(-) GEHEIM. B XiEIDSöiï 3DAG-3BLA15, JUa-i-ordag- 24 October. Anno 1908, PERSOVERZICHT. Gemengd Nieuws. 'o. 1493Ï. Over de katholieken en het iosreoht schrijft „De K e s i d e n- f ft ic b o do": „Algemeen stemrecht hebben zij (de ka tholieken, die do leiding van den Alg. Boud MrolgenJ in abstracto en concreto met ■grooto meerderheid van do hand gewezen. ■Ken organisch kiesrecht, berustend op ge- ■ziushoofden-kiesrcoht, hebben zij aan- ■vaard. jüvtnrcdige vertegenwc>ordiging ■bcbbcn zij verlangd. Gelijk aangetoond is, ■stuit dit alles niet op do Grondwet. Alleen slotalinea van art. 96 zou een b-zwaar ■kunnen opleveren." I Maar het blad gelooft, dat, al zit die ■^ïiet zoo glad, aan de herkiesbaarheid van Kamerleden wel een mouw to passen zou ■zijn. „Komt het eenmaal tot Grondwetshcr- ■zieuiug, dan kan de mouw heter worden in- ■gezet. Maar in afwachting daarvan schijnt ■het ons gezonde politiek, ons land te verlos- sen van den looden last van Van Hou ten's ■aangiftestelsel. En tevens het kiesrecht te ■verlcenen aan een breeder schaar, welke ■naar onze overtuiging daar evengoed voor lin aanmerking komt als tal van kiezers, Bdoor de wet Van Houten en door het toe- I val in het net der kiesvereenigingen mee- ■gesleept. I Wil mep later dan nog tot Grondwets herziening overgaan, men kan dit natuur- lijk doen. Maar voorloopig bestaat, naar ■deze opvatting, niet do noodzakelijkheid dien rompslomp met al wat. daaraan vast- le.it over ons land te halen. „H et Centru m'' is het niet eens met I met den schrijver in liet ,,H audels blad, die (zie ons vorig Overzicht) van de I gi-vallen beslissing „vermindering der I kansen van kiesrecht-uitbreiding" verwacht. |Het blad vraagt: I „Zou (de schrijver) nu werkelijk mecncn, dat die kiesrecht-actie ons geen uitbreiding Ivan kiesrecht brengen zal? Wij kunnen het I bijna niet gelooven. Mocht het evenwel toch I zoo zijn, dan zouden wij den schrijver wil- I lcn aanraden nog eens te herlezen, wat de I katholieke bladeu in hun commentaren op ld> besluiten der Bonds schreven." f Een heelo serie uitspraken van II.-K. bla- I den worden daartoe door ,,H et O e n- t r u m" aangehaald. Het blad conclu- deert daaruit: „l)e invoering van kiesrecht voor gezins hoofden, met de daarbij komende uitbrei ding door gelijkstellingen cn capaciteiten, kan alleen voor een oningewijde inkrim ping der kiesbevoegdheid, of althans ver- randcring der kansen beteekencu. En voor zulk een vreemdeling in ons politiek Jeru zalem mogen wij den „Handelsblad"- L redacteur toch niet houden Bovendien kon hij weten, dat, gelijk wij in onze nabetrachting op do Bondsverga dering releveerden, hüïsmans-kiesrechJ; reeds vroeger ract algemeen kiesrecht pne- tisch op één lijn werd gesteld en als zooi i nig door de tegenstanders van een ruiPiC kiesrecht-bedeeliDg werd gevreesd Ook onder de katholieken. Het „Handelsblad" geeft van dc Bondsvergadering der katholieke kicsvcr- nigingen dus een verkeerd beeld door r..m haar uitspraken een reaclionnair karakter toe te schrijven. Het tegenovergo iteloe was het geval En waar thans d3 hoefijzer- redacteur zelf erkennen moet, dat do kies recht-actie der rechtsche partijen de beste kans heeft te winnen, o. a. wijl men Zij waren heel goede vrinden, die elkaar alles durfden zeggen, in hun vertrouwelij ke uren overal over praatten, soms bijna vergetend, dar zij een meisje was Zij had den oogenschijnlijk geen geheimen meer voor elkaar. Doch nu, in een van hun in tieme gesprekken, zei Freddy: „Jij leeft altijd tot een zeker punt, dan houdt ineens alles op Ik weet niet goed hoe ik het zeggen moet, maar je zal wel voelen, wat ik bedoel.u „Neen, keusch niet!" verzekerde hij, pijnlijk denkend; zij óók all „Ik bedoel: jij bent e-n doet precies als een ander mensch; je bent gewoon flink van geest cn van lichaam; als ze jo zoo zien, denken ze, dat jc \ollcomco normaal bent. En dan komt er ineens een punt, waar een ander verder gaat, maar waar jij blijft staan. Dan is het of er een onmacht over je komt, een hopeloosheid, en dan krijg ik altijd zoo het gevoel, dat al het vorige co- medie is geweest, waar jc niet het rechte ploizier in hadt, maar waar jo je toe dwong, toe opschroefde, om toch maar nor maal le schijnen, cn dat nu ineens alle sna ren gesprongen zijn en je dood-op bent en denkt: in 's hemelsnaam, wat kan het mij ook schelen, het is alles ij dolheid, het is heerlijk je eindelijk eens te kunnen geven, zondor comodio, zooals jo werkelijk bent I Zie je, Frans, daar schuilt een geheim ach ter, dat voel ik, een levensgeheim. Wint zoolang als ik jo ken, en dat is nu al heel lang heb ik in alles jo die methode Rien volgen. In alles." „Ik weet werkelijk niet wat je bedoi't." „Dat jok je. Als jc het mij niet wilt z g- 6'en, dat moet jij weten." Een poos zwegen beiden. Zij wachtte te vergeefs op antwoord. Hot was een pijn lijke, klemmeude stilte. En echt vrouwelijk Links te zeer verdeeld is, is het onver klaarbaar, dat hij op het stuk van kies recht de strekking onzer Bondsvergadering negatief en nog wel louter negatief kon noemen. Negatief is de blanco-leus, waarmee men de verstrooide Linkerzijde tevergeefs tot één geheel heeft trachten saam te brengen. Een leuze, waartegenover men van Rechts eenige positieve cn voor verwezenlijking vatbare cischen heeft gesteld. In de sectie» der Tweede Kamer is ter sprake gekomen do vraag, of ook niet aan Kamerleden pensioen moest wor den gegeven. Dc „Z utphenacho Oourani' wijdt eeu artikel aan die opmerking. Het Kamerlidmaatschap is tegenwoordig voor wie het naar behooren vervult lang geen sinecure meer. Het eischt den geheel en mensch. Het rukt hem maanden aaneen vier dagen per weck uit zijn werk. Als het Kamerlid vaeantie heeft, wordt hij over stroomd met officieele stukken, welker stu die hem onontbeerlijk is, wil hij do de-Bat ten kunnen volgen, daaraan deelnemen en met kennis van zaken stemmen. Veeg daar bij den berg brieven, adressen en verzoeken van allerlei aard, door particulieren cn vereenigingen tot hem gericht, van welke tij .'an toch kennis moet nomen, benevens den tijd, noodig voor het ontvangen van deputaties of besturen van vereenigingen, bet te-woord-staan van „kiezers uit 't district," het houden van conferenties met partijgenooten, het instellen van plaatselijke onderzoekingen, het houden van politieke redevoeringen in zijn district of elders en men komt tot de conclusie, dat tegen woordig een lid der Tweede Kamer eigen lijk neg bijd te kort komt Zoo is het niet meer een „ambt," waar voor een schadeloosstelling van 20D0 g!d. vol doende mag heeten, want daar gaan nog alle reis- en verblijfkosten af ook. De reiskosten vormen samen geen gering bedrag voor wie ver weg woont. De h^er Tydens, die bij Winschoten woonde, heeft indertijd publiekelijk voorgerekend, dat hij op zijn 2000 gld nog gold' toelegde Wil men voor het vervullen der 100 zetels da keus hebben uit dc beste land- genooten, dan moet men toch dèn weg van traktcmentsverhooging op2000 gld is beslist onvoldoende tegenwoordig He-t ambt i.s daarbij veel tc risicaal, en wie na vier jaar de Kamer uit moet, vindt slechts met groote moeite een betrekking, die hem voor het. verlies schadeloos stelt Toch zou de „Zutphenscbc Cou rant" een verhooging in geld niet wen- scholijk achten „Wel zou het o.i aanbeveling verdio- nen aan de loden een gratis-abonnement dp alle spoorwegen te verschaffen, door het Rijk te betalen. Daarmee zou men bereiken, dat het gaan wonen van Kamerleden in Den Haag werd tegengegaan; het is toch beter, dat de leden der Volksvertegenwoordi ging verspreid wonen over het gansche land, zoodat men beter op de hoogte kan blijven van de behoeften en denkbeelden van heel het volk. Een twee-de middel om het ambt van Kamerlid toegankelijk te stellen ook voor hen, die de middelen niet bezitten om de schadeloosstelling te kunnen ontberen als ze niet worden herkozen, is: een pensioen. Niet te hoog, maar klimmend naar gelang van het aantal diènsHir'm, tot een maxi mum van bijv 1000 gld Dan is ook althans ©enigermate de toekomst verzorgd van hen, de hoop toch nog niet willende loslaten, be gon zij weer, toeD hij in zichzelf gekeerd bleef „Bijvoorbeeld: ik ZöJ een voorbeeld no men, het meest voor do hand liggende, je omgang niet meisjes. Neem Lucie, neem Toos, neem Marietjc, neem al do jonge meisjes, waar je mee omgegaan hebt Jo hebt Toos zelfs het hof gemaakt, en ieder een, en zijzelf niet het minst, dacht... Maar op een gegeven oogenblik maak jo alles uit, trek je jc terug, raadselachtig. Ik zal nog eerlijker met jo 9prcken: in mij, in mij ook heb je de illusie, meer dan dat: de overtuiging, gewekt, clat je me vragen wou je vrouw te worden. En op een gegeven dag, net of je in eens denkt: „Het i3 waar ook, ik heb mijn geheim, dat had ik verge ten," op een gegeven dag draai je om als een blad op een boom cn vraagt me of we geen gewone goede vrienden kunnen wor den. Daar zit een geheim achter; en niet uit nieuwsgiorighcid, maar omdat ik jo helpen wou als goede „vriend", je helpen wou het to dragen, en misschien, wie weet, het op te lossen, daarom dring ik er op aan, dat jo het me zal zeggen." Toen hij dien avond naar huis ging, dacht hij: Zij ook all Enfin, natuurlijk, .zoo is het met allemaal gegaan I Maar dat ik haar nu ook moet verliezen, dat ia toch vrecselijk." En hij dacht hoe het begonnen was in zijn schooljaren. In de klas on in hot naar-huis- gaan met zijn vriendjes was hij getapt, leek hij een gewone jongen. Juichend sprak hij 's zomers over het ijs van den wint-er, over schaatsenrijden, dat hij zoo goed kon, en over sneeuwballen gooien. Hij had een paar prachtige Fricscho schaatsen, dio hij uit het vet haalde cn aan zijn intiemsto vriendjes 's Woensdagsmiddags liet zien. En als dan de winter kwam, met ijs en sneeuw, dan zocht hij altijd een veront schuldiging om niet mee to hoeven doen: uu eens was hij ziek, dau weer had hij die zich ganschelijk willen wijden a&n do behartiging der publieke zaak. Do Staat heeft dien plicht aanvaard voor zijn ambtenaren, ook voor zijn ministers, die schier nimmer langer diensttijd hebben dan 4 jaren; laat hij die verplichting ook op zich nomen voor hom, die, zooals mr. Van Houten het indertijd uitdrukte, administra tion controleert en wetten beoordeelt, en die aan het gcbcele volk een dienst doet als hij tegen eon voor zaakkundige diensbj i op dit gebie^ onbeduidende schadelooss fi ling deze inspannende en tijdroovendc wiv- zaamheden wil vervullen." Daarvoor is Grondwetsherziening noodig Nu, die komt toch binnen afzienbaren trjd. En dan kunnen deze denkbeelden worden overwogen. In een driostar „De soldaat b uiten depolitiok zegt „Dc Standaard": In het Voorloopig Verslag op Hoofdstuk I wordt ook de maatregel afgekeurd, dien de Burgemeester van 's-Graven- h a g e nam, om geen soldaat in uni form bij de betooging voor algemeen stemrecht too te laten Dat weid afgekeurd. Een militair was zoo goed als ecu ander. Waarom zou ook hij Diet mogen „meebetoogen Wii hopc.n accx, dat de Regecring ten deze aan den Burgemeester do band boven het hoofd zal houden. Hij als burgemeester had hierover suoiure te zeggen. Hij is het, die verlof tot de betooging geeft, en hij alleen moet zelf weten, onder welke voor waarden hij zo kan toestaan Maar ook do zaak zelf is van gewicht. Geen grooter onheil kan aan een land over- komcD, clan dat men het leger in de poli tiek haalt. In hoeveel landen heeft dit er niet toe geleid, dat leiders van partijen zich de hulp van het leger verzekerden, om hun politiek plan door to zetten En ook, als het tot onlusten komt, moot de Regcering, tegon wien ook, op het leger rokonen kun nen, en clat juist wordt ondenkbaar; als <1° soldaat, zelf pactij kiest. Het „Friesch Dagblad" is van meening, clat do Overheid niet alleen do Kerk ©n de particulieren moet laten ar beiden aan de bestrijding der werk loosheid, doch zelve ook handelend behoort op to treden. Moet do Overheid ook iets doen ter be strijding van de werkloosheid, m. a. w. als do ergste nood gelenigd en tegen do uiter st© ellcn-d© gezorgd is, kan do Overheid zich dan verder terugtrokken, omdat het een „verschijnsel" geldt, waar zij buiten staat „De werkloosheid", zei mr. Lobman, „is een kwaal de-r maatschappij en daarom moet do ma a t s c ii a p p ij en niet do St a a t trachten haar weg te nemen. Dat is ongetwijfeld wkar. Doch daaruaast-tre- c*o- Overheid toch óók een taak; door haar wetgeving bijv. grijpt zij telkens in op liet terrein van het maatschappelijk leven en kan zij de werk loosheid bevorderen of bestrijden. Ik denk bijv. aan de invoerrechten. Als do Overheid ziet, dat de arbeiders uit ons land bij honderden naar Duitschland trekken en daar brood verdienen, dan is het wel degelijk haar taak, om te vragen, hoo dat komt I Te onderzoeken, of niet do bescherming van do inlandschd nijverheid een kostelijk raiddel is, oin de werkloos heid te bestrijden. Dat er ook Italianen naai Duitsckland trekken, terwijl toch Italië een land van protectie is, doet hier weinig ter zake, wijl geen lust of geen tijdeens, toon het er dan eindelijk van zou komen, had hij zijn voet verstuikt. En do jongens gingen hem lang zamerhand voor een „opsnijcr" houden. Als het voetbalveld ver was, sprak hij met enthusiasm© over voetballen; maar tot meedoen was bij nooit tc krijgen. Hij zwom veel, maar niemand zag hem ooit in het bassin. En telkens zou hij clo jongens weer door zijn comcdiespel cn zijn brutaal ge bluf en handig gedraai voor zich hebben weten te winnen, en doen denken, dat hij toch wel een flinke gewone jongen was, wanneer niet het speeluur iederen keer opnieuw zijn reputatie onmeedoogend had afgebroken. In het speeluur, als hij alleen stond, afgezonderd van do anderen, voelde hij hun haat tegen zich groeien. Den haat van flinke, gezonde jongens voor do „jon gejuffrouw", het kruidje-roer-mo-niet, dat niet mee wou doen. En dan bad hij na ieder speeluur weer met moeite, met zijn geestig gepraat en zijn aanstellerij van flinkheid, do trouw en het vertrouwen van zijn beste vriendjes terug te winnen. Hij dacht nu: had hij maar éón keer den moed gehad aan zijn besten vriend t© ver tellen wat hem eigenlijk scheelde. De jon gens zouden dat wel begrepen en zeker meer sympathie voor hem gehad hebben. Het was immers zoo eenvoudig en toch heel gewoon om ronduit te zeggen, dat hij een ongeluk had gehad, toen hij zes jaar was, waarvan hij een ongemak had behouden. Wat was or aan? Maar hij fiad zijn schijn vau flinkheid, ook zelfs toen hij zich door zien wist, niet willen opgeven. Hij wilde het medelijden der jongens niet, hij had nooit medelijden gewild, evenmin als hij nu het medelijden wilde der meisje©, die hij ken de, en het minst van al wilde hij het mede lijden van Freddy. Want n u begreep hij niet, dat hij hot indertijd niet aan de jon gens had gezegd, en toch zei hij het nu o o k weer niet aan Lucie en Toos cn Marietje cn Freddy. Was dat nu lafheid of moed? Den volgenden dag zei Freddyi Nederland en Italië to weinig punten van overeenkomst hebben en ons volk in ontwik keling en volhardingsvermogen ver boven het Italiaansche staat. Dan is daar de ontginning, in verband met onteigening. Door de verbeterde werktuigen kunnen op het oogenblik nog tien duizenden hec taren hei in goeden teelgrond herschapen worden. Waaj-door vele handen werk krijgen. En de trek naar stad gaat minderen. De Overheid kan do ziekt© der werkloos heid wel niet genezen, maar de genezing door tal van maatregelen toch zeker be vorderen. „Het Huisgezin" behandelt het zelfde onderwerp, en voelt niet veel voor kunstmatige werkverschaffing of het ver vroegen van allerlei arbeid, die voor een volgend jaar was bestemd. Dat is slechts verplaatsen van het kwaad en schept de kans, dat dd ellende een vol gend jaar nog grooter afmetingen zal aan nemen. In do Kamer is ook gewezen op bescher mendo rechten, waardoor de binnenland- sche nijverheid zou worden ondersteund. Daartegen is aangevoerd, dat in landen, die beschermend© rechten heffen, ook werk loosheid voorkomt; en men heeft met clat argument nogal gewerkt. Doch deze kwes tie i3, zegt „II et Huisgczi n", thans niet aan de orde. Welke bezwaren men tegen protectie moge hebben, zeker is, dat zij meer werk bezorgt., en daar we juist aan meer werk behoefte hebben, is het niet zoo dwaas, de protectievraag in dit verband ter sprake t© hrengen. We weten wel, dat de gewichtigst© op werping van liberalen cn socialisten tegen protectie is, dat zij de beschermde artike len duurder maakt en clat dus ook de werk man daaraan mee betaalt, maar aan ge- nemen, dat do opwerping juist is willen zij niet door het afschaffen van overwerk en het voorschrijven van korter werktijd de verdiensten van den eenen werkman ver minderen ten behoeve van den ander? Ts dit, in een anderen vorm, niet ook pro tectie Wij willen maar zeggen, dat wie do za ken nuchter bekijkt en van het proteetie- viaagstuk geen dogma maakt, zal toege ven, dat er tusschen beschermende tarief- maatregelen en werkloosheid even goed verband bestaat als tusschen het laatste en vermindering van den werktijd Dat verband te ontkennen is eigenlijk al te dwaas; het. te erkennen, is de verplich ting te aanvaarden, die uit die erkenning voortvloeit. Heer of geen heer? Onder dit opschrift merkt „L and cn Volk" op: Bij dé vernif Iding van benoemingen in do „Staatscourant" wordt nu eens de naam van den banoemete voorafgegaan door de woorden „dc heer", dar» wrder ntet. Het schijnt, dat d? verschilled^ ministeries, bii hun voordrachten aan de Kroon, in dit op zicht niet dezelfde gedragslijn volgen. Toch ware eenvormigheid in dezen wenschelijk. F.n dan zal het. wel algemeen dienen to wor den zonder heer 1 Van o' n d e r w ij z e r tot... b ede laar. Dinsdag zag men te Sittard een fatsoenlijk gekleeden jongen man, 'n kerel „Frans, het spijt me, ik moet er nog eens op terugkomen En hij zei tot zichzelf: „Zeg het nul Nu zeggen 1" „Het vervolgt mei het idee wil mo niet loslaten, dat je een geheim voor me hebt. Ik maak me do afschuwelijkste voorstellin gen, dat begrijp je toch wel. Ik bid je, wil jo onze verhouding, onze vertrouwelijkheid, ongeschonden bewaren, z?g het me. Ik weet zeker: het is zoo eenvoudig, je geheim. We zullen er om lachen, zoo eenvoudig als her is. En nu zoek ik er de onmogelijkste din gen achter, en ik ben vrecselijk bang en ze nuwachtig, ik weet niet waarvoor ,,Ik begrijp niet wat voor spookbeelden je je nu ineens in je hoofd bent gaan halen," zei hij, gemaakt lache-d en boos En er klonk iets nerveus in zijn stem, toen hij werktuig lijk vervolgde, tracht. '1 te doen rte de ver moorde onschuld: „Het lijkt wel een idéc fixo, waaraan je bent gaan lijden I Als jc nu absoluut wilt hebben, dat ik een ge heim voor je heb, nu, laat ik er dan een liebben en wees tevreden I Maar vraag mij niet welk, want waarlijk, ik weet niet wat je bedoelt." En meteen dacht hij smartelijk: Nu kan ik niet meer terug; nu heb ik mijn schepen ver brand En hij had spijt van da woorden, die van zijn lippen waren geloopen, maclii- naal, omdat do leugen en het comcdiespel in dit opzicht zijn tweede ik waren gewor den. Toen ging Freddy verder met haar bui tengewone eerlijkheid, en ieder woord was hem een dolksteek in het hart: „Je hebt me lief, dat weet ik. En ik heb jou lief. We zouden gelukkig worden als man en vrouw, wanneer dat afschuwelijk ge heim er niet was; dat geheim, hetwelk ik nu haat! Zeg het mij, en het is er niet meer. voor ons is het er niet meerWant wat het ook zij, al is het het ergste, dat ik me voor stel, hot zal geen beletsel voor mij wezen ie vrouw te worden. Zeg het me dus alleen als een boom, huis aan huis aanbellen, vragend om een aalmoes. Wachtmeester (Ju- likers, die hem spoedig in de gaten kreeg, nam hem mede naar het bureau der ka zerne, alwaar de man opgaf genaamd te zijn H. N., oud 31 jaar, afkomstig uit Wil- dervank (Groningen), alwaar hij als hulp onderwijzer is werkzaam geweest. Hoe wel bespraakt en mededeelzaam de man ook was toch liet hij niets los omtrent de wij ze, hoe hij uit zijn betrekking geraakt was. Bedelend had hij dien grooten afstand tot Zuid-Limburg to voet afgelegd; twee dagen was hij mijnwerker geweest, doch dat beviel hem ook al niet le erg; bedelen ging veel gemakkelijker en bovendien do verdiensten bedroegen soms nog meer. Hij nam daarom dit baantje weer op met ge volg, dat hij thans bekeurd werd wegens bedelarij. Aan de aanmaning dit beroep niet meer voort te zetten, schijnt deze cx-ondcrwijzer zich niet erg te storen; althans, naar w;j nader vernemen, werd bij andermaal be keurd wegens bedelarij. („L. K.") In verschillende plaatsen, van Yoigtland zijn Woensdag herhaaldelijk hevige aardschokken gevoeld, t© Bnim- hach bijv. tusschen 's middags 1 uur tot 's avonds 10 uren dertigmaal. De aard- stooten gingen vergezeld van een knal nis hij een ontploffing en van een dof gerom mel. Woensdagnacht waren de schokken minder hevig, maar gisterochtend werden de bewoners weder verontrust door een hevige aardsehudding. De Duitschers krijgen t e li kens van een nieuwe belasting to hooren. Volgens de „Lokal-Anzeiger" was het plan om, behalve d© el»>ctriciteitsbelasting ook een belasting van electrischo gloeilampen te heffen, door er een 1 anderol van 20 pfennig op te plakken. Dc Bondsraad inoet dit bedrag 'echter aanmerkelijk verlaagd hebben. Een dia ma nth. ndelaar to Parijs, Louis Goldsmith, die sinds 30 jaar in het vak was en aller vertrouwen genoot, ia dezer dagen gevlucht, met medeneming van een groot b drag aa»; diamanten, die hem waren toevertrouwd door andere kooplieden. Het tekort, dat hij achterlaat, bedraagt eenigo millioenen. Met grooto brutaliteit heeft hij zijn vlucht volvoerd. Het spreekwoord gedachtig- de brutalen hebben dc halve wereld, liet hij zich d^or zijn bediende, die een zwaar \alies droeg, gevuld met diamanten, naar het station biengen, alsof hij een zijner gewone reizen naar Londen ondernam, waar hij ook een groot kantoor heeft. Sinds dien heeft men echter niets meer van hem gehoord. De Amerikaansche bladen geven beschrijvingen van het landhuis in de Poeantice Hills, dat Roefeller heeft la ten bouwen. Het is zoo'n merkwaardig ge bouw, omdat cr door den architect naar is gestreefd lïct landhuis en de uitgestrek te parken, die het omringen, zóó in te richten, dat Rockefeller in zijn kasteel on vindbaar is voor deurwaarders, die hem een dagvaarding zouden willen bcteekenen, om als g.tuigc te verschijnen in de hon- derd-en-één proeessen tegen do „Standard Oil." In de parken om hc "huis zijn overal doodlooponde wegen en plotselinge water- of muurversperringen aangebracht, welke een ongenooden en dus onwelkomen bezoe ker den doortocht naar het kasteel belet ten. Bovendien zijn om het park en om het landhuis kordons van speurders en wachters geplaatst, die dag en nacht den toegang tot de veste bewaken. maar even, en alles is in orde! ...Toe, zes het me... aan mijn oor!" drong zij. En hij: „Maar Freddy, ik ben toch niet gekl Zou ik het zooeven zóó beslist ontkend hebben, vanneer er werkelijk iets was? Ik dacht, dat jc na die pertinente verklaring je ongelijk zoudt inzien l En wat die kwes tie van mo vrouw worden betreft, het spijt m© dat j© zoo'n teer punt hebt aango- roerd...." „Maar, Frans, we mogen elkaar toch al lee zeggen! Wie mogen er dan ronduit pra ten, als wij het niet mogen doen?" Ik houd niet genoeg of liever niet op de goedo manier van je om mijn vrouw van jo te maken. Ik ben niet voor het huwelijk in de wieg gelogd. Ik heb het jc al ecna meer gezegd, en ik dacht, dat je me ge loofde. W ij zouden elkaar altijd gcloo- vau. Maar jouw geloof in mij sohijnt *11- ccns verdwenen to zijn. Waarmee heb ik dat verdiend? Ik zal nooit trouwen heb ik je gezegd, en ik heb de waarheid gespro ken, of jo me gelooft of niet De laatst© woorden werden luid cn drif tig gezegd. Tranen sprongen in haar oogen, toen z zei: „Ik geloof, dat we voor vandaag go noeg gesproken hebben, Frans... 't Is goed, ik zal er niet meer op terugkomen, ik zal je niet meer lastig vallen. Houd je geheim, totdat je liet mo zeggen zal uit jo eigen. Adieu, tot morgen, hé?" En zij ging. Hij voelde, dat er iets onher roepelijk stuk was in hun vriendschap, cn hij verbaasde en verontwaardigde zich weer over zichzelf. Waarom had hij het nu niet gezegd?! Het was zoo eenvoudig. Hij hield van haar, ontzaglijk, cn hij wist nu: zij hield van hem. Wat voor beletsel zou er zijn om man en vrouw te wordenHet waa idioot! Alleen zij moest het weten. ■En hij zou het du nimmer meer kunnen zeggen, dat voelde hijnu nog minder dan ooit.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1908 | | pagina 13