10.33 van den Koudenhorn te Haarlem
P. DU CR0IX, Apotheker,
Kunst, lotteren, enz.
Van 3L Juli tot ftiesSio September
vaart e'kea voormiddag
DE STOOMBOOT
f9
De tocht gaat over Spaarmdam, Noord-
zeekamaal, SCaaaal van Nauerna,
door de Zaanstreek, met een uur
oponthoud te Zaandam en Sangs de
HemBsrug naar ISaaHem terug.
Reizigers met Trein 9.38 uit Leëden
kunnen daar 5B33 terug zijn.
J E m E V E R en
BRANOEWIJN,
fO.72, iO.SO en fO.QO p. Liter.
CHAPCHAL FRÈRES
St.-Fetersbourg
Grande Fabrique de Cigarettes.
Hotel Plaats Koyaal, gggg™»-
Gedurende de maanden
JULI en AUGUSTUS
zullen onze Winkel en Maga
zijnen gesloten worden
's avonds te 9 uren, behalve
des Zaterdags te I0'|2 uur.
A. s. Maandag 5 Juli
begint de GROOTE
OPRUIMING. 7543 76
dr. Kuyper's verweer niet ontkend, maar
erkend de volgende feiten:
lo. In Januari 1902 is door of namens
R. J. Lehmann aanzoek gedaan om een
deooratie. Dit aanzoek is door den minis
ter niet hooghartig afgewezen of stilzwij
gend ter zij gelegd, maar aan de „aan-
zoekster" is opgemerkt dat geen enkele
titel aanwezig web. Welke vingerwijzing
voldoende bleek om al ra-s een titel" te
soheppen.
2o. Het aanzoek ter decoratie werd niet
gedaan door bemiddeling van een ambte
lijk orgaan of officieel persoon, maar door
een ietwat obscure juffrouw, die geenerlei
verantwoordelijkheid droeg of dragen kon,
tot den minister echter in zoo vertrouwe
lijke verhouding staande, dat deze haar
zelfs ging melden het adres, waar Z.Exc.
ging „uitrusten".
2o. Dat zeer korten tijd na bet vinden
van een „titel" en na de inwilliging van
het herhaald verzoek der „aanzoekster",
de heer Lehmann is aangevangen voor
aanzienlijke sommen donateur te worden
van do £L-r. partijkas (via dr. Kuyper). Het
donateursambt was wel kostbaar, doch trok
zoo vernemen we thans van dr. Kuyper
den heer Lehmann aan „als man van
Recihts". Welke politieke kleur in de naas
te omgeving van dew heer L. geheel onbe
kend waa en ook moeilijk bij den bekenden
^kunstbesohermer" van het Grand Theutre-
Van Lier kon worden verondersteld.
4o. De groote sommen, aangebracht door
de katholieke juffrouw Westmeyer, die
niet alleen „in echt Engelsehen stijl" voor
de a--r. partij werkte, maar ook fungeer
de als aanzoekster voor decoraties en dio
tegen de herstemming nog weer eens extra
werd aangespoord hadden de bestem
ming om door den minister te worden afge
dragen aan het verkiezingsfonds der partij,
iwelke vóór alles strijd voerde ten behoeve
van het behoud en van de versterking der
politieke positie van dienzelfden minister.
5o. Indien ten tijde van het ministerie-
Kuyper bij aanvragen om decoratie geen
„titel" aanwezig bleek te zijn, werd de
Minister van Binnenlandsche Zaken bereid
gevonden den ietwat kostbaren weg tot het
vinden van zulk een titel te wijzen.
We herhalen zoo schrijft het „Utr.
D b J."Dit alles berust niet op de aan
klacht alleen, maar vindt erkenning in het
verweerschrift van den oud-minister.
Is het nog noodig uitdrukkelijk gevolg
trekkingen te gaan maken? Voorzeker niet.
De erkende feiten spreken. En die spreken
duidelijker dan aan den oud-minister lief
kan zijn:
De „H aagscho Ooura nt" (1.) is
eveneens door de verklaring van dr. Kuyper
zeer teleurgesteld. Het blad had gehoopt,
te vernemen dat dr. Kuyper beslist ont-
i kende, als minister ooit eenige som voor
verkiezingsdoeleinden te hebben ont
vangen van den man, die door zijn Minis-
•teric voor de „koninklijke onderscheiding"
werd voorgedragen.
In plaats daarvan zien wij het feit er
kend.
Dat de heer R. Lehmann, consul-gcne-
raaJ van een vreemde Mogendheid Grie
kenland is en dat hij, al ware het uit
pure belangstelling en zonder aan een
ridderkruis te denken, sommen beschik
baar stelde voor nationale doeleinden,
mooht in andere omstandigheden reden
zijn om hem daarvoor met een kruis to be-
loonen, de zaak waar het op aankomt
is deze, dat dr. Kuyper. minister zijnde,
van den man, die aan hem dat kruis te
'danken Had, bijdragen bleef aannemen
voor zijn partijkas.
Dat die bijdragen niet vooraf werden
geconditionneerd, bedongen of beloofd,
spreekt van zelf. Maar zij zijn gegeven;
idoor iemand die (blijkens de brieven) uit
IJdelheid moeite deed om de eer der ko
ninklijke onderscheiding te erlangtenen
aanvaard van iemand, die wegens zijn go-
loof noch tot de antixevolutionnaire, noch
tot de christelijke ooalitio-genooten des
ministers was te rekenen. En uit de ont
hullingen van mr. Tideman volgt., dat de
ijverige propagandiste voor dat dool bij
den heer Lehmann kon aankloppen we
gens zijn erkentelijkheid voor de „konink
lijke onderscheiding.
Dr. Kuyper was dat verband onbekend.
Het zij zoo. Hij drokg den consul-generaal
eener vreemde Mogendheid niet dóarom
aan H. M. voor de onderscheiding voor.
Wij nemen 't aan.
Maar ook dan is als een zeer beden
kelijk geval, zeer betrouTen: dat de
minister, van de bemiddelaarster wetende,
dab de ijdele man heelwat voor het ridder
kruis over had, van die wetenschap en
van haar aanbod geen gebruik maakte om
het verleenon van de orde tegen te gaan,
integendeel daartoe toch medewerkte, en
daarna in plaats van zich nu bijzonder
daarvan te onthouden van den man
toch geld bleef aannemen voor partij-
doeleinden.
Dat dit aldus is geschied, is, in het ver
band der erkende feiten, ook o.i. een zaak
van hoogst bedenkelijken aard.
Het „N i e u w s b 1. v. Nederland"
schrijft o. a. het volgende:
Als werkelijk blijken mocht, dat een groot
en machtig persoon zioh schuldig heeft ge
maakt aan handelingen, die slechts verach
ting verdienen, dan zal dit een gevoelige
en zeer pijnlijke knak zijn voor ons geloof
in den mensch en wij zullen dit ondervin
den als een persoonlijk leed. Maar zoolang
dit niet voldongen is bewezen, blijven wij
de hoop koesteren, dat slechts een kunstig
saamgeweven schijn een o ogenblik heeft
kunn doen twijfelen aan de persoonlijke
eerbaarheid van een man als dr. Kuiyper.
De geschiedenis kent tal van voorbeelden
van verpletterende schuldbewijzen, die ten
slotte niet anders waren dan listig voor en
door elkaar geschoven handelingen, elk
voor zich volkomen onschuldig. De mogelijk
heïd, dat wij hier met een dergelijk geval
te doen hebben, schijnt ons niet uitgesloten,
reeds daarom niet, omdat, als werkelijk de
zaken zich hebben toegedragen zoo als de
vijanden van dr. Kuyper thans gaarne ge-
looven, dr. Kuyper wel de grootste domkop
zou moeten wezen, die ooit op den voor
grond getreden is. En voor dom hebben
zelfs de ergste vijanden van dr. Kuyper'
hem nog niet durven uitmaken.
„De Maasbode" (r-k) schrijft het
volgende: Wij kunnen ons niet geheel met
onzen Amsterdameehen oollega aocoord ver
klaren.
Een der belangrijkste punten, die „D e
T ij d" in overeenstemming met de „N.
R. CL" niet opgehelderd acht is de ge
schiedenis met de decoratie voor den heer
E. A. Lehmann.
Over deze historie bestaat eigenlijk slechts
een document, een briefje van den heer E.
A. Lehmann aan mej. W., gedateerd van
30 Maart 1904 en waarvan de aanhef als
volgt luidt
„In de hoop u met uw enveloppe goed
thais gekomen bent, wil ik u even mede-
deelen, dat ik van den heer K. reeds ant
woord kreeg (paff over het prompte),
m&ar zonder nadere mededeeling
over dag en uur van zijn bezoek ten mijnent
wat hij mij in zijn schrijven adviseerde."
Dit briefje zegt o. i. geheel niets, zooals
ook reeds de „Ned." opmerkte, zelfs blijkt
volstrekt niet of in dit briefje dr. Kuyper
bedoeld is. „De heer K." is hiervoor geen
bewijs. Dan wordt er in gesproken over een
bezoek van „den heer K." aan den schrij
ver van het briefje. Zou hiermede -werke
lijk bedoeld zijn eon bezoek van den minis
ter-president dr. Kuyper aan den heer L?
Wij golooven, dat de decoratie E. A.
Lehmann veilig uit het debat kan worden
verwijderd. De beschuldiging in deze is te
nietszeggend.
Waar nog bijkomt, dat de ,,N. R. 0 r t."
door „D o T ij d" geciteerd het brief
je blijkbaar slordig gelezen heeft. Zoo
spreekt zij van de „paff'heid van dr. Kuy
per over het „prompte" zonder meer
aannemende dat met „de heer K." dr.
Kuyper bedoeld is. In het briefje staat
echter „dat ik van den heer K. reeds ant-
wicrd kreeg (paff over het prompte) enz
Wij lezen hieruit dat do schrijver paff
st*md ever het prompte antwoord van den
heer K. Dit volgt ook o.i. uit de mededee
ling dat de schrijver reeds antwoord
kreeg.
Dit diene als een staaltje van de o. i.
onvoorzichtige wijze, waarop op het stra
mien der documenten verder wordt gebor
duurd.
Maar dit is bijzaak.
Volkomen rijn wij het met „D e T ij d"
eens, dat het verband tusschen de begeerde
deooratie van den heer L en de geldelijke
bijdragen van denzelfden heer voor verkie-
ïingsdoeleinden, niet is bewezen.
Maar de bewijslast drukt o.i. hierin niet
op dr. Kuyper, maar op mr. P Tideman'.
M. a, w. de heer mr. Tideman (als be
schuldiger) heeft In de eerste plaats
te bewijzen, dat dit verband bestaat en
niet heeft dr. Kuyper inde eerste
plaats het bewijs te leveren, dat dit
verband niet bestaat.
Wanneer zeker persoon een ander zou be
schuldigen van een ernstig misdrijf b.v.
van diefstal, dan is die persoon verplicht
van rijn beschuldiging het bewijs te leve
ren en gaat het niet aan, den ander te
somrneeren te bewijzen dat hij zich niet
aan diefstal heeft schuldig gemaakt.
Dit lijkt ons de rollen omkecren.
Zoolang mr. P. Tideman niet in staat is,
bedoeld verband te h'e w).Ue n, blijven
wij tegenover zijn „onthullingen" 'de o. i.
zóór noodige reserve in acht nemen.
Juister lijkt ons daarom het oorUeel van
„H etHuisgezi n."
„Het Bataksoh Instituut."
Eenigszins geheim zinnig Hebben deze woor
den menig Leddenaar wellicht aangekeken,
als hij door de Breestraat gaand, zo daar
las, in het raam van een huis, waar het
Instituut is gevestigd.
Veel reclame werd er niet gemaakt voor
deze nieuwe Vereeniging; eon kort kran
tenbericht gaf haar geboorte aan; een ander
vertelde zeer beknopt van haar doel.
Nn komt daar het Jimi-nuramer van „Neer-
landia", met een gansohon inhoud gewijd aan
deze jn Leiden gevestigde nieuwe vereoni-
ging. Een sympathie-bewijs van belang voor
een jonge vereeniging, welke haar streven
graag in ruimer kring bekendheid wenschtl
Aan de hand van „Necrlandia", het
orgaan, dat steeds blijk geeft door dit
nummer nu a lweer, een ruim begrip
to hebben van de taak welke zij voor
zich ziet, kunnen wij n van het Bataksch
Instituut wat meer vertollen.
Een voorwoord deelt mede hoe het ont
staan van dit Instituut isuiting van mede-
doogen tegenover het volk der Bataks, ter
wijl een aanhaling van Thorbecke als motto
van dit Batak-nummer: „Wederkeerigheid
van belang moet de grondslag en de ziel
onzer gemeenschap met de onderworpene vol
keren worden", ook onwillekeurig en in den
gunstigsten zin in verband is te brengen
met dit loutere gevoelsbegrip. Na do korte
inleiding 'over het ontstaan van het Insti
tuut, volgt van de hand van den hoog
leeraar dr. A. W. Nieuwenhuis een artikel
over het gebied der werkzaamheid van het
Bataksch Instituut. Van het land en den
bewoner krijgen we allereerst een indruk
van d cn twisterigen aard der Batakstammen,
die allen staatkundigen band ontberen, van
hun onderlinge oneenigheid, die zich in vdo
streken in eindeloozo veeten en oorlogen uitte,
en die een ramp waren voor do welvaart
der bevolking en haar tegenover elke vreemde
macht vrijwel machteloos maakten.
„Bij het beoordoolen. van den beschavings
toestand dezer Bataks mag men zich evenwel
niet te zeer laten leiden, door de overwe
ging, dat zij nog zoo kent geleden de ergste
kannibalen in onze Oost waren. Reeds het
bezit van een schrijftaal en literatuur, hun
rijstbouw op sawahs en dergelijke meer be
wijzen, dat zij desondanks onder de hooger
ontwikkelde 6tammen van Indiö gerangschikt
moeten worden."
Van den geleerden Borneo-redziger lezen
wij verder dit oordeel van eigen aanschou
wing, dat, ook voor de Bataks, de ken
schetsende eigenschap der natuurvolken
geldt: hun in onze oogen bijna ongelooflijke
onwetendheid ten opzichte van de natuur en
de daar heerschende krachten, waardoor zij in
hun bestaan in hooge mate geschaad worden.
Door hun gebrek aan inzicht in het wezen van
ziekten en in 'n verstandige geneeswijze lijden
zij door ziekte zoo sterk, dat iemand uit
een hoogbeschaafde ipaats chap pij zich daar
moeilijk een denkbeeld van vormen kandaar
zij niet bekend zijn met de levensvoorwaar
den van planten en dieren, worden hun voor
naamste middelen vah Kesfoan, dé landbouw
en dé veeteelt, allerminst op verstandige
wijze uitgeoefend en hetzelfde zien wij bij
hun huizenbouw, voorziening in kleeding,
nijverheid enz. Bjj al deze wordt Hun W
trekkelijk geringe werkkracht onder bijzon-,
dere ongunstige omstandigheden verbruikt
on doet heft ontbreken van verdeeling van ar
beid en van goede werktuigen zich sterk
gelden."
„Uit het bovenstaande blijkt, dat de on
gunstige elementen in het bestaan der Ba
takstammen vooral gevormd worden door die
oorzaken, welke in hooger ontwikkelde sa
menlevingen in hunnen invloed op het men-
scheljjk bestaan sterk afgenomen zijn. "Wil
len en kunnen de Bataks gebruik maken van
deze niet te overschatten zegeningen onzer
beschaving, dan zijn wij als hoogontwikkelde
volken in staat, om op de gunstigste wijze het
bestaan, dezer minder bedeelde tropen bewo
ners te verbetexen. Zoo staan wij Neder
landers tegenover de meeste volken van In-
dië.
Reeds het invoeren van een bestuur, meer
of minder op Europeeschen voet geschoeid,
is daarom een ware zegen voor de bewo
ners van onzen Archipel, omdat er de tot
dusver ontbrekende staatkundige band door
wordt gelegd, die do voortdurende onlusten
doet verdwijnen cm aan het menschen o&
feren, menschon eten, koppen snellen enz.
een einde maakt; ook het tegengaan, van de
verdrukking der binnenlandscho stammen
door de Maleósche naburen is voor de xand-
stammen van veel gewicht.
Op oeconomisch gebied kan er, werkende
met oordeel dos onderscheids ten opzichte
van do persoonlijkheid van den inlander en
van de nu eenmaal voor hem aanwezige
natuurlijke levensvoorwaarden, veel in hun
voordeel gedaan worden. De onverbiddelijke
eisch echter, om dit te doen steunende mp
een diepgaande kennis van het betrokken
land en volk en op poene van mislukking der
best bedoelde pogingen, maakt een dergelijk
ingrijpen in do inlandsche maatschappij moei
lijk en een degelijke voorbereiding noodza
kelijk. He t oprichten van het Ba
taksch Instituut, dat daarmede
meer rekenin g wil honden dan tot
dusver dikwijls geschiedde, iö
derhalve een mijlpaal in de ont
wikkeling der Nederlandsohe op
vattingen omtrent koloniale po
litie k." (spat. van ons.)
Het Batak-nummer van „Neerlamdia" is
verder gewijd aan allerlei wetens waardigs
van land en volk. Over Bestuur en Rechts,
spraak vinden we een (ongetaekend) ar-:
tikeltje.
Van den heer W. R. H. Ypes, controleur
B. B., een korte causerie: „Iets over het
Tobamoer," waarin ook weer melding wordt
gemaakt van de hopeloos primitieve begrip
pen omtrent de natuurkrachten
Do heer H. W. Fischer bespreekt een Ba
taksch en „Bijbel". Zoo althans wordt een
geschrift voornamelijk handelend over oor
logvoeren in een Maleisch handschrift, dat
als een vertaling moet gelden van een op
boombast geschreven Bataksch boekwerk, ge
noemd.
De heer Fischer zegt dan ook:
„Als heilige booken zijn ze geenszins te
beschouwen en voor zoover men den moed
heeft gehad don uiterst taaien inhoud te
doorworstelen bleken zo ook al heel weinig
bü te dragen tot de kennis van fabelen en
volksverhalen. Ih één opzicht zijn dia boo
ken evenwel merkwaardig, nl. door het ge
bruik van een eigenaardige taal, dikwijls Ivoor
oningewijden geheel onverstaanbaar en daar
door vaak alleen reeds in staat den onkun
dige ontzag in te boezemen."
Do illustraties, uit dezen „Bijbel" welke
de heer Fischer in zijn .artikeltje opnam',
zijn vermakelijk primitieve tookenproeven.
Een paar decgmannetjes, zou men zoo zeg
gen, "bezig met koppen-snellen!
Een aantal belangwekkende illustraties,
en kaart van het land envooral Ook eein imassa
wetenswaardigs, dat de heer M. Joustra,
oud-zendeling, meedeelt, voltooit dit mooie
,Ne erlandia' '-nummer.
Rem/brand t's Molen.
De „N. R. O." schrijft*
Het bericht van onzen correspondent te
Londen over het „Landschap met Molen"
van Rembrandt, dat Lord Lans-do vrae zou
hebben verkocht, wordt niet bevestigd.
Dr. Brediua heeft ons verklaard, een week
to Londen te hebben vertoefd, tegelijk meï
dz» Bode. De laatste repte daar van niet»
en, zou het mogelijk rijn, dat hij planned
tot aankoop voor Berlijn nog vóór rich
had gehouden, men weet, dat hij over.
hot gele-sohijven-gevaar van Amerika geens-
zins pleegt te zwijgen. Anderen heeft dr.
Brediua evenmin over den verkoop lioored
spreken.
Een besliste tegenspraak vinden wij he«
den in de „Westminster Gaz." Nadat de
„Daily Telegraph" van den verkoop had
gewaagd, is de „Westminster" op onder*
zoek uitgegaan en heeft vernomen, dat befl
gerucht „volstrekt ongegrond is."
Ook Duitsche bladen hebben het bericht;
rij ontkennen, dat Bode het landschap voor
Berlijn zou hebben gekocht. Wel moet hij
interessante aankoop en voor de musea te
Berlijn gedaan hebbcD. Ook FriedlSnder ii
te Ixrnden. De BeriijDsche collectaonneur,
die het mansportret uit de verzameling
Ashburton heeft gekocht, heeft 400,000 mark
betaald.
Gemeenteraad van Hillegom.
Voorzitter :burgemeeeter WentholL
Afwezig: de heer R. A. van der Schooh
Medegedeeld wordt: dat ontvangen is het
verslag der Comm. tot wering van Schools
verzuim; dat de Rijksbijdrage inzake hcrlia^
lingsonderwijs door den Min. v. BinncnL
Zaken i s bepaald op f 115.20; dat ingekomen,"
is het jaarverslag van de Ambachtsschool tej
Haarlemdat B. en Ws. den Raad fcanbicdei*
het verslag van d^n toestand der gemeente!
en dat de bijdrage dezer gemeente in )dkj
kosten der Gezondheidscommissie te Katwijk
begroot is óp f 224.17.
AI wolke stukken voor kennisgeving aan*
genomen worden.
Af- en overschrijvingen worden hierop
goedgekeurd tot een bedrag van f 411.
Besloten wordt het verslag der gemcentë
over 1908 met de rekening te laten circfE*
leeren.
Geheel conform het voorstel van R. et*
Ws. wordt vastgesteld de rooilijn van het
woonhuis van den heer J. de Donder
de Hoofdstraat.
De rooilijn voor de Oostzijde van Hoofde
straat en Leidschestraat wordt hierop be*
paald op 9.60 M. nit het hart Van den wegV
Deheeren F. Engel, J. J. A. Van der Starre}
en K. M. de Jong worden benoemd tot le*
den der Oommissie tot wering van School*
verzuim.
Aan de harmoniekapel „Hillegom" wordt
vergund voorloopig haar tent nog te moget|
laten op den Houttuin.
Tot afgevaardigden der gemeente bij d<|
behandeling van reclames hoofdei ij ken om*
slag voor Ged. Staten wordt benoemd dë|
oommissie voor do bezwaarschriften.
Uit de onvoorziene uitgaven zal f 348 bef*
taald worden als subsidie voor de Juliana}*
feesten.
Op verzoek van de heeren Richel wordt
de straat, gelegen op de voormalige plnatt
„Amerika", gedoopt als „Burgemeester
Wentholt-straat." In verband hiermede wow
den diverse nieuwe straten van namen voaxto
zien. De gas commissie stelt voor uitbreiding
der gasfabriek door bij te plaatsen een twee*
den exhauser, enz. De kosten zijn geraamdi
op f 9000. Na eenige discussie, waarbij bleek,-
dat de hoer Guldemond meende dat het eigen*
lijk geen uitbreiding betrof en hij in oveis
weging gaf voortaan de winst der fabriek
daarvoor te bewaren, werd conform het voorn
stel der commissie besloten, en tevens vooaj
het bedrag een voorloopige tijdelijke kasgeld*
loening aan te gaan.
Op voorstel van Ged. Staten wordt hc-t bo*
sluit, indertijd genomen omtrent eervol onto
slag a an gehuwde onderwijzeressen, op gronof
van strijdigheid mot de wet ingetrokken.
De heer Balvers meende, dat het besluip
hoewel naar den geest, niet naar de letteïj
der wet was.
De heer Guldemond bracht de HofstraaS
ter sprake. De wethouder Veldh'. van Zan*
ten zeide verbetering toe.
De heer Van Waveren drong aan op vew
betering van de bestrating. Do heer SlmÜ
meende, dat de aannemer der rioleeringsweW
ken tot verbetering verplicht was.
Getracht zal worden verbetering aan
brengen.
De Raad ging hierna in comité-gen er
ter behandeling van den Hoofd, omslag eïj
van aanvragen om afschrijving.
7657 60
B(j afhalen wordt ran WIJN 10% en van GEDIJ^TlIdLRRRD
76S8 16 5% korting gegeven.
KEUOEMDSTE MEKKEN:
Livadia wit 6 a 90 €ts.
Alexandre geel. 6 a 10
Peterliof geel8 h ÏO 9
Kremlin wit8 it 10
OVERAL!! BOVENAL 1!
"Wacht U voor namaak IEisch in het papier der Sigaretten als
watermerk den naamChapcknlFrèrcsin het Russisch en in hetFransch.
7693 80
Noordeinde 41. 3251 10 ïelef. 807.
Recepties, Diners, Soupers. Rn-ime Zaal met Piano gratis
hiervoor beschikbaar. Zaal voor Vergaderingen.
3365 10 Aanbevelend, L. F. LA11BEEK.
De Administratie van het „Leidsch
Dagblad" belast zich met het plaatsen
van Advettentiën in alle Bladen.