Ko. 14655. LËIDSCH DACBLAD, ZATERDAG 30 NOVEMBER. TWzëDE BLAp\ £rino f907.
Gemengd Nieuws.
Brieven van een Leidenaar.
cov.
FEUILLETON.
Het misdrijf in de Audleystraat.
te beginnen: hij heeft de historische •wor
ding van dezen tol onderzocht, is zijn ge
schiedenis tot op heden nagegaan en hcefc
daardoor metoen den weg gewezen, .waar
langs men tot opheffing kan komen.
Niet bij de provincie moet men voor
deze zaak aankloppen, niet de gemeenten
hebben er zeggingsschap over, doch het
Rijk en het Rijk alleen.
Het Rijk heeft consent gegeven tot het
stellen van den tol; het Rijk heeft het
recht aan zich voorbehouden weder zijn
opheffing te vorderen.
Wio het Raadsverslag der gem. Oegst-
geest in het „Leidsch Dagblad" van
Woensdag heeft gelezen, zal dit gebleken
zijn. Daarin is het voor dezo kweatio
hoogst belangrijke praeadvies zeer volledig
opgenomen.
Het komt hierop noer: Een eeuw geleden
was de Leidsche- of Rijnsburgscho weg nog
onbestraat, zooals vele toegangswegen tot
onze stad, hoewel de behoefte tot bestra
ting werd gevoeld. Den toenmaligen eige
naren werd toen van het Rijk concessie
verleend den weg te bestraten en zij ver
kregen daarvoor het recht voor wat
hoort wat tot tolheffing, oorspronkelijk
voor een aantal jaren, doch later telkens
verlengd.
Die toenmalige eigenaren hébben een
vooruitzienden blik gehadzij begrepen dat
die tol in de toekomst ruimschoots het on
derhoud van den weg zou dekken zooals is
geschied en door het steeds toenemend ver
keer niet het minst door het rijwiclver-
keer nog telkens meer het geval is.
Maar de toenmalige Regcering heeft ook
aan do toekomst gedacht.
Hot Kon. Besluit van 10 Juli 1816, waar
bij dan bovengenoemde concessie werd
verleend, bevat artikel 4 eon belangrijke
bepaling, die ik hier nog eens in haar
geheel afdrukken laat:
„Bijaldien do weg, welke het ondtr-
„werp van het tegenwoordig octrooi
„uitmaakt, in het vervolg geoordeeld
„werd als een grooto corajiunicatic te
„moeten worden aangemerkt, zullen do
„hierbovengemelde aanleggers van
„den zei ven gehouden zijn, dien geheel
„en al over to geven zonder ccnige
„schadevergoeding dan do teruggave
„der kosten van deszelfs aanleg en
„onderhoud met bijvoeging van den in-
„terest volgens do wet na aftrek van
dc approximatieve (d. iw. z. benader-
,,dc) opbrengst van den tol."
Dit artikel, dat wij aan burgemeester v.
Griethuysen te danken hebben, zwart op
wit voor ons te zien, moet bij den aanval
het uitgangspunt zijn.
Het komt er hu maar op aan duidelijk
te maken aan do Regeering, dat do
Rijnsburger weg inderdaad is geworden
eeu grooto communicatie-, een ver
keersweg van bcteekenis dus. En dat zal,
dunkt mij, niet moeilijk vallen.
,,Den Nederlandsehen Wiolrijdersbond",
,'Leidens Belang" en do Vereeniging tot
Bevordering van het Vreemdelingenver
keer" zou ik aanraden in dien geest
adressen naar de Hoogc Regeering te
zenden, de gemeentebesturen van Leiden,
^Oegstgeest, Rijnsburg cn misschien. Kat
wijk zouden goed doen die adressen te
steunenterwijl het verder .wel overgela
ten kan worden aan de afgevaardigen ter
Tweede Kamer uit Leiden en in Leidon
wonende, Om do zaak bij do Rogeering aaa
to bevelen.
Mot art. 4 in de hand zal de schadever
goeding aan de tegenwoordige concession-
narissen wel te bepalen zijn on zeker niet
een groot bedrag vertegenwoordigen, als
men bedenkt, dat de benaderde tol-op-
brengst kan worden afgetrokken van de
kosten van aanleg en onderhoud van dezen
straatweg.
Indien dan do gemeenten Leiden en
Oegstgeest zich bereid verklaarden elk
voor oen deel dezen straatweg in beheer en
onderhoud over te nemen, waartegen zij
wel geen bezwaar zullen hebben cn dit
te minder, waar de Ned. Wielrijdersbond
bereid is daarvoor uit zijn gewoonlijk ruim
voorziene kas oen nader overeen te komen
som bij te dragen is de geheelo kwestie
opgelost.
Zoo is dan de lijn aangegeven, waarlangs
men vereenigd kan marcheexen tot den
aanval op 'don Oegstgeester tol, die tot een
verovering kan leidon 1
Wio zal de aanvoerder zijn?
Gisternacht heeft een zon
derlinge inbraak plaats gehad in het kan
toor van de firma Van Buren, Jodenbree-
straat 0193 te Amsterdam. Toen het per
soneel gisterochtend in den winkel., ikwam,
vonden zij de voordeur evenals die van het
achter den winkel gelegen kantoortje ge
slote^ doch in het kantoor was een der
lessenaars opengebroken en bij onderzoek
bleek een bedrag van 7 gld. aan kleingeld
en ongeveer 12 gld. aan postzegels ont
vreemd te zijn. De politie werd onmiddel
lijk gewaarschuwd en uit het onderzeek
bleek, dat slechts die lessenaar geforceerd
was en wel met behulp van eenige ijzeren
deelen van een boven het kantoor geplaats
te machine. De overige lessenaars waren
onaangeroerd gebleven. Alleen bleek een
bos sleutels, die in het kantoor aanwezig
was, op heb slot van de brandkast beproefd
te zijn, natuurlijk zonder resultaat.
In het kantoor waren eenigc sporen van
geweld merkbaar e>n wel aan het raampje,
dat tusschen kantoor en winkel gemaakt
was, waarnaast in het hout met een mes
op tamelijk onbeholpen wijze inkervingen
gemaakt waren. Bij nader onderzoek bleek
boven op het dak een opening in het niet
betimmerde dak gemaakt, waarvan drie
pannen waren uitgenomen. Nergens was
echter, zelfs niet in da bemoddordo goot
een spoor te bemenken, terwijl ontvluch
ting langs deze zijde zoo goed als onmoge
lijk mag genoemd worden.
Eenig spoor van den dief of de dieven
is intusschen niet gevonden. Do zaak ligt
dus volkomen in het duister.
De firma was verzekerd bij de Verz.
Mij. „Mercurius."
In de Zandstraat on R a a m-
straat te Rotterdam is gisternacht weer
een gevecht geleverd. Tusschen 12 en 1 uur
ontmoetten daar elkander L. de L., eeu
worstelaar, wonende in cfè Schavcnsteog
24, en E. S.t een los werkman, wonende
bij zijn broer F. S., houder van een kost
huis ,,d'Oranjeboom", aan de Raamstraat
No. 30. Dezo beido mannen leven op ge
spannon voet en hebben elkaar al meer
malen mot een revolver bedreigd; van E.
S. heeft do politio in aoht dagen tijds 3
revolvers in beslag genomen.
Gisternacht werd er eerst wat getwist,
en toen is er dooi} E. S. oen revolverschot
gelost, waarbij niémand geraakt w.'^d, E.
S. vluchtte hierop. „d'Oranjeboom'' ^nncn
on sloot de deur. Joen do agent-majoor P.
van Oort, op het schieten ter plaatse ge
komen, toegangverzocht, werd er een
schot door de straatdeur gelost. Er liep
een volksmenigte te hoop, waaronder L. de
L. Toen is er om meer politie getelefo
neerd, waarop do inspecteurs van politie,
dc hecren Dictz en Burger met een aantal
agenten verschenen.
Naast ,,d' Oranjeboom" loopt een gang,
waarin ook een toegang tot het kosthuis
is. Die gang gingén de beide inspecteurs
met hun agenten binnen. Zij klopten aan
de deur cn verzochten binnengelaten te
worden. Geen antwoord. Even later gaat
plotseling do deur open en er worden in
het gangetje eea paar revolverschoten ge
lost. Niemand wordt gedeerd, en de heer
Dietz schiet terug, maar te gelijkertijd
wordt de deur weer dichtgeslagen.
Hierna heeft do politie met vereende
krachten de straatdeur van „d'Oranjeboom'
aan de zijde van de Raamstraat ingetrapt
en zich zoo toegang verschaft. In heb kost
huis werd E. S., die met een Bulldogre-
volver in zijn hand stond, gearresteerd;
hij is daarna overgebracht naar heb poli
tiebureau in do Pauwenstecg. Dit had
plaats te midden van een hevig tumult,
want het pubiek wilde den man te lijf en
drong do politie gewoon op zijde. Er is
toen mot do sabels op geslagen en er wer
den eenige schoten in de lucht gelost. Zoo
kreeg do politio ruim baan. Inmiddels had
t
Op don tol aan den Rijnsburgerweg
han de voordeur van onze gemeente is al
taoonigo aanval gericht. Maar hij staat er
loog, even hecht en sterk als pas na 10
Uirfi 1816, toen hij met toestemming van
I's lands regeering word „gesteld", zooals
hot in die dagen heette, tot een last en een
[hindernis van de velen,-in en buiten Lei
den, die den Rijnsburgerweg moeten pas
seren 1).
Is het dan zulk ee^i sterke vesting, dezo
Jjol, dat er van geen verovering sprake kan
fcjjn Ik geloof het niet.
Maar een veldheer, die een aanval wil
flocn, moet met tact to werk gaan. Hij
boet dé zwakke plaatsen van do vesting,
^ie hij wil veroveren,- kennen, en daar is
Ipverlcg en studie voor noodig.
Weet hij eenmaal hoe <^i waar de sterkte
jcdct kans op goeden uitslag kan worden
aangepakt, dan is het tijd voor den aan-
jyah
Dit is hier niet geschied.
Een onzer Statenleden, wien do tol te
recht „oen steen des aanstoots" is, heeft in
ide Staten van Zuid-Holland er don strijd
tegen aangebonden. Do Algemeen© Ned.
^Yielrijdersbond werd zijn bondgenoot.
Lag de opheffing van den tol in handen
rvan uit Collego? E>den de Staten er het
Veto over uitspreken?
1 Op grond waarvan was dit to donken of
'"aan te nemen? Gedeputeerden van Zuid-
Holland konden nu men slechts aandrong
op verwijdering zonder meer de vragers
gemakkelijk verwijzen naar do direct be
langhebbenden, dat waren do gemeenten
Leiden cn Oegstgeest.
Dan maar naar deze gemeenten, zoo
dachten de vragers, waarbij zich nu ook
„Lcidens Belang" voegde.
Dat hot den „Toeristenbond van Neder
land" ernst was, bleek wol uit het aan
bod om zoo noodig er zich ook financiecle
offers voor te getroosten.
Burg. en Weths. van Leiden, van wio
we anders gewoon zijn, dat zij een zaak,
'die aan hun oordeel onderworpen wordt,
van allo kanten bekijken en grondig onder
zooien, maakten er zich al heel gemakkelijk
af. Zij adviseerden den Raad eenvoudig
heb initiatief over te laten aan de gemeente
Oegstgeest, die, zooals zij beweerden, de
meest belanghebbende was, omdat de tol
onder de gemeente Oegstgeest is gelegen,
een stelling, waarop in haar algemeen
heid nogal iets is af te dingen.
De Raad ging er echter met mee cn nu
was de hoop op de klein,o gemeente Oegst
geest gevestigd. De Leidsche Vereen iging
tot Bevordering van het Vreemdelingen
verkeer deed nog oen poging het bestuur
der gemeente aan te sporen, zich over dezo
kwestie met Leiden te verstaan.
Hot schijnt wel, dat ook het gemeentebo
stuur van Oegstgeest huiverig was deze
zaak aan to pakken, evengoed als Leideu.
Ja, indien men door een enkel Raadsbe
sluit dezen Blagboom kon laten vallen, dan
zou men het hebben aangedurfd; maar
men vreesde blijkbaar, dat geld ook do
ziel van dezo negotie zou zijn, en hot was
dus te voorzien, dat een kleino gemeente,
die niet over zulke grooto bedragen heeft
te beschikken als de gemeente Leiden, al
venmin het initiatief zou nemen.
Het besluit Woensdag door den gemeen
teraad van Oegstgeest genomen, heeft dit
vermoeden bevestigd.
En zoo Btaat schijnbaar do tol nog even
hecht als toen voor een paar jaar do cam
pagne tegen hem werd ondernomen. Ik
zeg met voordacht schijnbaar, omdat
metterdaad, dank zij het praeadvies van
B. en W8. der gemeente Oegstgeest, wij
nu weten hoe en waar hij moet wordeu
aangevallen.
De burgemeester van het in zielental
kleino Oegstgeest heeft gedaan, waarmodo
de eerste aanvallers mee hadden behoorcu
1} Velen herinneren zich nog, dat hij op
den Stationsweg stond, waar alles..moest
passeeren, wat naar het station ging.
27)
Een dagboek lag voor haar, en op het
titelblad stond met een meisjeshand ge
schreven do naam van lady Florence
Mostyn.
Mabelis hart klopte onstuimig en haar
handen beefden zoo, dat zij het bock nau
welijks vasthouden kon. Toen zij weer
iets kalmer was geworden, opon.de zij de
herin neringsbl aden van het ongelukkige
meisje. De eerste aan toeken ingen dateer
don. van haar achttienden geboortedag,
maar deze keek Mabel slechte zeer vluch
tig in. Zij sloeg de bladen om, tob zij
Arthur Durants naam zag staan, en nu
las zij aandachtig ieder woord.
Wij laten hier qonige aanteekcflaingca
uit het dagboek volgen:
26 October 1888. Gisteren bij lady
Morton. Ik heb daar met veTschemcnc
personen kennis gemaakt, onder anderen
ook met den eigenaar van Abbinglial 1, die
kort geleden uit het buitenland is terug
gekeerd. Hij i3 van die vrije mannen
van het Westen, die van alles beleefd
hfcbbcn. Mij i3 Hij niet bijzonder sympa
thiek, maar wat wil dat zeggen de eer-
ste indruk is bij mij bijna nooit beslis
send Ik geloof, dat hij algemeen bemind
worden zal, hij houdt van goede paarden
en rijdt niet kwaad, en dat vil al veel
<zeggcn.
29 November. Vandaag heb ik mij
meer met den heer Durant bezig gehouden,
misschien kwam het, omdat hij nog min
der dan gewoonlijk notitie van mij nam,
zoo .dat althans mogelijk is. Natuurlijk
laat hij het nooit aan do vereischto be
leefdheid ontbreken, maar een grootere
belangstelling schijnt mijn persoontje hem
niet in to boezemen. Hij heeft heldere,
doordringende grijze oogen ©n een kin,
die van wilskracht getuigt, zijn dichte
zwarte baard laat wel niet de lijnen van
zijn mond zien, maar mij dunkt, dat die
mond mooi en energiek moet zijn. Zijn
voorhoofd is, naar mijn meening, oen bee-
tjo to laag.
11 December. Vandaag grooto vossen
jacht, de beste in het heele seizoen. Ik had
aan den heer Durant een uitstekenden be
geleider; hij rijdt goed en kent reeds alle
paadjes in het graafschap.
17 December. Het zou onbillijk zijn,
indien ik me nu nog langer over den heer
Durant beklagen wou. Hij heeft allerlei
attenties voor mij, interesseert ziefi leven
dig voor mijn plannen met het nieuwe
ziekenhuis en heeft gevraagd, of hij mij
daarbij behulpzaam mag zijn.
19 December. Vandaag een groot di
ner bij de Towers. Gewoonlijk is het oij
die goede menschen ontzettend vervelend,
maar vandaag was het anders. Durant was
mijn tafelbuurman. Zou dat misschien de
roden zijn geweest?
7 Januari 1889. Het nieuwe ziekenhuis
voor onze werklieden dadert zijn voltooi
ing; ik denk, dat in het voorjaa/r de
eerste patiënten er al in opgenomon zul
len kunnen worden. De hulp van den heer
Durant is mij bij de inrichting van zeer
veel nut.
15 Januari. Mijn dagboek is een heele
week blijven rusten. Ik heb eiken dag den
heer Durant ontmoet. Op de groote jacht
van Houndscroft reed ik naast hem, ver
volgens zag ik hem op het bal bij Hos-
kins on op het diner bij lord Launton.
Woensdag kwam hij op het concert, dat
wij ten voordeele van het ziekenhuis ge
arrangeerd hadden, en Zondag was hij in
do kerk. Gisteren vergezelde hij mij door
het geheele dorp. Ik kwam bij de oude
Hankie vandaan, toen hij mij ontmoette.
Hjj was to paard, maar hij steeg af en liep
met mij mee.
27 Januari. Vandaag heb ik iets won
derbaars beleefd: Arthur heeft mij ge
vraagd of ik zijn vrouw wil worden 1 Ik
kan het haast n-itet begrijpen, ik wandel
rond als in een droom 1 Maar als ik de
oogen dicht doe, dan zie ik hem weer
voor mij staan, dan hoor ik de woorden,
die hij fluisterend en toch zoo innig" tot
mij sprak: „Ik heb u lief. Ik aanbid u.
Mijn hart heeft voor u geslagen van hot
oogenblik af, dat ik u voor de eerste
maal gezien heb. "Wanneer ik u meed, dan
gebeurde dat, wijl ik voel, dat ik niet
waardig ben. den grond te betreden, dien
uw voet geheiligd heeft; mijn innige lief
de moet het zijn die mij vandaag den
moed geeft tot u te komen en u te smoe
ken om wederliefde." Het kwam zoo ge
heel onverwacht, dat ik niet dadelijk
woorden kon vinden, en toen meende hij,
dat ik niets voor hem voelde. Hij trok zijn
hand zacht uit de mijne en zeide op treu-
rigen toon: „Vergeef mij; ik ben uwer
niet waardig; ik ben een ruw man, de
harde strijd met het leven in het buiten
land heeft mij gemaakt tot hetgeen ik ben.
Het was vermetel van mij, u van liefde te
de arrestant eenige niet gering te achten
yuistslagen opgeloopen.
Een bewoner yan de Zandstraat, J. R.,
(kreeg1 in het tumult een schampschot aan
een hand. (N. R. 0.)
Gisterochtend tusschen zea
uur en halfzeven heeft er in do Pelikaan
straat te Rotterdam een vechtpartij plaats
gehad tusschen vroeger vaste werklieden
en later aangenomen losse werklieden van
d firma Wm. H. Müller en Co. De oor
zaak was een oude veete over het verrich
ten van „onderkruipiTs' werk. Een van
de vechtenden, W. F. L., heeft een mes-
snede over een wang gekregen. Hij is in
den politiepost aan de Veerkade verbonden.
Men sohrijft aan het „Hbl." uit
Dreumel: In den nacht van Woensdag op
Donderdag is ingebroken in de villa van
de dames Van Husaen, die beiden reeds
eenigen tijd afwezig zijn. Toen een vrien
din, die den sleutel bewaart Donderdag
ochtend binnenkwam, vond zij vele meube
len omvergeworpen en de kasten geopend.
Of cn wat er gestolen is, kan eerst uitge
maakt wordem als de gezusters terugge
keerd zullen zijm D<>or het raampje van hec
privaat is men do villa binnengedrongen.
Van de daders tot heden geen spoor.
Dezo week is te Brussel het
beroep behandeld tegen het- rechterlijke
besluit, waarbij de openlijke verkooping
van de kostbaarheden uit de nalatenschap
van koningin Maria Henrietta, tot voldoe
ning van de vorderingen van de schuld-
eischers van haar dochter, Prinses Louise,
drie weken uitgesteld.
Do twee procureurs, die do schuld-
eischers vertegenwoordigen beweerden,
dat de voorzitter Duquesue zijn bevoegd
heid te buiten was gegaan, toon hij het
uitstel verleende. Zij verlangden daarom
intrekking van dat uitstel en onmiddcl-
hjken verkoop. s
Uit naam van de Prinses voerde haar
vertegenwoordiger daartegen aan: Do te
genpartij beweert, dat de schulden van do
;Prim,sc^ het schandaal vciroonzaakit heb
ben, niet de ongeduldige schuldeischer3.
Het tegendeel is wear, aangezien de
Prinses maar voor 200,000 fr. van de ge-
eischto 1,100,000 fr. verantwoordelijk is.
Het huwelijkscontract verplicht prins
Philips van Koburg voor alle behoeften
van zijn Gemalin zorg te dragen. Erfenis
sen zijn uitdrukkelijk van de gemeenschap
van goederen uitgesloten.
Do curator Feistmantel had die bepaling
moeten kennen en op grond daarvan den
Prins moeten aanspreken, in plaats van
haar met de helft van de schulden te be
lasten, dio zij gemaakt hoeft, om aan
het Oostenrijksche Hof, bij het jubileum
van koningin Victoria en bij het duizend
jarige feest te Pest aan do zijde van haar
gemaal behoorlijk voor den dag to komen.
Do procureur las vervolgens een opzienba
rende vcrklexing van prinses Louise voor.
Do prinses schuift daarin de verantwoor
delijkheid op Feistmantel en haar schuld-
cischei'3. Hij vroeg vérder, om, indien do
verkooping door mocht gaan, den eersten
dag do kostbaarheden ten minste niet te
veilen, aangezien de Primes aan do Brus-
selsoho Beurs effecten kan to gcldo maken
om haar schuldeischers te bevredigen.
Maandag voortzetting.
To Hallo aan do Saalio werd
een student in de scheikunde, die een stu
dent in do geneeskunde in een duel dood
schoot, tot twee jaar gevangenisstraf ver
oordeeld.
Ten gevolge der hovige stor
men der laatste dagen leden op de eilanden
Saint-Pierre en Miquelon verscheiden
schepen schipbreuk; 123 visschcrs zijn om
gekomen.
In de buurt van Gonèvo kwa
men Woensdagavond twee treinen met el
kaar in botsing, waarbij 19 personen ge
wond werden.
Een goede vangst. Omtrent
do reeds medegedeelde ontdekking van een
arsenaal van Russische revolutionairen,
schrijft do Berlijnsche correspondent van
„Do N. Ct." nog:
Bij toeval ontdekte de politie Maandag
in don zijvleugel van oen huurkazerne,
toebelioorendo aan den socialistischon res
taurateur Kerfin in de noordelijke wijk
spreken, cn. toch kon ik niet langer zwij
gen." Hij staarde voor zich uit; zijn ge
zicht was zeer bleek gewordenmaar ik
kon altijd nog niet de juiste woorden vin
den. Toen reikte ik hem beide handen, en
dat was voldoende: hij begreep mij. O, ik
ben zoo gelukkig, zoo naamloos gelukkig:
hij heeft mij lief, en ik, ach, ik leef
slechts voor hem. Morgen zal hij met pa
pa sproken, enkel ter wille van mij, naar
hij zegt, want hij is vast overtuigd, dat
het tevergeefs zal zijn. Papa is trotscli,
dat is waar maar waarom zou hij be
zwaar tegen onze liefde hebben?
23 Januari. Arthur heeft met papa
gesproken; hij heeft mij zoo juist op een
landwegje alles verteld. Papa heeft hem
niet laten uitpraten en hem verachtelijk
do deur gewezen. Maar Arthur is vast
besloten, dat geen hindernis hem van mij
scheiden zal, en bezweert mij met hem te
vluchten. Hij stelt voor, dat wij in Lon
den met speciale dispensatie vullen trou
wen, dan naar het buitenland gaan en
daar zoo lang blijven, tot papa tot een
verzoening geneigd is. Daarna, meent hij,
kunnen wij weer terugkeeren en in vrede
samen leven. Ach, hij kent papa's onbuig
zaam karakter niet; papa ia koeler dan
ijs, bij hem is van toegeven, van een ver
zoening geen sprake. Hdj heeft immers
niet eens Robert vergeven, den armen
jongen, en hoe gering was zijn vergrijp
toch maar 1 Neen, neen, vluchten mag ik
niet, dat zou niet goed zijn l
29 Januari. Vandaag liet papa mij bij
zich in de bibliotheek komen, om mij een
brief van tante Amelie te laten zien. Zij
schrijft, dat haar geschokte gezondheid
zonderling, zij ia toch in haar heele leven
We£uing, een enormen voorraad wapens,
ammunitie en vlugschriften, een waar pak
huis van het Berlijnsche uitvoerende comi
té der Russische sociaal-democratie.
Kerfin verklaarde dat niet hij, doch de
huurder der beide kamers^ de expediteui
Fritz Warschawski, verantwoordelijk was
voor hetgeen daarin werd bewaard. Of
schoon deze de verantwoording eveneens
van zich afschuift, zal hem dit echter wei
nig baten, daar onder de in beslag geno
men papieren een aan een kort geleden
uitgewezen Russischen sociaal-democraat
gerichte brief van Warschawski ontdekt
word van den volgenden inhoud:
Lieber Genosse
Gij kunt mij hedenmiddag tusschen half-
twaalf en halfeen op het bureau van de
,,Vorwarts" (1) treffen bij don Genosse
Eugen Ernst, Lindenstrasse III binnen
plaats, parterre of tweede verdieping, of
anders 's avonds in mijn woning. Morgen
hen ik pas na 7 uur 'b avonds thuis. Met
beste groeten
uw F Warschawski.
In verband met het feit, dat Warschawski
beweert, de drukwerken in zijn kwaliteit
als expediteur van de „Vorwarfcs" in
het huis van Kerfin te hebben gebracht,
gelooft "de politio de conclusie te kunnen
trekken, dat Warschawski in verbinding
stond met het Russische sociaal-revolutio
nair© comité, dat het magazijn van wapens
en vlugschriften oprichtte.
Behalve de wapens en vlugschriften wer
den 15 centenaars geschept blanco papier
mot waterlijnen van de soort welke vooi
den aanmaak van obligaties wordt ge
bruikt, in beslag genomen. Naar alle waar
schijnlijkheid was dit papier-materiaal l>e-
stemd voor het vervalschen van Russische
Staatspapieren
Het onderzoek is nog niet afgeloopen.
Daar de dynamietaan slagen
t© Warschau onverpoosd voortduurden,
zijn daar 123 personen in hechtenis geno
men, onder verdenking van lidmaatschap
van een geheimen revolutionairen bond.
Zelfs in de treinen van den Weichsel-
spoorweg worden do passagiers door sol
daten aan den lijve onderzocht. Wie er
maar eenigszins verdacht uitziet, wordt
gearresteerd.
Op het eiland Thasos is de
waterleiding van de Duitsche mijn maat
schap pij door eenige ontevredenen ver
nield. Zij schoten op den ingenieur, en
staken het wachthuis in brand.
Do Bulga ar 8che ben de n in
Macedonië hebben hun werkzaamheid nu
reeds tot het oostelijk deel van het
Turkscho gebied uitgebreid.
In het dorp Hidsjahol bij Dedeagatsj
is, volgens te Konstantinopel ontvangen
consulaire berichten, heftig gevochten tus
schen aulk^en bende en Turkscho troe
pen. In dc havenstad aan do Aogeïsche Zee
zijn vijf lijken van Bulgaren aangebracht;
de Turkscho troepen moeten ook dooden
on gewonden verloren hebben.
Ook schijnt de vijandschap tussohon
Christenen en Mohamedanen in Albanië
weer tot bloedige botsingen te moeten,
leiden. Bij Diakowa zijn beide partijen
reeds slaags geweest en vielen aan beido
zijden dooden en gewonden.
In, Oud-Servië is het dorp Otasohnitza
overvallen door een Bulgaarsche bende
van honderd man, die de huizen in bra""i
stak en vele inwoners vermoordde. Turk-
soho troepen achtcrhaaldon de helft van
de bende, dio zich in een molen terugtrok.
Dg molen geraakte in brand en daarbij
kwamen dc vijftig Bulgaren, onder wie de
aanvoerder der bende, om.
In het vilayet Saloniki heeft een andere
bende ecu dorp in brand gestoken en 12
inwoners, onder wie vrouwen en kinderen,
vermoord.
Er is gistermiddag te Londen
een ongeluk gebeurd aan de Blaokfriars-
brug, die verbreed wordt. Zeven werklie
den waren bezig oen oaisson neer te laten.
Op een oogenblik bezweek een ijzeren balk
en het gevaarte stortte met de werklieden.'
in do rivier. Twee man zijn verdronken cq
vier zwaar gewond, van wie er oen al be
zweken is. Een ander moest een been afgv
zet worden, enz.
nooit ziek geweest dringend een verblijf
van eenige maanden te Mentone eischt en
spreekt de hoop uit, dit ik haar zal wil
len vergezellen; ik zou dan aanstaanden
Vrijdag in Londen moeten zijn. Natuur
lijk begreep ik dadelijk, dat papa daar
achter stak, en ik zeide hem heel kalm,
dat ik geen lust had om met tante ^cö
to gaan en dat ik voor de uitnoodiging
bedanken zou. Papa deed de deur open cn
antwoorddo op uiterst hoffelijken toon:
„Ik heb de uitnoodiging voor je oanjge-
nomen, dus heb je je voor do reis klaar
te maken; je vertrekt Vrijdag met den
trein van 11 uren 17 minuten." Des na
middags om vier uren had ik met Arthur
een onderhoud in het park. Gisteren
scheen mij zijn voorrtel avontuurlijk en
onuitvoerbaar toe; maar vandaag ben ïK
van een andere meening; hij zal zich niet,
over mij to beklagen hebben. Die arnjo Ar
thur] Hoe terneergeslagen zag hij er gis-j
teren uit, toen hij aan mijn wederliefde
twijfelen moest 1 Als hij eens wist, hoa.
warm mijn hart voor hem klopt 1
30 Januari Woensdagavond. Arthur
wachtte mij in het park en droDg opnieuw»
bij mij aan om met hem te vluchten. Ik
vertelde hem van Mentone. Toen drukte
hij zoo vast mijn hand, dat het mij pijn
deed, haalde zwaar adem en fluisterde:
„Hoor mij aan, lieveling. Ga Vrijdag
naar Londen. Ik ontmoet jo daar, en rwij
laten ods dadelijk door een priester»
trouwen." Ik viel snikkend in zijn armeK
en hij troostte mij.
(Wordt vervolgd).