Ko. 14655. LËIDSCH DACBLAD, ZATERDAG 30 NOVEMBER. TWzëDE BLAp\ £rino f907. Gemengd Nieuws. Brieven van een Leidenaar. cov. FEUILLETON. Het misdrijf in de Audleystraat. te beginnen: hij heeft de historische •wor ding van dezen tol onderzocht, is zijn ge schiedenis tot op heden nagegaan en hcefc daardoor metoen den weg gewezen, .waar langs men tot opheffing kan komen. Niet bij de provincie moet men voor deze zaak aankloppen, niet de gemeenten hebben er zeggingsschap over, doch het Rijk en het Rijk alleen. Het Rijk heeft consent gegeven tot het stellen van den tol; het Rijk heeft het recht aan zich voorbehouden weder zijn opheffing te vorderen. Wio het Raadsverslag der gem. Oegst- geest in het „Leidsch Dagblad" van Woensdag heeft gelezen, zal dit gebleken zijn. Daarin is het voor dezo kweatio hoogst belangrijke praeadvies zeer volledig opgenomen. Het komt hierop noer: Een eeuw geleden was de Leidsche- of Rijnsburgscho weg nog onbestraat, zooals vele toegangswegen tot onze stad, hoewel de behoefte tot bestra ting werd gevoeld. Den toenmaligen eige naren werd toen van het Rijk concessie verleend den weg te bestraten en zij ver kregen daarvoor het recht voor wat hoort wat tot tolheffing, oorspronkelijk voor een aantal jaren, doch later telkens verlengd. Die toenmalige eigenaren hébben een vooruitzienden blik gehadzij begrepen dat die tol in de toekomst ruimschoots het on derhoud van den weg zou dekken zooals is geschied en door het steeds toenemend ver keer niet het minst door het rijwiclver- keer nog telkens meer het geval is. Maar de toenmalige Regcering heeft ook aan do toekomst gedacht. Hot Kon. Besluit van 10 Juli 1816, waar bij dan bovengenoemde concessie werd verleend, bevat artikel 4 eon belangrijke bepaling, die ik hier nog eens in haar geheel afdrukken laat: „Bijaldien do weg, welke het ondtr- „werp van het tegenwoordig octrooi „uitmaakt, in het vervolg geoordeeld „werd als een grooto corajiunicatic te „moeten worden aangemerkt, zullen do „hierbovengemelde aanleggers van „den zei ven gehouden zijn, dien geheel „en al over to geven zonder ccnige „schadevergoeding dan do teruggave „der kosten van deszelfs aanleg en „onderhoud met bijvoeging van den in- „terest volgens do wet na aftrek van dc approximatieve (d. iw. z. benader- ,,dc) opbrengst van den tol." Dit artikel, dat wij aan burgemeester v. Griethuysen te danken hebben, zwart op wit voor ons te zien, moet bij den aanval het uitgangspunt zijn. Het komt er hu maar op aan duidelijk te maken aan do Regeering, dat do Rijnsburger weg inderdaad is geworden eeu grooto communicatie-, een ver keersweg van bcteekenis dus. En dat zal, dunkt mij, niet moeilijk vallen. ,,Den Nederlandsehen Wiolrijdersbond", ,'Leidens Belang" en do Vereeniging tot Bevordering van het Vreemdelingenver keer" zou ik aanraden in dien geest adressen naar de Hoogc Regeering te zenden, de gemeentebesturen van Leiden, ^Oegstgeest, Rijnsburg cn misschien. Kat wijk zouden goed doen die adressen te steunenterwijl het verder .wel overgela ten kan worden aan de afgevaardigen ter Tweede Kamer uit Leiden en in Leidon wonende, Om do zaak bij do Rogeering aaa to bevelen. Mot art. 4 in de hand zal de schadever goeding aan de tegenwoordige concession- narissen wel te bepalen zijn on zeker niet een groot bedrag vertegenwoordigen, als men bedenkt, dat de benaderde tol-op- brengst kan worden afgetrokken van de kosten van aanleg en onderhoud van dezen straatweg. Indien dan do gemeenten Leiden en Oegstgeest zich bereid verklaarden elk voor oen deel dezen straatweg in beheer en onderhoud over te nemen, waartegen zij wel geen bezwaar zullen hebben cn dit te minder, waar de Ned. Wielrijdersbond bereid is daarvoor uit zijn gewoonlijk ruim voorziene kas oen nader overeen te komen som bij te dragen is de geheelo kwestie opgelost. Zoo is dan de lijn aangegeven, waarlangs men vereenigd kan marcheexen tot den aanval op 'don Oegstgeester tol, die tot een verovering kan leidon 1 Wio zal de aanvoerder zijn? Gisternacht heeft een zon derlinge inbraak plaats gehad in het kan toor van de firma Van Buren, Jodenbree- straat 0193 te Amsterdam. Toen het per soneel gisterochtend in den winkel., ikwam, vonden zij de voordeur evenals die van het achter den winkel gelegen kantoortje ge slote^ doch in het kantoor was een der lessenaars opengebroken en bij onderzoek bleek een bedrag van 7 gld. aan kleingeld en ongeveer 12 gld. aan postzegels ont vreemd te zijn. De politie werd onmiddel lijk gewaarschuwd en uit het onderzeek bleek, dat slechts die lessenaar geforceerd was en wel met behulp van eenige ijzeren deelen van een boven het kantoor geplaats te machine. De overige lessenaars waren onaangeroerd gebleven. Alleen bleek een bos sleutels, die in het kantoor aanwezig was, op heb slot van de brandkast beproefd te zijn, natuurlijk zonder resultaat. In het kantoor waren eenigc sporen van geweld merkbaar e>n wel aan het raampje, dat tusschen kantoor en winkel gemaakt was, waarnaast in het hout met een mes op tamelijk onbeholpen wijze inkervingen gemaakt waren. Bij nader onderzoek bleek boven op het dak een opening in het niet betimmerde dak gemaakt, waarvan drie pannen waren uitgenomen. Nergens was echter, zelfs niet in da bemoddordo goot een spoor te bemenken, terwijl ontvluch ting langs deze zijde zoo goed als onmoge lijk mag genoemd worden. Eenig spoor van den dief of de dieven is intusschen niet gevonden. Do zaak ligt dus volkomen in het duister. De firma was verzekerd bij de Verz. Mij. „Mercurius." In de Zandstraat on R a a m- straat te Rotterdam is gisternacht weer een gevecht geleverd. Tusschen 12 en 1 uur ontmoetten daar elkander L. de L., eeu worstelaar, wonende in cfè Schavcnsteog 24, en E. S.t een los werkman, wonende bij zijn broer F. S., houder van een kost huis ,,d'Oranjeboom", aan de Raamstraat No. 30. Dezo beido mannen leven op ge spannon voet en hebben elkaar al meer malen mot een revolver bedreigd; van E. S. heeft do politio in aoht dagen tijds 3 revolvers in beslag genomen. Gisternacht werd er eerst wat getwist, en toen is er dooi} E. S. oen revolverschot gelost, waarbij niémand geraakt w.'^d, E. S. vluchtte hierop. „d'Oranjeboom'' ^nncn on sloot de deur. Joen do agent-majoor P. van Oort, op het schieten ter plaatse ge komen, toegangverzocht, werd er een schot door de straatdeur gelost. Er liep een volksmenigte te hoop, waaronder L. de L. Toen is er om meer politie getelefo neerd, waarop do inspecteurs van politie, dc hecren Dictz en Burger met een aantal agenten verschenen. Naast ,,d' Oranjeboom" loopt een gang, waarin ook een toegang tot het kosthuis is. Die gang gingén de beide inspecteurs met hun agenten binnen. Zij klopten aan de deur cn verzochten binnengelaten te worden. Geen antwoord. Even later gaat plotseling do deur open en er worden in het gangetje eea paar revolverschoten ge lost. Niemand wordt gedeerd, en de heer Dietz schiet terug, maar te gelijkertijd wordt de deur weer dichtgeslagen. Hierna heeft do politie met vereende krachten de straatdeur van „d'Oranjeboom' aan de zijde van de Raamstraat ingetrapt en zich zoo toegang verschaft. In heb kost huis werd E. S., die met een Bulldogre- volver in zijn hand stond, gearresteerd; hij is daarna overgebracht naar heb poli tiebureau in do Pauwenstecg. Dit had plaats te midden van een hevig tumult, want het pubiek wilde den man te lijf en drong do politie gewoon op zijde. Er is toen mot do sabels op geslagen en er wer den eenige schoten in de lucht gelost. Zoo kreeg do politio ruim baan. Inmiddels had t Op don tol aan den Rijnsburgerweg han de voordeur van onze gemeente is al taoonigo aanval gericht. Maar hij staat er loog, even hecht en sterk als pas na 10 Uirfi 1816, toen hij met toestemming van I's lands regeering word „gesteld", zooals hot in die dagen heette, tot een last en een [hindernis van de velen,-in en buiten Lei den, die den Rijnsburgerweg moeten pas seren 1). Is het dan zulk ee^i sterke vesting, dezo Jjol, dat er van geen verovering sprake kan fcjjn Ik geloof het niet. Maar een veldheer, die een aanval wil flocn, moet met tact to werk gaan. Hij boet dé zwakke plaatsen van do vesting, ^ie hij wil veroveren,- kennen, en daar is Ipverlcg en studie voor noodig. Weet hij eenmaal hoe <^i waar de sterkte jcdct kans op goeden uitslag kan worden aangepakt, dan is het tijd voor den aan- jyah Dit is hier niet geschied. Een onzer Statenleden, wien do tol te recht „oen steen des aanstoots" is, heeft in ide Staten van Zuid-Holland er don strijd tegen aangebonden. Do Algemeen© Ned. ^Yielrijdersbond werd zijn bondgenoot. Lag de opheffing van den tol in handen rvan uit Collego? E>den de Staten er het Veto over uitspreken? 1 Op grond waarvan was dit to donken of '"aan te nemen? Gedeputeerden van Zuid- Holland konden nu men slechts aandrong op verwijdering zonder meer de vragers gemakkelijk verwijzen naar do direct be langhebbenden, dat waren do gemeenten Leiden cn Oegstgeest. Dan maar naar deze gemeenten, zoo dachten de vragers, waarbij zich nu ook „Lcidens Belang" voegde. Dat hot den „Toeristenbond van Neder land" ernst was, bleek wol uit het aan bod om zoo noodig er zich ook financiecle offers voor te getroosten. Burg. en Weths. van Leiden, van wio we anders gewoon zijn, dat zij een zaak, 'die aan hun oordeel onderworpen wordt, van allo kanten bekijken en grondig onder zooien, maakten er zich al heel gemakkelijk af. Zij adviseerden den Raad eenvoudig heb initiatief over te laten aan de gemeente Oegstgeest, die, zooals zij beweerden, de meest belanghebbende was, omdat de tol onder de gemeente Oegstgeest is gelegen, een stelling, waarop in haar algemeen heid nogal iets is af te dingen. De Raad ging er echter met mee cn nu was de hoop op de klein,o gemeente Oegst geest gevestigd. De Leidsche Vereen iging tot Bevordering van het Vreemdelingen verkeer deed nog oen poging het bestuur der gemeente aan te sporen, zich over dezo kwestie met Leiden te verstaan. Hot schijnt wel, dat ook het gemeentebo stuur van Oegstgeest huiverig was deze zaak aan to pakken, evengoed als Leideu. Ja, indien men door een enkel Raadsbe sluit dezen Blagboom kon laten vallen, dan zou men het hebben aangedurfd; maar men vreesde blijkbaar, dat geld ook do ziel van dezo negotie zou zijn, en hot was dus te voorzien, dat een kleino gemeente, die niet over zulke grooto bedragen heeft te beschikken als de gemeente Leiden, al venmin het initiatief zou nemen. Het besluit Woensdag door den gemeen teraad van Oegstgeest genomen, heeft dit vermoeden bevestigd. En zoo Btaat schijnbaar do tol nog even hecht als toen voor een paar jaar do cam pagne tegen hem werd ondernomen. Ik zeg met voordacht schijnbaar, omdat metterdaad, dank zij het praeadvies van B. en W8. der gemeente Oegstgeest, wij nu weten hoe en waar hij moet wordeu aangevallen. De burgemeester van het in zielental kleino Oegstgeest heeft gedaan, waarmodo de eerste aanvallers mee hadden behoorcu 1} Velen herinneren zich nog, dat hij op den Stationsweg stond, waar alles..moest passeeren, wat naar het station ging. 27) Een dagboek lag voor haar, en op het titelblad stond met een meisjeshand ge schreven do naam van lady Florence Mostyn. Mabelis hart klopte onstuimig en haar handen beefden zoo, dat zij het bock nau welijks vasthouden kon. Toen zij weer iets kalmer was geworden, opon.de zij de herin neringsbl aden van het ongelukkige meisje. De eerste aan toeken ingen dateer don. van haar achttienden geboortedag, maar deze keek Mabel slechte zeer vluch tig in. Zij sloeg de bladen om, tob zij Arthur Durants naam zag staan, en nu las zij aandachtig ieder woord. Wij laten hier qonige aanteekcflaingca uit het dagboek volgen: 26 October 1888. Gisteren bij lady Morton. Ik heb daar met veTschemcnc personen kennis gemaakt, onder anderen ook met den eigenaar van Abbinglial 1, die kort geleden uit het buitenland is terug gekeerd. Hij i3 van die vrije mannen van het Westen, die van alles beleefd hfcbbcn. Mij i3 Hij niet bijzonder sympa thiek, maar wat wil dat zeggen de eer- ste indruk is bij mij bijna nooit beslis send Ik geloof, dat hij algemeen bemind worden zal, hij houdt van goede paarden en rijdt niet kwaad, en dat vil al veel <zeggcn. 29 November. Vandaag heb ik mij meer met den heer Durant bezig gehouden, misschien kwam het, omdat hij nog min der dan gewoonlijk notitie van mij nam, zoo .dat althans mogelijk is. Natuurlijk laat hij het nooit aan do vereischto be leefdheid ontbreken, maar een grootere belangstelling schijnt mijn persoontje hem niet in to boezemen. Hij heeft heldere, doordringende grijze oogen ©n een kin, die van wilskracht getuigt, zijn dichte zwarte baard laat wel niet de lijnen van zijn mond zien, maar mij dunkt, dat die mond mooi en energiek moet zijn. Zijn voorhoofd is, naar mijn meening, oen bee- tjo to laag. 11 December. Vandaag grooto vossen jacht, de beste in het heele seizoen. Ik had aan den heer Durant een uitstekenden be geleider; hij rijdt goed en kent reeds alle paadjes in het graafschap. 17 December. Het zou onbillijk zijn, indien ik me nu nog langer over den heer Durant beklagen wou. Hij heeft allerlei attenties voor mij, interesseert ziefi leven dig voor mijn plannen met het nieuwe ziekenhuis en heeft gevraagd, of hij mij daarbij behulpzaam mag zijn. 19 December. Vandaag een groot di ner bij de Towers. Gewoonlijk is het oij die goede menschen ontzettend vervelend, maar vandaag was het anders. Durant was mijn tafelbuurman. Zou dat misschien de roden zijn geweest? 7 Januari 1889. Het nieuwe ziekenhuis voor onze werklieden dadert zijn voltooi ing; ik denk, dat in het voorjaa/r de eerste patiënten er al in opgenomon zul len kunnen worden. De hulp van den heer Durant is mij bij de inrichting van zeer veel nut. 15 Januari. Mijn dagboek is een heele week blijven rusten. Ik heb eiken dag den heer Durant ontmoet. Op de groote jacht van Houndscroft reed ik naast hem, ver volgens zag ik hem op het bal bij Hos- kins on op het diner bij lord Launton. Woensdag kwam hij op het concert, dat wij ten voordeele van het ziekenhuis ge arrangeerd hadden, en Zondag was hij in do kerk. Gisteren vergezelde hij mij door het geheele dorp. Ik kwam bij de oude Hankie vandaan, toen hij mij ontmoette. Hjj was to paard, maar hij steeg af en liep met mij mee. 27 Januari. Vandaag heb ik iets won derbaars beleefd: Arthur heeft mij ge vraagd of ik zijn vrouw wil worden 1 Ik kan het haast n-itet begrijpen, ik wandel rond als in een droom 1 Maar als ik de oogen dicht doe, dan zie ik hem weer voor mij staan, dan hoor ik de woorden, die hij fluisterend en toch zoo innig" tot mij sprak: „Ik heb u lief. Ik aanbid u. Mijn hart heeft voor u geslagen van hot oogenblik af, dat ik u voor de eerste maal gezien heb. "Wanneer ik u meed, dan gebeurde dat, wijl ik voel, dat ik niet waardig ben. den grond te betreden, dien uw voet geheiligd heeft; mijn innige lief de moet het zijn die mij vandaag den moed geeft tot u te komen en u te smoe ken om wederliefde." Het kwam zoo ge heel onverwacht, dat ik niet dadelijk woorden kon vinden, en toen meende hij, dat ik niets voor hem voelde. Hij trok zijn hand zacht uit de mijne en zeide op treu- rigen toon: „Vergeef mij; ik ben uwer niet waardig; ik ben een ruw man, de harde strijd met het leven in het buiten land heeft mij gemaakt tot hetgeen ik ben. Het was vermetel van mij, u van liefde te de arrestant eenige niet gering te achten yuistslagen opgeloopen. Een bewoner yan de Zandstraat, J. R., (kreeg1 in het tumult een schampschot aan een hand. (N. R. 0.) Gisterochtend tusschen zea uur en halfzeven heeft er in do Pelikaan straat te Rotterdam een vechtpartij plaats gehad tusschen vroeger vaste werklieden en later aangenomen losse werklieden van d firma Wm. H. Müller en Co. De oor zaak was een oude veete over het verrich ten van „onderkruipiTs' werk. Een van de vechtenden, W. F. L., heeft een mes- snede over een wang gekregen. Hij is in den politiepost aan de Veerkade verbonden. Men sohrijft aan het „Hbl." uit Dreumel: In den nacht van Woensdag op Donderdag is ingebroken in de villa van de dames Van Husaen, die beiden reeds eenigen tijd afwezig zijn. Toen een vrien din, die den sleutel bewaart Donderdag ochtend binnenkwam, vond zij vele meube len omvergeworpen en de kasten geopend. Of cn wat er gestolen is, kan eerst uitge maakt wordem als de gezusters terugge keerd zullen zijm D<>or het raampje van hec privaat is men do villa binnengedrongen. Van de daders tot heden geen spoor. Dezo week is te Brussel het beroep behandeld tegen het- rechterlijke besluit, waarbij de openlijke verkooping van de kostbaarheden uit de nalatenschap van koningin Maria Henrietta, tot voldoe ning van de vorderingen van de schuld- eischers van haar dochter, Prinses Louise, drie weken uitgesteld. Do twee procureurs, die do schuld- eischers vertegenwoordigen beweerden, dat de voorzitter Duquesue zijn bevoegd heid te buiten was gegaan, toon hij het uitstel verleende. Zij verlangden daarom intrekking van dat uitstel en onmiddcl- hjken verkoop. s Uit naam van de Prinses voerde haar vertegenwoordiger daartegen aan: Do te genpartij beweert, dat de schulden van do ;Prim,sc^ het schandaal vciroonzaakit heb ben, niet de ongeduldige schuldeischer3. Het tegendeel is wear, aangezien de Prinses maar voor 200,000 fr. van de ge- eischto 1,100,000 fr. verantwoordelijk is. Het huwelijkscontract verplicht prins Philips van Koburg voor alle behoeften van zijn Gemalin zorg te dragen. Erfenis sen zijn uitdrukkelijk van de gemeenschap van goederen uitgesloten. Do curator Feistmantel had die bepaling moeten kennen en op grond daarvan den Prins moeten aanspreken, in plaats van haar met de helft van de schulden te be lasten, dio zij gemaakt hoeft, om aan het Oostenrijksche Hof, bij het jubileum van koningin Victoria en bij het duizend jarige feest te Pest aan do zijde van haar gemaal behoorlijk voor den dag to komen. Do procureur las vervolgens een opzienba rende vcrklexing van prinses Louise voor. Do prinses schuift daarin de verantwoor delijkheid op Feistmantel en haar schuld- cischei'3. Hij vroeg vérder, om, indien do verkooping door mocht gaan, den eersten dag do kostbaarheden ten minste niet te veilen, aangezien de Primes aan do Brus- selsoho Beurs effecten kan to gcldo maken om haar schuldeischers te bevredigen. Maandag voortzetting. To Hallo aan do Saalio werd een student in de scheikunde, die een stu dent in do geneeskunde in een duel dood schoot, tot twee jaar gevangenisstraf ver oordeeld. Ten gevolge der hovige stor men der laatste dagen leden op de eilanden Saint-Pierre en Miquelon verscheiden schepen schipbreuk; 123 visschcrs zijn om gekomen. In de buurt van Gonèvo kwa men Woensdagavond twee treinen met el kaar in botsing, waarbij 19 personen ge wond werden. Een goede vangst. Omtrent do reeds medegedeelde ontdekking van een arsenaal van Russische revolutionairen, schrijft do Berlijnsche correspondent van „Do N. Ct." nog: Bij toeval ontdekte de politie Maandag in don zijvleugel van oen huurkazerne, toebelioorendo aan den socialistischon res taurateur Kerfin in de noordelijke wijk spreken, cn. toch kon ik niet langer zwij gen." Hij staarde voor zich uit; zijn ge zicht was zeer bleek gewordenmaar ik kon altijd nog niet de juiste woorden vin den. Toen reikte ik hem beide handen, en dat was voldoende: hij begreep mij. O, ik ben zoo gelukkig, zoo naamloos gelukkig: hij heeft mij lief, en ik, ach, ik leef slechts voor hem. Morgen zal hij met pa pa sproken, enkel ter wille van mij, naar hij zegt, want hij is vast overtuigd, dat het tevergeefs zal zijn. Papa is trotscli, dat is waar maar waarom zou hij be zwaar tegen onze liefde hebben? 23 Januari. Arthur heeft met papa gesproken; hij heeft mij zoo juist op een landwegje alles verteld. Papa heeft hem niet laten uitpraten en hem verachtelijk do deur gewezen. Maar Arthur is vast besloten, dat geen hindernis hem van mij scheiden zal, en bezweert mij met hem te vluchten. Hij stelt voor, dat wij in Lon den met speciale dispensatie vullen trou wen, dan naar het buitenland gaan en daar zoo lang blijven, tot papa tot een verzoening geneigd is. Daarna, meent hij, kunnen wij weer terugkeeren en in vrede samen leven. Ach, hij kent papa's onbuig zaam karakter niet; papa ia koeler dan ijs, bij hem is van toegeven, van een ver zoening geen sprake. Hdj heeft immers niet eens Robert vergeven, den armen jongen, en hoe gering was zijn vergrijp toch maar 1 Neen, neen, vluchten mag ik niet, dat zou niet goed zijn l 29 Januari. Vandaag liet papa mij bij zich in de bibliotheek komen, om mij een brief van tante Amelie te laten zien. Zij schrijft, dat haar geschokte gezondheid zonderling, zij ia toch in haar heele leven We£uing, een enormen voorraad wapens, ammunitie en vlugschriften, een waar pak huis van het Berlijnsche uitvoerende comi té der Russische sociaal-democratie. Kerfin verklaarde dat niet hij, doch de huurder der beide kamers^ de expediteui Fritz Warschawski, verantwoordelijk was voor hetgeen daarin werd bewaard. Of schoon deze de verantwoording eveneens van zich afschuift, zal hem dit echter wei nig baten, daar onder de in beslag geno men papieren een aan een kort geleden uitgewezen Russischen sociaal-democraat gerichte brief van Warschawski ontdekt word van den volgenden inhoud: Lieber Genosse Gij kunt mij hedenmiddag tusschen half- twaalf en halfeen op het bureau van de ,,Vorwarts" (1) treffen bij don Genosse Eugen Ernst, Lindenstrasse III binnen plaats, parterre of tweede verdieping, of anders 's avonds in mijn woning. Morgen hen ik pas na 7 uur 'b avonds thuis. Met beste groeten uw F Warschawski. In verband met het feit, dat Warschawski beweert, de drukwerken in zijn kwaliteit als expediteur van de „Vorwarfcs" in het huis van Kerfin te hebben gebracht, gelooft "de politio de conclusie te kunnen trekken, dat Warschawski in verbinding stond met het Russische sociaal-revolutio nair© comité, dat het magazijn van wapens en vlugschriften oprichtte. Behalve de wapens en vlugschriften wer den 15 centenaars geschept blanco papier mot waterlijnen van de soort welke vooi den aanmaak van obligaties wordt ge bruikt, in beslag genomen. Naar alle waar schijnlijkheid was dit papier-materiaal l>e- stemd voor het vervalschen van Russische Staatspapieren Het onderzoek is nog niet afgeloopen. Daar de dynamietaan slagen t© Warschau onverpoosd voortduurden, zijn daar 123 personen in hechtenis geno men, onder verdenking van lidmaatschap van een geheimen revolutionairen bond. Zelfs in de treinen van den Weichsel- spoorweg worden do passagiers door sol daten aan den lijve onderzocht. Wie er maar eenigszins verdacht uitziet, wordt gearresteerd. Op het eiland Thasos is de waterleiding van de Duitsche mijn maat schap pij door eenige ontevredenen ver nield. Zij schoten op den ingenieur, en staken het wachthuis in brand. Do Bulga ar 8che ben de n in Macedonië hebben hun werkzaamheid nu reeds tot het oostelijk deel van het Turkscho gebied uitgebreid. In het dorp Hidsjahol bij Dedeagatsj is, volgens te Konstantinopel ontvangen consulaire berichten, heftig gevochten tus schen aulk^en bende en Turkscho troe pen. In dc havenstad aan do Aogeïsche Zee zijn vijf lijken van Bulgaren aangebracht; de Turkscho troepen moeten ook dooden on gewonden verloren hebben. Ook schijnt de vijandschap tussohon Christenen en Mohamedanen in Albanië weer tot bloedige botsingen te moeten, leiden. Bij Diakowa zijn beide partijen reeds slaags geweest en vielen aan beido zijden dooden en gewonden. In, Oud-Servië is het dorp Otasohnitza overvallen door een Bulgaarsche bende van honderd man, die de huizen in bra""i stak en vele inwoners vermoordde. Turk- soho troepen achtcrhaaldon de helft van de bende, dio zich in een molen terugtrok. Dg molen geraakte in brand en daarbij kwamen dc vijftig Bulgaren, onder wie de aanvoerder der bende, om. In het vilayet Saloniki heeft een andere bende ecu dorp in brand gestoken en 12 inwoners, onder wie vrouwen en kinderen, vermoord. Er is gistermiddag te Londen een ongeluk gebeurd aan de Blaokfriars- brug, die verbreed wordt. Zeven werklie den waren bezig oen oaisson neer te laten. Op een oogenblik bezweek een ijzeren balk en het gevaarte stortte met de werklieden.' in do rivier. Twee man zijn verdronken cq vier zwaar gewond, van wie er oen al be zweken is. Een ander moest een been afgv zet worden, enz. nooit ziek geweest dringend een verblijf van eenige maanden te Mentone eischt en spreekt de hoop uit, dit ik haar zal wil len vergezellen; ik zou dan aanstaanden Vrijdag in Londen moeten zijn. Natuur lijk begreep ik dadelijk, dat papa daar achter stak, en ik zeide hem heel kalm, dat ik geen lust had om met tante ^cö to gaan en dat ik voor de uitnoodiging bedanken zou. Papa deed de deur open cn antwoorddo op uiterst hoffelijken toon: „Ik heb de uitnoodiging voor je oanjge- nomen, dus heb je je voor do reis klaar te maken; je vertrekt Vrijdag met den trein van 11 uren 17 minuten." Des na middags om vier uren had ik met Arthur een onderhoud in het park. Gisteren scheen mij zijn voorrtel avontuurlijk en onuitvoerbaar toe; maar vandaag ben ïK van een andere meening; hij zal zich niet, over mij to beklagen hebben. Die arnjo Ar thur] Hoe terneergeslagen zag hij er gis-j teren uit, toen hij aan mijn wederliefde twijfelen moest 1 Als hij eens wist, hoa. warm mijn hart voor hem klopt 1 30 Januari Woensdagavond. Arthur wachtte mij in het park en droDg opnieuw» bij mij aan om met hem te vluchten. Ik vertelde hem van Mentone. Toen drukte hij zoo vast mijn hand, dat het mij pijn deed, haalde zwaar adem en fluisterde: „Hoor mij aan, lieveling. Ga Vrijdag naar Londen. Ik ontmoet jo daar, en rwij laten ods dadelijk door een priester» trouwen." Ik viel snikkend in zijn armeK en hij troostte mij. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1907 | | pagina 5