Ni 14217
Saterdag 30 Juni,
A®. 1906.
(gourant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Dit nommer bestaat uit
VIER Bladen.
Eerste Blad.
Offieieele Kennisgeving.
In de Stedelijke Werkinrichting.
FEUILLETON.
U© ggeslotoft
LEIDSCH
DAGBLAD
PRIJS DEZER COURANT!
Vaoi Lddn po mt 9 Oentii pu S mundea t f L10,
Bulten Lelden, pa loopei en nu agentes gereitigd rijn J 1.30.
Prance pej poel L65.
PRIJS DER ADYERTENTIENi
Van 16 regels /"L06. Iedere regol meer /0.17J. Grooter® letters n&&r
plaatsruimte. Kleine advertentiën ran 30 woorden 40 Gents oontant j olk
tiental woorden meer 10 Gents.-Voor hot boasaeeren wordt/"0.05 berekend.
Oplaten van vliegers.
Burgemeester en Wethouders van Leiden,
Gezien art. 35bis der Verordening op do
Stnaatpoliti© van den lsten April 1897
(Gemeenteblad No. 6) lar stelijk gewij
zigd bij de verordening van den 7den Juni
1908 (Gemeenteblad No. 24), luidende:
,,Heü is verboden op den openbaren weg
elders vliegers op to laten, dan op p1 nat
ion, door Burgemeester en Wethouders
daartoe aangewezen."
Brengen ter algemeen© kennis, dat ala
plaatsen, waar het, mot uitzondering van
andere, geoorloofd zal zijn op den open
baren weg vliegers op to laten, zijn aan
gewezen:
de Nieuwe Beestenmarkt, de Lammer
markt, do Haarlemmer weg tussohen do
Raaii.stra.at en den Spoorweg, het Galgcwa-
ter zijde Noordeinde, do Kronensteinkado
en do Roodenburgerstraat, doRijndijkstiaat,
liet Utrechlsch Jaagpad, de Zuidsingel, do
Minnebroeregracht, do Kijfgraeht en de
Havenkade van de Kijfgraeht tot het
einde.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
HE RIDDER, Burgemeester.
VAN HEYST, Secretaris,
Leiden, 28 Juni 1906.
Hoogere Burgerschool voor Meisjes.
Burgemeester cn Wethouders van Leidon,
Gezien artikel 20 der Verordening van
'den 7den Mei 1890 (Gemeenteblad No. 5);
Brengen ter algemcene kennis, dat het
eerste toelatingsexamen voor de Hoogere
Burgerschool voor Meisjes dit jaar zal aan-
yangen op Donderdag 12 Juli a-s., des voor
middags te 9 uren> in het sohoolgebouw aan
de Garenmarkt.
Burgemeester en Wethouders vöo-aoomd,
DE RIDDER, Burgemeester.
VAN HEYST, Secretaris.
Leiden, 9 Juni 1906.
Hoogere Burgerschool voor Jougeus.
Burgemeester cn Wethouders van Leidon,
Gezien artikel 20 der Verordening van
den 3den September 1895 (Gemeenteblad
No. 6);
Brengen ter algemeen© kennis, dat hot
eerste toelatingsexamen voor de Hoogere
Burgerschool voor Jongens dit jaar zal
plaats hebben op Dinsdag 10 Juli a.s. en de
drie volgende dagen en het tweede op 3, 4
en 5 September a.s., in het schoolgebouw
aan d© Picterskerkgracht aldaar.
Burgemeester ©n Wethouders voornoemd,
DE RIDDER, Burgemeester.
VAN HEYST, Secretaris.
(Leiden, 9 Juni 1906.
DRANKWET.
Burgemeester en Wethouders van Leiden;
Gelet op do artt. 12 en 37 der Drank
wet;
Brengen ter algemeen© kennis, dat door
M. SIRAG, wonende te Leiden een ver
zoekschrift is ingediend om' verlof voov den
verkoop van alcoholvrijen drank, voor go
bruik ter plaatse van verkoop, in het per
ceel Oranjegracht No.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
DE RIDDER, Burgemeester.
^VAN HEYST, Secretaris.
Leiden, 30 Juni 1906.
Over con curieus achteraf pleintje, met
merkwaardig ouden met gras begroeiden
muur, (overblijfsels van de „Onze Lieve
Vrouwekerk") langs e-. n. straatje waar
middenin een geit aan een touw blèrt,
komen we aan do bescheiden blauwe deur
poort, waar met witte letters boogsgewijs
op 6taat: „Stedelijke Werkinrichting''.
W© bellen aan en worden onmiddellijk
opengedaan d~ .r een witgekielden portier,
die o?n den hoek op wacht blijkt to zit
ten, gaan lar^s «.'c keukens, waar een
reuk van ^©smolten rundvet uitgeurt en
treden het gebow binnen.
Een gunstig verschijnsel is, dat, waar
in d© oprichtingsjaren, toen Leiden van be
delaars overstroomd was, d© nirichting
een achthonderd mannen en vrouwen her
bergde, successievelijk dat aantal tot
honderd des winters c:i een zeventigtal
des zomers is afgedaald.
Nu vindt men, daar de Leidsch© fa
brieken alle goed© werkkrachten opslor
pen, hier alleen, lied ouden van dagen
cn mannen en vrouwen, die om een of an
dere reden niet gosch^-t zijn elders hun
kostje op te halen. Ge-n werkeloozen als
vroeger.
In de groote mannenzaal, belangwek
kend doordat Boerhaave hier vroeger zijn
colleges gar, wordt nu college gehouden
in het koffioboonen schiften; een paar
mannetjes^ geestelijk schaar^ bedeeld,
wicn dat inderdaad te hoog gaat, houden
zioh met tor pluizen onledig. Maar de
ijver en do toewijding, waarmee naar do
Europeescho vermaardheid geluisterd
werd, kan niet grooter geweest zijn dan
waarmee hier woiüt geSboonenschifb"' en
„getouwpluisd."
De (meest •ul-teenloopende ty'pen zitten
o>m de lange tafel geschaard: 'n enkele
jonge man, één, een opperman, die door
de werkstaking der timmerlui zijn congé
kreeg; maar meest ouwe mannetjes, door
hun ongegeneerde lange grijze lokken iets
professoraals omdragend, die over den
afgegleden bril liera voor ccn ooger-hlik
de boonen boonen laten en de bezoekers
met een aandacht monsteren alsof het
boonen waren, om dan weer ijverig met
vlugge handbeweging door te gaan met
grabbelen.
Of er in dit gezelschap weinig geboren
causeurs zijn, of alle stof door een langdu
rig samenzijn al behandeld is en men el-
kaars opinie al te goed van nabij kent, dan
wel of de praatbronnen gaan verdrogen mot
den ouderdom, conversatie is hier niet.
En zoo kan het in deze heele groote zaal
met de zoo geruischlooze bezigheid eigen
aardig stil zijn en als men de rij ern
stige, in zichzelf gokccrdo oude-mannetjes-
koppen langs kijkt, gaat men het in Boer-
baave's vertrek zelfs drukkend' vinden.
Ho© heel anders is hot in het vrouwen
verblijf! Gekakel, gelach of geznng hoort
men al bij hot naderen. Stilte heersolit
hier nooit, wel oplevingen van tempera-
men^ waar de directeur soms aan te pas
moet komen. Di© kan er staat op maken
dat, „als ter wat is", „hot bij de vrouwen
is." Maar, dit moet ook gezegd, als ze
goed met mekander zijn, geen vuiltje aan
do lucht, dan is het hier gezelliger.
Hier ziet men nog is een koffiepot, hier
hebben allen wat lo vertollen, of altijd één
wat te vertellen.
De botsingen komen dan ook alleen, houd
ik er voor, als er nieta praat-baars meer is.
Maar als er geen kijk op binnenlandsche
verdeeldheid is, paix en vree regecreu cu
de Mumming bijzonder geanimeerd wordt,
dan raakt di© meestal vlot cn heft jong en
oud eenstemmig een gezang aan.
Te midden ven kleine kibbelarijen,
waarvan zo dikwijl3 d© onschuldige oor
zaken zijn te midden van zakken boonen,
waarvan ze af mogen blijven, met niets om
zich mee bozig te houden dan met hun
eigen tevredenheid, scharrelden hier een
paar kindertjes rond, arme, beklagens
waardigo stumperds. Eén kindje was ziek
Do moeder had het in haar arm, terwijl
zo met de andere hand doorging met boo
nen schiften (want men kan wel een ziek
kind hebben, maai géén tijd om zich er mee
to bemoeien). Over het andere kleintje
ontfermt zioh do heelo vergadering, zich
om beurten moederrechten en moeder
plichten toccigenend en af en toe de moe
derweelde door 't tttumperd op hour schoot
's aan to halen.
We begaven ons nu naar boven,
In een groote zaal, vroeger door tien
tallen gebruikt, vindt men nu in diep©
stilt©, een eenzamen tabakswerker en een
©ven eenzamen mattcnvlochteiv Met hun
tweeën werken zo hier dag in dag uit, do
een© tabaksblaren rispend van de stelen, de
ander© gevlochten kokosdraden verwer
kend tot rouzenmatten, zooals men ze hior
in do scholen ziet liggen.
Levendiger gaat het toe in do zaal
waar de wovers aan het werk zijn. Do wie
len snorren, de weefgetouwen kraken. Hier
werken ook vader en moeder van het kind
dat beneden was. Bij hen is een ander
vijfjarig, 'n idiootje, dat niet grooter is
dan een éénjarige, 't zit in een hobbel
paardje, hobbelt met do energi© van een
door 'n idee fixo bezetene, mischien ook
door d© aldoor draaiend© wielen om hem
heen, tot zenuwachtig© navolging opge
wekt. Soms ook gaat hij slapen in de
groote zaal er naast, waar een afgekapt
bovenstuk van een wagen hem tot wiegje
dient. Maar meest klaagt hij, al paardrij
dend, zaoht huilend, zijn kinderleed uit,
do knagingen, di© in zijn idiot© hersentjes
woelen, al het wee dat hem verteert, wio
zal het zeggen, en met iederen dag dien
hij daar slijt wordt hij lichter, blceker,
maar rijdt op het paardje aldoor op en
neor, mee met do wielen die snorren, met
do treeplanken die wippen, als een er bij
tolioorendo beweging, voortgedreven door
onbegrijpelijke energie, door onbegrijpelij
ke physieko kracht o-k. In deze omgeving
werken vader, moeder en kind van
's ochtends acht tot 's avonds zeven. Te
hopen is 't dat het kindje gauw het werk
zal gaan staken om deze zaal, waar alles
beweegt en rumoert, in te wisselen voor
rust en groen, weelde-artikelen die hij bij
zijn leven niet heeft gekend.
Er was dien ochtend iets buitengewoons
op do zaal. Brammetje, een tachtigjarige,
was gisteren ziek geweest, dc dokter was
er Aan te pas gekomen cn had gezegd, dat
hij naai" het Ziekenhuis toe moest, maar
toen liet ziekenwAgentje voorkwam, hal hij
cr niet in gewild cn den volgenden mengen
stond hij voor het huis".
„Nou meneer, hoe vin u 't van Bramme
tje?" werd den directeur gevraagd.
,,'n Kraan van 'n vent I" zei do direc
teur.
„Maar waarom wilde je toch niet, Bram
metje 1" vroeg ik.
En de kleine oogjes vec-lbeteokenqnd naar
me toedraaiend met nadruk: ,,"k Heb der
mijn vader en een nichic gehad, maar dio
wazze gauw weg. En bovendien l»en 'k
opperbest, alleen kon 'k gistermorgen in
cone nie meer loopen en zoo licht wor ik tel
kens in me hoof, maar anders ben 'k
best 1" en ineens met een schor stemmetje
en ccnigszins komieke branie: „wat mol te ze
in 't huis met een gezonde kcrivl doen?"
En 11a een paar keer zijn spoel heen en weer
gegooid te hebben: „maar 't is toch niet
mooi, dat me vrouw zei, da'k meneigo ziek
hiel. Een tweede vrouw is 'n groot verschil
bij 'n eerste", voegde bij cr philosophisch
aan toe: „dezo vin mijn to oud
„Gisteren lee die in de koors en ze riep
maar aldoor: „vooruit naAr het huis; viel
een zaaldame hem bij.
„Ja, ze is nie goed voor mijn." zei
Brammetje plechtig, „cn ik heb zoo'n goeie
eerste in hot graf. Drie kaste haddj me,
één hang, één kleere en nog één en een
kleed oppo vloer."
Maar niet lang bleef hij bij dezen ge
lukkigen tijd staan cn nvet zijn ooi ijk ge
zichtje, oogenknippend, bluft© hij: „der
waaz© wel duizend mens© op de Brec-
straat toen 'k trouwde met m'u tweede,
verleden jaar."
„En hoo oud wag je bruidje?"
„Zes en zestig, meneer!"
„Nou, maar ie hèt plesder van z'n biuid-
je," spot-siste do buurvrouw, die zelf geloof
ik, 't ouwe baasj© nog wol had willen heb
ben.
Een witgekield ouwetje, 'n tijdgenoot,
stond af on too goedig al deze kroniek to
bevestigen. Dat was de meesterkneeb een
taai© eon en tachtiger, die hier al een der
tig jaren is. Met een vergrootglas en aller
stevigste fok, houdt hij zijn administratie
bij on die is, dat moet gezegd, allerkeurigst
in orde. Verleden jaar heeft hij ccn engo-
luk gehad, waardoor zijn „gezicht cr niet
op is verbeterd. „Ik liep naar huis." ver
telde hij, „en ik liep regelrecht de TTccrc-
gracht in, in eene finaal der onder, geluk
kig da 'k nog een beetje zwemmen kon,
want 't was op verdrinken af. 'k Hal net
een nieuw© pet op en weg; dat moet dan
net zoo ongelukkig treffen! En me gezicht
is na di© tijd ook minder, 't licht i:< der
uit geslago
„Dug do ouderdom heeft er nieti mee to
maken?"
„Kan u denken, geen sprake van
„Je Iveb zeker al een heel nageslacht?"
„Oppe kleinkindors kan ik netuurlijk
geen oog houen, maai* vijf kinders heb ik,
of vier lievor, want één is der dood, r.j) ik
heb een hecle beste vrouw gehad
„Ja, zei de directeur, „oen knappe, net
to vrouw heeft i© gehad."
Nu, netjes zag hij er nóg uit, en, zoo als
ik al zei, zijn boekhouding van netto regel
matige lettere en rondo, ordelijk© ij fors
is om een puntje aan te zuigen voor menig-
eon, die de helft of het vierde van zijn
leeftijd telt.
W© passeerden nog een wever, die maar
het gebruik van één voet heeft cn met da
hem resteerende, beide treeplanken bedicut.,
We doorliepen het gebouw, doorliepen
ook in gedacht© do geschiedenis van dit
oudo huis, dat in don loop der ccuwon tot
allerlei vcischillendo doeleinden heeft ge
diend. Oorspronkelijk klooster, (in 1159
waarschijnlijk reeds), later Pest- en dolhuis
daarna Sts-Cecilia-gasthuis cn nu sinda
1852 geopend voor Leidsche wcrkoloozen,.
dio hier al werkende hun kostj© verdiener»
en dit in den moest letterlijken zin, want
ze krijgen er den kost en naar gelang van
productiviteit een heel gering loon, zoodat
ccn betrekkelijk kleine gemeentolijko bij
drage maar noodig is om al dezo werk-'
krachten, dio werken willen, maar dikwijl»
niet gevraagd worden op de arbeidsmarkt,
toch in staat te stellen hun nederig arbeid
zaam rolletje to spelen. Een nuttigo uitste
kend mcnschliovcndo stichting die Stedelijk©
Werkinrichting."
Leiden, 30 Juni.
De hoor H. Ringcrsma, ondenv ijzer
aan de Chr. School t© Oenkerk, heeft zijn
benoeming tot onderwijzer aan do Chr.
School P ie te rekerk gracht alhier, aangeno
men.
Benoemd is tot hoofd der Christelijke
school to Leimuiden dc heer R. A. den
Ouden, t© Rotterdam.
Do Commissaris cler Koningin in do
provincie Zuid-Holland lieeft benoemd tot
lid van de Gezondheidscommissie te Alfcn,
wiens Aftreding volgens den rooster zal
plaats hebben op 1 Juli 1907, don lieer P.
de Graaf, arts t© Alfcn; aangewezen tot
voorzitter van de Gezondlieidscommissio to
Alfcn het lid dr. A. G. Metzlar, te Satsen-
heim.
Aan den Gemeenteraad van Amster
dam is een adres gezonden, voorzien van
1536 handteekeningen, uitsluitend van win-
kelieT9, waarin den Raad verzocht wordt
d© concept-verordeningen op het sluitings
uur van winkels cn magazijnen spoedig in
behandeling to nemen, opdat zij nog inct
het aanstaande stille seizoen in werking
kunnen tredo-r en hot sluitingsuur voor
allo werkdagen op 9 uren to bepalen, uit
gezonderd des Zaterdags.
Een twaalftal onderwijzeressen t©
lthenen hebben aan do Koningin verzoekt
haar goedke ring te onthouden aan heb
Raadsbesluit, waarbij aan onderwijzeres-
sen do verplichting wordt opgelegd om
ontslag te vragen op den dag van haar
huwelijk.
Als het ,,N. v. d. D." goed is inge
licht, zal het beeld op den Dam to Am
sterdam bezwijken voor do sinds jaien
er tegen gevoerde oppositie, in den lnat-
ten tijd gesteund door kennelijko ouder
domsgebreken. De Maagd zou door een
bronzen statuette worden vervangen.
Gistermiddag kwainon 10 officieren van
het huzarenregimont uit Crcfold t© Knldcn-
kirchen aan, onder bevel van luitenant-
kolonel v. Storck. Zij werden aan d© gron»
ontvangen door kolono] Westenberg, com-
26)
Op het oogenblik had zij echter geen
reden zich iets te ontzeggen. Hij leek een
geheel ander mensch, steods even vriendelijk
en huiselijker dan hij ooit in do tweo jaar
van hun huwelijk geweest was. Bij dit eer
ste uitstapje had Thea verklaard, dat zij
zoo'n ritje verrukkelijk vond. Daarom kwam
in het vervolg bijna iederen dag de equi
page voor en doordien Ronsberg verzekerde,
dat d© dokter deze ontspanning niet alleen
aan Carola toestond, maar haar zelfs voor
geschreven had, sprak het vanzelf, dat
haar vriendin Thea haar vergezelde. Meestal
schikt© het zich echtor zoo, dat Ronsberg
ook van d© partij was, Was hij echter een
enkelo maal door „arbeid" verhinderd, dan
kwam hij geregeld slechts enkelo minuten
na het rijtuig op zijn volbloedpaard aan het
'doel van den rit.
Heerlijko uren volgden dan in do frissohe
buiteniuchb en op den terugrit reed hij|
naast het rijtuig en onderhield hij zich le
vendig met do dames.
De klein© oplettendheden, dio hij voor
haar over had, verdeelde hij eerlijk tusschen
beiden. Evenals voor zijn vrouw lag ook
voor Thea iederen keer een ruikertje op
haar zitplaats en Carola kon er verzekerd
yan zijn, dat geen van haai- wenschcn on
vervuld bleef.
Toch bemerkte zij spoedig, dat hier ver
andering in kwam. Het gesprek v erd in
hoofdzaak gevoerd door Eugen en Thea.
Het eerst luisterde hij naar hetgeen Thea
zei, haar voorstellen volgde hij op en haar
genoegen te doen was zijn eenig streven.
Hij veronachtzaamde zijn vrouw wel niet,
zooals hij het de laatste maanden gedaan
had, maar hij hield zich slechts voor den
vorm' mot haar bezig, terwijl zijn blikken
en zijn belangstelling Thea golden. Soms
bewonderd© hij openlijk haar schoonheid
en sedert hij wiet, dat „Thea" een verkor
ting was van „Therese", veranderd© hij
dezen naam in „theeroos". Deze bloem werd
van nu aan zijn lievelingsbloem en steeds
droeg hij er een in het knoopsgat. In hot
begin had Carola om' dit spel gelachen; nu
begon het haar te vervelen. Voor haar nam
hij de bouquetten van tafel, voor Thea wer
den zo besteld. Soms waren er moeilijk
theerozen te krijgen; dan gaf hij de bood
schap, dat hij etr op stond z© t© hebben.
Bijna met een gevoel van afgunst zag
Carola ho© Thea overal de aandacht trok
en dit was nog sterker, wanneer zij zich
in gezelschap van Ronsberg vertoonde. Het
viel niet te loochenen, dat zij eenigszins
op elkaar geleken. Dezelfde slank© gestalte,
dezelfde trotsche houding on hetzelfde
donkerblonde, dichte golvende haar. Aller
oogen waren steeds op het paar gericht.
Overal hoorde men fluisteren en vragen,
waardoor do ijdelhcid van Ronsberg ge
streeld werd, terwijl Carola's ontstemming
toenam, wanneer zij zag, met hoeveel ge
noegen hij zich die bewondering liet wel
gevallen. Het vorige jaar had men haar
zoo nagekeken en de trots, die toen op
Eugen's gelaat lag, gold zijn mooie vrouw,
die nu met liaar bleeke wangen en haar
moede oogen slechts dienst deed om do
schoonheid der andere nog meer te doeD
uitkomen. Zij verweet zichzelf dez© klein
geestigheid en streed met kracht togen do
jaloezie, zonder dez© echter te overwinnen.
Haar gelukkige stemming, veroorzaakt
door zijn vriendelijkheid, was geheel ver
dwenen. Scherp luisterde zij naar ieder
woord, lette zij op iederen blik, dien de.
twee mot elkaar wisselde^ en vaak beefde
zij van drift.
En in het eerst had rij het nog wel pret
tig gevonden, dat Eugen gaarne in Thea s
gezelschap was, zoodat haar aanwezigheid
hem m'cer thuis hieldMet welk een vreug
de had zij niet die uitstapjes begroet, waar
in hij plotseling weer lust had 1 Het maakt©
haai' gelukkig, dat zij haar vriendin, die
zooveel moest ontberen, van dat alles kon
doen genieten. Nu was haar genoegen ech
ter vergald. Zonder morren' zou zij weer
teruggekeerd zijn tot haar vroegere een
zaamheid, indien zij daardoor slechts had
kunnen bereiken, dat Eugen en Thea ©lkaar
niet meer ontmoetten. Maar de zoraerva-
cantie was begonnen, waardoor Thea meer
vrij had, cn iederen dag verzon Ronsberg
een ander pretje, waarmee hij zijn vrouw
en haar vriendin verraste, echter zonder
zich in het minst t© hekommeren om de
wenschen ran zijn vrouw, of haar ooit te
vragen of zij er wel lust in had. Indien
zij het waagde or slechts even op te zin
spelen, dat zij zich niet sterk genoeg ge
voelde, trok zijn voorhoofd in de somber
ste rimpels samon, en uit vrees haar ge
moedsstemming te verraden, zweeg zij.
Maar zij ergerde zich aan do vroolijklicid
van haar levenslustige vriendin, en haar
jubelend lachen, waarmede hij st®eds ir-
sternde, deed haar pijn.
Dag cn nacht dacht zij er over na, ho© zij
hierin verandering kou breng©-, zonder
Thea te verliezen. Eindelijk greep zij naar
het minst geschikte middel, doordien zij
zich aanbood alleen met Thea uit rijden
t© gaan, opdat hij niet to veel uit zijn work
gehaald word.
Tot voor eenige weken had hij, wanneer
zij eens haar verlangen naar de een of an
dere verstrooiing uitsprak, slechts één
antwoord gehad: „Ik heb geen tijd;'' nu
vond hij haar voorstel verbazend grappig
en maakt© hij aardigheden over liaar „tcc-
dere zorgen".
Ook een poging, om haar uitnoodigingen
aan Thea te beperken, had slechts tot ge
volg, dat zij tot de ontdekking kwam, dat
haar man er niet tegen op zag zelf <ie vier
steile trappen naar liaar woning op tc klim
men, wanneer zijn vrouw een boodschap
voor haar vriendin had. Natuurlijk diende
dit slechts om haar jaloezie te vermeerde
ren. Moest zij zich zonder eenig verzet zijn
hart laten ontrooven'? Moest zij geduldig
toekijken, terwijl een ander meer en meer
daarin de plaats veroverde, dio liaar toe
behoorde? Waar was haar moed gebleven,
dio haar eens deed' zeggen: „Yoor een ge
sloten poort blijf ik niet staan; zij moet
open Zij had haar geluk zelf moeten ver
overen, moest zij het nu zonder strijd la
ten verloren gaan.
Maar misschien deed zij hem onrecht.
Misschien dacht hij in zijn hart aan geen
ontrouw cn hield hij zich alleen zoo druk
met Thea bezig, om zijn jonge vrouw ccn
genoegen te doen cn haar den moeilijken
tijd, die komend© was, door to helpen.
Sidderend van opwinding zag zij liet rij
tuig voorkomen, zag zij Eugen, beladen
met bloemen, confituren cn andere vcr-
frisschingon, uitstappen cn in stilte zond
zij een gebed op, dat liet alleen-zijn met
hom baar do vroegere zielerust zou terug
geven.
Maar, indien zij dit ondanks alles
nog gehoopt had, dan werd deze illusio
haar spoedig genoog ontnomen.
Nauwelijks was hij in dc kamer, of hij 1
keek zoekend rond' cn had voor haar geen
ander woord over dan:
„Waar is juffrouw Thea?"
Zij stamelde zoo iets van een onverwacht
te verhindering, van haar wensch om wo-
gens haar zwakt© vandaag eens alleen met
hem uit rijden to gaan.
Hij keek haar verbaasd aan, als ver
stond hij haar niet, daarna begreep hij
plotseling wat zij zeide en woedend met
don voetstampend, stormdo hij zonder,
eenig antwoord te geven d'o trap op naar
de woning van mevrouw Rübert.
Vijf minuten daarna wa3 hij weer beno
den. Thea was een kwartier geleden uit
gegaan om boodschappen te doen, die zij,
zooals hoor grootmoeder zei, zeker wel uit
gesteld zou hebben, als zij van dit uitstapje
had geweten.
Hij schuimbekte van woede en hield zich
ook in het minst niet in. Carola deinsde
verschrikt terug voor dc driftige uitvallen,
waarmede hij haar haar grilligheid cn om-
dankbaarheid verweet. Daarna greep
zijn hoed cn dreunend de deur in het slot
gooiend, rende hij dc straat op.
(W«.-rdt vervolgd.)