m m BLAI(]KAEriMCö,Wöoliaiii]el, Afbraak. pui alk Te LEIDEN alléén BREEST8AAT 34. Stoomtram HAARLEM-LEIDEN." BOBDUUB-GURSUS No. XÏ047. LEIDSCH DAGBLAD. DONDERDAG 7 DECEMBER. TWEEDE BLAD. Rubriek Yoor de Jeugd. TOEWIJDING. IPI jpfypi fa Mf |Sr® i6si wil J. HENRi 6ERKELJ0N Lange Mare 40, LEIBEN aankomende Letterzetters LMBD. Aanbesteding van VERF- en GLASWERK. AMSTERDAM. LEIDEN sua to Keur van Ziekenwijnen, als- iaiaga, Spaanscfre Wijn, enz. Voorradig bij- - - Firma üfla csscb 20 Wegens de ongekend lage prijzen is het vervoer van Best©!» en Vrachtgoederen per Stoomtram het voordeeligst. s?49 u Goederen worden vervoerd naar ©e^st- Ifesst, SasssrchsinB, Usse, lÜÊlie- B* oïiï, Bennelsroek, üseansiedie en aariem om 7 u. 23 en 11 u. 15 v.m. en 3 6S. I® en 7. IS. 04 n m. Amsterd. tijd. Inlichtingen worden verstrekt aan het be- stelkantoor Clarasteeg No. 2 nabij de Mare. Het moderne BORDUREN en STOPPEN opdeSINGER-NAAIMACHINE. SIStSGEe-MAATSCHAPPIJ. een Meid-Huishoudster, Rookt UNION'S Handel in düeüge Steen. Villa „Cornelia", Hooge Rijndijk bij Leiden. Anno 1905 De verborgen schat van Cocos-eiland. Ver m de Zuidzee, op meer dan driehon derd mijlen af stands van de Zuid-Ameri- kaanschc kust, verheft het kleine Cocos- eiland zich boven de blauwe watoren. Rots achtig en vaak aan overstroomingen ten prooi als het is, zou de wereld waarschijn lijk nooit veel acht hebben geslagen op dit eenzame stukje grond, indien niet zeeroo- ver het lang geleden uitgekozen haddon als een veilige en geschikte bergplaats voor hun buit, wat ten gevolge bad, dat gedu rende do afgeloopen tachtig jaren voortdu rend lieden daarheen zijn getrokken, in do hoop dien sohat to ontdekken. Een eeuw geleden werd die buit, ter waar de van niet minder dan twaalf millioen dollars op Cocob verborgen door kapitein Thompson, van do Mary Dear. Nog veel meer werd daarheen gebracht door een zekeren Benito Bonito, den laatstovorgeble- veno der „groote boekaniersf'. Thompson wa3 niet, zooals Benito, een erkend zeeroo- ver, op hot tijdstip dat hij zich van dien groob: n Peruaanse hen schat meester maakte. Hij was gezagvoerder van ccn Britsch koopvaardijschip, dat handel dreef in de Zuid-Amcrikaansche wateren en het v/as het feit dat do Engolsche vlag aan zijn mast wapperde, dat burgers van Peru, die de gedurende den oorlog in het oude fort Callao bewaarde gelden en kerkoimamentcn bewaakten, op het denkbeeld bracht zijn bescherming in to roepen. Zij brachten don 6chat aan boord van zijn schip, om daar in veiligheid te zijn tot het oogenblik, waar bp de Idcine republiek vrede zou hebben gesloten. Maar do verleiding bleek Thompson en zijn ondergeschikten te sterk. Gedurende den nacht doodden zij de bewakers van den schat, haalden het anker in en zeilden naar Cooos, waar zij heb gestolen© begroeven. De vergelding bleef echter niet uit. Nauwelijks had de „Mary Dear" Cocos weder verla ten of zij ontmoetten een Peruaanscho kanonneerboot, die de dieven zocht en do bemanning werd ter dood gebracht. ALeon don kapitein liet men in leven, opdat hij zou kunnen aanwijzen waar het goud be dolven lag. Hij slaagde er evenwel in te ont vluchten zonder zijn geheim te hebben me degedeeld. Later voegde hij zich bij de ondorhoori- gen van Benito Bonito, een boekanier, dio van 1890 tot 1820 ongeloof el ijk voel kwaad deed langs den Amerikaanschcn kust Be nito Bonito was een voorgewende naam, aangenomen door een Spanjaard vau adol- lijkcu huize, die zich misdragen cd do zijnen verarmd had. Hij begon zijn zee mansloopbaan als luitenant aan boord van een particulier zeilschip, maar na twist met den eigenaar te hebben gezocht, maakte hij zich van hot vaartuig meester en word boekanier. Waarschijnlijk was het Thompson, die hem het Cocos-eiland aanwees. In elk ge val begroef do zeeschuimer aldaar al wat hij in de kerken van Chili, Peru on Mexioo meestor werd, Ben ito werd ten slotte zulk een geesel, dat het Britscho gouvernement besloot hem gevangen te nemen. Tot dat doel word de „Espiègle" uitgezonden on in het gevecht dat daarop volgde, verloor Benito het leven. Het gelukte Thompson andermaal te ontsnappen en het was aan door hem verstrekte inlichtingen te dan ken, dat de eerste schatzoekers zich naar Cocos begaven. Een man uit Newfoundland, die in 181-1 uit Engeland wegzeilde, ontmoette op dio reis iemand van middelbaren leeftijd, met een mooi uiterlijk en die iets geheimzinnigs over zich had, dat ccn eigenaardige aan trekkingskracht uitoefende." Keating, de Newfoundlander, sloot vriendschap met hem en bood hem, bij hun aankomst-, aan, zijn intrek in zijn nederige woing to nemen. De vreemdeling bleef ecnigen tijd bij hem loge eren en op zekeren dag, om Keating voor zijn goedheid te beloonen, vertrouwde hij hem toe dat hij een der twee overleven den van Benito's bemanning was cn een geheim kende, dat hen beiden schatrijk zou maken. Indien Keat'.Dg een der reeders van het land kon overhalen een schip uit te rusten, zouden zij naar de Zuidzee gaan cn van daar een schat terugbrengen. Zijn toehoorder kon eerst niets van dit verhaal geloovon; maar ten slotte verkreeg hij een schip, dat door een zekere kapitein Bogue aangevoerd zou worden. Het vaar tuig was nog niet uitgezeild, toen Thomp son plotseling stierf en Keating cn Bogno moesten den tocht alleen ondernemen, slechts toegerust met een door den overle dene achtergelaten kaart en enkele monde linge toelichtingen. Cocos werd echter be reikt en de beide mannen begaven zich aan land. Het geluk diende hen. Zij volgden Thompson's aan wij zin g)m zoo nauwkourig op, dat zij de grot ontdekten on daarin onmetelijke schatten vonden. Na overeen gekomen te zijn die in het geheim binnen te haleD roeiden zij naar het schip terug; maar Bogno was dwaas genoeg aan boo I'd te verklappen wat hij gezien had cn de grootste opgewondenheid maakte zich van do bemanning meester. Allen wilden aan land gaan cn ih de winsten deelen. Tever geefs protesteerde Keating, zeggénde, dat do rccder die hot vaartuig had uitgerust, het leeuwendeel moest ontvangen en dat alles eerst in diens handen moest worden afgeleverd. Niemand wilde naar hem luis teren en zij dreigden beiden te vermoorden, als zij hun do plek niet aanwez-m. Ten slofte be'oofde Keating dat den volgcnÖH morgen to zullen doen en in den nacht wist hij met Bogno in de walvichboot to ont komen, met het beduit naar de grot te gaan, hun zakken met goud te vullen cn dan weg te roeien, in do hoop te worden opgenomen door een voorbijkomend schip. Aleeln Keating slaagde daarin. Bogno vulde zijn zakken al te goed, zoodat hij bij zijn terugkeer naar de boot door een golf word omvergeworpen cn niet meer overeind komen kon Drie dagon later werd Kea ting, geheel uitgeput, opgenomen door een Spaanschen schoener, die hem te Puentos Arenas aan wal zette. Yan daar keerde hij naar Newfoundland terug, waar hij de ge dachto opgaf nog naar Cocos weder te kee- ren. Twintig jaar later vertrouwde hij uil dankbaarheid voor in ziekte en armoede ondervonden hulp, zijn geheim toe aan een zekeren Fitz Gerald, dio hem beloofde, in geval hij genas, mot hem den schat te gaan halen. Maar later kwam hij op die belofte terug. Hij wantrouwde de wijze, waarop Bogno was gestorven en wilde zich niet blootstellen aan een dergelijk gevaar. Maar toch sprak hij niemand over bet ge heim. Kjeatifcg stierf in 1882, zijn vrouw een kaart en aanwijzingen achterlatende. In 1894 vond zij eon schip, waarvan de kapi tein er in toestemde haar naar Cocos te geleiden. De Aurora legde een gevaarvolle reis af. Het vaartuig was oud en wrak en allo opvarenden twistten voortdurend over de verdéeling van den schat. Daarbij duur- do de tocht veel langer dan men verwacht had; d^lieden vonden niets cn keerden toen verhongerd huiswaarts: N<a Keating dood haddjen look anderen dio reis ondernomen; want hot verhaal van zijn geheim had zich nu verspreid. In 1892 verspilde een zekere von Bromer duizenden dollars aan opgravingen op het eiland. Maar de halsstarrigete der schatzoekers was de Duit6cher Gissler, die zich zestien jaar geleden op het eiland vestigde tot dat cloel en door het gouvernement van Costa Rica tot gouverneur van Cocos werd be noemd. Zijn leven daar was in den aan vang dat van een Robinson Crusoe en hij had niet eens zoocJs deze een gestrand schip, om in zijn behoeften to voorzien. Bij zijn aankomst bezat hij noch werktui gen, noch eon wijkplaats tegen den regen, had hy geen voedsel bij zich. Zoolang zijn geweer bruikbaar bleef, kon hij nu cn dan een wild varkon schieten, maar al spoedig brak het cn moest hij de jacht aan zijn hond overlaten. Spoedig daarop stierf het schrandere dier en bleef hem niets anders over dan met behulp van. een stok zeevogels to dooden en als dat hem niet gelukte, te leven van boschbessen. En toch slaagde hij cr van lieverlede in liet zich gezellig t-e maken in die wildernis on bezit hij daar hedon een net ijzeren huisje, van allerlei iniandsche groenten en granen, vee, dat hij zelf geteeld beeft, in één woord oen kleine boerderij, waarop zijn vrouw cn hij niet wjeinig tn-otsoh zjijn^ aangezien alles aan hun eigen ijver cn vindingrijkheid is te danken. In 1896 ging con zeeofficier, do kapitein ter zco Shrapnel den schat zoeken, en liet zooveel grotten met dynamiet springen, dat hij do laatste sporen daarvan uit- wisohte. In 1902 volgde Hervey de Montmorency hom daar eveneens heen, maar ook zonder uitslag. Zij vonden alleen allerlei wrakhout van schepon, die daar blijkbaar bij dergelijke pogingen waren gestrand. Voor hun vertrek bezochten zij den gouver neur, een langen man met verbrand gelaat en een grijzen baard, die hem tot over den gordel aaaldc. Zijn ingezonkfHi grijze oogon blikten hen wantrouwend aan. Ge durende de zestien jaren, welke hij daar doorbracht, (hebban allo schatzoekersl ge wetenloos van zijn havo en goed gestolen- Deze heeren echter stolden hem gerust. Zij ontdekten, dat niemand ter wereld zoovee.' van Cocos afweet als Gissler en nog altijd geeft hij de hoop niet op, do bedolven rijkdommen to vinden Hij gelooft echter slechts te zullen slagen, indien iemand an ders naar het eiland overkomt, bereid daar een gansdh jaar onder zijn leiding tc zoe ken. Tot hiortoo ligt dc schat ongevonden be dolven in een rotsspleet, waarover de vo gels onverschillig hecnfladdoren en mis schien is het beter aldus; hij kan nu ten minste geen bloed en tranen doen vloeien, geen bitteren naijver opwekken. Verkeerd toegrepen. Leo en Albert waren aan het paaidjo spelen op dc speelplaats van de school cn draafden rond, dat het een lust was om te zien Tèt-tèrging do zweep, cn Albert, die het paard mende, schreeuwde uit allo macht om zijn ros aan te vuren. Nu, erg noodig was dit niet, want paard Leo liep harder dan voorman Albert en deze moest alle krachten inspannen, om gelijk te blij ven. Maar dat schreeuwen hoorde er nu eenmaal bij. Hoe kar. iemand ooit pret tig paardje spelen, zonder leven tc maken 1 Daar kwam opeens Leo's vriend, Karei, aan. „Zeg Leo, luister eensriep bij, ter wijl hij beide handen als een scheepsroeper aan den mond zette om zich verstaanbaar to maken. „Wat is hett" „Het gedraaf hield op en „het paard" wen dadelijk vol yaandacht^ toen Karei zei: Schei nu uit met dat flauwe spelletje en ga met me mee naar voren. Daar is een echte ezel te zien. En oen bespottelijk beest als het is, neen maar, ik wed, dat je nooit in je leven zoo iets raars gezien hebt.'' „Kom, ga je mee?" zei Leo tegen Al- bert, en met hun drieën gingen ze naar vo ren naar do poort, om den wonderezel tc zien. „En ja, het was ook wel de moeite .waard. Het Grauwtje droeg zijn naam mot eere, want hij had een vreemde, grauwi ge kleur en haren, die overeind stonden als die van oen stekelvarken. Zijn ecno oor stak fier in de lucht, het andere hing droefgeestig naar benedon, cn zijn staart leek wel een oude uitgerafelde verfkwast. Blijkbaar was er nooit veel zorg be steed aan Grauwtjes toilet on het was geen wonder, dat het uiterlijk van het arme beest den lachlust opwekto van on ze jongens. Zijn voerman had zich een oogenblik verwijderd, om in den naaoten winkel wat t> koopen, en omdat- do ezel, zooals hij zei „zoo mak was als een lammetjo", hao hij hem een oogenblik alleen gelaten. „Jongens, komt, laten wo een grap heb ben 1" zei nu oen van de grootste jcnger.s „Ik kan rijden en nu zal ik mijn kunst eens op Grauwtje probeeren." Dat voorstel vond algemeen bijval. Drie van do g-rootate belhamcrs klommen op den bok van hot karretje en Nico, die het voorstel gedaan had, nam do teugcis cn probeerde don ezel aan den gang tc brengen. Maar dat ging niet zoo gemakkelijk. „Hcidaar, Albert, geef hier die zweep!" riep Nico van zijn hooge zitplaats af;cn Albert, dio zoo'n greoten jongen niets durfdo .weigeren, stak dezen zwijgend ziju zweep toe. En nu ranselde Nico er op los. Klote, klets! het regende slagen op Grauwtjes rug. maar het hielp niets. Do ezel zetto zich schrap cn bewoog zich niet Alle jongens schreeuwden, al harder kwam do zweep neer, maar dc ezel stoorde zich er niet aan. De ouderwijzer, mijnheer Strieker, werd intusschen binnen opmerkzaam door het heidensche leven op straat. „Wat is cr toch te doen?" dacht hij cn ten laatste besloot hij, eens to gaan kij ken. Op datzelfde oogenblik kwam ook do voerman terug cn toen de jengao:- hom io hot oog kregen wisten zij niet, hoe haas tig zij wel naar benetien zouden klimmen. Zoo zag de ouderwijzer nog uet, hoe alle jongens het hazenpad kozen. Leo was een van do laatalen, omdat hij neg even do zweep van zijn broertje opraapte, die Nico een eind weggeslingerd had. Maar tot zijn schrik voelde hij zich op eens van achteren aanpakken eu deed een klap om zijn ooren hem suizebollen. Hot was do onderwijzer, die hom Yoor den schuldige had aangezien. „Ik heb het uiot gedaan 1" huildo Leo, maar de onderwijzer hoordo het niet. meer. Hij ging op den scheldenden voerman tc'o, dien hij tot bedaren bracht door do be lofte de belhamers flink to straffen 1 Huilend ging Leo naar binnen. Daar kwam io den gang de hoofdonder wijzer aan, die niets van het geval go- merkt had. „Zoo kleine vont, waarom huil jet" vroeg bij Leo". „Och, mijnheerwas het antwoord. „mijnheer Strieker... heeft., me... zoon klap gegeven en ik had... den ...o ezel... toch niet:- gedaan!" Een tweede klap cm zijn ooren was hot oenig antwoord op die woorden. Eenigo oogenblikkon later werd do zaak opgehelderd, on kregen do ware schuldigen hun straf; maar de armo Leo had alvast zijn klappen beol. Dc school jongens lachten om het geval, maar Leo kon het grappige er van pas inzien, toen do pijn van do twee klappen vergeten was. Ik was destijds nog maar eon heel klein kind hoe oud weet ik niot; want wat ik jullie ga vertellen, is mij niet door anderen verteld, met vermelding van datum cn leef tijd. Neen, 't is mijn alleroudste herinne ring. Ik droeg kleine verlakte schoentjes cn witte kousjes, zooals dat toen do mode was. Alle Zaterdagen kwam do oude Eva bij cms aan huis. Eva was do kindermeid van mijn vader geweest; 't was de grootsto cn sterkste vrouw, dio ik ooit gezien heb en alle3 aan haar lachte mij toe, zelfs haar rimpels. Van niemand in do wereld hield zo zoo veel als van mijn vader, on niemand was in hoor oog zoo goed en zoo knap als hij; uitgezonderd ik, misschien. Eigenlijk Bohoiddo zij ons nooit van mekaar in haar vriendschap. Zij noemde mij: „het doch tertje van meneer Oscar" en ik vorzeker u, dat geen vleinaampje mij lieflijker in de ooren klonk dan ditl Allo overige dagen van dc weck paste Mama op mijmaar Zaterdags ging ze den hooien dag op armbezoek uit cn vortrouwdo nrj aan Eva toe. 's Middags ging Eva met mij uit wandelen; maar 's morgens liep ik als een hondje overal achter haar aan. Zo deed allerlei dingen, die ik hoogst belangrijk Vu WAV 6707 90 Leeraar voor Piano. 3625 5 BU E». DU Y VERMAN, Hooi gracht 100, kunnen eemge 5555 g geplaatst worden. (Vast werk.) Aaumelding 11 7 uren 's avonds. Te Uuor of te Koop ge vraagd: ongeveer 2 ÏEectaren Teel- 06' Weiland, in of b\j Voor schoten. Br. Bur. v. d. Blad No. 574 4. 6 Op 7,alerdag 1) December 1905, dos uiorgons to lli uren, zal in het Cafó van den Heer ÜRÜE3TER- HUIZilN, Huren, alhier, worden AilMiKSTEED: Pit t Schiüder- en Glas werk van ViJP Huizen met bovenwoningen, waar van één Winkelhuis, op het terrein gelegen aan den La gen Rijndijk, even buiten de Zijlpoort. Bos'ek en voorwaarden lipgen ter inzago in bovengenoemd Cald. Inlichtingen dageljj!:» op het werk door d u Bouwondernemer 6614 23 JAN B0TER1IANS. Opgericht A". 1825. Langebrug 4, LEIDEN. Op 12 December 1905 zullen wjj to Lelden mot een op ongeveer 14 dagon berokendon tlieore» tiachen on practiacheu beginnen. De le3 uren zullen z\Jn: 's voormiddags van 9—12 uren on 's namiddags van 2—4 uran. Het onderricht zal door een dame, die dezo kunst grondig vorstaat, vorstrokt wordon en geheel kon* teloor* ztyn. ZU, die aan dezen Cursus wonschen deel te nomen, wordon beleefd ultgenoodig.i, ons biorvan spoodig mondeling of sohrlftell'k kennis te geven. 6726 69 LEIDEN, MARE 84. Zoo spoedig mogelijk gevraagd: met behulp van eon Moid, zonder wasch, goedo getuigen, R. K. Gods dienst. Brieven franco letter B Agent „Leldsch Dagblad", Lisse. 5723 7 Wlssinanu 3 Cents. Brandweer 2 Cenls. Gedeponeerd. Alleen-verkoop. Donkersteeg 16. 6506 10 GROOTE ïr.ORTEElUNORaam- en Deurkozijnen, voor alle doeleinden, zware Binten (eiken en grenen), groote parlijen ii/ïarmer en Hardsteen, waaronder prachtige IfegeSs, ISootsteenen, enzenz. Voorts: Ramen, Deuren, Planken, Trappen, Palen, Steen en Pannen ALLES TEGEN CONCEBBEERENDE PKIJZF.X. AdresJ. I. «UUEilM£UfiB, 1743 40 Anonemer van Sloopwerken*

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1905 | | pagina 5