No. 15049. AAnsuBBiase. Gemeenschappelijke Eenken. £EÜ HOiïO. Aii ii o 1909 Nederland gaat op de wereldmarkt voor ren aanslibbing van Fransche en Duitsohe rivieren door voor but grootste deel ten minste. Misschien is dat niots om trotsch op le wezen, ofschoon Helmera er in zijn gespierde zangen, onder ons gezegd niet hooi em aal van bombast vrij, er toch zeer Arotscb op was, dat zijn dierbare geboorte grond door bet voorgeslacht aan de golven ontvr<.f-ke*rd was, wat overigen* nLt pro ei c-a hetzelfde is. Anderen hebben gespot nr-t dat ,,onF;: *)>.rekcn een bodem rieden, .vaerop zij wc- -woekeren aan de baren" en rneenen datjv noen hot aan de natuur bad overgclae*! ten, doze het weak vrij wat beter zöu heb- l<o gedaan, al zou het misschiai wat la» *»'™n>ent mede, want niet, is nadeeliger ger godtrord hebben. Laten we daar nu maar een speldje bij •teken. We zijn cr nu eenmaal, wij Hollan ders. en leven in ons Landje van mist en jeouder. "We bobben het nogal redelijk wel ook en xullen er ons dus verder maar in «fn to schikken. i I>e strijd onzer voorvaderen was trou- fwens geen strijd, dien zij alleen to voeren 'hadden: Hon arbeid, die steeds in omvang en volmaaktheid toenam, wordt door ons voortgezet en zal wel nooit een oindo ne- ftnen. Maar aan .hen komt de eer dor vin- ilding toe, al werd die vinding dan ook uit 'noodzakelijkheid geboren. Zij brachten /,v*n lieverlede een merkwrardig land op de wereldkaart, grootendeela beneden de op sper vlakte der zee gelegen^ dat altijd door fjne 'kokende baren bedreigd werd en toch \nooit meer verder dan voor een klein ge- eolie kon worden heroverd. En wij, hun 'nazaten, wij bouwen nog altijd door op de- leell'do grondslagen en zullen straks weer ©en ontzaglijken waterplas tot vruchtbaar land vervormen. Waren de Nederlanden niet reeds vroeg tijdig bewoond g: woest cn de bewoners niet genoodzaakt tot eigen lijfsbehoud den strijd fnefc do dementen aan to binden, dan zou öe natuur z<?k"r haar eigen werk, hebben voortgezet en voltooid en misschien van ge heel Nederland een land hebben gemaakt lala de Yeluwe en Overijsel. Zooals do win den door voortdurende overstuiving de fcandb. uvcls vormen, zoo brengt, vooraf do dagelijaecke ovcrstroomiDg van den lagen bodem door de zee, daarover een nauw merkbare, maar toch voortdurend aan groeiende hoeveelheid van uit zee afkomsti ge stoffen. Zoo zou de zee, telkens afbre- Kende, maar ook altoos opbouwende, ab zo ,in haar werk niet grstoord was, ons land, voor zoover het beneden den waterspiegel lag, langzamerhand daarmede gelijk heb ben gemaakt, hier en daar zelfs liooger, rdaariu trouw geholpen door de zandver stuiving, door den natuurlijken groei van allerlei planten, en door den toevoer vati fcndéro stoffen, b.v. die, door de rivieren Aangebracht. Lodewijk XIY zou, volgens het verhaal, »:lfa gepocht hebben, dat ons geminacht landje een aanslibbing van de ffraneoha riviren was. Hoe dat üij. nog steeds zien wij, waar toen de natuur ongestoord laat werken, hoe in hoi water eilanden en platen te voorschijn komoD, hoe de diepten geringer worden^ open vakken in zee zich diclit- jirerken cn do kaart van het oeverland langzaam maar zeker gewijzigd wordt, 't Gaat zóó langzaam, dat men soms bij ©euwen moet rekenen; maar toch gebeurt het. Welk een ontzettend» macht it er dan Eouh in dat verzamelen ©n aangroeien, in Id&fc eeuwig aanslibben gelegen 1 En hoe moeten wij het werk der natuur bewonde ren Hoe «tevig zit alles in elkaar en hoe neer overtreft heb in vele opzichten het york van roenocbenh&nden. r fn dat grooteohe werk spreekt de natuur £en taal, die wij wel behooren te kennen en vlijtig te beoefenen, al ia zij niet-moei lijk te verstaan. Wat men tUlletjes laat zitten, slibt aan. Laten we, als voorbeeld, maar met ons eigen lichaam beginnen.. Als- er iets de hand noodig heeft dio onderhoudt, dan is het zeker dat lichaam wel, en waar dat on derhoud niet naar behooren plaat» vipdt, daar komt straks een onmerkbaar laagje ©lip de noodzakelijke verbinding met de buitenlucht veratoren, cn is ook de kiem gelegd- voor allerlei verstoringen iu den geregeldcn gang van het kunstig, maar tecder raderwerk, kunnen ziekten en gc- ..lig tieren. Een goed machinist echuurt en poetst zijn machine altijd cn hij spaart er het ia- voor d^ machine dan de aanslibbing, <ho hier bestaat in het natuurlijk en ge.sta- dig verzamelen van vuile stoffen, dio de metalen nan toeten en langzamerhand ver nielen. Dat is een voorbeeld in het groot, inaar or bestaan ook tal van voorbeelden in het klein, die toch eindelijk ook weer een grooteu omvang aannemen. Laat ons denken aan do oud-Hollandscho zindelijkheid in huis. Ze is ook in jong- Holland nog wel in eere; maar, wordt er eens do hand niet aan gehouden, zie dan eens hoe spoedig or geen redden meer aan is. Vraag maar eens aan onz© echte huis vrouwen hoo dat in zijn werk gaat. De boel wordt nageloopen met den Franschen alag, mot hier en daar een lik en een veeg. Slod- dermieke kijkt nooit in de hoeken en gaatjes of boven op d© kasten. Nu is daar nog maar sprake van stof; maar begin niet aan wezenlijk vuil of aan roest; of andere ge volgen van verwaarloozing of gebrek aan gewoon onderhoud, dat later altijd buiten gewoon onderhoud noodig mankt. We val len onze Hollandsche huismoeders wel eens lastig over haar schijnbaar overdreven zin delijkheid. Och, laat ons dat toch niet doenZe zorgen wel dat dc slib niet over heb land komt en ze doen er wèl aanwant zjj weten hoe gemakkelijk dat gaat en hoe veel paardekrachten er noodig zijn om den Augiasstal der verwaarloozing te zuiveren. Nu willen we volstrekt niot beweren, dat er in het huiselijke geen aanslibbing in don goeden zin van het woord bestaat. Me nige huisvrouw toovert met vier vingers en een duim, toovert door zuinigheid en overleg, zooals ze ook toovert door ordelijk heid en netheid. Het is ook een soort van aanslibbing, die heel ongemerkt gaat en eeu gevoel van voldaanheid en tevreden heid schenkt. Zoo zien wij, welbeschouwd, op de gchee- le levenswijze, de kabbelende golven zoo wel het goede als het kwade brengendoch met waakzaamheid cn oplettendheid, znl- ln wij het goede kunnen bevorderen, maar ook het kwade nog intijds kunnen voorko men. Een talrijk publiek, begrijpelijkerwijs groo- "tendeels uit dames bestaande, ofschoon toch ook.eenige hecren zich door hun komst ter vergadering, direct geïntresseerd toonden, was gisteravond in 't bovenzaaltje van 't „Nut" tegenwoordig. Daar zou als we hebben ingelicht de eerst© vergadering plaats grijpen van hen, die belangstelling toonden voor een keuken, die voor al die vergaderden wilde kokoD, De bijeenkomst werd geopend door .mevr. GoudsmitCohen, die, namens de voorloo pige commissie, den opgekomenon een har telijk welkom toeriep. „In het Leidsch Dag blad", sprak z© verder, „is al ecnige kecren geschreven over hot denkbeeld om zulk ©en keuken in Leiden in 't leven te roepan en de betuigingen van instemming waren zoo talrijk dat we meenen alle redenen to hebben te.gelooven dat deze nieuwe inrichting goed zal slagen. Zooals t© begrijpen is, zal de Gemeenschappelijk© Keuken, ©venals alle bieuwigheien, .voor. moeilijkhedenkomen te staan en veel. vooroordeel, te overwinnen heb ben - Daarom is het in de .eerste plaats noodig dat de basis, >v»arpi> dezo onderneming moet steunen, uiterst solide is." De president©, vaa de voorloopige commis si© zette vervolgens het doel dor vereeniging uiteen, ca leguo de gcheelp organisatie uit, zooals die in Den Haag lunctionneert. Het .aantal verbruikers is daar sedert de op riesling (MeD moer dan verdubbeld^J^n heg«* daar met 1<X>loden en dl 1 deeIJk Den eersten xiiddag werden O" por- tiesIkfgeleverd. Dit aantal steeg gaacdeYTcg- zoodid op L Januari hét ledental 218, op 1 Ffbruari 237 cn óp 1 Maart 259^'was. Do president© logde nog eeas nadruk op het direct aansluiten, waardoor ruimer aan gevat kan worden en wee© óp hét voordeel voor .studenten en damee-studenteu in de Gemeenschappelijke "Keuken gelegen. Raadzaam is het. dat' deze zich combineeren tot één tafel; één aandeel hoeft dan slechts tè worden ge nomen, en 1 bu3. zoodat er vooral voor hen een waarlijk voordeel «chuilt in de kcu- Met een variant op heb bekende r „Do weg naar het hart gaair door de maag" besloot mevr. Goudsmit haar korte inleiding, de hoop uitsprekend dat de konken met het goede doel, dat zij voor oógen hoeft, den weg naar menig hart mocht vinden. Nadat mevr. Goudsmit-geëindigd had. wer den door mr J. Draayer de statuten voor gelezen, zooals de voorloopige commissie bij event.ucelo oprichting dez© zich had gedacht. Do gelegenheid tot hot doen van vragen, leverdo weinig op. Een pair detail-kwesties kwamen ter sprake, die van zooveel lator zorg zijn, dot wo de "plaatsruimte er niet voor mogen in beslag nemen. Het denkbeeld alle inkoopen to doen bil Leidsch© leveran ciers verwierf volle sympathie. De lijsten ter teekening aanwezig, toonden do volgend© cijfers lia aandeden werden geplaatst. 57 porties werden besproken voor geregeld dagelijksch gebruik. Èen aantal ongeregelde „eters' komen daar nog bij. Nadat do president© van dc voorloopige commissie do opgokomenon had bedankt voor liun belangstelling.en do datum van inschrij- ving openstelde tot 1 April, wanneer defi nitief zal worden besloten of men al of niet tot de oprichting zal overgaan, er den na druk op loggend dat voor alles moer ge regelde verbruikers gewensoht zijp, sloot zij do vergadering. Do voorloopige commissie vergaderde nog na tot 't bespreken van reeds te nemen maat regelen voor de zeer waarschijnlijke oprich ting a. s. 1 April. Adressen voor opgaven tot 't nemen van aandoelen en 'i bespreken van „pórties" zijn mr .J. Draayer, Brecstraat 154, en mej v Bemmclen, Witt© Singel 13. BODEGRAVEN. D© laatste openbare vergadering in dit seizoen van het departe ment Bodegraven der Maataolmppij ,,Tot Nut van 't Algemeen" waa niot druk be zocht. Na het openingswoord van den voor zitter werden d© gaslichten in de zaal uit gedoofd, waarna de heer Tepo, van Bloe- .menda.il, eeu reeks lichtbeelden liet zien, projectie» op bet doek van e©n groot© ver zameling photo's, door hem genomen van vogels en vogelnesten, voornamelijk in de duinstreken ©n bij hot Naardermeer. Tot afwisseling kroeg het publioü bloemen on landschappen te zien. HAZERSWOUDE. In de consistorie der Gereformeerd» Kerk kwam de vereeniging voor „Gereformeerd Schoolonderwijs" bij een tot het doen van rekening en verant woording over het afgeloopen jaar. Zoo wel uit het verslag van den secretaris, den heer A. Francken, als uit dat van den pen ningmeester, don heer W. Zintel, bleek, dat de Vereeniging in goeden doen is. Beslo ten werd dit jaar het 40-jarig bestaan der 6chool feestelijk te herdenken. De oollcoto voor het huldeblijk, dat H. Het was laat geworden; veel later dan lenders. Met groot© opgewektheid hadden !wy, alleen de intiemste vrienden, een pro- inotre-partijiLjo gevierd, en terwijl buiten ;©en van de felst© na-winter-nachten woed- tie met vorst en met ijzel; terwijl de oos tenwind de ruiten der kamer deed klette- 'gen en kreunen, waren daarbinnen, in de (behaaglijke atmosfeer van het lekker rood- gtaaml kacheltje, de champagneglazen op- geheven, en aan het besoheiden, maar wèl- yerzorgd soupeetje hadden wij getoost op den jovialen gastheer, den jongen meester- in-de-rechten. •NieLtegonstaande het sympathiek em- gtig-aangelcgd karakter" van den pas-ge promoveerde, verliep het partijtje ten slot- fcen beetje in een bacchanaal. Twee hadden W zich op de sofa geïnstalleerd en waren, half in eikaars armen, de nachtrust al in- Igegaan. Een ander, dio uit Den Haag ge komen was, zou blijven logeeren, terwijl een Kierde in een fauteuil zat te praten en te betoogen tegen de slechts nu on dan met oen zacht cn wijs geknetter antwoordende kachel, zwaar als lood. Het waa bij tweeën, toen ik met mijn rriend op straat stond. Een eind nog kon den wij samengaan. En terwijl ik, huive rend, mij lekker hulde in mijn zware win terjas, mijn dikste handschoenen aandeed fcn mijn stropdas ophaalde over mijn ooren, Stapten wij flink door, gearmd, in den on der het vallen bevriezonden regen, en had don wij het nog, lachend, en met warme •jrmpatliMt over dea looevec verlaten gast heer, die nu zeker zijn eerst© advocaten- slaap ronkte; over het soupeetje zelf en over do tegen het eind er van opgeworpen onmogelijke paradoxen. De scherpo wind sneed langs ons ge zicht belette ons wel eens het spreken. De regen werd stijf op onze kleeren, dat zij kraakten bij iedere beweging, en maakte de straten glad van ijzel. Maar met de warmte onzer jeugd, onzer gemeenschappelijke vriendschap, onzer met vuur verdedigde idealen, illusies en overtuigingen; met de warmte van het rood-knetteretxl kacheltje in de gezellige kamer, de warmte van het intieme maal en van den bruisenden cham pagne, nog in ons, merkten wij nauwelijks bewust de teistering van den guren nacht; schudden wij lachend het knisterend zil vervlies van onze jassen, en tartte® wy vorst, regen en wind. Toen onze wegen zich scheidden en wij elkaar wel te rusten hadden gezegd met een stevigen handdruk, ging ik aJlcen verder, begaf ik mij overvol van blijde, lichte go- dachten naar de straat, waar mijn kamers waren. Het leek wel in mijn hoofd den rege® van zilveren en gouden, paarse en róode bal letjes, die heen en weer vliegen, niet te volgen, tusschen do handen van een knap gooohelaar. Het leek er op het verglijden van duizenden kleurige glaasjes in ontzag lijke caleidoscoop. Het leek op het verschie ten der kleuren in een fontaine lumineuze of op de reuzige uitbloeseming, op den heer lijken bouquet van een jong abriboze- boompje in de lente. Het leek op de ge- dachtenwcmeling van een bakvischje, dat pas, voor den eersten keer, verliefd is. Mjjn hoofd was zoo blij licht en zoo vol, overal klont en muziek. En ik wist niot waarom. Het was zoo de stemming, die ons, arme roenschensUiri-pords, mcaschenwormpjee, ©ons een enkelen keer wordt toegeworpen, wanneer vriondeohap of liefde ons heeft opgeheven tot een hooger plan, tot een sfeer, van waaruit wij, in wijder geworden horizon, zien kunnen de grenzen van bet Beloofde Land.. Bij dö buien lag een hoop vuii voor de deur. In het donker, tegen de stoep aan, leek heb ten minste een hoop vuiL Maar toen ik op bet piaot stond het weg te schoppen, bewoog het, kwam een war-hari- ge kop te voorschijn. Het waa eon hond. Ellendig verwaarloosd en verregend lag hij daar teguu do stoep aan, half bevroren, half ingdjzold, een arm» stakker van een naohthond. Do ijzelregon goot over zijn slonzige ha ren, zijn naar mij opzie aden, trouwharti- gen kop; de wind maaide langs de straat als een zei*. Toon riep ik hem, nog eens, racht-aanha lend en met licfkoozend oocent. En toen stond hij ook latogzaam, moeilijk op, dui zelend op zijn bevroren pooton; hij wag gelde naar mij toe, zocht wat warmte togen mijn beonen aan. De plaats, waar hij had gelegen, leek een bijt in ij». Ik streelde hem over zijn killen, vuilen kop, klopte hem eens op den rug. Zijn lange, zw&rt-bruine haren kleefden en piek ten stijf aan elkaar met ijsschilfera van hard cn dik zilvorvlie* Klaaglijk schurkte hij maar tegen mijn beenen aan. Een nieuwe windvlaag, die den regen in mijn gezicht loeide oi hij met «pelden M. de Kóningin zal worden oangebodea, bracht- '0 gulden op. KILL KG OM. Iu dc zoal van café „Flo ra" werd d© 15de jaarvergadering" gehou den van. do vereonigiag- „Hulp in Nood"; yoorzitter dc heer G. J. W. Mathot. Door den secretaris en den penningmees ter werd vershvg uitgebracht omtrent dea tcratand der Vereeniging, waaruit bleek, dat het getal leden, op 1 Maart 1908 öO-I, iu dcu loop van het jaar na aftrek van 29 leden, die wegens overlijden, vertrek naar elders, op verzoek en wogen» wanbetaling waren geroyeerd, met 23 leden was vermeer derd dat het getal weldoeners na 1 Maart 1908 met 26 waa verminderd cn daardoor was gedaald tot 124, door welke vormind*- ring de vrijwillige bijdragen van f 201,50 waren teruggebracht tot t 172.50dat de ge zamenlijke inkomsten- bedragen 3099.90 en de uitgaven 3339.33 zoodot het jaar 1003 eindigde met een nadëolig saldo van f 239.43. Het totaal bezit van het fonds bedroeg al- zoo op 1 Maart 1909 f 4335.S5- Aan 159 leden werden 568 uitkeeringen verstrekt, waarvan 87 ieder minder <lan óón weck ©n 13 van dertien weken, te zaxnen tot een bedrag van f 3151.35. Hierna werd het nieuw gewijzigd concept reglement in stemming gebracht cn aange nomen met 102 togen 10 stemmen, waarna bij acclamatie werd besloten, dat bedoeld reglement met 1 Maart 1909 zou ift werking treden. Vervolgens werden de heer en C. T. Bur ger. P. Rutten en L. A. van Maris belast mét het nazien der rekening en de bestuurs leden dc heëreri J. Staats, F. H. Voss cn P. G. Maaskant, dio periodiek aan de beurt van aftreden waren, bij acclamatie als zoo danig herkozen, terwijl in do plaats van den heer 0. Jonkheer, die om gezondheids redenen als lid van do Commissie van Toe zicht voor een eventueel© herbenoeming had bedankt, de heer W. J. van Dril bij acclamatie werd gekozen. Ten slotte werd het bestuursvoorstel tot, benoeming van de heeren geneeskundigen en den .rC, Jonkheer tot eerelcdon, mot groot© blijken van instemming bij acclama tie aangenomen. KATWIJK AAN DEN RIJN. Do ten toonstelling in „Do Roskam" heeft zich in greote fcclnngstelling mogen verheugen. Do tontoonstellings-looaliteit was meermalen ge heel gevuld met mannelijke en vrouwelijke kijklustigen, soms zelfs overvol. Gisteravond om acht uren was echter haar einde aange broken. De voorzitter der Vereeniging nam het woord, door in de eerst© plaats dank t© brengen aan do inzenders. Hij wildo echter ook niet vergeten den decorateur, den heer Grullcinons, te Noordwijk, wien een woord van lof toekomt voor de wijze, waarop hij de inzendingen had gerangschikt cn liet de coratief aangebracht. Ook bracht dc voor zitter dank aan de commissi© van bijstand, die het bestuur bij de organisatie en tijdens do tentoonstelling zoo krachtig had ter zijde gestaan dank aan hofpubliek voor do on dervonden sympathie. Met de baste wenschen voor II. M. de Koningin, wier beeltenis liier prijkt© en voor het welzijn en don bloei der bollencultuur in het algemeen eu die van Katwijk aan den Rijn in het bijzonder, alsmode voor do Vereeniging, verklaard© hij do tentoonstelling gesloten. Namens do in zenders bracht de heer B. van Vellhovon als do oudste onder hen hulde aan het be stuur der Vereeniging on sprak do hoop uit, dat d©ze eerste nog door meerder© moge worden gevolgd en het resultaat moge zijn veredeling van de tulpencultuur KATWIJK-AAN-ZEE. Op 28 Maart zal het vijf en twintig jaar geleden zijn, dat de heer J. A. van der Bents, halte-chef, in dienst trad bij do Holl, IJzeren Spoorw.- Mij. Hij was achtereenvolgens gestation- noerd t© Schiedam, Zwaag, Klaronbeek, Wou denbergScherpenzeel, Eehteld, Hardinx- veldGiesendam en de laatste drie jaren alhier. Het jubileum zal gevier worden op 29 Maart. Do lesson aan dc Ambachts-teelceuschoo^ uitganndo van do Chr. w erk mans vereen i- ging „Eendracht" zijn voor dit scizoca weer geëindigd. De mandoline cl. „Lotus" welke hier voov eenige jaren werd opgericht, stierf aan ver val van krachten. Thans is echter weer ecu niouwo mandoline-eiub opgericht, wolko al leen dames-leden telt. De hoer Lutcrvcer i® directeur. In plaats van ouderling IC. v. d Pla» is do heer P. Bakker, onderwijzer aan de Nc*l.-Hcrv. ÜN'hool voorzitter geworden va# do Chr.. Jongeliagsvereciiigiug Amos V ver» 0 n Sedert eeuLgrt dagen wórdon aan het strand alhier dour do artillerie sehiot-oofo- ningen gehouden. Er worden granaat-kar» tetsen 'afgeschoten. Ter wille van de veilig heid is de weg langs het strand van hier naar Sehoveniugen venboien torrciu voor het publiek. Iu verschillend© plaatsen van ons land worden plannen beraam»!, om. als do blijdo verwachting ©cn feit zal geworden zijn, dit op fccslciijk© wijze te vieren. Van zulle© pbnnuu hoort men hier echter niets. Wio neemt hier hot initiatief? Ligt'hot soms op den weg dor Wilhelminu-verecniging do hand ©ons aan den ploeg le slaan?.Er zijn hier two© 7.itngvereenigiiigen en- een harmo nie-gezelschap, die voorzeker haar medewer king .niet zullen ontzeggen. VOORHOUT. De lotelingcn dezer ge meente zijn ingedeeld als volgt: C. Benlcl- man, regiment grenadiers en jagers t« 's-Grnvcnhago, Joc. van Reisen, 4do rcg. infanterie te Leiden, H. van Egmond, panf serfort t© IJmuid-'n, cn P. van den Berg, pantserfort Den Helder. WOUBRUGGE. Opgericht is ccn vereeni ging voor ziekte eu ongevallen, gcuaamd „Oudorlinge IIulp." Zij telt aanvankelijk 22 leden, 7 buiten gewon© loden, 22 dona teurs. Do Vereeniging t. eedt 1 April a.B. in werking. Tot wegwerker van don polder Yierurn- bacht is benoemd C. Schijf Pz, ZWAMMERDAM. Dc Chr. zangv. „llar- po Davids" gaf een uitvoering in do Herv„ Kerk, welk gobouw goed gevuld wa9. Het programma, uit 12 nummers bestaando, werd vlot en vaardig afgvwerkt. Zelfs werd een enkel nummer „Dc Oranjcvaan'' gebisseerd. De directeur, do hoor J. Vink, uit Leiden, gaf eukelc keurig-schoou© vioolsolo's. De pianobegeleiding was vaa don hoer G. Vcrhey, uit Den Haag. De heer Mullens, pr^stidigitateur uit Alkmaar, gaf een k'ndervoorstcllmg ia goochelen iu do opoubard school. Vooraf hadden enkelo kindervriemlen bijdragea daartoe gegeven. Do gc*>cheloar wist zij a jeugdig publiek uitnemend t© vermaken. Blijkens den verrekeningsstnat over 1908, gelijk di© ter secretarie is ingezon den, werd in (lat jaar do openbare school No. 1, behalve door 102 leerlingen uit d© eigen gemeente, bezocht door 40 lerrlmgon uit Alphen, 14 uit A ar land er veen, 1 uit Bodegraven cn 1 uit Nieuwkoop. Do herhalingsschool werd bezocht door 4 leerlingen uit Alphen, 2 uit Aar lander veen oh li uit d© oigen gemeente. Do voordracht Voor ouderwijzer aan do 1st© openbaro lagere school, gelijk di« opgemaakt is door B. en Ws. en toegezon den aan den arr.-schoolopziener, is ali volgt: 1. D. 0. Doornik, to Scherpenzcel; 2 Roerama, te Odoorncrvoen3. E. II. U. Windt, te 's-Gravenhago. Gisteravond vergaderde do „Vrouwen* vereeniging van Weldadigheid" in het ge meentelokaal. Do rekening van do pen ningmeestcro3se, mevrouw Sohreudor, word door d© hoeren C. van Muiswinkel en J. de Voogd nagezien en in orde bevondon.! Do rekening sloot .met een voordeel'g saldo. Ter vervanging van het bestuurslid, mej« dc wed. J. ran Dam, word gekozen mej. dc wod. J. van der Wal. wiorp, deed mij besluiten om naar binnen t© gaan en den hond mee te neinou. Maar hij wou niet, hoe ik ook riep en vroeg en ■wijd do deur openzette. Bang week hij hoe langer hoe meer achteruit, weer naar d© stoep van do buren toe. En toen ik er een eind aan wou maken, en hem op wild© nemesn... beest hij mij in mijn pol» met een nijdigen knauw. Boos sloot ik do deur. Dan moest bij het maar zelf weten ook I Een hond, die jo bijt aL je hem goed wil doe>n, kun je je weldaden toch niet opdringen 1 En toch kon ik hem niet vergeteu. Ik las den brief, dien ik op mijn tafel voor mij vond. Ik kleedde mij uit, borg do fuifkleeren weg. Ik deed het alles laJQgzaam en omslachtig, want alle slaap was geweken en voor mijn helder-wakke- ren kop zag ik maar al door dat dier, als een hoop vuil in het donker, tegen de stoop aan, met zijn smerig lijf vastgevroren in den ijzel, al» in een bijt, en met rijn felle karbonkeloogen alleen maar strak op mij gericht. Toen ik uitgekleed was, ging ik nog even naar de voorkamer; schoof het raam open, om te zien of het beest daar nog lag. D© ruiten waren bevroren met groote, wijdarmigö ijavai^ns. Do wind joeg den naaldenrogcn loeiend in mijn gezicht. Het waa of hij kerfde met messen, beet met vitriool. De zwarte straten glommen als effen ijzelspicgols. En tegen do stoep naaat ons, in hetzelfde gat weer, lag do donkere, harige hoop vuil. Hij keek niet eens meer op, toen ik riepmaar liet alleen een zwak gebrom hooren. Echter kon ik niet in slaap komeu. Was bet do champagne, dio nog bruiste doof mij heen? Was het do gullo vricndonlach, dio nog klonk in mijn oorori? Ik kon niot in alaap komen. En do gordijnen voor mijn vensters begonnen al flauw grijs to woiv den, toen ik besloten opeens mija bed uitstapte, wat kleeren aantrok en mija overjas, en weer <lo krakende trap afging. De voordeur klemde, wou niet open. Vaa mijn zenuwen? Van do vorst? Buiten was de regen overgegaan iu cca fijne jachtsneeuw: drift van heel klein», scherp-gekanto kristalleijes. En naast d« deur lag de hond nog altijd. En weer riep ik hem, cn zette de deur wijd open. Maar hij stond nu niet eens meer op, alleen een licht klagend, maar toch nijdig gebrom, heel diep komend uit zijn slonzig lijf, verkondigd© mij, dat hij bereid was, zich tot het uiterst© te verdedigen tegen: mijn opdringerigheid. Hij stond niet op; hij hief niet eens zija kop op, maar drukte zich alleen wat dicln ter tegen de stoep van onze bure". aan. Met een verwensching gaf ik het voor d» derd© maal op ik was wel gek om mi| zoo dik t© maken voor een atraat-terrier on kroop weer mijn warm bed in. De dag lichtte aan door de matte gordijnen. Den volgenden morgen werd ik om bij negenen wakker. Allo daken en tuinen lagen wit besneeuwd. De wind wa© gaan liggen. En toen ik voor in het spionnetje keek, zag ik het smerige beest, blij opspringend tegen meid van do buren a.\n, die, haar blauwe handen wrijvend, bij den melkboer stond. Hij probeerde haar handen te lek-» ken. Zijn karbonkeloogen fonkelden feller*

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1909 | | pagina 5