N«. 14755
Zaterdag 28 Maart.
A#. 1908.
§eze gourant wordt dagelijks, met uitzondering
van t£pn- en feestdagen, uitgegeven.
Dit nommer bestaat uit
VIJF Bladen.
Offieieele Kennisgeving.
De Vredesbeweging.
FEUILLETON.
Haar plicht getrouw.
LEIISCH
DAGBLAD
PRIJS DEZER COURANTi
Voor Leiden per week 6 Oentei per 8 maanden 1.10.
Eclten Leiden, per looper en waar agenten geeeetlgd lijn 1 1.30.
Franco per poet1.66.
PRI.TS DEP. ADVERTENTIES t
Van 1—8 regels 71.06. Iedere regel mser 70.17). Grootere letters naar
plaatsruimte. Kleine advertentiën y&d 30 woorden 40 Oents contant j elk
tiental woorden meer 10 Oents.- Voor het inoasseeren wordt/0.05 berekend.
Voopjaapsschouw,
Burgemeester ea Wethouders van Lelden,
Gezien artikel 17 der verordening van
den 6den Juli 1899 (Gemeenteblad No. 15),
laatstelijk gewijzigd bij de vorordening van
den 6den December 1900 (Gemeenteblad No.
34);
Bic ïgen ter kennis van belanghebbenden,
dat te beginnen met Maandag April
k. zullen geschouwd worden:
alle wegen, lanen, paden, straten, kaden,
pleinen, hofjes, stegen sloppen, of poorten
en gangen, benevens de daarin gelegen of
daartoe bchoorende bruggen en andere
kunstwerken, voorzoover die bijzonder
eigendom zijn en met gedoogen van de
rechthebbenden voor het publiek verkeer
openstaan;
en alle wateringen en slooten en do rio
len, ter vervanging daarvan gemaakt, be
nevens do daartoe behooreade sluizen, dui
kers, buizen, tocgangskokers ea dergelijke
werken, voorzoover die bijzonder eigendom
zijn.
Burgemeester en Wethouders voornöemd,
DE RIDDER, Burgemeester.,
VAN HEY8T Secretaris.
Leiden, den 5d_u M^art 1908.
Vrijdagavond hield Jhr. mr. H. W. van
Asch van Wijok, lid der Tweede Kamer der
'Staten-Generaal te Arnhem, voor do aid.
Leiden van den Alg. Ned. Bond „Vrede
door Recht" in het Nutsgebouw alhier een
voordracht over de Vredesbeweging.
Het scheidsgerecht, aldus ving spreker
aan, is geen moderne uitvinding. Toen de
cultuur ten tijde van Pericles in Grieken
land haar hoogtepunt had bereikt, werd
al dc behoefte gevoeld aan het beslissen
van strijdpunten tusschon Staten door mid
del vac scheidsrechterlijke uitspraak. In
do middeleeuwen vinden wij er sporen van
terug. De koopsteden Genua cn Venetië en
do Hansa pasten haar toe, doch verder
vond de arbitrage weinig toepassing in
de practijk. Eerst in de 19do eeuw kwam
do vredesbeweging van het studeervertrek
op practisoh terrein. De kwaker David
Dodge richtte in New-York den eersten
yrodesbond op.
Na verder do vredesbeweging en haar
üitingen gedurende de laatste eeuw te heb
ben geschetst, kwam spreker tot de eerste
Haagsolie Vredesconferentie, die aan do
practisoho toepassing v-.vi do arbitrage-ge
dachte een grooten stoot gaf.
De gedachten, welke Tsaar Nicolaas II
bezielden, toen hij do eerste vredesconfe
rentie bijeenriep: dat het mogelijk zou
zijn tot een vergelijk te komen om de mi
litaire lasten niet te verzwaren, is niet
verwezenlijkt. Ook niet door de tweede
vredesconferentie. Dit was te verwachten,
volgens spreker.
De militaire lasten, waaronder de Staten
gebukt gaan, zijn niet de kwaal zelf, maar
een kenteekon daarvan; het is de pijn,
die de zieke, toni gevolge van de kwaal,
lijdt.
De kwaal zelf is het ontbreken van orga
nisatie der Staten; de rêchtlooze toestand,
dia tussohen de Staten heorscht.
Door het ontstaan van een rechtstoe
stand zal op natuurlijke wijze het militai
ri&me verdwijnen. De eerste vredesconfe
rentie sloeg den goeden weg in door een
Hof van Arbitrage te stichten en het vol
kenrecht te oodificeeren. Daarom is zij
niet een mislukking, maar beslist een suc
ces.
Ala burgers van den Staat genieten wij
persoonlijke vrijheid. Wij behoeven onszel-
ven en ons goed niet te verdedigen, om
dat wij leven in een Staat, waar de over
heid bij machte is onze rechten te verde
digen.
Tusschen do Staten bestaat echter nog
geen rechtsorde. Zij kunnen de middelen,
om zich te verdedigen, nog niet missen.
Het recht van den sterkste heerscht er
nog. Indien de burger niet zeker is bij de
overheid bescherming van zijn rechten te
vinden, is het zijn dure plicht zelf daar
voor te waken. Zoo mag ook de Staat, waar
het recht tussohen de Staten niet gehand
haafd wordt, niet tot ontwapening over
gaan. Het anti-militairismo is daarom in
strijd met gezonde begrippen van zelfver
dediging en eergevoel. Het wil vrede, maar
niet op den grondslag van recht. Het ia
een lafheid en dwaasheid, meende spr.
Voor men een volk de middelen ontneemt
zich te verdedigen, moet men zeker zijn, dat
aan zijn vijanden de middelen zijn ontno
men, het aan te vallen. De geschiedenis
leert ons volgens spr. hoe gevaarlijk en
dwaas het i3 onze defensie te verwaarloo-
zen. De anti-militaristen beweren zedelijk
hoog te staan. Ten onrechte, volgens spr.
Zij zijn integendeel gedaald tot het zedelijk
peil, waarop het rechtsgevoel niet meer
reageert.
Zal het ooit zoover komen dat door het
intreden van een rechtstoestand tusschen de
Staten algeheel© ontwapening mogelijk is?
Spr. meent dat het ligt in den aard dor
dingen. Op elk gebied des levens valt ont
wikkeling waar te nemen, die naar hoogere
eenheid streeft. Do persoonlijke vrijheid is
ook verworven, waarom zou niet de vrij
heid der Staten to verkrijgen zijn?
Stonden vroeger de volken economisch
geïsoleer-1 tegenover elkander, thans is in
do gehecle cultuurwereld één maatschappe
lijk leven ontstaan en zijn in die cultuur
wereld do mensehen van elkander afhanke
lijk geworden. Door deze maatschappelijke
levenseenheid doet de behoefte aan rechts
zekerheid tusschen de tot de cultuur be-
hoorende Staten ziv-h steeds meer gevoelen.
Door do rusteloos voortschrijdende techniek
op het gebied van het oorlogsmateriaal
dreigen de oorlog en zijn gevolgen zelfs do
grondslagen van het economische leven in
de gehcele cultuurwereld aan te tasten. So
ciale factoren zullen zeker daarom er toe
medewerken de vrijheid der volkeren te
bevorderen. Maar ook zedelijke. De moraal
wordt meer dan vroeger als ondeelbaar
beschouwd. Dezelfde beginselen, welke de
verhouding tusschen de burgers bepalen,
moeten dit ook doen tusschen de Staten.
Eenheid in het leven is ook voor de volken
levenseisch. En wanneer eenmaal de geheele
wereld eultuurstaat is geworden en er dus
één Staat is. die alle Staten der wereld om
vat, kan tot ontwapening worden overge
gaan.
De Romaansch-Germaansohe cultuurpe
riode, waarin wij leven, omvat de gcheelo
wereld nog niet. Het ontwakende China, het
moderne Japan e. a. staan daar buiten.
Eerst wanneer de Slateu zich tot hefc Chris
tendom bekeeren en tot het zedelijk peil
stijgen, waarop onze beschaving staat, kun
nen zij in onze cultuurwereld worden opge
nomen.
De Assyrisch-Babylonïsche, de Egypti
sche, de Grieksch-Roinaanache beschavingen
zijn ten gronde gegaan. Zal de Romaansch-
Germaansche de laatste periode zijn? Of
zal zij door een Aziatische worden gevolgd?
Hoe het zij, vrede door recht kan cersi
op aarde hcerschen, als do geheele wereld
een georganiseerde eultuurstaat is.
Ten slotte behandelde spr. nog twee vra
gen:
lo. Wat is het doel der vredesbeweging?
2o. Wat is in de vredesbeweging de roo
ping van het Nederlandsche volk?
De vredesbeweging heeft ten doel het
hooge ideaal van de vrijheid der volken
aan de wereld te toonen en haar te over
tuigen, dat het niet het product is van een
overprikkelde phantasie, maar hefc natuur
lijk gevolg van de ontwikkeling der dingen,
de kroon der beschaving. Haar komst kan
verhaast worden door het geloof in haar
verschijning. Dit zal geschieden, indien de
geheele wereld doortrokken wordt door de
beschavende beginselen 'van het Christen
dom.
En wat het antwoord op de tweede
vraag betreft: in Nederland is het zaad van
de intemationalo rechtspraak gestrooid. De
geheele pacifistische wereld vestigt op Ne
derland baar blikken. Wij moeten het
brandpunt worden, van waaruit dc vredes-
gedachte haar verwarmende stralen over de
wereld verspreidt, het zendingsvo-lk der
vredesgedaehte zijn. Wij bezitten in den
strijd voor de vrijheid een titel als bijna
geen ander volk.
Dezelfde geheimzinnige macht, dio onze
vaderen in staat stelde wonderen van
dapperheid te verrichten: het woord van
God, moet ook ons bezielen in don strijd
voor de vrijheid der volken, aldus besloot
spr. zijn luid toegejuichte rede.
De voorzitter, prof. dr. H. A. Lorcntz,
sloot de vergadering met een woord van
dank aan spr. en hoorders.
BODEGRAVEN Gisteren werden hier ter
keuring aangeboden 1 vijfjarige stier, 1
driejarige, 15 tweejarige en 20 éénjarige
stieren. Prijzen werden behaald door A
Veelenturf, te Bodegraven, 100, voor den
vijfjarigen stier „Hendrik"; N. Plomp, te
Nieuwkoop, 150, voor den tweejarigen
stier „Alison"; P. Rijlaarsdam, te Bar-
woutswaarder 100, voor den tweejarigen
stier „Rudolph"; O. de Kruijf, te Zwam-
merdam, 50, voor den één jarigen stiei
„Cesar"M. van Briemen, te Bodegraven,
50, voor den éébjarigen stier '„Fr. derik";
A. Vernooy, to Bodegraven, 100, voor den
éénjarigen stier „Willem"; W. Kok, te Bo
degraven, 100, voor den één jarigen stier
„Matador".
Het vierjarig dochtertje van v. N op
de Noordzijde alhier, is al spelende in den
Rijn gevallen en verdronken.
Bij het eindigen van den cursus van
de Ambachtstcekcnschool, alhier, zijn de
gemaakte teekeningen en het overige werk
der leerlingen, door Raadsleden, ouders der
leerlingen en ander© genoodigden bezich
tigd. Hoogst voldaan was men over het
geleverde werk.
Door de „Vereeniging tot 5-jaarlijk-
scho herdenking van do troonsbestijging
van H. M. do Koningin," alhier, is op de
gehouden ledenvergadering het volgende
voor loop ige programma vastgesteld voor
de feestelijke herdenking in den nazomer
van 1908: bedeeling aan arme ingezetenen,
gekostumeerde historische optocht, oplaten
van een luchtballen, volksspelen en het ge
ven van enkele tableaux- Als feestterrein is
door den heer W- van der Giesen bereidwil
lig het stuk land afgestaan nabij het dorp,
dat zoo uitnemend voor dit dool gc&chikt is.
HAZERSWOUDE. De ooievaar is weer
neergestreken op het nest bij den landbou
wer W. B. Bontje.
In de algcmeeno vergadering der ver
eeniging voor Christelijke belangen in de
Ned.-Herv. kerk werd door den voorzitter
dank betuigd aan de Clir. Meisjesvereeniging
,Lydia" voor de opbrengst der verloting,
ten voordeele dier vereeniging gehouden.
Het jaarfeest der Chr. Knapenvereeni-
ging „Het Mosterdzaadje" werd geleid door
den heer S. Huisman. Ds. J. J. van Ingen
opende met gebed en toespraak. Gezang, voor
drachten, samenspraken en verslagen wissel
den elkander af. Alle aanwezigen werden
van tijd tot tijd onthaald op chocolade, koek
en krentenbrood. Ook namens de Chr. Jongel.
Vereeniging „Eere zij God" werd een ge-
lukwensch uitgesproken, waarna de oud-lei
der N. van den Bosch, nog een hartelijk
woord sprak en het samenzijn sloot met dank
zegging. De collecte bracht op f 5.85.
KOUDEKERK. Aan de Wod. R. G. Oppe-
laar alhier, Is een vergoeding van 80 cent
toegekend, voor lederen dag dat haar zoon
als milicien onder do wapenen is.
De vastgestelde kiezerslijst dezer ge
meente bevat de namen van 218 kiezers
voor de Tweede Kamer, 217 voor de Pror.
Staten en 186 voor den Gemeenteraad.
De verlofgangers der landweer, de lich
tingen 1903, 1904, 1906, en 1907 dozer
gemeente moeten den 27 April a. 8. voor
6 dagen onder de wapenen komen. Z{j be
lmoren zich alsdan des voorm. 9 uur aan
te melden te Leiden in de Morschpoort-
kazerne.
Door de kiesvsreoniglng Nederland
en Oranjealhier Is, voor dë a s. verkie
zing van een lid van den Gemeenteraad,
candidaat gesteld, de heer B. de Jong, en
door de kiesveroeniging Eendracht maakt
machtde heer J. Oppelaar.
Dank z() de ijverige naspeuringen van
do R()k8- en Gemeentepolitie alhier is het
gelukt de hand te leggen op een persoon,
genaamd L. V., die sinds goruimen Lyd
Koudekerk en omstreken door het stelen van
•kippen en konijnen onveilig maakte.
TER-AAR. De in deze gemeente vastgc-
8tcldo kiezerslijst voor den dionst 1908/1909
bevat de namen van 477 kiesgerechtigden te
genover 465 in het vorige jaar.
Door den boutschieter L. van Eijk al
hier is in den Noord-Eindschen polder een ot
ter geschoten wegende ongeveer 20 pond,
welke hij heeft verkocht voor een bedrag
van f 9.
De alhier bestaande vereeniging „Onder
ling Hulpbetoon" heeft een bestuur gekozen,
dat onderling zijn werkzaamheden heeft ver
deeld, n.l. H. J. M. Lindner, voorzitter;
P. W. Kroft, vico-voorzittorJ. Hogenboom,
secretaris; J. Visser, penningmeester; ter
wijl als depothouders zijn aangewezen voor
Langeraar J. Vork, voor Korteraar H. J.
Schreuder, voor 't Papenveer J. de Lange,
en voor do Kerkbuurt 't Gemeentehuis, het
welk tevens als hoofdmagazijn zal worden
gebezigd. Tot boden zijn benoemd J. Snij
ders en J. Vork.
Vereeniging lol Sev. der Boowlusst Ie Leiden.
Zéven-en-negentigste vergadering, gehouden in het
iïulsgebouic.
Aan deze vergadering g-ing vooraf een
kunstbeschouwing van plaatwerken welwil
lend afgestaan door do hoeren J. van Dam
en A. T. Kraan.
De voorzitter do heer L. v. d. Laan opende
do vergadering. De notulen werden goedge
keurd.
Voor de eerste maal gedurende het bijna
12Va-jarig bestaan der verocniging, trad er
een spreker op, die ons nu eens voerde
op een terrein voor velen nog onbekend,
met het eigenaardig onderwerp: „Sprokke
lingen op waterbouwkundig gebied". Deze
spreker nu, de heer J. N. de Witte, opzich
ter bij de Gemeente-Werken van Leiden, be
gon met in 't kort een geographische be
schrijving te geven van ons land, speciaal
wat betreft de verdediging der kusten, zoo
als ze daar zijn in natura en kunstmatig aan
gelegd langs Noord- on Zuiderzee-stranden.
Zoo oppervlakkig bezien zijn deze werken
betrekkelijk eenvoudig, doch dat zc dit heusch
niet zijn zette spreker in een reeks van
technische beschouwingen duidelijk uiteen.
Wij vernamen dan wat er alzoo langs onzen
duinrand en onze zeedijken voor verwoestin
gen kunnen worden aangericht door verschil
lende oorzaken als stormvloeden bij Noordea-
en N.Oostenwindenhoog- en laagtij gepaard
met diverse zee-9troomingen en wat dies meer
zij, en hoe onze waterbouwkundige ingenieurs
door tal van vernuftig uitgedachte onder- en
bovenzeesche kunstwerken, ons dierbaar Va
derland trachten te beschermen tegen de on
deugende golfjes die het bespoelen, afknab
belen en trachten mede te sleepen.
Aan de hand van een groote serie teeke
ningen alle op waterbouwkundig gebied, en
van een collectie aanwezig materiaal voor
oeververdediging, gaf spreker na beëindiging
zijner lezing nog een halfuurtje aanschouwe
lijk onderricht.
Al was het voor velen een nu niet zoo
gemakkelijk te verteren kost, de heer De
Witte is op zijn gebied zóó thuis, dat hij
zijn mededeelingen in alles voor ieder duide
lijk kon maken, eu deze als zoodanig niets
te wenscben overlieten.
Nadat spreker eenige vragen welwillend
had beantwoord, was een woord van dank
van den Voorzitter zeer op zijn plaats.
Als leden werden toegelaten de hceren
gebrs. Kenbeek cn B. Teepe.
Op voorstel van den heer J. A. Verhoog
werd besloten een voldoend aantal heeron tê
trachten te bewegen, alsnog dezen zomer een
bezoek te brengen aan de havenwerken van
IJmuidcn en verder via het Noordzeekanaal
aan Amsterdam. Na enkele besprekingen van
bijzonderen aard sloot de heer v. d. Laan
met een tot weerziens deze laatste vergade
ring van het seizoen.
F. A. W.
82)
Nu richtte zij zich op uit haar neergebo
gen houding. „Daarvoor is het te laat,"
zei zo zacht en toonloos.
„Rcna!" Hot was een gil, waaruit angst
en smart klonken.
„Ja," herhaalde ze zekerder en nadruk
kelijker; „het is te laatl Ik zou nimmer
weer vertrouwen in je kunnen stollen. Wat
je beweegt zoo tot mij te spreken weet ik
niet. Is het een gril of is het werkelijk oen
dieper gevoel? Misschien weet je het zelf
niet goed. Dat, wat in mij is gestorven,
kan niet weer wakker worden geroepen. Ik
zal jou nimmer meer kunnen toebehooren.
Je speelt waarschijnlijk ook maar met de
ze mogelijkheid, zooals jo met je geheele
leven hebt gespeelt. Je zoudt mij slechts
opnieuw uit de mij dierbaar geworden om
geving wegrukken, om mij dan weer koel
bloedig te verlaten."
„Neen, Renate; je miskent mij nu en ver
geet, dat ik jo werkelijk liefheb. Laat mij
toch niet tevergeefs smceken, je zult een
beter mensoh van me maken. Ik gevoel
het. Stoot men n--». terug in mijn mislukt
leven; -jij, de reine, sterke, zal mij steun
en kracht geven 1"
Renate glimlachte bitter. ,.Ik heb zelf
juist steun noodig. Wat zou ik voor jou
kunnen zijn? Jij sterkt jo handen altijd
slechts verlangend uit naar dat, wat je
niet kunt krijgen. Evenwel, als jo het krijgt,
dan is het reeds waatdeloos voor je gewor
den. Doch, laten we niet verdér spreken,
een samengaan tussohen ons is onmogelijk.
Laten we in vrede van elkaar gaan."
Trachwitz greep haar handen vast. Zijn
oogen keken diep re de hare.
„Meen je, dat ik niet weet, wat je
nog standvastig doet zijn.?" riep hij hef
tig uit. „Je houdt van Tornau. Heet het
eens liegen aJs je kuntl"
Zij kromp ineen on ze sloot een oogenblik
haar oogen.
Geen van beiden had bemerkt, dat Rolf
von Tornau achter hen uit het bosch was
gekomen. Hij hoorde zijn naam noemen en
zag nu met de bitterste verwondering naar
deze twee menschon.
Renate sloeg haar oogen weer op en keek
trotsoh, met een beslisten blik haar man
aan. Toen zei ze zeker en kalm, met bijzon
der welluidende stem:
„Ik heet het niet liegen. Jij moet het
weten, omdat je er wel eonig recht op hebt.
Ja, ik bob Rolf Tornau lief, zooals een
vrouw zulk een sterk, edel karakter maar
lief zou kunnen hebben. Mijn hart behoort
hem zoolang ik leef. Je hebt gelijk als je
beweert, dat deze liefd© mede do reden is,
da> ik jou nooit meer kan toebehooren,
want als ik hem niet liefhad, zou ik waar
schijnlijk uit medelijden wel .weer hij jou
terugkomen. Maar liever zou ik willen
sterven dan aan mijzelf en aan mijn hart
ontrouw te worden. Al kan ik hem ook
nimmer toebehooren, dan toch zal ook nim
mer een ander weer eenig recht op mij
hebben. Of je mij vrij laat of niet, ik weet
niet of je volgens recht en wet mij nog ge
bonden kunt houden, dat is me precies go-
lijk, er kan toch nimmer meer een verhou
ding van man en vrouw tusschen ons be
staan. Innig blij ben ik, dat je mij mijn
woord hebt teruggegeven, zoodat ik nog
vandaag alles kan zeggen wat mij eenigen
tijd zoo gedrukt en gekweld heeft."
Trachwitz stampte woedend op don
grond.
Krampachtig balde hij zijn vuisten en hij
beefde over zijn geheele lichaam van inge
houden woede.
Plotseling vloog hij op haar tee cn nam
haar in zijn armen.
„Meen jo nu werkelijk, dat ik me maar
zoo kalm op zij laat schuiven 1 Nog behoor
,o mij
Zij gaf een luiden gil en trachtte te ver
geefs uit zijn omarming los te komen.
Plotseling werd Trachwitz stevig bij zijn
kraag gegrepen; hij viel neer cn keek ver
schrikt om, ten einde te zien, wie daar
zoo plotseling was verschenen.
„O, bent u het, mijnheer von Tornau 1"
stamelde hij. „Wat doet u bier?"
llolf stond dreigend voor hem. „Dat zou
ik u beter (kunnen vragen. Ik sta op mijn
eigen bezitting."
Renate was naar Rolf gevlucht; hij leg
de zijn arm stevig om haar trillend
lichaampje. Eén blik van geluk trof haar
en plotseling herleefde zij weer.
„Laat die dame los," gilde Trachwitz,
„u hebt geen recht op haar."
„Ik heb het recht haar to beschermen,
wanneer zij onbeschaamd wordt lastig ge
vallen."
Trachwitz lachte spottend. „Dat zullen
we nog eens ziern" Hij kwam dichter bij
hen staan. „Renate, kom bij mij
Zij klemde zich vol angst aan Tornau's
arm. vast.
Trachwitz knarste van woede op de tan
den.
„Wil je niet? Mijnheer von Tornau, laat
die dame los; zij is mijn vrouw. Niemand
behalve ik heeft eenig recht op haar."
Rolf keek verschrikt in 1 enate's bleek ge
zichtje, dat ze smeekend naar hem had op
geheven.
„Is dat waar?"
Zij boog haar hoofd. „Ja, maar hij heeft
geen recht meer op mijbij heeft mij
schandelijk verlaten. O toe, bescherm mij
tegen hem; later zal ik alles wel ophel
deren," zei ze zacht.
Toen bood hij haar kalm eon arm aan.
„Ga mee, ik zal u wel thuis brengen.
Mijnheer von Trachwitz, ik ben tot uw
dienst, zoodra ik deze dame in veiligheid
heb gebracht."
Trachwitz keek hem met verwrongen ge
laatstrekken aan. „Renate, je wil toch zoo
niet van mij weggaan?" riep hij met een
door smart verstikte stem haar achterna.
Zij keek niet naar hem om. Hij zonk af
gemat in elkaar en veegde zioh het zweot
van het voorhoofd. Een roostelooze wan
hoop overviel hem; met starren blik keek
hij do twee menschen na, die dicht naast
elkaar door het bijna ontbladerde bosch
liepen, alsof ze bij elkaar behoorden.
Toen balde hij zijn vuisten in hartstoch
telijke woede en tusschen zijn tanden mom
pelde hij: „Daar zal hij voor boeten."
Plotseling werd er een hand op zijn
schouder gelegd. Hij keek om en zag in
Melanies bleek gelaat. Hij verwonderde
zich er nauwelijks over, dat zij zoo plot
seling voor hem stond.
„U bent een dwaas, Trachwitz," snerp
te ze hem toe. „Laat u werkcliik kalot toe»
dat hij uw plichtvergeten vrouw wegvoert,
alsof zij hem toobchoorde V'
Hij keek haar strak aan. Toen kwam hij
tot de ontdekking, dat zij wel getuige van
de voorafgegane scène moest zijn geweest,
en dat de afloop haar wenschen en verlan
gens evenmin had bevredigd als zij de zij
ne hadden. Hij lachte scherp cn bitter.
„Dio is al evenzeer voor u verloren als
mijn vrouw voor mij. Wij passen op het
oogenblik uitstekend L i elkaar, mevrouw
de barones."
Zij schuddo hem toornig den arm. „Be
denk toch wat u zegt 1 U bent dwaas en
blind; hij mag u haar niet ontnemen, het
recht is aan uw kantl"
Weer lachte hij spottend. „Dat Jijikb
maar zoo. Ik heb geen recht meer op haar,
omdat ik haar heb verlaten en haar in
ellende heb achtergelaten. Zij zal lieven
sterven dan dat zc bij mij terugkomt; zoo
veel heb ik wel begrepen. Staat u me toe,
dat ik nu naar huis terugrijd. Ik voel mo
niet erg wel."
Hij maakte een buiging en in minder
dan geen tijd had hij zioh op zijn paard
geslingerd, alsof dc grond hem onder do
voeten brandde. In vliegende vaart holdo
hij weg, tusschen velden door, over allerlei
hindernissen heen, maar nog steeds ging
hot hem niet snel genoeg om die doodelij-
ko wanhoop uit zijn hart te verdrijven.
Zonder medelijden liet hij telkms cn tel
kens de zweep onzacht op het paard neer
komen. Voor een sloot aarzelde het paard
even, waagde toen echter toch den sprong,
maar kwam aan don andoren kant to val
len en begroef zijn berijder onder zioh.
^Wordfc vervolgd).