg naar het friseersalon kon wijzen. Hij liot zich het haar knippen en den baard punten volgens de goede ouderwetsche Amerikaansehe mode. Want nu was hem ein delijk een plan ingevallen en wel geen slecht. Hij had namelijk besloten om halfnegen in „Holland House" te dineeren. Wellicht zou hij „haar" dan rien. Mijn grootste verlangen is, wanneer ik mij in een rok hul (volgens mijn meening het leolijkste en ongemakkelijkste kleeding- stuk, helwelk ooit is uitgevonden), dat ik er dan slechts half zoo mooi en elegant raag uitzien als de heer Robert er uitzag, toen hij om ftoht uren do trap aldaalde. Hij kon er niete aan doen, dat alle vrouwen naar hem keken, fluisterden en knikten. Gewoon lijk mei-kte hij zulke teekonen van vrouwe lijk welgevallen op, want in rijn aderen rolde warm bloed, en het is immers genoeg bekend, dat soldaten een gevoelig hart bevit ten. Maar dien avond had Diana met al haar witte jageressen hem kunnen ontmoe ten, zonder ook maar een zweem van be langstelling of verrassing op zijn gelaat te weeg te brengen. Voor hem bestond ei slechts één paar oogen, een enkel gezicht, en om dat te rien, zou hij gaarne, vermoeid van do reis als hij waö, tot aan het eind der wereld geloopen hebben. Warburton verliet het hotel, wenkte een droschke, reed langs de vijfde avenue en hield nu voor de vesting der „upper tens" stil. Van uit het rijtuig zag dio er schrik wekkend uit. Ofschoon een bereisd man,, was de heer Robert toch een weinig naïef. Hij wist niet, dat hotels te Nieuw-York slechts voor dengenc schrikwekkend zijn, dio slecht bij kas is. Het kostte hem niet weinig overwinning op zichzelven langs al deze bedienden met hun blanke knoopen to gaan alsof hij hier werkelijk iets had ver loren. Maar hij wist deze voorposten voorbij te sluipen zonder aangeroepen te worden en stapte moedig op het loket too. Een blik op dc lijst der gaaben overtuigde hem, dat „rij" en haar vader werkelijk hier waien afgestapt Hij kon niet juist zeggen, waar om deze ontdekking hem zoo gelukkig maak te, de oorzaak van menige blijdschap is niet to verklaren. Toen hij zich omkeerde, stond hij tegenover een heer, die bijna even elegant was gekleed als hij. „Neen u mij niet kwalijk 1" riep hij, op rijde tredend. „Wat? U, mijnheer Warburton-" Verbaasd en verlegen schudde dc heer Ro bert zijn reisgenoot van de boot de hand* (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1909 | | pagina 5