Kippen-iioudeneen bron van verdiensten. Hoewel vsrsaheidon porsonea en vereeni- gingen, dio zich met bet houden en fokken van pluimvee bezighouden, sinds jaren in verschillende boeken, week- en maandbla den op do voordeelen wijzen, die met p1 -im veehouderij te verkrijgen zijn, en daaraan vee Lal tal van wenken vastknoo- pen, welke men ter harte dient te nemen, indien men succes van zijn werken wil heb ben, zoo kan men todh steeds weer opmer ken, dat de pluimveeteelt bij tal van mon- •chea, wier werkkring hen als het ware tot pluimvee houden dwingt, niet of slecht beoefend wordt, in welk laatste geval de voordeelen zeer gering zijn en men weldra ook van hen de klacht kan vernemen, dat met kippen-houden niets te verdienen valt. Ik ben zoo vrij dezen minder gewensoh- ten toestand toe te schrijven aan het feit, dat do bovenbedoelde geschriften met raadgevingen gewoonlijk met onder uo oogen komen van hen, dio juist veel eer dan b aaide liefhebbers zich op de hoog te behoorden te houden van al datgene, ;wat in den lo^p der tijdon bedacht is om de pluimveeteelt loonend to maken. Ik stel mij voor, dat zij, indien zij zagen hoe in Denemarken, Amerika en meer landen de pluimveeteelt met enorme voordeelen ge dreven werd, ook voor zich7clven zoudon willen probeeren hun verdiensten niet on belangrijk to vermeerderen door wat meer zorg voor bun pluimveestapel te koeste ren. Waar nu echter mijns inziens de boeren stand zich door het lezen vandie geschrif ten niet op de hoogte stelt of kan 'stellen, ;hob ik gemeend in een gewoon nieuwsblad eens met eenige cijfers voor den dag te moeten komen, die, naar ik hoop, de oogen van verscheiden personen voor hun eigen belang zullen operin. Deze regelen zijn dus meet speciaal be stemd voor hen, die, hoewel uitstekende gelegenheid hebbende om er een flinken 'pluimveestapel op na te houden, niet of weinig of met gering succes aan deze soort fokkerij doen. Hieronder laat ik de resultaten volgen, welke ilc verkreeg met 13 kippen, door mij- zelven gekweekt en die alle- op 1 drieja rige nu, in 1905 uitgebroed werden. Half November kwamen geleidelijk do 32 jongston ook aan den leg en raapte ik m deze maand totaal 100 eieren; in Decem ber steeg dit cijfer 221, in Januari tot» 239 en van 1 tot en met 26 Februari 263 eieren, totaal alzoo in 113 dagen 793 stuks. Dc prijs der eieren berekende ik van 14 November 7£ ets., van 4 Nov.13 Januari 8$ ets., van 13—22 Jan. weer 7£ ets., van 22 Jan. —21 Febr. 6 ets. en daarna cent per stuk; do handelaars in eieren zullen mij zeker wel toeetemmen, dat doze prij zen niet te hoog zijn, vooral niet in den duursten tijd, en dat ik door zoo te reke nen niet tot een te geflatteerd eindcijfer komeó moet. Bij deze prijzen nu vertegenwoordigt de eierproductie, volgens mijn dagelijksche eierenlijstt een waarde van f 58.50, terwijl de kippen mij bijna 20 cents per dag kost ten aan voeder, turfstrooisel, gemalen schelpen en dergclijken. Deze laatste uit gaven bedroegen aus m 119 dagen 23.50, waardoor een zuivere winst overblijft van 35 cents of ruim 2 per week bij een sta pel van slechts 13 kippen. Had ik dc kippen 31 October moeten koopen en ze bijv. nu weer willen verkoo- pen, dan stel ik mij voor, dat het verlies op de kippen hoogstens f 0.60 per stuk zou bedragen hebben en zou dus mijn eind cijfer toch altijd nog een winst van f 27 aanwijzen. Hoewel deze cijfers al bijzonder gunstig luiden, moet ik toch opmerken, dat zij nog niet een3 de allergunstigste zijn, daar ik zoker nog meer winst zou becijferd hebben, indien ook de 3-jarige kip een jonge hen geweest was, wijl zij mij in die 118 dagen slechts 25 eieren bezorgde in plaats van 65, zooals de andere gemiddeld deden. Ook voerde ik in het begin van den winter meer dan tegenwoordig en vertoonden do kip pen hierdoor zelfs in do koudste dagen spoedig neiging tot Iroeden; terwijl ik die neiging door opsluiting in een klein traliohokjo en schraal voer steeds binnen 4 dagen den kop indrukte, zoo gingen toch bij verscheiden kippen 8 a 10 legdagen ver loren. Belangst?llenden, die nimmer dergelijke schitterende resultaten met hun kippen in de winter maanden mochten behalen, zullen nu misschien opmerken, dat het een heel bijzonder soort kippen geweest moet zijn, en geef ik hun dit in zoovere toe, dat het zeer zeker ippen waren, zooals men bij den kleinen kippenhouder niet aantreft, nl. dieren, die ten eerste tus- schen 15 Maart en 15 April 1905 geboren waren en ten tweede goed verzorgd wer den, zoowel wat voeder als wat huisves- trn*» betreft. Het voeder werd steeds in zindelijk ge houden voederbakken voorgezet en bestond overigens uit het beste, dat er voor goed geld bij den gruti ?r verkrijgbaar is. Het ochtendvoer, dat kort na het verlaten van het nachthok, verstrekt werd, is het door de Nederlandache Hoenderclub aanbevolen voeder voor losloopende kippen (/4.60 per 50 K.G Dit voer maakte ik geuurende deze vier koude maanden steeds met wat lauw water tot een kruimelige massa, niet te droog en niet te nat, zoodat de kippen het als het ware verslonden. Voor avondvoer gaf ik een uur voordat de hoenders op stok gingen, gerst, maïs (in zeer geringe hoeveelheid wegens het te vet worden bij ruim gebruik,) tarwe, ha ver en voerrijst, en koos ik Voor deze arti kelen steeds de allerduurste, nl. zware gerst, tarwe van ruim f 8 per H. L., ha ver zonder die scherpe lange naalden aan de punt, enz. Het groen voeder moesten de kippen na tuurlijk zelven zoeken op een klein gras veld, dat ik als uitloop gebruikte, doch gaf ik nu en dan, wanneer het gras mij te weinig leek, koolbladeren, appelschillen en fijn gesneden stengels en bladstelen van allo soorten kool to verorberen. Ook bie ten zouden goed voldoen. Wat de huisvesting der kippen betreft, zorgde ik er steeds voor, dat aj, hoe boos het weer ook zijn mocht, bij bun hok een ruimte haddei, waar zo schuilen konden en waar zij een bad in asch en zand konden nemen. Het hok zelf was door een ruit verlicht-, liet geen tocht door de reten (de schuif bleef echter altijd open) en hield ik verder do zitstokken met klampen, leg- nesten, wanden, vloer en zoldering goed vrij van ongedierte door behoorlijk gebruik te maken van carbolineum en witkalk. Het hooi en stroo der legnesten werd vaak verwisseld. Den vloer van het nachthok hield ik steeds bedekt door een laag fijn turfstrooi sel, terwijl de uitwerpselen geregeld min stens een9 per week verwijderd werden en het strooisel ververscht, indien het te voch tig werd. Ook het drinkwater werd steeds in een rindelijken bak gegeven u bij hevige t de 'b morgenLauw gemankt. Ziekten zoo rain als ongedierte kwamen dan ook voor, al had ik eeni weken geleden van één of twee kippen nu en dan een windeidoor uiterst fijn gestripte eierschalen door het ochtendvoor mengen (2 a 3 eetlepels per 14 kippen) en afzondering van de patiënte, zoodra ik die ontdekt had, kwam ik dib euvel echter gemakkelijk te boven. Voor stadsmensebon is het houden van kippen op dez© wijze natuurlijk, niet altijd mogelijk, doch voor mftnschen, die voldoen de grasland i hun nabijheid hebben, waar de kippen vrij op 'innen rondscharrelen en die een schuur op hun erf hebben, waar de kippen in kunnen c /ernachten, is h~t zeker, zonder meerdere kosten dan ik op somde, mogelijk om kipp n met hetzelfde Bücces te houden als ik het deed. Laat- do ruimte ;t bij hen toe om 60 kippen te hou den, zou ik bijv. deze verdeeling a-anra- Iden: 20 kippen van den eersten leg, 20 van den tweeden ca 20 van den derden leg; elk jaar ruimt mea tegen het voorjaar dan de driejarigen op en fokt er 20 jon gen voor in do plaats, van welke men dan des winters overvloed van eieren mag ver wachten; waar ziekenhuizen en verschei den particulieren ook in den duren tijd graag goed geld voor de eieren geven, in dien zij slechte zeker zijn volmaakt ver- sche te ontvangen, brengen dezo jonge kippen een aardig stuk geld in de beurs. Mochten deze regelen sommige lezers er toe brengen om zich op de pluimvee teelt toe te leggen met het oog op „ket zoete winstje", dat er mee te behalen is, dan hoop ik, dat zij de volgende regelen in acht zullen nemen: lo. Om in den winter leggende kippen te hebben, moet men kuikens fokken, die noch te vroeg, noch te laat in het jaar legrijp zijnzijn ze te vroeg, dan schie ten ze na een korten legtijd in den rui, terwijl ze bij te laten wasdom nog niot aan den leg zijn, voordat de koude dagen beginnen, zoodat ze gewoonlijk niot voor het najaar aan den leg gaan. Wens^ot ge zware rassen te houden, die eerst met 7 maanden legrijp zijn, dan is Maart do maand, waarin zo uitgebroed moeten rijn, terwijl voor de kleinere rassen ook Aoril geschikt is. 2o. Zorgt voor een rustig, droog, tocht vrij nachthok, dat niet tc koud is, zo odor echter kunstmatige verwarming toe te passen, wijl hierbij de kippen te veel ver wennen en des d«.ags gemakkelijker kou vatten. Houdt het hok vrij van ongedierte door bijv. 4-maal per jaar zitstokken en k. am pen, legneston, wanden, vloer en zol dering goed mot oarbolineum en witka'k te besmeren, terwijl fijn turfstrooisel op den vloer gewenscht is. 3o. Besteedt goed geld voor het voeder, eisoht steeds het beste, want koopt ge goedkoop, maar slecht voer, dan houdt ge eera klein beetje geld in do beurs, doch nog veel meer uit de beurs, wijl het kwaad zichzelf wreekt door minder eierproductie en ziekte onder uw kippen. Het bovenge noemde ochtendvoeder is zeker niet to duur, doch evenmin te overtreffen wat voedend gehalte betreft. Mochten er lezers zijn, dio niet weten welko soort kippen te nemen, dan raad ik het volgende aan: Wil men veel eieren, _i zonder bepaald op grootte te letten, koop dan Holland8che hoenders, die er 240 per jaar leggen met een totaal gewicht van 12.7 K. G. Wilt ge daarentegen groote eieren, al zijn 't cr dan over een heel jaar ook minder, koopt dan Hollandsche kraai- koppen, dio tevens een prachtigen bout voor de tafel geven (bijnaam: Bredasche kapoenen), of Orpingtons, Andalusiërs, Wyandottes cn uergelijke. Onthoudt echter wel, dat onze Holland sche rassen, zooals Hollandsche, Drent- scl;C en Friesche hoenders, kraaikoppe" en uilebaardcn, veel sterker en geharder zijn dan do geïmporteerde rassen en we gens hun mindere grootte ook aanmerke lijk minder voer koeten dan ue buitenlan ders, die veelal doodvreters genoemd kun nen worden. 8. QelHEusftPGerde Visitekaartjes. De nieuwe mode voor dit jaar schijnt in Parijs het geïllustreerde visitekaartje te zijn. ,,Le monde oü l'on fait la mode" (de wereld, waarin men de mode maakt) versiert zijn naamkaartje met een miniatuur- portretje, dat in een hoekjo als gravure off fotografie gedrukt wordt. Feitelijk wordt daarmede een vroegere, mode in eere hersteld. Wan* reeds ten tijde van de Revolutie kende men visite-kaarten, die volgens den toen heerschenóen smaak mefc lauwerkransjes, olijfblaadjes, soms met de Phrygische muts werden versierd. Tot na het Keizerrijk bleef deze mode bestaan, maar na 1820 vond men blijkbaar, dat do naam alleen het kaartje voldoende vulde.4 Een goede kwaliteit van karton en een sier lijk op steen geteekend lettertje waren toen de eenige weelde. Maar onze eeuw verlangde na_r wat nieuws- Wanneer de foto goed is, zal men den naam achterwege laten, en met een wat üitgebrei-' den kring van kennissen zou men zelfs foto albums kunnen gaan aar.^ggen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1906 | | pagina 10