N». 14792 Woensdag 13 MeL A0. t908. feze <§ourant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit DRIE Bladen. Eerste Blad. Officieele Kennisgeving. FEUILLETON. Een Zonderling LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DEZER COURANTt Voor Leiden per week 9 Cents; per 8 maanden I 2 2 If 1.10. Buiten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd zijn I 9 1.30. Franco per post 1.65. PRIJS DER ADVERTENTIES» V»i l0 regel, f 105, Iedere regel meer f0.17{. Grootere letter, naar plaaternimte. - Kleine tdvertentiën ran 30 woorden 40 Oenta oontant) elk tiental woorden meer 10 Oenta.-Voor het inoa.eeeren wordt/0.05 berekend. De Burgemeester der gemeente Leiden Gelet op artikel 33, 2de lid der Kieswet; Brengt ter algemeene kennis, dat do be slissing op de ingediende verzoeken om ver betering van de kiezerslijst voor den dienst 19i>51909 op de secretarie dezer gemeento ter inzage is nedergelegd en in afschrift, tegen betaling der kosten, verkrijgbaar ge steld. En geschiedt hiervan openbare kennisge ving door plaatsing in het ,,Leidsch Dag blad Burgemeester en Wethouders voornoemd DE RIDDER, Burgemeester. VAN HEY8T, Secretaris, Leiden 13 Mei 1908. Gemeentezaken. Er loopt hier een logende, dat er zich al tijd toonaangevende gemeentenaren op den Stationsweg bevinden, om menschen, die van buiten zich hier komen vestigen, een ambt, betrekking of eere-baantje aan te bie den. Hieraan werden we weder herinnerd, toen wij do aanbeveling lazen voor de benoem mg van een lid dor Plaatselijke Schoolcommis sie bij den gemeentere "-1 ingediend. Op dez? aanbeveling komen nl. voor: No. 1 prof. rar. J. H. Carpentier Alting en No. 2 prof. dr. J. P. Kuenen. Twee respectabe le mannen ongetwijfeld, door positie en be kwaamheid verre boven onzen lof of blaam verheven, maar en dit geldt wol in zeer sterke mate voor d eerst-aambevolene zeker nog weinig bekend met de Leidsche toestanden, speciaal op het gebied van het lager onderwijs, zooals zij zelf ook in de gemeente en bij do meeste Raadsleden wei nig bekend zullen z De eerste, uit Ncd.-IndiÖ herwaarts ge komen, is nog pas zeven maanden Loidsch burger; de laatste, hoewel hier geboren en getogen, is na zijn studententijd naar En geland vertrokken is, na daar een aantal jarrn te hebben gewoond, weder even een jaar in Leiden. Hot is him waarlijk niet kwalijk te ne men clat zij buiten den kring der Universi teit zich nog vreemdelingen gevoelen in de stad onzer inwoning, maar van den anderen kant rijst dan toch ook de vraag: was het der Commissie niet mogelijk ter aanvulling van haar College een keuze te doen uit in- jgezetenen, die geacht konden worden beter op do hoogte te zijn met Leiden en het Leidsche onderwijs? Waarlijk, deze aanbeveling doet ons den ken, dat men een onverklaarbare voorkeur heeft voor menschen, die nog kort in de [gemeente wonen. Want al wilde men zich daarbij bepalen tot de hoogleeraren, dan was nog een op iden voorgrond plaatsen van iemand, die fcich vreemd in Holland en in Leiden moet voelen, toch niet noodig. Maar ook de noodzakelijkheid dat naast de vier hoogleeraren, die nu reeds in de Plaatselijke Schoolcommissie zitting heb ben, er nog een plaats voor een vijfde moet ingeruimd worden, zien wij niet in. De scholen, waarover het toedicht der plaatselijke schoolcommissie gaat, zijn lagere scholen en voor het mcerendeel nog wel lagere volksscholen, waarom in die Commissie dan ook niet eens enkele flinke mannen uit den kleinen burger- of arbei derstand gebracht In ieder geval komt ons deze aanbeveling van twee hooglceraren, waarvan de eprst- aanbevolenc in het geheel niet met do Leid sche toestanden op de hoogte kan zijn, en de laatste er ook door een jarenlang ver blijf in bet buitenland wel zal zijn uitge groeid, vreemd voor. Leiden, 13 Mei. In plechtigen eenvoud werd heden middag het stoffelijk overschot van wijlen mr. C. Cook op du begraafplaats aan de Groenestceg in het familiegraf bijgezet. Een kleine schare van vrienden, waaron der de hoogleeraren Blok en "Van der Ylugt, ds. Briët en enkele Raadsleden, bewezen den dood© de laatste eer. In overeenstemming met den wensch van den overledene waren geen bloemen of kran sen aanwezig en werden geen toespraken gehouden. Mr. O» W. Sipkes dankte met een enkel woord voor de belangstelling, bij deze be grafenis betoond, Aan den Raad der Gemeente Leiden is het volgende schrijven verzonden: Do onder getceken de Petrus Johannes van Hoeken, kennis genomen hebbende van het praeadviee van H.H. Burgemeester en Wethouders inzake den schoolbouw op het Raamland heeft bij deze de eer U een naar zijn mee- ning, geschikt terrein aan te bieden, voor het bouwen van een school 3de klasse, gele gen aan de Waardstraat bij den Zijlsingel, bouwgrond, groot 3350 vierk. M. met stra ten, voor 9S50, is plm. 3 per vierk. M. Hoogachtend, P. J. VAN HOEKEN. Leiden, 12 Mei 1908. Een situatie-teekening gaat bij dit adres. Alle Vereenigïngen doorleven tijden van voorspoed, van opbloei, en tijden van tegenspoed, van verval of achteruitgang. Zoo is het dus ook met de Christelijke zang- vereeniging Zingt den Heer", alhier. Deze reeds vele jaren bestaan hebbende Vereeniging heeft een periode gekend van kraoht, maar ook dagen van zwakheid. Thans kan zij zich weer verheugen in een groot aantal leden, waaronder onmisken baar goede krachten, bloeit zij weer, staat zij weer sterk, sterker zelfs dan menige zustervereeniging. Dit was gisteravond te bemerken, toen zij weer een uitvoering gaf. Weer, want zij heeft het a-1 heel wat keeren gedaan. Die uitvoering van meerendeels eenvou dige, maar tevens schoone liederen, goed gekozenhad ditmaal plaats in het Wijk- gebouw aan het Levendaal, en de netto opbrengst was bestemd voor den Evangeli satie-arbeid in de wijk van dr. B. van Meer. Over do opkomst viel niet te klagen: de ruime zaal was geheel gevuld. Met aandacht werd do uitvoering der verschillende nummers gevolgd. Wij zullen er niet in 't hijzonder bij stilstaan, maar willen dit van deze uitvoering zeggen: zij heeft inderdaad genot geschonken; zij heeft doen hooren, dat de Voreeniging sedert haar laatste optreden in kracht is toegenomen, aan goede krachben heeft ge wonnen en, dit zoo zijnde, toch niet te veel heeft willen doen, is blijven vasthou den aan haar regel: den cenvoudigen Christelijken zang te beoefenen, zonder af- keerig te zijn van eon opgewekt lied. Den solisten, die welwillend medewerk ten, de sopraan mej. A. Ludwig, en den bas, den heer J. v. d. H. wij durven zijn naam niet noemen, omdat die slechts door initialen was aangegeven komt dank en hulde toe voor de wijze, waarop zij de uitvoering aanvulden of hielpen sla gen. Aardige liederen zong de sopraan. Goede diensten bewees zij mèt den bas-so list in Mobaohs Psalm 103." De heer L. Kooien, organist der Hoog- landsche Kerk, accompagneerde op een mooi instrument van do firma Bender zeer verdienstelijk de verschillende nummers, Dr. Varn Meer opende het samenzijn met gei)od on sloot het met dankzegging, na eenige woorden van dank gericht te heb ben tot den directeur van het koor den heer A. J. do Lange de leden, de solis ten, den pianist en tot allo aanwezigen, voor hun aandachtig toeluisteren. Eigenaardig, dat deze uitvoering in dit Wijkgebouw plaats had op den avond van don 12den Mei, waarop de oud-leeraar der Leidsche Herv. Gom., wien de wijkarbeid in en vam uit dit Wijkgebouw vele jaren zoo na aan het hart lag en die er nog steeds zooveel belang in stelt, zijn verjaardag mocht herdenken, en wel zijn zeventigsten. Van velen dit kunnen wij hier nog ver melden ondervond ds. De Wolff belang stelling. Zijn vrienden en de Leidsche Ge meente zijn hem en zijn arbeid nog niet vergeten Bij de 25ste algemeene vergadering van den Bond van Leerlingen der Belgische Athenea, die van 23 tot 26 April te Gent werd gehouden, en waaraan tal van gym nasiasten uit Nederland deelnamen, werd zoowel van Nederlandscho als van Belgi sche zijde de wensch uitgesproken om ook in ons land een algemeenen bond van gym nasiasten op te richten. In eerL. vergade ring, dientengevolge op Zondag, 3 Mei, in Den Haag door gymnasiasten uit verschil lende steden gehouden, werd tot oprichting van zulk een vereenigii.g besloten, en een voorloopige regelingscommissie samenge steld, waarvan het bestuur van den Bond van Haagsche Gymnasiasten tot dagelijksch bestuur werd benoemd. In de eerste plaats wordt nu in een oproeping tot het vormen van een Algemee nen Nederlandsehen Gymnasiasten-Bond gezegd zou hot doel van zulk een pan- gymnasialen bond zijn, de gymnasiasten uit de verschillende steden nader tot elkaar te brengen, zoodat zij, later student gewor den, niet meer als vreemden tegenover el kaar staan. Evenals in België zou ook hier bijv. jaarlijks een bijeenkomst van alle le den kunnen gehouden worden, die dan eeni ge dagen zou kunnen duren en waardoor vanzelf een zekere verbroedering zou ont staan. Dat zoo'n bijeenkomst in de practijk voor uitvoering vatbaar is, heeft het con gres in Gent bewezen, waar een viertal da gen zeer nuttig en aangenaam werd door gebracht. Dit doel zou ook bereikt worden door het maken van gemeenschappelijke uitstapjes, voetreisjes, het oprichten van een zomerkamp, enz. Ten tweede zou door zulk een onderlinge aaneensluiting het letterkundig leven oncrer gymnasiasten sterk kunnen worden bevor derd, vooral in kleinere plaatsen. Daartoe zou een courant kunnen worden uitgege ven, die tevens een officieel© aankondiger zou zijn van wat er in de verschillende plaatselijke bonden voorvalt. Het kan niet anders, of zulk een blad moet voor ieder gymnasiast iets aantrekkelijks hebben, ter wijl het ook alweder zal medewerken tot on derlinge kennismaking. Ziedaar wat direct voor verwezenlijking vatbaar is, maar het spreekt vanzelf, dat wanneer er eenmaal een vereoniging is tot stand gekomen, het programma van werk zaamheden duidelijker zal zijn vastgesteld. Men zou later overeenkomsten kunnen slui ten met bijv. tooneelgezelschappen om een bepaald stuk voor geringeren prijs te kun nen bijwonent kortom alle voordeden geme ten, die een krachtige samenwerking ver leent. Wat het geld betreft, dat zou niet moei lijk bijeen te brengen zijn. Wanneer zich in iedere plaats met een gymnasium een on- derafdeeling vormt, waarvan direct al de kern zou kunnen zijn de daar bestaande gymna3iastenbond of vereoniging van gym- na8iastenbondcn, en bloc toegetreden, en ieder lid bijv. 1 contributie betaalde, dan zou er spoedig een aanzienlijk bedrag ver kregen worden, waarmee met overleg Keel wat zal kunnen worden gedaan. Een en ander moet natuurlijk nog nader geregeld en besproken woraen, maar de voorloopige commissie hoopt dat uiterlijk vóór 1 Juni iedere gymnasiastenvereeniging en verdere belangstellenden hun meening over dit plan zullen hebben te kennen go lven opdat men, wanneer men wederom is vereenigd, in een constitueerende verga dering waarin zoo veel mogelijk afgevaar digden van do verschillende gymnasien zijn bijeengekomen, tot oprichting en tot het vaststellen der statuten kunne overgaan. Het voorloopig dagelijksch bestuur be staat uit de heeren: J. H. Aleva, Leiden; E. H. von Baumhauer, penningmeester Disciplina Vitae Scipio, Amsterdam; G. v. d. Berg, voorzitter Rott. Gymn. Bond, RotterdamH. C. Hartevelt, LeidenA. Kits van Hevningen, penningm. Leidsche Gymn. Ver. Leiden; G. v. d Leeuw, voorz. Bon .1 v. Haagsche Gymn. Den Haag; J. A. de Nooy, Leiden f J. C. ScBuller tot Peur- sum, voorz. D. V. S., Amsterdam; G. Snoeck Henkemans, ondervoorz. B. v. H. G., W. F. Wéry, 1ste seer. B. v. H. G., H. B. Wildt Moyboom, penningm. B. v. H. G., allen Den Haag; P v. Wulfften Palthe, Rijswijk, Den Haag. Voor het akte-examens L. O. zijn to Haarlem geslaagd de dames: A. J. Last drager en A. C. E. Vrijdag, van Leiden; A. J. de Bruyn en A. Haasnoot, van Kat- wijk-aan-Zee. Te 's-Gravenhage de heer A. J. L. Ko- perberg van Bleiswijk. Met No. 112 der Sict. zijn verzonden de statuten van de Coöperatieve Landbouw- vereeniging Helpt elkaar", te Bodegraven De echtgenoote van den afgetreden Russischen gezant, mevr. Tsjarikofï, die thans verblijf houdt in Hotel ,.Den Ouden Doelen" te 's-Gravenhage, is gistermiddag op Het Loo door H. M. do Koningin ont vangen, om afscheid van H. M. te nemen, alvorens naar Rusland te vertrekken. B. on Ws. van Amsterdam stellen don Raad voor aan dr. H. J. Eymael, op diens verzoek, een oor vol ontslag te verleenen als leeraar in do Nederlandscho Taal- en Han delsgeschiedenis aan de openbare Handels school aldaar. De toestand van mr. G W. baron van Imhoff, vice-president der rechtbank te Amsterdam, laat zich, naar het „Hbld." verneemt, gunstig aanzien. Hij neemt voort durend in beterschap toe. Ongeveer de helft der manschappen van de in Maart j.l. te Middelburg opgeko men lichting heeft op een Cot hen geriahte vraag, wie er is voor het bidden voor het eten, deze toestemmend beantwoord: Dezen ©ten nu per compagnie op één kamer, a£ gezonderd van hen, die niet wenschen le bidden. Op verlangen van den overste is dit door de compagnies-commandanten aldus geregeld. Deze regeling bevalt goed, te meer wijl nu ook zij, die na het eten wenschen te danken, daartoe in de gelegenheid zijn. Het nieuwe in aanbouw zijnde pant serschip voor de Koninklijke Marine zal, naar het ,,Hbl." verneemt, den naam dra gen van ,,De Zeven Provinciën". Maandagavond 1 Juli opent het PhiL harmonisoh Orkest van Berlijn, met een concert in het Kurhaus, het Scheveningscho badseizoen. Tot de concerten in het Kurhaus zullen wederom vele kunstenaars en kunstenares sen van naam, medewerken. Behalve concerten zullen in de Kurzaal gegeven worden soirées, varicés, bals en kinderfeesten. Aan het staand zullen weder vuurwerken worden ontstoken en in oe theater-zaal allerlei vermakelijkheden wor den gegeven. De gewone audientien van de Ministers van Buitenlandsehe Zaken en Marine ad interim zullen op Vrijdg 15 Mei niet plaat-s hebben. Het stoomschip Java, van Batavia naar Amsterdam, arriveerde 12 Mei te Suezdo G e d van Rotterdam naar Ba tavia, is 11 Mei Point de Galle gepasseerd; dc Menado, van Rotterdam naar Bata via, is 11 Mei Sa gres gepasseerd; de R i n d j a n i. van Batavia naar Rotter dam, is 11 Mei Gibraltar gepasseerd; ao S i n d o r o, van Rotterdam naar Batavia, arriveeide 12 Mei te PorteSaid; de A d m i- r al, thuisreis, \ertrok 10 Mei van Marseil le; de Franken vertrok 10 Mei van Ba tavia naar Bremen; de H a n a u, van Am sterdam naar Java, vertrok 10 Mei van Algiers; de He r z o g, thuisreis, vertrok 10 Mei van Zanzibar; de I t z e h o e, van Ja va naar Amsterdam, arriveerde 10 Mei te St.-Nazaire; de Meissen, van Java naar Amsterdam, vertrok 11 Mei van Port-Said; de P r i n z-R e g e n fthuisreis, vertrok 9 Mei van Swakopmundde R ij n I a n d, van Amsterdam naar Brazilië en Buenos- Ayres, vertrok 12 Mei van CJorunna; de Koningin Wilhelmina, van Ba tavia maar Amsterdam, vei trók 11 Mei van Sabang; de Promethous, van Pe-nang. naar Amsterdam, vertrok 9 Mei van Co- lumbo. l) doob W. POTTUM. Als ik terugdenk aan mijn eerste levens jaren, de oogen sluit, me als torug laat voe ten naar mijn 1 uiertijdperk, dan doerat hier pn daar vaag con fantastisch beeld op, om [weer weg te doezelen als in zwaren mist. Een Sndere maal licht er iets hel op, duidelijk, fjBoherp omlijnd. Dan plots uit, of 't is. als een 'krijtteokening op zwart bord met ruwe vegen door een spons weggeveegd. Soms wil ik die vage beelden duidelijker zien, ik wil een plots afbrekende handeling verder volgen met in spanning van vasten wildan wordt het me als begin ik mijn hersenpan van binnen to voelen, ik krijg een gevoel of alles in die boenen doos hol isoen gek gevoelhet is het tceken op te houden met denken! Zoo blijven er slechts voor mc beelden zonder samenhang, verward als in een droom, het eene beeld vloeit soms zonder overgang ia het andere» oversoms herinner ik me een handeling, die plotseling steeds op hetzelfde moment wordt onderbroken. Als ik er aan ga den keu, weet ik reeds vooruitdaar zal het ophouden. Een groote, groene, ijzeren ouderwetsche wieg, die steeds naar één zijde een weinig overhelt, de dekentjes worden tegengehou den door een stuk donkergroen karton. Aan het hoofdeinde vormen kromme stangen een soort koepel, daarover hangt een gordijn, ook groen. Het weefsel is tamelijk grof; als ik mijn oog vlak tegen het gordijn aanleg, kan ik in dc huiskamer zien. Hoe die er uitziet? Ik weet het niet meer; door een paar gla zen deuren zie ik in een tuintje met hoo rnen bij den schoorsteen glimt een ko peren thee-emmer, nu eens geel dan weer meer roodachtig, hij het deksel zitten spik kels en vlekken. Op mijn wieg ligt een rootle doken met zwarte figuren, die, als ik er naar lig te kijken, telkens veranderen; liet worden ge zichten. Eerst lachen ze, dan gaan ze grijn zen, worden al grooter, komen op me af tot vlak bij mijn kin, vol angst sla ik mijn handjes voor de oogen, maar kijk tusschcn do reetjes door; nu zien ze er nog vrccselijkcr uit, ik begin te gillen. Ik hoor stemmen on voetstappen, telkens hoor ik praten over stuipen, ik word uit de wieg getild, men brengt me in de kamer of naar buiten. Ik lig weer in dezelfde wieg, kluif nu eens op mijn duim, dan zabbel ik op mijn grootcn teen, het is zoo tegen donker, de wieggor- d-ijntjes zijn dichtgeschoven, ik begin angstig en bang te worden, want ze zal weer komen eerst zie ik lange, knoestige vingers de gordijntjes vaneen schuiven; twee groote oogen, dio licht geven, kijken me onafgebro ken aan, een gedrochtelijke neus, met wrat ten er op en haren, bijkans witte lippen, half open, laten afgebrokkelde zwarte tanden zien, een groote muts met linten en strikken vult haast heel mijn wieg. Ze lacht genie pig tegen me, dan mommelt ze, komt grinni kend hoe langer hoe dichter naar me toe-, dc mond gaat wijder en wijder open, 't is net of ik in een put kijkik kan niet schreeuwen, me niet bewegen, 't wordt alles zwart. Ik kan loopon, in een vierkant kastje op wieltjes rijd ik me zelf door de kamer; het hek werk je is geel met roode biesjes. Na da genlang geduldig gemorrel is 't mc gelukt, een der knopjes los te krijgen, een rood balletje met een geel gleufje er in, ik ga bui len boord h.ungen, zwaai met mijn arm, daar rolt het balletje door de kamer, eerst tikt ie legen den tafelpoot, dan onder de kast. Ik kan er niet bijkomen, dat komt door dat wagentje, waarin ze me vast hebben gegespt; in dat nare ding kan ik alleen staan oi' han gen. ik scharrel naar dc kast, met alle ge weld wil ik er onder kijken naar mijn roo- den bal, ik trek en wring uit alle macht bomdaar ben ik met stoel en al omge tuimeld nu kan ik onder de kast graaien, hi, hi, daar heb ik het! Daar wordt ik ruw aangepakt en overeind gezet, nu zullen ze me mijn buit afnemen, dus gauw wegmof felen, in mijn mond stoppen. Maar ze hebben me in do gaten, een paar naar petroleum smakende vingers duwen mijn opeengeklem de tanden van elkaar, ik aan het slikken! Ik word benauwd, onderste boven gehouden, geschud en geklopt, ik krijg weer lucht het balletje wordt met twee draadnagels vastgespijkerd aan den stoel. Ik schop, spar tel, schreeuw me schor, een lepeltjo suiker brengt me tot bedaren en zuigend op mijn kleffe vingers, val ik in slaap. 't Is donker, strakjes gaat de lamp op, in mijn tafelstoel zit ik met papiertjes te knoeien, ik maak er propjes van en pro beer of ik ze in een kier van de plank kan peuteren, dan zie ik ze er weer uit te krijgen met een houtspaantje, maar een paar prop pen zitten zoo vast, dat ik mijn nagels aan bloed scheur. Weldra zit ik te soezebollen, halfslapend kijk ik op straat, naar de gril lige daken en schoorsteeuen, vooral een paar oude schoorstecnen zijn net menschen, ze pra ten over me en wijzen naar medan hoor ik opeens een groot geraas, door de lucht zie ik vuilnisblikken, stoffen, bezems, ketels, van alles dooreen roezemoezen, in woeste jacht stoomen ze voort, er komt geen einde aan. Deze herinnering is me nog zoo duidelijk, dat ik er steeds aan denk als ik voorbij een winkel kom, waar allerlei huisraad wordt verkocht; als ik op de ma.kt slenter lang*s oudroesten, doemt dit visioen mede helder voor me op. Wat het geweest is?? Ik loop alleen op straat, zoo hard als i£ kan, al maar kijkend i.aar de wolken. Ik wil weten waar ze heengaan, ik moet mot haar mee of ik wil of niet.'t Schijnt, dat ik al buiten de stad ben. Nog altijd jagen de wolken voort en ik loop loop daar, daar heel in de verte, daar komen; ze op den grond* vWordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1908 | | pagina 1