No. 1434S.
LEIDSCH DAGBLAD, VRIJDAG 30 ftOVSIVIBER, TWEEDE BLAD.
Anno 19CG.
Pb Leidscha verordeoiog op den handel In en
den verkoop van melk.
m.
Na in twee vorige nummers het rapport
'der oommissie voor do strafverordeningen
thebben meegedeeld, laten wij thans do
artikelen zelven van die ontwerpverorde
ning volgen:
Art. l.
In deze verordening wordt onder melk
verstaan koemelk.
Art. 2.
Het is verboden melk te leveren, ten ver
koop voorhanden te hebben, uit te stallen
in het openbaar, rond te brengen, rond to
venten, to vervoeren of te doen vervoeren,
anders dan onder ó'e volgende benamingen:
1. Volle melk.
2. Afgeroomde melk, lste soort.
3. Afgeroomde melk, 2de soort (Centri
fuge melk).
4. Karnemelk.
5. Kindennelk.
Toegelaten zijn alccn de navolgende bij
voegingen gepasteuriseerd, gesteriliseerd
en gecondenseerd.
Hortecllieden melk grooter dan 3 Liter
in het gebouw of op het erf van den
melkverkooper aanwezig, worden geacht ten
verkoop voorhanden te zijn.
Art. 3.
Het is verboden tc leveren, ten verkoop
voorhanden te hebben, uit te stallen in het
openbaar, rond te brengen, rond to ven
ten, to vervoeren of te doen vervoeren,
melk, welke niet voldoet aan den eisch,
o'at zü is normaal van smaak, reuk, kleur,
en consistentie en afkomstig van gezondo
koeien.
Zij mag bij staan ter hoeveelheid van
Liter in een cylindrisch vat van helder,
kleurloos glas e.i 9 c.M. middellijn na één
uur geen bezinksel vertoonen.
Art. 4.
Als volle m:..: mag slechts worden afge
leverd, ten verkoop voorhanden gehouden,
uitgestald in het openbaar, rondgebracht»,
rondgevent of vervoerd, melk, waaraan
niets is toegevoegd of onttrokken en waar
van het gehalte aan vet ten minste 2.0 pCt.
bedraagt, dat aan vetvrije, vaste s. f ten
minste 8 pCt., terwijl de zuurgraad (uitge
drukt al3 ccra. 1/4 N kaliloog op 100 ccm.
melk, getitreerd met phenolphtaleïne al*
indicator) ten hoogste 8 0 zij.
Indien een melkverkooper de ondeugde
lijke samenstelling van zijn volle melk toe
schrijft aan zijn leverancier, zullen, des-
verlangd tegen vergoeding van de markt
waarde, cén of zoo noodig meer controle-
monsters worden genomen.
Art. 5.
Als afgeroomde melk ..orstc soo.t mag
slechts worden afgeleverd, teD verkoop
voorhanden gehouden, uitgestald id het
openbaar, rondgebracht, rondgevent of ver
voerd, melk, waaraan niets is toegevoegd
en waaraan slechts zooveel room is onttrok
ken, dat het vetgehalte teD minste 1 pCt.
bedraagt.
Als algeroomdc melk tweede &oort, cen-
trilugemelk, mag slechts worden afgele
verd, ten verkoop voorhanden gehouden,
uitgestald in het openbaar, rondgebracht,
rondgevent of vervoerd, melk, waaraan
niets is toegevoegd en waarvan het vetge
halte minder bedraagt dan 1 pCt.
De zuurgraad van beide soorten afge
roomde melk mag niet hooger zijn dan
8,0.
Art- 6.
Als karnemelk mag slechts worden afge
leverd, ton verkoop voorhanden gehouden,
uitgestald in het openbaar, rondgebracht,
rondgevent of vervoerd, het product, door
karnen van volle melk of room verkregen.
Karnemelk moet een gehalte hebben aan
vetvrije vaste stof van ton minste 7 pCt-,
een zuurgraad niet hooger dan 40 aan
tal ccm. 1/4 N. kaliloog op 100 ccra. melk,
getitreerd met phenolphtaleïne als indica
tor cn een soortgelijk gewicht van de wei
niet lager clan 1.023 bij 15 graden Celsius.
Karnemelk, niet voldoende aan do
cischen in de vorige alinea omschreven,
mag slechts worden afgeleverd, ten ver
koop voorhanden gehouden, uitgestald in
het openbaar, rondgebracht, rondgevent of
vervoerd, zoo haar verpakking voorzien is
van een duidelijk zichtbaar opschrift, ver
meldende het woord „Veevoeder". Dit op
schrift moet voldoen aan den eisch, in art
25 omschreven.
Art. 7.
Als kindermelk mag slechts worden af
geleverd, ten verkoop voorhanden gehouden,
uitgestald in het openbaai-, rondgebracht
rondgevent of vervoerd, een surrogaat voor
moedermelk, hetwelk op zijn verpakking
voorzien is van een etiket, aangevende het
woord „kindermelk", naam en woonplaats
vaji den fabrikant, gebruiksaanwijzing, een
scheikundige analyse vermeldende het
soortgelijk gewicht bij 15 graden Celsius,
bet gehalte aan vrt, totaal eiwit, albumi-
ne en melksuiker, benevens een aandui
ding van de kwaliteit uit bacteriologisch
oogpunt.
Do verpakking moet niet geopend kun
nen worden dan door verbreking van een
zegel of merk.
De melk moet in samenstelling overeen
komen met de analyst? cijfers op het etiket
vermeld, behoudens relatieve speling van
ten hoogste 5 pCt. boven cn 5 pCt. onder
elk der analyse-cijfers.
Art. 9.
Als gepasteuriseerde volle of afgeroomde
melk mag slechts worden afgeleverd, ten
verkoop voorhanden gehouden, uitgestald
in het openbaar, rondgebracht, rondgevent
of vervoerd, volle of afgeroomde melk, wel
ke voldoet aan de volgende eischcn
lo. Zij mort zijn normaal van smaak,
reuk, kleur en consistentie en afkomstig
zijn van gezonde koeien.
2o. Zij mag bij staan ter hoeveel van
liter in een cylindrisch vat van hei -.r,
kleurloos glas en negen cm. middellijn na
cén uur geen bozinksel vertoonen.
3o. Zij mag bij kokdn niet stollen of
schiften.
Bovendien moet zij vrij zijn van microör-
ganismen, waarvan de culturen in melk
bij verwarming gedurende een halfuur op
79 graden Celsius worden gedood.
Zij moet vervat zijn in een verpakking,
voorzien van een etiket, aangevende naam
en woonplo-ats van den fabrikant, welke
verpakking niet geopend moet kunncu
worden, dan door verbreking van een ze
gel of merk.
Art. 9.
Al3 gesteriliseerde vollo of afgeroomde
melk mag slechts worden afgeleverd, tea
verkoop voorhanden gehouden, uitgestald
in het openbaar, rondgebracht, rondge
vent of vervoerd, vollo of afgeroomde melk
voldoende aan de cischen in artikel 8 onder
lo, 2o cn 3o gesteld, welke buitendien vnj
13 van levensvatbare bacteriën of schim
mels cn vervat in een verpakking, voorzien
van een etiket, aangevende naam rti woon
plaats van den fabrikant en een aandui
ding van de kwaliteit uit bacteriologisco
oogpunt cn welke verpakking niet moet
kunnen worden geopend dan door verbre
king van ccn zegel of merk.
Art. 10.
Het is verboden voor het uitoefenen van
het bedrijf van melkverkooper in gebruik
te hebben
a. een gebouw of een erf, dat niet in ge
meenschap staat met de duinwaterleiding;
b. een gebouw of een erf, waar een an
der middel van watervoorziening dan dat,
hetwelk onder a genoemd is, in oruikbaren
staat aanwezig is, tenzij het middel besta
in een door B. en Ws. goedgekeurden Nor-
tonput.
Art. 11.
Yan het verbod in artikel 10 onder b
vervat, kaD door B. en Ws-, gehoord de
Gezondheidscommissie, ontheffing worden
verleend.
Deze ontheffing wondt verleend "scliipf-
telijk, onder bepaalde voorwaarden en tot
wederopzeggens toe.
Bij deze voorwaarden kan o.a. bepaald
worden, dat in het middel van watervoor
ziening een hoeveelheid methylviolot zij
aangebracht, waardoor het water con kleur
heeft niet lichter dan die van een oplos
sing van 1 milligram dier kleurstof ia 1
liter water.
Art. 12.
Het is aan ieder, die het bedrijf van
melkverkooper uitoefent, verboden voor
het reinigen van vhatwerk, gereedschappen
of andere voorwetpen, welke hij tot de
uitoefening van dat bedrijf in gebruik of
voorhanden heeft, knder water dan uit cte
duinwaterleiding of uit ccn door B. ?n
"Ws. goedgekeurden Nortonput aan te wen'»'
den, te doen aanwenden of too tc Laten,
dat het daarvoor aangewend wordt.
Art. 13.
Onder het uitoefenen van het. bedrijf van
melkverkooper wordt begrepen het hebben
van een inrichting tot steriliseeren, pas-
teuriseeren of op eenige wijze behandelen
cf bewerken van rAelk.
Art. 14.
Het is verbodtfn hot bedrijf van melk
verkooper uit tc oefenen in andere lokar
len dan die, welke biertoe door of vanwege
B. en Ws. zijn onderzocht cn goedgekeurd.
•De goedkeuring kan te allen tijde wor
den ingetrokken.
Ieder, die het bedrijf van melkverkooper
uitoefent, overneemt, aanvangt of binnen
do gemeente verplaatst, is verplicht daar
van schriftelijk aangifte te doen aan B cn
Ws.hij, die het bedrijf uitoefent, binneu
twee maanden na dc in-werking-tr-j.hfig
van deze verordening en hij, die het be
drijf overneemt, opricht, of verplaatst,
binnen acht dagen na de oprichting, over
neming of verplaatsing.
Art. 15.
Hrt is aan melkverkoopers, buiten de
gemeente gevestigd, verboden, binnen do
gemconto melk, welke niet gepasteuriseerd
of gesteriliseerd is, in hoeveelheden kleiner
dan 10 liter af te leveren, ten verkoop
voorhanden te hebbon, rond te brengen,
rond te venten of te vervoeren,
indien zij niet zijn voorzien
van een bewijs, afgegeven door B. en Ws.
hunner woonplaats, waaruit blijkt, dat de
lokalen, waarin melk wordt afgeleverd,
ten verkoop voorhanden gehouden, be
waard, behandeld of bewerkt», ten genoegen
van dat College zijti ingericht en dat het
in die lokalen of op de daarbij behooren-
de erven zich bevindende middel van wa
tervoorziening in staat is deugdelijk water
in voldoondo mato te leveren.
(Wordt vervolgd).
Uit de Rechtzaal.
Haaffsclie Scclitbaak.
Doodslag te 's-Gravenhago.
Als vervolg op het hieromtrent gisteren
vermelde thans nog dit:
Wij iLcrinncron aan do verklaringen
van getuigen, die rurio in den woonwagen
hadden gehoord en dozen hadden zien
schudden als bewogen door vechtende per
sonen.
De caféhouder in wiens kofiehuis de twee
mannen met de tweo vrouwen hadden ver
toefd en waar beklaagde do vcrslagcno
eenigszins bad gepL :gd, verzekorde dat
de mannen niet beschonken waren. Anders
had hij niet getapt».
Toon beklaagdo 3 ii 4 minuten na het
schot uit den wagen was gekomen, droog
hij een boezeroen, (volgens den agent van
politie, die hem arresteerde, was hij ge
kleed in een jas), zei een getuige.
Beklaagde zelf ontkende een boezeroen
te hebben gedragen, toen hij wegliep.
Wat bekladde had gedaan in de 3 h 4
minuten tus&chon het oogenblik, waarop
het schot viel, cn het tijdstip, waarop hij
uit den wagen wegliep, .wist hij zich niet
te herinneren. En Lichtenstciner had, naar
zijn zeggen, dit ook niet kunnen waarne
men, omdat hij dadelijk al zijn aandacm»
aan zijn, vrouw had gewijd.
Twee personen, alsnog als getuigen ge
hoord, hadden 00a het schot hooren vallen.
Zij waren vlak bij den woonwagen. Beiden
meenden to weten, dat bckl. onmiddellijk na
het vallen van het schob uit ten wagen
was gekomen, gekleed in een jas.
Nog eens ondervraagd verklaarde de be
klaagde stoelenmaker kalm zich niets te
herinneren, niet of hij het wapen in han
den had gehad, noch hoe Lij geschoten
had, noch waar hij had gestaan in jien
wagen.
Maar als hij geschoten heeft, moet het
bij ongeluk rijn geweest; in geen geval was
bet opzet.
Aanleiding daartoe wca er geenszins.
Weys, de beklaagdo, was veel te blij, dat
vi/ouw Lichteusteiner ^iju zwakke vrouw
bijstond in do zorg voor de kinderen. Hij
gaf het den president toe, dat het ojcsc-
aclitig, ja meer dan dat zou geweest zijn
het mcasch a bout portant als een hond
neer te schieten.
Do subst.-off icier van justitie, rar. Van
Geuns, wees op de noodzakelijkheid. 0111
deï.o zaak in het openbaar to bercchtcu.
Het vooronderzoek had zoo weinig posi
tiefs opgeleverd, dat heb plicht was flit
to doen, ook dan, wanneer geen vcroor-
dceliug kan volgen. Het O M. moest dj
mogelijkheid scheppen, dat beklaagde cn
Liohtensteiner, die in zoo cugo ruimte bij-
eenwoonden met do verslagene tijdens het
misdrijf, méér zouden gaan spreken. Het
is niet gebeurd.
N&ch beklaagde, nccb Lichtensteiner
hebben iets positiefs verklaard over Let
werkelijke misdrijf. Tegenover zulk een
houding van dezo tweo mannen, tegenover
dezo verklaringen zou ccn ont vettend be
wijsmateriaal moeten bestaan, om devm
beklaagde tc kunnen schuldig verklaren
aan doodslag. Daarvoor moet eastscaan,
dat beklaagde opzettelijk heeft geschoten.
Evenmin staat vast of cr kort voor het
schieten ruzio is geweest; noch of bckl.
nu het schieten nog <1 a 5 minuten in deu
wagen is geweest.
Waarom ueeft het O M. niet subsidiair
ten last-o gelegd het veroorzaken van dca
dood door 6ohuld Heeft bet O. M. daar
aan niet gedacht Zeer zeker. Het O. LI.
zou dat gedaa 1 hebben, wanneer er schijn
of schaduw van ber ijs was geweest», dat
er tusscnen beklaagde en do verelagcno
was gestoeid Maar ook dit staat niet vast
en stond het al vast, dam rou misschien
aangenomen kunnen zij- dat do vrouw
zelf door onvoorzichtigheid, door een of
ander gebaar, het noodlottige schot zou
hebben gelost.
Al kan het O. M. de gedacl.-o niet los
laten, dat hier misdaad ie gepleegd, het
bewijs achtte het niet geleverd.
Het vorderdo dus vrijspraak.
Mr H. van Goudoever, do verdediger
van beklaagde, do feiten breedvoerig na
gaande, achtte ©venals het O M. den
doodslag n-iot bcwczcsi. Mocht de recht
bank anders oordeelen, dan vroeg pleiter
hot opleggen van ccn lichte straf, waar
do motieven voor de daad niet vaststaan.
Pleiter iverzocht tevens boklaagdo OTb-
middcllijk uit de preventicvo hechtenis to
ontslaan.
Do rechtbank begaf zich hierop in raad
kamer en verkJaardo geen fccrmcD aanwe
zig om aan het verrook van den verdedi
ger to voldoen.
Uitspraak in dceo zaak over veertien
dagen.
Stonden er aanvankelijk nog tien andere
zakon op net bulletin vermeld, w. o. dief
stal te Leiden, mishandelingen te Zoetcr-
woudo en Stompwijk, een beleediging te
Leiden en Haagsche zaken, later was be
paald, met het oog op bovenvermelde
zaak, dat gisteren enkel nog zouden aan
do ord© komen een verduistering to
's-G raven hag© en do Leidscho beleediging.
Zoo goschieddo het dan ook en aldus kwam
in den laten namiddag, na uren wach-
tens, voor do beklaagdo in do zaak:
Bolcediging van ©on
Loidsch p-oliti csa gent.
Dcz'o beklaagd© bleek tc zijn do Leid
scho, 41-jarige, timmerman Evert H. van
den B.
Op Woensdag 12 September jl. sprak
dezo toen 6takende timmerman, om zes
uren des ochtends reeds, in do Hoefstraat
aan den 17-jarigen werkwilligen timmer
man Jan A., dio zich naar zijn werk be
gaf. Het doel van Van den i>. was den
jongeling te bepraten niet meet aan Lefr
werk te gnau, maar zich integendeel aan
te sluiten bij do 6taker9. Hierin had Jan
geen zin en toen Evcvt zich tegen hem uit
liet in f .mei als: „AJj hot niet goed--
schiks gaat, dair maar kwaadschiks'^
werd het Jan to erg.
Trouwens heb „hinderlijk volgen", iof
casu mceloopen, was Jan op richzclf reeds
onaangenaam. Daarom riep hij do hulp
van een nabij zijnd politic-agent in en
toen hij zich met Evert bemoeide, zei dezt
tot bem: „Ik blijf voor jou niet staan,
napNu is een politie-agent ecu mendoh
cn geen aap en bovendien is het ongepast
cn ten strengste verboden hem een aap
te noemen. Dus maakte do agent, zich bó-
lecdigd achtende, proccs-vcrbaal tegon
Evert op. Ten govolgo daarvan nu stond
hij gisternamiddag voor du beere».
Do toedracht van het gebeurde, als
boven vermeld, is gebaseerd op het pro
ces-verbaal cn op do getuigenverklaringen
van den agent cn van gezegden Jan A..
cn zijn ouderen kameraad, den timmer
man D. Kr.
Daartegenover stonden echter andera
verklaringen. Yan don beklaagde, die roi
het woord „aap" niet te hebben geboogd,
en van do timmerlieden L. P. H. K A.
V. en C. Br., die dat woord niet hadden
gehoord.
De president wilde wel eens van Evert
weten met welk recht bij zich bemoeido
met iemand, dio werken wilde. Do een
wil werken, een ander niet, dat moet
icdor voor zich weton, maar een derdo
gaat dat niets aan, die mag niemand van
die menschen hinderon.
Dat Evert dit laatste zou gedaan heb
ben, weersprak hij. En ook: hij liet Jan
vrij. Maar aanspreken mocht hij hem toch
wel 1 Meer nqg: ronder dat do arbeids-
willigo Jan hulp had verlangd, vloog do
agent mei geweld tusschcn hen in. Toch
had Evert hom niet beluedigd. Getuigo Kr.
was lo ver af gewcost om het woord, in
dien act gesproken ware, to kunnen hoo
ren.
Het O. M. cischto tegen Evort tien gul
den boete, subs tien dagen hechtenis.
Daar begrc°p Evert niets van. Waarom
bocto et dc gevangenis iu?
Dio getuige Kr., dio ver af was, zou
geloofd worden, en z ij n gtotuigon, dio
vlak bij stonden en niets van iets !a
„aap" hadden Laboord, niet I Dat ging
niet aan. En wat eigenaardig was: eerst
had do agent zich van u ij n getuigen
willen b; 'ie-nen, en toen hij zag, dat dit
voor bcm niet goed zou uitkomen, had
hij zo niet meer noodig 1 Yred© had be
klaagde cr niet mee..
Uitspraak 10 December»
HaarlcniHcke Rechtbank.
Diefstal on bodroiging mefc
0 0 11 mos.
Gisteren nam in het beklnagdenbankjo
der Haarlcmsohe rechtbank plaats, Johan
nes Voogea, to Haarhui, een klein arm
zalig mannetje zooals 'rijn verdediger,
mr. Lieftinek, hem noemt plaats.
Hem wordt niets meer of minder ten
lasto gelegd dan dat hij op den 8&ten Oc
tober in het biorhuri van P. du Bijl in da
Molenstceg te Haarlem do lado hoeft ge
licht, en toen dit word ontdekt door do
biurhuishoudster, haar heeft aangegrepon,
ccn mee to voorschuil heeft gehaald uit
roepende: „Ik zal jo do keel afsnijden" 'b
Mes viel, cu van do gelegenheid, dat V.
zich uukto om het te "\illcn oprapen,
heeft üe biorhuisboudst gcbi c go-
maakt om uit 'h mans broekzak een rijks
daalder cn een gul zijndo het grootst©
deel van het gestolen -ld, te halen.
't Man. etje he ft toen gorocpcn: „Och,
licvo juffrouw, vergeof 'b mijmaar, ja t
is waar, c. jo geld heb ontstolen.
Maar do vrouw zci: „Eerst hot andero
gold", naar hiervan 'wilde V. niets weten.
Hij kneep do vrou do keel en toen zij
het bonauwd kreeg gooide hij haar op
rij en liop do rinkel uit Een buurmeisje
en een buurvrouw hebben hem met ccn go-
opcud mes het bierhuis uit zien komen.
FEUILLETON.
13e ai'isie niciit.
61)
„Dokter, cr is toch nog hoop, nietwaar?
Zij is zoo sterk."
De dokter schudde het hoofd
Misse 11 ie 11 kan het leven nog gered
worden, maar ik vrees, dat dezen keer het
verstand zal weg. lijven. Ik zou liever het
advies inwinnen van rn'.n jongen en knap
pen oollega, mijnheer Yan Daasteren; ik
weet, welk vertrouwen mevrouw Gouivcn
in hem stelde. Misschien zou liet wel goed
goed zijn te - lijk tc tclcgrafeeren aan de
familie.
Lucio haastte zich telegrammen op te
stellen. Zij bracht dcu nacht door bij do
zieke, dio voortdurend buiten kennis bleef.
Den volgenden morg.o. bracut dezelfde
trein mevrouw Opberger, mejuffrouw Eugé-
nie cn Henri van Gaasteren.
XXVI.
Tante Annette stierf niet. Zooals zij wel
eens had gezegd, was zij van etn geslacht,
dat niet bij den eersten slag viel, noch bij
den tweeden. Maar de dokter had juist
voospeld: de hersens waren onherroepelijk
verloren cu ook de beweging kwam niet
terug.
Zij had ©ogenblikken van half-helder-
heid, gedurende welke z© vaag degenen ner-
kend©, dio haar omringden.
Maar toen mevrou- Opberger overtuigd
was, dat zij niet meer ia staat was haar
testamentaire beschikkingen te verandoren,
zoo die al bestondentoen mejuffrouw
Eugéni© had gezien, dat het leven nog wel
wat kon voortduren en dat zij niet noodig
was, waren dez© beide verwanten weer naar
huis teruggekeerd. Maar dit gebeurde toch
eerst, na een bijeenkomst met Lucie, waar
bij Henri van Gaasteren tegenwoordig was.
„Daar tante beslist ongeneeslijk is, ge
heel beroofd van haar ver-land; daar zo
dus, in één woord, .iet-s anders dan mar
terieele zorgen b.hoeft, komt het me voor,
Lucie, dat gij uw vrijheid terug verkregen
hebt," zei mevrouw Opberger, terwijl ze
verschillende dingen in haar reiszak pakt©.
„Die zorgen kunnen werkelijk heel goed
geschieden door een waakster of beter
nog, door een auster," voegdo mejuffrouw
Eugénio er bij, terwijl zij met goedheid
en medelijden het bleeke gezicht vaD Lucie
beschouwde.
Dezo keerde zich onwillekeurig naar
Henri en ontmoette zijn oog, dat haar
met groote oplettendheid gadesloeg.
,,Ik hen hier zeer gelukkig geweest,"
zeide zij met ontroering, „en mijn taak
is veel t© goed voor m.^ geweest, dan dat
ik er aan zou denken haar te verlaten."
„Zij zal uw zorg niet van dien van een
ander kunnen onderscheiden,"
„Maar ik dacht het mijn plicht er mee
door te gaan, tante."
„Zooals u aanstaat, maar het zal moei
lijk zijn; en bovendien, daar Madeion
niet meer door haar meesteres in Loom
wordt gehouden, zal zij voor u uog en-
draaglijker zijn dan ooit."
„Ik geloof, dat mijn plicht mij nood
zaakt te blijven," herhaald© Lucie warm.
Zij keek Henri opnieuw aan en las in
rijn oogen een goedkeuring, gemengd met
droefheid.
„Weet gij, wat mijn tante voor u getiaan
heeft?" hernam mevrouw Opberger zocht,
terwijl zij haar meenam naar het andere
eind der kamer.
„Daar heb ik niet aan gedacht. Ik heb
nooit iets geweten, en ik zou me voor ms
zelve geschaamd hebben, zoo ik zelfs maar
gedacht had aan betaling van mijn zor
gen."
„Het is wel sterk. Alleen maar, wat
gij nu ook moogt doen, canto Annette ia
niet meer in staat het te erkennen, als zn
dat nog niet gedaan heeft."
„Als rij in 6taat was in haar staat van
verzwakking nog ccn verandering in haar
beschikkingen to maken, zou ik niot al
leen met haar willen blijven."
Mevrouw Opberger haalde do schouders
op cn richtte zich tot Hcnri.
„Uw bezoeken worden hoo langer hoe
zeldzamer", zeidc rij. „Komt gij dezer
dagen nog eens eten?"
„Ik houd nog altijd veel van „Werkho
ven", tante, maar ik heb tegenwoordig
een bijna te groot© praktijk; daarenboven,
tante Amelia loopt een weinig en heeft
bijna iederen dag mijn arm noodig om
wat uit te gaan."
Het uur van vertrek naderde. Henri
bad tevergeefs de gelegenheid gezocht Lu
cie te spreken. Op het laatste oogenblik kon
hij haar eindelijk naderen.
„Ik kan," zeide hij „mij noch ver
wonderen over uw beslissing, noch het
edelmoedig gevoel bestrijden, waardoor
zij werd ingegeven.
„Ik ben zeer gelukkig; ik weet, dat Anna
waarschijnlijk spoedig gaat trouwen."
„Het rou slecht zijn, tante nu to ver
laten," antwoordde Lucie, terwijl zij naar
het bed zag.
„En geen enkclo gedachte aan zelfzuc
is ooit bij u opgekomen," voegdo hij cr
bij met fceederen trots. „Als gij eens wist,
wat mijn zuster van u denkt Jk denk dik
wijls bij mijzelf, dat ik aan hilar gebeden
uw edele liefde te danken heb."
„Vraag haar dan ook, dat zij voor mij
moge verkrijgen, dat ik do gelukkige toe
komst, welke God voor mij bereidt, mogo
waardig rijn," roido zij met tranen in de
oogen.
Van dezen dag ai begon voor Lucie eca
tijdperk, waarvan zij do moeilijkheid niet
had voorzien, maar welke haar plichtsge
voel ook niet in het minst deden verzwak
ken. Er was nu niet meer een verstandige
en geestig© oude vrouw te verzorgen,
maar een bewegingloos lichaam, hetwelk
evenals een klein kind moest geholpen
worden. Zooals ook mevrouw Opberger
had voorzien, had Madeion, wel verre van
afstand to doen van haar pruttelen, inte
gendeel nog meer reden om lastig te zijn.
Het verdriet, haar meesteres daar roo
hulpeloos te zien, uitte zich in een grim
mige boosheid en aanmerking op alles.
Lucie leed daaronder, c*-»ch to weten,
dat zij niemand tot last was, was voor
haar een machtige troost Bovendien on
dersteunden haar de brieven van mejuf
frouw Van Gaasteren en uict minder de
heerlijke, hoewel zeer zeldzame bezoeken van
HeDri. Als men twintig jaar is, schijnt
hot leven nog lang cn doorstrijdt men
moedig den moeilijken tijd.
Mevrouw Goulven zou haar edelmoedig
heid niet lang op q'o proef stellen.
Zij overleed juist, toen weldra het huwe
lijk van Anna werd aangekondigd, korten
tijd na den dag, waarop Lucie meerderjarig
was geworden.
Het meisje betreurde haar oprecht met
een diepe dankbaarheid voor do ondervon
den genegenheid, met dc moederlijko liefde,
welke de zusters van liefd'o gevoelen voor
do zieken, die .lij verzorgen on die op geheel
haar aanhankelijkheid kunnen rekenen.
Do familie? kwam bijeen voor do begrafenis.
Lueic stond cr op, om in de handen van
mevrouw Opberger rekenschap af te leggen
van haar werkzaamheid als huishoudster.
Oföchoon haar tante eerst voor den vorm
weigerde, nam zij toch gaarne Lucics aan
bod aan, om de kasten van tante te on-
derzooken, de begrafenisplechtighcdrti to
regelen cn zoodoende ook eenige veldslagen
met Madeion te leveren.
Lucio beweende haar oude tante ernstig.
Zij had het. overigo van den dag willen
doorbrengen met ran haar te dfenken,
maar zij iag weder opnieuw beginnen,
wat haar bij Margarctha's dood zoo tegen
de borat had gestooten, namelijk den
maaltijd voor de geburen en genoodigden.
D&zc maaltijd werd door\ dc afwezigheid
van ernstig getroffen achtergeblevenen,
langzamerhand zoo al niet vroolijk. dan toch
opgewekt.
Toen deze genoodigden vervolgens het
huis verlaten hadden, maakten do erfge-
gonamen zich gereed om het testament te
hooren voorlezen.
(Slot volgt.)