LEIDSCH DAGBLAD, ZATERDAG 16 DECEMBER; - TWEEDE BLAD.
PERSOVERZICHT.
FEUILLETON.
Een Heldin.
JVo. 14055.
anno 1905
In het weekblad „Ken n e me r lan d"
is een levens- en karakterschets opgenomen
van den heer Roijne, lid der Tweede Ka-
fner voor het kiesdistrict Kampen.
Het blad schrijft o. m.:
„De verkiezing van den heer Reijne tot
lid van de Tweede Kamer in het district
Klampen heeft in den lande algemeen© aan
dacht getrokken en niemand had vermoed,
misschien ook dc heer Reijno zelf niet, dat
bij de op 28 Juni gehouden herstemming
prof. Noordtzij het voor hem zou moeten
afleggen.
Ook te Beverwijk, waar het nieuw© Ka
merlid algemeen bekend is en hij zijn jon
gelingsjaren heeft doorgebracht als jongste
bediende van de firma P. Verhagen Pz
.werd zijn verkiezing met belangstelling
jvernomen en werden velen verrast door do
zen onvorwachten uitslag.
Juist omdat Reijne hier algemeen bekend
is, spreekt vriend en tegenstander het on
omwonden uit, dat dezo self-mad© man
respect afdwingt door zijn ijzeren wils
kracht en juist om het geïsoleerd en zelf
standig standpunt, dat hij tijdens zijn hier-
zijn steeds innam, dwingt het bewondering
af, dat hij „tegen stroom" op zijn doel
heeft bereikt en thans zal behooren, tot een
y.g.n de honderd uitverkorenen, die het Ne-
derlandsche volk in Den Haag zullen verte
genwoordigen.
Of Reijne thans een man is van bijzon
dere betëekenis, is een vraag, die nog be
vestigd moet worden in de toekomst. Hij
.werd geboren in een boerderij to Kromme-
pio en is slechts 33 jaren."
In zijn jeugd werd hij naar het gymna
sium van Amsterdam gezonden, waar hij
flink© vorderingen maakte, een conflict met
den rector, die ervaren moest dat een boe
renzoon meer dan een stadskind van zien
afslaat, was oorzaak, dat hij werd wegge
zonden.
Vervolgens kwam hij als volontair op de
blikfabriek van Verver, te'Krommenie, doch
door overmaafc van zelfstandigheid en
eigenwaan, moest, ook hier het veld wor
den geruimd.
Door tusschenkomst van den vrocgeren
6ecretaris van Krommenie, den heer De
Yv it, ontving do jongeling, wiens aanleg
gestuit werd, een plaatsje als jongste bo-
diende op hot wisselkantoor van den heer
Verhagen, te Beverwijk.
Hier leerden de Bevorwijkors hom het
eorst kennen, toen hij door zijn patroon
belast werd met de inning van wissels. Hij
.•was steeds gesoigneerd in kleeuing en ma
nieren, redeneerde vuak honderd uit, on
maakte zich dikwerf belachelijk door zijn
anarchistische denkbeelden, waarvan hij
onomwonden getuigenisgaf. Eenige jaren
was hij hier werkzaam, doch menigmaal
getuigd© hjj, dat de kantoorkruk hem niet
aantrok, zonder te weten wat hij dan wel
wilde.
Opmerkelijk is, dat tijdens zijn verblijf te
Beverwijk zijn anarchistische denkbeelden
een belangrijke zwenking ondergingen en
hij meer neiging toonde voor staats-socia-
lisme.
Zijn werkkring ten kantore werd echtet
plotseling af gebreken door een conflict
met de oohtgenoote van zijn patroon, dio
hem bij afwezigheid van zijn superieuren
beris'pen wilde. Liewer dan hieraan zich
to onderwerpen vertrok hij, daar ieder in
grijpen van eon vrouw in de zaken van
het kantoor hem onverdraaglijk was.
Nu werden door Reijne de eerst© schreden
gezet op het pad dor journalistiek. Eerst
in betrekking bij de firma Leonard Everts,
to Edam, waar hij evenzeer onmogelijk
werd om zijn sterk geprononoeerdo zelf
standigheid, richtte hij het weekblad
„Algemeen Belang" voor Beverwijk
en de Zaanstreek op, waarin zijn scciale
neigingen in democrat!schen geest sterk
geaccentueerd werden en hij trachtte door
den eigenaardigen inhoud van zijn blad en
sterke polemiek met andere plaatselijke
bladen en personen, vasten voet aan wal te
krijgen voor zijn courant.
Dit gelukte hem niet, men liet Roijne
praten en zijn uitgave eindigde mot een
conflict met de beido drukkers, die achter
eenvolgens hem ter zijdo stonden.
Teruggebracht tot satisfait liberaal, aan
gesloten bij de „Lib. Unie", was het Reij-
76)
„Nu, wij spreken daar voorloopig niet
meer over; ik wil u niet kwellen, kind
lief. Ga nu maar naar binnen en doe uw
goed af. Allereerst moet gij nu een kopje
van onze beste Neilgherrythee drinken cn
dan uitrusten. Gij ziet er uit alsof gij een
geheele week niet te bed waart geweest."
Toen ik nu in mrs. Dairymples smaak
volle kamer zat, welke op de veranda uit
kwam, do koele, naar binnen stroomende
berglucht inademde en do mij zoo goed be
kende snuisterijen en photographicön, haar
hondon en in de eerste plaats haar eigen
beminnelijke persoonlijkheid om mij heon
zag, toen had ik mij gaarne verbeeld, dat
alles, wat ik in de laatste dagen in Royo-
petta had bolcefd, ja mijn geheele verblijf
daar slechts een droom, een benauwde
droom was geweest of dat ik daar beneden
gestorven was en nu in den hemel vertoef
de. Mijn brein bevond zioh in een zonder-
lihgen overspannen toestand; om mijn
öogen lagon blauwe kringen, de pupillen
hadden zich onheilspellend vergroot en
mijn eenmaal zoo gezonde zenuwen be
hoorden tot een vervlogen tijd.
^^h twaalf uren van onafgebreken ge
ne, die in 1901 allerwegen optrad tegen de
urgentie van Grondwetsherziening, wat
bijzonder de aandacht op hem deed vesti
gen en werd hjj dooT tal van letterkundige
bijdragen in verschillende tijdschriften,
over oeoonomisch© en politieke onderwer
pen, meer algemeen bekend.
Daaraan had hij het te danken bij do
jongste verkiezingen in Bodegraven
en Kampen zich candidaat gesteld te
zien voor de Tweede Kamer, met den uit
slag, dat bij to Kampen gekozen werd."
Gaan eventueel de verzeke
ring s oo n tra c t e n teniet? Dezo
vraag is zeker wel de moeilijkste in dit
verband. Zijn de overeenkomsten, door de
vennootschap aangegaan, thans nietig ge -
worden door het algemeen verbod der lo-
te ijen En. stellig die, welke sedert 1 Juli
1805 (d- i. na do invoering der Loterijwet)
zijn afgesloten?
Inderdaad hoogst ingewikkelde puzzles 1
Dat een contract-, afgesloten nadat de
veroordeeling der ondernemers vaststaat,
vanzelf nietig zou zijn, omdat het voorwerp
der overeenkomst, de z. g. n. „o o r z a a k"
niet geoorloofd is, in strijd komt met de
wet, met de openbare ordo en de goede
zeden, is buiten allen twijfel.
Maar de contracten, die van vóór de vcr-
©ordeeling dateeren? Indien deze nietig
zouden worden, omdat hun „oorzaak"
inmiddels door de nieuwe Loterijwet tot
een ongeoorloofde is verklaard, dan zou
dus déze web een terugwerkende kracht heb
ben. En dkt verbiedt de wet zelve, die el
ders bepaalt, dat haar bepalingen alleen
voor de toekomst verbinden.
Bij de samenstelling der Lotorijwct heeft
men aan dat bezwaar gedacht. Het was het
Arnhemsche Kamerlid, thans de Exoellen-
tio Rink, die een amendement op art. 10
deed aannemen, bepalende, dat dezo wet
niet van toepassing zou zijn op loterijen,
vóór 1 Juli 1905 reeds wettiglijk aangelegd.
Blijkbaar heeft do kantonrechter deze
overgangsbepaling op „Lotisioo" niet toego
past. Wat do rechtbank in deaen zal doen,
dient men af te wachten. Dat het in de b ©-
d o o 1 i n g van het artikel liggen moet,
om terugwerkende kracht der wet te voor
komen, staat wel twijfelloos vast. En het
is in het algemeen te hopen, dat men niet
genoopt zal zijn, deze wet, om haar tekst,
to interpreteeren in anderen zin, dan die
door ontwerpers en wetgevers beoogd werd.
Als het nu mis mooht loopon,
wat dtin? Mocht echter het vonnis
veroordeelend zijn, vragen sommigen onzer
lezers, wat staat ons dan te doen, om voor
onzo belangen op te komen? Niets, moe
ten wij daarop antwoorden. Gij moet af
wachten, wat de vennootschap over u zal
beslissenin rechten haar aanspreken kunt
gij in géén geval, omdat dit een rechtsvor
dering zou moeten worden ter zake van een
schuld, uit spél voortgesproten, en zooda
nige rechtsvordering staat onze wet niet
too.
Rechtsmiddelen tegen „Lotisico" hebben
do verzekerden dus niet. Laat men zich
daarom rustig houden en afwachten, in het
volle vertrouwen, dat niet beschaamd moge
worden, dat dezo vennootschap er naar
streven zal de belangen barer verzekerden
hóóg te Houden en volledig na te komen.
„Kijker" schreef in do „De Tele
graafheb volgendo over „L o t i s i-
c o:1'
Een vergelijking.
Daar waren eens twee kinderen, die
elkander voortdurend sloegen. Heb la
waai, dat hierdoor in huis ontstond, liep
bepaald do spuigaten uit. Toen verbood
de vader het vechten met gestrengheid.
„Hier in huis," zei-die, en hij dreigde
meS de vuist, „mkg eens-voorgoed niet
meer gevochten worden. En wie het tóch
doet, neem ik z'n lekkers af, of hij mag
z'n kamer niet af."
„Weet jc wat," zei zusje tot broertje
„telkens als vader moeder slaat, dan sla
ik jou."
En dat deden zij.
Want in dat gezin sloeg do vader zelf
zijn vrouw...
Zóó wanhopig komiek is het vonnis, dat
voorloopig de maatschappij „.Lotisico"
naar huis heeft gekregen. Haar bedrijf is,
daarin veroordeeld, omdat het een lote
rij is, waarbij do .winners worden aange
wezen docr het lot. Wie wil dat niet? D e
zonden slaap misten hun uitwerking niot,
zoodab ik mij bij het ontwaken reeds weer
©enigszins in ij zelve gevoelde. Toen ik daar
op in don heerlijken tuin zat en geen on
bevoegde ooren had to vreezen, vertelde ik
mrs. Dalrymple uitvoerig mijn wederwaar
digheden. Toen ik dio had meegedeeld,
stond zij haastig op, boog zich stilzwijgend
naar mij toe en kuste mij hartelijk.
„Gij vindt natuurlijk, dat ik mij weer
zeer dom en onhandig heb gedragen?"
vroeg ik.
„Ik vind, dat gij wel niet altijd juist
verstandig hebt gehandeld, maar dat gij
een heldin zijt on een moed hebt, welken
ik nooit zou hebben beczeten. Gij hebt do
Rani getrotseerd en Max het leven go-
red 1"
„Ja, en mij verbonden met Ibrahim te
trouwen, een man, die de ondeugden van
beide rassen, waarvam hij afstamt, in zich
verccnigt."
„Neen, gij zult niet met dien schurk
trouwenriep mrs Dalrymple heftig.
„Het was een afgeperste belofte. En hij
heeft Max immers volstrekt niet gered,
maar de Engelscho dokter! Slechts een
geheel overspannen brein, als het uwe
kan alleen op zulke afschuwelijke gedach
ten komen."
„Maar hij heeft bij Max gesneefd en
hem den ring getoond en Max veracht mij
nu."
„Ik kan maar volstrekt niet begrijpen,
S ta a t. En wie trekt dat lotDe
St a a t. Wie stempelt dit bedrijf, omdat
er een kansbepaling bij te pas komt, tot
een ongeoorloofde handeling? D© Over
heid. En wie bepóélb dö kans? De
O ve r heid.
Want in dat gezin sloeg de vader zelf...
De veiligheid der verieker-
d e n.Thans komen onderscheiden ver
zekerden ons vragen, hoe het met hun
rechten is gesteld op heb oogenblik, en
hoe het er mee zal ofloopen, als het ver
oordeelend vonnis bevestigd wordt.
Op den voorgrond is zeker dib gorus-
stellend antwoord te plaatsen, dat de
maatschappij op 1 December j. L heeft
aangekondigd: „dat zij aan haar vor
plichtingen jegens de polishouders op on
veranderde wijze zal blijven voldoen, en
dat de afgesloten oontracten gehandhaafd
blijven." En er is geenerlei reden, om
aan de betrouwbaarheid dezer toezegging
te twijfelen aangezien op de correct© hou
ding dezer onderneming vooralsnog niets
valt af te dingen en er ten overvloede op
gerekend kan worden, dat hoog-bevoegde
rechtsgeleerden, vóór deze toezegging aan
het publiek gedaan word, hun meening
in «deze richting hebben uitgesproken. Hoe
dus de rechterlijke beslissing ook nnge
uitvallen, het is niet te voorzien, dat do
belangen der tallooze betrokken personen
er duurzame schade door zullen lijden.
Mag op dit oogenblik het be
drijf vc'ortgaan? In afwachting
van do beslissing der appèl-rechters, gaat
„Lotisico'" voorloopig mot haar bedrijf
voort. Nog berichtte zij een uitkeering
op do door haar afgegeven polis No. 30(05,
omdat op dat nummer een prijs in do
Staatsloterij was gevallen. En tegeli.in
bood zij de toezegging van prospectussen
aan. Uit al .welke dingen blijkt, dat er
voorloopig niot aan gedacht wordt, her
bedrijf te stagneeren.
„Mag dat?" vraagt een lezer ons- Al is
er van het veroordeelend vonnis de* kan
tonrechters hooger beroep aangeteckend,
is dat vonnis niet voorloopig een verbod
om door te gaan?
Ziedaar een zeer moeilijke vraag. 1 e n
uitvoer gelogd wordt een v.nmis
niet, vóór het onherroepelijk beslissend
is geworden, of, zcoals men ploegt tc zeg
gen, in kracht van gewijsde is gegaan.
Maar daarmee is déze vraag niet opge
lost. De strenge theoreticus zal zeggor
Zoodra de rechtmatigheid eener h inde
ling in twijfel is getrokken, cn een vervol
ging heeft uitgelokt, zal de staatsburger
haai- bobben na to laten tot nadrukkelijk
is beslist, dat zij geoorloofd is. De een
voudige praktijk zal in een geval als dit
betoogen: Ga voort op uw weg, totdat in
eindvonnis, d. w. z. in hoogste resi/eu,
het verboden© uwer gedraging ls uitge
sproken. En daaraan blijkt ook „Latis«-
co" zich te houden.
Art. 3 en vlg. der polis kunnen in dit
verband buiten beschouwing blijven, want
dóór is het geval voorzien, dat do wet op
de Staatsloterij wordt gewijzigd, of die
loterij wordt afgeschaft. En daarvan is
thans geen sprake. Want alle loterijen
zijn door Jen Staat afgeschaft, juist be
halve de zijne
Van opzegging der polissen door ae ver
zekerden kan evenmin een oogenblik spra-
ko zijn, daar de vennootschap dat recht
nadrukkelijk aan zich heeft voorbenou
den.
Do dames Johanna W. A. Naber en dr.
Alctfca H. Jacobs hebben een bespreking
over vrouwonk iesr ooht gehad met
üo heeron jhr. De Savornin Lobman, Van
Idsinga on graaf Van Bylandt in het ge
bouw der Tweede Kamer. \Daarvan doen
do dames nu verslag in het „Maand
blad van do V orooniging voor
Vrouwenkiesrech l". Daaraan is het
volgendo ontleend:
Daarna vroeg de heer Lohman of wij niot
van oordeel waren, dat de vrouw door indi-
recten invloed in de maatschappij evenveel
kon tot-stand-brengen als door dircoten in
vloed. En tevens vroeg hij wat wij dachten,
welke de gevolgen zouden zijn voor het go-
zin, de verhouding van man tot vrouw, van
invoering van vrouwenkiesrecht.
Op cle eerste vraag antwoordde moj. Nar
ber: Waarom wij diroctcn invloed wen-
schen, dat zal ik u met een voorbeeld uit-
waarom gij hem niet dadelijk do geheolo
venaehteh'jke geschiedenis verteld hebt,
in plaats van als een schuldige voor nera
te staan."
„Ik begrijp dat nu zelve ook niet. Maar
alles kwam zoo onverwacht, ik bevond
mij als in een nevel, in een eoort bedwel
ming. Do toog was mij als verlamd. Toen
viel hij plotseling in onmacht en dokter
Flemming zond mij weg."
„Arme Pamela 1 En voor zijn ziekte
schreef Max mij zulk een gelukkigen brief,
waarin hij zijn verloving meedeelde, mij
wonderen van zijn Pamela vertelde en mij
beloofde, u zoo spoedig mogelijk naar mij
toe te zenden."
„En nu ben ik, zooals gij ziet, op mijn
eigen houtje bij u gekomen om mij te ver
bergen."
„Dat doet er niets toe, lieve; gij zult
uw kopjo spoedig weer hoog dragen. Gij
moet uw aangelegenheden nu maar geheel
aan mij overlaten."
Ik schudde ongeloovig het hoofd. Wat
zou zij kunnen uitrichten? Hoe zou zij den
knoop kunnen ontwarren, dien ik met eigen
handen had geknoopt?
„Maar opdat ik het niet vergeet: on
langs kreeg ïk ook een brief van do mooie
Eurastsche, van uw vriendin Eulalie, waar
in zij zeer belangstellend naar uw welzijn
informeerde. Ik heb haar dadelijk geant
woord, dat gij u met mr. Thorcld liadt
verloofd co ik u spoedig bij mij hoopte te
leggen: in een vergadering der oommissie
van toezicht op hot Lager Onderwijs te
Amsterdam werd als een der groot© hin
derpalen voor den bloei van het herhalings-
onderwijs genoemd het voortdurend t©-
laat-komon der leerlingen, uit gebrek a i n
medewerking der werkgevers. Het voorstel
werd toen gedaan, dat do school-oommissie
zich bij adres t >t de Regeering zoude wen
den om dezo te wijzen op het belang, om
in do wet op het arbeidscontraot een be
paling op to nemen, die werkgevers en
werkgeefsters verpliohtt© om jeugdige per
sonen, dio de herh&lingssohool wenschen te
bezoeken, intijds daarvoor te ontslaan.
Door een der leden werd toen de sohampere
opmerking gemaakt, dat de sohoolcommis-
sio zich toch niet tot dc Rcgeoring kon wen
den, het was immers maar een commissie,
waarin ook dame® zitting haddon, perso
nen, die niet eens kiesrecht bezaten.
Dr. Jacobs ruide het antwoord op dezo
eerste vraag nog aan met de opmerking,
dat wij al het verderfelijke kennen van dien
indirooten invloed der vrouwen op do
maatschappij. Dat wij hot oneindig wen-
scholijker vinden en dat het verheffender
werkt, om den vrouwen te geven directen
invloed met verantwoordelijkheid, dan zoo
als thans indirecteu invloed zonder verant
woordelijkheid.
De tweedo vraag beantwoordde mej. Na
ber door er op to wijzou, dat in gezinnon
met meerderjarigo zoons hot toch veelvul
dig voorkomt, dat vader en zoons tot ver-
schiliendo politieke partijen behooren. en
wanneer men eikaars politieke overtuiging
slechts eerbiedigt, dit geen reden tot ver
wijdering geeft. Dr. Jacobs woes op Colo
rado, waar zij diezelfde vraag in versohil-
leade gezinnen gedaan had en ook steeds
ten antwoord had gekregen, dat do mannen
en vrouwen eikaars overtuiging eerbiedi
gen, wanneer zij niet tot dezelfde partij be
hooren. Dat echter in do meest© gezinnen
na eenigen tijd man cn vrouw dezelfde po
litieke overtuiging hadden, dat de een den
ander overtuigd had. Men moest nu niet den
ken, dat het er dan niet op aankwam of dc
vrouwen het kiesrecht haddon, want dat
dan do stem van den man slechts verdub
beld werd; door het kiesrecht der vrouwen
is niot dc getalsterkte der partijen noe
menswaardig gewijzigd, maar wel is overal
het gehalto der Kamerleden gestegen.
Evenals intertijd de Premier van Nicuw-
Zeeland, mr. Sheddon, wees ook de heer
Lohman dit argument mot kracht van de
hand, maar ook do hoor Lohman zal een
maal, evenals mr. Sheddon, na eenige ja
ren, van do werking van het vrouwenkies
recht moeten getuigen: „En toch hebben
de vrouwen louterend op de Kamer inge
werkt", daarvan kunnen wij zeker zijn.
Ten Elotte kwam do heer Lohman nog
mot een argument, dat ons ton zeerst© ver
baasde uit zijn mond to vernemen; hij
vroog ml.Als c-o "vrouwen kiesrocht wen
schen, willen zij dan ook dienstplichtig vor-
vullen? Wij hebben zoo dikwijls in ons
Maandblad dit argument ontzenuwd en
doen dit op een andere plaats in dit nummer
nogmaals, dat het antwoord, daarop gege
ven, hier wel achterwege kan blijven.
Ton slotte deelde do heer Lohman mede,
dat in de Ohr.-Historischo Kamergrocp het
vrouwenkiesrecht nog geon punt van be
spreking had uitgemaakt, dat hierover nog
geen besluit genomen was, doch dat hot ge
sprokene door de hoeren in overweging zou
worden genomen. Nogmaals verzocht dr.
Jacobs om nu hot nog tijd was inlichtingen
te gaan inwinnen, waarop do heer Lohman
antwoordde,, dat men zich op do hoogle
van liet vraagstuk zal stellen alvorens een
besluit genomen wordt, dat evenwel op dit
oogenblik door deze Komergroep geen en
kele belofte kon worden afgelegd.
Hoewel door deze heeren geen enkele be
lofte werd afgelegd, meenon wij toch t©
mogen concludeeren, indien geen ander©
bezwaren tegen vrouwenkiesrcht bij die
Kamorgreop bestaan als die wij gehoord
hebben, dat de leden dan binnen cenigo ja
ren onder de voorstanders van vrouwen
kiesrecht gerekend mogen worden."
„D e S t an d a a r d" verklaart zich tegen
do voorgestelde o p o e n t n op b e d r ijf s-
en vermogensbelasting.
„Wellicht zal de een of ander do opmer
king maken, dat wij ons niet gelijk blijven,
want dat wij verleden jaar het voorstel van
minister Harte hebben ondersteund. Het
zien."
„Die goede Eulalie! Zij is zoo harts
tochtelijk en aanhankelijk. Ik heb haar
jneermalen geschreven, maar natuurlijk
heeft zij mijn brieven niet ontvangen. Ik
weet zelve eigenlijk niet meer, hoe een
brief cr uitziet."
„Nu, do kennis daarmee kunt gij Bpoe-
dig hernieuwen, want wij krijgen dage
lijks zelfs tweemaal den postMaar be
kijk mijn spannetje Peguponys eens, dio
daar juist om den hoek van het huis te
voorschijn komen! Zijn zij niet allerliefst?"
voegde zij er bij, terwijl zij we©3 op een
laag rijtuigje, met twee krachtige pony's
bespannen. „Zij hecten „Romeo cn Julia,"
blijven altijd samen en zijn uiterst gedwee
en gehoorzaam. Ik wil nu een rijtoertjo
met je om den zoogenaamden Acht cn wel
licht tot aan Bleakhouse maken."
Dit ritje deed mij even goed als de lan
ge slaap. De heerlijk© lucht, het zien van
zoovele vroolijke gezichten, de klank van
bekende geluiden, de hoopvolle stemming
mijner gezellin, dat alles te zamen werkte
op mij ah een opwekkende tooverdrank.
„Welk een dikke brief!" riep mrs. Dal
rymple, toen do brievenbesteller de stjep
opkwam en mij een brief overhandigde.
„Nu kunt ge niet meer zeggen, dat een
brief iets vreemds voor je is. En voor mij
ia er niets gekomen dan een paar pakjes
met monsters en do couranti Nu. ik gun
laatst© is juist; het eerste aanvaarden wij
niet.
Immers is verleden jaar het voorstel van
minister Harto aanbevolen onder deze voor
waarde, dat bet een tijdelijk narakter had.
Do Minister gaf dit ook toe; cn hij kon
dat-, omdat zijn Tarief wet er lag, omdat hij
een financieel plan had.
Maar dit Ministerie? Zeker, minister De
Meester heeft Vrijdag verklaard, dat d© 10
opcenten slechts voor twee jaren zouden,
gelden; doch wie geeft ons de verzekering,
dat deze goede bedoeling van den Minister
werkelijkheid zal blijkenHad het Minis
terie een plan, dan was het iets anders.
Doch nu dat ontbreekt, nu dat financieel
plan ook thans nog niet is bekend gemaakt,
of is liet er nog niet? nu wordt het
toch inderdaad wel wat gewaagd om die
10 opcenten too to staan.
Aan bezuinigingen gel oo ven wij niet meer.
Dat is maar een leuze geweest, een van dio
door-en-door onoprechte en vnlsehe leuzen,
waarmede do kiezers zijn misleid. Er zal
dus geld noodig zijn; een versterking der
middelen, welk© wij allerminst tegenwer
ken.
Maar dan behoort hot Nedcrlandsche volk
te weten wolk plan tot duurzame verster
king der middelen het Ministerie heeft ont
worpen, opdat er zekerheid zij, dat de 10
opcenten niet voor altijd op onzo aanslag
biljetten zullen prijken.
In geldzaken behoort m©n voorzichtig te
zijn. Een voorzichtigheid, dio zeker niet go-
heel overbodig is tegenover een Ministerie,
dat een man aJs mr. Borgcsius als formateur
heeft.
Het voorstel van de 10 opcenten is alzoo
vcor ons geheel onaannemelijk."
Het weekblad „Belang en Recht",
orgaan van verschillende vrouwenvoreoni-
gingen on ook van de Groniogscho voreeni-
ging „Do Vrouwenbond" bevat een artikel
over: „Do vrouw olijke loden dor
voogd ij ra 'doo'\ Do schrijver betoogt
daarin, d$t do aanwezigheid van vrouwen
ook als vrouwen in do voogdijraden haai
bijzondere voordcelen heeft. Do adviezen,
dio de voordijroad te geven hoeft, behoovcn
niot juist uit vrouwelijke cf mannelijke,
doch slechts uit gezonde geesten voort to
komen. En zoowel waar het meisjes als
waar het jongens geldt, acht hij hot ver
schil niet van overwegend belang.
„The way out", don weg, dien men do
kindenen uit' moet sturen, dat is een
van do grootc dingen, die de voogdijraad
heeft op to sporen. En d&drtoe lijkt den
Bchrijvcr de aanv.vzigheid van vrouwen in
zijn midden zoo gelukkig. Immers, do
Kinderwetten brenge: neg een andere bo-
langrijko nieuwe instilling: ook vrou
wen zullen voortaan met de voogdij over
minderjarigen kunnen worden bekleed
gchuwdo zoowel als ongehuwde. Slcchtu
behoeven de gehuwde vrouwen, om de be
noemingen aan to kunnen nemen, den bij
stand van baar man. Dc voogdij van vrou
wen nu, haar zorg cn toewijding jegens
kinderen, zal juist zeer vaak noodig zijn,
wanneer het betreft minderjarigen, wier
ouders wegens mishandeling, verwaarloo-
zing, andere buitensporigheden cf onge
schiktheid door den rechter moeten wor
den ontzet of ontheven. Zaken dus, waar
in steedB de voogdijraad gemoeid wordt.
„Ja," aldus gaat de schrijver voort,
„de ontheffing, <iio mét de toostem-
ming van den ouder kon geichic in, op
den enkelen grond van diens onmacht om
het kind op te voeden, kan voor dengene,
die dan do voogdij, dus do volledige macht
over het kind krijgt, bijna dc gedaante
van een adoptie aannemen!
Hoe gelukkig kan daarom in vele zulke
gevallen, èn voor de kinderen èn voor
do vrouw zelve, hot viuden en benoemen
eener geschikte voogdes zijn. Zeker,
in erge gevallen zal do verpleging dooi
oen vereeniging voor kitodierbesch^rming
beter zijn. Maar in de lichter© gevallen
en dat kunnen ©r vclo zijn juist niet.
Dan ia tactvolle persoonlijke, huiselijke
zorg veel meer aangewezen; en zullen daar
toe niet in do meeste gevallen veeleer vrou
wen dan mannen de gelegenheid, vclo vrou
wen in Nederland ook do roeping hebben?
Om aan deze zijde der nieuwe vormen van
kinderbescherming, een der aantrekkelijk
ste, bekendheid en wasdom tgeven; om
voogdessen cn kinderen tot elkaar tc Lren-
je uw geluk, kindliefMet die woorden
scheurde zij den kruisband van de „Ma
dras Mail."
Het couvert bevalt.} niet slechts één,
maar vorscheiden© brieven uit do Crundall-
straat: niets dan ge luk wenschen. Zij maak
ten op mij den indruk van een familie,
die on corps eon bezoek aflegt. Juffrouw
Roaario, Gwendoline, Lola cn Eulalie, al
len hadden geschreven cn ook was cr oen
brief uit Engeland aan mij bij ingesloten,
welke cr zeer haveloos uitzag en waarvan
het handschrift mij onbekend was.
Ik logdo (lezen voorloopig ter zijde, ten
einde juffrouw Rosario's brief te lezen,
wellco overvloeide van liefde en goede wen
schen en waaruit do oprechte blijdschap
der schrijfster bleek.
Eulalio'8 lange brief moet edVfoir voor
allen sproken, wijl die mij het meest amu
seerde:
„Liovo, besto, engelachtige Pamela!
Ik zend dezen brief naar llunur, naai
uw vriendin, mrs. Dalrymple, wijl ik ver
onderstel, dat gij nu bij haar zijt. Zij heeft
mij hot groote nieuws meegedeeld. O, ik
heb mij daarover zoo verheugd, dat ik in
de kamer ronddanste, totdat do Bchoenen
mij van de vosten vlogen. Nu zult gij ze
ker zeggen: Die Eulalie heeft toch oogea
in het hoofd I
(Wordt vervolgd.)