Brieven uit Katwijk. Burgerlijk© Stand. Uit de „Staatscourant." Gemengd Nieuws. A.-R. p a r t ij. Do atmosfeer is gedrukt, als vóór cen on weder. Nog is onze kracht naar buitcrr onver zwakt, getuige Rotterdam, Slied recht en Tiet jerks tieradeel. Maar inwendig is cr een strijd met een verdachtmaking en speldeprikkcn tusschen „Stand a ar d" en „R o t- fcerdammc r' tusschen Dr. Knypor en Dr. Fabius; tusschen Ds. Van Lummel en Dr. Fabius; tusschen „Sta n d a a r d on Ministerie, 'en eindelijk tusschen A.-R. Kamcrclub en Ministerie; tusschen Dr. Kuyper on ouzo geheele partij. „S t a n d a a r d" cn „R otterdam- m c r" twisten over het al of niet erken nen vau do leiding in onze partij. Dr. Kuppcr en Dr. Fabius bestrijden elkaar op het. punt c!cr verplichte verzeke ring. Ds. Van Lummel en Dr. Fabius over hot buismanskiesrecht. Ds. Van Lummel vergelijkt Dr. Fabius met een auto, die wel stof opjaagt, maar geen blijvend spoor nalaat, en spreekt ten opzichte van het Ministerie geheimzinnig van den invloed dor Haagsclie kringen. Dr. Fabius zegt, dat Ds. Van Lummel de menschcn voorliegt. De leider der A.-R. Kamcrclub, do beer Do Waal Malefijt, dringt in do Kamer aan op het noemen van den naam Christelijke beginselen, terwijl Minister Heemskerk spreekt van rcchtscho beginselen. „Do Standaard" toont zich maar matig ingenomen met het Kabinet-Heems kerk. Dr. Kuyper eindelijk veroordeelt de ver- Werking der oorlogebegrooting en weigert volstandig iedere candidatuur. Een vraagHebben we nog een Gentraal- Comitc 1 Zou hot niet op den weg liggen van dal Comité om cen poging te doen om uit die wirwar van mccningen onze, eenheid weer fier cn klaar te voorschijn te brengen? Dit beroep op het Comité vindt instem ming bij „De Rotterdammer", welk blad, hoewel bewerende, dat hetgeen het Loosduinsoh© orgaan als staaltjes van een strijd met verdachtmaking en speldenprik ken aanhaalde, niet in allen deele juist is, moet toegeven, dat de discussie tusschen do versohillende rechtsohe organen onverkwik kelijk geworden is. „Wij vermelden daarvan alleen het feit, dat ,,D o Standaard" het blijkbaar aan minister Heemskerk euvel duidde, dat hij niet genoeg de Christeljjke vlag ontplooid had in do Regecringsverklaring. Daarop nu sloegen Zaterdagavond dc-zc woorden van „De Nederlander" to gen „D e Stand/iard": „Er staan over dat gebruik van Heere, Heero in dc Heilige Schrift zulko vlijm scherpe woorden. Zoo scherp wordt daar het doen gesteld tegenover het spreken on aanroepen van des Heeren -Naam, al kan soms het aanroepen van dien Naam hoogo plichtsbetrachting zijn, nl. wanneer het niet geschiedt ijdelijkvooral niet uit politiek overleg." Doze zinsnede van „Do Noderlan- d e r" hebbeu wij minstens driemalen over- gelczon. Ook hebben wij herlezen wat „De Sta nd- a a r d" ten opzichte van rar. Heemskerk schreef. En wij moeten zeggen, dat op zulk een wijze de „politiek" zóó onverkwikkelijk is, dat wij blij zijn reeds gcruimenr tijd niets van dit alles in de persrubriek vermeld te hebben." „D c Rotterdammer" voegt hier bij, dat zij zelf zal trachten alles to vermij den wat tot persoonlijke prikkeling aanlei ding kan geven. Daarom antwoordt het blad ook niet op het laatste stukjo van „Do Standaard". En daarom zal het blad ook uit zijn persrubriek houden: wat in dc laatste tijden in verschillende Chris telijk© bladen te lezen was. „Komt cr een voortdurend geschermut- eel, dat zich concentreert om mr. Heems kerk, den heer De Waal Malefijt, „De Standaard" en „De Neder lan de r", dan hopen wij ons daarin zoo min mogelijk to mengen. Onszelvcn overigeus bepalende tot de pro- pagandeering van onze antirevolutionaire beginselen. Voerende den kamp tegen dc Revolu- t i e. En daarom,, om den nood der tijden niet vergetende „den Christel ij ken ban d", die volgens Groen van Prinsterer ons met andere Christelijke partijen ver bindt. In het orgaan der Centrale Werk gever s-R i s i c o b a n k wordt er op ge wezen, dat het herhaaldelijk voorkomt, dat een risico-dragende organisatie, of een eigen-risico-dragcr, of een plaatselijke com missie in beroep gaat van een beslissing van het bestuur der Rijksverzekeringsbank, omdat men meent, da-t het ongeval, waar voor uitkeering werd toegestaan, geen on geval in verband met dc uitoefening van s-cn verzckeringsplichtig bedrijf was, of dat do getroffene geen werkman in don zin der wet was, enz. Maakt de Raad van Beroep of do Centrale Raad nu uit, dat dc beslis sing van dc Rijksbank onjuist is en den getroffene geen uitkeering of ceu Lagere uitkeering toekwam, dan wordt volgens het bepaalde in art. 70, al. 3, het bedrag, of liet te hoogo bedrag, dat do betreffendo werkman reeds van do Rijksbank heeft ontvangen-, door deze niet teruggevorderd. Het bestuur der Rijksverzekeringsbank beeft in deze kwestie steeds het standpunt ingenomen, dat, waar do Rijksbank het geld van den werkman niet. terug krijgt, de risico-overnemende organisatie, of do eigen-risico-drager, aan wie dc Rijksbank het door haar ten onrechte uitbetaalde be drag reeds had in rekening gebracht, dit zelfde bedrag ook van de Rijksbank niet kan terugvorderen, zoodat dus do door de Rijksbank gemaakte fout geheel ten laste komt van de risico-overnemende organisa tie. Want weigerde deze te betalen, dan zon haar de bevoegdheid tot risico-dragen onmiddellijk kunnen worden ontnomen. In deze belangrijke kwestie, do schade regeling der ongevallen betreflende, zijn dus. merkt „Dc R i s i c o b a n k" op, do risico dragende organisaties, aan handen on voeten gebonden, overgeleverd aan de Rijksverzekeringsbank. Dit acht het orgaan een even onbillijken als op den duur on houdbare n toestand. Het belang dezer zaak wordt duidelijk geïllustreerd door voorbeelden, welke in het blad worden opgenoemd. Dcvze voorbeel den zijn een greep uit bijkans hondeijd bij de organisatie voorgekomen gevallen, welke haar onverplicht en onnoodig enkele dui zenden guldens hebben gekost. Op welke wijze moet deze grief worden weggenomen? Door de ten onreehto door de Rijksverzekeringsbank uitbetaalde gel den ten haren laste te brengen? Wij erken nen. dat dit in strijd zou zijn met het be ginsel, dat ten grondslag ligt aan de zoo genaamde vérzekeringsfunctie der Rijksver zekeringsbank een beginsel, dat in het kort zegt, dat do bij Rijksverzekeringsbank aangesloten werkgevers premie betalen voor de bij dio werkgevers voorgekomen ge vallen cn de daarvoor noodige administra tie. De ten onrechte door de Rijksbank be taalde kosteft voor of ten opzichte van werklieden in dienst bij werkgevers, dio hun risico hebben overgedragen, ten laste te brengen van de Rijksbank, is dus het zelfde als deze te betalen uit de premiebe dragen van do bij de Rijksbank aangeslo ten werkgevers. En dat zou niet juist zijn. Er is hier naar onze meening maar één weg mogelijk, een weg, ook elders in onze staatshuishouding gevolgd. Begaat nl. een staatsorgaan een fout of een vergissing, dan moet do daardoor veroorzaakte schade niet op een willekeurigen burger of groep van burgers wordon verhaald, maar door den Staat als zoodanig worden gedragen. Het is wel eigenaardig, dat ditzelfde be ginsel elders bij de ongevallenverzekering wèl wordt toegepast. Dc „Z u t f e nis o h e Courant" maakt enkele opmerkingen naar aanleiding van het feit, dat in den laatston tijd enkele personen, di© vroeger slechte tot broed or in een Nederlandseho orde be noemd zouden zijn geworden, thans het ridderkruis gekregen hebben, eerst Sperling en thans de Haagsche tramconduc teur Reder. „Verdienstelijke daden van gewone bur- germensohen worden in do meeste gevallen hoogstens beloond met een eeremedaille dor Oranje-Nassau-orde," zegt het blad, hetr welk zich er zeer in verheugt, dat „voor gewone menschcn niet langer de weg afge sloten is om oen ridderkruis te krijgen, wanneer ze zioh buitengewoon onderschei den." „Zou hu voortaan bij het toekennen van een decoratie niet meer gevraagd worden: wat err wie is hij? maar: van weikon aard is zijn verdienste?" Dit vraagt de „Zutfcnsch© O o u- r a n t". Wij hopen, zegt het „H andels- bl a d", dat het antwoord op die vraag be vestigend is. Het lijkt ons bijzonder "oneigenaardig, dat do maatschappelijke welstand van eerrig persoon de maatstaf is waarnaar beoor deeld wordt of eenige daad „ridderlijk" dan wel „broederlijk" is. XVI. •Sedert mijn vorigen brief heb ik heel wat uitgekeken, dag in, dag uit, ja week in, week uit, maar zuster Anna zag niets komen. En toen ik in dit blad las het beleidvol optreden der politie to Leiden bij den tabakdiefstal, toen de bladen mel ding maakten van den zoo mot succes be kroonden inval der Rotterdamsche politie m het café „De Sport" in de Vierwindcn- straat, toen werd het voor mij onbegrijpe lijk, dab hier nog maar alles zijn gang ging, dat verlofgangers en winkeliers er maar lustig op los bleven tappen, doch: niet daar wordt onder het plaatselijk nieuws een bericht gevonden, dat do poli tie een inval heeft gedaan en bij twee win keliers sterken drank in beslag nam. Ik heb toen de zaak nog eens nader onder zocht en vernomen, dat gemeente- en rijks politie bij drie winkeliers een onderzoek heeft ingesteld; zoowel bij een vcrlofhou- der-winkolier op do Voorstraat, als bij een winkelier aan den Sluis weg werd sterke drank gevonden en natuurlijk in beslagge nomen. Aan do Voorstraat vond men den drank verborgen onder een trap, aan den Sluisweg in de huiskamer, in beide geval len was de hoeveelheid echter niet zeer groot. Ook in het zuidelijk gedeelte van het dorp werd nog een onderzoek ingesteld, doch daar ving do politie slib. Als ver dacht van olandestinen verkoop vlan ster ken clrank zullen dus weldra twee onzer in gezetenen terecht staan, en te hopen is het, dat de kantonrechter termen aanwezig zal vinden, om straf toe te passen. Wij wenschen dit niet om daavmode de overtreders te doen treffen, raaar opdat aan een groote onbillijkheid een einde komt. Niets toch is eigenlijk minwaardi- gdr concurrentie dan do clandestine ver koop van sterken drank; do vergunning houders, dio een localiteit moeten inrich- teo, waaraan, do wet verschillende voor waarden stelt, hebben bovendien nog een Lamel ijk bodraJg aan vergunningsrecht op te brengen en wanneer nu, zooals hier het geval was, algemeen bekend i6, dat elders zonder vergunning, in groote mate wordt getapt, dan kunnen wij ons zoo voorstellen dat de vergunninghouders allesbehalve aangenaam gestemd zijn. Heeft onze politie alzoo in deze haar plicht gedaan, er is voor haar nog meer te doen. Na mijn vorigen brief heb ik van sommige vergunninghouders blijken van instemming mogen ontvangen, maar men heeft er mij ook op gewezen, dat nog op andere wijze de drankwet eveneens wordt overtreden. Er rijn nl. een paar winke liers, die vergunning hebben tot verkoop van sterken drank voor gebruik elders dan ter plaatse van verkoop zoogenaam de slijters die echter niet mogen tap pen, doch waar den gansohen dag, maar vooral des middags om twaalf uren, me nig borreltje aan do toonbank wordt ge ledigd en wat niet geoorloofd is. Dit feit sohijnt ook een publiek geheim te zijn en men verwacht nu al Ier wege, dat onze po litie een stap verder zal gaan in de goede richting on ook hier overtreding zal con- stateeren. Bij een eenigszins beleidvol op treden zal ook dit niet moeilijk zijn. Nu door deze Drankwet-aangolegcnheid mijn aandacht toch op de politie gevestigd is, wenscli ik ook in verband met de me- dedeelingon, dat weldra de politie-verorde- ning zal worden herzien eens te wijzen op een paai- gebruiken, die hier inheemsoh zijn, maar waarvan velen hinder hebben, en waartegen elders met succes wordt op getreden. In de eerste plaats dan, denk ik aan de gewoonte, zoowel te Katwijk-aan-Zee als te Ka.twijk-aan-den-Rij nom op de hoeken der straten bijeen te komen en daar een geheo len avond te blijven hangen en in den win ter, wanneer er weinig of geen gelegenheid tot arbeiden is, daar zelfs een geheolen dag door te brengen. To Katwijk-aan-Zee heeft men die zoog naam de heurzen op een paar zijstraten aan de Voorstraat, en aan den Zeekant, ook op meer dan een hoek, der daar uitloopende straten en steegjes, terwijl te Katwijk-aan-den-Rijn de hoek bij „De Roskam" of bij het telepkoongebouw tot do geliefkoosde, uitverkoren plekjes bchooren. Niet alleen dat zulks in hooge mate hinder lijk is voor de bewoners der huizen aan die hoeken van straten, die daar feitelijk hun deuren vinden gebarricadeerd cn daar alles moeten aanhooren, wat daar zoo'n ganschen dag wordt verhandeld cn wat bij de weten schap, dat do gevoerde gesprekken niet al tijd even kiesoh en kuiseh zijn, allesbehalve veredelend voor het gehoor is, ook degenen, die hetzij te voet, per fiets of rijtuig ter plaatse moeten passeeren, ondervinden daarvan den last. Do heeren beschouwen' de straat als hun privaat bezit en zijn maar al te dikwijls niet genegen om tot passeeron gelegenheid te bieden; do leden van hot vrouwelijk geslacht moeten op die wijze meermalen cen vuurproef doorstaan. Nu zou ik wel willen, en niet alleen ik, maar talloos velen met mij, dat onze Vroed schap, wanneer zij aan het herzien gaat, ook hiertegen bepalingen in do algemeen© politieverordening opnam. Elders zijn zoo hier en daar reeds gemeentebesturen ten deze voorgegaan en ik twijfel niet, dat wan neer de maatregel ook hier werd genomen, bij een beloidvol en met kalmte optreden der politie, binnen niet al te langen tijd een gunstige verbetering zou tot stand komen. Dan wenschto ik nog op iets anders te wijzen. Vooral in den laatston tijd zijn de nieuw aangelegd© straten voorzien van flin ke trottoirs, dio bij het drukke gerij, dat bijv. to Katwijk-aan-Zeo in de haring-cam pagne van vele straten moet worden go- maakt, voor den voetganger een uitkomst zijn. Doch het i9 den voetganger niet mo gelijk daarvan een e i stig gebruik te ma ken. Zoowel te Katwijk-aan-Zee als te Kat wijk-aan-den-Rijn, ziet men deze trottoirs in do alleroerste laats bereden door rij wielen, ja zelfs motorfietsen; dan komen do bakkers en mclkverkoopers met hun kar ren, dikwijls nog bespannon met één of meer honden do veiligheid aan de trottoirs ont nomen. Zoo iets ziet men in steden en ook wel in groote gemeenten ten platten lande niet; daar is do straat of boter gezegd de rijweg, voor rij- cn voertuigen, hetzij mot hand, voet, hond, paard of benzine gedre ven en voortbewogen on is het trottoir voor de voetgangers. Het berijden der troitoirs door rijwielen en hondenkarren is vooral des avonds hin derlijk, to meer waar men dan menig kar- retjo ziot passeoren, zonder dat heb ver- eisohto heldter brandend licht wordt aan getroffen en een fietsrijder u voorbijgaat of omver rijdt, zonder dat ge op zijn komst waart voorbereid. Bij hot jaarlijks grooter wordend verkeer langs de straat, zou het m. i. dan ook wel aanbeveling verdienen, dat ook hier zoo iets werd geregeld. Ook dan zou, wanneer onze politie haar plicht deed on niet vooral in den beginne, te ijverig optrad, ongetwijfeld wel deze goed© gewoonte ingang vinden. Met allo bescheidenheid biedt ik een en ander dan ook aan onzo Yroedo Vaderen ter ernstige overweging aan; ik vertrouw, dat hier een algemeen gemeentebelang zal wordon gediend cn behartigd cn dit punt zonder heftigo discussie of breedvoerig on derzoek wel zal kunnen worden geregeld. Tot zoover was ik genaderd, toen mijn buurman, waarover ik het vroeger wel eens had, bij mij binnenstapte, en wien ik, na dat hij do traditioneel© Gouwenaar had gestopt, het bovenstaande liet lezen. In alles was hij het met me eens, uitgenomen met mijn laatste opmerking. Kerel, zegt hij, dat is niet waar, je spreekt daar van alge meen gemeentebelang, maar je bent de plank geheel mie; da-t is geen algemeen be lang, dat was het wellicht 50 of meer jaren geleden, doch thans niet meer. In den te- gonwoordigen tijd, nu wat een beetje mensch is, een fiets heeft, nu mag je zoo iets niet schrijven. D© vriendelijke lezer be grijpt, dat ik het nu eens met mijn buur man niet eens was; getuige dat bedoelde opmerking door mij niet werd geschrapt. Ik wil geenszins ontkennen, dat het rijwiel thans een voorname plaats inneemt in liet verkeer, doch ik blijf er bij, dat d© trottoirs moeten worden vrijgehouden voor den voet ganger. Gaarne hoop ik dan ook, dat de meerderheid in onzen Raad er anders over denkt dan mijn buurman, cn acht me ge lukkig dat deze geen Raadslid is, want mot zeer veel vuur verdedigde hij zijn meening en! lal dus re dene erenxle in do Raadszaal, mocht hij eens door zijn woordenrijkheid voorstanders voor zijn denkbeelden krijgen, ©n wat ik en yelen mot mij ton dezo zeer wenschelijk achten, verwijzen naar de grij ze oudheid. Behoef ik te zeggen, dat ik met zeer veel belangstelling uitzie naar het Randsver- slag, waarin do besprekingen over do hor- zienc Politie-vcrordening zullen wordon weergegeven? Mocht hetgeen ik voorstel in de verordening wordon opgenomen, dan heb ik mijn buurman een lokker sigaartje be loofd, en al is zijn verlangen dan niet in vervulling gekomen, zoo hoop ik dat hij toch smakelijk zal rookenl Professotr Eduard Zeiler, philo- soof en theoloog, do nestor der Borlijnscho universiteit, overleden to Stuttgart in 94- jarigen ouderdom. BODEGRAVEN. Bevallen: J. E. Pak gob. Rietkerk D. Overleden: M. Bnnnik, wed. van W. de Rijk, 74 j. Gehuwd: J. F. Boa 20 j. en TV. Grondman 19 j. OUDSHOORN. Bevallen: D. de Kujjff geb. Reeringb D. Overleden: A- Dekkar, wed. A. van Rijn, 63 j. A. van der Leedo, huisvr. van A. Reoringh, 63 j. li. M. van Diest, gehuwd met A. Vrees wijk, 48 j. REEUWIJK. Bevallen: M. Strnver geb. Van Lent Z. H. v. d. Laan geb. De Jong D. Hverleden: P. de Jong 57 j. ehuwd: H. Sohouten met M. v. Dolder. TER-AAR. Bevallon: A. J. van Harten geb. Mulder D. K. van der P(jl geb. Egberts Z. STOMP WIJK. Bevallen: A. van den IJesel geb. Laus D. H. v. d. Vooit geb. Van Dijk D. 0. J. Verwer geb. Meuwisse Z, Overledeu: (J. A. Romeijn D, 11 m. J. v. d. IJssel M. 61 j., echtgenoot van S. M. Groene wegen. "VEUft. Bevallen: C.v.d. Helm geb. TeunisaeD. Bij Kon. besluit ziju, met ingang van 1 April, benoemd: a. tot ambtenaar van heb openbaar ministerie bij do kantongerechten in het arrondissement Arnhem, ter- stand plaats Arnhem, mr. J. P. Amshoff, thans ambtenaar van hot openbaar ministerie bij de kantongerechten in hot aarondissomont Breda, tor standplaats Breda; b. tot amb tenaar van het openbaar ministerie bij do kantongerechten in het arrondissement Breda, te standplaats Breda, mr. F. Cou- vée, thans ambtenaar van het openbaar mi nisterie bij de kantongerechten in het ar rondissement Ticl, tor standplaats Tiel. Aan J. Paling Lz., op zijn verzoek met ingang van 15 April, een eervol ontslag verleend uit zijn betrekking van notaris te Amsterdam. De De-Ruytermedaillo toegekendin goud, aan den heer Edwin Senior, lid der firma Edwards, Henriquez en Co., hoofd agent van den Kolonialen Stoomvaartdienst to Curacao: in zilver aan den heer Johan nes Isaac Boom, scheepskapitein, scheeps eigenaar en scheepsbouwer te Curasao. Benoemd tot griffier bij heb kantonge recht to Oirschat, jhr. mr.- Th. E. Serra- ris, thans kan ton reohtor-plaats ver vanger, advocaat cn procureur to Roermond en flfecreta.ris van don Voogdijraad aldaar. Met ingang van 1 April 1908, bij het de partement van financiën bevorderd tot commies W. C. L. do Waal, thans adjunct commies bij dat departement. In hun rang overgeplaatst bij het regi ment grenadiers en jagers, do eerste-luits. der infanterie H. C. Rouffaer, adjudant bij het 5de, H. van Wcly en H. J. F. Klat- te, respectievelijk van het 7de en het 5do regiment. Met ingang van i Mei 1908, bevorderd: tot opzichter van den rijkswaterstaat 1ste klasse, L. J. Blankenbijl thans opzichter van den rijkswaterstaat 2de kl.tot opzich ter van den rijkswaterstaat 2de kl., L. Bos boom, thans opzichter van den rijkswater staat 3de kl.tot opzichter van den rijks waterstaat 3de klasse, Th. F. Stuiviiiga, thans opzichter van den rijkswaterstaat 4de klasse. Met ingang van 1 April, bij de staatsmij nen in Limburg benoemd tot ingenieur, de adjunct-ingenieur S. van Dorsscr en tot magazijnmeester, E. E. H. Busch. Technische Hoogeschool Het College van rector magnificus cn as sessoren der Technische Hoogeschool maak te bekend, dat zij die deel wenschen te nc- mon aan een der candidaats-examens vol gens de artt. 8 tot 14 van het Koninklijk besluit van 4 Juli 1905, welko in dc maan den Mei en Juni 1908 aan dc Technische Hoogeschool zullen worden afgenomen, zich vóór 10 April a.s. schriftelijk moeten t&tp melden bij den voorzitter der afdeeling, door welke het af te loggen examen wordt afgenomen. Voor nadere bijzonderheden wordt ,V0f- wezen naar de aankondigingen in het hoofd gebouw der Technische Hoogcschool. Vaoantie-cursus in vreemd© talen. De minister van binnen landsche zakefi brengt ter kennis dat van Rijkswege defj tig toelagen van honderd gulden 100V beschikbaar worden gesteld voor onderwij zer en onderwijzeressen aan lagere scholen»- die in het jaar 1908 in het buitenland een vaoantie-cursus in de Fransche, de Duitb sche of de Engelsche taal wenschen bij wonen om meer Jbfejdrevcnheid te verkrijg gen in het practisch gebruik dior taal. Zij, die voor het genot van een dergelij ke toelage in aanmerking wenschen te kó men, behooren zich daartoe vóór 1 Mei e. k. aan te» melden bij den schoolopziener van het district waarin zij wonen. Nadere bijzonderheden komen iri de „6t.« Ct." No. 71. Dc bemanning van de op do Marokkaajisohe kust gestrande Fransohe visschersboob „Baleine" is door do Ma rokkanen losgelaten en in goeden weïJ stand aan boord van den kruiser „Oaö- sard" opgenomen, van welk schip bij hot Fransche ministerie van marine hot tele- gra-phisch bericht ia ontvangen, dat de commandant er van de bemanning van de „Baleine" te Las Palmas aan wal heeft ge-1 zet. Do „Baleine" zit op het strand vaat en is door de inboorlingen leeggeplunderd; er schijnt weinig kans te bestaan het schip weder vlot te krijgen. D© Spaansohe „Hoialdo" bevat een verj haal van een der officieren van don krui ser „Cassard", waaruit blijkt, dat niet do „Caasard", maar de Engelschman lord Morris do eigenlijke bevrijding bewerkt heeft. Deze u.l. was met zijn jacht iri de buurt van Kaap Juby, waar de Btranding plaats hadhij knoopte onderhandelinge aan met do Mooren, dio een groot© som geld eisch- ten; hij stemde toe, verzocht twee aanvoer ders bij hem aan boord te komen om de zaak definitief in orde te brengen, en verklaarde hen, teen ze goed en wel binnen boord wa ren, tot zijn gevangenen en tot gijzelaars voor het loven der matrozen. Op zijD bevol gelastten zij hun ondorhoorigear schriftelijk do Franschen naar den Sultan te brengen hetgeen gebeurde^ Do sultan liet hen on gedeerd aan boord van de „Cassard" bren gen. Do mannen hebben van den Kaïd van Juj by zelfs klein© afscheidsgeschenken meege kregen, in den vorm van koffie, suikor en meel. To Be r 1 ij n werd VI r ij dag voor do Strafkamer van het Landgericht de klacht behandeld van negentien handela ren in vleosohwaren tegen den redacted r en den uitgever van do „Lichtenberger Volks- zeitung", die artikelen had gepubliceerd over de knoeierijen in den vlceschhandel en daarin hadden betoogd, dat verschillen de firma's paardenvleesch in hun worst de den, en dio in 800 winkels in Berlijn ver-' kochten. Do duidelijk in het blad 'aangewezen fir ma's oohton zich dalairdoor beleedigd.- Maar dc rechter sprak de beide beklaag den vrij en verooreolde de klagende paar den worstfabrikanten in de kosten. Eén der klagers weigerde bij de bclian doling liet antwoord op dc vraag: of hij in een Berlijnschcn winkel poardenworsfc had verkocht, in plaats van do aangopre zen worstsoorten. Togen dezen klager is door den rechter een onderzoek bevolen. I ri „D or Bund" wordt onvr ienj delijk gesproken over Ncderlandsche ronse laars, die tegenwoordig in Zwitserland, vooral in Zürich en Luzern, hard aan het werk zoudeir zijn. Stekelig beet het in het bericht, „dat men, naar het schijnt, me.fi- Gchenmateriaal noodig heeft voor do doo- denakkers in Indie." Verleden week had den zich 8 jonge mannen laten aanwerven, van wie sommigen biervan hun ouders on kundig hadden gelaten. Engelsche bladen spreken van een treffend geval. Een paar jaar ge leden verdween ergens in Engeland een jon getje van twee jaar. Dc ouders loofden een groote som golds uit voor het vinden van hun zoontje-, deden Onophoudelijk onder zoek, maar ge&n spoor was er te vindon. Onlangs vonden zij in een armhuis een jon getje terug, waarin zij bun verloren zoon herkenden en namen bet mee naar huis. Maar volkomen overtuigd was vader nocK moeder Eenige twijfel bleef er over. Nu hadden zij een hobbelpaard, dat hot gelief koosde speelgoed van het verdwenen kind was, Dat zouden zij, na eenigen tijd, het gevonden jongetje toonen. Dat zou hij zioh wel herinneren. Maar het gaf teleurstelling. Nee, zei 't jongetje, dat is niet mijn hob belpaard; mijn hobbelpaard was grooter. De ouders geloóven t.ch nog, dnt zij buiT verloren kind terug hobben. (N. R. O.) Een Duit&c he „Hofrat", de bankier Ludwig Rotschild, uit BüdiDgen, vervolgd wegens bedrieglijke bankbreuk en verduistering, is in een deftig hotel te ZÜ- rich in hechtenis genomen. Do man wa-s zwaar ziek en werd naar een ziekenhuis gebracht. Berichten over Rijnlmnl's boezem, gedurende de week van 1521 Maart 1908. 8jand van den boezem te Leiden. Idom te Oudewetering Werking der stoomgemalen Waterioozing langs natuurlijk, weg. Waterinlatiag Regenval in Mm 15 Mrt. 16 Mrt. 17Mrt. 18 Mrt. 19MrL 20 Mrt. 21 Mrt 61 62 59 56 66 67 58 cm.—l.P. 61 60 61 59 57 57 59 era.—A.P. Spaarndnm u., Halfweg u., Gouda o.. Katwijk u. Spaarndam u., Halfweg u., Gouda 12 u.f Katwijk 50 u. Door de sluis t® Gouda u. 2.9.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1908 | | pagina 10