N£. 14199. Derde Blad. 9 Juni 1906. VAN- HET ,A J A X' Verbannen naar Siberië. Dof gaf de gToote klok in een ouden kerktoren van het stadje door twaalf matte, eentonige slagen het teeken, dat de middag was aangebroken. Het groote plein vóór de school, zoo juist nog eenzaam en verlaten, vuld© zich plotseling met stoeiende en spe lende jongens en meisjes, wier levenslust en jonkheid, drie lange uren aan banden gelegd, zich plotseling weer vrij ziet en door luid gejubel uiting geeft) aan do blijd schap, door dat ontspanningsuur ontstaan. Slechte één van de kinderen doet niet me de aan dat onschuldige kinderspel: een bleeke en tengere jongen van omtrent twaalf jaar. Hij spot - zich tusschen zijn spelende makkers door, zonder zelfs antwoord te ge ven op de van alle zijden tot hem gerichte vragen, om mede te doen aan hun spel. Hij verlaat het schoolplein en snelt voort in de richting van het spoorwegstation. Daar moet vader, een bekwaam machinist, over tien minuten aankomen met de „Ajax", een nieuwe machine van prachtigen bouw en degelijke cons zuctie. Altijd is het zijn lust en zijn vreugde ge weest als vader vertelde van 'zijn stalen ros, hem door teekening den bouw eener lo comotief duidelijk maakte, hem de werking van elk schroefje, elke kraan vertelde. Al tijd sprak hij het liefst met vader over machines en stoomwezen, en zijn ideaal was dan ook, evenals vader nu, eons met vaste hand het ijzeren gevaarte te regeer en en het te voeren langs steden en dorpen, door heide en vruchtbar© gronden, naar het mijlen ver gelegen doel. Zijn eenige keus was machinist to worden als zijn vader. Hoe jubelde hij dan ook, toen vader hem gisteren mededeelde, dat hij vandaag voor het eerst de nieuwe „Ajax" zou berijden, en zijn vreugde kende geen grenzen meer, toen hij vernaai, dat de machine hier een geheel uur zou stilstaan en hij verlof kreeg zijn vader daarop te bezoeken. Vervuld met zoete droomen over al het schoons, dat hij straks zal zien en bewonde ren, vervolgt Henri, zoo heet onze jonge yriena', zijn weg naar het station. Spoedig heeft hij het stadspoort je ver laten en bevindt fadj zich op den breeden straatweg, die naar het station voert. Reeds van verre ziet hij de machine op een zij spoor en zijn vader met stoker Van Akke ren,, Henri ook niet onbekend, voor de machine zittend', rustig nun brood' met bier gebruiken. „Goeoten middag, vader 1 Dag, Van Akke- renl" „Zoo jongen, ben je daar? Wel, wat zeg je van mijn karretje? Mooie bouw, hè?" Met deze woorden hielp de machinist zijn zoon op de machine en toonde hem alles, wat maar eenigszins aantrekkelijk voor hem zdjn kon. Henri stelde in alles het grootste belang en volgde zijn vader oplettend bij zijn besprekingen. 1 Toen geheel de machine van boven tot beneden bezien was; toen de machinist van elk schroefje en kraantje -van zijn „Ajax" tekst en uitleg gedaan had, sprak hij ,,En nu, jongen, een ferme teug bier, hè?" „Ja, graag, veder." Te gelijk dronk onze Henri do kan, die zijn vader hem aangeboden had, tot den bodem ledig. Genoeglijk zat ons drietal op een bankje aan den kant van do baan in de onmiddel lijke nabijheid van de machine te keuvelen. Spoedig echter beklom Henri wederom do machine, om zich r.ogmaals te verlustigen in den aanblik van al ojatgene, wat hij zoo gaarne zag. Zijn vader echter bleef met Van Akkeren zitten praten, wel wetende, dat Henri genoeg bekend is met een locomotief, om te weten, welke kranen hij wél en welke hij niet mag aanraken. Met een wonderlijke begeerte even heel klein eindje vooruit te rijden beziet hij de etalen stang, die het gevaarte in beweging kan brengen. Een zijdelingsche blik naar zijn vaderNeen, hij ziet het niet. Zo-i hij het wagen? Neen,' ik mag nietOch, een heel klein eindje kan geen kwaadIk kan haar immers dadelijk weer „stop" zetten. Nu ja, vooruit dan maar! En hij zet zijn hand aan den hefboom, probe erende het stoom- ros vooruit t© krijgen. Maar geen schot is er te krijgen in dit reuzengevaarte Weer een schuine blik naar zijn vaderNeen, hij let niet op zijn zoon. Met allo kracht grijpt Henri nu den hefboom, drukt er met zijn geheele lichaam tegen envoort gaat do mackino als een pijl uit den boog ae baan op. Verschrikt staren èn machinist èn stoker het gevaarte na; verschrikt ook staat Henri op zijn machine, schier be dwelmd door de ijzingwekkende snelheid, waarmee liij zijn ondergang te gemoet snelt. Hij tracht het hollende monster tot stil stand te dwingentevergeefs; moest hij straks alle krachten inspannen de zware stang naar omlaag te drukken, ze nu in de hoogte te brengen is onmogelijk. Boomen en huizen; wachtposten, met roode vlaggetjes zwaaiend en luid schreeu wend, ziet hij langs zich heen vliegen. Het eerstvolgende station komt in het gezicht. Met angstige blikken staat do sta tionschef op het perron de naderende loco motief aan te staren. Teekenen van stop pen, die hij geeft, worden onbeantwoord gelaten. Henri, do eenige passagier in de zen doodeorit, ligt door de snelheid van den trein en de werking van het pas ge dronken bier, bedwelmd tusschen de ko len. Met donderend geraas vliegt de locomo tief het stationnetje voorbij. Een enkele blik op de machine en de chef heeft geheel den toestand doorzien. Het koste wat het wil, op het volgende station moet het ge- vaart© tot stilstand worden gebracht, an ders loopt het op den naderenden snel trein. Voort...steeds voort vliegt Henri met zijn „Ajax" in de richting van den trein. Maar vlugger nog schoot een telegram hem voorbij. „Rikketik-tik-tik" ging het sein toestel en de telegrafist van het naburig stationnetje, die juist met eenige arbeiders eon kaartje, legde, spoedde zich er heen om te verne men, wat hem gemela werd. De smalle reep papier liep vlug af en tot zijn niet geringo verwondering Las hij; „Leid losse locomotief op blindspoor. Stationschef to E." Niet wetende, wat dit te beduiden had, snelt hij naar buiten en ziet in de richting van E. de „Ajax" naderen, juist op het oogenblik, dat do seinklok hem meldt, dat de sneltrein uit tegenovergestelde richting in aantocht is. De tijd is kostbaar; spoe dig den wissel omgegooid, zoo dat de losse locomotief op blindspoor loopen moet, haar ondergang te gemoet. De frisscke wind, ontstaan door de ra- zonde snelheid, waarmede de „Ajax" zich voortbewoog, had Henri spoedig het bewust zijn en daarbij een blik in het hachelijke van zijn toestand hergeven. Loom en bevend staat hij op. Hoe trilden d© rails en wat schokte de „Ajax." Levendig staat hem thans het gevaar voor oogen. Met Dovende hand grijpt hij stuipachtig het kcora' van de fluit, er zich met een waren doodsangst aan vastklemmende. Een wilde,' lang gerekte kreeteen doodskreet, steeg r- uit de „Ajax", en op hetzelfde oogen blik, dat de sneltrein het stationnetje pas seerde, lag daar aan het einde van het blindspoor het vormlooze lijkje van Henri, tusschen brokstukken en smeulend vuur van „de nieuwe Ajax." Verbannen naar Siberië! Ijzingwekken de woorden voOr den Rus, die cr de he- teekenis van kent; die weet, welke ver schrikkingen en folteringen den ongelukki- gen banneling wachten. Menig boosdoener ondergaat in het kou de Siberië de welverdiende straf zijner mis daad, doch het valt niet te ontkennen, dat vele onschuldigen hun weg vinden naar dit afschrik-inboezemende gedeelte van Aziatisch-Rusland, dat voor vele booswich ten echter nog geen voldoende gestrenge straf is, om hen te beteren van hun mis- dadigen levenswandel. Eenigen tijd geleden nog gaven een ze vental Russische gevangenen hiervan blijk, dio uit Siberië wisten te ontsnappen en in het midden van den Stillen Oceaan door een boot werden opgenomen. Zij werden: naar San-Francisco gebracht, en de Cali-; formers, steeds bereid en vol sympathie, gaven hun kleederen en voedsel en ver schaften hun werk. Binnen betrekkelijk korten tijd echter, vielen alle zeven in handen der Ameri- kaansche politie en werden zij schuldig be vonden aan verschillende misdaden, van af gewone inbraak tot diefstal en plunde ringen met geweld op den publieken weg. Er werd bewezen zelfs, dat één hunner

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1906 | | pagina 11