TOBKEN.
Vragen aan een geneesheer.
Vervalschte eetwaar.
De oudo volken, over welker beschaving
do geschiedenis veel iweet te vertellen,
schijnen het gebruik van vorken niet ge
kend te hebben; onder de veelvuldige za
ken en huiselijke gereedschappen, die men
in Herculanum en Pompeji opgedolven
heeft, komen toch geen vorken, wel lepels
voor. Do Grieken en Romeinen bedienden
.zich bij hot eten, behalve van hun vin
gors, van kleine houten staafjes.
In de tiende eeuw na Chr. echter dui
ken de eerste berichten omtrent het ge
bruik van het thans zoo onmisbare tafel
gereedschap op. Peter van AmienB immers
vcrhaaJt met afschuw het vermetele en
overmoedige gedrag van de zuster de3
Keizers Romanus, vrouw van den Doge
van Venetië, die in het jaar 991, in plaats
van met de vingers te eten, zich
kleine vorken placht te voorzien. Doch
welke buitensporige weelde, zegt hij, door
den toorn des Hemels ook niet ongestraft
bleef, naardien zaj en haar man in 1005
bfeiden aan de pest stierven.
Volgent* Engelbard in zijn „Hortus De-
liciarum" komen de nuttige plaatsver
vangers der Adamsvorken, reeds in 1160—
'75 op de tafels der Noormannen voor.
Naar het getuigenis van Busch, „Erfin-
dungen", zouden zij bereids in 1379 als
tafelgereedschap eens vorsten zijn aange-
teekend. Het kookboek van Rumpoldt
anno 1551 noemt ze pironen of gaf fei
tjes en spreekt er over als op koninklijken
disch. gehanteerd. In ons land schijnen zij
in dc 15de eeuw nog niet bekend te zijn
geweest. De geestelijke Dischregelen
anno 1490 fluisteren den eter wel in
het oor:
En steect u handen n^et ghenen messen,
Want bi u mocht een staen, mocht u
quetsen.
En legghet uwen tepel in gheenre wij6en
Weder in die schotel metter spijsen;
Eens anders mes, bier, wijn of broot
Dat suldi schouwen, son der noot,
maaT van het zustergereedsch&p, de vork,
is niet gesproken.
Eerst op het einde der zestiende eeuw
komen de tafclvorkon ón Frankrijk en
Italië voor. Een satiriek werk, getiteld:
,1'Islo des Hermaphrodites", de zeden van
het Franscho Hof op bet einde der zes
tiende eeuw beschrijvende, vermeldt do
vork als een weelde, eerst kortelings inge
voerd, en het is bekend, dat Hendrik III,
Koning van Frankrijk 1575-1589 de
eerste Fransche Koning was, die een vork
jebruikte. Op het kasteel Pau, in Beam,
wordt nog een vork bewaard, door Hen
drik IV gebruikt; dezo vork is van staal,
met twee tanden en van fatsoen en zwaar
te als een tegenwoordige voorsnijvork.
De Engelsche reiziger Coryate, die op
het einde der 16de eeuw door Italië reis-
cte, kon zich niet genoeg verwonderen
over de zonderlinge en vreemde gewoonte
van met vorken te eten, daar hij zulk* nog
in geen Christenland, behalvo dèiir, had
waargenomen. Toen hij zich aan dit ge
bruik had gewoon gemaakt, wat niet zon
der veel moeite was geschied, zocht bij
dit bij zijn terugkomst in Engeland oak
van toepassing ie maken, doch werd daar
voor dikwijls het voorweg van bespotting,
terwijl hij door zijn vriend, den advocaat
Whiteaker, uit scherts met den scheld
naam Furcifer, vorkdrager, bestempeld
werd, een schimpnaam vooral, wanneer
men bedenkt, dat het woord vork is afge
leid van het Latijnsche furca, een straf
tuig, waarmee men do misdadigers tuch
tigde.
Veel opgang maakte Coryate met zijn
Italiaansche ontdekking niet; in 1608
vindt men do vorken in Engeiand nog als
een nouveauté besohreven en zelfs in ie53
sehijuon ze in Londen onder de hoogcre
standen niet algemeen te zijn geweest.
In de 17d© eeuw werd het eten met de
vork in Frankrijk aan de Benedictijner
monniken verboden, als een buitenland-
sche weelde, dio tegen de goede zeden
streed; ook do Koning at nog met zijn
vingers. Toen hfet gebruik van met de
vork to eten meer en meor in zwang be
gon te komen, begonnen sommige vrome
en eenvoudige menschen beducht te wor
den, dat een dergelijk bedrijf, waarbij men
de door den Schepper gegeven vingers te
goed achtte om de spijzen daarmee aan te
raken en naar den mond to brengen, wel
eens met verlamming van doz© ledematen
of met een hongersnood zou kunnen wor
den gestraft.
In ons land gaf Cats in 1657 niog don
raad
Tast met drie vingers na de spijs.
Terwijl zes en zeventig jaar later de
spectatoriale Justus van Effen in zijn
meesterlijke „Burgervrijaade" 1733
drukken, liet:
„Jacob, die zijn liefje, nevens haar moe
der, en mij, met een vork zag eeten, door
zijn eersten misslag (de man had in der»
schotel gelepeld) op zajn. hoede zijnde, pro-
beerdo zulks mede, en voor de eerste rijze
ging zulks al vrij wel; want waar in tog
slaagt de liefde niet? Vader keek die wel
levendheid van zijn kind met aandagt
aan: „Wel, jongen," sprak hij „waar
mag je tog geleerd hebben met een vork
te eeten? En 't gaat jo nog wel af, ook.
Wel nouw, hou jij jouw bij die hoofscho
mode. Ik zou iwol meedoen, maar hoor ik
bon te oudo om van gewoonte te verande
ren. Ik ben tot dio grootsche zwier niet
opgevoed."
11 December 1733 schrijft hij nog:
„Als vreemde gewoontens bedoel ik
hi or de invoering des gebruiks van. elk uit
een bijzonder glas te drinken, met een le
pel,-die den mond geraakt heeft, nooit in
een schotel te tasten en de spijze met een
vork aan te grijpenWanneer men met
eerlijke en reine luiden eet, vind ik in het
gebruik der vingeren en van hetzelfde
glas de geringste reden van .afkeer niet.
Wat belet handen, die behoorlijk gereinigt
zijn, zo zuiver te wezen als een geschuurde
of wel gewasse vork?"
Thans zijn nog in Spanje en Frankrijk
streken, waar het gebruik van vorken on
bekend is; de Turken en andore Ooster-
sche volken gebruiken nog steeds hun
vingers, terwijl de Chineezon in plaats
van vorken, houtjes somtijds rijk ver
sierd bezigen.
Lijst van vragen, door verschillende hem
meeiendeels onbekende personen, per brief
aan een stadsgeneesheer in betrekkelijk
korten tijd gedaan:
Hoe een weduwe aan een nering te Hel
pen.
Of er ook korreltjes bestaan om een
idioot geboren kind te genezen.
Of hij niet zijn invloed kan aanwenden
om den -vrager, secretaris van de gemeente
X. te maken.
Oordeel gevraagd over het wetsontwerp
op de ziektcverzeKering.
Hoe is uw meening over het verband
tusschen zenuwachtigheid en spiritisme?
Is Duprel werkelijk katholiek gestorven?
Wij verzoeken u beleefd, te komen debat-
teeren met X.
Vraag 'over het verschil tusschen voor-
loopige en blijvende rente.
Hoe wordt men agent van de Rijksverze
keringsbank?
Is wat men in Frankrijk „De Witte
Loge" noemt, hetzelfde als do advocaten
van St.-Pieter?
Waar is het tubcrcvilinum van Denys te
betrekken
Welke groote spiritistisch© mediums le
ven er tegenwoordig? Zijn er ook onder
hen, die te consultccren zijn?
Is Pieter de RudoV te Lourdes zelf gene
zen, of op een andere badplaats?
Kent u Lombroso persoonlijk? Welk een
indruk maakt die geleerde op u?
Leeft Katie King nog? Waar woont zij?
Is het werkelijk waar, wat Engelsche
bladen melden, dat u het medium van
Lombroso is? „ife Hoilandsohe Revue"
vermeldt het ook. klaar dit kan immer^
niet waar zijn. .nx-eid mij of het mystifica»
tie is. Ik weet, dat gij in Italië zijt geweest.
Gelooft u niet aan het kunnen optreden
van onze overleden bloedverwanten te micb
den van de mediale keten der spiritistische'
séances? Uw gezaghebbende meening wil
ik gaarne hooren.
Raadt u witto of Jaeger-hemden aan!
(Uit Oeganda): „Wil mij wat boeken van
Christelijke schrijvers over spiritism®
zenden.
Mogen ook niet-stedelingen van uwj
woonplaats aardappelen leveren aan dg
gaarkeuken, aid aar
Ho© onderscheid ik korrels van de 3dq'
en van de 30ste bomoeopathisehe verdun
ning?
Zou de nachtarbeid der bakkera in Het]
oud© Jeruzalem al afgeschaft geweest zijn t'
Welke taal spreken de Zigeuners?
Behandelt u ook zieken door de inter*
communale telefoon?
Welke werken moet ik aanschaffen om
eenig licht te krijgen in zake het spiritisme?'
Bouwt de spiritistische verschijning zich'
op uit de lichaamsstef van het aanwezig:
medium? Dit medium, lees ik, vermindert'
tijdelijk in gewicht. Hoe zit dat?
Waarom hebt u niet gedebatteerd met dl*.
Van den Brink?
Hoe is aan een huisapotheek te komen?
In de „Revue des Revues" komt een
èchrijver, onder het opschrift „Hoe men in
Amerika vergiftigd wordt" opsommen, hoe
en waarmee zoowat alle afval tot het vul
len van blikjes en flescbjes wordt gebruikt.
Hij schrijft onder meer:
„Maart 1905 maakte dr. Bigelow, chef
van de afdeeling voedingsstoffen in het
centraal-laboratorium der Vereenigde Sta
ten, zijn rapport bekend en schreef daar
in:
„De vervalsching der voedingsmiddelen
is tegenwoordig algemeener dan ooit.
In weerwil van alle voorzorgen om haar
beletten, van alle handelwijzen der we
tenschap om haar te ontdekken, van d-n'
kruistocht tegen haar in zooveel Staten,
om er een eind aan te maken, de oam-
pagne tegen haar door de pers, wordt heb!
kwaad steeds erger.
De schuldigen weten straffeloos hu??
praktijken door te zetten."
In heb rapport van 1906 erkende het Ver
slag van het Laboratorium, dat alle pogin
gen om de bedrijvers van hot kwaad te be
reiken, vruchteloos bleveü en dat dra heb
oogenblik' zou zijn gekomen, dat de groote'
A merikaansche Republiek slechts een ko
lossale fabriek van vergiften zal zijn.
Men schond openlijk de wetten tegen
vervalsching.
Enkele maanden na haar uitvaardiging
werden ingevoerd 92 ladingen wijn, 31
idem vleesch en 37 idem olijvenolic. Alleen
het vleesch was echt, voor het grootste
deel uit Duitschland ingevoerd, maar doot
boorzuur of benzoëzuur geconserveerd.-
De handel stelde zich ten doel: den ver
bruiker te misleiden door goedkoopte en
dcor geringe productiekosten, met fraaie
verpakking. Menig huis met 100,000 dol
lars jaarlijksche winst levert producten,
die alleen op „den naam" kunnen aan
spraak maken. Al het overige is valsch.
Men schat de produotie van deze „simili"
op 2f\ milliard dollars.
Alles moet gebruikt. Kooper No. 1 koopt
veel goedkoope groenten. Spoedig treedt
rotting^ in, en er is veel minderwaardigs
bij. Dat gaat naar de fabriek, dat door
bijvoeging van tal van antisepten verwerkt
wordt met inbegrip van hot allerminste
„netjes verpakt'', en de gebruiker slikt
alles.
De knoeierijen van de „packers" van
Chicago zijn bekend, door den roman van-
Uptcn Sinclair.
De fabrieken zijn toegankelijk voor hef
publiek, tocji gaan knoeierijen lustig door
in geheime annexen. Nog ,na 31 Dee. 1.1.
bracht Chicago in den handel mooi ver
pakte geleien met snorkende namen, die