lu de modestad.
In den zomer, wanneer de elegante wereld
in de badplaatsen vertoeft of zich met oe
jacht bezighoudt, zijn de Hue de la Faix, de
Place Vendóme en de voornaamste restau
rants te Parijs als uitgestorven. Maar om
streeks midden Augustus komt er plotse
ling leven cn beweging.
Modisten, agenten van groote huizen, pels-
handelaars en dames-klecdei makers uit aJie
001 den der wereld stroomen tweemaal per
jaar (Augustus en Februari) hier te zuuien,
om de nieuwste modes te bezichtigen en te
koopen. Men kan zich geen voorstelling ma
ken van de drukte en het leven omstreeks
dezen tijd in de groote modemagazijnen. De
Vereenigde Staten van Xoord-Anierika alleen
zenden 400 a 500 inkoopers, Duitscbland oe-
trekkclijk weinig; Rusland zeer veel.
Den löden Augustus worden de modellen
voor de eerste maal aan de koopers getoond'.
Vóór dezen datum is er geen denken aan ccn
nieuw model te zien. Dit geldt n.l de z- vcn
of acht grooto modcllenhuizen, die in aan
merking komen en die hun scheppingen met
de grootste geheimhouding tot op de ge
noemde datums bewaren.
In de eerste dagen 11a de opening hebben
de groote zaken een dagelijkschen omzet van
2 a 300,000 frs. Wanneer men bedenkt, dat
het hoofdzakelijk japonnen en mantels zijn,
die gemiddeld 700 frs. kosten, dan kan meu
zich eenigss'ins voorstellen, welk een drukte
clit in de magazijnen geeft, sooral, daar de
Amcrikaansche koopers slechts 14 dagen in
Parijs blijven en alle de in zoo'n kortcü tijd
gereed te maken kleedingstukkcn mede-
nemen.
Ongetwijfeld is de Engelschman de nobel
ste en aangenaamste kooper, ofschoon hij
volstrekt niet zooveel koopt als zijn Ameri-
knanscho collega. De Duitsche kooper besluit
niet spoedig, komt verscheidene malen al
vorens hij zijn keus gedaan heeft, maakt
bijv. bezwaren tegen een knoopje, dat scheef
zit, en schrijft daarover later menigen brief.
DE R3JWJLGQT.
De Rijn is niet alleen een der mooiste ri
vieren van Europa, maar tevens een d^r be
langrijkste. zoo niet de belangrijkste Euro-
pcesche waterweg. Geheel in *ereenstem-
ming met die betcekenis is het scheepsma
teriaal. dat op den Rijn worol gebruikt,
en dat volgens de opgave in het nieuwe
,,Rheinschiffs-Register" bestaat uil 9759
zeilschepen en 1318 stoomschepen. Sedert «Ie
vorige opgave, in 1906, is de Rijnvloot ver
groot mot 497 zeilschepen en 46 stoomsche
pen.
De zeilschepen worden verdeeld in. 31*22
houten schepen, met een inhoud van 517.081
ton, en een bemanning van 6971 koppen;
6637 ijzeren schepen, met draagvermogen
van 341,297 ton. en eeri bemanning van
17,355 koppen. Bet aantal raderstooniboo-
ten is 172 met 112,338 paardekrachten en
1895 mau équipage; het aantal schroef-
stoombooten 1146 met 183,511 paardekrach
ten cn 53S9 man équipage.
Naar de nationaliteit worden de stoom
schepen verdeeld in- G32 Duitsche, 525 ae-
derlandsche, 153 Belgische, 2 Engelsche, 1
Fransch en 5 van andere nationaliteit.
Zeven en dertig stoombootmaatschappijen
laten hun schepen op den Rijn varen.
Van de stoomschepen zijn er 33 met ma
chines van 1000 P.-K. en daarboven. Ouder
de kostbaarst© stoomschepen worden ge
noemd de Duitsche sleepboot Karlsruhe V'
met een waarde van 310.000 M. en de Ncd.
passagiersboot -Prins Hendrik" met
een waarde van 275,000 Mark.
Van de ijzeren sleepschuiten hebben 14
een draagvermogen van 41,000 tot 54,000
centenaarsvan deze Rijn-reuzen behooren
er 7 aan Nederlandsche, 5 aan Pruisische
firma's.
In het geheel wordt de Rijn bevaren door
meer dan 11,000 schepen, met een bemanning
van ongeveer 32.000 koppen. De geheele
waarde van de Rijnvloot kan niet worden
bepaald, daar de waarde van vele schepen
niet wordt opgegeven, maar de ,,Köln.
Ztg." raamt haar op meer dan honderd mil-
lioen Mark.
RECEPT.
Appelsalade.
Men schilt eenige mooie, gave, zachte ta-
felappelen, nadat zij zijn uitgeboord; snijdt
ze daarna in dunne schijven; evenzoo citroe
nen, waar de 1 'Aten zijn uitgedaan. Men
legt ze laag om laag, rmt suiker er tusschen
gestrooid, in een schaal; de bovenste laag
moet van citroenschijven zijn. Nu giet men
er zooveel ronden wijn over, dat de vruch
ten er van doortrokken zijn, zonder dat er
bepaald wat opkomt Deze salade moet eeni
ge uren vóór het gebruik worden gereed ge
maakt.
STOFGOUD.
Wat men ook van u moge denken, doe
wat gij denkt, dat recht is. Wees onver
schillig, zoowel voor lof als voor berisping.
Pythagoras.
Wat wij tot vorming van anderen wen-
schen te doen, moeten wij eerst voor ons~el-
vcn doen. Wij kunnen niet geven wat wij-
zelven niet bezitten.
K i n g sle y
Oo^enrijksciie arisen.
Dr. Pinkhof schrijft in het „Tijdsch. v.
Geneesk." over de ellendo in Oostenrijk
onder de artsen en aanstaande artsen:
In November zal d© nieuwe Zickenfond-
senw:et door het Oostenrijksche Parlem nt
worden behandeld, en men maakt zich geen
illusies meer, dat de volksvertegenwoordi
gers zich zullen storen aan de noodkreten,
die uit de artsenwereld tot hen zijn opge
stegen.
Hot grootste deel der bevolking zal tot
de ziekenfondsen moeten toetreden en het
gemiddeld inkomen der artsen zal zeker
lager dalen dan dat van een groot aantal
leden der ziekenfondsen. Reeds nu zijn
er 3000 van do 10.COC artsen, die nog geen
inkomen van 600 gulden hebben, en de in-
kemstengrens der werklicdenkassen zal
1800 gulden bedragen, terwijl do verplichte
,,Meist©rkrankcnkassen" en de vrije
,,Hilfskassen" voor de overig© burgers nog
grootcre Nabobs zullen herbergen.
Overigens is voor tal van leden der geleer
de standen in Oostenrijk het hongerlijden
geen kunst. Een denkbeeld van de armoede
der studenten verkrijgt men uit de cijfers
der „mensa academica", een gaarkeuken,
door weldadige lieden in het leven geroe
pen, waar studenten goedkoop eten kunnen
krijgen. Door do verhooging der vleesch-
prijzen is, bij een gelijk aantal bezoekers,
het aantal geleverde porties vleesch in het
vorige jaar gedaald van S0S,807 tot 251.7S8.
De porties meelspijzen zijn matig gestegen
(van 97,316 tot 101.223) en de porties groen
ten zijn sterk g:stegen, van 76,857 tot
133.418. Deze gedwongen vegetariërs behoe
ven. naar het oordeel der Regcering. ook
later als dokter geen vleesch te eten
BERGSTIJGEN.
Het „Hbld." bevatte onlangs een brief
uit Zurich over het bergstijgen Schrijver
staat daarin stil bij do verschillende onge
lukken van bergstijgers en wat daarmede
in verband staat. Aan het slot vaD deo brief
lazen wij het volgende
Wat doen jullie op de bergen, zeggen
ouderwelsche menschen blijft op den
platten grond.
Tegen dit verwijt citeer ik nog even den
schrijver van „In het land der Dolomie
ten". Het bergstijgen staalt niet alleen het
lichaam, maar voora1 de ethischo waarde
kan niet licht te hoog geschat worden. Ver
gelijk het Alpinisme eens bij andere sport'
Tennis-tournieren, roeiwedai rijden, voet-
bal-matches( zij eischen alle een publiek.
Men sport voor het publiek. De Alpenloo-
per daarentegen is dagenlang alleen op
eigea kracht, op eigen vernuft, op eigen
moed en volharding aangewezen. Deze een
zame kamp heeft een weldadigen invloed
op den mcnsch. Opzettelijk laat hij de be
schaving met al haar vermoeiende voor
schriften en grondregels in het dal achter.
Want do huidige cultuur zij moge ons
veel brengen, wat wij niet dan noode zouden
willen missen maakt ons onrustig, ze
nuwachtig en ziek. In de verheven stilte
van het berglandschap met God en onszcl-
ven alleen,, komen wij tot rust; dc ziel
wordt weer meester over zichzelve, onze
hersens voelen do streelende kalmte. In de
oneindigheid, dio daarboveD naar alle zij
den uitgolft, vergeten wij geldzucht, boozen
nijd, allerhande zorgen en kommer, die
ons in het kleinste gedoe des levens zoo
beangstigend groot, in de mateloosheid der
bergen zoo oneindig klein schijnen.
Pedant studentje: „Wel, tuinder,
wat is zwaarder, een pond lood of een pond
vee ren V'
Tuinder: „Laat het allebei maar een3
op jc teenen vallen, jongenheer, dan kan je
't zelf voelen."
Spoorwegarbeider. „U is im
mers spoorwegarbeider geweest V' vroeg
iemand eens aan president Lincoln, den
kende hem met deze vrang te beleedigcn.
„Ja." antwoordde de President, „ik was
een arme spoorwegarbeider in Illinois;
maar ik was dc ijverigste spoorwegarbeider
van het heelc land I"
Waarschuwing. Z ij „Mijn
dochter schildert, speelt piano, rijdt auto
mobiel, heeft al iets geschreven..."
H ij„O, dank u voor de waarschuwing.
Een rekensommetje.
Uit den Amstcrdamschen brief in een pro
vinciaal dagblad:
„Otize trams zijn mooi, ruim. licht ©D
met peluche bekleed.
In dat peluche huist zeker gedierte, dat
springt., enfin, men kent dat.
Aanleiding tof een rekensom*
Wanneer iemand, die drie minuten in lijn
3 zit. twee van die sprintrprs" hoe
veel krijgt dan iemand er. die twaalf minu
ten doorbrengt id Iij 10?"
Snelle rechtspleging
Kort geleden werd in New-York een
staaltje van snel recht gegeven.
Een jonge man had 's nachts in een ka
mer van ..Hotel Belmont" ingebroken, in
welke een Engelsche majoor met zijn vrouw
woonde Hij had in een daaraan grenzende
kamer gelogeerd en was langs het balkon
bij zijn buren gekomen. Het gelukte den
majoor den dief te o erweldigen, voordat
deze van zijn revolver ha', kunnen gebruik
maken De politie herkende in hem den
man, die verscheidene brutale hoteldiefstal
len op zijn geweten had. De gevangene, die
van welgestelde *amilie is, gaf als motief
voor zijn inbraak op, dat hij zijn aanstaan
de, een schoon en rijk meisje, kostbare ge
schenken moest geven, en inderdaad had hij
op deze wijze een groot aantal waardevolle
juweeJen verzameld.
De rechtspleging was zelfs voor Amerika
ongewoon kort. Do beklaagde werd reeds
's middags veroordeeld tot niet minder dar
tien jaar gevangenisstraf.
Draadlooze telegrafie. Een
vader gaat zijn zoontje, dat bij vrienden
over het water gelogeerd had. van Londen
halen. Zeer slecht weer op zee: de vader
weet geen raad met den wanhopig-zeezieken
zoon. Hij is gewend in alles, wat do ge
zondheid der kinderen betreft, den rard van
zijn meer deskundige helft in te roepen
en seint daarom draadloos: „Jantje zeeziek
vat moet- ik doen?"
H?t draadloos antwoord kwam tijdig: „Ler
hem te bed."