LEIDSCH DAGBLAD, ZATERDAG 16 DECEMBER; - TWEEDE BLAD. PERSOVERZICHT. FEUILLETON. Een Heldin. JVo. 14055. anno 1905 In het weekblad „Ken n e me r lan d" is een levens- en karakterschets opgenomen van den heer Roijne, lid der Tweede Ka- fner voor het kiesdistrict Kampen. Het blad schrijft o. m.: „De verkiezing van den heer Reijne tot lid van de Tweede Kamer in het district Klampen heeft in den lande algemeen© aan dacht getrokken en niemand had vermoed, misschien ook dc heer Reijno zelf niet, dat bij de op 28 Juni gehouden herstemming prof. Noordtzij het voor hem zou moeten afleggen. Ook te Beverwijk, waar het nieuw© Ka merlid algemeen bekend is en hij zijn jon gelingsjaren heeft doorgebracht als jongste bediende van de firma P. Verhagen Pz .werd zijn verkiezing met belangstelling jvernomen en werden velen verrast door do zen onvorwachten uitslag. Juist omdat Reijne hier algemeen bekend is, spreekt vriend en tegenstander het on omwonden uit, dat dezo self-mad© man respect afdwingt door zijn ijzeren wils kracht en juist om het geïsoleerd en zelf standig standpunt, dat hij tijdens zijn hier- zijn steeds innam, dwingt het bewondering af, dat hij „tegen stroom" op zijn doel heeft bereikt en thans zal behooren, tot een y.g.n de honderd uitverkorenen, die het Ne- derlandsche volk in Den Haag zullen verte genwoordigen. Of Reijne thans een man is van bijzon dere betëekenis, is een vraag, die nog be vestigd moet worden in de toekomst. Hij .werd geboren in een boerderij to Kromme- pio en is slechts 33 jaren." In zijn jeugd werd hij naar het gymna sium van Amsterdam gezonden, waar hij flink© vorderingen maakte, een conflict met den rector, die ervaren moest dat een boe renzoon meer dan een stadskind van zien afslaat, was oorzaak, dat hij werd wegge zonden. Vervolgens kwam hij als volontair op de blikfabriek van Verver, te'Krommenie, doch door overmaafc van zelfstandigheid en eigenwaan, moest, ook hier het veld wor den geruimd. Door tusschenkomst van den vrocgeren 6ecretaris van Krommenie, den heer De Yv it, ontving do jongeling, wiens aanleg gestuit werd, een plaatsje als jongste bo- diende op hot wisselkantoor van den heer Verhagen, te Beverwijk. Hier leerden de Bevorwijkors hom het eorst kennen, toen hij door zijn patroon belast werd met de inning van wissels. Hij .•was steeds gesoigneerd in kleeuing en ma nieren, redeneerde vuak honderd uit, on maakte zich dikwerf belachelijk door zijn anarchistische denkbeelden, waarvan hij onomwonden getuigenisgaf. Eenige jaren was hij hier werkzaam, doch menigmaal getuigd© hjj, dat de kantoorkruk hem niet aantrok, zonder te weten wat hij dan wel wilde. Opmerkelijk is, dat tijdens zijn verblijf te Beverwijk zijn anarchistische denkbeelden een belangrijke zwenking ondergingen en hij meer neiging toonde voor staats-socia- lisme. Zijn werkkring ten kantore werd echtet plotseling af gebreken door een conflict met de oohtgenoote van zijn patroon, dio hem bij afwezigheid van zijn superieuren beris'pen wilde. Liewer dan hieraan zich to onderwerpen vertrok hij, daar ieder in grijpen van eon vrouw in de zaken van het kantoor hem onverdraaglijk was. Nu werden door Reijne de eerst© schreden gezet op het pad dor journalistiek. Eerst in betrekking bij de firma Leonard Everts, to Edam, waar hij evenzeer onmogelijk werd om zijn sterk geprononoeerdo zelf standigheid, richtte hij het weekblad „Algemeen Belang" voor Beverwijk en de Zaanstreek op, waarin zijn scciale neigingen in democrat!schen geest sterk geaccentueerd werden en hij trachtte door den eigenaardigen inhoud van zijn blad en sterke polemiek met andere plaatselijke bladen en personen, vasten voet aan wal te krijgen voor zijn courant. Dit gelukte hem niet, men liet Roijne praten en zijn uitgave eindigde mot een conflict met de beido drukkers, die achter eenvolgens hem ter zijdo stonden. Teruggebracht tot satisfait liberaal, aan gesloten bij de „Lib. Unie", was het Reij- 76) „Nu, wij spreken daar voorloopig niet meer over; ik wil u niet kwellen, kind lief. Ga nu maar naar binnen en doe uw goed af. Allereerst moet gij nu een kopje van onze beste Neilgherrythee drinken cn dan uitrusten. Gij ziet er uit alsof gij een geheele week niet te bed waart geweest." Toen ik nu in mrs. Dairymples smaak volle kamer zat, welke op de veranda uit kwam, do koele, naar binnen stroomende berglucht inademde en do mij zoo goed be kende snuisterijen en photographicön, haar hondon en in de eerste plaats haar eigen beminnelijke persoonlijkheid om mij heon zag, toen had ik mij gaarne verbeeld, dat alles, wat ik in de laatste dagen in Royo- petta had bolcefd, ja mijn geheele verblijf daar slechts een droom, een benauwde droom was geweest of dat ik daar beneden gestorven was en nu in den hemel vertoef de. Mijn brein bevond zioh in een zonder- lihgen overspannen toestand; om mijn öogen lagon blauwe kringen, de pupillen hadden zich onheilspellend vergroot en mijn eenmaal zoo gezonde zenuwen be hoorden tot een vervlogen tijd. ^^h twaalf uren van onafgebreken ge ne, die in 1901 allerwegen optrad tegen de urgentie van Grondwetsherziening, wat bijzonder de aandacht op hem deed vesti gen en werd hjj dooT tal van letterkundige bijdragen in verschillende tijdschriften, over oeoonomisch© en politieke onderwer pen, meer algemeen bekend. Daaraan had hij het te danken bij do jongste verkiezingen in Bodegraven en Kampen zich candidaat gesteld te zien voor de Tweede Kamer, met den uit slag, dat bij to Kampen gekozen werd." Gaan eventueel de verzeke ring s oo n tra c t e n teniet? Dezo vraag is zeker wel de moeilijkste in dit verband. Zijn de overeenkomsten, door de vennootschap aangegaan, thans nietig ge - worden door het algemeen verbod der lo- te ijen En. stellig die, welke sedert 1 Juli 1805 (d- i. na do invoering der Loterijwet) zijn afgesloten? Inderdaad hoogst ingewikkelde puzzles 1 Dat een contract-, afgesloten nadat de veroordeeling der ondernemers vaststaat, vanzelf nietig zou zijn, omdat het voorwerp der overeenkomst, de z. g. n. „o o r z a a k" niet geoorloofd is, in strijd komt met de wet, met de openbare ordo en de goede zeden, is buiten allen twijfel. Maar de contracten, die van vóór de vcr- ©ordeeling dateeren? Indien deze nietig zouden worden, omdat hun „oorzaak" inmiddels door de nieuwe Loterijwet tot een ongeoorloofde is verklaard, dan zou dus déze web een terugwerkende kracht heb ben. En dkt verbiedt de wet zelve, die el ders bepaalt, dat haar bepalingen alleen voor de toekomst verbinden. Bij de samenstelling der Lotorijwct heeft men aan dat bezwaar gedacht. Het was het Arnhemsche Kamerlid, thans de Exoellen- tio Rink, die een amendement op art. 10 deed aannemen, bepalende, dat dezo wet niet van toepassing zou zijn op loterijen, vóór 1 Juli 1905 reeds wettiglijk aangelegd. Blijkbaar heeft do kantonrechter deze overgangsbepaling op „Lotisioo" niet toego past. Wat do rechtbank in deaen zal doen, dient men af te wachten. Dat het in de b ©- d o o 1 i n g van het artikel liggen moet, om terugwerkende kracht der wet te voor komen, staat wel twijfelloos vast. En het is in het algemeen te hopen, dat men niet genoopt zal zijn, deze wet, om haar tekst, to interpreteeren in anderen zin, dan die door ontwerpers en wetgevers beoogd werd. Als het nu mis mooht loopon, wat dtin? Mocht echter het vonnis veroordeelend zijn, vragen sommigen onzer lezers, wat staat ons dan te doen, om voor onzo belangen op te komen? Niets, moe ten wij daarop antwoorden. Gij moet af wachten, wat de vennootschap over u zal beslissenin rechten haar aanspreken kunt gij in géén geval, omdat dit een rechtsvor dering zou moeten worden ter zake van een schuld, uit spél voortgesproten, en zooda nige rechtsvordering staat onze wet niet too. Rechtsmiddelen tegen „Lotisico" hebben do verzekerden dus niet. Laat men zich daarom rustig houden en afwachten, in het volle vertrouwen, dat niet beschaamd moge worden, dat dezo vennootschap er naar streven zal de belangen barer verzekerden hóóg te Houden en volledig na te komen. „Kijker" schreef in do „De Tele graafheb volgendo over „L o t i s i- c o:1' Een vergelijking. Daar waren eens twee kinderen, die elkander voortdurend sloegen. Heb la waai, dat hierdoor in huis ontstond, liep bepaald do spuigaten uit. Toen verbood de vader het vechten met gestrengheid. „Hier in huis," zei-die, en hij dreigde meS de vuist, „mkg eens-voorgoed niet meer gevochten worden. En wie het tóch doet, neem ik z'n lekkers af, of hij mag z'n kamer niet af." „Weet jc wat," zei zusje tot broertje „telkens als vader moeder slaat, dan sla ik jou." En dat deden zij. Want in dat gezin sloeg do vader zelf zijn vrouw... Zóó wanhopig komiek is het vonnis, dat voorloopig de maatschappij „.Lotisico" naar huis heeft gekregen. Haar bedrijf is, daarin veroordeeld, omdat het een lote rij is, waarbij do .winners worden aange wezen docr het lot. Wie wil dat niet? D e zonden slaap misten hun uitwerking niot, zoodab ik mij bij het ontwaken reeds weer ©enigszins in ij zelve gevoelde. Toen ik daar op in don heerlijken tuin zat en geen on bevoegde ooren had to vreezen, vertelde ik mrs. Dalrymple uitvoerig mijn wederwaar digheden. Toen ik dio had meegedeeld, stond zij haastig op, boog zich stilzwijgend naar mij toe en kuste mij hartelijk. „Gij vindt natuurlijk, dat ik mij weer zeer dom en onhandig heb gedragen?" vroeg ik. „Ik vind, dat gij wel niet altijd juist verstandig hebt gehandeld, maar dat gij een heldin zijt on een moed hebt, welken ik nooit zou hebben beczeten. Gij hebt do Rani getrotseerd en Max het leven go- red 1" „Ja, en mij verbonden met Ibrahim te trouwen, een man, die de ondeugden van beide rassen, waarvam hij afstamt, in zich verccnigt." „Neen, gij zult niet met dien schurk trouwenriep mrs Dalrymple heftig. „Het was een afgeperste belofte. En hij heeft Max immers volstrekt niet gered, maar de Engelscho dokter! Slechts een geheel overspannen brein, als het uwe kan alleen op zulke afschuwelijke gedach ten komen." „Maar hij heeft bij Max gesneefd en hem den ring getoond en Max veracht mij nu." „Ik kan maar volstrekt niet begrijpen, S ta a t. En wie trekt dat lotDe St a a t. Wie stempelt dit bedrijf, omdat er een kansbepaling bij te pas komt, tot een ongeoorloofde handeling? D© Over heid. En wie bepóélb dö kans? De O ve r heid. Want in dat gezin sloeg de vader zelf... De veiligheid der verieker- d e n.Thans komen onderscheiden ver zekerden ons vragen, hoe het met hun rechten is gesteld op heb oogenblik, en hoe het er mee zal ofloopen, als het ver oordeelend vonnis bevestigd wordt. Op den voorgrond is zeker dib gorus- stellend antwoord te plaatsen, dat de maatschappij op 1 December j. L heeft aangekondigd: „dat zij aan haar vor plichtingen jegens de polishouders op on veranderde wijze zal blijven voldoen, en dat de afgesloten oontracten gehandhaafd blijven." En er is geenerlei reden, om aan de betrouwbaarheid dezer toezegging te twijfelen aangezien op de correct© hou ding dezer onderneming vooralsnog niets valt af te dingen en er ten overvloede op gerekend kan worden, dat hoog-bevoegde rechtsgeleerden, vóór deze toezegging aan het publiek gedaan word, hun meening in «deze richting hebben uitgesproken. Hoe dus de rechterlijke beslissing ook nnge uitvallen, het is niet te voorzien, dat do belangen der tallooze betrokken personen er duurzame schade door zullen lijden. Mag op dit oogenblik het be drijf vc'ortgaan? In afwachting van do beslissing der appèl-rechters, gaat „Lotisico'" voorloopig mot haar bedrijf voort. Nog berichtte zij een uitkeering op do door haar afgegeven polis No. 30(05, omdat op dat nummer een prijs in do Staatsloterij was gevallen. En tegeli.in bood zij de toezegging van prospectussen aan. Uit al .welke dingen blijkt, dat er voorloopig niot aan gedacht wordt, her bedrijf te stagneeren. „Mag dat?" vraagt een lezer ons- Al is er van het veroordeelend vonnis de* kan tonrechters hooger beroep aangeteckend, is dat vonnis niet voorloopig een verbod om door te gaan? Ziedaar een zeer moeilijke vraag. 1 e n uitvoer gelogd wordt een v.nmis niet, vóór het onherroepelijk beslissend is geworden, of, zcoals men ploegt tc zeg gen, in kracht van gewijsde is gegaan. Maar daarmee is déze vraag niet opge lost. De strenge theoreticus zal zeggor Zoodra de rechtmatigheid eener h inde ling in twijfel is getrokken, cn een vervol ging heeft uitgelokt, zal de staatsburger haai- bobben na to laten tot nadrukkelijk is beslist, dat zij geoorloofd is. De een voudige praktijk zal in een geval als dit betoogen: Ga voort op uw weg, totdat in eindvonnis, d. w. z. in hoogste resi/eu, het verboden© uwer gedraging ls uitge sproken. En daaraan blijkt ook „Latis«- co" zich te houden. Art. 3 en vlg. der polis kunnen in dit verband buiten beschouwing blijven, want dóór is het geval voorzien, dat do wet op de Staatsloterij wordt gewijzigd, of die loterij wordt afgeschaft. En daarvan is thans geen sprake. Want alle loterijen zijn door Jen Staat afgeschaft, juist be halve de zijne Van opzegging der polissen door ae ver zekerden kan evenmin een oogenblik spra- ko zijn, daar de vennootschap dat recht nadrukkelijk aan zich heeft voorbenou den. Do dames Johanna W. A. Naber en dr. Alctfca H. Jacobs hebben een bespreking over vrouwonk iesr ooht gehad met üo heeron jhr. De Savornin Lobman, Van Idsinga on graaf Van Bylandt in het ge bouw der Tweede Kamer. \Daarvan doen do dames nu verslag in het „Maand blad van do V orooniging voor Vrouwenkiesrech l". Daaraan is het volgendo ontleend: Daarna vroeg de heer Lohman of wij niot van oordeel waren, dat de vrouw door indi- recten invloed in de maatschappij evenveel kon tot-stand-brengen als door dircoten in vloed. En tevens vroeg hij wat wij dachten, welke de gevolgen zouden zijn voor het go- zin, de verhouding van man tot vrouw, van invoering van vrouwenkiesrecht. Op cle eerste vraag antwoordde moj. Nar ber: Waarom wij diroctcn invloed wen- schen, dat zal ik u met een voorbeeld uit- waarom gij hem niet dadelijk do geheolo venaehteh'jke geschiedenis verteld hebt, in plaats van als een schuldige voor nera te staan." „Ik begrijp dat nu zelve ook niet. Maar alles kwam zoo onverwacht, ik bevond mij als in een nevel, in een eoort bedwel ming. Do toog was mij als verlamd. Toen viel hij plotseling in onmacht en dokter Flemming zond mij weg." „Arme Pamela 1 En voor zijn ziekte schreef Max mij zulk een gelukkigen brief, waarin hij zijn verloving meedeelde, mij wonderen van zijn Pamela vertelde en mij beloofde, u zoo spoedig mogelijk naar mij toe te zenden." „En nu ben ik, zooals gij ziet, op mijn eigen houtje bij u gekomen om mij te ver bergen." „Dat doet er niets toe, lieve; gij zult uw kopjo spoedig weer hoog dragen. Gij moet uw aangelegenheden nu maar geheel aan mij overlaten." Ik schudde ongeloovig het hoofd. Wat zou zij kunnen uitrichten? Hoe zou zij den knoop kunnen ontwarren, dien ik met eigen handen had geknoopt? „Maar opdat ik het niet vergeet: on langs kreeg ïk ook een brief van do mooie Eurastsche, van uw vriendin Eulalie, waar in zij zeer belangstellend naar uw welzijn informeerde. Ik heb haar dadelijk geant woord, dat gij u met mr. Thorcld liadt verloofd co ik u spoedig bij mij hoopte te leggen: in een vergadering der oommissie van toezicht op hot Lager Onderwijs te Amsterdam werd als een der groot© hin derpalen voor den bloei van het herhalings- onderwijs genoemd het voortdurend t©- laat-komon der leerlingen, uit gebrek a i n medewerking der werkgevers. Het voorstel werd toen gedaan, dat do school-oommissie zich bij adres t >t de Regeering zoude wen den om dezo te wijzen op het belang, om in do wet op het arbeidscontraot een be paling op to nemen, die werkgevers en werkgeefsters verpliohtt© om jeugdige per sonen, dio de herh&lingssohool wenschen te bezoeken, intijds daarvoor te ontslaan. Door een der leden werd toen de sohampere opmerking gemaakt, dat de sohoolcommis- sio zich toch niet tot dc Rcgeoring kon wen den, het was immers maar een commissie, waarin ook dame® zitting haddon, perso nen, die niet eens kiesrecht bezaten. Dr. Jacobs ruide het antwoord op dezo eerste vraag nog aan met de opmerking, dat wij al het verderfelijke kennen van dien indirooten invloed der vrouwen op do maatschappij. Dat wij hot oneindig wen- scholijker vinden en dat het verheffender werkt, om den vrouwen te geven directen invloed met verantwoordelijkheid, dan zoo als thans indirecteu invloed zonder verant woordelijkheid. De tweedo vraag beantwoordde mej. Na ber door er op to wijzou, dat in gezinnon met meerderjarigo zoons hot toch veelvul dig voorkomt, dat vader en zoons tot ver- schiliendo politieke partijen behooren. en wanneer men eikaars politieke overtuiging slechts eerbiedigt, dit geen reden tot ver wijdering geeft. Dr. Jacobs woes op Colo rado, waar zij diezelfde vraag in versohil- leade gezinnen gedaan had en ook steeds ten antwoord had gekregen, dat do mannen en vrouwen eikaars overtuiging eerbiedi gen, wanneer zij niet tot dezelfde partij be hooren. Dat echter in do meest© gezinnen na eenigen tijd man cn vrouw dezelfde po litieke overtuiging hadden, dat de een den ander overtuigd had. Men moest nu niet den ken, dat het er dan niet op aankwam of dc vrouwen het kiesrecht haddon, want dat dan do stem van den man slechts verdub beld werd; door het kiesrecht der vrouwen is niot dc getalsterkte der partijen noe menswaardig gewijzigd, maar wel is overal het gehalto der Kamerleden gestegen. Evenals intertijd de Premier van Nicuw- Zeeland, mr. Sheddon, wees ook de heer Lohman dit argument mot kracht van de hand, maar ook do hoor Lohman zal een maal, evenals mr. Sheddon, na eenige ja ren, van do werking van het vrouwenkies recht moeten getuigen: „En toch hebben de vrouwen louterend op de Kamer inge werkt", daarvan kunnen wij zeker zijn. Ten Elotte kwam do heer Lohman nog mot een argument, dat ons ton zeerst© ver baasde uit zijn mond to vernemen; hij vroog ml.Als c-o "vrouwen kiesrocht wen schen, willen zij dan ook dienstplichtig vor- vullen? Wij hebben zoo dikwijls in ons Maandblad dit argument ontzenuwd en doen dit op een andere plaats in dit nummer nogmaals, dat het antwoord, daarop gege ven, hier wel achterwege kan blijven. Ton slotte deelde do heer Lohman mede, dat in de Ohr.-Historischo Kamergrocp het vrouwenkiesrecht nog geon punt van be spreking had uitgemaakt, dat hierover nog geen besluit genomen was, doch dat hot ge sprokene door de hoeren in overweging zou worden genomen. Nogmaals verzocht dr. Jacobs om nu hot nog tijd was inlichtingen te gaan inwinnen, waarop do heer Lohman antwoordde,, dat men zich op do hoogle van liet vraagstuk zal stellen alvorens een besluit genomen wordt, dat evenwel op dit oogenblik door deze Komergroep geen en kele belofte kon worden afgelegd. Hoewel door deze heeren geen enkele be lofte werd afgelegd, meenon wij toch t© mogen concludeeren, indien geen ander© bezwaren tegen vrouwenkiesrcht bij die Kamorgreop bestaan als die wij gehoord hebben, dat de leden dan binnen cenigo ja ren onder de voorstanders van vrouwen kiesrecht gerekend mogen worden." „D e S t an d a a r d" verklaart zich tegen do voorgestelde o p o e n t n op b e d r ijf s- en vermogensbelasting. „Wellicht zal de een of ander do opmer king maken, dat wij ons niet gelijk blijven, want dat wij verleden jaar het voorstel van minister Harte hebben ondersteund. Het zien." „Die goede Eulalie! Zij is zoo harts tochtelijk en aanhankelijk. Ik heb haar jneermalen geschreven, maar natuurlijk heeft zij mijn brieven niet ontvangen. Ik weet zelve eigenlijk niet meer, hoe een brief cr uitziet." „Nu, do kennis daarmee kunt gij Bpoe- dig hernieuwen, want wij krijgen dage lijks zelfs tweemaal den postMaar be kijk mijn spannetje Peguponys eens, dio daar juist om den hoek van het huis te voorschijn komen! Zijn zij niet allerliefst?" voegde zij er bij, terwijl zij we©3 op een laag rijtuigje, met twee krachtige pony's bespannen. „Zij hecten „Romeo cn Julia," blijven altijd samen en zijn uiterst gedwee en gehoorzaam. Ik wil nu een rijtoertjo met je om den zoogenaamden Acht cn wel licht tot aan Bleakhouse maken." Dit ritje deed mij even goed als de lan ge slaap. De heerlijk© lucht, het zien van zoovele vroolijke gezichten, de klank van bekende geluiden, de hoopvolle stemming mijner gezellin, dat alles te zamen werkte op mij ah een opwekkende tooverdrank. „Welk een dikke brief!" riep mrs. Dal rymple, toen do brievenbesteller de stjep opkwam en mij een brief overhandigde. „Nu kunt ge niet meer zeggen, dat een brief iets vreemds voor je is. En voor mij ia er niets gekomen dan een paar pakjes met monsters en do couranti Nu. ik gun laatst© is juist; het eerste aanvaarden wij niet. Immers is verleden jaar het voorstel van minister Harto aanbevolen onder deze voor waarde, dat bet een tijdelijk narakter had. Do Minister gaf dit ook toe; cn hij kon dat-, omdat zijn Tarief wet er lag, omdat hij een financieel plan had. Maar dit Ministerie? Zeker, minister De Meester heeft Vrijdag verklaard, dat d© 10 opcenten slechts voor twee jaren zouden, gelden; doch wie geeft ons de verzekering, dat deze goede bedoeling van den Minister werkelijkheid zal blijkenHad het Minis terie een plan, dan was het iets anders. Doch nu dat ontbreekt, nu dat financieel plan ook thans nog niet is bekend gemaakt, of is liet er nog niet? nu wordt het toch inderdaad wel wat gewaagd om die 10 opcenten too to staan. Aan bezuinigingen gel oo ven wij niet meer. Dat is maar een leuze geweest, een van dio door-en-door onoprechte en vnlsehe leuzen, waarmede do kiezers zijn misleid. Er zal dus geld noodig zijn; een versterking der middelen, welk© wij allerminst tegenwer ken. Maar dan behoort hot Nedcrlandsche volk te weten wolk plan tot duurzame verster king der middelen het Ministerie heeft ont worpen, opdat er zekerheid zij, dat de 10 opcenten niet voor altijd op onzo aanslag biljetten zullen prijken. In geldzaken behoort m©n voorzichtig te zijn. Een voorzichtigheid, dio zeker niet go- heel overbodig is tegenover een Ministerie, dat een man aJs mr. Borgcsius als formateur heeft. Het voorstel van de 10 opcenten is alzoo vcor ons geheel onaannemelijk." Het weekblad „Belang en Recht", orgaan van verschillende vrouwenvoreoni- gingen on ook van de Groniogscho voreeni- ging „Do Vrouwenbond" bevat een artikel over: „Do vrouw olijke loden dor voogd ij ra 'doo'\ Do schrijver betoogt daarin, d$t do aanwezigheid van vrouwen ook als vrouwen in do voogdijraden haai bijzondere voordcelen heeft. Do adviezen, dio de voordijroad te geven hoeft, behoovcn niot juist uit vrouwelijke cf mannelijke, doch slechts uit gezonde geesten voort to komen. En zoowel waar het meisjes als waar het jongens geldt, acht hij hot ver schil niet van overwegend belang. „The way out", don weg, dien men do kindenen uit' moet sturen, dat is een van do grootc dingen, die de voogdijraad heeft op to sporen. En d&drtoe lijkt den Bchrijvcr de aanv.vzigheid van vrouwen in zijn midden zoo gelukkig. Immers, do Kinderwetten brenge: neg een andere bo- langrijko nieuwe instilling: ook vrou wen zullen voortaan met de voogdij over minderjarigen kunnen worden bekleed gchuwdo zoowel als ongehuwde. Slcchtu behoeven de gehuwde vrouwen, om de be noemingen aan to kunnen nemen, den bij stand van baar man. Dc voogdij van vrou wen nu, haar zorg cn toewijding jegens kinderen, zal juist zeer vaak noodig zijn, wanneer het betreft minderjarigen, wier ouders wegens mishandeling, verwaarloo- zing, andere buitensporigheden cf onge schiktheid door den rechter moeten wor den ontzet of ontheven. Zaken dus, waar in steedB de voogdijraad gemoeid wordt. „Ja," aldus gaat de schrijver voort, „de ontheffing, <iio mét de toostem- ming van den ouder kon geichic in, op den enkelen grond van diens onmacht om het kind op te voeden, kan voor dengene, die dan do voogdij, dus do volledige macht over het kind krijgt, bijna dc gedaante van een adoptie aannemen! Hoe gelukkig kan daarom in vele zulke gevallen, èn voor de kinderen èn voor do vrouw zelve, hot viuden en benoemen eener geschikte voogdes zijn. Zeker, in erge gevallen zal do verpleging dooi oen vereeniging voor kitodierbesch^rming beter zijn. Maar in de lichter© gevallen en dat kunnen ©r vclo zijn juist niet. Dan ia tactvolle persoonlijke, huiselijke zorg veel meer aangewezen; en zullen daar toe niet in do meeste gevallen veeleer vrou wen dan mannen de gelegenheid, vclo vrou wen in Nederland ook do roeping hebben? Om aan deze zijde der nieuwe vormen van kinderbescherming, een der aantrekkelijk ste, bekendheid en wasdom tgeven; om voogdessen cn kinderen tot elkaar tc Lren- je uw geluk, kindliefMet die woorden scheurde zij den kruisband van de „Ma dras Mail." Het couvert bevalt.} niet slechts één, maar vorscheiden© brieven uit do Crundall- straat: niets dan ge luk wenschen. Zij maak ten op mij den indruk van een familie, die on corps eon bezoek aflegt. Juffrouw Roaario, Gwendoline, Lola cn Eulalie, al len hadden geschreven cn ook was cr oen brief uit Engeland aan mij bij ingesloten, welke cr zeer haveloos uitzag en waarvan het handschrift mij onbekend was. Ik logdo (lezen voorloopig ter zijde, ten einde juffrouw Rosario's brief te lezen, wellco overvloeide van liefde en goede wen schen en waaruit do oprechte blijdschap der schrijfster bleek. Eulalio'8 lange brief moet edVfoir voor allen sproken, wijl die mij het meest amu seerde: „Liovo, besto, engelachtige Pamela! Ik zend dezen brief naar llunur, naai uw vriendin, mrs. Dalrymple, wijl ik ver onderstel, dat gij nu bij haar zijt. Zij heeft mij hot groote nieuws meegedeeld. O, ik heb mij daarover zoo verheugd, dat ik in de kamer ronddanste, totdat do Bchoenen mij van de vosten vlogen. Nu zult gij ze ker zeggen: Die Eulalie heeft toch oogea in het hoofd I (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1905 | | pagina 13