m tU. PI H Cx) r ff. F' "7! Wt m m~~L f Wekelijksche Kalender. Zondag. Waar goluk nagejaagd wordt, daar ia teleurstelling. Maar tot in het geringste goed doen wat wij te doen hebben, dat brengt geluk aan. Haandag. Weo hem, die oprechte deelneming in vreugde of smart van zich wijst 1 c Dinsdag. Zonder g&id ia min; zonder verstand is minder; zonder hart het minst. m Woensdag. Wie ontberen kon ia op den weg der on- afhankolijkihoid. Donderdag. Of uren duren eeuwigheden Ligt aan 't besteden. Vrijdag. Zonder liefde is de mensoh' zonder God. Zaterdag. Hot is beter van zijn ambt ontzet' fa wordoa dan af te wijken van d© waar heid. RAADGEVING. Schoonmaken van Ie dor. Het beet kan bet leer van stoelen en leeron blndwoik schoongemaakt worden mot het wit van eieren. Hiermede gereinigd, ziet het er woor als nieuw uit. ALMRLBïi Waarom by er uit wilde. Hij »at in de tram, niets op zijn gemak, met zes pakjes in zijn armen, bij was bang dat er een viel of dat ze van den eenen kant naar don anderen kant zouden rollen. Maar ridderlijk als alle mannen zijn, schoof bij op zijde, toen de dame in de witte japon inkwam. Nu binderden zijn pakjes nog meer. Zijn pogingen om re in balans to houden, amu seerden zijn vriend. „Hcc-ft jo vrouw j« om boodschappen gestuurd „Ja, maar dat is niets. Ik ben alleen maar bang, dat ik een van mijn pakjes verlies." Nadat de tram met een ruk een groote bocht bad gemaakt, begon hij zijn vracht je opnieuw te tellen. „Daar! Ik dacht het wol: ik heb er een verloren." ,Zat er iets vian waarde in?" vroefc rijn vriend bezorgd. De anderv lette niet op die vraag. „Eén, twee, drie, vier, vijf," telde bij; ik had er zes. Een is er weg!" voegde hij er 9omber bij. „Weet je niet, wat er in zat?" wWaebt eens even. Dit is katoen, dit lint, dat zijn knoopen, zeep... en dit inkt. O goede genade 1" „Wat scheelt er aan?" vroeg do vriend. Do man met de pakjes zag hem angstig aan. „Sstl Spreek niet luid. Ik weet wat er in ZAt I" „Wat dan?" „Zes eieren. De doktor beeft mij gera den, eieren te gebruiken en bij ons bunnen we ze niet altijd versch krijgen. Daarom breng ik ze mee O hemel Y' „Wat is er toch? Waar liet je de eieren vallen?" „Ik liet ze niet vallen. Maar ik weet, waar ik ze kwijt raakte. Ik stap uit aan dc volgende halte." „Weineen, je moet tweo holte«n verder." „Ik ga er uit bij do volgende halte, al moest ik er uit springen." Hij schoof dichter naar het portier. „Waarom ben je zoo bang?" vroeg zijn vriend, steeds nieuwsgieriger. „Zie jo die dame, wie ik mijn plaats af gestaan hob?" „Ja." „Zij lacht nu en ziet er tevreden uit. Is 't niet?" „Ja Wat zou dat?" „Wat dat zou? Ze zit op die eieren; ik liet hot pakje daar liggen." Dc vriend grijnsde De tram stopto en do man m«t de pakjes maakte, dat hij naar buiten kwam. Een pa k-o p-d ob roe k-m acbi oe> Zekere „professor" Dennis to Illinois heeft een clectrisch toestel uitgevonden om onwilligeo scholieren een pak op hun breek te geven. Er worden .uans proeven in „corpore vili" meo genomen op oen dorpsschool in ido buurt. De gelukkige on derwijzer heeft het joogmensch maar op een stool bij bet toestel to leggen en op een knopje to drukken en een aantal po- dalen ranselen behoorlijk op het zitvlak van den gepijnigde. Natuurlijk zijn de Coders woedend en willen bun kinderen van school nemen, doch de uitvinder wijst er mot trot9 op, dat zijn toestel kan gereguleerd worden, zoodat de tikjes ook erg zocht kunnen worden toegebracht; hij hoopt c*n ver wacht, dat het toestel do liniaal of den stok van alle tuchtigende onderwijzers zal vervangen. Eon mooie pest voor een gemeentelijke begrooting 1 In een dorpsschool in Westfa- len sprak de ondarwijzer, bij de bohandoling van een gedicht, uitvoerig over 't nut en de vlijt. Hij vroeg daarbij aan do leergierige jeugd: „Wat moet een jonge man doen om eenmaal een eervolle positie in de maat schappij te beklecden; om flink vooruit te komen?" Een vlasharige jongen gaf door bet op steken van con vinger te kennen, dat hij de oplossing van deze gewichtige toe- komstvraag gevonden had. Op een aan moedigend toeken van don onderwijzer zei- de de veelbelovende jongeman met groote overtuiging: „He mut 'ne rike Boeretocb- tor friegcnl" Sergeant: „Wat moet een man zijn, wil hij met militaire eer begraven worden?" Milioion: „Dood, sorgeant!" Iemand aan het telegraaf kantoor: „Kan ik telegrafeeren en den ontvanger daarvoor laten betalen?" Telegrafist: „Neen, telegrammen moeten bij het aanbieden betaald worden." „Neen, dan behoeft hot niet. Ik wou dien giengen kerel feiiciteeren met zijn verjaar* dag." „Mijn man én ik maken nooit ruzie, waar de kinderen bij zijn. We sturen z# altijd de straat op." „O, zoo! Nu, ik heb ook al tegen mijn man gezegd: Wat zijn die kinderen van Truus toch veel op straat." J a n t j „Mijn zus Bertha kan in het donker zien als een kat." Bezoeker: „Hoe weet je dat?" Jantje: „Ik hoorde haar gisteren in de donkere kamer zeggen: Maar Piet, dat' gaat zoo niet, je moet je meer laten sche ren dan je nu doet!" De Opgave der vorige week, om van negen lucifers acht te maken, zon der er één lucifer bij to voogon of af te nemen, wordt door onderstaande groepeo- ring der lucifers beantwoord. Negen lucifers vormen daar het woord ACHT De C dit tor verduidelijking is één kromgebogen lucifer. VRAAG. Een abonnóe vraagt hoe gedroogde groote boonen gaar zQn te kragen. (Wy houden ons aanbevolen voor ant woorden onder het mottoYraag Zondags blad „Groote boonen"]. Nieuwe Opgave. Niemand zal ons geloowen, wanneer wij beweren, dat vier van vijftien één i 8. En toch kunnen wij dat in oen bijzonder geval met een gerust geweten volhouden cn het bewijzen ook. Lezeressen en lezers, zoekt dat bijzondere geval eens en bewijst, dat onze bowering alsdan opgaat. Wij zullen het u in het volgend Zondags blad bewijzen. SCHAAKOPGAVE. Zwart. A 1 v-ï V/s*-- •//■- vm- 'Tx.,; V' wj&L A r S •""-•'•••x;V W: 'W r i g Wit Wit: Kb 5, Df2, Pb 4, pionnen d 2, e6, h 3. ZwarfK e 4, Th 6, R g 8, pionnen b 6, dB, d 6 en h 4. Wit zot in drie zetten mat [Opiomnp in het volgend Zondagfó RECEPT. Haché met kerrysaus in rystrand. Men enydt de reeten van vleesch aan kleine vierkante stukjes; ver volgens braadt men een bordje ge sneden uien met een eetlepel boter en wat bloem 1b de koekenpan lichtbruin. Dan voegt mon er by twee thee lepeltjes Java-kerry, een weinig ge raspte citroenschil en een fijngesneden Spaansche peper. Na nog vyt minuten braden doet men er een half thee kopje tamarinde-water by (een stukje tamarinde zoo groot als een noot ln kokend water opgelost en daarna gezift) en eindeiyk de jus van het vleesch. Het laatst doet men het gesneden vleesch er by en laat het dan nog alles te zamen een uurtje zacht stoven. De ryat wordt een poosje in heet water gebroeid en goed gewasechen, dan heel langzaam gekookt (twee kopjes koud water op één kopje ryst) en een weinig zout. Als ze gaar is, wordt de ryst ln den rand gedaan en op een grooton ronden schotel gestort, waar ln bet midden de haché wordt opge daan. Het nest der Spaansche schatgravers. Eoq oud spreekwoord zegt: „Do raven zullen het uitbrengen 1" In Madrid heeft eon revolver kogel din gen aan het licht gebracht, die in het diepste duister waren gehuld en met alle pogingen der overheid, om ze aan het licht te brengen, gespot hadden. Een eenvoudi ge rovolverkogol, aanvankelijk, naar he® heette, door een vrouw afgevuurd on een man in het hart gedrongen, heeft het won derwerk verricht, cn het duister, dat een merkwaardige internationale aangelegenheid omhulde, verscheurd. In de straat Fuencaowhl, te Madrid, be vond zich een parf urneneénwin kei, onder ier naam van „Tont Paris" in do Spaan sche hoofdstad zeer gunstig bekend on door dc beate kringen bezocht. De zaak werd gedreven docr het echtpaar Guigaal, Fraaschen van geboorte. In dezen winkel werd op zekeren namid dag een bijzonder gewelddadige soéne afgospcold, die geheel Madrid in opschud ding bracht. Een fijn gekleed heer stortte plotseling uit dien winkel naar buiten, liep dwars de straat over en zakte daarna op het tcgenoverliggendo trottoir ineen. Bloed stroomde hem uit neus en mond. Voorbijgangers namen hem op, politie agenten snelden toe en brachten don ver wonde naar hot dichtstbijzijnde bureau. Eer man daar aankwam was de man reeds gestorven. Naast den parfumcrieënwinkel wonende buren hadden in dezen een schot hooren vallen. Twee politie-beambten traden binnen en deden navraag. Zij vonden do bedienden en don eigenaar in de grootste opgewon denheid, madame Rosa Guignal in tranen Ik hob hem gedood," jammerde de onge lukkige vrouw „Maar er bleef mij geen andere keus. Hij zou mijn man gedood heb ben, indien ik 't niet voorkomen had. De el lendeling 1 Ik wil u de geschiedenis ver halen- Voor eenige maanden keerde mijn man van een rci3 voor zaken uit Parijs terug. In Bordeaux steeg bij hem in den coupé een jonge man, die eec zeur sympathieken indruk op hem maakte. Hij noemde zich Francesco del Solé en was Italuum. Zij onderhielden zich lang met elkander. Fran cesco vertelde, dat hij naar Madrid ging, om zich daar te vestigen. Hij was foto graaf. Mijn moe noodigde hem daarbij uit, hem in zijn woonplaats to bezoeken cn bood hem ten slotte woning ten onzen hui ze. Francesco nam dit aan. Wij gaven hem de fraaiste kamer, die wij hadden, en behandelden hom geheel als een vriend. Op eens begon Francesco lastig te worden. Het gevolg was natuurlijk, dat mijn man hem zijn hui3 verbood. Francesco vertrok olzoo en wij hoorden langen tijd niets meer van hem. Plotseling kwam hij weder bij ons in den winkel. Ik wist, dat hjj een diepen haat tegen mijn man koes terde, en vreesde bet ier^sto van den hcotblOodigon Napolitoan. Dezen middag verscheen hij opnieuw. Mijn man was op 't kantoor. Hij vroeg naar hem. Ik ging echter in zijn plaats en wees hem op zijn plioht. Wij hadden hevige ruzie. Daar na ging hij weg, doch kwam dra weer te rug en vond mijn man achter do toonbank, Zonder meer hief hij zijn stole tegen hem op en sloeg er op los. Ik stond in do kan toordeur, zag den strijd, en greep vertwij feld naar een revolver. Ik wist niot wat ik deed, ik greep het wapen met beide handen, mikte op Francesco en drukte loo. Ik zag hem ijlings uit den winkel rennen. Mijn dienstbode wrong mij do revolver uit dc hand, cn wierp die uit het venster. Is Franccsoo getroffen? Is hij dood? Dan heb ik mijn man gcrecf eu een mij aange- danen smaad gewroken I" Do beambten, hcowel zij zeer met do da me' te doen haddon, kondon toch niet» an ders doen dan madame en monsieur Guig nal voorloopig in arreot nemen. De winkel word onmiddellijk gesloten. Mevrouw Guignal amolt in tranen .weg, do heer Guignal murmelde vertwijfeld: „D»at ;s onïe ondergang 1" Intusschen had do overheid zich met hot lijk van Francesco beziggehouden. Nog wist men zijn naam cn stand niet, en kende ook niot rijn moordenaar en de andere bijzonderheden omtrent den moord. Men onderzocht de zakken van don doodc. Zij bevatten verschillende geheimzinnige cor respondenties, verscheidene duizenden pe seta1#, visitekaarten met de verschiliend- ste namen, maar niets, waaruit me® mot eenige zekerheid iets aangaande den ver moorde kon te weten komen. Eerst dc verklaringen vac het echtpaar Guignal brachten eemig licht in deze zaak, die zich als een loopend vuur door Madrid verbreidde, en geheel Madrid trok partij voor de vrouw, aio haar man tegen een op gewonden aanvaller had verdedigd. Het bleek ook dra, dat <lo weduwe van Franc os oo in Madrid vertoefde met haar kinderen. De Italioanscho consul ontferm de rich over de achtergebleven familie cn zond haar terug naar Napels. De Spaan- sohe overheid had tegen het vertrek vaD tiguora del Solé niets in to brengenwel had zij graag meer over den persoon van Francesco willen weten. Der politie kwam nl. de gac.sche zaak zeer vreemd voor; zij geloofde een diepere kern in dezen moord te moeten vermoeden dan het goede licht- gcloovige Madrid zich droomde. Maar signora del Solé wist over haar man zeer weinig te zeggen. Zij verhaalde slecht3, dat zij beiden uit Casamicciolo afkomstig waren en dat haar man steeds ongehoord veel geld verdiend had. Wie .was Francesco del Solé, cn in wel ke betrekkingen stond uj tot het Franschc echtpaar? Aan do verklaringen en tranen van madame Rosa Guignal scheen de po litie geen geloof te» kunnen slaan. Daar achter moest meer steken. De Spaanache overheid zou met haar theoriecn schitterend m het gelijk worden gestold. Hoe zij tot de verdenking ia ge ketnon, hoe aij op «en bepaald spoor ge komen is? Ten eerste door de bewering van een der bedienden van „Tout Paris", dat het in het geheel niet, madame was geweest, die op Francesco geschoten had, maar integendeel monsieur zelf. De schouwing van het lijk van den vermoorde toonde aan, dat van zeer nabij op Franoesoo ge vuurd was geworden en niet van de kan toordeur uit, waar madame Bosa gestaan had. Bovendien toonden d© vondston in do zakken van den doode aan, dat men met iemand te doon had, die zich van vele „aJiasscn" bediende en geheimzinnige za ken dreef. Daar onderzoekingen naar het verleden van Franoeaco niets bijzonders oplcvordcn, deed men die naar het verle den van het echtpaar Guignal en hierbij kwam do overheid tot waarlijk verrassen de resultaten. Had do politie in het buis van monsieur niets verdachts gevonden, in de woning van madame Rosa groef zij een ware goudmijn van informaties, docu menten en bewijfistuleken op. Hoe zij die ontdekt hadden, dat had Madrid maar al to gaarno geweten. In de woning van baar ontdekt© mon een aantal koffers, die het echtpaar Guignal behoorden. En wat ocvattcn deze? Het bewijs, dat do gchcele parfumerieën- zaak „Tout Parirt" slechts tot dekmantel diende voor do manipulaties eener mis- dadigersbende, onder wier leden de Guignals waren, en waartoe ook de ver moor do Francesco del Solé behc'ord had, en voorte, dat do Guignals zich door een soort van gerechtvaardigden moord van hem haddon willen ontdoen, omdat hij hen voortdurend met gcld-oanvragen las tig viel. In de koffers der Guignals bovondeo zich modelbrieven in het Engelsch, Duitsch, Franrich, iPortugeesch, enz., alle met het verhaal van kolonel Vara del Rey, die ergens een millioen begraven had voorts nagemaakte stempels en zegels der magistraturen, vervalschtc telegrammen, vervalscht© chèque-boeken, kortom een geheele inventaris van een goed geadmi nistreerd bedrijf dier beruchte zwendela- rij-zaak. Ook goed bijgcho- uen kasboeken waren voorhanden, waarin dc gedane za ken te boek werden gesteld Een der laat- rte ontvangsten was de plukking van een Duitscher, Liebig, die onlangs voor 20,000 Mark dcOr de firma Guignal en ded Solé opgelicht was geworden. Een gewichtige ontdekking bij dezs vondst was ook de nauwkeurige opgave v£un allo .correspondenten der „schatgrak- vers" in dc verschillendsta landen der we reld, en waarvan z.eer spoedig een lijst aan allo buitonlandsehe overheden zon ge zonden worden. Zoo heeft het revolverschot der vrouw, „die haar man verdedigde", tot het, neat der „Spaansche schatgravers" geleid, die mei) hun fabelachtige verhalen van begn-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1905 | | pagina 9