Anekdoten. Boede oplossingen ontvangen van: Tngttx door Jan on Oor de Groot., Een wenk. u Mama, donk eens, dat ik op *ee we# en dat er storm was, en dat hot schip, waar ik mij bevond, omsloeg en dat ik geen enkelen mast vond, om er op te drijven. Zou dat niet verschrikkelijk *ijn?" „Ja, jongen, vreeöelijk." *Nn, zou het dan niet goed zijn, dat ik met Dirk van hiernaast zwemmen ging Weren?" Ingezonden door S.- 7. de Haan. 'A.: „Jongen, jongen, wat ia die piano fttlscihP»- B.: „Vind j e? Je kunt er andera beat fcankxxnen, ze zal j© niet bijten hoor." Ingea. door „HerouleaJ1 Overste, tot een soldaat, die van ojn paard gevallen ia „Ik zal je leeren zonder verlof van je paard te stappen, acht dagen arrest I"- ingez. door J. W. Krefc.; Wol geschikt. Vader: „Wel, meester, wat denk je van Bxijn jongen? Ik wilde hem laten opleiden voor de tolegraphie. Zou je denken, dat Wij er gesahikt voor wordt?" Meeeter: „Ja, als telegraafpaal zullen ze Wem daarbij wol kunnen gebruiken." Inge* door „Iwan". Een van de drie. Lee raar.,Met wion vocht Achilles bij ïroje?" Leorlingt„Met Pin to." Leer aar: „Verkeerd. Denk eens goed. Leerling): „MeS Nero." Leeraar: „Nero? Maar jongen, hoe kom |e er aan?" Leerling: „Dan moet het Hector geweest zijn, ik weet wel dat het één van onze drie honden was." Jfogee. door Oomelis Horsman, te leider dorp. Vreemdeling: „Waar visoht u naar?" Hengelaar: „Naar karpers." Vreemdeling: „Zoo, zijn er karpers in dezen vijver?" Hengelaar: „Dat weet ik niet, tot dusver heb ik er geen een gevangen." Lngez. door „Henny." Leuk. Iize-: „Mama deze schoenen knellen mij ?ree6elijk." Mama: „Maar" je hebt ze ook aan de verkeerde voeten gedaan." Iiize: „Wat moet ik nu doen, mama, bet lijn si de voeten, die ik heb?" Oplossingen der Raadsels. Het oog van den meester maakt het paard vet,. IÏ. IIL Amalia van Sol ma. IV MelkKlem. V. Ostende. Brugman, P. Brugman, Frits Niericker, Piet en B. v. Daaien, „Emma", C. L. Janseen, Izak Piket, J. Piket, „De twee Kleintjes", Hendrik Masaaar. „Narcis", „Henny", R. H. Schipper, „Zandoogje", Sj. v. d. Bosch, „Fafoi-an", H. Segaar, A. G, B. Righart van Gelder, Hendrik de Ru, Jr Verhoef, P. en G. Brugman, H. Bin nendijk, M. en D. Meershoek, Hein Veen- etra, M. Blansjaar, An toon Hoogeveen, M. en N. Smit, C. Haeselbach, C. de Kos ter, A. Sirag, Lena en Willem v. d. Reij- den, O. en B-. Groenendijk, Frans v. Hoe ken, S. J. de Haan, „Rozenknopje", He» lena Krüger, David Oudshoom, „Azalea", „Juliana", „Het Bloemenmeisje", „De Duifjes", F. en H. de Nie, „Kruidje-roer- me-niet", J. de Nie, C. Pouw, J. Mol, „Klein maar Dapper", M. Oudshoorn, C* Karstens, „Vondel", „Jan Steen", M. v. Driel, Abraham v. Rosmalen, Jan Mul der, „Iwan", N. en M. Kouwenhoven, „De Transvaler", F. de Vrind, Pieter Jas pers©, A. G. v. cL Berg, „De Nachtegaal", J. en W. Stokhuizen, „De twee Madelief jes", „De twee Dapperen", J. J. Over- vüet, „Tadea Barbara", S. en W, Breede void, C. Schaft-, „Herderinnetje", J. Chris- tAaamse, Jan Poolers, W. Kloos J. Ni©- boer, J. en W. Couvec, allen te Leiden. L. en J. den Elzen, W. en J. v. d. Veer, M. Koos, A. en D. v. Nieuwkoop, J. Bol, O. G. de Vries, R. en B. v. Nieuwkoop, allen te Haarlemmermeer. K. en C. Doeswijk, J. Lemmerzaal, D. v. Nieuwkoop, C. 0. Zwetsloot, C. F. Leijen, T. en J. Spaargaren, P. v. Nieuw koop, G. E. v. Nieuwkoop, allen te K a a g. Margarota Verboom, Koudekerk aan den R ij n. Pieter Oostenrijk, te Rijnsburg. M. en B. de Ruyter, te Voorscho ten. K. en B. v. Nieuwkoop, te Warmond. Hendrik Binnendijk, te Wassenaar. J. on A .Parlevliet, M. v. Donk, te Z o e- terwoude. Prijzen vielen ten deel aan T. Plantfeber en Helena Krüger, beiden te Leiden. Correspondentie. „Sijsje", B. v. Niehoff, P. J. Coffrie Jr., 7. v. Niehoff, M. en J. Susan, D. Binnen- kamp, L .en P. den Holder, P. v. Alphen, 0. v. Alphen, J. Tierolf,,W. E. Nolies, T< Plantfeber, C. Koreman, J. Eggink, Kriek, E. Koreman, W. en Cato Vink, M. v. Tongeren, Annie de l'Eclusc, M. en J. v. Hooidonk, N-, en M. de G*aa£fa Genard Hendrik Binnendijk, te Wasse naar. Met genoegen vernam ik je ingeno menheid met het gewonnen prijsje. Nu je door ongeateldheidi genoodzaakt was thuis te blijven, wat het boek zeker een prettige afleiding voor je. Ben je nu weer wat beter? Tk hoop de volgende week een uitgebreid schrijven van je te ontvangen. Vriendelijke groetjes. Joh. van A., te Lisse. Ik twijfel niet of er zullen er onder mijn raadselkinderen wel zijn, die met uw Engelschen vriend prentkaarten willen ruilen, zoodat u mij soudt verplichten met zijn adres. „Jan Steen". Neen vriendje, nu ver gis je je. Je bent volstrekt niet uit mijn gratie hoor! Integendeel, ik waardeer je als een van mijn trouwste medewerkers; doch niet alle raadsels, die je inzendt zijn voor plaatsing geschikt. Met genoegen ver nam ik, dat je op den lOden Mei te 's-Gïa- venhage was en er veel genoegen hadt. Ik ben niet naar de illuminatie geweest, deels omdat ik de verschillende versieringen reeds op den dag had gezien, en deels om dat ik ontzettend bang ben voor gedrang. Het was heel aardig voor de bewoners van e-Gravenhage, dat Z. K. H. de Prins een rijtoer door de stad maakte, om al de pracht in oogenschouw te nemen, door een dank baar volk daar gesteld om zijn Koningin te huldigen. En weet jullie wat nog het aar digste ia? Dat H. M. eT zéér véél belang in stelde, te weten hoe haar Residentie er wel uitzag. Haar Koninklijke Gemaal moest Haar geregeld vertellen, van heégesn Hij op straat gezien had. Gelukkig dat H. M. en de Prinses het zoo goed maken en er reeds plannen gemaakt worden voor de doopplechtigheid en bet vertrek naar Hef Loo; want hoe ongaarne de Hagenaars het Hof ook missen, toch gunnen, se hun Koningin van harte de heer. lijke, friaecbe Geldersohe lucht, die zekec ook onze Kroonprinses ten goede zal komen. Mijn meisje laat je vriendelijk denken voor de mooie prentkaart. „K ruidje-roe r-m e-n e t." Arm kindje, wat tref je het toch slecht met het weer! Het is zoo jammer voor je, dat de zomer dit jaar aoo lang op zich laat wach ten; went het warme weer zou je zeker op knappen. Je moet nog maar een poosje goeden moed houden, misschien worcK het wel spoedig beter. „H et Bloemen me i s j e." Ik vind het heel aardig, dat je een vriendinnetje gevonden hebt, die samen de raadsels, met je wil oplossen; nu moeten jullie ook pro- beeren nieuwe raadsels saam te stellen, want aan geschikte bijdragen heb ik altijd behoefte. „J u 1 i a n a". Aangenaam kennis te ma ken, nieuw raadsel vriendinnetje. Je voor nemen doet mij veel genoegen, en ik hoop dat je een ijverig en trouw medewerkstertjo zult worden. „A za 1 a". Je mooie prentkaarten heb ik in dank ontvangen; doch ik verzuimde je er van in kennis te stellen. Mina enDina van Meershoek. Het was heel jammer, dat jullie de cou rant kwijt waart en daardoor de raacisels niet hebt kunnen oplossen, want nu hadt je ook geen kans een prijsje te winnen. Wie van jullie tweetjes is er jarig geweest? H. F. Li bot. Het beste zal zijn, dat j6 nog eens naar het bureau gaat, of een brief je schrijft aan de administratie, waarin je meldt, dat het prijsje nie^ bezorgd werd. Ik twijfel niet of de zaak zal dan wel in or de komen. „N aroi s". Van harte welkom in onzen kring, nieuw raadsel vriendje. Je briefje zag er voor een jongen van je leeftijd al aardig uit, je moet maar flink je best blij ven doen. Tegen je schuilnaam heb ik geen bezwaar, mits je er steeds aan denkt tevens je waren naam onder je briefje te vermel den, ter voorkoming van abuizen. „De twee kleintjes." Neen meis jes, ik ben niet zoo gauw boos als je wel denkt. Mijn vriendinnetjes kunnen bij mij nogal een „een potje breken"en ik ben er aan. gewoon, dat ze mij des zomers af en toe in den «teek laten. Jullie moet bet echter niet al te bont maken. „E m m a". Ik kan me voorstellen, hoe gelukkig jullie bent nu je zusje zoo'n goed epoaanen heeft afgelegd, het geeft altijd een heele rust in huis als men weet, "dat de oandidaat geslaagd ie. Frite Niericker. Ale je veel huis werk moet maken, begrijp ik best, dat er niet altijd voldoend:© tijd overblijft om raadsels op te lossen of briefjes te schrij ven en daar het schoolwerk in ieder geval moet vóór gaan, wil ik mij gaarne inet wei nig tevreden stellen. In dank ontving iV je nieuwe bijdragen. Nellie en Marie ide Graaf f. Vriendelijk dank voor de mooie prentkaaar» ten, die ik van je ontving. Willy enC&to Vink. Met genoegen vernam ik je ingenomenheid met het ge wonnen boekwerkje. Het is een heel mooi werkje en ik twijfel niet of de inhoud zal je wel bevallen. In dank- ontving ik je al- loraa/rdigste prentkaart. Martinas en Johanna. Je brief jes moet je zoowel met je schuilnaam als je waren naam onderteekenen, anders kan ik h*jt onmogelijk udt elkaar houden. MARIE VAN AMSTEL.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1909 | | pagina 18