No. 14159. LEIDSCH DAGBLAD, ZATERDAG 21 AP3IL. - TWEEDE BLAD. PERSOVERZICHT. Uit de ..Staatscourant." FEUILLETON. De Prinses. Op den beschrijvingsbrief voor de op 22 'April le Utrecht te houden algemeene ver gadering van den V r ij z.-D e moor. Bon d komt een motie voor van de afd. Dordrecht, luidende: ,,De Algemeene ver gadering van den Vrijz.-Dem. Bond van April 1906, overwegende, dat de politiek van het bloc der rechtsche partijen èn als anti-vrijzinnig èn als anti-democratisch dient te worden bestreden, verklaart, dat bij verkiezingen, zoowel voor de Tweede Kamer en Provinciale Staten, als voor de Gemeentera den, do candidaten van alle linksche par tijen tegenover dio der kerkelijke partijen moeten worden gesteund." In de toelichting ontraadt het bestuur de aanneming dezer motie. Het geeft toe, dat veelal de aangegeven houding de wen- Bchelijko zal zijn. Doch in het voorschrij ven van een bepaalde gedragslijn aan de aangesloten vereenigingen ziet ihet geen enkel voordeel. En er zijn aan bet bestuur evenmin gevallen bekend, waarin de vrij heid der aangesloten vcrcenigingen schade lijk is gebleken voor de beginselen van den Bond. Afgezien van de vraag of wij zegt de „Zutphensche Courant" onze stem daar aan zouden schenken, doet het ons toch genoegen, dat deze motie is ingediend, ,,omdat daarbij de verhouding tusschen Vr.-D. Bond en Lib- Unie ter sprake zal moeten komen, en de Bond zich zal kunnen uitspreken over de vijandige houding, door het officieel orgaan der fractie en door som mige leden der gauche, o. a. in het kies district Zutphen, tegenover de Liberale Unie aangenomen. Het is noodig, dat dit gebeurt, want het gaat niet aan in naam als bondgenoot gehoekt to staan, terwijl intusschen de ééne bondgenoot in het geheim tegen den anderen intrigeert of in het openbaar aan de gemeenschappelijke zaak zooveel moge lijk afbreuk tracht te doen." Bovendien wijst het blad op de verkiezing te Doesburg. ,,De kleine, pas opgerichte Yr.-D. Kies- vereoniging aldaar vond het goed, nadat de liberale, meerendeels bij de Unie aan gesloten kiesvereenigingen in het district hun keuze op den beer Van der Boon al daar hadden gevestigd, dien candidaat voor de Provinciale Staten de traag voor te leggen, of hij voor. algemeen kiesrecht was- Dc liberale candidaat viel en zijn chris telijk- historische tegencaadidaafc werd ge kozen dank zij ook der „Arnhemsche Coarao t", die he'c antwoord van den heer Van dor Boon zóó critiseerde, dat de rechterzijde er munt uit sloeg. Nog andere voorbeelden worden door het ■Zutphensche blad aangehaald, ten betooge, dat de liefde niet v«.n ëën kant kan komen. Ten slotte zegt het bLad: ,,Wij brengen dit alles onder de aan dacht van het hoofdbestuur van den Vrijz.- Dem. Bond en van de meer bezadigde le den der partij, en vragen, of dit samen werking mag hcctcn. Men vergoto het niet, de Vrijz.-Dem. Bond is in opvatting en kleur slechts door een sfcroobreed gescheiden van vele kies- vereeniging, die bij de Lib- Unie zijn aangesloten. Op alle of bijna alle punten kunnen deze vereenigingen samenwerken met do afdee- lingen van do Vrijz.-Dem. Bond, en één lijn trekkend, zouden zij sterk zijn, en een groote kracht kunnen ontwikkelen. Maar die samenwerking wordt onmoge lijk, indien de vriendschappelijke en welwil lende houding, door do Unie-vereenigingen on elders in dit district tegenover de Vrijz.-Democrati9che vereenigingen aange nomen, wordt beantwoord met vijandigheid en gestook. Zij wordt onmogelijk, wanneeT do Vrijz.-Democr couranten de door Unie- vereenigingen gestelde candidaten afbre ken, of hen aanbevelon op de manier van de ,,Arnhemsohe Courant". Zij wordt onmogelijk, wanneer in het officieelc orgaan van den Vr -Dem Bond onophoude lijk geïntrigeerd en gestookt wordt tegen ons en de onzen, en tegen de uit onze ge meenschappelijke stembusactie voortgeko men Regeering." Hier volgt hetgeen de „Ar nhemscho C o u r a n t" zegt over de vrijzinnig- dcmocraten en de Kabinet s- f o r matie, omdat daarin eenige aan vulling voorkomt van hetgeen zij vroeger daarover mededeelde. J'ians schrijft het blad het volgende: ,,In weerwil van hetgeen van vrijzinnig- democratische zijde ten opzichte van do Kabinete-formatie reeds werd openbaar gemaakt, houdt de ,<Zutf ensoho" nog maar altijd de grief vel, dat de vrijzinnig democraten „de verantwoordelijkheid voor de vorming van het Kabinet van zich af schuiven". Van „afschuiven" kan geen spra ke zijn, omdat de verantwoordelijkheid hun den loop der ctiderhandelingen over die vorming nooit werd opgelegd. De „Zut- fensche Courant" dwingt ens door haar on ware voorstelling der „feiten", zij het ook tot ons leedwezen, dit punt nog eens zoo kort mogelijk in het juiste licht te stellen. Wederzijds erkend is, dat aan den Ka- binots-formateur namens do vrijzinnig demo erratische Kamerclub samenwerking en steun is toegezegd, mits de fermatie plaats had op den grondslag van 't compro mis-program van 21 Jan. 1905. Toen aan die voorwaarde niet werd vastgehouden en o.a. besprekingen werden gevoerd met po litieke personen, die met dat programma niet instemden, ja zelfs het manifest der vrije liberalen geteekend hadden, hield de samenwerking op: mr. Drucker vertrok naar het buitenland, maar weea een gevol machtigde aan, mot wien zoo noodig de be sprekingen zouden kunnen hervat worden Daartoe is nooit ook maar een poging ge daan en zelfs toen mr. Van Hamel ter olfder ure aan de tot-stand-gebrachte for matie ontviel, is met voorbijgang vaD den aangewezen gevolmachtigde, dus bui ten de club om, de portefeuille van Justitie aangeboden aan mr. Van Raai te, die ze, ge lijk vroeger reeds door ons gezegd werd, k ses risq U6S etpérils aannam. Voor de vraag van de „Vaderlander", of de vrijzinnig-democraten vrienden of vijanden zijn van dit Kabinet, bestond geen enkele roden, want hun standpunt is on veranderd hetzelfde als in Juli 1905: zdj zijn tot steun en medewerking van harte bereid, maar tegen hetgeen het voorstelt of verricht in strijd met het oompromia-pro- gram van Januari 1905, gelijk de plannen van den Minister van Oorlog, verzetten zij zich, en hebben zij ook do volle vrijheid zich te verzotten, omdat de aanvankelijke voorwaarde voor hun samenwerking en 6teun niet werd vervuld, wat voor het ove rige juist uit die plannen ten duidelijkste blijkt. De Kameroverzichtschrijver van het „Handelsblad" vindt geen vol- do'e-nde reden voor de ontevre denheid over de behandeling van het Arbeidsoontract in de Tweede Kamer. Men moet niet voorbijzien, dat het hier geldt een ontwerp, dat „een maatschappe lijke verhouding regelt zco ontzaglijk veel voorkomend als die tusschen werkgever en werknemer, in den meest uitgebreideu zin; een ontwerp, dat bovendien de Kamer stelt voor de ontzaglijk zware taak om een algemeene regeling, een „Schablone" te maken, waarin alle mogelijke arbeidsver houdingen min of meer behoorlijk moeten worden ondergebracht; een ontwerp ook, dat door zoo vele handen is gegaan, dat niemand precies meer kan zeggen wiens eigen het iseen ontwerp eindelijk, dat wordt behandeld door een Kamer, waarvan een groot aantal leden niet aan het sectie- onderzoek heeft kunnen deelnemen, en met een Regeering, die het niet heeft inge diend." Bovendien, de Kamer werkt nu eenmaal altijd langzaam. Zij is in dit opzicht een weerspiegeling van het volk en nog wel van het gemiddelde volk. Zij heeft alle goede en alle. slechte eigenschappen, die een gemiddeld Nederlander bezit „En nu is de gemiddelde Nederlander eenmaal een leuteraar on een peuteraar. "Een leuteraar in woorden en een peuteraar in gedachten. Ee.i praatjesmaker en 'n knut selaar, aie graag tusschen blauwe Lorretjes en laaggezakto gordijnballetjes maar 'n smal gluurspleetje laat en dan daarachter urenlang zijn mede-Ne-, rlanders belok- tert en bevit, als Lij uitrust van zijn „Kleinmalerei" of van het naastiglijfc rijmen van groote verzen over kleine on derwerpen- In vroegere eeuwen hinderde dat zoo niet, omdat men toen niet zoo snel behoefde te denken en te handelen als onze haastige tijd nu vordert; thans ech ter kunnen wij vaak niet mee heel goed mee met dc snelheid van denken en doen van andere naties." Nauwelijks drie maanden nadat in En geland een nieuw ministerie was opgetre den had het drie voorname wetsontwer pen ingediend. Dat gaat bij ons niet, om dat onze Regeering en onze volksvertegen woordiging nu eenmaal een Holl&ndsche Regeering en een Hollandsche volksverte genwoordiging zijn, niet alleen in het hui dige tijdsgewricht-, maar ook vroeger, on der Thorbecke, toen men ongeveer do- zelfde klachten over de breedsprakigheid der Kamer hoorde als thans. Daarom ziet de schrijver weinig heil in do vele gcnocsmiddelen, die, ook nu weer, woTden aanbevolen. Wat dezer dagen in de daarover gevoer de polemiek is aanbevolenvoorbereiding door speciale commissies, beperking van het aantal malen, dat oenzelfde „rede naar" mag spreken, het stellen van eon maximum voer den duur ecner redevoe ring, inkrimping van het reoht van amen dement, het aanwijzen van een enkelen spreker als orgaan van een bepaalde frao- tie, zijn óf te veroordeélen als indrui- schende tegen de ontwikkeling onzer Staatsinstellingen óf zullen blijken slechts palliatieven te zijn, die de oorzaak van het kwaad niet aantasten: de breedspra- kighedd en overdreven zcTgvuldigheid van enzen volksgeest. Krab een Hollandseh Kamerlid er komt immers altijd een Hollander onder nit 1 Daarom zou schrijver aan het parle mentaire stelsel maar liefst niet willen getornd zien. Van allerlei bestaande of be staan hebbende andere Regeeratelsels weet hij er geen, dat vc"or ons volk, in zijn tegenwoordig cntwikkelingsstadium. beter passen zou dan het parlementairein weerwil van de gebreken, die onze volks- hebbelijkhedcn zoo sterk er in doen uit komen. Hot biedt voor een tamelijk ont wikkeld volk nog de beste waarborgen voor een zoo groot mogelijke en zoo duur zaam mogelijke b enadering van een overeenstemming tusschen wetgeving en volKsgeest De „Arnhemsche Courant" her- inacri or ivan, «Jat de lieer H. <*>- Wildo eenige dagen geleden in een vorgadering van de anti-revolutionaire propagandamclub te Amsterdam gezegd heeft, dat hij ten aan zien van de State n-v erkiezingen in Z u i d-H o I I and nogal optimistisch was gestemd. „De optimistische gezindheid van den an tirevolutionairen propagandist", zoo schrijft het blad, „moet worden omgezet m een ijzig-zwart pessimisme. In Zuid-Holland vooral moeten do vrijzinnigen, met volle behoud van zelfstandigheid van elke groop, in zulk een sterke, eendrachtige organisatie 'treden, dat de Staten-verkieezingen ons de zege moeten brengen. Nu is de plioht tot samenwer king even gebiedend als vóór den val van hot kerkelijk bewind. Een rechtsche Eerste Kamer moet een go- stage belemmering zijn voor elke waarach tige vrijzinnige en elk© waarlijk-vooruit strevende Regeering. Het werk van 1905 is onvoltooid: ia 1907 moet het ontbrekende worden afgedaan. Do aanstaande Staten verkiezingen zijn waarlijk geen „gewone", die om haar onbelangrijkheid het thuisblij ven onzer kiezers zouden kunnen veront schuldigen zij zijn belangrijker dan ooit. Van haar uitslag zal afhangen of er rus tige zekerheid zal zyn voor het bestuur van een vrijzinnig bewind. Men begrijpe de beteekenis en bet gewicht van den aan staanden stembus: trijd, en onderschatte vooral de kracht van de tegenstanders niet. Het cloricalo „bloo" blijft nog aaneenge smeed, de oude demagogie heeft niets verlo ren. Aangeheven worden weer de bekende misleidende louzen, en bij do valsche voor stellingen van de staatkundige geschiedenis tot aan het optreden van het jongst» vrij zinnige ministerie, voegen zich de onwaar heren over het beleid ren het Kabinet-D Meester en de politiek der vrijzinnigen." Er zal, zegt het blad verdor, een zware strijd gestredon moeten woroeu. „Het voorwerp van dien 6trijd recht vaardigt echter geheel do inspanning. „Niet om de Regeering een aanslag te la ten wagen op de rechten der tegenpartij" zal een vrijzinnige trachten naar de om zetting der Eerste Kamer. ,,Do dure ver plichting tot ijverig -volharden in den strijd, den schconen strijd voor vrijheid en voor recht", zullen wjj den Eerste- Kamcrledcn onzer tegenpartij gaarne be sparen. Ter voltooiing ochber van den oigen strijd voor vrijheid on voor recht, waar aan het optreden van menig kerkelijk pro pagandist nog doet toevoegen: aien voor waarheid, zal het noodig zijn, dat nie mand het volgend jaar nalato zich zijn plicht te herinneren cm- het vaderland geheel te bevrijden van den schadelijken invloed van het kerkelijk drijven." Naar aanleiding van hetgeen in de laat ste weken in „De (groene) Amsfcord ara- in e r" geschreven is over slechto ver kiezingsman ieron, vestigt dc heer Jac. van Oversteeg, voorzitter der kiesvereeniging „Nederland en Oranje VII" te Amsterdam, in datzelfde blad do aan dacht op het veelvuldig voorkomend misbruik dor o n gotookende strooibiljetten en sohi'ijft o. m. „Laat besloten worden, dat voor geen can didaat een aanbeveling in krant, strooi biljet of aanplakbiljet zal worden geplaatst, waarop niet de naam voerrkomt van den schrijver." De redactie van het Weekblad teekent hierbij aan: „Inderdaad verricht do heer Van Over steeg een goed werk, met voor dit onder werp do aandacht to vragen. Indien de dagbladen besluiten konden geen ongeteekende verkiezingsadvertonties op te nemende kiesvereenigingen zich verbonden de niet onderteckcnde strooibil jetten in strijd met dc waardigheid van d© partij te verklarenen indien aan ano niem geredigeerde verkiezingskranlen open lijk door elke partij zonder onderscheid, alle steun werd ontzegd we zouden wel niet opeens, maar langzamerhand toch een moraliteitaregcl zien ontstaan, die aan het menigmaal zoo vuil© verkiezingswerk iets rijn zod©bedervende kracht kan ont nemen. De verkiezingsbodo voor Blooker, waar van do heer Van Oversteeg gowaagt, is ons onbekend, en wij achten het wenscholijk niet den schijn op ons te laden, als zouden wij de cono partij boven de andere in deze waardeeren. Het voorstel, door don heer Van Oversteeg gedaan, kom© tot alle par tijen als een hartelijk gemeend advies, zonder critiek. Laat besloten wonden, dat van geen candidaat een aanbeveling in krant, strooibiljet of aanplakbiljet zal wor den geplaatst, waarop niet dc naam voor komt van den schrijver Zou, nu geen verkiezingen do hartstoch ten prikkelen, er niet een gemengd comité kunnen gevormd worden van partij- on vcr- kiezingshoofden, om zich te beraden, of er practisch in deze richting iets zij voor to bereiden en tot stand brengen? Wat ons betreft, wij meenen, dat doze aangelegenheid dubbel belangrijk verdient te heeten, nu ovct de gehccle linie het jon ge Holland tot vcrkiezingsarbcid wordt geroepen, zoodra de stembus in het ver schiet staat. Ons. dunkt, dat do ouderen, die daarvoor mede de verantwoordelijkheid dragen, wetende tot welke daden deze ac tie de zeer jeugdigen kan en, bij zekere ge stellen, moet voeren, verplicht zijn al hua invloed aan te wenden, om den zin voor ridderlijkheid en eerlijkheid ouder hen U stovigon. En Uoo zou dat beter kunnen, dan door het gevcu van een !>czielcnd voor beeld?" Op een wandeling zag ik een ver Loon ing, dio mij niet aanstond, schrijft de Haagsche Sprokkelaar van het „U t rechtscb D a g b 1 a o." Van Leidon kwam ecu wngenstolletjc aan snorren: een mandewageu, getrokken door een motorfiets, en op dio fiets een sol daat i d u n i fo r m en, hu uitgestrekt in den grooten kinderwagen, een tweeao k r ij g« m a n in Hr. Ms. wapenrok, ovortogen met een laag stof, dio het blauw van zijn jas on liet rood van zijn kraag half onzichtbaar maakte. Later vernam ik, toevallig, van een stadgenoot, dat hij datzelfde stelletjo een paar uren later over de Blaak te Rotterdam had zicu tooren. Ik bohoor tot degenen, die volstrekt niet wonschon naar een Duitsch militair regime, dio ook in do uiterlijke vormen in menig opzicht meor „verbroedering" tus schen geuniformde cn civielgekleedo bur gers wonschelijk achten. Ik beb wel eens gespot over don sergeant, dio tegen een ro- servist, wiens lorgnetkoordjo te zien kwam, zei: „Grenadier, zou jo niet liever hoe lo rn aal in het burger loopon?" en dio con ander, wiens luindsohoenknoopje los was, terugzond met een barech: „Ga naar do ohambreo on ga je klcedenMaar zoo'a stel militairen op con motor en in een kin derwagon, vuil van het stof, is een spob voor oen toeschouwer en ccn ergernis voor ieder, dio van don soldaat netheid, correct heid od flinkheid venvacht. Zulke vrij heden moesten niet geoorloofd worden, want ze strijden met hot begrip van waar digheid, evengoed als wanneer bijvoor beeld een lid van den Hoogcn Raad" op een warmen zomerdag, wandelend op don Sche ven ingsclien weg, zijn ja« over den arm zou nomen en in hemdsmouwen ging loopon. 1>ü Ntoomvnnrtlijn Java-Neder land - Znid-Afrlka. Naar de „Z.-Afr. Post" vernoemt, moe ten do plannen der Nederland*-Java Zuid-Afrikivst^omvaartlijn reeds con boel stuk gevorderd zijn. Dc Regeering heeft hot plan reeds sedert geruimen tijd in ern stige studie on heeft den onderteckonaren van liet adres al horhaaldo malen inlich tingen gevraagd omtrent de uitvoering, enz. Verschillende onderdeden moeten nog worden geregeld, al vorens de subsidie aanvraag naar de volksvertegenwoordiging kan worden doorgezonden. Zoo sclujnt de zaak ook eenige vertraging te hebben on dervonden, doordat een der voornaamste ondertcckenaron van hot bekende pdres aan do ministers van koloniën en handel buitenslands vertoefde. Thans is hij echter weder terug en moet de zaak mot nieuwe kracht zijn aangevat. Con sul-generaal Knobel, do man, die ooSc indertijd de JavaChinaJapan-stoom vaartlijn tot stand wist te brengen, moet zich eveneens voor deze lijn zeer interee- sceren, en er, alvorens naar Pretoria to vertrekken, enkele zeer onergicko en i"V vloodrijko personen geestdriftig voor heb ben gestemd. Examen Loorlin g-0 o n s u L Do minister van buitenlandscho zaken brengt ter kennis, dat in de maand October o.k. een examen zal worden gehouden ter verkrijging van het getuigschrift van be noembaarheid voor de betrekking van lecr-< ling-consul. Om tot het examen toegelaten te kunnen worden moet men den ouderdom van 18 jaren boreikt hobbon. Do dag, waarop het examen een aanvang zal nemen en het tijdstip, waarop men zich daarvoor moet aanmelden, zullen nader worden bekend gemaakt. Het examen wordt gehouden te 'a-Gra ven hage. Nadere bijzonderheden bevat do „Sts.* Ct." No. 91. W) De hertog van Mizrox blijft in Edelweiss, en met hem kan u altijd overleggen Die man moet gevat worden, al moest ik er ook de wereld om doorreizen. Hij zal nies aan mijn wraak ontsnappen. En nu nog dit. Don twintigsten van de volgende maand eisoh ik do bebalng van de sohul-.l aan Axphanië. En zóózeer heb ik mijn hart op den dood van dien Grenfall Lorry, gazet, dat ik in tegenwoordigheid van al onze vrienden beloof, dat, indien hij vóór den twintigsten November wordt gevat en in mijn tegenwoordigheid ter dood ge bracht, aan Graustark hetzelfde uitstel zal geschonken worden, als wanneer u gehuwd was met den man, dien hij vermoordde. Gij allen hoort dit aanbod? Ik bevestig het met mijn woord van eer. Zijn dood vóór den twirtigsten geeft Graustark tien jaar opscho.ting van betaling. Is hij nog in vrij heid, dan cisch i'; mijn recht. Mij dunkt, Bohoone Yetive, dat dit aanbod voor uw volk een groote aansporing zal zijn, om ijverig te zoeken naar den vluchteling." Doodelijk bleek hoorde de Prinses dien merkwaardigen voorslag aan. Opnieuw drukte de plioht tegenover Graustark haar ^vreed op de schoudere. Eén van beiden moest zij opofferen, wilde zij de andere partij redoen. ,>Wij zullen alles doen wat wij kunnen, cm onze dankbaarheid 'co toonen voor uw grootmoedig aanbod," zeide rij. Terwijl zij aan den arm van haar oom de zaal verliet, hoorde zij aan allo kanten een druk gefluister, met uitdrukkingen van verbazing en verlichting van haar eigen onderdanen, en aanmerkingen van de vreemdelingen. Welken weg moest zij in slaan, om veilig te wezen voor rich- zelve? „Wij moeten dien man in onze macht krijgen, Yetive", zeide Halfont op de trap. „Er blijft geen andere keus over.' „Behalve de kans, dat het u niet ge lukt", mompelde rij. Op dat oogenblib besloot zij, dat, als zij er iets aan doen kon, Grenfall Lorry nooit zou gevat worden. Hij was onschul dig en Graustark moest zijn eigen schul den betalen. Den volgenden dag vertrok de vorst van Axphanië in pracht en praal weer naar het land zijner vaderen; geheel Edelweiss kwam naar den indrukwekkenden optocht kijken, die do Noordelijke poor- der stad uittrok. Hoog op den bergtcp zag een man uit een klein raam hoe de zwart» processie noordwaarts door de vlakte trok en 'cus- schen de naburige heuvelen verdween. XXI. De langste maand in Lorry's leven was do maand, die volgde op zijn romantische vlucht uit den Toren. Zijn ongeduld maak te do dagen 'tot weken. Het kille klooster was hem erg.r aan een gevangenis. Hij keek door de ramen als een gevangene door de tralies, altijd hopend, altijd weer teleurgesteld. Bij elk der weinig talrijke bezoeken van kapitein Qninnoz verheugde hij zich in bet vooruitzicht op de vrijheid, doch alleen om te dieper te verzinken in wanhoop, hij het ontvangen van de nadruk kelijke, hoewel vriendelijke verzekering, dat do tijd nog niet voor hem gehomen was om de haven te verlaten, waar liefdevolle handen hem in veiligheid gebracht hadden. Uit rijn raampje zag hij do drukke stad beneden, met het kasteel; de zomergeuren, die uit het dal opstegen, vervulden hem met bijna onweerstaanbaar verlangen. Koua was de wind, dio*om zijn verblijf gierde; akelig, droevig waren de nachten, kleurloos en somber de dagen. Hij was buiten de we reld gesloten, terwijl vreugde en lictde zich aan zijn voeten bevonden. Hoe hij de spoo ning, do marteling der onzekerheid, het smachten naar het loven uithield, wise hij zelf niet. Zijn werkloosheid maakte hem krankzinnig; zijn gevangenschap werd hem met den dag ondraaglijker. Honderdmaal had hij reeds besloten do vluoht -te ne men, doch het gezond verstand had tel kens de overhand behouden. Hij wist, dat zij met liefdevolle, teedere zorg over hem waakt», en dat hij, zoodra de tijd tiaar was, zijn weg vrij zou vinden. 'Toch maakte soms het verlangen om te weten wat zij deed en dacht, hem razend. Waar hij ook was, altijd dacht hij aan baar, beurtelings met vertrouwen en wanhoop. De eenige groote vraag, die hem de ge- vangensch.' zoo onuitstaanbaar maarte, was, of hij ooit den schat zou bezitten, dien hij zoo vurig begeerde. Op sommige oogenblikken had hij een gevoel, alsof hij haar ondanks do gehc' wereld kon ver overen, als hij maar vrij was geweest. Doch nu wist hij niet, wat er in de wereld, waaruit hij vc -bannsn was, omging. De prior was -ed voor hemde weinige gemakken, die hem bezorgd konden wor den, genoot hij. Hij werd goeo verzorgd; hij had geen vragen te beantwoorden, want niemand vroeg hem, wat hij daar kwam doen; hij had niets to vreezon, want gccu zij nor vijanden kende zijn verblijfplaats. Beloften, boodschappen van vrienden, be richten, alles werd hem toegezonden, of schoon mot lange tusschenpoozen. De be zoeken van Quinnox waren als zonnestra len voor hem. Hij kwam sloohts bij nacht on vermomd on bracht mondelinge berich ten over, om allo ongelukken te voorko men. Anguish liet hem weten, dat hij opge ruimd moest zijn, daar hij Harry, al het mogelijke deed om de werkelijken moorde naar te ontdekken, waarin hij heimelijk werd bijgestaan door den chef der politic. Natuurlijk hoorue hij van do uitgeloofde belooning eu van do moeite ,die de par tijen zich gaven, en hij lachte luid bij het denkbeeld, dat do slanke, jonge vrouw met haar blauwe oogen allen zoo handig wist om den tuin te leiden. Eerst in den nacht van den achttienden November deelde Quinnox hom de voor waarden mede, door Prins Bolaxoz gesteld. Tot dusverre had de jonge officier Lorry hieromtrent misleid. Do Amerikaan had herhaaldelijk gevraagd, hoe het nu op den noodlottigen datum gaan zou, doch Quin nox had steeds onwetendheid voorgewend. Eindelijk verloor Lorry zijn geduld en liet de Prinses weten, dat hij, indien zij uem nog langer onbekend Het met den toestand, het klooster zou verlaten, en zelf een on derzoek instellen. Op deze gebiedend.' boodschap Kwam Quinnox twee nachten later terug met het volledige verhaal van het gesprek tusschen dc twee vorstelijke personen. De Pnnsos smeekte hem, te blijven waar hij was en vToeg hem vergiffenis, dat zij do waarheid voor hem had verborgen had gehoudon. Quinnox vermeerderde zijn angst nog, door de modedceling, dat cr kans op hulp be stond van een anderen kant. Prins Gar- briél, zoo vcrteldo hij, niet wetend, hoe diep hij Lorry hierdoor wondde, was da gelijks bij do Prinses, en men vermoedde, dat hij bereid was, Graustark genoeg gold te Iconen cm de schuld aan Bolaroz af to doen Reeds dc gedachte, dat Gabriel bij haar, was, verwekte een Btorm in Lorry's ge moed. Hij leed onder uo wetenschap, dat zij gedongen was zijn liefdesbetuigingen cn zijn nabijheid te verdragen. Opeens kwam het denkbeeld' 'o:j hem <»p, dat zij Gabriël gehoor zou kunnen schenk ore om op dio wijze niet alleen Graustark re redden, maar tevens den man, dien rij liefhad. Doch neen I Zulk een offer kan «och niet van haar geëisoht wordenMet Ga briël trouwen I Met den man, die haar hsxï willen ontvoeren I Knarsetandend' staardo hij Quinnox aan* «alsof deze bot voorwerp ren zijn haat en zijn jaloezie was. Verschrikt deed de ka pitein een stap terug. (Wordi ïêrrotgë.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1906 | | pagina 5