De weg over den Simplon. achter ambtenaren staan, die de brieven zóó leggen, dat ze automatisch gestempeld kunnen worden. Dit geschiedt dan werk tuiglijk, zoodat in één uur door één stempel- machine 60,000 postkaarten van de noodige stempels kunnen worden voorzien. De aldus gestempelde brieven worden in metalen bakjes gelegd, die op een transporteur wor den medegenomen naar een anderen hoek van het gebouw, waar de brieven worden gesorteernd; eerst volgjens de Staten en dan volgens de steden en dorpen. Zijn de bakjes geleegd, dan worden ze op de terug- loopende transporteurs teruggezonden, om opnieuw te worden gevuld- Een aardige bijzonderheid is, dat de bak jes door een inrichting kunnen gezonden worden naar elke gewenschte afdeeling. Volg bijvoorbeeld maar eens een pak brie ven voor Texas. Het bakje glijdt voort, pas seert de tafel van Ohio, Pennsylvania en misschien nog twintig andere Staten, tot de Texaa-afdeeling nadert. Werktuiglijk gaat het nu op een zajlijn en stopt, terwijl achter hem aan op de hoofdlijn de rij van brievenbakjes ongestoord zich voortbe weegt. Het vlugst van alles is echter de wijze, waarop de post naar de stations wordt be zorgd. Hier is de ondergrondsche schiet- blaasbalg van Hildebrand werkelijkheid geworden. Tien minuten vóór het vertrek van den expres-trein naar een zekeren Staat, ziet men de metalen bakjes uit de verschillen de deelen van het postkantoor de brieven voor dien Staat aanvoeren in een hoek van de zaal, waar twee zwarte buizen uit den vloer steken. Dit buizenpaar loopt direct van het postkantoor naar de verschillen de spoorwegstations. In een cylinder, die in de buis past, wordt de post geborgen. Zóó er in, wordt hij weggeblazen, vliegt onder straten en „wolkenkrabbers" door, duikt onder de Ohicagorivier en verschijnt 2.5 minuten later op de tafel in het star tion, waar hij wordt geopend en de in houd wordt overgeladen in het postrijtuig van den expres. Dit stelsel van vervoer door luchtdruk omvat zes hoofdlijnen met een buislengte van 32 kilometer. Stoommachines van 75 P.-K. zorgen voor den luchtdruk. Op vernuftige wiize wordt voor het rem men gezorgd. Men begrijpt, dat anders de cylinders met de post als kanonkogels uit de buizen zouden vliegen. En wat is nu de record-tijd, zal men vragen, voor het vervoer van een brief uit den zak van den man, die hem aan het postkantoor bezorgt, tot in den postwagen van den expres-trein? Oilder de beste om standigheden kan een brief de boven om schreven bewerking ondergaan in acht minuten. Men zal moeten toegeven, dat het knap is. Laat ons hopen, dat de inhoud van den brief al het vernuft, waardoor al die Bnel- heid is verkregen, zal rechtvaardigen De behandeling van couranten, druk werk en postpakketten gaat op gelijksoor tige wijze als die der brieven. Met deze uitzondering, dat een gedeelte aangevoerd wordt door ondergrondsche kanalen, die in de handelswijk van Chicago onder de straten zijn ^gelegd. Op verschillende plaat sen in de straat zijn bakken geplaatst, die zoodra zij een bepaald gewicht aan papier bevatten vanzelf hun inhoud overatorten op een transporteur, welke met een snelheid van 55 voet in de minuut het drukwerk naar het postkantoor ver voert. Het postkantoor heeft vijf millioen dol lars gekost en het werktuiglijk gedeelte 250,000 dollars. De noodige electriciteit wordt niet in het gebouw zelf opgewekt, ernaar ontleend aan een particulier cen- traal-station. Dit had men 25 jaren geleden n!>t ge droomd, dat ook voor kantoor werkzaam be den het werktuig zulk een belangrijk hulp middel zou worden. Het is nog niet zoo ueel lang p deden, dat de uitrusting van een handelsman be stand in een brandkast, een schrijftafel, een paar brievenhokjes, eenige boeken, een liniaal en wat liassen. Thans heeft hij een heele batterij van werktuigen te zijner beschikking; een kluis, schrijfmachines huis- en stads tele foons, kasten met alphabetische loketten en briefordeners, code-boeken, vernuftige kopieer- en vermenigvuldigings-inric}- nngen, perforeer-machines voor wissels, kasregis ters, alle soorten van stempels, papiervast houders, en nu sedert korten tijd ook re ken-machines. Het zou de moeite waard zijn eens een tentoonstelling te organisee- ren van de hulpwerktuigen van den han delsman. De reken-machines worden in Amerika hoe langer hoe meer gebruikt. Er bestaan er van één dollar en van honderdein dol lars. Zelfs onder de goedkoop© soorten zijn bruikbare werktuigen, die suf-getelden her senen kunnen te hulp komen in het opspo ren van fouten. Heeft men evenwel eenige honderden doll, er voor over, dan krijgt men ook iets heel voortreffelijks: een machine, die aan het wonderbaarlijke grenst en die men zou willen openbreken om zich te overtuigen, dat er werkelijk geen reken hoofd in verborgen zit; werktuigen, die niet alleen allerlei berekeningen maken, maar bovendien de uitkomst vastleggen. En die zich nooit verrekenen, als men maar op de juiste plaats tikt; dit is natuurlijk een hoofdvereischte; wanneer men met 9 moet vermenigvuldigen en men tikt op de 8, komt de som fout uit. Dit zal geen ma chine ooit kunnen voorkomen. Maar wel bestaan er machines, die door een belletje do aandacht van den bespeler er op vesti gen, wanneer hij een verkeerde handgreep verricht. Is het niet een aantrekkelijk denkbeeld: door een bescheiden belletje te worden attent gemaakt, dat men zich ver gist, en de fout dadelijk herstellen kan, in plaats van achteraf op minder bescheiden wijze er aan te worden herinnerd, dat men zich vergist heeft? De reken-machines worden nog voortdu rend verbeterd. In de laatste jaren zijn al leen op dit gebied 450 patenten door de United States Patent Office verleend. Wij hebben nu het beste systeem af te wachten. Tn de vaktijdschriften is do strijd door miadel van advertentiën reeds begon nen. Eensgezind roepen allen het publiek toe: „Wordt geen reken-machine, koopt er een De Romeinen kenden dezen pas al, het geen blijkt uit een Romeinschen mijlsteen bij Sitten, waarop de afstand tot den Sim plon aangegeven isen uit Romeinsche mun ten, die overal langs den weg gevonden zijn en uit een inschrift te Bogogna, in het Domodossola-dal. Een hcofdweg van uit Wallis naar Italiö is de Simplon echter nooit geweest; de Ro meinsche legioenen zijn over den Grooten St.-Bernhard getrokken en in 1800 is Napo leon, op zijn tccht naar Marenga, met zijn hoofdmacht ook over dien berg gemar cheerd, terwijl over den Simplon en den Gotthard slechts klein© cJekkingsdetaclie- menten trokken. Het korps, dat ever den Simplon moest, heeft, ondanks haast on overkomelijke moeilijkheden, den weg dc'or den pas gelukkig afgelegd en kwam acht dagen vóór het Gotthardkorps, op de ver zamelplaats in Lombardije, aan. Later, teen een deel van Noord-Italië als Trans- alpische Republiek, bij Frankrijk w©rd in gelijfd, werd het fet-stand-komen van een berijdbaren weg over de Walliser-Alpen, zoowel om politieke als om militaire rede nen, noodig. In 1800 beval Napoleon dan ook het ma ken van den Simplcnweg en 5 jaren later was het werk volbracht, nadat Napoleon herhaalde malen, om tot spoed te manen, gevraagd had: „Wanneer kunnen de ka nonnen over den Simplon?" De weg heeft zeven millic'en oude Zwitsersche franken gekost en voor het laten springen van de rotsen is 250,000 kilo kruit noodig geweest. Een regelmatig© postdienst over den Simplon bestond sinds 1640; een Bernsche familie uit Reichenbach kreeg tc'en het monopolie voor den Dostdienst Gernève Milaan en heeft tot 1802 dezen dienst in stand gehouden. Daarna zorgden de kan tons Wallis en Waadt or voor. Omstreeks 1840 reden er wekelijks vier wagens van St.-Maurice naar Milaan; de reis van Genève naar Milaan kostte 35 gulden. In 1850 stelde de Staats post een dagelijk- schen dienst tusschen Lausanne en Milaan in; de rit duurde toen 30 uren. Twintig jaren later vervoerde de Simplonposb in één jaar 29,506 passagiers. Winst heeft de exploitatie eohter nooit afgeworpen. In 1870 bedroeg het tekort 7000 gld., in 1880 30,000 gld., in 1903 40,000 glcL, in 1904 42,000 gld. en in 1905 40,500 gld. Over den afstand BrigDomodosaob; deed de postwagen de laatste jaren uur; de Simplon-expres zal er. maar drie kwartier voer noodig hebben. Straatbesproeiing met eiiloorealeinm. Het „Journal cPHygiène" gaf onlangs een uittreksel eener interessante studie van ox. Parono in het Ifcaliaansche blad ,,H (P'ratica" over de toepassing van chioor- oalcium voor besproeiing en desinfectie der publieke wegen. Het is een voldongen feit, dat de bacil len in do sputa van termglijders, na uit droging op den grond in het atmosferische stof, deze ziekte verspreiden kuimen. Hoe wol de bodem geen bijzonder geschikt© plaats is tot kweeking van ziektekiemen,, kunnen deze toch tamelijk lang daarin ver-' blijven zonder vernietigd te worden, of haar besmettende kracht te verliezen. Volgens onderzoekingen van deskundigen bevat het stnaatstof, zelfs in goed gereinig-l de steden, steeds materie van organischen' en levenden aard. Door een windstoot be wogen, bestaat er veel gevaar, dak deze door ons ingeademd worlt. Het is inmiddels een feit, dat deze, ziektesporen niet door den wind van een; vochtigen bodem zullen worden meegevoerd,; vandaar de noodzakelijkheid van een over-, vloedige besproeiing der openbare wegen. Het is alleen be betreuren, dat vooral i in den zomer het water slechts korten tijd de straat vochtig vermag te houden en hot middel dus weinig uitwerking heeft. Om aan deze moeilijkheid' te ontkomen, slaat dr. Parone het gebruik van ohloorcal- cium voor. Chloor calcium mag vooral niet vanwege de scheikundige samenstelling en de phyai- sche eigenschappen verward worden met chloorkalk. Dit laatste is een ietwat voch tig wit poeder, met een sterke chloorlucht, bijtend en scherp van reuk. Het is ge deeltelijk in water oplosbaar en is een krachtig bleek- en desmfectiemiddel. Ohloorcalcium is een kleurlcJoze stof zon< der bepaalden reuk, zoutachtig van aard, zeer oplosbaar in water en eenig3zins anti septisch. Het grootste voordeel van chloor calcium, voor het beoogde doel is, dat het in hoogen graad vervloeibaar is, m. a. w., dat hetj vocht en waterdamp aantrekt, zelfs uit dei omringende lucht, en dat het aldus het op- genomen water belet geheel te verdampen.' Dr. Parone trekt er dus de conclusie uit, dat besproeiing met chloorcalcivrmoplos-, singon meer zal voldoen; het terrein blijft geruimen tijd vochtig en op deze wijze kunnen besmettingskiemen niet gemakke lijk in de ademhalingsorganen geraken. Verschillende proefnemingen hebben bevre digende resultaten opgeleverd. STOFGOUD. Geen grooter plaag da^ lui en traag. Bilderdijk. Toen aan Jan de Witt gevraagd werd: „Hoo kunt gij zooveel afdoen?" luidde het: antwoord: ,,Ago quod ago" (Ik doe één ding to gelijk.) Gro c-n van P rinaterer. Het kind wantrouwt eer tweemaal het verstand zijns vaders dan eenmaal het zijner moeder. M ono d.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1906 | | pagina 13