He. 14@£0.
LEIBSCH DAGBLAD, Woensdag* 30 September. Derde Blad.
Anno 190S.
Het zee-hospitium te Katwijk voor
tuberculeuze kinderen.
Gemengd Nieuws.
FEUILLETON.
Voor vrouw ki
II.
Het ziek-zijn van kinderen is wonderlijk.
Uit hun lijden beurt zich altijd weeraan de
jongo lovenlust op. Dit bedriegt den leek
dikwijls genoeg in do levenskracht-beoor
deel iug. Het ventje, waarover wij in ons
vorig opstel spraken, vindt het hier ver
geleken bij het zaal-leven van het Rotter-
damscho ziekenhuis een volmaakt be
staan.
Een werkelijk onbezorgde lach glijdt los
uit do vrocg-zorgelijke trekken van pijn-
altijd wijl hij dit vertelt. Zijn onstuimige
stadgenooten, de drukke Rottordamincr-
tjes hinderen hem niet; hij schudt nog eens
weer, neen, met zijn toeë oogen als dc bo-
zorgde zuster 't hem vraagt
Op dc meisjeszaal is het heel wat kalmer.
Een juffertje zit parmantig aan een ta
feltje wat te naaien voor pleizier; druk
wordt cr met poppen gespeeld, hier zijn
verscheidene patiëntjes met. gewichten
hangend aan do beentjes; kinderen, die
aan gewrichts-tubereulose lijden.
Yooral voor deze laatste kinderen blijkt
do behandeling in het Hospitium heilzaam
to werken; hun opneming is alleszins ge-
wenschtalleen voor patiëntjes met ernsti
ge fistels is het hier minder goed
Men weet, kinderen lijdend «aan long
tube reu lose, moeten ter besmetting der an
der» kinderen, worden geweerd. Wij willen
er hier voor den mogelijken bezoeker van
het Hospitium, die wat afgeschrikt mocht
worden door dat nare gezicht van do ge
wichten, die vele kinderen aan do beentjes
hebben hangen om de tuberculeuze heup
gewrichten weer in gorden stand terug te
brengen, op w ijzen dat d e z o patiëntjes
in bot geheel geen gevaar van be
smetting voor den buurman opleverenwc
leggen hier nadruk op, omdat het wel eens
wordt gedacht.
De arme kindoren hebben ze niet ongaar
ne aan, die gewichten.
Zij toch geven de aangetaste gewrichten
rust, verminderen de pijnlijkheid, terwijl
hun eind-doel is, door kinderen ook al wel
begrijpend gewaardeerd, dat ze behoeden
voor mismaaktheid.
Voor welko kinderen dan verder het
Hospitium aangewezen plaats is: voor de
zoogenaamde pre tuberculeuze jeugd; voor
kinderen, waar de doktor niets aan te
vinden weet, wat op uitgesproken tuber
culose wijst, maar die toch een te hooge
temperatuur hebben. Het blijkt hier, dat
de thermometer spoedig naar beneden
drijft.
Het is in zoo'n inrichting ren bijzondere
gelegenheid die kinder-haraVers to bestu
deer en, de verschillende ui tings-wijzen in
pijn of vreugd naast cl kar r te zien; zoo'n
eersten dag. dat ze van vader cn moeder
af, hi"r komen en naast elkaar liggen in
de groote zalen mot allemaal vreemde op-
pasters. Dan kijken ze met. een leegcn
weemoed die groote zaal in naar al het
vreemds, dat bon omringt: de ongekende
kindertjes in do bedjes naast de hunne,
naar het eigen zieke beentje of armpje
met. de vraging in dio wijde kinderoogen,
wat. er van het leven is.
Van ócn zoo'n achtjarig meisje, den eer
sten dag gekomen, ontdekten wo onder de
armelijke schatten van prentjes en ansich
ten hierheen meegenomen, de briefkaart,
door haar geschreven aan vader en moeder
in Rotterdam De zusters, altijd aanwezig
in de zaal, hadden haar geschrijf niet op
gemerkt, zoo geheimzinnig had ze met
vader en moeder dat. praatje gemaakt.
En wat cr op stond? Wel, dat ze naar
vader en moeder verlangde en Mina, die
nu jarig was geweest, niet bad kunnen
felicitoeren, en dat vader cn moeder dat
nu maar moestem doen of anders Mina
mét vader en moedor eens mee moest komen
kon ze :t zelf doen, enz.
Eentonige verhaaltjes din het, die ze. te
vertollen hebben: een g-beurt-mis van ver
jaring of bezoek. Een meisje, het beele
lichaampje in gips-har nas, tot aan dc wan
gen, vertelde, moeilijk het hoofdje ver
draaiend, hot voozo gezichtje één geluks-
straling, d'at moe uit Rotterdam naar Kat
wijk wonen kwam.
Men wordt hier diep bedroefd gestemd,
door het optimisme van do kleine tobbors.
Als men dio bleekc krijtneusjes ziet, dien
flauwe», matten blik, dio strak staart bij
pijn, krijgt men een gevoel van moedeloos
heid, tegenover wat de natuur bij de ge
boorte of de omstandigheden in 't leven
aanrichtte. Mooie resultaten wekken dan
wel op. Een levenslustige, op 't oog zeer
montere knaap, heeft eveneens machteloos
in het gips gelegen, loopt nu; meerdero
voorbeelden zijn er.
Wat dan vooruitgang aan lichaamsge
wicht betreft.
"Sinds Mei kwam een 14-jarig meisje het
schier ongelooflijke cijfer van 15 kilo aan;
een ander kind lijdend aan gewrichts-tu
berculose 9 kilo, weer een ander in dit tijds
bestek 6 kilo, enz.
Nagenoeg allo kinderen neinen aan ge
wicht toe.
De zeelucht is een duchtige prikkel; dc
kroezen melk zetten zich om in lichaampjes,
die iu het ziekenhuis kwijnen bleven.
De eetlust neemt toe cn daarmee de weer
stand
Enkele gevallen zijn er van patiëntjes,
wier te ondermijnd gestel geen kracht ge
noeg bezat om te reageeren op dien prik
kelkinderen met ernstige fistels bijv.;
voor hon is uilteraard deze medicijn van
voortreffelijke levenssfeer voor 't gewone
kind te straf.
Maar overigens, wanneer men de inrich
ting ziet, waar gezonde lucht zoo van de
zee in de longetjes dringen kan, dag en
nacht; dien zoo waarlijk hartelijken cn wei
nig in richt ing-achtigen omgang der zusters
met de kinderen en die zoo bezwaarlijk uit
te voeren maatregelen ziet genomen, als van
het zeewater, dat op de lorrie de duinen
wordt over gereden om te dienen tot zee
baden op temperatuur hannenshuia, dan
moet men ook weer beseffen gaant dat, zoo
ergens, h o r genezing schuilt.
Op dienzelfden wagen op rails worden de
zwakste kinderen of die met gips-ver band
naar een duin-plek gereden, vooraan de zee.
Veel zou er nog op te merken zijn van
wat ons in het hoofd bleef hangen.
Er is een isoleergebouw, waar door be
smettelijke ziekte aangetaste kindertjes toe
ven; er is een badkoets met- drie comparti
menten voor zeebaden, zoo ruim, dat ver-
scheidcnen tegelijk kunnen profiteercn. Er
is één maar: 100 bedden zijn beschikbaar,
76 was het hoogst aantal bezette dit eerste
jaar. Het Hospitium is voor menigeen te
duur. 1.50 daags is bij een langdurig ver
blijf en dat is meestentijds gewénsent
ecu hcele som. waarvan menige kleine bur
ger terugschrikt. En vrije bedden heeft het
Sanatorium niet aan te bieden.
Mocht het door kapitaal-vorming daar
nog eens over beschikken kunnen
Dat is ccn vromé wensch.
Van Rotterdam is een bezield werken in
zake tuberculose uitbegaanoen Rotte r-
damsch ingezetene ook, die de" vorstelijke
gift voor het Sanatorium schonk. De stad
Rotterdam is het, die op 30 bodden in het
Sanatorium beslag heeft gelegd.
Zou I.oidcn, de stau in de nabijheid van
het. Hospitium, de stad, waar zoovelen warm
voelen voor de ellende, onder het volk door
dien grooten vijand aangericht men zie
het Gulden Boek maar eens in, hoevclc
Leidscho namen uit onze wetenschappelijke
kringen daarin vermelding vonden zou
van Leidon niet uit kunnen gaan, kracht
van nieuwe hulp in tubcrculose-bestnjding?
Van Joseph Israels lazen wij:
Te schilderen, te schrijven, te zingen en
te dansen ton bato onzer ongelukkige m<;
de menschep, daartoe wordt men teg?n-
•woordig maar al te dikwijls opgewekt. Hoe
meer ellende, ongelukken en ziekten ons
ter oore komen, hoe meer er geschilderd,
gemusiceerd en gedicht wor k en dat
alles wordt Ivj elkander gebracht, al die
kunst en pcezic wordt opgeroopén om dat
een" groote geneesmiddel tc kunnen aan -
wenden, dat geneesmiddel voor zoo vele
behoeften... bet platte prozaïsche geld.
Zoo is het: hot platte prozaïsche geld.
Dat schenkt, lezers, ouders zelf, de poë
zie om kleine kleuters als tobbertjes hier
heen gekomen, met dartele lichaampjes
weg te doen gaan.
En onder den indruk van een afscheid,
dat wij zagen, een gezond kindje vertrek
kend, geven we het u, lezers in gedachte:
mogelijke verdere hulp voor het Hospitium.
De H.
Het aantal gelegenheden o m
zich te bekwamen in dc danskunst groeit*m
onze goede stad steeds aan. Als nu het getal
dergenen, dio begecrig zij-n deze kunst gron
dig te verstaan, maar gelijken tred daarmee
houdt, blijft het met het evenwicht tusschen
aanbod en vraag tp dit terrein in orde.
Onder de leeraren in het dansen is de heer
H. J. van Leeuwen een oude en goede be
kende. Hij gaat met zijn tijd mee cn heeft
hiervan opnieuw bewijs gegeven door zijn
danszaal aanmerkelijk te doen vergrooten.
Hierop even de aandacht te vestigen was
ori3 dool. Morgen, Donderdag, kan ieder,
die belang stelt in de vergroote, van een
keurigen parketvloer voorziene zaal, deze
bezichtigen. Het adres is: Langebrug 75.
Een photo van de loealiteit zal eerstdaags
bij den heer Corn. v. d. Ven, Breestraat-, te
zien wezen.
Mo n meldt aan do „Leeuw.
Ct." uit Den Haag:
Bij een glas- en inbraakverzekering-
maatschappij heeft zich iets heel eigen
aardigs voorgedaan. Do heer M., een groot
aandeelhouder, schreef op eigen gelegen
heid een vergadering van aandeelhouders
uit; de gewone kon niet doorgan wegens
ziekte der commissarissen, die aan de beurt
van aftreding waren. Hij verdeelde zijn
aandeelen onder eenigo personen, die met
de Maatschappij niets tc maken hadden,
ja, zelfs moeten er twee gefingeerd wezen.
Op die onwettig© vergadering werden
nieuwe commissarissen gekozen en de bei
de directeuren in Den Haag cn Amster
dam ontslagen Met do nieuwe zoogenaam
de commissarissen begaf hij zich daarop
naar het kantoor der Maatschappij, kwam
dit binnen tegen den wil der directie cn
verzegeld© de brandkasten. Tevens publi
ceerde hij een .advertentie in eenige bladen,
meldende, dat do directeuren waren ont
slagen. Deze lieten eerst t'o z.g commissa
rissen van hun bureau verwijderen en ver
braken daarop kalm de zegels.
Door hen werd verder bij de politie een
aanklacht ingediend wegens huisvrede
breuk cn een civiele procedure begonnen
om cc-n schadevergoeding van 25,000.
Uit zekerheid lieten ze meteen beslag leg- j
gen op <!c 57.000 aandeelen, welke door i
den heer M. I n bureel»; waren gedepo
neerd, om toegang te krijg- n tot de ter
elfder ure uitgestelde aandeelhouders ver-
ga dering, welke door den heer M. op eigen
gr!eg*nhcid thans is gehouden.
Tc U t r e'c li t beme rktc een be-
woonster vin het Vreeburg; die eenige
uren van huis was geweest, bij baar thuis-
komst, dat dieven zich toegang tot baar
woning hadden welen to verschaffen en
daaruit hadden ontvreemd ccn horlog",
eenig geld en verd r wat kleine voorwcr-
pen. De politie werd hiermede in kennis j
ge-told; het onderzoek hraicht aan het i
licht, dat do daders een raam hadden open-
geschov en en met een onder een theeblad i
liggende sleutel een kast haddon geopend.
Dank zij do r.ctiviteit van het politieper
soneel aan bot bureau Catharijnebrug
werden nog gisteravond dc dieven opg°- j
spoord en aangehouden; liet waren drie
jongens van ongeveer 13-jarigen leeftijd,
kleine bengels, die evenwel bij de politie
reeds heel slecht bekend staan. Een hun
ner, een kereltje van twaalf in ar, wist voor
eenige weken een visschersschuit uit de j
Vleutensche Wetering to kapen transpor
teerde het bootje naar den Krommen Rijn.
brak daar de fuik open, stal de daarin
aanwezig© paling en verkocht ('ie voor ecu
aardig sommetje; thans heeft dit heerschap j
ook een inbraak op zijn geweten, cn dat op
nauwelijks 12-jarigen leeftijd I
Men schrijft ons uit Arnhem:
Men herinnert zich het gruwelijk drama
ongetwijfeld nog wel. In het begin van dit
jaar werd door een heer, die 's avonds per
rijtuig den Zijpschen weg te Arnhem pas
seerde, aan don kant van dien weg een
knaapje gevonden, badende in zijn bloed.
Spoedig per rijtuig naar het Diakonessen-
huis overgebracht, mocht het gelukken na
zorgvuldige verpleging den knaap, hoewel
in ernstigen toestand verkeerende, in het
leven te houden. Toen de politie van het
geval in kennis werd gesteld, bleek al
spoedig, dat het knaapje door zijn vader
aldus was toegetakeld. Deze, do Hollan
der C., was alleen om zich van zijn zoontje
te ontdoen van uit Duitschland, waar hij
woonde, naar Arlihcm overgekomen, om
dit doel te bereiken. Hij had den knaap
met een scheermes aan den hals verwond
cn verder niet naar het kind omgekeken.
Alleen aan de omstandigheid, dat de knaap
spoedig gevonden werd, was het to danken,
dat het oogmerk van moord werd voorko
men. C. bekende volledig. Naar wij thans
vernemen is na con maandenlange instruc
tie eindelijk het voorloopig onderzoek ge
sloten. Do vader is na deskundig onder
zoek niet toerekenbaar verklaard cn zijn
opzending naar Medemblik voor den proef
tijd van een jaar gelast.
Men s c h r ij f t aan de „Dordr
Ct." Een predikant, die zich tijdelijk met
verlof in zijn geboorteplaats, een dorpje
in Noord-Holland, bevindt, wandelde Zoa-
dagmiddag niet zijn echtgenoot©, een vrien
din zijner vrouw, zijn zoontje en hondje
langs den dorpsweg. Plotseling ontwaarde
domino, dat het Zondagsche pakje van
zijn zoontje vol inktvlekken zat.
,,Hoe kom je daaraan, jongen?" vroeg
pa. ,,Ja, bij die schutting werd ik ineens
met inkt gegooid en., ik zag niemand!"
verklaarde het knaapje.
De naburige rijksveldwachter werd on-
middclijk opgezocht, het raadselachtig ge
val hem voorgelegd en do veldwachter, ia
zijn schik, dat hij en zijn vergeten gemeente
■wellicht thans fn roem en vermaardheid dc
Oppcrdoe/ers naar do krooo zou kunnen
steken, trok onmiddellijk op onderzoek
uit. Vergezeld van den zich juist ter plaat
se bevindenden gemeente-veldwachter vorm
den zij een koppel detectieves, die voor
de Wilsons niet behoefden onder te doen.
Jammer genoeg werd van der heeren
scherpzinnigheid niet al te veel vereischt,
want de aangewezen schutting vertoonde
een aantal inktmoppen; vijf meter ver
was het inktspoor te volgen... toon liep het
dcod. Links, rechts, voor en achter werd
gespeurd geen spoor te vinden, geen voet,
afdruk verried de ontvluchting van den
snoodaard, niet het minste gerits 1 in het
struikgewas de aanwezigheid van een ti "»i-
helwezen.
Mórgen", klonk het plotseling uit den
mond van S den eigenaar van het huis bij
de bemorste schutting. „Wat is er aaa de
hand Toen legden de rijks- en gemeerde
Sherlock Holmessen den boer de zaak bloot
en toe i deze van .Ion lach bekomen was,
klonk het kort, zakelijk en afdoend: „Wel,
dat komt van de spreeuwen De predikant,
zijn dames, zoontje en dc riik.v en ge
meente-veldwachter keken als op bevel allen
to gelijk naar boven. In den grooten vlaa,
refcoom zaten de boosdoeners onbewogen
zich te goed te doen aan de zware vlaar
bessen, cn enkelen aten van dat heerlijk?
goedje zooveel, dat zij rijkelijker dan ge
woonlijk hun faccalien stortten op de hoof
den cr. lichamen dor argloozc voorbijgan
gers En daar nu 'deze uitwerpselen, dar';
zij h"t zwarte bessensap, volkomen geleken
op dikken, donkeren inkt. vervloog met do
oplossing van dit raadsel des veldwachters
hoop. zijn afgelegen gemeente te bezorgen
de lauweren van een Opperdoes.
Het Ou d-B eicrlandsche weet-
meisje, Emmetje van der Schoor, die haar
vacantie gebruikte om naar Amerika te
gaan, heeft, naar „Het N v. d. D." meldt, i
thans aan haar familie haar goede aan
komst gemeld, cn tevens, dat dc kennisma
king aan beiden, is meegevallen, zoodat zij j
reeds over vier weken zal trouwen.
Inde M i d d e 1 d u i n c n, n a b ij e
Jfoordzee, is Zaterdagmorgen halfzeven to
Ouddorp (eiland Gocdcrccde) neergedaald,
de luchtballon Condor".
Uit het Zuiden komende, kwam hij over
de haven, waarop dc visschers, onder het!
geroep van „Noordzee!" de luchtreizigers
aanmaanden tc dalen.
De luchtreizigers Jacques Faurc ert
Emilc Dubonne), beiden Fraiisehcn. .ui
Frank Otter, Engclscbman waren Vrij
dagavond zes uren t_ Parijs opgestegen.
Zaterdagmiddag vertrokken zij mot den?
ballon naar Rotterdam.
Door den stoomtrawler „Zee-'
hond" van dc Mij. „Doggersbank" is ld
IJmuiden binnengebracht een verlaten mo
torboot, die op zee drijvende was gevonden-
De boot is pl.m. 22 voet lang en voert oe i
naam „Gruno". E>e kajuiten hebben een bo
venbouw .voorzien van ruitjes. Op enkele»
plaatsen is het vaartuigje erg gehavend.»
Dc boot zelf is niet nieuw meer, terwijl do
motor, van een Groningscb fabrikaat, er.
kort geleden in gezet is. Het vermoeden ligfcf
dus voor de hand, dat het scheepje te Gro
ningen thuis behoort of er juist vandaan)
was gekomen ter vernieuwing van den
motor.
Des nachts hebben een d r <y
tal vermomde personen voorzien van oen
geweer, waarmede de bewoners herhaalde
lijk werden gedreigd, ingebroken bij den
landbouwer Rommc, aan de „Drie Hoef
ijzers", onder Zevenbergen. Vermist wor
den een bankbiljet van f 60, een van f 10 en
een bedrag aan zilver van f 20. Over een
pa>ar weken beloofden de dieven terug te
zullen komen om het fruit.
Te Maastricht is zekere M.
bij het gulzig gebruik van vleesch gestikt,
Geneeskundige hulp mocht niet baten.
Te K ij m e g e n z ij n aangehoii'
dcu en naar Arnhem overgebracht tic Duik-
schers II, en M di verdacht worden van
inbraak mot diefstal te Kleef en van dief
stal van rijwielen te Duisburg, 's-Gravcn«>
liage cn Scheveningen.
J eugüigodieveggen Het i
do politie te Zwolle mogen gei ukken, dm
meisjes, oud 13, 12 en 9 jaren, op tc spo
ren, die zich in den laatsten tijd hebben
schuldig gemaakt aan diefstal van gouden
oorbelletjes uit de ooren van verscheidene
jonge meisjes, welke oorbelletjes zij daarna!
verkochten aan de goud- cn zilversmeden
M. en V. 1
De opbrengst werd versnoept. Bovendien'
hadden zij van een meisje ontvreemd ceu
bloedkoralen halssnoer met gouden sluiting,
dat de oudsto dor dieveggen als armband
om haar arm droeg en door den hoofdagent*
rechercheur Vos in beslag genomen.
Zoowel tegen de j ugdigo dieveggen, als
tegen de koopers der gestolen oorbelletjes,
wordt moocs-verbaal opgemaakt.
(„Zw. Ct.")
D c „V erceniging" tot stick-
tïhg cn exploitatie van een herstellingsoord
voor spoorwegpersoneel" heeft thans 2579
leden, van den Staatsspoorweg 1158 ambte
naren en 1144 beambten en werklieden. Van!
den Ned. Centraal-Spoorweg 90 ambtcna-
ren cn 150 beambten en werklieden, van'
den Noord-Brabantsch-Duitscheo spoorweg
28 ambtenaren en 9 beambten cn werklie
den. Het getal donateurs bedraagt thans
62, met een bedrag van f 209 aan giften.
De herstcllingsooi dverceniging voor hef»
personeel van den Hollandschcn Spoorweg
had in Mei ong?veer 2200 leden cn thans
is, dus kort na do opening van haar „huis",
dit ledental reeds vermeerderd tot 3500.
Het café van den heer K.tv
Tiel, prijkte met het opschrift „Tramsta-I
tion Hierdoor zou hij moeilijkheden krij
ken met de bepalingen der Drankwet. Nu!
staat er op „Tramhalte" en alles is in ordöj
G die drankwet
Op de kermiste L e n t z ij n "Z o n->
dagavond twee Lentenaren, S en D., met?
een dolkmes ernstige verwondingen toege^
bracht. De toestand van S. was van dien'
aard, dat hij terstond verd bediend. Da.
vermoed lijke dader, D. W uit Eist, werd;
gevankelijk naar Arnhem overgebracht.
at)
„Stryd zooveel gfj wilt, mynheer de graaf
Ik wensch u van ganscher harte overwinning
toe," zcide Morel; „maar woes zoo good te
zorgen, dat morgen by uw kassier de noodige
gelden aanwezig z||n om my myn aan ir Using
▼an twoeinaal honderd vyftig duizend francs
te betalen."
„Moiel! gy ziet de omstandighoden, waarin
ik mU bevind."
„Juist, mynheer, en daarom wil ik voilig
binnen zyn, alvorens do storm losbreekt."
„Maar wanneer gy thans op die betaling
Tan tweemaal honderd vyttig duizend francs
aandringt, dan stort gy my onvormydeiyk in
het verderf, dan ia myn ondergang /.eker."
„Dat ia uw zaak, mynheer de giaaf."
„Eu ook de uwe, mynheer Moie1," gaf do
graaf ion antwoord, „misschien meer dan gy-
self wel denkt."
Morel lachte ongeioovig.
„Alies, wat gy bezit," zeide de graaf, „hebt
gü aan my te danken, mynheer Morel, doordien
ik u in myn bescherming nam, u oen eeriyk
en rechtschapen man noemde, en voor u
instond."
,Ik spreok het niet tegen," antwoordde
Morel.
„Zonder my zoudt gy nooit In het bozit
zyn gekomen ran hetgeen gy thans bezit,"
vervolgde do graaf; „gy bobt onnoemelijke
voordoeion behaald met myn aanziehiyk ver
mogen, 'x heb my van u bediend tot het doen
•au fcujeooitefcLie, spreng by do wet gestrafte j
geld-operatión, waarmede ik myzolf niet wilde
inlaten."
„En liadt gy deze hl; ven voort'etton in
plaats van u aan het spel over te geven, d.an
zoudi gy u th.ans niet iu dio omstandigheden
bevinden, waarin gy vei keer t."
Zonder op dezo aannieiking acht te slaan,
vervolgde liy
Doch by alles wat wy deden, mynheor
Morel, heb ik zorg gedragen u zóó verant
woordelijk te stellen, en nvj van alle vorant-
woordolykheid te ontheffen; daarom zeg ik,
dat myn onderging u naar da gevangenis
zou voeren, om u daarna voor het gerechts
hof terecht te doen staan."
„Maar dat is een valstrik!" riep Morel ver-
blcokondo.
„Och neen, slccht3 eon maa'regel van oor-
zorg," gaf de graaf ten antwoord; „de onder
vinding heeft my geleerd, dat men nooit to
vooizichlig zyn kan, en ik zie thans weder,
dut do ondervinding golfjk hoeft."
Woedend o*or den bedaarden toon, waarop
do graaf sprak, sprong Morel op en zeide:
„Mynheor de graaf, gy zyt een schelm!"
„En gy nog erger, mynheer Morel, zooals
Ik aanstonds do eer zal bobben u te bowyzen,"
hernam de graat met onwrikbare bedaardheid.
„Maar wy hebben thans geen IUd elkander
onderling verwyt to doon; de hoofdzaak is ons
vooreerst uit den nood ie redden, waarin wy'
ons bevinden.
„Zeg liever, waarin gy u bevindt," zeide
Morel; „in dit g-jva! heb ik mot de benarde
omstandigheden, waarin gy voi koert, niets te
maken; gy hebt my een aanwUzing op uw
bankier gegevendio aanwyzing wil ik, dat
my uitbetaald woido. Denk er aan, dat zy
volkomen m oide is, en dat het uw kiediet
geldt."
„Niet zoo volkoraon als gy vrel denkt, myn
heor Morel," zei Je de gmaf met Ijskoude bs-
daardbeid; „ik hob dio aanwijzing goschrov«*n
op en naam van Morel, en gy boet niet Moiel
„Hoe. mynheer de graaf, ik boet met Morel,
zegt gij?"
„N'jen," gaf do graaf ten antwoord, „Morel
is slechts een naam, dien gy bobt aangenomen,
toon gy uil Florence gevlucht zyt, waar gj
wegens valschheid in geschrifte vervolgd weidt.
Als vernietigd zonk Morel op do sofa neder.
„(»y z et dus," zoide do graaf, zonder een'gs-
zins van toon to veranderen, „dat ik u, mocht
u ooit of immer de lust bokruipon my in bet
verderf te 6toiton of my hinderpalen in den
weg to leggen, aan den gezant van Floronce
zou kunnen overleveren, dio my van u zou
ontslaan."
„En wanneer dat gebeuren mocht, mynheer
de graait" riep Morel drif'ig opstaande, „zou
ik my zoo vast aan u klampen, dat ik u mot
my in hot verdeif medesïeopte"
„Om dit dus te voorkomen, zeide de graaf
even kalm, „geloof ik, dat wy liet verstan
digst zullen doen, elkander goed te verstaan.""
„Gy hebt geiyk, mynheer de graaf: wat
wilt gU ondernemen, welk plan hebt gy ge
vormd?"
„Ik wil alles, wat ons 6lechts kan redden,"
zcide de graaf, en by verzonk in diep gepeins.
„Morel," vervolgde hy eindolyk, „er was een
tyd, waarin ik myn stisfdoebter op het ziek
bed zag nederliggen; de geneesheeren hadden
alle hoop op haar behoud opgegeven. Indien
zy toen gestorven ware, Morel?"
„Zou u zulks weinig gebaat hebben, myn
heer de graaf, daar de erfgenamen uwer doch
ter hun eischen zouden hebben doen goldon."
„Haar erfgenamen," zeide de graaf; „zy
heelt Uie met: rk beu haar eenige erfgenaam.''
„Drommels!" riep Morel, „wanneer de dood
zich nu eons over ons ontfermd© en slechls
oven in hot spel trad, dan waren wy goted;
want hoe Théröse rekening en verantwoording
gedaan van het geld, dat g;) verspeeld hebt
„Ja, trad de dood in het spel," zeide de
graaf somber, „dan Maar de dood komt
nooit als mon hom roept." En hy vei zonk
weder in gepeins.
„Onze eenige daleiyke zorg moet zyn, hot
huweiyk van Thóièso mot den kolonel op <!o
lange baan te schuiven. Morel, ik be\ool u
mynheer Henri Roger aan
„Dat wil zeggen
„Tracht met hem in twist te gerakeneen
uitdaging een tweegevecht
„Ik d.»nk u wel; de kans zou niet gelyk
staan," antwoordde Merel; „mijnheer do ko
lonel is een krygsiuan, dio van vechten zyn
dagelyksch werk maakt, terwyl ik nog nooit
eee pistool afgeschoten of een blootén degen
in de hand gehad heb, en gy moet niy niet
ten kwade duiden, dat ik eenigszins aan
het leven gehecht benMaar," vei volgde Mo
rel, „do kracht van don laster is zoo groot,
men strooit eenige leugenachtige en laster-
ïyke berichten omtrent den kolonel uit, dor-
geiyke uilstrooisels vinden altyd grage ver
spreiders en lieden, die er geloof aan hechten.
Die geruchten zullen der gravin ter oore ko
men, de kolonel zal zich verantwoorden, men
zal naar do waaiho.d of onwaarheid onder
zoek doen, de bron trachten op te sporen,
waaruit die berichten gevloeid zyn, dat alles
zal tyd kosten En het ia immers in uw
oogenblikkolyk belang, tyd te winnen?"
„Ja, uitmuntend," zeide do graaf, „en ter
wyi gy van uw kant u met den kolonel
bezighoudt, zal ik van den myueu al myn
macht en mijn gezag op TLé óse aanwendeö
011
„Gy zulc u dan wel mogen spoeden, myn
heer de graal.
„Hoe? Waarom?'
„Omdat mejuffrouw Thóièse nog heden
avond dit huis verlaat en het niet eer zal
betreden dan nadat zy meerderjarig zyn zal."
„Wat zegt gy daar?" nep de giaaf, hevig
ontsteld.
„De waaiheid. mynheor de giaaf."
„En werwaaits zal zy zich begeven? Waar
zal zy tot zoolang haar veibiyf houden?'
„Kent gy zekeren Ambrosius, die te Chal-
lot woont?" vroeg Morel, m antwoord op do'
vraag van graal d'Arczzo.
„Ja; Arabrosius is een oude bediende dor
gravin, wien ik zyn ontslag gaf, omdat hy
het waagde zich tusschen my en Thóióse ta
plaatsen als om haar te verdedigen."
„Welnu, mevrouw de gravin staat nog al
tyd in betrekking mét dien Anibrosiin," zoide
Morel, „want nauwelijks liadt gy haar dezen
morgen na uw ondeihoud verlaten of zi*
schreef hem een biief."
„Maar wat bewyst dit?"
„Lees dien blief en gy zult het zelf zien,*
zeide Morel, den brief, dien hy van Paul ont
vangen bad, den graaf ter hand stellende.
„En hoe komt deze brief in uw handen?''
vroeg de graaf verwonderd.
„Och, zeer eenvoudig," gaf Morel ten ant*
woord; omdat ik hem, terwyl ik in het voor-
voitrek wachtte, gekocht heb van een uwer
bedienden, dien mevrouw de gravin belast
had hem naar de post te bieugen."
("Wordt vervolgd.)