No. Ï419Ï. LEIDSCH DAGBLAD. ZATERDAG 2 JUMi. - VIERDE BLAD. Amio 19CC In den weg? Tweede Kamer. Rcnibrandlfeeslen le ftuslerd-a. FEUILLETON. lyEüY. Eeni werd een heftig gesprek gevoerd tusschen een oud man, ook cn. groot man, en eeu ander man, jong, vol eerzucht en gelfstandigh-i i, v/icn het lot op ongedachte wijze hoven den ouderen had geplaatst en tiagelijks met d?zen in aanraking bracht. Dat gesprea eind gde ongeveer met de historische woorden: ,,Ik hen u in den weg, schijnt het." Zij vormden het slot van het gesprek tus schen Keizer Wilhelm II en vorst von Bis- ma rek, een paar dagen vóór de ontslag aanvrage van dezen, ah kanselier van het Duitschc Itijk. Het Duitsclie Rijk! Ja, dat was het groe te Duitsche vaderland, waarvan alle groot© mannen eeuwenlang hadden gedroomd. Daar stond het gewrocht van zijn reu zengeest, welks wording von Bismarck zich tot le vensdoel had gasteld. En hij had de grooto levenstaak voleindhij was de man, dio het roer hield van een reusachtig schip, dat de golven van de staatkundige wereldge schiedenis doorkliefde. Toen kwam de groote maaier zeggen, dat er een tijd van komen is en een van gaan. De vriend en tijdgenoot van den onver- moeiden strijder, de eerste keizer vpai het nieuwe rijk, trad van het tooneel Her we reld af. Een zwaarder slag volgde na wei nige maandcD, toen ook de wijze, zachtzin nige'en goedhartige Fredorik werd wegge- roepen. Toen had ook voor een von Bismarck de waarschuwende stem moeren spreken; beter gezegd, zij sprak wel maarwerd niet gehoord. Dat is voor ons in zeker opzicht een weldadig gevoel, wanneer wij van tijd tot tijd zien, dat groote mannen ook wel eens als gewone mensehcnkindcren hano'elen. En hierin was DuitschJands groote zoon een heel gewoon menschenkind. Toen de joDge, zelf standig willende Wilhelm optrad als hoofd van liet Duitsche Rijk, toen was dc tijd voor den ouden dienaar gekomen, maar hij ging niet! En toch, nooit zal het nieuwe zich volkomen naar het oude schikken en plooien; nooit zullen de nieuwe en de oude tijden zich volkomen met elkaar verzoenen. Het is de groot eigenaardigheid, maar hot is ook de grootste fout van den ouden tijd, dat hij zich onmisbaar waant. Toen Vv ilhelm II aan vorst von Bis marck beduidde, dat men de teugels niet houden kan ten und'e toe, toen werd oie vraag gedaan, die geen vraag had moeten wezen: ,,Ik ben tJ in den weg, schijnt het-" Het antwoord was wat het moest zijn: „Ja." Dat antwoord w. niet het woord van den oenen mens aan den anderen, maar van den eenen t ij o aan den anderen. Onze aardsche taak wordt nu eenmaal bepaald door tijd en omstandigheden. De plaats, dio wij op de wereld innemen, duiden wij zelveh i iet aan. En nu noemt de een dat de draden va i.ofc nood! ziet de ander tv een macht in, die beschikt, waar do mensch ikt de waarheid blijft de zelfde. Het laven van alle groote mannen is een aaneenschakeling van grootheid en waan. Die grootheid 13 hun voorrecht, maar den waan moeten zij met ons deelen. Voor ons allen komen oogenhlikken en tijden, dat wij iets of iemand in deD weg staan endat moesten wij niet. Voor ons allen is een tijd van komen en een van gaan, en dat volstrekt niet all eon wan- ncor onze aardsche loopbaan is geëindigd, maar wel degelijk op onzen levensweg. Niemand van ons is onmisbaar. Laten wij ons zclven dat toch niet wijs maken. Niemand van ons ook heeft de geheele waarheid of de waarheid alleen. Hoe vaak vergeten wij datl Onze taak is beperkt, onze kracht ein dig. Wij zien dc tijden en omstandigheden veranderen Wij zien jonge krach'ten aan wijzen om jongere denkbeelden in toepas sing te brengen. Laat ons dan blijmoedig den staf uit de hand leggen. Het jongere geslacht zal er ons des te meer om waar- dceren en dos te meer zijn dankbaarheid tooncre Laten wij ons zeiven de pijnlijke vraag besparen, of wij in den weg staan 1 Dan noodzaken wij anoeren ook niet oni het droevig antwoord te geren. Do mond der wijsheid heeft eens zoo schoon gezegd: „Niemand zet ecu lap onge- vold laken on een oud kleed Met andere woorden en met het oog op de betcekenis: „men doet l et maar ai te vaak, maar er komt een erger scheur, zoowaar als eertijds de otioe lederzakken barstten, wanneer men daar nL/wcn wijn in deed. Do wijzen kennen hun tijd en hun plaats. De ware wijze is geen vasthouder; aller minst wenscht hij zich vast te klampen aan zijn hoekje op de wereld. De werelct -.s een plaats van komen en gaan, maar die, om met het bekende dichterlijk woord te spreken, verstaan kan wat hij zoo vaak vernomen heeft, die gevoelt zich moe en onvoldaan van 's werelds dringen, en zoekt, met sterk verlangen naar iets, waar alles hcendrijre, naar de ware, blijvende plaats. Die luistert naar de klok van scheiden, dio rust'loos luiot door het dal van ons be staan, c zich 'te bereiden tot het oogen- blik, dat een ander zijn plaats zal innemen op het immer wisselend tooneel. NEMO. Vergadering; van de Nat.-Historiscli© Vcreeniging, Afd. Leiden. Aanwezig 19 personen- Mpj. Roelünts vertelt een cn ander over de excursie van li. Zondag naar de Pape laan. Deze excur sie had bet waarnemen van vogels ten doel en is goed geslaagd. Ecd groote dertig verschillende vogels werden gezien en gehoord. Mej. Mulder laht een fasciatie zien van Papaver oriëntale. Dc plant was dit jaar verplaatst en do vraag doet zich voor of de fasciatie misschien een gevolg is geweest van een beschadiging. Ook is het altijd nog een niet uitgemaakte quaestie of fasciatie erfelijk is. Mej. Mulder zal het afgesneden stuk stekken en later meedeclcn, ©f de nieuwe stengels weer dezelfde verbrecding toonen. Ook zou het wel aardig zijn te we ten of uit het zaad van deze plant weer plaQten met verbreed© stengels voortge bracht worden. Do voorzitter laat zien een Aeantacee uit Zuid-Amerika, nl. RuellLa tubcrosa met clysto game bloemen. De vrucht van deze plant, die met twee- kleppen openspringt, is hygroscopiach. De zadeu zijn nl- door ejaeu- latoren aan den vruchtwand verbonden en deze ejaculatoren springen als oen spiraal- veertje los, zoodra de vrucht nat wordt. Een handje vol van die vruchtjes in een bakje met water lieten een vermakelijk „water ballet' zien; de vruchtjes sprongen met een knal open en slingerden de zaden weg. Hierna wordt gesterad over het al of niet lid worden van dc Veroeniging tot behoud van Ned* Nat. Mon. cn besloten werd, dat de Afd. lid zal worden voorloopig voor f 5 per jaar. Het portret van prof. Brugmane, dat dc Afd. ten geschenke luid ontvangcnf is aangeboden aan prof. Yan Lcersum voor het to stiohtcn Museum van Geschiedenis der Natuur- en Geneeskundige Wetenschap pen en het is in dank voor dat Museum' aangenomen. Na de pauze spreekt dr. Yan der Sluys over een merkwaardig geval van parasitis me, door hom op Java waargenomen. la een stroompje bij Bandoeng leeft een kleine karpersoort, pLm'. 8 a 10 c.M. lang, nl. Barbodus of Puntius macula- t u s, waarvan de meeste exemplaren in een holte in het lichaam een tweetal kreeftach tige parasieten met zich ronddragen. Om vang en gewicht der beide parasieten be reiken niet zelden een vijfde van die van het vischje. De holte, waarin zij leven, en die slechts door een kleine opening met het omringende water gemeenschap heeft, ligt tusschen den voorsten buikwand en de terug gedrongen ingewanden in een vliezigon zak. Het j's een mannelijk© en een vrouwelijk© parasiet; de laatst© is tweemaal zoo groot als de eerste en ligt vooraan. Het merk waardigste van deze Ichtyoxenus is do goslachtswisseling, dio hierin bestaat, dat elk individu eerst mannelijke geslachts organen ontwikkelt en Later vrouwelijke. Volgens dr. Bleekor, die deze parasiet het j eerst opmerkte, lijdt dc visch zelf niet er onder, hetgeen later door dr. Herklots be vestigd werd, die deze parasiet nader be schreven heeft. Nadat nog een excursie 12 afgesproken naar de Nieuwkoopschc pias sen onder leiding van dr. Goethart op 10 Juni, wordt de vergadering gesloten. A. E. S. MIGHELS^N, 1st© secretaresse. Vervolg der zitting van Vrijdagmiddag. Arbeidscontract. De heer D r u c k e r hield vol als zijn on wrikbare overtuiging,! dat het arbeidscon tract als het eenmaal jn werking is, den ar beiders werkelijk wel vzal meevallen cn dat- zelfs de leiding van o© agitatie tegeu het wetsontwerpf om zoover zij leiders z'jn van bureaux voor arbeidsrecht, enz., ct uit zullen halen wat er uit te halen is. Spreker betoogde, dat de schorsingsieer niet opgaat en ook niets afdoet. Want al zou staking schorsing van de dienstbetrek king zijn, dan is nog niet uitgemaakt of die schorsing een reden tot ontslag kan ge ven. Spreker weerspreekt het gezegde van TroeLstra, dat de arbeiders bij dit arbeids contract achteruitgaan bij" den bes taanden toestand. Hij betoogde voorts dat de bepa ling, dat de opzeggingstermijn óók geldt hij werkstaking, een bepaling door den heer Troelstra genoemd een ramp voor den ar beider ook in de buitenlandsche wetgeving is ogpenomon. Ook het staangeld komt in dc buitenlandschc wetgeving voor, zij het ook in anderen vorm van zekerhcidsstelling Onze wetgeving staat dus in geen geval ach ter bij dc buitenlandsche. Nadat nog de heeron Reyne, v. d. Zwaag en Yan Idsinga-hct woord hebben gevoerd, licht dc minister van justitie nogmaals do wijziging toe, dio slechts uitdrukt dat werkstaking aan den kant d?r arbeiders nicl de bedoeling heeft, do dienstbetrekking te doen eindigen. Do heer Troelstra acht zijn argumenten van gisteren niet weerlegd. Perfide is de manier, waarop men spr. cn zijn vrienden bestrijdt, die uit innige overtuiging spre ken, en niet louter om een relletje 'e ver wekken. Brengt dit ontwerp üu de arbei ders achteruit?. Ja. De sanctionneering van het staangeld is liet euvel. Terwijl mon het beperkt, wordt het- openlijk als moreel er kend. Doch voornamelijk Ls spr.'s grief, dat wordt ingevoerd een wettelijke opzeg gingstermijn. Na replieken wordt do vergadering ver daagd tot Woensdag 11 uur. Loonbotaling in vreemde m u n t. In verband met dc - beraadslaging over artikel 1638b van het wetsontwerp op het arbeidscontract heeft de minister van jus titie zijn ambtgenoot van landbouw, nijver heid en handel verzocht den botrokken inspecteurs van arbeid t© willen opdragen een onderzoek in te stellen betreffende de tegenwoordige gebruiken en de lieerschen- dc opvattingen in de grensstreken in zake de uitbetaling van het in geld vastgesteld arbeidsloon met vreemd© muntspeciën. Ten gevolge van dat verzoek zijn aan 's ministers departement ingekomen ver schillende stukken, >.olko de minister den voorzitter der Tweede Kamer heeft doen toekemen, met verzoek dezo stukken te doen nederlcggen ter griffie, ter inzage van dc leden. Amendement. Door den heer De Klerk is zijn reeds ingediend amendement op artikel lG39r, waarvan d© bedoeling was den arbeider, die geen voldoende hulp van zijn werkge ver ontvangt, een dringende reden te ge ven do dienstbetrekking te beëindigen, in getrokken en vervangen door een amende ment, om een nieuw nummer 5b..3 in te voegen, volgens hetwelk do werkgever den arbeider zoodanige dringendo reden geeft „wanneer hij den arbeider, di© op stukloon werkt, do bedongen hulp niet of in niet voldoende mat© verschaft". Brievenpostcrij. Blijkens het voorloopig verslag, betref fende het wetsontwerp tot wijziging en aanvulling der wet Lot regeling der brie- venposterij, rees bij sommige loden de vraag, welke minister voor de indiening van dit wetsontwerp do verantwoordelijk heid draagt. Dc minister van waterstaat, handel en nijverheid, die de Memorie van Toelich ting onderteokonde, kan bezwaarlijk ge acht worden die bewindsman te zijn, aan gezien op het tijdstip der indiening het beheer van zijn Departement uiet bij hom berustte, cn de minister van landbouw, nijverheid en handel cp bedoeld tijdstip zijn ambtgenoot als hoofd van het depar tement van waterstaat, handel cn nijver heid vervangende, schijnt ovenmin de ver antwoordelijke minister te kunnen word n geaeht, daar toch de Memorie van Toe lichting zijn onderteekening niet draagt Men meende, dat in Staatsrechtelijk op zicht hier een onregelmatigheid heeft plaats gevonden. Andere leden kenden het gewicht van deze opmerkingen niet inzien. Door sommige leden werd de wcnsche- lijkhcid betoogd de bepalingen omtrent verlaagd tarief voor locaal verkeer aan een meer ingrijpendo herziening te onder werpen. Men wenscht© het stelsel, dat het verlaagd tarief geldt vo 4 het postverkeer binnen den kring van een kantoor, te ver vangen door dit, dat voor het postverkeer binnen een gemeente een verlaagd tarief zoude bestaan welk denkbeeld echter niet zonder tegenspraak bleef. Men ves tigde verder de aandacht op een zekere onevenredigheid lusschen het tarief voor locaal 3rkeer en het gowonc verkeer met betrekking tot brieven Ixiven 200 gram, waarvoor geen verschil bestaat tusschen liet port voor algemeen verkeer en dat voor locaal verkeer. Het denkbeeld werd aanbevelen om ook voor briefkaarten in plaatselijk verkeer een verlaagd tarief in t© voeren. Volgens enkele leden had men mogen verwachten, dat twee andere pimten eer der, althans gelijktijdig met dit onder worp zouden zijn ter hand genomen. Voor eerst de kwestie der verspreiding door do post van circulaires van buitenlandsche loterijen, door welke verspreiding de Staat een handeling pleegt, die aan particulie ren verboden is. In de tweede plaats oor deelde men een regeling, die dc versprei ding van pornografische geschriften tegen gaat, zeer noodzakelijk. Ten aanzien van het nu ingediend ont werp, werd nog opgemerkt, dat het niet is uitgesloten, dat zich in de tcokomst het geval, dat zich nu vooral ten aanzien van 's-Gravcnhagc en Schévcningon voor doet, ook met betrekking tot drie of meer kringen doet gevoelen, cn achtte men het gewcnscht een redactie voor de wetsbepa ling te kiezen, die voor zoodanig geval voorziening inhoudt, Vc'orts vroeg men of het niet rogelimv tiger ware t© achten cn meer in overeen stemming met do bestaande wet, dat een uitzondering op het bij de wet als regel vastgesteld tarief ni t dan krachtens Ko ninklijk besluit in het loven treedt. Intusschcn had men er geen overwegend bezwaar tegen dc groot© bevoegdheid, die het hier geldt den minister tc'e te vertrou wen, maar wel was men er tegen, dat do bedoelde bevoegdheid ook aan ieder amb tenaar zou worden verzekerd, die in deze vanwege den minister optreedt. Nog wenscht© men, dat de beperking, gelegen in de woorden „bijaldien liet aan eensluiten van bebouwde gedeelten dier kringen, daartoe aanleiding geeft", zeil worden verruimd, door in plaats daarvan te lezen: „bij-aldien daartoe bijzonder© aan leiding bestaat.'' In een door tal van vertegenwoordigers bij d© a. s. Rembrandtfeesten uldaar bo trokken Commissies en Vereenigingcn bij gewoonde vergadering, wr.lko werd gvloi.l door deu heer J. J Blussé, voorzitter van het Uitvoerend Comité, werd het program ma definitief vastgci'cld. In ecu ecnige dagen vóór dez© vergade ring verzonden circulaire werd aan do bur gerij medegedeeld, dat met dankbaarheid geconstateerd kon werden, dat van liet eorst© oogeublik af, waarop pl?nnen be- laamd werden tot een algcm nc cn vaar dige feestviering, d© sympathie, belang stelling en samenwerking alle verwachtin gen bobben overtroffcuAmsterdam zoo schreef het Uitvoerend Comité zal feost vieren on het zal een feest zijn voor het ganschc volk. Wat aisnu het programma betreft, wer den de volgende ni ..ïmers besproken ca vastgesteld. Zondag löJuli: Des na-.iddags van 2—5 uren: Muziek uitvoering in het Yondelpark; van 2—3* Zaugvereeniging „Kunst na Arbeid"van 3è—5 uren Gemengd Koor „Zanglust". Dos avonds in hot Vondelpark „Amster- d&rnsch© Post-Larmonic". Maandag 1 6 J u 1 i. r 3 morgens: Koraalmuziek van de tran sen der verschillende kerken. Des middags: Uitvoering van verschil lende Gyiunuslickvert nigingen cn van Kin derkoren, waaraan eeu 1000-tal kleinen zullen medewerken. Deze 1 itvccringen zul len plaats hebben op het 's-Gravezande- plein on in bet Oosterpark. Pogingen werden aangewend de Am- stordamschc schooljeugd dien middag vrij af te doen geven. Opening van dc Rem brand tzoalwaar schijnlijk door 1 l M. de Koningin. Des avonds. Wandelconcort door de stad dc'or do muziek van het 7de regiment in fanterie cn uitvoeringen op nader aan te wijzen pleinen door „Sarphati" (harmonie), „Trou moet Blycken" (id.). In liet „Grand-Théatne" (Gebrs Van Lier) uitvoering dc'or Amstcls Tooneol- Vor. „Willem van" ZuyIonn', opgeluisterd door de zangvereeniging „De vrij© Werk kring." Verlichting en vuurwerk vanwego do gemeente; daarbij aansluitende verlichting vanwego het Uitvoerend Comité van U t rechtschestr a at, Snrphatistraat (gedeel telijk) cn, dank zij de medewerking der roeivcrccnigingcn, verlichting van den Am- stol. Verder zullen door de „Amsterdam- schc Amateurs Fotcgrafcn-Yerecniging'» projecties van Rcmbrandt-werkon op een groot doek (10 maal 10 meter), dat op het water zal worden opgesteld, gegeven worden Verlichting van cl© Haarlemmorpr.oit door ccn Buurtcoinmissïc aldaar. Dinsdag 17 J u 1 i. Des middags. Bloemencorso in hot Von delpark, mot concours van twee- cn vier wielige rijtuigen, cn blr.cmcntournooiboe renbruiloft, ©nz. I '©vrouw Van Leeuwen—Waller nam zit- ting als presidente van een damcs-coniité, dat zich met do regeling van dit feestnum mer zal belasten. Des avonds. Op den Dam uitvoering van drie zangvereenigingen onder leiding van den heer Presburg, waarbij het fanfare korps van den heer David Koning zijn me dewerking zal vcrleenen. De zangers stellen zich tegen hot Paleis op en zingen „Hol lands Glorie" van Richard Hol PARK-CONCERT. Dinsdag Juni, van acht uren tot half tien. 1. „Seminole", MarachAlatyne. 2. Oaverturo de ConcertGovaert. 3. „Ilouridu", WalsGillot. Qudrille uit „do Groothertogin" Strauss. 5. „Loroley-paraphrase"Nesvadba. 6. Potpourri uit M» Augot" Lococq. 7. Park-Concert-MarachGoyp. 88) Wanneer hij trachtte haar te na deren, dan verdween dc gestalte in het kreupelhout, dat aan het braaidand grensde. Was het een gezichtsbedrog? Een spel zijner verbeelding? Hoe, als d© onge lukkige het waagde Al meer en meer daalde de schemering neder, reeds ging ze in nachtelijk duister over. Diepe stilt© heerschte rondom, slechts hier en daar fladderde nog een vo gel, dio zich verlaat had, door de twijgen. Opeens vernam Miller een licht gedruiscli; hij luisterde. Ja, het waren voetstappen, di© naderbij kwamen, maar niet do onbe zorgde schaduw van een onverschilligen voetganger, doch dc zachte, voorzichtige tred van een mensch, oie den luisteraar vreest. Thans stak een donkere g: talto tegen den nacacclijken hemel af, een vrouw,spookbeeld der heil Was zij het weer, of wie stak met hem den-draak? „Sta, wie zijt gij riep Miller, naar vo ren springend. Maar hij struikelde over een steen, en toen hij weer opstond, was d© gestalte verdwenen. Een vervolging in de duisternis tusschen dc steenhoopen moest natuurlijk vruchteloos blijven. Mis moedig sloeg Miller den weg huiswaarts in. XVI. Den volgenden avond aan tafel werd den baronet een aan hem gerioht© brief over handigd, die een onbekend© aan het kind van den portier gegeven had, die aan den hoofdingang van het porie woonde. In den omslag lag een blad papier met de mede- deeling, dat men bij bet aanbreken van den nacht een aanval dacht te doen op de inrichtingen van den baronet, dien men voor de oorzaak der tegenwoordig© toestan den hield, en dat men daarom de machine- loods met den inhoud daarvan wilde ver nielen. Bedaard Jogde de heer William, nadat hij het vluchtig gelezen had, het papier ter zijde zonder van den inhoud te reppen. Na tafel zei hij tot ziju vrouw, dat hij nog eens naar het werk ging kijken, om eeni- ge schikkingen te treffen. Volgens het in voorname Engelsche huizen heerschende gebruik, had men laat gegeten, het was nu reeds donker. Millers waarschuwing indachtig, verzocht May haar man drin gend óf tot don anderen voormiddag t© wachten óf niet alleen te gaan. De baronet glimlachte „Wat jou be treft, lief kind," zeide hij, „mag Miller gelijk hebben, en bet zou mij aangenaam zijn, als jo zijn raad wildet opvolgen. Niet dat ik iets voor je vrees, of dat d© een of andere deugniet j© angst zou kunnen aanjagen. Maar wat zou mij, een sterken man, moeten overkomen? Laarbij zou ik als vrederechter elke overtreding oogen- blikkelijk kunnen straffen." Hij ging heeD. Toen hij bij de mijnen aankwam, heerschte daar de grootst© rust. Ge ruimen tijd bleef hij er vertoeven; niets bewoog of verroerde zich. Dus een valsch alarm; in elk goval was de waajTschu- wing goed gemeend. Do heer William be paald©, dat van nu af des nachts eenige lui zouden waken, daarna bogaf h .i zich op den terugweg. Ook hier bespeurde hij niets verdachts, ofschoon hij meermalen zachte schreden meende te hooron. Juist wild© de lieer William het hek van het park achter zich toetrekken, toen uit het naburige dichte kreupelhout oen 111 een donkeren mantel gehulde vrouwen gestalte te voorschijn kwam cn half luid vroeg: „Heeft mijnheer William Markham ecnige minuten tijd voor een ongelukkige, die raad en hulp behoeft?" Als man cn als vrederechter ben ik tot beide niet alleen bereid, doch cok ver plicht, goede vrouw," antwoordde do bar ronct, „hoewel tijd en plaats zonderling gekozen zijn. Heeft uw aangelegenheid geen tijd tot morgen? Gij vraagt eenvou dig in het hoerenhuis naar mij, ik zal zor gen, dat ge mij terstond vindt." Do vreemdelinge schudde het hoofd. „Onmogelijk... Ik kan uw huis niet betre den, zoolang ik mijn hoofd niet even hoog kan dragen als andere menschen. Of ik dit ooit zal kunnen, dat haagt van dit onderhoud af. Heb geduld met mij, mijn heer William, meermalen reeds heb ik uren lang hier gewacht o.' niet een gunstig toeval u op deze plek zou voeren." „Wie zijt gij ©n wat wenscht gij van mij V' „Ik ben Magdalena Miller, do dochter van den opzichter bij uw kolenmijnen. Mijn droevig© levensgeschiedenis is u mis- sohien niet onbekend?" De he©r William knikte. „Ik heb daar van gehoord," antwoordde hij kort. „Maar niet do waarheid 1" riep Magdar l©na levendig. ,,Wie had zo u ook kun nen zeggen O, mijnheer William, ik waa lichtzinnig, maar niet slecht. Op denzelf den dag, dat ik het ouderlijk hui verliet, trad ik met O'Regan in het huwelijk." „Werkelijk? Waarom dan hield hij dat huwelijk geheim? Hij vreesde, dat zijn voorname kennis sen zich van hem zouden terugtrekken, als zij vernamen, dat hij con meisje van goringen stand getrouwd had- Dij hoopte destijds bij de eerstvolgende wedroimcu genoeg te winnen, om mot mij naar Ame rika te gaan en daar een kleine bezitting te kunnen koopen." „En ging die hoop uiet in vervulling?" „Evenmin als zoovele andere- O, dat treurig huwelijk! Nu eens hadden wij overvloed, dan weer loden wij gebrek; ik moest bet aanzien, dat ik hem vaak tot last v.as; telkens bleef hij langer van huis weg! Ik werkte voor mijn dagelijksch brood..." „Anno - vrouw Waarom gingt gij niet naar uw ouders terug? Uw man had hïei wol de een of andere bctrclrking gevon den." „Omdat ik tegen mijn vader opzag: ik kon mijn huwelijk niet bewijzen In mijn haast en verwarring had ik niet op den naam van do plaats golet, waar wij ge trouwd weiden. En Tom weigerde later, half in ernst, Lu.lf schertsend, hem mij te noemen. Vrouwen zwijgen het zekerst over hetgeen zijn niet weten, meende hij. Het was hard." „Dat wil ia gelocven. Maar waarom komt gij tot mij? Heeft O'Regan u soms gezegd „Hij heeft niets gezegd, Toen hij voor de laats© maal wegging, hoopt© hij weer, spoedig Europa te kunnen verlaten. Hij gaf mij ccn oude brieventasch met ccnig© banknoten in bewaring. Deze verdwenen, hij kw i,m niet terug, en ik werd ziek ca moest toch leven. Do brieventasch viel mij onlangs in honden; een wonder, dat zij er nog was. Zij bevatte enkele aanteekeningen, waarvan ik niets begreep; maar op een blaadje papier, dat tusschen d© voering geraakt was, stond: „Als ik niet terugkom, ga dan naar den heer William Markham dio zal j 3 helpen." Daarom kom ik tot u." „Hebt gij dat papier hij u? Niet, dat ik u wantrouw, maar ik moet O'Rcgans hand schrift zien, want bon verantwoordelijk voor mijn handelingen." „Hier is hot„O, mijnheer, leeft mijn man nog?" „Ik vrees van nietIn hot leert ver haalde do baronet wat hij wist. „Zoo O'Re gan dit geschreven heeft, dan ben ik bereid u do mij toevertrouwde papieren terug te geven. Waar kan ik u morgen vinden?" „Hier, mijnbeer, op hetzelfde uur. Dat mijn man dood was, dacht ik reeds lung Voor hem is het con verlossing, want bij was niet gelukkig; behalve in do eerst© weken van ons huwelijk." Zij snikt© zacht. „Do plaats hier wordt nogal druk beloo- pen; licht zouden voorbijgangers ons kun non beluisteren. Kom mergen liever in de laan rechts; daar kunnen wij ongestoord spreken." (Wordt vervolgd

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1906 | | pagina 19