Ko. 14046.
LEIDSCH DAGBLAD. WOENSDAG 6 DECEMBER. TWEÈDESLAD.
PERSOVERZICHT.
FEUILLETON.
Een Heldin.
Burgerlijke Stand.
Daar de begrootingsdiscussiën in de
Tweede Kamer weder zijn aangevangen,
©n men zich dus weer heeft voor te berei
den op ciudelooze herhalingen van hetgeen
ieeds Lang en breed in de stukken is ge
legd, dringt het t r e c h t b c h Dag
blad" nogmaals aan op een v e re e n-
voudigde werkwijze van de Ka
mer.
Thans worden door het toeval van het
lot alle honderd Leden der Tweede Kamer
als oven zooveel losse individuen in afdee-
liogen verdeeld, waar ze allerlei opmerkin
gen op schrift laten brengen, die zo later
mondeling nog eens zullen herhalen.
Beter ware het, zoo men uitging van do
'erkenning van den feitelijken toestand,
'die zich historisch allengs ontwikkeld heeft,
dat oamelijk do leden niet zijn losse indi
viduen, maar zich vrijwillig organisch in
partijen hebben vereenigd.
Er ware niets tegen, dat het Reglement
,vac Orde dien bestaanden toestand er-
kendo.
In dat geval zou men kunnen verkrij
gen een jaarlijks in plaate van do afdee-
lingen te benoemen commissie, bijvoor
beeld van 20 leden, een lid telkens aan to
wijzen door 5 leden uit de volle vergade
ring. Haar samenstelling zou dan dit
.jaar ongeveer Aldus worde®: 5 Katholie
ken, 4 unionisten, 3 anti-revolutionairen,
vrijzinnig-demooraten, 2 vrije liberalen, 2
dhristebjk-historiscfoen, 2 sociaal-demoara:
ten.
Elk wetsontwerp wordt dan in eerste le
ring in de volle vergadering gebracht, die
summier beslist of het aanstonds zal wor
den behandeld, dan wel naar de oommissie
aal worden verzonden.
Door deze eerste lezing spaart men het
papier voor de gewisselde stukken over on
beteekenende of gemakkelijk te overzien©
onderwerpen, gelijk bijv. do naturalisatie-
wetten en dergelijke meer.
Acht men ook hiervan rauwoLijk.v.Me be
handeling gevaarlijk, welnu, men drags
dan een voorloopig onderzoek on am cr-n
lichaam, analoog aan de tegenwoordige
Centrale Sectie, dan rechtstreeks uit de
volle vergadering te benoemen.
Maar nu wordt een wetsontwerp naar do
Oom missie verwezen.
Welnu, nu houdt vooraf elke partij haar
olubvergadering. Dit geschiedt reeds nu vrij
geregeld, dan echter zal het hebben 'prac-
tisch nut. Door deze olubvergadering toch
worden de commissieleden uit elke partij
toegerust met de kennis van de wenschen
»n meeningen, in hun fractie heersohende.
Van deze vergadering kan men notulen
maken, maar die werken niet naar
buiten en vormen geen officieel staatsstuk
Nu komt de commissie bijeen. Dat is dus
èén vergadering in plaats van vijf en een
vergadering van 20 in plaats van een verga
dering van 100: vanzelf aanleiding tot be
knopter behandeling van zaken. Allerlei dé
tails en futiliteiten vallen dan uit den aard
der zaak weg.
De ministers kunnen worden uitgenoo-
idigd vergaderingen der oommissie bij te
wonen Men is dan „en petit comi té"
bij elkaar. De m: üster kan ophelderingen
©n verklaringen geven, die eventueel in het
verslag worden opgenomen. Voorloopig
Verslag en Memorie van Antwoord worden
zoo tot één stuk samengevat, dat beknop
ter moet uitvallen dan thans.
En dan wijst de partijvergadering uit
haar midden de sprekers voor de openbare
behandeling aan.
Zoo wordt vermeden, dat onderscheidene
leden uit één partij na olkaar in het open
baar lange redevoeringen staan te houden.
,,Do Standaard" herinnert aan het
geen indertijd door prof. Van der Vlugt
en andere bewonderaars van de door den
Staat en de Gemeente Amsterdam geijkte
wetenschap der oponbare universi
teiten gezegd ia over den invloed van
de eerzame bierbrouwers en bakkers op
den gang van zaken aan de V r ij Un i-
V e r s i t e i t. Maar, vraagt hert) anti-revo
lutionair orgaan, wat zullen de heeren
ftKn-na zeggen over de jongBt© hoogleer-
aarsbenoeming in den AmBterdam-
sohen Raad, waar buiten de voordraoht
om een hoogleena&r aan de Gemeentelijke
Universiteit werd benoemd, blijkbaar om
dat de aanbevolenen niet wetenschappelijk
genoeg waren.
„De Noltings en de Loopuite in den Am-
8terdamschon Raad oordeelden wellicht
de aanbeveling niet zuiver op do weten
schap pelijko graat en zullen dus wel ge
stemd hebben op dr. Van Embden.
Om politieke redenen, wordt beweert,
omdat prof. Treub zijn partijgenoot, Van
Embden, gaarne benoemd zag.
Dat is natuurlijk laster.
Aan de openbare universiteit is politiek
oontra-bande; daar gaat heb alleen maar
om de wetenschap.
Aan do Vrije daar speelt de politiek
een rol en daar hebben bakkers en schoen
makers invloed.
Maflr bij de openbare universiteiten is
van politiek geen sprako en worden do
eerzame Noltings echt wetenschappelijk,
als zij, tegen do aanbeveling van het cu
ratorium, een vrijzinnig-democraat tot
hoogleora&r benoemen."
Ondor den last va® den dubbelen
tijd het/Oen wij nu meer dan twaalf jaren
gezucht, zucht op zijn beurt het
„Utreohtsoh Dagblad".
Wij hebben er al heel wat over gepraat
en geschreven; en de zaak is altijd nog bij
het oude gebleven. Minister Van Houten
maakte oen wetje klaar, minister Kuypor
desgelijks; on gelukkig zegt nu ook do te
genwoordige Regeering invoering van een-
beid van tijd zeer wensohelijk te achten.
Wij zouden willen vragen, waarom minis
ter Borgesius zich' dan zoo gehaast heeft,
minister Van Houtens wetje van drie ar
tikelen in te trekkenmaar daar vergaten
we bijna, dat de heer Borgesius immers
geen deel uitmaakt van dit Kabinet.
Deze Regeering wil de zaak nu admi
nistratief regelen. Dee te beter! Daartoe
zou noodig zijn: voor de middelen van vor
keer het uitvaardigen van voorschriften
bij algemeenen maatregel van bobtuur,
waarbij do West-Europeesoho tijd door den
Midden-Europeescben tijd werd vervangen,
en een uitnoodiging tot de plaatselijke be
sturen om elk op zijn gebied dan denzelf
den tijd in te voeren.
Welnu: laat ons hopen, dat het ditmaal
eindelijk eens niet bij dit goede voorne
men blijft en d© Regeering deze zaak nu
ook doorzet- In één opzicht zal zij ons land
dan althans voor verder tijdverknoeien
hebben bewaard.
Aan het slot van een bespreking over de
jongste boterprocos8en on Man die
verdenking, die op de Noderlandsche botor-
industrie nog altijd rust, zegt „De N i o u-
wo Courant";
Hopen wij, dat onze botercontrdle, ge
steund door doeltreffende wettelijke bepa
lingen, die geen andere eerlijke industrie
benadeelen, het spoedig zoo ver zal weten
te brengen, dat bij don uitvoer van en den
binnenlandBohen groothandel in boter al
leen maar sprako is van on voorwaar deb'jk
euivere, door hot Rijkshotel'merk gedekte
waar, dan is ook naar onze meening spoe
dig het oogenblik déar, waarop wij kun
nen zeggen; Uit Nederland wordt geen ver-
valsohto boter meer naar het buitenland
uitgevoerd en boterknoeiers in het groot
bestaan er niet meer; bote rv er val ach i ng ia
er geen industrie meer!
„D e Heraut" wijst or op, dat, nu
van Rijkswege de bijdrage aan de b ij-
zoodere s oho Ud zal worden ver
hoogd, do onderwijzers minstens drie vier
den van de subaidio voor zich opeischen,
een vierde willen doen ten goede komen
aan de sohool en aan do vermindering van
het schoolgeld. Dit doet „De Heraut"
opmerken
„Hoe begrijpelijk deze- olsch nu ook uit
psychologisch oogpunt zijn moge, toch
meencn we, dat daarmede een zeer cenzij-
digo bevoorrechting aan één der betrokken
partijon zou geschonken worden, en dat
in stellige tegenspraak met de duidelijk
uitgesproken bedoeling der Regeering, die
deze subsidie aan ons Christelijk onder
wijs Bchonk.
Voorop stellen we daarbij, dat door ons
geen oogenblik betwist wordt, dat de
vermeerderde Rijkssubsidie ook onzen on
derwijzers ten goede komen moet.
Maar daaruit volgt nog geenszins, dat
de thans gestelde eisch: drie-vierden dor
subsidie moet voor salaris-verbetering ge
bruikt worden, rechtvaardig te noemen
ia.
Vooreerst toch kan, wanneer de nieuwe
wet in werking treedt, volstrekt niet meer
gezegd: worden, dat de positie der onder
wijzers uit financieel G'ogpunt zooveel te
wenschen laat. Een hoofd der Bchool ont
vangt als minimum-salaris, behalve vrije
woning, f 760, welks som elke vijf dienst
jaren met f 50 opklimt. Daarbij komt,
dat, zoodra de onderwijzer een leeftijd
van 05 jaar bereikt heeft, van Rijkswege
hem een pensioen wordt toegelegd van
hoogstens twee derden der Laatstgenoten
jaarwedde, zoodat de zoTg voor den ouden
dag daarmede van zijn sohouders is af ge-
li oh t. Vergelijkt men deze positie nu met
aio onzer predikanten, dan is er voor onze
onderwijzers waarlijk niet veel reden om
te klagen.
Daargelaten nog, dat het minimum-sala
ris steeds uitzondering zal blijven en no
overgroot© meerderheid der sohoolhoofdon
meer ontvangt, belet niets den onderwij
zers nog andere werkzaamheden waar te
nemen, en kan door het geven van pri
vaatlessen, door het vormen van kwoeko-
lingon, door het houden van kostgangers,
enz., het salaris niet onbelangrijk worden
verhoogd. "Wij kennen schoolhoofden, die
door deze bijverdiensten hun traktement
ongeveer wisten te verdubbelen. En nu
mag dit eon uitzondering wezen, een pre
dikant, wiens studie zooveel belangrijker
kosten heeft meegebracht en wiens le
vensstand toch niet beneden dien van een
hoofd der school behoort te staan, geniet
op onze dorpen gewoonlijk niob veel hoo-
gor traktement dan f 1000, en van bijver
dienste is bij hem geen sprake. Bovendien
ontvangt een Dienaar des Woords ge
woonlijk eerot Op 70-jarigen leeftijd pen
sioen en bedraagt dit niet meer den f 600
jaarlijks, zoodat hij hierin zelfs bij dou
onderwijzer achterstaat. Nu de wet de
minimum-salarissen heeft vastgesteld en
het pensioen geregeld is, kan dus niet
gezegd, dat onze onderwijzera, vergeleken
met de predikanten, nog zooveel ten ach
ter zijn gesteld".
„Do Standaard" zegt in een aste
risk „Niet goed onderscheiden":
In ilo pers wandelt nu het bericht rond,
dat do anti-rev. party o©n half
mill io en ziolen telt.
Hoe komt men daaraan?
Het vermoeden schijnt niet ongegrond,
dat „De Heraut" de bron is; doch dan
heeft men niet goed ondersoheiden.
„Do Heraut" heeft meermalen, als er
sprake was van de sterkste der onder
scheiden Kerkelijke gezindten, er op ge
wezen, dat hot zielental der Gercf. Kerken
in Nederland ongeveer een half millioen
bedraagt.
Nu kan ieder weten, dat de anti-rov.
partij geen kerkelijke partij is, dat zo
haar leden telt onder de Gereformeerden,
maar ook onder Hervormden. Zelfs bohoo-
ren Doop sge« inden en Lutherschen tot
haar.
De heeren predikanten Talma, Postma,
Van der Voort van Zijp, Jongebreur, Van
Grieken, Hogorzeil, Do Looze, Prins, Vun-
derink, behooren in hun kring en ook
daarbinnen tot de vooraan staand© en lei
dend© anti-revolutionnoiren on zij zijn
predikanten bij do Ned.-Herv. Kerk.
Wo noemden slechte enkele predikanten;
er zouden nog heel wat meer namen bij
gevoegd kunnen worden.
Doch de genoemde namen zijn voldoende
om duidelijk te laten uitkomen, dat de
anti-revolutionnaire partij niet is een ker
kelijke partij, en dat hot aantal harer le-
j den vanzelf niet kan worden beoordecM
naar do sterkt» van een bepaalde kerke-
j lijko groep.
I Ongetwijfeld mag worden aangenomen,
dat, wellicht met een zeer enkele uitzon
dering, allo leden der Gereformeerde Ker
ken behooren tot de anti-rov. partijmaar
tot deae partij hebben zich ook tal van
Hervormden gevoegd.
Hot borichtje, dat onze partij een half
millioen zielen zou tollen, is derhalv© ge
heel onjuist; iets, wat trouwens bij de
jongste Kamer-atembus ook duidelijk uit
kwam.
Staatsbegrooting voor 1906.
Hoofdstuk V, Binnenl&ndsoho
Zaken.
Memorie van Antwoord.
Lager onderwijs. Herziening
der wet tot regeling van het lager onder
wijs, ton eindo terug t» komen op do on
langs gevallen beslissingen van princi-
pieelon aard ligt niet in de bedoeling van
de Regeering.
Leerplichtwet. Voorstander
van het lccrplichtbeginsel, wil do minister
gaarne medewerken om de belemmeringen
uit don weg to ruimen, dio het tot haar
recht komen van do bedoelingen der Leer-
pliohtwet in den weg staan. Het komt hom
echter voor, dat, van hoeveel beteekenis
ook de bezwaren zijn over den administra-
tieven omslag, dio uit do wet voortvloeit,
haar gebrekkig© werking in hoofdzaak
moeh wordon toegeschreven aan do rege
ling van de strafprocedure hier to lande
Nu ib vereenvoudiging van de proccduro
in strafzaken alleen mogelijk door wijziging
van het Wetbook van Strafvordoring. Do
minister ia boreid met zijn ambtgenoot voor
ju8titio icn overleg to treden over do vraag
of dergelijke vereenvoudiging voor do pro
cedure van leerp'lichtovertredingen uitv Der-
baar is.
Rijksmuseum. Do minister kan
vooralsnog geen voldc'onde aanleiding vin
don op den voor eenigo jaren genomen
maatregel om hot Rijksmuseum des Maan
dags, ook godujronde de zomermaanden,
gesloten te houden, terug te Komen.
Voorin stelt do minister ten vorhooging
met 850 gulden voor van hot subsidie aan
het Kon. Conservatorium voor Muziek te
b-G rave nh age
Ongevallenwet. Aan het o ragen
van eigen risico volgens de Ongevallenwet
1901, is door den voorganger van den min.
de voorkeur gegeven boven aansluiting bij
Rijksverzekeringsbank, uit ovorwegingen
van zuiver geldelijken aard. Do ongeval
len, welke tan laste van het departement
van BinnenLandsche Zakon komen, zijn
namelijk zóó luttel van aantal, dat schier
iedere verzokoringBpremie te hoog zou
ziin* v
Technisoho Hoogoschool.
De minister meent do opmerking omtrent
do samenstelling van het college van curar
toren niob to bdhooven t©( beantwoorden.
Bij aanvulling zullen do gemaakte opmer
kingen in ernstigo overweging wordon go-
nomen.
Mot het cog op den broederen opzet van
hot onderwijs on omdat in do laatste jaren
verschillende zaken zijn aangehouden, heeft
de minister nog met oen som van 12,900
de begrooting moeten verhoog en, en wel
voor
a. do aanstelling van drie hoogleorarcn
4000, mot ingang van 1 September 1906;
b. de aanstelling van een buitengewoon
hoogleeraar A 3000, waartegenover staat,
dat «en assistent A 1200 zal vervallendo
aanstelling van een conservator A 2000
mat ingang van 1 September 1900, van een
assistent k 1500, en van oen bediende k
f 500;
o. de aanstelling van vijf lectoren k
f 2000, waartegenover staat, dat drie assis
tenten k f 1400 en twee k f 1200 zullen ver
vallen, een en ander met ingang van 1 Sep
tember 1906;
cL do aanstelling van oen assistent k
f 1200;
e. de verhooging van de wedde van vier
assistenten van f 1200 tot f 1600
f. do verhooging van de wodde van eon
drietal beambten, resp. met f 600, f 200 en
100.
Middelbaar ondorwijs. In af-
waohting van do voorstellen der Staats-
64)
Ook op mij oefende deze eenzame
laats met rijn hoogo muren en ver-
iten hallen, welke eens het schouw-
tooneel van vroolijk leven waren ge-
.weest, een zonderlinge aantrekkingskracht
uit. Dit verlaten paleis verweerde zich
met kracht tegen den alles vertcrenden
tand des tijds cn ofschoon ho^g gras zijn
pleinen bedekts en zijn paviljoenen aller
lei soort van dieren tot sohuilplaats dien
den, stond zijn muurwerk toch nog even
Btevig als ooit. Het bad reeds eeuwenlang
zon cn storm getrotseerd en nog na
eeuwen, als ik reeds lang dood ben, zal
dat paleis er waarschijnlijk nog juist zoo
tetaan als nu, hoogstens dat het gras en do
cactusstruiken dan nog weliger, de bevol
king van zwijnen en pauwen nog talrijker
zal zijn.
In dergelijke gedachten verdiept, zat
ik op een cler lage wallen, terwijl de Ra
ni's zich onder de hoede van een 6lavin
op een harer geliefkt'osde zwerftochten be
vonden. Toen mijn blik verstrooid over de
.vallei beneden mij dwaalde, bemerkte ik
drie mannen, dio het steile pad naar de
poort opreden. Het waren geen inboorlin
gen. Spoedig zag ik ze onder luid, dreu
nend paardengetrappel van onder de
hooge poort te voorschijn komen en her
kende in een van hen rar. Thorold. Ook
bij had mij, naar het schejn, reeds gezien;
het hofrijtuig, dat beneden wachtte, had
hem zeker op een ontmoeting voorbereid.
Do drie heeren bonden nu hun paarden
vast, en kwamen op mijn zitplaats in een
inham van den muur toe, van waar eens
een zwaar geschut den omtrek had be-
droigd.
„Miss ForrarsWelk een aangename ver
rassing!" riep mr. Thorold mij toe. „Ik
meende, dat dit afgelegen, eenzaam oord
door geen menschelijk wezen buiten mij
werd bezocht."
„Ik ben hier reeds dikwijls geweest;
minstens een half dozijn keeren."
„Sta mij toe, dat ik u dokter Flemming
or.zen district-geneesheer, voorstel." Een
dikke heer van ongeveer vijftig jaren nam
groetend den hoed af. „En deze hier is
mr. Belliars, mijn secretaris." Een blceke
jongoling met een bril boog eveneens.
„Ik heb den dokter met een bijzonder
oogmerk hierheen gebracht," ging mr.
Thorold voort. „Hij hangt zoozeer aan
het district Madras, dat ik het dringend
noodig vond, hem nu ook met een gedeelte
van het landschap bekend te maken, op
dat zijn geestdrift ten minste eenigszins
gerechtvaardigd wordt."
„Ja, ja," riep dokter Flemming met een
vToolijko tinteling in zijn kleine oogen,
„nu drijft gij weer den spot met ons oudst,
meest gezegend district. Het is in elk ge
val het meest oorspronkelijk gedeelte van
Irdic- Hier vindt men nog ongeschonden
de inheemsche Flora..."
„En het echte klimaat met onvervalschtc
malariazeide mr. Thorold lachend.
„Och wat, gij menschen uit de Noord
westelijke provinciën laat u altijd wonder
wat voorstaan op uw koel weer en gij moert,
daarbij overal uw bed meenemen 1 U is
zeker nog nooit boog in het Noordon ge
weest, miss F errors V' vroeg do dokter,
zich tot mij wendend.
„O, toch wel, maar ik had geen gelegen
heid, vel© indrukken te verzamelen, want
ik heb mij daar slechts drie dagen opge
houden'."
Hij sperde verbaasd rijn oogen open,
maar de bleeko jonge man vroeg nu: „Hoe
bevalt u Royapebta;?"
„Vrij goed. En u?"
„Uitstekend
„Ja, ja, het is hom volkomen ernst met
zijn bewering," bevestigde mr. Thorold.
„Hij is geheel thuis in de oudheidkunde en
bewondert on zo oudo gebouwen evenaeer
als Flemming onze vergiftigde planton-
„Hier" hij wees met zijn hand in het
rond ,,is zijn meest vruchtbaar jacht
gebied. U is hier zeker met de jonge Ra
ni's heengegaan, miss Ferrars V'
J a, want ook voor haar is dit ccn
viuohtbaar jachtgebied, rijk aan allerlei
kleine schatten. Naar ik hoop, is u geheel
van de malaria hersteld?"
„O ja, dank u. Het uitstapjo in de ber
gen was een zeer heilzaam reoept, dat won
deren heeft uitgewerkt."
„Het was ovenwei een zeer ernstige aan
val," merkte do geneesheer op. „Een soort
van malaria, zooals mij die nog nooit in
de praktijd is voorgekomen.'
„Zeker ook een der voorrechten van Ro-
yapetta?" bracht zijn patiënt glimlachend
in liet midden. „Doch kijk eens, wat een
prachtige zonsondergang'" riep hij plotse
ling, waarop wij ons allen naar het gloei
ende Westen toekeerden,
In een donkerrooden gloed gehuld, stak de
heuvelketen in het verschiet scherp tegen
do heldere, oranje-gel© lucht aif waarover
stropen van het mooist© roso heentrokken,
welke liet geheel© landschap in oon roze
rood licht dompelden.
„Allee rooskleurig", merkte mr. Thorold
op. Zeker een goed voorteeken."
„Ja, do zon gaat onder, en wij hebben
het palcis nog in het geheel niet bezichtigd
on toch is daarin zooveel interessants to
zien," merkte mr. Bollaire op.
„Goed, Dick, ga gij dan maar on leid
den doktor rond. Ik blijf intusschen hier bij
miss Ferrars, mot wio ik allerlei dingen
heb to bespreken.
Torwijl mr. Bellairs met den dikken dok
ter, dio hem nauwelijks kon volgen, weg
snelde, wendde oir. Thorold zich levendig
tot mij.
„Ik ben heol blij, dat ik u hier aantref
Maar zeg mij nu in do oorsto plaats, waar
om ik u niet in heb paleis mag bezoeken?"
„Omdat de Rani Sundaram dat niet ver
kiest. Zij vertrouwt mij niet en houdt mij
voor uw spion."
„Dat is weer juist iets voor Hare Hoog
heid, do Koningin der Spionnen."
„Ik heb een vreeselijko scène mot haar
gehad."
„Ik weet wat dat wil zeggen, want ook
ik heb, voor haar pUrcLah staande, reeds
menigo heftige woordenwisseling met haar
gevoerd"
„Maar dan hebt gij ten mnste haar
oogen niet gezien."
„Waar ging het over?"
„Het ctrof u. Als wij vrede met Kaar
willen hebben dan moogt gij mij niet weer
bezoeken en ook geen brieven zenden. Do
muren van het paleis hebben duizend oogen
en ooren. Zog' was zij bijvoorbeeld ook ge-
Anno T9Ö5
commissie tot reorganisatie van het onder
wijs wenscht do Rogeoring geen ingrijpend©
wijzigingen in het middelbaar ondorwijs
aanhangig to maken.
Do intrekking van hot wetsontwerp inza
ke de oprichting van een middelbare tech
nische school vindt haar oorzaak alleen
hierin, dat do Regeering uet roor de ont
wikkeling van het middelbaar technisch on
dorwijs in het algemeen uiet wonscrtiolijk
achtte een zoo kostbaar centraal instituut
in het loven te roepen, dat slechts voor een
deel in do behoefto kan voorzien.
Yoor nadere vorhooging van hot subsidie
ten bohocvo van do vakschool voor meisjes
to 's-Gravenhago, bestaat, naar do mooning
van den Minister, op dit oogeublik nog
geen voldoende aanleiding. Een Rijkssubsi
die van 7000 is reeds hooger dan een der
ander© industriescholen voor meisjes uit
's Rijks schatkist geniet.
Yorontroiniging vau open
bare wateren. D© Minister is voor
liet oogenblik niet voornemens to bevorde
ren, dat het ingetrokken ontwerp van wet
togen schadelijke of hinderlijke waterver
ontreiniging andermaal worde ingediend.
Hij stolt zich echter voor, to onderzoeken,
in hoeverre dezo matorio rijp is voor rege
ling on het doen van voorstellen daarvan
afhankelijk te maken.
Woningwot. Hoewel door don Mi
nister wordt betreurd, dat niet alle veror
deningen bijtijds zijn vastgesteld, verwacht
hij, dat met 1 Augustus 1903, op welken d;:g
de termijn verstrijkt, dio bij het gewijzigd©
art. 61 der wet is gestold, voor het voort
bestaan van do bestaande verordeningon,
allerwegen do voroischto voorziening haar
beslag zal liobbcn gekregen.
Bestrijding der t u b o re u lo so.
Yan do /10,000, die voor dit jaar zijn
toegestaan, is een subsidio van 1000 gld.
verLcond aan het Nederlandsch Centraal
Comité tot bestrijding dor tuberculose ten
behoeve van do verspreiding van populaire
geschriften. Het ligt in het voornomen der
Regeering te bevorderen, dat do overigo
9000 gulden nog in don loop van dit jaar
aan subsidies ton bohocvo van zoodanigo
voroenigingen worden besteed. Aan parti
culieren rechtstreeks zijn nog geen subsi
dies verleend
Bezoldigd© personen bij do
s c h u b t o r ij o u. Daar, Volgens d|o
Schutterij wet, do kosten van do schutterij
en ten lasto van do gemeenten komen, is
do Minister van oordeel, dat tcgomoe-lko-
ming aan het personeel bij opheffing van
schutterijen op den weg der gemeenten ligt.
llAAULFiUMKRMEER. Ondertrouwd: J.
van dor Uoon wedr. en G. d© Ruiter wed.
Gehuwd; 'i\ J. Kiep on C. vno Woalar-
huizon. C. A. Iluljfcntuin geich. en A. Kaars.
v a 11 <m: MrrA. Faas geb. Van der Via D. -
E. Verbaas «b. Mourifs 2D. J. Vfrboov©
R®b. Jonker D. H. Dogenaars gob. Kranikarnp
A t>. van G«Qen gob. Kunst D. J. M. do
liegt geb. Eiudbovon D. A. von Splunter gob.
Dekker Z. E. Offermnn gob. Van der Stioom
D. L. Voogt gob. l'ols 2 D. on 1 loreoJ. Z.
A. Rodenburg gob. Topsvoort D.
Overleden: C. llogondoorn, 79 j., wed.
ltobel. W. van Neuren 8 m. J. de Zwart,
wed. Lya, 64 j. II. van der Ploeg 4 w. It.
C. Krijger 71 j. W. vau dor Oord 8 m. C.
Rodokor geb. Bios 70 j. J. Smit 12 d. T,
Duiumaaijer, wod. Uelio, 85 j.
Londen, 2 Deo. Wol. Sedert do oponing dor
veiling op 28 Norcraber is da stemming over bet
olgoineon levendiger en de prijzen zyn, oponkole
uitzonderingen na, vastor gowordon. liet grooUte
gedeelte der aangeboden partijen word, doordien
80n botrekkolijk belangrijk gedeelte meiinoa niet
aan de door Duiteoülaod gesteldo veroisolitoa
boantwoorddo, voor Frankryk en bot binneulnud
genomen. Daarentegen vonden er velo knvolingon
scoured voor Duitschlaod koopors, naar wolk land
ook kamwol plaatsing vond, evenals noar Uolgiü.
De eeoige soorten merinos waarvan de prjja
esnigezin» flauw of onregelmatig wae, waren
gebrekkige qual. pieces en kortstapeligo vetto
buikwol, die m de lubnokeu pas kuoneu worden
verwerkt als zo geourbooiecord zyo. Van oiobs-
breds bloei bet aanbod klem eo allo qual. genotoa
zeer levendige vraag voor bet binnonland. Met
uitsondering vmi Lincoln ea Leicester „slipes"
en do grolsle scoured soorten, werd voor alle
qual. de vollo waardo der Soptember-voiling
aangelegd en bijzonder gewildo soorten brachten
zelfs bovenmatig booge prezen op.
tuig© van ons gesprok in do aucüiéntiozaal.
Zij zag, dab ik u brieven gaf, on boweerdo,
dat wij kwaad van haar hadden gesproken"
„Daarin heeft zij gelijk 1 Maar zeg mij,
hoe is dat mogelijk, als zij niet werkelijk
heksen kan?"
„Do galerijen loopen immers hoog boven
om do zaal heen, van w&ar het dienstper
soneel do feestelijkheden kan aanschouwen,.
Zij moot daar geweest zijn."
„Dat zij mij als vergif haat, weet ik wel,
maar dat laat mij goheel onverschillig on
hindert mij niet het minst in inijn werk
zaamheden, di© een gunstig verloop heb
ben. Ik lo3 hypotheken af, schiet geld voor
nlgomeono doeleinden voor, laat gerechtig
heid heerschen waar en zooveel ik kan ea
voer verbeteringen in. Enorme schulden
drukten den Staat, do belastingen bedroe
gen meer dan do helft dor inkomsten en
zogen hot hartobloed van het volk uit. Do
Rani Sundaram bekommert zich er echter
niet over, hoevelo menschen er dagelijks
den hongersdood sterven. Zij werpt het
geld met vollo handen weghaar eer- en
verspilzucht kennen geen grenzen."
„Is hot waar, dat er do volgende maand
groot© huwelijksfeesten zullon plaats vin<
den V'
„Ja, die zullen reeds in do eerst© wook
van Maart een aanvang nemen. Wij zullen
dan in elk geval weer in do gelegenheid
zijn elkaar t© spreken."
„Misschien", anbwoorddc ik weifelend.
„Neen, geen misscHien; ik zal daar wel
voor zorgen."
(Wordt ie