De motor in onze dagen.
Een nieuw middel tegen zeeziekte.
lichaam kronkelt, mag aan zulk eect kos
tuum evenmin ontbreken als een met cdel-
tfeenen bezette band, waardoor de drapee
ring op de schouders wordt bijeen gehou
den-
Zelfs in haar gewone kleeding volgt Sa
rah Bernhardt nooit strikt de nieuwste
mode. De „eeuwig jeugdige" is van het be
gin af buitengewoon 6uooesvol geweest in
het ontwerpen van toiletten en elk afzon
derlijk draagt den stempel van haar eigen
aardigheid.
Madame Sarah creoert niet alleen rollen
maar inderdaad ook modes, die zich niet
spoedig laten verdringen. Wanneer men in
dit opzicht aan de Fransche tragédienne
hulde orengt, zou het onrechtvaardig zijn,
niet tegelijkertijd haar Engelscho collega
Ellen Terry te herdenken.
Miss Terry, wier vereerders kort geleden
ter gelegenheid van haar 25-jarig jubileum
als tooneelspeelster queue maakten en daar
bij een vaar martelaarsgeduld aan den
dag legden, brengt men onwillekeurig met
kostbare brok. .tgewaden van middeleeuw-
schen snit in verbinding.
Ook zij ontwerpt haar tooneelkostumes
evenals haar andere kostumes steeds zelf
en evenals Sarah Bernhardt werkt Ellen
Terry uitsluitend door haar schilderachtige
eenvoudigheid op het gebied der mode.
Zoo bracht zij eenigc jaren geleden de Oli-
viadracht in zwang, die op verrassende
wijze haar verspreiding vond, waarmee elke
bakviseh dweepte en die in menige reeds
op leeftijd gekomen jonge dame nieuwe
Jioop wekte. Iedere lieftallige en minder
lieftallige vertegenwoordigster van 't schoo-
ne geslacht vond zich in het bekoorlijke
Olivia-jak je onweerstaanbaar, want aller
bekoorlijkst zag zelfs de niet meer jonge
kunstenares, die bovendien nooit mooi was
geweest, er uit in het niet moderne kos
tuum van de engelachtige domineesdochter.
Dikwijls hebben miss Terry en madame
Bernhardt allerlei bijzonderheden van do
mode uit reeds lang vervlogen eeuwen op
onze meest moderne kleeding toegepast. De
kapsels van beide kunstenaressen zijn her
haaldelijk door do eerste coiffeurs gekopi
eerd, om d~ dames uit de groote wereld
tevreden te stellen, die a la Bernhardt,
reap, k la Terry gefriseerd willen worden.
Van Ellen Terry zeide eens de onlangs
overleden Henry Irving, dat zij even zorg
vuldig haar kleeding bestudeerde als haar
rol.
Zooals bekend, is in Engeland de, ten ge
volge van de onvoldoende bevuring der kust,
buitengewoon dikwijls noodigc red dings ar
beid, geheel en al een zaak van particulier
itiatief. De reddingsstations hangen voor
hun onderhoud geheel af van particuliere
weldadigheid.
Van een doelbewust systeem, van een
doordachte verdeeling der reddingsstations
kan onder deze omstandigheden geen sprake
zijn. Het beste werk levert nog altijd het
goede hart der schippers- en visschersbevjl-
king. Deze brave ueden wagen niet slechts
lijf en leven en het bestaan hunner families
aan hun grootsch, gevolgenrijk werk via
weldadig aandoende naastenliefde, op vele
plaatsen verdragen zij' zelfs de grootste ont
beringen, om het geld voor het onderhoud
en de reparatie hunner bc'oten bijeen te
brengen. Al deze booten zijn geschenken
van eenige particuliere weldoeners.
Lang niet zelden leest men, dat deze of
fers voor het eene of andere station niet toe
reikend zijn, dat de redders zich in c'nvol-
doend gerepareerde booten op zee wagen
moetener T^ordt met aandrang om eenige
„ponden" gevraagd, om ten minste vcor de
allernoodzakelijkste herstellingmaatrege
len te kunnen nemen.
De Engelschman geeft over het algemeen
gaarne. Maar zelfs de instelling van de
viermaal per jaar terug omende „reddings
boot-Zaterdag', waarop in de drukste ge
deelten der steden door jongedames met een
miniatuur-reddingsboot gemanifesteerd
wordt om geld bijeen te brengen, heeft tct
nu toe geen voldoende middelen opgebracht,
evenmin als de het geheele jaar door ge
houden huisccllecte der schooljeugd.
Daarom verdient het des te meer erken
ning, dat de Royal National Lifeboat In
stitution," welke de financieele verzorging
der reddingsstations ondernemen heeft,
zich verheugt in de bescherming van maat
schappelijk hooggeplaatsten, maar steeds
kampt met het deficit, niet moede wordt,
aan de verbetering der reddingstechniek te
werken. Haar bemoeiing op dit gebied le
vert goede resultaten. Daarvan legt c'.a.
de in het vorig jaar gehouden Londensche
zee- en visscherijtentoonstelling getuigenis
af. Haar werkzaamheden zijn in meer dan
één opzicht baanbrekend. Zij heeft ook
thans ,weer het initiatief gencmen om den
motor aan de reddingsboot te verbinden. Den
stoot hiertoe gaf de in het voorjaar bij de
motorboot wedstrijd en t© Nizza opgedane
ervaring van de bruikbaarheid van den mo
dernen motor cok bij iware zee, en de blijk
baar groote vooraeeJen, die hij tegenover
de stoommachine bezit.
In c"j eerste plaats Komt in aanmerking,
dat men geen tijd behoeft te verliezen om
eerst stoom op te maken. Ook is de machine
veel lichter. Veïder nemen de motor en haar
brandstof minder ruimte in beslag. Einde
lijk kan hij in het midden der boot zóó aan
gebracht worden, dat het gebruik van het
roer en het overzicht des bootsmans over zijn
bemanning niet belemmerd wordt.
Een gansche reeks proefnemingen met mo
toren heeft plaats gehad. De laatste en best
geslaagde waren die van den Thornycroft-
motor, welke op de Theems plaats hadden
onder leiding van kapitein Nepson, Hoofd
inspecteur der reddingsbooten.
De Newhavener reddingsboot „Michaël
Henry" werd voorzien van een viercylinde-
rigen motor van 24 paardenkrachten. Met
volle uitrusting, ballast en bemanning werd
een gemiddelde snolhe.ri van 7.3 knc'open be
reikt. Voorts nam men proeven over de
houding van den motor bij het omslaan.
Eerstens wilde men weten of het machi
nehuis volkomen waterdicht was en twee-
dens, of de motor automatisch tot stilstand
kwam, zcodra de boot met de kiel naar bo
ven drijft. Vooral het laatste is van belang,
want werkt de motor door nadat de boot
omgeslag- is, dan brengen de schroeven
alles, wat er mee in beroering komt, in
groot gevaar Men deed de boot J. weemaal
omslaan en beide keeren werd de petrol eum-
toevoer afgesneden, toen de boot begon te
kenteren, en stond de machine direct stil,
zo'odra de boot zich geheel op de zijde ge
legd had. Het machinehuis bleek geheel (wa
terdicht te zijn en de motor kon na het
herhaalde overslaan weer zonder moeite in
werking worden gebracht en liep goed.
Het station Newhaven zal de motorred-
dingsboot in gebruik nemen en als zij daar
bij evengoed voldoet als de proefnemingen,
zal do tijd, dat zij algemeen wordt inge
voerd, wel niet lang op zich laten wachten.
Te Huil werden prooven genomen om
te weten in hoeverre gasmotoren ter voort
stuwing van goederenyaartuigen op de ka
nalen in Engeland in de praktijk zouden
voldaan.
Ook hier wordt de Thornycroft-motor ge
bruikt, waarbij onder meer het voordeel
bestaat, dat de kans van ontploffing tot
een minimum is gebracht, daar geen gas
meer in voorraad wordt gehouden, doeh al
leen cPtwikkeJd, als het cok wordt ge
bruikt. Ook is een groot voordeel, dat
slechts de helft van de brandstoffenhoeveel-
heid worclt gebezigd, vergeleken bij een
stoommachine van dezelfde krachtsontwik
keling. Het te tale gewicht der installatie
bedraagt 2 3/4 ton, de ruimte, die zij in
neemt: 7 voet, 6 duim bij 3 voet 9 duim,
met een hoogte van 6 voet.
Mochten deze proeven gelukken en de
kans van slagen is wel gunstig te noemen,
dan zal vcorzeker de scheepvaart op de ka
nalen zeer veel verbeteren en daardoor een
goedkooper vervoer der goederen worden
verkregen, dat nu bijna uitsluitend per
spoorweg plaats heeft.
En het vervoer langs de kanalen kan van
gr cot© beteekenis wezen. In Eelgië bijvoor
beeld vermeerderde d© kilometrisch© ton
neninhoud van 852,137,000 in 1901 tot
1,035,422,000 in 1902, terwijl het Rijk een
som van 4,144,485 besteedde aan het on
derhoud der kanalen.
In Frankrijk werd voor het verbeteren
van tlido kanalen en hot maken van nieu
we een som van 41,200,000 franken besteed.
Ook in Duitschland zijn tot verbetering
der binnenscheepvaart groot© werken uit
gevoerd, die het Rijk op 83,644,000 mark
zijn komen t© staan.
Een merkwaardig verschijnsel in do IJs
landse he visscherij van de laatste twee ja
ren is het invoeren van motorbooten voor
d© kustvisscherij. Vooral in het laatst©
jaax is haar aantal toegenomen. Sommige
worden in IJsland zelf gebouwd, terwijl
een groot aantal uit Denemarken wtTdt
ingevoerd. De meeste worden gebruikt te
Seydisfjord, Isafjord en Oefjord, grooten-
decls voor visscherij, en sommige, vooral
te Reykjavik, voor goederenvervoer.
Gewoonlijk zijn deze booten open, doch
eenige eigenaars laten zo (.verdekken, het
geen vooral noodig is bij diepzeevisscherij.
In Duitschland is tie bouw van motorboo
ten zeer levendig. Op het oogenblik zijn
een_ 20-tal in aanbouw of pas afgeleverd,
waarender er zijn voor Argentinië, Cen-
traal-Amerika, West-Afrika, Frankrijk, enz.
Houden spinnen van muziek?
Tot heden is door vele natuuronderzoe
kers en zooiogen beweerd, dat de spin ge
voelig is voor muziek en er van houdt.
Dahl o.a. beweert bij de spin bijzondere
gehoor-organen to hebben waargenomen.
Proefnemingen^ door den heer Lecaillon
gedaan, geven evenwel een zeer eenvoudige
oorzaak aan voor wat bij de spin werd op
gemerkt, als er uziek in haar nabijheid
werd gemaakt. --
D© gewone tuinspin werd door den heer
Lecaillon in een glazen bokaal gehouden,
waarin het dier eenzelfde web spon als in
de natuur tusschen de bladeren en de tak
ken der boomen. Bracht hij een brommend
insect, een vlieg, voor den ingang der flesch,
aanstonds kwam de spin uit het midden
naar den kant van het geluid. Lecaillon
beweert, dat muziek, de trilling der luoht,
de spin aan het gezoem van insecten her
innert en haar daarom beweeglijk maakt
en aangenaam aandoet.
"Voor de zooveelste maal is er weer eens
een bepaald onfeilbaar middel uitgevonden
tegen do zeeziekte. Een uitstekend militair
arts van de Vereenigde Staten, Alfred Gi-
rard, maakt in het orgaan van de Ame
rikaanse he medicinale vereenigin^ zijn er
varingen openbaar, met een middel tegen
de zeeziekte, dat? waarschijnlijk nog wel
nimmer tegen deze demoraliseerende kwaal
is aangewend en waaraan een zekere pi
kante gloed der nieuwheid niet kan ont
zegd worden.
Het geneesmiddel bestaat namelijk uit
een mengsel van atropine en strychnine.
Het spreekt nu bijna vanzelf, dat deze A-er-
giften een probaat middel tegen zeeziekte
zijn, want zij zijn al in betrekkelijk gerin
ge dosis ïoo onvoorwaardelijk doodelijk,
dat men er maar genoeg van in te nemen
heeft om de zeeziekte voorgoed en voor al
tijd kwijt to raken. Maar 7.00 bedoelt Gi-
rard het natuurlijk niet. Hij heeft met zijn
mengseltje met het beste resultaat proeven
genomen op personen, wien hij het gif on
der de huid inspoot, in tegenstelling met
vroegere middelen, die alle werden inge
nomen.
Natuurlijk is de hoeveelheid ingeënte
stoffen uiterst gering. Zoo wordt van zwa
velzure atropine 5 tienduizendste milli -
gram en van zwavelzure strychnine 1 dui
zendste milligram congewend.
De inenting kan bij het begin der reis