Fa. LENSUELT C°. H.H. Landbouwers. DE 6EDE E. H. GERRITSEN. 0e Laiiiüioiiffbank Heldere Wasch. Glimmend Fornuis Prachtige Meubelen. Voor de Maag GEBBs. GHBZ8TIAAN8E, BaarleDimerstraiit G. Electrische Koffiebranderij en Theehandel. Efo. 15139, LEZDSCH DAGBLAD, Donderdag- 1 JuU. - Tweede Blad. Anno 1909. PERSOVERZICHT. Vervolg Advertentiën. A. J. DEN HOLLANDER, van GUST. AIMARD. Botterdam, Alkemadeplein, Telefoon 2452. Dordt, Gravestraat 12c. H.H. Winkeliers kunnen inlichtingen en Monsters bekomen bij den Heer F. v. HENSBERQEH, Hoordwijk. Kaas- en Boierkleursel, Stremsei van bekende firma's, als: Hansen, Kerbert en Visser. Carbol, Carboiineum, Kooiteer, Bruine Teer, Leder- en Wagert smeer, OoSiiehgs- Patentas-Olie, Rijtuigolie, enz., enz. VERKRIJGBAAR BIJ Drogisten, Hoogewoerd 3. Telef. 899, DROGISTERIJ De Prijscourant is verschenen en wordt verzonden. DE GRACIEUSE, f l.37'/a per kwartaal. 'Bafcraffeade d» kweatie Tideman- S U 7 p e r, uegt „H e t V o l k," (s.-<D. dat fcsen niet moet me enen, dat dr. Kuyper geen Isidore „Baken" met mcj. Westmeyer deed «1aj> die mi bekend geworden zijn. Dat Wijkt wel uit bet volgende briefje, aan baar gericht, geschreven op officieel papier Departement van Binnenlandeohe Zaken. 's-Gravenhage. 0-7-1905. Mejuffrouw. Alleen voor Utrecht zou aoodig zijn te,500 gld. Er kan alzoo geen sprake van yjc, eselfe voor één Univ. is die aorn veel te foog. Ik zal bij W.. dan wel (volgt een on- Besbaer woord). Hoogachtend, Uw. dw. dr. K. Mej. Weetmeyer moet zioh, volgons „Het ?folk," eens aldus tot een onbekend(ï) be- feouwbaar persoon hebben uitgelaten: „ik {Feed altijd zaken voor Kuyper." Na vermelding van liet antwoord van dr. ELuyper schrijft „De Tijd:" (r.-k.) „Het spijt ona to moeten verklaren, dat iWij «de gegeven ophelderingen niet voldoon- kunnen achten. Indien men aegt, dat het verband tus- 5ohen de toekenning van de bogeerde deco ratie aan den heer Lehmann en do uitbe- Ucdlhlg van verschillende geLdolijke bedtra- gan door denzelfden heer Lehmann, voor verkieringsdoeleinden aan dr. Kuyper en om niet vermelde redenen aan mejuffrouw iV7estmeyer, niet ie bewezen dan zegt men hetgeen op dit oogenblik de volkomen waarheid uitdrukt; mits daarbij' de volle badruk wordt gelegd op het woord b e- wezen. De door di. Kuyper erkende feiten gje- ven echter, in hun ouderlingen samenhang beschouwd, den onpartijdigen beoordeelaar zóóveel stof tot vragen en gissingen, dat oen nader onderzoek in deze, om verschil lende redenen, voor ona pijnlijke zaak niet mwg uitblijven. En dit te minder, wijl in de verstrekte lopheïderingen van dr. Kuyper ten minste 'op óón punt, zooads de „N. R o 11. Ot." terecht opmerkte, een klaarblijkelijke te genspraak voorkomt, terwijl zijn verkla ringen op een andier punt doen denken aan woordenspel. Na te hebben medegedeeld wat de „N. R. Cfc." daaromtrent gezegd heeft, gaat 5>D e T ij d" voort: Over die hier aangeduide punten en meer 'andere behoort noodzakelijk meer licht op »?o gaan. Niets zal ons natuurlijk liever zijn, dan Hat de tegen dr. Kuyper, het hoofd van het bevriende Reohtsohe Kabinet van 1901, in- gjabr&ohte beschuldiging1 volkomen worde Weerlegd. Maar daartoe is meer noordig, dan het door ..De Standaard" gepubli ceerde rIu'; Ook <.lau.i:n voorkomende verwijzing naar Engelsche ©n Amerikaansohe verkiezing3- practijken dunkt ons weinig geschikt, om de gemoederen gerust te stellen. Een van 8e zaken, waarop ons vaderland tot he iden mag groot gaan, is de ongereptheid onzer politieke zeden, in zóóverre omkoope rij van regeeringspersonen, lintjeshandel en onbehoorlijke bemoeiing van een zit- feingnemend Kabinet met politieke verkie zingen hier te lande tot de onbekende za- ksn behoorden; evenzóó het optreden van Zekere, elders voorkomende klasse van be- 'fealde personen, welke ten bate óf van de Regeering óf van partioulieren in da bin- nenHrvV^he politiek geheime diensten ver- Van het eene zoowel ale het andere ho pen wij voor altijd versohoond te blijven. Maar ook indien voor zóó iets geen vrees behoeft te bestaan, dan nog zou het kun non wezen, dat door grove onroorzichtig1- heid in den omgang met personen, welke een Minister van de Kroon, zoolang, hij zijn ambt bekleedt, op afstand behoort te houden, ernstige belangen waren geschaad. Het zij daarom herhaald, dat <xi. zoowel te wille van den ongerepten naam van Mi nister Kuyper, welke naam naar wij ho pen, ongedeerd uit het onderzoek aal te voorschijn komen, alsook ter wille van het algemeen belang, dringend nadere opbel deringen geëischt worden. „L a n d e n V o 1 k", (v.-d), dat gisteren zonder nadere gegevens mr. Tideman meer geblameerd achtte dan dr. Kuyper, wijzigt zijn oordeel heden en schrijft: „Wij achtten geenszins onmogelijk* dat dr. Kuyper, bij zijn bekend gemis aan men- schenkennis, van de verhouding tmsschen mejuffrouw Westmeyer en den heer Leh mann, zoowel als van de persoonlijke qua- liteiten en omstandigheden van deze dame te goeder trouw niet op de hoogte was. De eenvoudige, door een derde weergegeven beweringen dier dame waren ons niet vol doende om het tegendeel aan te nemen. Thans echter weten wij meer. Vooreerst is dx. Kuyper zelf mr. Tideman te hulp gekomen. Hij heeft aan een redac teur van ,,H etVaderland" verklaard, dat de heer Lehmann vóór deze historie hem niet bekend was. Dit maakt de zaak bedenkelijk. Wij wis ten, dat de heer Lehmann, van joodsche af komst, langen tijd geleden was gedoopt. Wij achtten derhalve aannemelijk, dat hij sedert een reeks van jaren de strijdkas der antirevolutionnaire partij met belangrijke bedragen steunde. Dit echter is blijkbaar niet het geval geweest. Dan zou stellig dr. Kuyper reeds vóór 1902 hebben geweten, wie de heer Lehmann wgs. De band der vriendschap tusschen den mi uister Kuyper en den heer Lehmann is der halve door middel van de bijdrage aan de antirevolutionnaire strijdkas gelegd. In de tweede plaats blijkt uit den brief van dr. Kuyper aan mejuffrouw Westmeyer, gisteren door „Het Vo 1 k" gepublioeerd, dat dr. Kuyper met de verhouding van den heer Lehmann tot mejuffrouw Westmeyer wól bekend was. Deze brief echter is van 2 Augustus 1906, dus geschreven een jaar nadat de geschiedenis was af geloop en, maar ook in 1909 werd nog geld van deze dame aanvaard. Uit het verband van een en ander is dui delijk, dat dr. Kuyper wist, èn ten aanzien van den heer Lehmann, ón ten aanzien van mejuffrouw Westmeyer, welk vleesch hij In de kuip had. Er zal neg wel meer loskomen. Mr. Tide man, eenmaal over don kop geloop en, moet ook over den staart. Het is ook zijn zaak, die op het spel staat. ,,D e Rotterdammer" (a.-r.) be spreekt niet de zaak zelve, maar schrijft: Wij willen wel zeggen, dat ook aan onze redactie geruchten over „onthullingen die Mr. Tideman zou kunnen doen", sinds twee Jaren waren ter oore gekomen, Mr. Tideman spreekt in zijn stuk dan ook zeer stellig n i e t de waarheid, wanneer hij verklaart: „ik heb over deze zaak het stil zwijgen bewaard." Dat toch is niet zoo, integendeel moet hij de aanlegger zijn gëweest van de ver schillende geruchten. Maar nu staat toch Iedereen voor deze vraag: Mr. Tideman geeft thans den in druk, dat hij zelf overtuigd is van onge oorloofde handelingen van dr. Kuyper, on geoorloofde handelingen van zijns inziens zeer emstigen aard; eilieve, waarom kwam dan mr. Tideman niet aanstonds rid derlijk voor den dag, maar zweeg hij in het publiek t w e e j a r e n la n g, onderwijl hij m het geheim de goruohten deed vorsprei- denl Zulk een publiek zwijgen over feiten, die men hoogst ernstig acht, geeft te den ken. Namelijk dit: dat de zaak aan de zijde van Tideman niet recht staat. Het Huisgezin (r.-k) schrijft Dr. Kuyper wordt beschuldigd» het ver- leenent eener ridderorde in 1903, toen hij minister was, te hebbon bevorderd, ten einde-daaruit munt te slaan voor het ver- kaezingsfonds zijner partij. Dr. Kuyper loochent alle verband tus schen het een en het ander. Er is voor ons geen enkele reden om aan dr. Kuypor's woord te twijfelen, on de aangevoerde documenten wijzen dit ver band niet aan. Een andere yras^ is, of dr. Kuyper voor- ziohtig heeft gehandeld; of hij zelf, na het geen gepubliceerd is, niet moet wenschen indertijd anders gehandeld te hebben. Dr. Kuyper nam als minister van den gedecoreerde gelden aan en maakte die over aan den thesaurier van h)et comité van anti-revolutionnaire kiesvereenigingen. Had dr. Kuyper niet beter gedaan (wat ook de M i d d. Or t." opmerkte), den ge ridderde naar den thesaurier te verwijzen nóg beter, indien hij den geridderde had te verstaan gegeven, dat hij als minister, vooraf.. na de toegekende decoratie, van giften, ook voor verkiezingsdoeleinden niet eens wenschte te kooren spreken? Yercle.T heeft dr. Kuyper van een jonge dame, die zioh voor de bewuste decoratie h!ad geïnteresseerd en daarvoor stappen gedaan, een aanzienlijke som, door haar bijeengezameld, eveneens voor de stembus ontvangen en haar tot verdere bemoeiingen in die richting aangespoord. Ook dit lijkt ons van dr. Kuyper onvoor zichtig. Iets laakbaars kon, dunkt ons, den heer Kuyper niet worden ten laste gelegd, maar wel schijnt het ons toe, dat hij wat de omzichtigheid voorschreef niet steeds ge heel heeft in het oog gehouden. Zachter, dunkt ons, kan men het niet Keggen, en voor gestrenger oordeel bestaat, naar onze meening, geen voldoende grond. Intusschen blijft het voorgevallene te be jammeren, omda/t een onwelwillend ge stemde pers hét gebeurde opblaast, ver scherpt en tegen hem met nauw verholen, soms in het geheel niet verholen „Scha denfreude" exploiteert. Nog eens, ware een ander in de zaak ge moeid geweest men zou van een onvoor zichtige, misschien niet geheel correct daad hebben gesproken, thans maakt men er een halsmisdaad van. „De Middelburgsohe 0 o u- ranP' (v.-d.) komt nog eens terug op deze zaak en schrijft: „Wij beleven toch zonderlinge dingen. Een Roomsohe juffrouw introduceert een mijnheer van Joodsche afkomst, maar die volgens het ,,H b 1 d." indertijd overging boit de NecL-Herv, Kerk err die tuk is op een lintje, bij den leider der Protestant- sohe Calvinisten, tevens Minister van Binnenlandsche Zaken. Die juffrouw kreeg van dien mijnheer 25 gld., per week en haar familie werd ook jaren lang reeds geholpen. Zij werkte tevens in het bi lang der ooali- tae, braohi daarvoor veel geld bijeen, zoo zelfs dat de Minister zijn dochter verzocht haar voor die energieke bemoeiing zijn dank te betuigen en hij zelf, toen alles af- geloopen was, dien dank herhaalde. Belangeloos bleek die mijnheer in zijn lief de voor de partij niet te zijn, want ten slotte kwam die neer op eigenliefde» op de suoht naar een decoratie. En dit wetende, laat de Minister zich met dien ijdeltuit in, in plaate van hem rijn rug toe t e keer en. Ook de juffrouw, die voor zulke praktij ken als bemiddelaarster optreedt, ver heugt zioh, ter wille van de dubbelt j os, die zij der partij aanbrengt., in do gunst van den Minister. Het is geheel en al een ignobcl spel, dat een schaduw werpt op dr. Kuyper, die zich voor dergelijke machinaties leende, maar tevens een smaad werpt op de partij, op cle coalitie en haar politiek. En dan durft men rich nog verhoffen bij de stembus, to poseeren als wachters der moraliteit; en te clanken voor de over winning, „die Gods naam verheerlijkt en Christus heerschappij zal bevestigen." Dat alles, terwijl aan het licht is geko men, hoe men intrigeert en knoeit. De (coalitiepolitiek op zichzelf is al reeds immoreel hoe erger wordt zij dat wanneer zij door dergelijke middelen in. stand wordt gehouden. Elk middel daartoe dus schijnt geoorloofd. Deze geschiedenis heeft dr. Kuyper voor goed onmogelijk gemaakt als Minister. Aan de rechtorzijde behoeft men niet meer, zooals „H o t Hu i s g e z i n" en de „Stiohtsohe Courant," te kibbe len over het vraagstuk of de uitslag der stemmingen het optreden van dr. Kuyper als Minister, en nog wel als Minister-pre sident, al of niet wettigt. Het gebeurde heeft den verderen strijd daarover onnoodig gemaakt. „De Nieuwe Courant" (v.-l.) schrijft Zonder eenig voorbehoud keuren wij het af, dat een minister gelden int voor de verkiezingskas eener partij en niet een ieder die hem over dorgelijko zaken komt spreken, kortweg verwijst naar het betrok ken bestuur. En met welke personen gaf, in dit geval, de raadsman der Kroon zich af ten profijte van zijn partij Een heer van Israëlïetische afkomst, van wien hij wist dat hij en zijn broeder zioh bijzondere offers wilden getroosten om een ridderorde te ver krijgen, stortte in zijn handen, sinds hij zich aanspraken op een onderscheiding ver worven en deze. op voordracht van dr. Kuy per gekregen had, belangrijke bedragon voor verkiezingsdoeleinden. Als man van rechts" heeft de heer Lehmann, die zijn mej. Westmeyeris inlichtingen juist in 1902/3 „op advies van den heer Kuyper, in Den Haag een werkkring heeft gezocht en zich voor heb oog der wereld een tijdlang kalm gedragen", den minister in 1904 twee maal 2000 ter hand gestold. Tot den nau- werem kring der calvinistische broederen kan deze gever wel niet bohoord hebben niettemin nam de form eerder van het op den gemeenschappelijken wortel des geloofs stoelende kabinet van 1901 de door hem voor de antirevolutionnaire partijkas aangebrachte gelden gewoon in ontvangst en deed ze aanwenden „voor do provinciale stembus", welke dat jaar zóó bevredigende uitkomsten gaf voor do partij, dat er naar het oordeel van de antirevolu tionnaire pers Gods hand dadelijk in te be speuren viel. Tegelijk werkte eon Roomscho jonge da me van avontuurlijken aanleg en twijfelach tige (geldelijke) soliditeit op haar wijze ton behoeve van do partijkas. Dr. Kuyper wist niet dat dit juffertje twee jaar lang door den heer Lehmann onderhouden werd, maar wel „dat zij en haar familio reeds voor ja ren geholpen werden" en dua moeite had den om rond te komen. Wat doet een mi nister bij wien een dergelijke persoon zioh aandient als „aanzoekster" om oen decora tie voor een hem oübekende oonsul-generaal ran Griekenland? Men zou zeggen, dat, als hij haar niet kortweg de deur wees, hy toch minst genomen eens naar haar zort hebben laten informeer on; rechercheurs stondon (men.weet het sinds do staking van 1900) den minister in ruim voldoenden getale ten dienste. De minister Kuyper echter laat aan deze juffrouw den weg wijzen die naar de sferen der gedecoreerden leidt; hij neemt do bedragen in ontvangst die zij, de in voortdurende geldverlegenheid verboe rende dame, hem in echt Engelschen stijl komt aanbieden; hij vestigt haar aandacht er op, dat „nu de herstemmingen komen", „het succes moet worden doorgezet" en or „weer veel noodig (zal) zijn." Hij bezoekt deze personen en ontvangt ze, hij houdt de relatie „warm." Wij verstaan zoo iets niet, het is in strijd met alle voorstellingen die wij ons ooit ge maakt hebbon van do persoonlijke verplich tingen, welke het ministers-ambt oplegt, van de hoogheid en de onpartijdigheid van doszclfs bckleeders, en van de zedelijke noodwendigheid van overeenstemming tus schen daden en woorden van een voorgan ger der natie, tot de hoogste staatsbetrek king goroepon. Dat is het wat afgosoheiden van do oorruptievraag, waaromtrent door de ge publiceerde stukken en het. antwoord nog niet voldoende liaht is ontstoken ons aanstonds sterk heeft getroffen: het lioht dat opging over hot zonderlinge milieu, waarin deze minist r zich heeft bewogen en over zijn eigenaardige opvattingen van het geen hem als persoon, ja als partijman, t o r w ij 1 hij de betrekking van eersten landsdienaar bekleedde, vrij stond te doen. Wat al of niet aan een minister v e r b o- d e n zal zijn, daaromtrent kunnen do mee ningen ook van tot oordeelen-bevoogden ze ker uiteenloopenmaar dit gelooven, neen dit weten wij toch wól, dat in dr. Kuy- per's raeening over de oorbaarhe ld der door hem als minister onderhouden, thans aan het lioht. gebrachte relaties, wel nagenoeg allo Nederlandschc staatslieden dio dat hooge ambt bekleed hebben of bc- kleedon, „niet geheel deeTon" zullen. Hot Utrechtsoh Dagblad (v.-d.) vi aagt: Is in dr. Kuypor's verweer te herkenuon een fiere afwijzing van onbezonnen achter klap? Of zelfs niaar een besliste weerleg ging van al hot ten laste gelegde Men zal het moeilijk kunnen beweren en 6taande houden. Slechts één ui tap raak van don oud-minister klinkt beslist. Met nam© zijn verklaring dat bij noch bij, noch na, de decoratie-Lehmann voor zich persoon lijk iets heeft ontvangen; oen geheel on- noodigo en niet ter zake- dienende verkla ring, omdat het zoeken van persoonlijk voordeel niet ten laste was gelegd. Dit ge deelte van het verweer ia derhalve slechts eon poging om den soliijn hoog te houden, anders niet. Het zou er warempel ook nog moeten bij komen, dat men in Nederland een minister der Kroon zou kunnen betich ten persoonlijk voordeel te hebben of to zoeken bij Koninklijke onderscheidingen. In de tweede plaats wordt afgewezen 't mi8Sohien verondersteld verband tussolien de decoratie on de geldstorting. Is die afwijzing echter wel ton volle overtuigend? Of liever nog: zou iemoud in dit opzicht een ander antwoord hebben ver wacht? Een zoo grof verband, alsof er van „gelijk oversteken" sprake ware geweest, zal ook wel niemand in de gedachte ziju gekomen- Maar wel dient gezegd gezwe gen nog van de feitelijke onjuistheid door de „N. Rott. Courant" reeds aange wezen dat de kracht der tegenspraak bedenkelijk wordt verzwakt door de groc- peering dor data van decoratie en van geldstorting. Overigens staan nu vaat het wordt Ln TE UTRECHT. Verleent op zeer billijke voorwaarden, onder borg- 5telling enz., Credieten aan jRndbonwerg en Indastriëelen. Verschaft lste Hypotheek op Landerijen enz. Agent voor Ijeiden en om- Strekende Hoer 0540 17 Noogewoerd 141, Leiden. DB BESTE I. De Pelsjagers ran de Arkansas, 1 dl. met 8 platen, voor 0.90. In l'raohtb. 1.85. 8. De Zwervers op de Gren- aen. 1 dl. mot 8 platen, toot ƒ0.90. In Praohtb. 1.85. S. De Vrijbuiters, 1 dl. mot 8 platen, voor ƒ0.90. in Praohtb. ƒ1.85. 4. Hdelbart, 1 dl. met 8 platen, voor ƒ0.90. In Pracht band 1.85. 5. Vrljkosel ot de Wolvin dier Prairieëu, 1 dl. met 8 plo ten voor ƒ0.90. In Prachtband 'V85. De Spooraoeker, 1 dL mat 8 platen, voor ƒ0.90. In Sraohtb. 1.85. Verkrijgbaar bj) den Uitgever BOLLE, Hang 98 te Rotter- Win, en verder alom. Franco na D&tvangst van Fostwiaael, waarop MhalTe verlangd No., melden AIJIABD. 18S5 99 Daarvoor is onontbeerlijk Zakjesblauw merk „de Vlag" en voor wollen goederen Ammoniakzeep van Sanders. alleen te verkrijgen en te behouden door Kachelglans merk „de Vlag". Probeer Japansche Meubelpolitoer merk „de Vlag" en U zult verbaasd staan. is niets beter dan Washington Oats, een der beste soorten mout der wereld. 769S 100 7666 90 786» 15 TELEFOONNUMMER 788.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1909 | | pagina 5