No. 14307 LEIDSCH DAGBLAD, Zaterdag* 26 September. Anno 1906. Het zee-hospitium te Katwijk voor tuberculeuze kinderen. FEUILLETON. Voos* vrouw en kind. Gemengd Nieuws. 1. Met het gezicht naar de zee ligt het aan den linkerkant van Katwijk. Achter den schilderachtigen vuurto ren, die de heelc reeks van aaneengesloten villa's van den boulevard afsluit, en met zijn dikken, rechthoekigen romp den grens paal wel lijkt ook van het dorp Katwijk, dat achter den villa-bouw laag en verdekt zijn bochtige straatjes heelt liggen, en juist daar bezijden den toren met een paar nederige huisjes en een straatjes-arm in het duin dood-loopt. Men heeft dan een grindpad maar te volgen over de duinen-ruggen, dio hun lompe lijven daar breed-uit naast hebben neergestrekt, en men ziet liet dan al spoe dig: het groote huisgevaarte, dat, hoewel niet blikkerend meer van nieuwheid met zijn kantige lijnenheffing, de uitgestrekt heid van zijn bouwtrant, de kleurige plaat iri herinnering brengt, waardoor velon van <ms stellig in het Gulden Boek met het Hospitium hebben kennis gemaakt. Met twee lange vleugcis als vangarmen ligt het naar ons toegekeerd. Ken wit houten hek blijkt hier aan het pad de eenigszins officieelc ingang. Hei brok golvend terrein, dat bet Hos pitium als territoir om zich heeft, is afge perkt door de ijle afsluiting van een prik keldraad. Zoo van ecnigen afstand maakt het Sa natorium den indruk van een eenzame rid- derwoon. Men is althans in kleinere steden van zijn ziekeninrichtingen lichte kleuren, veranda-bouw, balkon-overvlo d gewend, en van nl dezen luister naar buiten vortoont het Hospitium niets. Dc kleine ruiten (voor dén du wenden zeewind) geven iets ouderwetse!) en sombers aan het uiterlijk. Bezijden den ingang, het witto hek dat men niet zonder glimlachen kan aanzien (zou het 's nachts gesloten worden?) om zijn inbeelding van nut, waar men het rondom het huis liggend terrein maar heeft op te stappen, is cr de coquette wo ning van een beambte cn rechts in de duin- kom liet machinegehouw. Hrt gemakkelijk looppad van het smalle plankier volger'1 tusschcn de rails, welk" uit het Hospitium over dc duinen lig gen gebogen zee-w aarts heen, komen we aan een zij-ingang van het gebouw. De enorm lange gang, de inrichting is voornamelijk gelijkvloers, strekt zich voor ons uit. Wij loopen do gang in, door een zijraam treft ons een aardig gezicht op het Sana torium. Wij zien tusschcn de twee vleugels in, op een grond-vierkant, dat met nette schelpenpaden cn grasperken en eonig be ginnend groen dc illusio draagt van toe komst igen tuin. Daarachter met diepe sckaduwon van een hoogstaande zon (wij waren er in het middaguur) liggen dc groene golvingen der duinen het park-aanlegje, dat nog geheel moet gaan tieren op zijn platte grond, is nog niet belemmerend voor hot wonder-prachtige uitzicht. Den parkboompjes, overigens door drie zijden muren beschut voor den zeewind, schijnt het niet te lukken op dreef te ko men. Zij staan in de volle zon van dezen pracht gen dag bijkans verdord of hebben in leven, nog dc vale kleuren van armoe- digen grond en zijn gewas, vam het bleeko helm, dat, door den zachten wind bewo gen, onmiddellijk achter bet afsluithek van den tuin in volle bossen heen en weer wuift. Plet is op het oogenblik eigenaardig stil, in de inrichting; het is of het onbewoonde landschap zijn wijde stilte binnen doet stroomen door de t' allen kant wijdopen© ramen. Het geluid van een paar krieuwen- <le musschen; die schelpjes van het tuin- pa-d uiteen spetteren doen, troft ons, de zachte pas van een zuster verderop in de gang Af en toe valt hard en kil een geluid uit 80) „Luister, Thérèse," zeide zy. En *0 las overluid „Goede Ambrosiusl Manheer de graaf d'Arrezzo wil zich van de laatste dagen van zyn voogdschap bedie nen, om myn &rm kind, Thérèse, waaraan gy zoo gehacht zyt, te martelen. Ik wil haar dus hieraan onttrekken, en haar voor don tyd van tien dagen oon schuilplaats be zorgen, waar zij veilig is tegen de vervol- gingon van den graaf; ik kan my dus niet veiliger dan tot u wenden, getrouwe Ambroitus 1 Hedenavond te tien uren precies, zal Thé rèse heimeljjk door de tuindeur dit huls ver laten; z\j zal haar weg nemon door de straat Vernouil en deze ten einde zyndo, zal zy de straat du Bac inslaan. Spoed u dus naar Parijs en wacht haar op den hook van de straat du Bac, waar gy zeker kunt zijn haar te zullen aantreffen. Vervolgens zult gij haar naar uw woning to Chaillot brengon, waar zij zal over nachten; morgen zult gij met haar naar Fon- talnebleau vertrekken, waar ik zeker ben, dat niemand haar zal zoeken. To Fontainebleau zal zi) tien dagen blijven, om, als het gevaar zal geweken zffn, naar Parijs torug te keeren. Schrijf mij geen antwoord op dezen brief; dat nntvfoord rnoobt eens in verkeerde handen komen; daarenboven zal Thérèse u wel mon deling nadere opheldering geven. De gravin d'Arezzo." „Eebt gU mfj nu begrepen, lief kind?" vroeg do gravin, nadat zij den brief gelezen had. hot in nieuwheid nog scherp weerklinkende huis, waarna de stilte opniouw weer toe sluit. Dan ineens breekt uit, het ge huil van een kind. Door opflapperende gordijnen in den zijvleugel zien wij kinderhoofdjes liggen op hoofdkussens. En als wakker-geschud door een droe- vigon oproep, staat die realiteit voor ons: dit groote huis, gevuld met scrofuleuze kindertjes, met kleine lijders aaji beonder- tuberculose, tobbend om hun geringe vita liteit tc overkomen. Het is weer stil in het groote huis. hot kindergezin slaapt op dit uur. Voor ons is dit gcreede gelegenheid de inrichting van liet Sanatorium te bekijken. Het ietwat sombere van den buitenkant is binnenin niet te bekennen; het is alles licht in dc verf, ruim en frisch voor het oog. In het midden van den voorkant is de hoofdingang; die wordt niet dagelijks ge bruikt. In de vestibule prijkt de groote sticli tings-s te enNaast dit vestibule-vier kant is de dokters-kamer, aan de andere zijde de kamer der adjunct-directrice. Tegenover deze vest ibule is de trap, die op het portaaltje van zijn eerste zwenking de wapens van Rotterdam en Katwijk in gekleurd glas vertoont. Achter dit traphuis, door korte gangen te bereiken, ligt de groote vriendelijke eetzaal. Het formaat van dit vertrek is goed, het licht stroomt uit vensters rondom in; een paar schilderijen door de schilderes mevrouw Tadema geschonken, sieren do verder ongegarneerde wanden; een piano tusschcn de vensters en een spiegel klee- den het vertrek meer nog aan. Aan dezen kant van de gang vinden we verder dje linnenkamer, de badkamer,, waarin elf porseleinen baden, de verband1- en operatiekamer, de ziekenkamer, het schoollokaaJ met verstelbare stoel-banken on het speel-lokaal, waar, in een kast de schatten van ballen en tollen, van legkaar ten en poppen worden bewaard. Behalve kleine ruimten, waar de kinde ren overdag na hun terugkeer van het strand kunnen worden gewasschen, cn waar de Mceron neergehangen worden, heeft deze verdieping geen kleinere vertrek ken meer, wel nog twee groote de hoofd zaak van de inrichting: de twee reuzen-vor- trekken, de twee reuzen-pijpeladen, die tot slaapzaal dienen van het gezin, dc vang armen van het gesticht buitenaf, die ieder een breede corridor naast zich hebbende JighaJ voor overdag, bestemd voor de kin deren, die niet buiten mogen loopon, den heelen dag hebben te liggen. Nadat wij do bovenverdieping hebben be keken, ingenomen door zuster-vert rekken en keukens, keerden we tot de verblijven, waar nu alles was ontwaakt. Uit de bovenramen hadden wc al een troepje kindoren zaen omdolen. Onder hoede waren ze, vertelde do directrice, van een onderwijzeres, aan de inrichting verbonden, die met het goede weer het kuddetjo kin deren door de duinen hoedt of met ze speelt aan 't strand en met ongeschikt weer ze in 't schooltje bezighoudt. Uit den tuin kwam ook gejoel van stemmen. In dc lig-hallen was het nu vol kinder- omsluimigheid, vooral op do jongenszaal. Kindereu, die uit- en in liepen en om de zusters heen, met een vleiend praatje; kin deren in hun bedje overeind lezend, of teekenend, redeneerend eindeloos met el kander of uit louteren lust kreten uit tie rend. Vreemd was bij hot ©ogenschijnlijk zoo niets derende troepje, de moeite, die de zuster had bij dc, zoo al niet gezonde, dan toch zeer levenslustige knapen, het. kroesje mellc er in te krijgen; wel een ziekzijn-be- wijs. Een enkele jongen ligt stil, de magere handen uit het lied samengevouwen. Hij heeft aldoor pijn in zijn rug, zijn groote oogen zijn moe van pijn. Do vriendjes rond om, een paar kereltjes, die loopen, mogen stoeien rolnd zijn ligbank, geven elkaar niets toe aan levendigheid van leden en van spraak, toch zou het pijn-lijdende ventje, vertelt de zuster, niet graag dit jon gensgezelschap missen voor een geïsoleerd^ ligplaats. „0, volkomen, lieve moeder," zeide Thérèse; „tien dagen, welk een eeuwigheid I" „Denk aan het geluk, dat na dat tijdsver loop waoht, en die godachte zal den tyd vleu gelen geven." De gravin verzegelde den brief en bolde. Paul verscheen. „Breng dezen brief naar de post'" zeido de gravin, „en dit voor de spoedige bezorging," voegde zy er by, den bediende een vyf frank- stuk in de hand drukkende. „Mevrouw de gravin kan van myn spoed verzekerd xyn," zeido Paul; „binnen weinige oogenblikken zal de brief op de post zyn." XII. Terwyi Paul, om den last, hem door de gravin gegeven, ten uitvoer te brengen, de vertrokken van den graaf, langs weiko zl)n wog leidde, voorbyging, zag hU in het voor vertrek een man, die, in een gemakkoiyke houding op de sofa uitgestrekt, zoodra hy Paul gewaar werd, opsprong en hom wenkte na- dor te komon Die man was eer klein dan middelmatig van gestalte, maar zeer gezet, en scheen vyftig jaren of daaromtrent oud te zyn. Hy had het voorkomen van een welgesteld burger, tot welk vermoeden zijn eenvoudlgo kleediüg niot weinig bybracht; zoo droeg hy een jas van keurig fyn zwart laken, een broek en vest van dezelfde stof en kleur en een sneeuwwitton halsdoek. Zyn gelaat had niets opmerkeiyks; men aou het goedhartig kunnen genoemd hebben, ware het niet, dat zyn kleine, zwarte oogen, die in rustolooze beweging waren, het iets sluws hadden bygezet. „Mynheer Morel," zeide de kneoht, „gy waoht mynheer den graaf?" Dat zou hem kwaad doen. Het peyohische spreekt een gezaghebbend woord mee in de ziekteleer, en vooral voor dezen jongen, die de ziekenzaal al jaren kent en juist geen deprimeerende invloeden er bij behoeft. De te Sche veningen nieuw te 6tichten strafgevangenis voor mannen, dio voornamelijk bestemd is voor veroordeel den, wier gezondheidstoestand een speciale behandeling vereischt, zal gebouwd worden aan den oostelijken kant van de bestaande cellulaire gevangenis aan den Pompsta- tionsweg en aan die inrichting belendend. Met het oog op de gevangenen, die be hoefte hebben aan bijzondere verpleging, is binnen de muren van het nieuwe gebouw ge rekend op den aanleg van lucht- en wan delplaatsen voor de afdeeling „onderzoek op krankzinnigen", idem voor tuberculose lijders en idem voor ongeschikten voor cel straf. Verder zijn naast de inrichting groo te terreinen gereserveerd tot aanleg van moestuinen voor den arbeid der gevange nen. Men schrijft ons uit Amster dam: Gisteravond bad een moordaanslag uit jaloerschheid plaats in de Paleisstraat. Tegen tien uren kwam een jongmensch het aldaar nabij den Dam gevestigde melksalon binnen, en loste een revolver schot op de achter de toonbank staande winkeljuffrouw. Het schot trof haar even wel niet. Daar keerdo het jongemensoh het vuurwapen tegen zichzelf, doch ook dit maal raakte hu niet. In het Binnengast huis bleek toch bij onderzoek, dat hij slechts flauw was gevallen, doch van een schotwond was niets te bemerken. Naar ons werd medegedeeld moet do juffrouw een brief ontvangen hebben, waarin zij met den dood werd bedreigd, wanneer zij de liefde van haar tegenwoordigen aanran der bleef versmaden. Doze, een ongeveer 25-jarig jonkman, bevindt zich thans in hechtenis. Men schrijft uit Winters wij k aan de „Arnh. Ot.": De trein, die gistermiddag om twaalf uren naar Zutphen vertrok, had bij de halte Wak ken een klein oponthoud wegens een zeer eigenaardige oorzaak. Toen de portiers bij de halte dichtgeslagen waren, sprong ineens een varken van 300 pond uit den wagen. Het geheelo treinpersoneel was nu in de weer om het dier te vangen. Dit ging echter niet zoo gemakkelijk. Nadat door machinist, sto ker, conducteurs en nog eenige anderen een wedloop was gehouden in het vangen, ge lukte het het dier naar zijn plaats terug .te brengen. Werd in den loop van den zomer bij Scherpenisse de zeedijk van den calaini- teuzen polder door een inzinking ernstig getroffen, thans is weder opeens over 70 M. lengte een verzakking voorgekomen op een andere plaats. De verzakking is van zeer ernstigen aard, daar do inzinking tot op dc laagwaterlijn plaats had. De noodige maat regelen moesten natuurlijk direct genomen worden. Zakkenrollers tc Londen. De Londonsche correspondent van „De Tel." schrijft: Ik heb onlangs Londen bezoekende landge- nooten gewaarschuwd, alhier voor de han dige zakkenrollersbende op hun hoede te zijn. Hoe noodig dit is, ondervond pas cte heer Joh. de Liefde, dc bekende uitgever te Utrecht. Een verslagje van de zitting van het politicgerecht van Marlborough-street-, in een der avondbladen, maakt er mij at tent op. Voor den magistraat stond terecht een 22-jarig individu en lid van het zakkenrol- Ie rsgilde. De getuigende agent vertelde, dat hij bij de fontein op Piccadilly-circus stond en de omnibussen gadesloeg. Hij zag den beklaagde, Thomas Locklie, met drie andere personen, gedurig tusschen en tegen de menigte dringen, en eensklaps beklaag de springen achter een heer, die op een mo torbus stapte en een gouden horlogeketting zichtbaar droeg. Dc beklaagde wist daarop beslag te leggen, sprong van den motorbus af, stak zijn hand in den zak, maar werd „Neen," gaf deze ten antwoord, „ik wacht u en ik ben biyde u spoediger gevonden te hebben, dan ik gedacht had," gaf Morel ten antwoord; „ik had hier blyven wachten, al had het ook twee uren en langer geduurd." „Gy moet my dan wel noodzakeiyk spreken?" „Ja." „Ik heb echter weinig tyd; een brief waar haast by is „Ik zal u slechts een paar vragen doen en u dan niet langor ophouden," zeide Morel: „Ia mynhaer de graaf niet thuis?" „Ja, h|J is in zyn kabinet." „Wat doet hy?" „Hy schrytt." „Heelt de graaf dezen nacht hier of buitens huis doorgebracht?" „Gisteren tegen middernacht ia de graaf uitgereden, heeft het rytuig teruggezondon en is dezen morgen met een huurrijtuig terug gekeerd; hy droeg eeu domino over den arm en een masker in de hand." „Dus koerde by van een bal torug?" „Juist; de koetsier heeft my gezegd, dat hy gisteren myuheor den graaf naar Frascati gebracht heeft." „Ik begryp," zeide Morel, voel beduidend met hot hoofd knikkende, en zich daarop weder tot Paul wendende vervolgde hy; „En mevrouw de gravin?" „0, ruim een uur geleden," gaf Paul ten antwoord, „hee.'t er tusschen mynheer den graaf en mevrouw de gravin eon hevige woor denwisseling plaats gehad." „En gy hebt geluisterd?" „Geluisterd zoozeer niet," gaf Paul met een veelbeduidend glimlachje ton antwoord, „ge luisterd zoozeer niet, maar daar ik my in de aangrenzende kamer bevond, kon ik woord voor woord verstaan." onmiddellijk aangegrepen door den agent, die zijn hand uit den zak rukte en daarme de het gouden horlogö en ketting, die den heer Dc Liefde ongeracr i waren gerold. Hij keek zeer Verbaasd op, toen de agent hem er op att .it maakte, en zal nu bier nog ge tuigenis hebben te geveïï. Men meldt, uit Boedapest: H et vermoeden bestaat, dat naar Holland is uitgeweken een Hongaar, die zich hier van 100,000 kronen door wisseling van vaïsch. bankpapier heeft meester gemaakt. Dc man is bijzonder groot van gestalte. De wijnkooper Heinrich Klein te Landau in do Palts is wegens het vervalschen van zijn wijn tot zes maanden gevangenisstraf veroordeeld. Honderdne gentig voeders wijn ter waarde van 60,000 mk. zijn om uitgegoten te worden, in be slag genomen. Twee medeplichtigen kregen twee maanden en veertien dagen gevan genisstraf. Ten gevolge van kortslui- ting is brand ontstaan io de smclterijen van de garages te Suresncs (Frankrijk), naast de groote 'automobiel en fabriek van Darracq. Niettegenstaande dc spoedige hulp van brandweer en militairen, zijn de gebouwen geheel vernield. De fabriek kon met veel moeite beveiligd worden. Dc scha de bedraagt. 200,000 fr. Uit Washington wordt be- richt, dat de cholera te Manilla afneemt. Woensdag zijn 62 nieuwe gevallen aange geven, tegen 88 Dinsdag. Vermoedelijk ten gevolge van het hcer- schen van cholera daar, zal het voorgeno men bezoek van de Amerikaansche vloot aan de Phi lippijnen niet doorgaan. Vol gens dc Parijsche „Herald" zal in plaats daarvan een bezoek worden gebracht aan Noderlandsch-Indië, waarvoor eerst geen tijd besihikbaar was. Het Belgische spoor wegbe- atuur gaat 40,000 aocaciaplanten en 20,000 doornstruiken aankoopen. Die, jonge boom- kens zullen voorloopig geplant worden in de gronden, we voor het oogenblik onge bruikt zijn, langs de spoorlijn van Brussel naar Antwerpen, te Weerde en aan de sta tic van Muizen. Later zullen zij dienen voor de beplanting langsheen de spoorlijnen. („H. v A.") Gisteren is de Amerikaan- sche schoener „Star of Bengal" los gesla gen van dc sleepboot en dientengevolge na bij Coronation Island ter hoogte van Alas ka gezonken. Van de 137 passagiers zijn cr 110 verdronken, onder wie 101 koelies. Men begint in Lancashire t. e vrcczen, dat de strijd in het katoen vak lang zal duren, want do kaarders willen voor loopig niets van een tweede stemming over de loonsverlaging weten. Als de spinnerijen nog lang stilstaan, zullen de weverijen draad tekort komen, en tien duizenden we vers komen dan op straat. Prins Eulenburg is, zoo wordt nader gemeld, recht door naar zijn kasteel Lichenberg en niet eerst naar zijn huis tc Berlijn gegaan, omdat men het, wegens zijn toestand, niet raadzaam achtte, hem, kort na elkaar, tweemaal tc vervoeren. Volgens een andore lezing, wilden de dokters hem naar zijn huis in Berlijn lateui brengen, maar stond hij cr zelf op, naar Liebenberg te gaan, omdat hij hoopt daar spoediger op te zullen knappen. Donderdagochtend om elf uren kwam een auto voor bij het kleine uitbouwsel van het ziekenhuis, waar Eulenburg zijn kamer had. Twee ziekenverplegers brachten hem op een berrie naar de auto. Volgens een verslag gever, die van de overbrenging getuige was, ziet Eulenburg er slecht uit. hij heeft een vale gele gelaatskleur, zijn oogen waren door een zwarten bril beschermd en de grijze roispet was diep over het voorhoofd getrok ken. Voorzichtig werd de patiënt in het voertuig gezet, waarin ook zijn vrouw, een dokter eu de huismeester Geritz, wiens naam zoo dikwijls in verband met het proces is geDoemd, plaats namen. De gordijntjes wer den toegetrokken, en in de auto werden nog een paar lichte krukken en een aantal dranlc- jesflcsschen meegenomen. De prinses bedankte de verpleegsters hartelijk voor haar goede zorg en gaf haar mooie bloemen cn een groote geldsom ten geschenke. „En waarover was de twist?" „Mynheer de graaf weigerde standvastig *yn toestemming te geven tot het huwelyk van mejuffrouw Thérèse mot zekeren kolonel Roger. Mevrouw bleef op die echtverbintenis aandringen en zeide eindeiyk, dat ondanks do weigering van den graaf het huwelyk toch voltrokken zou worden, daar mejuffrouw Thó- rèso over tien dagen meorderjarig zou zyn en alsdan alle macht van den graaf over haar zou hebben opgehouden te bestaan." „Thérèse meerderjarig over tien dagen. Wolk eou ontdekking l', zeide Morel by zich- zelven, „en mejuffrouw Thérèse..." „Ts hedenmorgen met een hofkoets gehaald geworden, en een uur later teruggekeerd. Weinig tyds daarna heb ik kolonel Henri Rogor by de dames aangediend." „De kolonel Roger te Parys," zeide Morel by zichzelvon, „drommels, mynheer d'Arezzo, ik begin voor u bevreesd te worden. Hebt gy andera mets te zeggen?" „Neen, mynheer Morel." „Bedenk u wel, want gy begrypt, dat Ik myn geld met wegwerp. Ik geef u het dub bele ven bet loon, hetwelk gy hier ontvangt, omdat gil my trouw verslag zoudt geven van alles, wat er in dit huis omgaat. Gy hebt dus niets vergeten?" „Niets, mynheer Morel." „En wie heeft u dien brief gegeven?" troeg Morel, wiens oog op den brief voor AmbrosiU8 te Chaillot viel. f Mevrouw de gravin," gaf Paul ten antwoord. „Geef hier," zeide Morel. De bediende aarzelde. „Mevrouw heeit my vyf franos gegeven voor de spoedige bezorging." „En ik geef u tien franos voor nietbezor- ging," zeide Morel, terwyl hy Paul twee vyf- ITet beroep van het opeu'baar minisrieii^ tegen de invrijheidstelling van Eulenburg ia bij het Kaïnmergerieht ontvangen. Een Berlijnscii correspondentie-bureau deelt bijzonderheden mede over den plotselinge^ en merkwaardigen omkeer in Eulenburg* toe stand. Do opheffing van de hechtenis heeft, zoo heet het, een „verrassende psychologische uitwerking" op den prins gehad. Hij kwik tg er schielijk van op, en verzocht den dokters,- die hem behandelen, met elkaar te over leggen, of hij in staat zou ziju, uit de „Cha- riténaar elders overgebracht te worden. Zij kwamen tot de slotsom, dat het besluit van de rechtbank zulk een opbeurenden in vloed op zijn gemoedstoestand had gehad, dat ook zijn lichamelijke toestand er op ver-: beterd was cn cr, van geneeskundig stand punt, geen bedenking meer tegen zijn over* brenging kon bestaan. De „Germania'- teekent bij dit bericht aan: Men zal zich niet mogen verwonderen, indien deze plotselinge beterschap van den prins, die ons den vortgen dag nog als een stervende beschreven werd, bij vele lieden zeer, zeer eigenaardige cn voor Eulenburg juist niet vleiende gedachten wekt. Esainens vrije- cn orde oeleningeu. Do Minister van Binnenlandsche Zaken heeft goedgevonden: lo. te bepalen, dat bet examen ter ver krijging van de akte van bekwaaanheid voor huis- en schoolonderwijs in de vrije- en orde-oefeningen der gymnastiek voor het jaar 1908 zal aanvangen op 15 October e.k. en dat de commission, met het afnemen van dit examen belast, zitting zullen houden te Breda, Venloo, Rotterdam, Amsterdam, Deventer eh Groningen 2o. te benoemen o.a. in de commissie: to Rotterdam: a. tot lid en voorzitter: D. Boswijk, schoolopziener in het district Gouda b. tot leden- A. Flothuis en D. do Plaan, gyninastiekondorwijzers bij het openbaar la ger onderwijs to Rotterdam; mejuffrouw A. Dambrink, gymnastiekonderwijzeres bij het openbaar lager onderwijs te Rotterdam mejuffrouw I. de Zwaan gymnastiekon- derwijzeres aan een open li lagere 6chool te 's-Gravenhago; c tot plaatsvervanger van den voorzit ter, dr J. H. Jennes, schoolopziener in liet district Rotterdam; d. tot plaatsvervangende leden: B.- Nieuw<*nhuis, gymnastiekonderwijzer bij het openbaar lager onderwijs te Rottrdam; mejuffrouw E. J. Korthals, te Dordrecht, leerares aan een hoogere burgerschool te 's-GravenJiage; te Amsterdam: a. tot lid cn voorzitter, F. van Rijsens. schoolopziener in het. district Alkmaar b. tot leden: J A. 11 Eckhardt en P. C. van Zuylen, gymnastiekonderwijzers ;-m openbare lagere scholen te Amsterdam - juffrouw W. J. Poster, mejuffrouw L W. Schoor en mejuffrouw F. E. Blauw, gym- nastiekonderwijzenessen am openbare la gere scholen te Amsterdam; mejuffrouw A. P van der Pauwert, onderwijzeres aan een openbare lagere school te Haarlem. c. tot plaatsvervanger van den voorzit ter, G Roodenburch. schoolopziener ïn het district Haarlem; d. tot plaatsvervan; "de leden: J. A. van der Boo:j, onderwijzer aan de Rijkskweek school voor onderwijzers te Haarlem; me juffrouw A. Holst, gymnastiekonderwijze- res aan openbar^ lagere schoren te Am sterdam tfcevSia:. Den laatsten Zondag van September opint de N. V.-B. het voetbalseizoen. Op dezen, eersten dag zal slechts „Ajax II" vau de Leidsche elftallen te spelen hebben, die op het terrein aan den Rijnsburgerweg het twee de elftal van ,.R. A. Puit Amsterdam; zal bestrijden. Na eerst eenige oefenwedstrijden op vreemd terrein te hebben gespeeld, n.l. tegen, „Concordia" (Delft) en een ,,Ajax"-combina- tie, zal morgen het eerste elftal van „De Sportman" op eigen terrein een vriendschap pelijken wedstrijd spelen tegen de „Resident tie-Voetbal-Vereeniging", spelende in de lstcf klas Haagschc Voetbalbond. francs-stukken aanbood, waarop deze niet zonder eenige aarzeling hem den brief over handigde. „Stel u gerust, myn vriend," zeide Morel, „niet alle brieven, die men aan de post toe vertrouwt, worden bezorgd; er raken er vele verloren. Waarom zou ook deze niet verloren zyn geraakt?" En zonder zich iets hoege naamd om de tegenwoordigheid van Paul te bekommeren, brak hy den brief open, las den ons bekenden inhoud, waarna hy den brief in den zak stak. „En nu, Paul, dien my aan by mynhoer den graaf." Dit zou tevergeefs zyn, mynheer Morel, daar mynheer de graaf uitdrukkeiyk bevolen heeft niemand tot hem toe te laten." „Maar ik moet hem sprekeD," zeide Morel^ Dog heden, op het oogenblik. Zeg hem, dat ik het ben, die om een kort onderhoud ver zoek, om hem over een zaak te sprekon, die geen uitstel ïyden kan." „Ik zal gaan, mynheer Morel," zeide Paul, „hoewel Ik u wel by" voorbaat durf verzeke ren, dat het u niets baten zal." „Ik volg u," zeide Morel, Paul op den voet volgende, „want ik moet den graaf spreken ten koste van wat dan ook." Toen graaf d'Arezzo de gravm had verla ten, had hy zich naar zyn vertrekken bege ven en zich in zyn kabinet opgesloten, na vooraf den bediende gezogd te hebben, dot hy door niemand wilde gestoord worden. (Woi Jt vervolg i

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1908 | | pagina 5