13937 Dinsdag X Augustus. A°. 1905. feze jouraat wordt dagelijks, met aitzonderiag van <§pn- en feestdagen, uitgegeven. Offieieele Kennisgeving. Eea gemeentelijke Arbeidsbeurs. FEUILLETON. Moeder. LEIISCH M&BLAD TRIJS DEZER COURANTi Vooi Lelden per weet 9 Oentaj per 8 maanden l l f 1.10. BuiteD Leiden, per looper en waar agenten gevestigd djn l t 1.30. Pranco per post 1.65. PRIJS DER ADYERTENTIÊNi Van 18 regels ƒ1.05. Iedere regel meor 0.17$. Qrootere letters n&aT plaatsmimte. Kleine advertentiën van 30 woorden 40 Oenta contantelk tiental woorden moer 10 Oents.Voor het incaaseeren wordtƒ0.05 berokend. Burgemeester en Wethouders van Leiden brengen ter alg-meen-e kennis, dat de reke ning on verantwoording van de ontvang sten en uitgaven dezer gemeente over het jaar 1804, met al de daarbij behoorende bescheiden, aan den Gemeenteraad is over gelegd, te gelijk voor een ieder, gedurende veertien dagen ter lezing nedergelegd op de secretarie dezer gemeente en in druk, tegen betaling der kosten, algemeen ver krijgbaar zal worden gesteld. Geschiedende daarvan, ingevolge art. 219 Sder Gemeentewet, openbare kennisgeving door plaatsing in het „Leidsch Dagblad". Burgemeester en Wethouders voornoemd, DE lilDDER, Burgemeestei VAN HEYST, Secretaris. Leiden, 31 Juli 1905. ii. Nu echter door het verzoek van den Be- stuurdersbond - zeggen B. en Ws. verder in hun rapport aan den gemeenteraad do aandacht ook in onze gemeente meer bijzon- ider op de instelling der arbeidsbeurzen werd gevestigd, hebben zij zich niet tot de behandeling van het ingekomen verzoek be paald, maar werd tevens, daarbij gevolg gevende aan het door den heer Aalbcrse in de raadsvergadering van 27 October uitge sproken verlangen, door hen overwogen of termen zouden bestaan om van gemoen- t e w e g e tot de stichtiDg van een arbeids beurs over te gaan. Het nut dat een arbeidsbeurs kan af werpen, mag als bekend worden ondersteld. B. en Ws. behoeven daarom hier slechts even stil te staan bij de, voordeelen, die met haar oprichting worden beoogd. De arbeidsbeurs, wier doel het is vraag en aanbod van arbeid zooveel mogelijk tot elkaar to brengen en daardoor aan patroons en werklieden beiden een vollodlg overzicht te geven van den stand der arbeidsmarkt, is in staat de werkeloosheid tot haar onver mijdelijk minimum terug te brengen. De arbeidsbeurs maaat een einde aan de misbruikon, die veelal het gevolg zijn van do behoefte, zoo van arbeidgevors als ar- beidnemerB beiden, aan de diensten van tusschenpersonen. De arbeidsbeurs levert aan patroons en arbeiders beiden gemak op. De arbejasbeurs is in staat een overzicht te geven van de werkeloosheid en kan daar om van groot nut zijn voor de middelen tot bestrijding daarvan, met name voor de verzekering tegen werkeloosheid on de werkverschaffing. De arbeidsbeurs kan de opeenhooping van arbeidskrachten in groote centra tegen gaan, wanneer zij zich als regel stelt in de eerste plaats de inwoners van de gemeente yoor plaatsing in aanmerking te brengen. Het is duidelijk dat het nut der arbeids beurzen grooter wordt en een regularisee ring van den arbeid over ruimer gebied plaats vindt naar mate in meer gemeenten arbeidsbeurzen worden opgericht. Tegenover deze voordeelen staan eigen lijk geen nadoelen. Alleen wanneer de ar- bc- sbeurs een strijdmiddel wordt in han den van een van de beide partijen op de arbeidsmarkt, wanneer dus ot vakvereeni- ging of patroonsvereeniging haar uitslui tend of in hoofdzaak ter behartiging van haar eigen bijzondere belangen wenscht te exploiteeren, kan zij een nadeoligen invloed uitoefenen. Maar oprichting van een derge lijke partijdige arbeidsbeurs kan uit den aard der zaak van een gemeente niet wor den verwacht. De vraag of in een bepaalde gomeento van gemeentewege tot de oprichting van een arbeidsbeurs moet worden overgegaan, hangt dus slechts af: of in die gemeente aan zulk een beurs behoefte bestaat, of ver wacht mag worden dat zij ook werkelijk in die behoefte zal voorzien, en zoo ja, of de kosten, aan haar oprichting en bestuur ver bonden, zullen worden opgewogen door de van haar verwachte voordeelen. Omtrent het eerste punt nu zijn de ge voelens hier ter stede zeer verdeeld. Immers terwijl zoowel de l uristclijke Bestuurders- bond als de afdeeling Leiden van den Christelijk Nationalen Werkmansbond van de behoefte aan een arbeidsbeurs voor Lei den hoog opgeven, lezen wij daarentegen in het adres van de afdeeling Leiden van het Algomeen Nederlandsch Werkliedenver bond, „dat het nut van een arbeidsbeurs voor een stad als Leiden, waar elk, werk man binnen één uur tijds zijn patroons kan afloopen, niet bestaat., althans zeer twijfel achtig is." Het laatste gevoelen wordt, zoo als de Voorzitter reeds in de gemeente raadszitting van 27 October mededeelde, door oen dor leden van het college van B. en Ws. volkomen gedeeld, terwijl eindelijk weer de hoer Aalberec toonde in die ver gadering veel van zulk een beurs te ver wachten. Hoog, dit kunnen B. en Ws. wel zeggen, zijn de verwachtingen ook van hun college omtrent de resultaten van zulk een beurs niet gespannen. De ondervinding in dit opzicht elders in ons land opgedaan is niet zeer bemoedigend- Van de oudere beurzen -on die te 's-Gra- vonhage, wolko uitging van den Ghristelij- ken Volksbond, op slechts een gering aan tal plaatsingen wijzen. Thans is door de gemeente 's-Gravenhage tot de oprichting van een gemeentelijke arbeidsbeurs beslo ten. De Rottordamsche beurs is na eenigo ja- ren van een kwijnend bestaan, opgeheven Meer bevredigend waren de resultaten van de Amsterdamsche beurs en wat meer zegt, daar viel geregeld vooruitgang op to merken. Het aantal gevallen, waarin werk kon worden toegestaan, steeg toch in de jaren 1898 tot 1904 van 17$ tot 42$ pCt. Van het aantal aanvragen. „Intusachen", voegt hot centraal bureau er aan toe, „is het er ook te Amsterdam nog verre van af dat de arbeidsbeurs do gebruikelijke weg zou zijn voor werklioden om naar eon betrekking en voor patroons om naar werklieden uit te zien." Ook in Arnhem laat het resultaat te wenschen over. Do beurs kon daar per jaar niet meer dan gemiddeld ruim honderd plaatsingen boeken. De jongere beurzen, die te Schiedam, Dordrecht en Tilburg, bestaan nog te kort om reeds than6 gevolgtrekkingen te maken uit do resultaten van haar bemoeiingen. Tot dusver schijnen die in Dordrecht en Schiedam niet veel te beteekenenbeter gaat het in Tilburg. Neemt men aan dat in Leiden, in verhou ding tot de bevolking, de beurs een gelijk aantal bemiddelingen tot stand brengt als thans te Amsterdam het géval is, dan zou dat ongeveer drie in de twee dagen worden. Er zouden drie aanvragen om werk daags binnonkomen, nog geen twee aanvragen om werkkrachten. De cijfors voor Tilburg zijn ongeveer dezelfde: zij zouden voor Leiden neerkomen op ongeveer 570 aanvragen van werkgevers en 1160 aanvragen van werk lieden en 450 plaatsingen. De cijfers voor Arnhem, dat Leiden in grootte het meest nabij komt, zijn veel ongunstiger. Het laatste jaarverslag vermeldt slechts 269 aanvragen om wcr- en 83 plaatsingen. Het bestuur van den Christelijken Be- stuurdersbond deelde B. en Ws. den 3den Mei jl. op hun verzoek mede, dat gedurende de eerste 6 maanden van bet bestaan der door den bond bestuurde arbeidsbeurs 146 aanvragen om werk bij haar waren inge komen en 47 plaatsingen door haar tus- schenkomst konden plaats hebben. Als een van de voornaamste oorzaken, waarom zelfs in groote centra als Amster dam en Rotterdam de beurzen niet zulk eon vlucht nemen, als men reden had daarvan te verwachten, wordt het volgende aange voerd. „Het blijkt", zegt het centraal bureau voor socialo adviezen, „dat groote onder nemingen zich zeer vaak geheel van het gebruik der arbeidsbeurs onthouden, ook al zijn haar directeuren of commissarissen bestuurslid der beurs. De roden daarvan moot hierin worden gezocht, dat deze far brieken steeds werklieden te kust en te keur kunnen vinden. Dit goldt in de eerste plaats, wanneer werkvolk voer sjouwwerk wordt verlangd, maar ook wanneer er plaat sen voor vakarbeiders open zijn, doch in het bedrijf meer vakarbeiders zijn te vinden dan in den rogel kunnen worden geplaatst. Zijn er sjouwwerk werklieden noodig, dan is hot voldoende, dat heb eigen werkvolk daarmede in kennis wondt gestold; dit geeft aan de opzichters al spoedig een voldoend aantal bloedverwanten en kennissen op, die zulk werk zoeken. „Werkloozo vaklieden molden zich ge woonlijk regelmatig om werk aan aan de fabrieken, ter plaatse waar zij vertoeven; bij het" uitgaan dor fabrieken staan er ge woonlijk zulke werkzoekenden te wachten. Het is duidelijk dat ondernemingen, die zoo gemakkelijk werkvolk kunnen vinden, geen belang hebben bij het gebruik der beurs." In Rotterdam waren het in hoofdzaak lie den zonder vakkennis, minderwaardige personen en jonge werkkrachten, die van do beurs gebruik maakten. Leiden, I Augustus. Ter gelegenheid van den verjaardag van H. M. de Koningin-Moeder zal mor genmiddag to twaalf uxon door hot garni zoen alhier op hot Schuttersveld oen groote parade worden gehouden. Heden herdonkt Jacs. Sommeling den dag, waarop bij vóór 25 jaar als machinist in dienst der Lcidsche Sleopsto :>mboot- Maatschappij trad Als bewijs van waardeering voor de diensten, door hem aan de Maatschappij bewezen, werd hem door de directie dor vennootschap een gouden remontoir met inscriptie overhandigd. Bij de Leidsch© Spaarbank is in de maand Juli ingelegd 86,331.76 en terugbe taald f 52,345.90$, terwijl zijn afgegeven 78 nieuwe en geheel afgelost 51 boekjes. Het gezamenlijk tegoed der 11.804 inleg gers bedroeg einde Juli f 2,158,825.66$. Z. D. H. de Bisschop van Haarlem heeft benoemd tot rector van de weeshui zen te Rotterdam den weleerw. heer A. G. van den Berg, kapelaan te Schiedam (O. L. Yr. Visitatie); tot pastoor te Woerden den weleorw. pater A. J. M. Looijaard O. M. en tot kapelaan te Leiden (O. L. Vr. Onb. Ontv.) den weleerw. pator J. 0. Téssor O M. Bij de „Staatscourant" No. 178 zijn gevoegd do oprichtingsakten van eenigo naamlooze Yennootschappen, o.a. van de fabriek van Brouwers aardewerk, te Zoe- terwoude. Doel is het fabriceeren van on de handel ia aardewerk. Duur: 25 jaren. Kapitaal: 50,000, verdeeld in 50 aandeolon van 1000, dio splitsbaar zijn in onderaandeo- len van f 500. Geplaatst bedrag f 20,500; het overige moet geplaatst zijn vóór 1 Jan. 1915. Do geplaatste aandeelén wordon on middellijk volgestort Het beheer der Ven nootschap is opgedragen aan 2 directeu ren onder toezicht van een raad van com missarissen, die uit 3 leden bestaat. Voor do eerste maal zijn benoemd tot directeu ren van een tijdvak van 5 jaren do heeren W 0. Brouwer en J. Brouwer. Moj. A Th. van Dijk, te Voorschoten, is benoemd tot onderwijzeres a«nn de St.- Rosasohool, Singel 136, to Amsterdam. Tot tijdelijke onderwijzeres nan d* O. L. School to Stompwijk is aangesteld mej. E. Ch. Turion, te Voorschoten. De Minister van Binnenlandsche Za ken, dr. Kuyper, heeft zich gistermiddag naar Soestdijk begevon, ter gewone audiën tie bij H. M. de Koningin. Nu dr. Blooker, a la lid van de Tweede Kamer g< kozen, bodanken zal als wethouder voor het armwezen, enz., te Am. sterdam, wordt als zijn opvolger genoemd dr, Josephus Jitta. Mr Heemskerk moet zich, naar werd medegedeeld, hebben uitgelaten, dat hij niet langer te gelijk wethouder on Kamer lid wenscht to zijn. Wcshalvo hij bodanken zou als wethouder, („Tel.") Onder hot opsohrift: „Een goede Tij ding", schrijft „Het Centrum": Gisteren word to Utrecht de akte ge passeerd voor den aankoop van een terrein waarop, naar ons ter oore kwam, een in richting zal verrij-en, voor de ontwikkeling van het katholieke Nederland van do hoog ste boteekenis. De directeur-generaal der posterijen en telegrafie maakt bekend, dat voor het in Augustus te houden examen voor sur numerair dor posterijen en telegrafie 25 plaatsen, waarvan ten hoogste 3 voor on gehuwde vrouwelijke candidaton beschik baar worden gesteld. Het batig saldo der gemeente-rekening te Rotterdam over 190-1 bedraagt 604,390.34$. B. en Ws. stellen voor hiervan f 406,529.58$ over te brengen op den loopenden dienst, en wel f 69,956, zijnde het bedrag van nieti vertoonde coupons en uitgelote obligaties; f 166,573.58$ tot dekking van nog niot ge heel uitgevoerde werken, enz. en 150,000 tot versterking van „onvoorziene uitga ven." Hot restant 97,860.76 wordt dan als eerste post op de begrooting van 1906 go- braoht. Een telegram uit Mannheim meldt, dat de hoer S. Hartogensis, oonaul-geno- raal der Nederlanden to Mannheim en lid van den Raad van Toezicht van verschillen de Bankinstellingen, aldaar overleden is. Hier te lande is bericht ontvangen, dat dr. Commerel, een Nederlandsch go- neoshcer, die ook te Londen heeft gestu deerd, on die in de Kaapkolonie gaat prak- tizecren, to Kaapstad is aangekomen. Naar men verneemt, is door den heor W. H. Solieffer ooncessie aan do regccring aangevraagd voor den aanleg van een olcctrische baan (hetzij een zwceflbaon don wel eon grondspoor) ter verbinding van den Hoek van HollandTer HeydeKijk duin en Soheveniugcn. Het stoomschip „Koning Willem I", van Batavia naar Amsterdam, arriveerde 31 Juli to Genua; do „Noordain", van Rot terdam naar Niouw-York, passeerde 30 Juli Scilly; do „Zaanland" arriveofdo 31 Juli van Bucnos-Ayros te Amsterdam; de „Ophir'' arriveerde 31 Juli van Rotterdam te Batavia; de „Prins Willem I" arriveer de 29 Juli van Amsterdam to aPrauiaribo; do „Prins Willem II" vertrok 31 Juli van Paramaribo naar Amsterdam; do „Gou verneur" (uitreis) passeerde 30 Juli Port» Said; do „Ping Suey", van Java naar Am sterdam, passeerde 30 Juli Pcrira; do „Tantalus", van Amsterdam naar Batavia, vertrok 29 Juli van Liverpool; de „Delf land" arriveerde 28 Juli van Amsterdam te Montevideo. Haarlemmermeer. Tot zetter voor 's Rijks dirocto belastingen ia, ter vervanging van den heer Timmermans, benoemd do neer G. A. A. Knaap Pzn. alhier. Voor dc aan school No. 4 te Hoofd dorp vaceerendo betrokking van onderwij zeres hebben zioh 16 sollicitanten aango- mold. Zekero J. Bom alhier heeft een adria om gratie ingediend, van do hom door do Amstordamsoh© Rechtbank wegens mishan deling opgelegde straf. In hot gezin van J Rietveld alhier ui een geval van typhus voorgekomen met doodelijkon afloop. Zijn eonigste 24-jarige zoon word plotseling zoo ernstig do >r deze besmettelijke ziekte aangetast, dat er voor het behoud van zijn leven geen hoop meer bestond- Naar wij vernemen zijn van do onlangs in dezo gemeente geplaatste militaire tele graaflijnen reeds niet minder dan 180 isohu- toren gebroken en vernieuwd moeten worden, wat vermoedelijk moet worden toegeschreven aan moedwillige handelingen van kinderen. Ten einde verdero kostbare herstellingen onnoodig to maken, is vanwege de militaire autoriteiten op streng toezicht aangedron gen. Woubruggc. Zondagavond laat brand de het allengs zeer verminderd hooi nog volop, do brandweer liet hot branden, om- 19) Zijn gedachten verwarden. Hij nam den hoed af, streek eerst met de hand over het heeto voorhoofd en dan door zijn blond, kroezig haar. Dat hij e.- evenwel zeer bleek uitzag, wist bij niet. Völker ovenwei, die zijn vriend van tijd tot tijd heimelijk monsterde, tastte in den zak, haalde een flesch portwijn te voor schijn en zeide opbeurend: „Als wij eens een teug namen. De morgen is fri&ch, u schijnt het koud te hebben." „Dank, professor", antwoordde Teil, „na de affaire willen wij een dronk nemen, als ik dan ten minste nog dorst zal hebben." Men was het doel genaderd. Tusschen de houtvesterij Hundckehie en het meer in het Grünewald hield het rijtuig stil. De drie heeren stegen uit, zeiden tot den koet sier hier te wachten, en begaven zich die per in het hout. Do schelle kreet van een specht klonk door het woud; toen werd het weder stil en men hoorde alleen de stappen yan de over het tapijt van pijn naai den daarheen wandelenden. Een eekhoorn yloog over den weg, liep tegen een pijn boom op en keek naar de rustverstoorders beneden. Spoedig hoorde men gedempte mannenstemmen; nog een paar schreden, eu men begroette een groep van vier hee- fren, die van het station Grünewald geko men waren en hun rijtuig oostelijk van het meer hadden laten stilhouden. De beide partijen bleven afgezonderd van elkaar staan. Alleen de schilder Völ ker ging op ritmeester von Tollen toe, bij wien zich spoedig de elegante von Goten- burg voegde met een kistje onder de arm. De kist werd op den grond gezet en geopend. Twee eenvoudige pistolen lagen daarin. Terwijl do onpartijdige deze in te genwoordigheid der beide secondanten olk met een kogel laadde, stond de vrijheer von Brank in kalm gesprek met den ook door hem medegebrachten dokter. De vrijheer had nog in het vroege mor genuur een brief aan zijn zoon Walther, de Heidelbergschea student geschreven, die zich op het oogenblik op een uitBtapje langs den Rijn bevond. Hij had hem daarin de oorzaak van het duel eerlijk medege deeld en hem, ingeval hij, de vader, zijn leven verliezen zou, met zijn zegen te ge- gelijk den raad vermaakt zich altijd voor elke onzuivere verhouding met vrouwen te hoorien, overigens echter niet boos te zijn op den officier van justitie, want deze man had zich slechts correct gedragen en alleen dat gedaan, wat hij als fatsoenlijk mensch niet had kunnen nalaten. Dezen brief had de schrijver aan ritmees ter von Tollen overhandigci; hij zou al leen besteld worden als de vrijheer niet meer levend terugkeerde. Daarna had von Brank mt zijn reeds te zes uren i i den mor gen aangekomen secondant een ontbijt ge bruikt en was tegen zeven uren in het rij tuig gestegen om naar het Grünewald te rijden. Onderweg had hij niet veel gesproken, zijn gedachten waren .bijna uitsluitend op het aanstaande duel gericht geweest. Hij was zoo geheel in de aanschouwingen van zijn stand opgevoed, van de onontbeer lijkheid van het gekozen beslechtingsmiddel zoo vast overtuigd, dat ook niet de gering ste twijfel bij hem opgekomen was aangaan de het goed recht van zijn tegenstander hem, den vrijheer, op het pistool uit te da gen. Al was zijn geweten tegenover Victorine ook tamelijk onbelast, hij miskende toch geenszins den toestand, waarin hij onbewust don zoon dozer vrouw gebracht had; de of ficer van justitie gedroeg zich, zooals vol gens zijn mccning een gentleman zich ge dragen moest en het was hem, den vrijheer een soort troost en voldoening, dat hij al thans te doen had met zulk een nétten te genstander. In dezelfde omstandigheden zou hij niet anders gehandeld hebben. Wel is waar, als hij aan zijn Clara thuis dacht, die van de zen onheilspellenden rit geen voorgevoel i.xd, als de gestalten van zijn beide kinde ren voor zijn geestesoog oprezen, dan wil de het hem voorkomen, alsof de inzet bij dit tweegevecht toch zeer ongelijk was en niet geheel overeenkwam met de gerechtig heid, waaraan voldaan zou worden door de zen strijd; de officier was een ouderloos vrijgezel hij had noch aan ouders, noch aan vrouw en kinderen te denken en kon zon der elke bezorgdheid om verwanten naar het wapen grijpen; hij, de vrijheer, echter was door duizenden banden van teederheid en van echtelijke en vaderlijke plichten aan het leven geboeidhij moest een geheel andere zelfverloochening betrachten, als hij den zonder opzet beleedigden tegenstan dér met het pistool in de hand voldoening gaf. Maar bijna onw.ilig schudde hij deze voorstolling van zich af; was hij niet altijd I een edelman zonder vrees en blaam geweest? Hij wilde ook voortaan niet alleen ridder lijk handelen, maar ook ridderlijk denken en zich ook niet in stilte een afwegen van den inzet veroorlooven, dien hij en zijn te genstander bij het" dobbelspel waagden. De luitenant von Gotenberg mat tien pas distantie af en zette daarbij in weerwil van zijn korte gestalte de voeten zoo ver mo gelijk van elkaar; dc eindpunten der baan werden door de in den grond gestoken sabels der beide officieren aangegeven. „Het is mijn plicht als onpartijdigo," zeide hij nu met gedempte, maar plechtige stem, „den beiden heeren tegenstanders nog eenmaal te vragen of zij het bestaande geschil nog niet door een woord van excuus tot wederzijdsche bevrediging kunnen uit maken V' De vrijheer bleef zwijgen en zag slechte zijn tegenstander met groote, ernstige oogen aan, alsof deze een verklaring had te doen. Teil schudde echter beslist hot hoofd en daarom ging de heer von Goten borg met de beide secondanten op zijde eu wenkte ook den beiden doctoren zich te verwijderen. De duellanten stonden ieder achter een der beide sabels en hielden een pistool in de hand. „Ik zal tot drie tellen", klonk weder Go- tenbergs duidelijke stem. „Op het com mando „drie" eerst mogen de hoeren dc wa pens opheffen en vuren". Tell had den iech'ers Jioud r zoo vernaar voren, dat hij slechts die zijde van zijn li chaam tot doel gaf. De vrijheer stond met de geheele breedte van zijn lange gestalte als schijf daar. Beiden zagen er bleek uit, maar geen spier vertrok zicb bij hen; in stramme houding zagen zij koel den dood in het gezicht. „Eén", commandeerde Gotenberg, „tweedrie 1" Twee schoten kraakten tegelijkertijd. Men zag den hoog opgeheven rechteram van den vrijheer, die boven zich in de lucht geschoten had. Tells wapen had horizon taal in zijn hand gerust, zijn kogel had het linker oorlelletje van von Brank even ge raakt. De dokters waren komen toeloo- pen, wicschen de kleine wonde, welke rij kelijk bloedde, en verbonden haar. Dat duurde een paar minuten. „Ik vraag den heeren", zeide Gotenberg wódor, of zij zich voor voldaan verklaren. Brank wees op zijn verbonden oor, en zeide schouderophalend: „Ik kan die schram nauwelijks een wondo noemen; mijn tegenstander hooft alleen te beslissen." Do secondanten zagen den officier aan, die een oogenhlik scheen na te denken, toen editor beslist verklaarde: „Ik dring op voortzetting van het gevecht aan. Ik verlang evenwel, mijnheer von Brank," zoo voegde hij er met scherpe stem bij, „dat u op mij richt, cem verder onteien van mijn persoon zou ik als een nieuwe belcodiging beschouwen." De zoo tocgesprokenc zweeg, terwijl hij een nauwelijks merkbaar ontkennondo bui ging met hot verbonden hoofd maakte. „Bravo kerel!" bromde hij in zijn baard, toen hij weder achter do sabel van den rit meester ging staan. Dc wapens waren op nieuw geladen. De duellanten hielden ze in do hand cn wachtten thans, beiden elkan der dc volle borst aanbiedend, op be* commando. Wordi vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1905 | | pagina 1