N«. 14902 E^loaiidag 31 September. A® 1908. $eze jouraat wordt dagelijks, met uitzondering van fpn- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Eerste Blad. Offleieele Kennisgeving. FEUILLETON. Voor vrouw esi kind. l'RIJS DEZER COURAST» Voor Leiden pei «reek 9 Gents; per 8 maanden I I f 1J0. Buiten Leiden, per loopei en waar agenten gevestigd zijn 9 1.30. Pranco per post 1*66. PRIJS DER AJDVERTENTIEN Van 1—8 regal. A 1.05. Iedere regel meer 0.17J. - Grootere lettere naar plaatarnimte. - Kleine adTertentiën tan 30 woorden 40 Oents contant i elk tiental woorden meer 10 0ent8.-Voor het incaeseeren wordt f 0.05 berekend. Stremming passage JSIaarsmanssteeg. Burgemeester en Wethouders van Leiden brengen ter algemeene kennis, dat de bïaarsmanssteeg wegens het maken van een aansluiting op don electrischen ka bel in die steeg, op Dinsdag 22 Sep tember a.s. van des morgens 5 tot des middags 12 uren voor het verkeer iet r ij- e n voertuigen zal zijn afgesloten. Burgemeester eu Wethouders voornoemd, H. O. JUTA, weth. looo-burgem. VAN HEYST, Secretaris. Leiden, 19 September 1908. Burgemeester en Wethouders van Leiden; Brengen ter kennis van belanghebbenden, 'dat de stemming en de eventueele he^stsm- ming tor verkiezing van twee leden en twee plaatsvervangende leden der Commissie van Onderzoek, bedoeld' in art. 22 van het Re glement voor do Werklieden in dienst va a do gemeente Leiden, zal plaats hebben in een der lokalen van de Stad'stimmer- werf, het Openbaar Slachthuis, 'de G a s f a b r i e k en vet gesticht E n d e- g e e b t resp op Woensdag 23 Sop- ember en Vrijdag 2 October a.s., van des voormiddags negen tot twaalf uren. Burgemeester en Wethouders voornoemd, H. O. JUTA, Weth looo-Burgemeester. VAN HEYST, Secretaris, Leiden, 12 September 1908. Najaarsschouw. Burgemeester en Wethouders van Leiden; Gezien artikel IV der verordening van Heiï 6den Juli 1899 (Gemeenteblad No. 15), laatstelijk gewijzigd bij de verordening van den 6den December 1906 (Gemeenteblad No. 34); Brengen ter kennis van belanghebben den, dat te beginnen met Maandag 5 Dotober e, k. zullen geschouwd wor den alle wegen, lanen, paden, straten, kaden, pleinen, hofjes, stegen, sloppen of poorten en gangen, benevens de daarin ge legen of daartoe behoorende bruggen en an dere kunstwerken, voor zoover die bijzon- dor eigendom zijn en met gedoogen van de rechthhebbenden voor het publiek verkeer openstaan; en allo wateringen en Blooten en de rio len, ter vervanging daarvan gemaakt, be nevens do daartoe behoorende sluizen, dui kers, buizen, toegangskokers en dergelijke werken voor zoover die bijzonder eigen dom zijn. Burgemeester eo Wethouders voornoemd, H. C. JUTA, Wcth. Lo. Burgemeester. VAN HEYST, Secretaris. Leiden, 10 September 1908. Leiden, 21 September. De voor den cursus 1908/1909 vastge stelde staat van inschrijving aan de han delsbedienden-Vereeni ging ..Kennis is Macht", alhier, telt 247 leerlingen, waaron der 61 dames. 32 leorlingen zijn buiten deze gemeente woonachtig. Het onderwijs, ver deeld over 32 groepen, wordt verstrekt over 93 avond-lesuren. Door de Leidsche Afdoeling der No- derlamdfiche Maatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde zal in samenwerking met de Sociëteit ,,Musia Sacrum" gedurende laatste diagen van deze week in het gebouw dier Sociëteit, een tentoonstelling van na- jaai'sBIoomen gehouden worden. Dank zij ook de medewerking van enkele groote firma's, leden dier afdeeling buiten d'eso stad, belooft deao tentoonstelling zeer goed te zullen slagen. Behalve de bloemen van tal van laatbloeiende vaste-planten, zul len er prachtige collecties dahlia's, waar onder de allernieuwste verscheidenheden, gladiolus, asters, enz., te bewonderen zijn. Beide besturen hebben gemeend voor de niet-leden de toegangsprijs zoo laag moge lijk te moeten stellen, ten einde allen atad- genooten de gelegenheid te verschaffen te zien hoeveel bloemen er zijn, waarvan zij ook in het najaar kunnen genieten. Uitslag der door den architect den heer D. Veilbrief, alhier, heden gehouden aanbesteding van het afbreken van de per ceel en Oude Rijn 125126, te Leiden, en het ter plaatse bouwen van een bergplaats met twee bovenwoningen: O. J. Cornelissen, Lei den, 6240; Jaca. Korte kaas, Oegstgeest, 6200; J. Dietz, /6043; J. Ohristiaanso, ƒ6998; N. P. Waasdorp, ƒ5995, allen te Leiden; P. J. Ohristiaanso, Oegstgeest, ƒ5840 J. v. Westrienen, 5777.77; Joh. Th. Bik, ƒ5417; N. van Rijnswou, ƒ5290, allen te LeidenJ. J. Mechelsen, Oegstgeest, 5269H. Korswagon, Leiden, 6240.; A. Hartovelt en A. do Vrind, 5200; W. T. Marcelis, 5114; D. Kloots en J. J. de Witt, ƒ5100; P. J. Harte velt, 5030; H. Ligtvoet, 5000; J. van Klaveren, ƒ4975; E. H. v. d. Bosch, ƒ4943; H. Vallentgoed, 4900; W. J. die Haan en Jocs. Bink, ƒ4853; P. Koo reman Jz. en G. van Moygaarden, 4800; J. v. d. Ende en B. do Boer, 4610, allen te Leiden. Ncd.-Herv. Gom. Drietal te Vlaar- ding en dr. G. Oorthuys, te Leiden; ds. J. H. Gunning, te Rijseends. J. 'P'. de Bie, te Arnhem. Op de tiendie lijst van de dertigste joaroollecte voor dc Scholen met den Bij bel in ,,De Standaard" komt o. m. voor Waddingsveen, met 162.43. Te 's»-Gravenhage slaagde voor die hoofdakte de heer J. C. den Ouden, onder wijzer te Rotterdam, voorheen te Oegstgeest. Na afgelegd examen te Arnhem is een politie-diploma met aantcekening toegekend aan J. B. Kaas te Lisse. De examens zijn afgeloopen. Van de 316 goëxamineerden verwierven 73 het diploma met aanteekening en 138 het gewoon diplo ma, zoodat 105 werden afgewezen. Het to taal aantal gediplomeerden bij de politie bedraagt thans 963. Heden dineert ten Paleize Het Leo jhr. mr. Röell, voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaai. De Minister van Buitenlandsche Za ken, jhr. De Marees van Swinderen, is be den met vacantia naar Wiesbaden vei trokken om aldaar eenige weken rust te nemen. De Minister van Financiën, mr. Kolk maan, hoopt nog dJeze week e enigen tijd met verlof buitenslands te gaan. H. M. de Koningin heeft heden ten Paleize Het Loo den Minister van Marine in gewone audiëntie ontvangen. Blijkens hier te lande ontvangen be richt is Hr. Ma. pantserschip „Friesland" gisteren in Weet-Indië aangekomen. Zoowel bij ds. B, ten Kate als bij ds. J. L. de Heer kwam de vorige week een gift in van 10,000 gulden voor het fonds tot vermeerdering van predikants- plaatsen bij de Ned.-Herv. Gemeente te Rotterdam. Zooals reeds meer gemeld, is het fondö voor een I7den predikant bij elkaar, en denkt men in dit najaaT of anders in het begin van het volgende jaar oen beroep uit te brengen. Hot fonds voor een 18den predikant be draagt, met de twee genoemde giften, thans ruim 42,000 glcL (Ned.) Het hospitaal-kerkschip „De Hoop" is weer naar zee vertrokken. De secretaris der commissie tot plaat sing van technici, hoofdzakelijk in het buitenland, bericht in „De Ingenieur," dat do Turkscho regeering geneigd schijnt te zijn irrigatiewerken op groote schaal te doen uitvoeren en de leiding daarvan toe te vertrouwen aan een Nederlandsoh inge nieur van eersten rang. KATWIJK AAN ZEE. De collecte voor de Herv. Scholen in het kerkgebouw der Ned.-Herv. Gem. gehouden, heeft opge bracht 137. KOUDEKERJK. Door het Rijk is een aan tuborlose lijdend rund overgenomen van den landbouwer Joh. Koot voor 140. LEIDERDORP. De oefeningen betref fende het voorbereidend militair onderricht in deae gemeente vangen 3 October aan en zullen des Woensdags eta des Zaterdags van 7 tot 9 uren des avonds gehouden wor den in do openbare lagere school. LISSE. Over het Pausfeest, dat gisteren ook hier is gevierd, kunnen wij berichten, dat voor deze gelegenheid het hoofdaltaar in de Parochiekerk prachtig was versierd met groen en bloemen. De groote zaal van den Ned. R--K. Volksbond, waarin de fee&tvergadering werd gehouden, was voor deze gelegenheid in een werkelijke feestzaal herschapen. De buste van Z. H. den Paus, prijkte op het podium van het t-ooneel te midden van tallooze bloemen en planten, waarachter de koristen waren gezeten voor het uitvoeren van de feestcantate. De zoal zelve was geheel en al behangen met drape- riëen van witte en gele stoffen, afgewisseld door verschillende wapens, schilden on spreuken. De uitvoering der versiering wa-s van den heer A. W. van der Meer, alhier, die ook nu weer getoond heeft op dit gebied een goed vakman te zijn. SASSENHEIM. Zaterdagnacht, even na twaalven, ontdekte do barbier de heer J. Molenaar brand op den zolder zijner wo ning. In korten tijd was het grootste deel dier dorpelingen van het gevaar verwittigd, zoodat er aan hulp geen gebrek wa-s. Met emmers werd het water in zulke hoeveelhe den op die door hiefc vuur aangetaste ge deelten geworpen, dat de waterschade al licht grooter zal blijken te zijn dan de brand schade. Dit is evenwel een bijkomende om standigheid; hoofdzaak was den brand te blusschen en dat gelukte volkomen. Met het stellen der brandspuiten wilde het blijkbaar niet erg vlotten; althans eerst toen de brand gebluscht was, waren zij in staat water te geven. Waar of bij wie de font schuilt, weten we niet, maar erg geruststellend voor de toekomst was de ver tooning niet. Door den heer F., alhier, is een val- ©che rijksdaalder in ontvangst genomen. Het geldstuk is keurig nagemaakt; alleen het randschrift ontbreekt. De rijksdaalder is bij de politie gedeponeerd. De waarnemende directeur van het postkantoor alhier, de heer Pronker, is naar zijn standplaats Den Haag terugge keerd. WADDINGSVEEN. Een zeer treurig ongeluk had Zondagmorgen bij het begin der godsdienstoefeningen plaats. De land bouwer W. V. kwam met zijn gezin over de Dorpsstraat aangereden, toen plotse ling het zesjarig zoontje van Schouten uit een gang te voorschijn kwam, struikelde en vlak voor het paard viel. De voerman kon onmogelijk dadeLijk stilhouden, zoo- dat het knaapje onder de wielen geraakte en na een paar minuten overleed. Men kan zich den rampzaligen toestand der ouders voorstellen, hoe diep verslagen ze zitten bij het lijkje van het eertijds zoo vroolijke knaapje, zoo wreed aan het leven ontrukt. Naar wij uit zeer goede bron verne men, moet de afcL Waddingsveen van den Protestantenbond voornemens zijn een volksbibliotheek op te richten. ZOETERWOUDE. Gisteravond gaf de tooneelvereeniging „Ons Genoegen" een uitvoering in café „Ik leer nog", alhier. De zaal was stampvol. De stukken wer den goed uitgevoerd' en de uitvoerenden hadden veel succes. Do burgemeester had bepaald, dat cr na twaalven geen muziek mocht worden ge maakt, alzoo kwam er niet veel van dan sen. Dit was een teleurstelling. J. C. Meyboom, oud-burgemeester van Rijnsburg. f In aansluiting met hetgeen wij reeds om trent wijlen den heer Meyboom schreven, zij thans nog een plaats gegeven aan het vol gende De heer J. 0. Meybooru werd 17 Januari 1856 benoemd tot burgemeester der gemeen te Rijnsburg. De toenmalige Commissaris des Konings voegde hem bij de aanvaarding van zijn ambt de woorden toe: „Meyboom, uw ge meente is bij andore twee ecu wen achter, belast uw onderwijs niet." Voorwaar, een zware last, dien de du ontslapene toen op de schouders nam. Met lust, met moed, met al de kraoht, hem geschonken, toog hij aan het werk. Welke rampen hem troffen, en meermalen zeer zware, zijn ambt was hem allesde be langen zijner gemeente lagen hem na aan t harte. Nog hoor ik hem onder zeer treurige huiselijke omstandigheden zeggen: „De ge meente vraagt niet of ik van nacht gesla pen heb; daar heeft ze niet mee noodig, ze vraagt mijn werk." Geen wonder, dat, toen de dag naderde, waarop zulk een man 25 jaren zijn ambt) zou vervuld hebben, een ieder rijk en arm, aanzienlijk en gering, zich opmaakte om feest te vieren. De geheele gemeente was één in liefde voor haar burgemeester. Op 'e mans vraag: ,,Aan wie moet ik een dankbetuiging zenden V' luidde dan ook het antwoord: ,,Laat er zooveel drukken als er huisgezinnen in uw gemeente zijn: want niemand heeft u vergeten.'" Twee jaren later toonde de gemeente, dat haar liefde niet alleen haar burgemeester, maar oven goed zijn onvergetelijke echtge- noote betrof. Zoo ging de tijd, die nooit stilstaat, voort, en nogmaals, bij gelegenheid van 's burgemeesters 40-jarig ambtsfeest, toonde de gemeente op ondubbelzinnige wijze hoe lief zij haar burgemeester had. 15 Januari 1904 werd aan dien man, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend, onder dankbetuiging voor de gewichtige diensten, aan de gemeente bewezen. Deze laatste toevoeging is geen ij dele klank, geenszins. Ze klopt geheel met de woorden van eon van 's Konings ee 'ste Staatsdienaren bij gelegenheiS van 's mans 25-jarig ambtsfeest gesproken: „Ik wonschte, dat elke gemeente een bur gemeester bad als Rijnsburg." De jaren van rust voor dien hooggeaeh- ten burgemeester zijn, helaas, niet vele ge weest. Nu rust hij in de groeve bij zijn onverge telijke gade, die hij zoo innig heeft liefge had. Geheel in overeenstemming met 's mans eenvoudig karakter, hij zocht zijn kracht in het innerlijke, niet in het uiterlijke, had de ter-aarde-bestelling pi jats. Hier werd op verzoek der familie niet ge sproken; daden van een halve eeuw zullen nog lang van 's burgemeesters werk ge tuigen. Dat niet alleen Pvijnsburg en hoogge plaatste ambtenaren achting en eerbied voor den heer Meyboom hadden, is ?erle-, den jaar gebleken, toen H. M. do Koningir bij een bezoek aan Katwijk haar weg over Rijnsburg nam, ten einde den heer Mey boom te bezoeken. Een schoone krans, door H. M. gezondedi, dekte de lijkkist van hem, die al zijn werk kracht aan zijn gemeente heeft gegeven. Cholera. Men meldt uit Den Haag aan de ,,N. R. Ct.": Naar aanleiding van het bericht in. de Temps", dat de Fransche regeering buiten gewone maatregelen tot afwering van het choleragevaar, dat van do zijde van Rus land dreigt, heeft genomen, hebben wij ons tot het Departement van Binnen]andsche Zaken gewend, om te vernemen, of ook van de zijde van Nederland aan de landzijde eenige maatregel is getroffen. Wij verna-- men, dat voorloopig de voorzorgsmaatrege len door Duitschland genomen ook ter be veiliging van ons land voldoende worden geacht. De mogelijkheid bestaat echter, dat de Centrale Gezondheidsraad, bij wien de stuk ken deze aangelegenheid betreffend berus ten tot ingrijpen adviseert. 26) Jozof Tibout, myn vriend, om 's Hemels wil, matig u. Tracht tot bedaren te komen," zeide Andró, angstig zyn vriend aanstarend». „Neen, ne»nl" riop Jozef Tibout, eensklaps woest opspringende. Zjjn gelaat was geheel misvormd, zyn lange haarlokken stonden over eind als de manen van oen getergden leeuw, terwijl zijn oogen uit hun kassen dreigden te springen. „Neen, neen," riep hy, „ten koste van alles laat ik ze mf, niet ontnemen. Gene- viève, hier ben ik. Geneviève, myn eohtge- noote; Thérèse, myn kind 1" Met dezen uitroep yide hy naar het venster maar nog voordat hy het bereikt had, waggelde hy. „O, myn wond gaat weder open," riep hyik sterf." En bewusteloos viel hy op den grond neder. André sprong toe, rukte de kleederen van syn vriend open, zyn borst was geheel mot bloed bedekt, dat uit de wond lekte. „0, hy sterft," gilde Andró wanhopig, Jozef Tibout." Op dit oogenblik begon de vesperklok te ulden. „Hy sterft, hy sterft l" riep André, „en dan flio klok, die klok, ik word krankzinnig myn hoofd duizolt, hulp, hulp!" En hy yide naar 3e deur. IX. Onder het keizerschap behoorde de rue de Verneuil tot een der aanzieniyksto straten van Pai yh, hoezeer zy dan ook na dien tyd door eea menigte andere stratoa overscha duwd en min of moor op den achtergrond geplaatst is. Onder de prachtige hotels van de rue de Verneuil was gewis dat van den graaf d' Arezzo, een Venetiaansch edelman, het prachtigst. De graaf d' Arezzo bekleeddo een aanzieniyke plaats by het Napelsche gezant schap en leofde op een voet, die bewees, dat hy over een aanzieniyk vermogen te beschik ken had. Hy was gehuwd en had eeu dochter. Om een kleine schot» te geven van den groot8chen, ja schier vorateiyken voet, waar op de graaf leefde, dient, dat hy en zyn eoht- genooto iedor afzonderiyk een verdieping van het zoor ruime hotel bewoondendat de graaf zyn paarden, rytuigen on bedienden had, en mevrouw de gravin de hare; terwyi men verder verhaalde, dat er op zulk een hoofdscho wyze in het hotel geleefd werd, dat de graaf nooit zyn echtgenoote en deze woderkeerig nooit den graaf bezocht, zonder zich vooraf door oen bediende to laten aan dienen. Wy verzoeken onzen lozers ons thans te volgen naar de verdieping, door mevrouw de gravin bewoond; met ons de ruime corridors, oenige prachtige kamera en nog prachtiger zalen te doorwandelen, om eindolyk ter plaatse aan to landen, waar ik myn lezers hebben wilde. Die plaats was eon kleine zaal, welke op den fraaien tuin uitzag. Kostbaar waren do meubolen, met ryk verguldsel, volgons de modo \an dien tyd, overladen; zacht het bont kleurig tapyt, dat den grond bedekte; schit terend en glaneryk het blauw eatyn, dat tot behangsel diende, in één woord alles verried niet alleen rykdein, maar woelde on overvloed. In die zaal bevonden zich twee vensters, welke op den tuin uitzagen zy stonden open, om de aangename, zoele lentelucht binnen te laten en tevens den geur der bloomen, die by duizenden en duizenden den tuin versierden. Voor ieder dier veusters was een dame ge zeten; de oudste hield zich met borduurwerk bezig, torwyl de andere, een nog zeer jong mel8jo, dat terecht schoon verdiende geheeton te worden, yverig in een album bladerde, ge zichten uit Zwitserland en Italiö voorstellende. Het was nog vroeg in den morgen, want de ranke gouden wyzer der porseleinen pen dule duidde het uur van achten aan. „0 hoe schoon I" riep het meisje, „hoe heeriyk. Nietwaar, moeder, er is geen land op den aardbodem, dat Italiö overtreft?" „Maar zeg my dan toch, lieve Thérèse, waarom gy Italië zoo onvergeiykelyk schoon vindt," vreeg de moeder. „01 waar treft men blauwer hemel aan dan dien, welke zioh boven Italiö welft? Waar ademt men vryer en ruimer op aarde?" „01 het is dus de natuur, myn kind, die u aan Italiö zoo boven alle andere landen de voorkeur doet schenken en het u doet lief hebbeu? Ik dacht, dat er een andere reden bestond." „Een andere reden?" vroeg het meisje, eenigszins verwonderd haar moeder aanziende, „een andere reden?" „Ja, een reden, waarmede de natuur, de blauwe hemel en alle xuivero lucht niets te maken hebben," zeide de moeder, steeds met werken voortgaande. „Ik bsgryp u niet, lieve moeder." „B6denk u slechts ernstig." „Inderdaad „Ik dacht, Thérèse, dat Italiö u daarom boven alle andere landen diorbaar was, omdat hot in Italiö was, dat gy zekere kennisma king nanknooptet Thérèse bloosde er sloeg de oogen neder. Weinige oogenblikken later sprong zy op, viel haar moeder om den hals en riep: „Ja, ja, ook daarom is Italiö my dierbaar, omdat ik or myn Henrl leerde kennen 1" Maar opeens werd zy somber en er welde een traan m haar oog op. „Gy weentl Wat deert u?" vroeg de moe der belangstellend. „Ach, lieve moeder," zeide het meisje, het hoofd tegen den schouder harer moeder leu nende, „gy zult my gewis weder van dwaas ongeduld beschuldigen, maar ik geloof thans mesr dan ooit, dat Henri my niet meer be mint." „Dwaasheid! Ik moet het u nogmaals her halen," zeide de moeder, „en welk bewys hebt gü, dat de kolonel u niet meer bemin nen zou?" „0, een groot bewys," antwoordde Thérèse treurig; „hy laat myn brieven onbeantwoord tweemalen heb ik hem reeds geschreven en iederen morgen vraag ik tevergeefs aan Paul of er een brief voor my uit Italiö is aan gekomen." „0, stel u gerust, Thérèse," zeide de moe der de hand harer dochter met warmte in de hare drukkende, „stel u gerust, ik durf u verzekeren, dat spoedig al uw achteidocht verdwenen zal zyn en gij overtuigd zult we zen, dat kolenel Henri Roger u meer dan ooit bemint. Intusschen heb ik aan eenige ver strooiing voor u gedacht." „0, gy denkt altyd aan my," zeide Thérèse, „en gyzolve zyt niet gelukkig, lieve moeder l" „Stil, myn kind," zeide de moedor op ernsti- gen toon; „hot is waar, ik kon gelukkiger zyn dan ik ben, maar daarom ben ik toch niet ongelukkig. En hoe zou ik ook ongeluk kig kunnen zyu; ik zie u, myn lieve Thórè9e, bloeiende van jeugd en gezondheid voor my staan; gy wordt bemind door een edel, braaf en rechtschapen jongeing en zjjn liefde maakt u gelukkig. En ik zou niet doelen in het ge- van myn kind en, daarin deelende, nog onge lukkig kunnen zyn?" „Gy vergeet de weigering van mynheer den graaf, lieve moeder!" „Wat raakt my mynheer de graaf," zeide de moeder trot3ch, „ik heb uw hand aan den kolonel Roger beloofd en ondanks den graaf zult gy de zyne wezen; daarenboven, binneri weicigo dagen zyt gy meerderjarig en houdt bygevolg elk gezag van mijnheer dön graaf over u geheel en al op. Doch het wordt tyd» dat ik u van de verstrooiing spreek, welK.6 ik u wenschte te verschaffen. Heden wordt er ln de keizerlijke kapel een lulsterryke mis gevierd, waarbij do Keizer zelf zal tegen woordig zyn; gisteren sprak ik mevrouw d^ grootmeesteres, die my een plaats voor u iu de loge der staatsdames van de Keizerin aan bood en u om elf uren met haar rytu zal komen halen, om u naar de kapel te geleiden spoed u dus en ga u kleeden." „0, lieve moeder 1" zeide Thóiè^e, „ik heb geen lust in al dat rumoer, duizendmaal liezer is my do eenzaamheid; daaronbovon gevoel ik my ongesteld. Laat dus ten spoedigste aan mevrouw de grootmeesteres weten „Dat gy voor haar vereerende .Utnoodiglng bedankt?" ja 1" „Maar wellicht bedenkt gy u nog, lieve Thérèse; de mis zal luisterryk zyn; het ge- j hoele Hof zal er by tegenwoordig wezen, het zal een leest genoemd kunnen worden." (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1908 | | pagina 1