N*. 13918
Maandag ÏO Juli.
A0. 1905.
fëourant wordt dagelijksmet aitzondering
van §on- en feestdagen, uitgegeven.
Dit nommer bestaat uit
TWEE Bladen.
Eerste Blad.
Offlcieele Kennisgeving.
FEUILLETON.
Hen Vrouwenlist.
LEIISCH
M6BIAB
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Loiden per week 0 Oente; per 8 maanden 1 l 2 Z l f 1.10.
Buiten Lelden, per looper en waar agenten gevestigd «ijn 1.80.
Franco per postl B 1.65.
PRI.'S DER ADVERTENTIEN:
Van 1—6 regele /"L05. Iedere regel meer f 0.171. - Qrootere letters m.ar
plaatsruimte. Kleine advertentiën van 30 woorden 40 Oents contantelk
tiental woorden meer 10 Oents. Voor het incasseeren wordt/"0.05 berekend.
Flaniaciyke Directe Belastlug.
Burgemeester en Wethouders van Leiden
brongen ter algomeene kennis, dat het
primitief Kohier der* Plaatse
lijke Directo Belasting voor 190 5,
in afschrift gedurende vyf maanden ter Secretarie
der gemeente voor een leder ter lezing is
nedergolegd
dat bezwaren tegen den aanslag binnen drie
maanden na do uitreiking van het aanslagbiljet
op ongezegeld papier bij den Gemeenteraad
kunnen worden ingediend;
en dat tegen 's Raada beslissing binnen
dertig dagen na do mededoeling daarvan, by
de Gedeputeerde Staten in beroep kan worden
gekomen, eveneens by ongeregeld adres.
Zy herinneren er voorts de belanghebbenden
uiidrukkeiyk aan, dat door het indienen van
bezwaren en het instellen van beroep, de
•verplichting tot betaling van den aanslag
Diet wordt opgeschort.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
DE RIDDER, Burgemeester.
VAN HEYST, Secretaris,
Leiden, 10 Juli 1905.
Vergaisrlnj vin den Bemeenleraad van Leiden,
op Donderdag 13 Juli 1U05, dos namiddags
te twee uren.
Tê behandelen onderwerpen
lo. Voorstel tot continuatie van H. H.
Breuning als tijdelijk ieeraar in het Hoog-
duitsch aan de Hoogere Burgerschool voor
jongens. (151.)
2o. Voorstel tot continuatie van mej. J.
M. Oort als tijdelijk leerares in het Hoog-
duitsch aan de Hooger© Burgerschool voor
.meisjes. (151.)
3o. Benoeming van een onderwijzer met
verplichte hoofdakte aan de school der
3de klasse No. 5. (149).
4o. Benoeming van een onderwijzeres met
verplichte hoofdakte aan de Meisjesschool
2do klasse. (160).
5o. Benoeming van een vierdo onderwij
zeres in do handwerken aan de school
der 3do klasse No. 3. (158.)
6o. Benoeming van een lid der Commis
sie van Toezicht op het Middelbaar Onder
wijs. (148.)
7o. Benoeming van drie leden van het
Bestuur der Stedelijke Werkinrichting.
(160.)
8o. Benoeming van een assistent-genees
heer aan het Sanatorium „Rhyngecst."
(161).
9o Verzoek van moj. W. G. Bee, om
eervol ontslag als 4de onderwijzeres in de
handwerken aan de school der 3de klasse
No. 5. (150).
lOo. Rekening, dienst 1904, van de Stads-
Bank van Leening. (146.)
Ho. Rekening, dienst 1904, van de Ste-
'delijkc Gasfabriek- (162.)
12o. Staat van af- cn overschrijving
rdienst 1904, van het H. G. of Arme Wees-
en Kinderhuis. (147.)
13o. Suppletoir© staat van heg rooting,
dienst 1904, van het H. G. of Arme Wees-
en Kinderhuis. (147.)
14o. Voorstel tot uitgifte van permis
siën voor het jagen op waterwild op vie
Vroon water en. (159.)
15o. Voorstel tot wijziging van de ver
ordening van 20 Maart. 1902, regelende het
vei^enen van pensioen ca wachtgeld aan
gemeente-ambten, en. (Gem. Blad No. 6).
(154.)
16o. Vooratel tot wijziging van de veror
dening van 25 Maart 1902, regelende het
verleenen van pensioen aan weduwen en
kinderen van gemeente-ambtenaren. (Gem.
Blad No. 7). (154).
17o. Verzoek van den Kerkeraad -der Ne-
derd.-Herv. Gemeente om bij verordening
te bepalen, dat do voor heb publiek toe
gankelijke looalitoiten, voor welke vergun
ning is verleend, den geheelen Zondag of
althans tot des namiddag* twee uren ge
sloten moeten zijn. (153.)
18o. Verzoek van J. O. Spaargaren om
continuatie van de on'derhandsche verpach
ting van het visohrecht in da Yroonwate-
ren. (157.)
19o. Voorstel tot onderhandsehe verhu
ring van het Notarishuis aan Ben Burcht
aan de Vereeniging van Leidscho notaris
sen (155.)
20o. Motie van den heer Aalberse betref
fende de regeling van de rusttijden van de
werklieden in dienst vier gemeente Leiden
Leiden, 10 Jufli.
Onder mededeeling, dat van de beide
sollicitanten, dio zich hebben aangemeld,
de heer A. Deenik, arts te Utrecht, door
de commissie van beheer over de gestich
ten ,,En*dogeest" en „Rhyngeest" tor be
noeming wordt voorg'. Jrageu, geven B. en
Ws. den gemeenteraad in overweging tot
de benoeming van een assistent-geneesheer
aan het Sanatorium „Rhyngeesb" over te
gaan. Tevens stellen zij voor, den datum
van ingang der benoeming te bepalen op
1 Augustus a. 8.
Be Commissie van Financiën berioht,
dat het onderzoek van de rekening en ver
antwoording der Stedelijke Gasfabriek over
het jaar 1904, haar tot geen bedenkingen
aanleiding heeft gegeven.
Zij stolt voor die rekening goed te keu
ren:
wat do exploitatie-rekening betreft in
ontvangst op f 666156.66, in uitgaaf op
616690.44, met een batig saldo van
49466.22.
wat de rekening van het uitbreidings- en
vernieuwingsfonds betreft: in ontvangst op
f 155424.56, in uitgaaf op 157909 48, met
eon nadcelig slot van f 2484.92.
De zuivere winst in de gemeentekas te
storten bedraagt 91481.531.
Door de commissie, belast met het af
nemen van het apothekcTs-examen te Lei
den zijn tot apotheker bevorderd de heeren
H. W. M. Nijdam, te Delft; H. Nanningh
Jr.. te '8-GravenhageW. Pelle, te Leiden;
J. Zuidweg, te Hoorn en E. Post 8theo-
man te Meppel.
Bij Kon. besluit is bij dienstdoende
schutterijen te Leiden, op zijn verzoek,
eervol ontslag verleend, onder gehouden
heid, dat hij de op hem uit kracht der wet
nog rustende verplichtingen als gewoon lid
der schutterij volbrenge, aan den eersten
luitenant mr. H. M. A. Coebergh.
Naar wij vernemen, heeft de heer A I.
Witmans Mz. zijn benoeming tot deurwaar
der der belastingen lBte klasse te Amster
dam niet aangenomen.
By do heden gohouden openbare ver-
kooping van cokes in partyen van 10 H.L.
waren de pryzen f 5.20.
In het loopende jaar zullen o.a. wor
den gehouden de navolgende oefeningen
van onderdeden der divisiën infanterie:
Oefeningen van het regiment grenadiers
en jagers in de omstreken van 'a-Graven-
hage, van en met 16 tot en met 28 Sep
tember, onder de leiding van den com
mandeerenden officier van het regiment gre
nadiers en jagers.
Voorts van en met 23 tot en met 28 Sep
tember onderdeelen van het regiment hu
zaren en van het 2do regiment veld-artille-
rie te 'a-Gravenhage in garnizoen.
Kampeeren in de legerplaats bij Zeist
door het 4de regiment infanterie, van en
met 15 tot on mot 28 September onder de
leiding van den commandeerenden officier
van het 4de regiment infanterie.
Door wijlen mr. R. C. Nieuwenhuijs
zijn aan de gemeente Deventer bij testa
mentaire beschikking gelegateerd zijn hui
zen met tuinen, aaneengelegen aan de
Stroomarkt en Saudrasteeg, met den
wensch, dat deze schenking zal worden
dienstbaar gemaakt aan een wetenschappe
lijk doel.
Prof. dr. A. A. W. Hubrecht, te
Utreoht, ia benoomd tot buitcnlandsch lid
van de Linneau Society of Londen.
(„U. D.")
De majoor T. E. M. van Lilaar, van
het lsto regiment huzaren, is met ingang
van 1 September gedetacheerd te Haarlem
en voorloopig belast met het toezicht op
het depot aldaar.
Naar uit vertrouwbare bron wordt
gemeld, zal de heer R. A. J. Snethlag©
eertijds consul-generaal en technisch advi
seur der Zuidafrikaansche Republiek, tot
secretaris van het College van Curatoren
der Technische Hoogeschool worden bo
noemd.
Naar wij vernomen, bestoac bij het
hoofdbestuur der Maatschappij tot Nut van
't Algemeen het voornemen, om op 25 Fe
bruari 1906, wanneer het 100 jaren zal go-
leden zijn, dat Jan Nieuwenhuyzcn stierf,
op waardige wijze hulde te brengen aan de
nagedachtenis van don stichter der Maat
schappij. Op het graf to Monnikendam zal
eer. krans worden gelegd en zoo mogelijk
za! een Jan-Nieuwenhuy zen-fonds worden
gesticht, dat het openaar onderwijs ten
goede zal komen. (,,L. en V.")
Aan een aanvulling, welke „De Stand
aard" geeft van haar verslag over de 2östo
jaarvergadering der „Vereeniging voor
hoogcr onderwijs op gereformeerden grond
slag", ontleenon wij nog:
Een telegram van hulde werd verzonden
aan H. M. de Koningin.
Na do feestrede van prof. Woltjer werden
door een zangkoor van zeven uamea en ze
ven heeren, onder leiding van deu heer
Schoonderbeek uit Naarden, op zeer ver
dienstelijke wijze eenige zangnummers uit
gevoerd, die een dankbaar applaus ver
wierven.
Ten slotto werd nog het woord gevoerd
door prof. Rutgers, die er op wees hoe in
den jongsten politieken strijd was gebleken,
dat de tegenpartij in de Vrije Universiteit
een groote macht ziet. Reeds eenmaal was
deze Universiteit bij een kerkelijke bewe
ging betrokken; thans had ze haar woord
meegesproken op het onderwijsgebiedzo
zou ook nog wel eens gemoeid worden in dn
sociale quaestie. Is dat geen reden van
dank, dat ze blijkbaar, ook in het oog van
den tegenstander, zóóveel beteekent? Het
warme woord van dezen oudsten Hoog
leeraar verwierf stormaebtigeu bijval.
Ten slotte sprak mr. Th. Heemskerk na
mens curatoren een woord van dank aan
Hoogleerarcn, Directeuren en allen, dio bun
kracht aan de Universiteit hadden gegeven,
en wekte tot trouw medearbeiden en warm
steunen van deze schoone stichting op.
Het stoomschip Ambon" vertrok 8
Juli van Amsterdam naar Java; de „Ko
ning Willem II", van Batavia naar Am
sterdam, is 7 Juli Perim gepasseerd; de
„Koning Willem III", van Amsterdam
naar Batavia, is 7 Juli Kjiap St.-Vincent
gepasseerd; de „Prins Willem II" vertrok
6 Juli van Nieuw-York naar Wcst-Lidiö;
da ,,Solo" arriveerde 3 Juli van Rotterdam
te Kotta-Radja; de „Besoeki" arriveerde
7 Juli van Batavia t© Rotterdam; de „Ko
ningin Wilhelmina", van Amsterdam naar
Batavia, arriveerde 7 Juli te Singapore;
ds „Koning Willem I" vertrok 6 Juli vaD
Batavia naar Amsterdam; de „Prins Mau-
rits", van Weablndië naar Amsterdam,
vertrok 7 Juli van Havre; de „Calchas",
van Singapore naar Amsterdam, vertrok 6
Juli van Colombo; de „Feldmarschall"
(thuisreis) arriveerde 6 Juli te Lissabon; de
„Ophlr", van Rotterdam naar Batavia, Is 8
Juli Kaap dol Armi gepasseerdde „Potsdam"
arrlveorde 8 Juli van Nieuw York te Rotter
dam; de „Tydeus" arrivoerdo 9 Juli van Batavia
te IJmuldon.
Bodegraven. Zondagmiddag werd het
achtjarig dochtertje van S., wonende bij do
Wierikorschans, vermist. Vreezend dat het
te water was geraakt, werd er gedregd met
het gevolg, dat het meisje levenloos werd
opgehaald.
De eerste scherpschutter op het Ilijks-
gewcer van de schietverecniging „Willem
Teil", alhier, is de heer Joh de Vet.
Leiderdorp. Toen Zaterdagmiddag de
landbouwer Kroes, van Koudekerk, met
paard en rijtuig van de markt te Leiden
huiswaarts keerende, onze gemeente pas
seerde, overkwam hem een ongeval, dat ge
lukkig nogal goed afliep. In de nabijheid
van den Munnikenweg struikelde het paard,
waardoor het tegen don grond kwam te val
len, en verward geraakte in het tuig en
lemoen, hetwelk door den val in stukken
was gebroken. Met spoedig aangekomen
hulp werd het, mt den voerman, dio van
den bok was gesprongen, weer op do been
gobracht om verder te voet met zijn beestje
huiswaarts te keeren. Het rijtuig (een brikl
werd door twee knechtjes van den alhier
wonenden wagenmaker Boland, die juist
ter plaatse aanwezig waren, ter reparattiu
naar hun baas gebracht.
Aan den loteling dezer gemeente dar
lichting 1902, J. W. Koning is verlof ver
leend zich tot 15 November 1903 naar
Noord-Amerika te begeven.
Kfttwyk-aan-Zco. Be heer J. H. Smit,
deurwaarder bij de rijksbelastingen alhier,
is benoemd in eenzelfde betrekking te Nij
megen, tegen 1 Augustus a. s.
Uynshurg. Van 10 Juli tot ca met 15
Augustus aanstaande zal het rijkstelefoon
kantoor te Rijnsburg op werkdagen ge
opend zijn van 7.50 tot 12.20 u. 's vooriuid-
dags, alsmede van 1.20 tot 5.20 en 6.20 tot
9 50 uur 's namiddags.
Op Zondagen blijft het kantoor gesloten.
Sasscnlieim. Het fanfare-korps alhier
heeft den burgemeester, met het oog op zijn
verkiezing tot Kamerlid, een serenade go-
bracht.
Yoorschoton. Do bevolking dezer ge
meente is in do laatste 50 jaren met 1110
zielen toegenomen. Bedroeg zij toch op 1
Jan. 1855... 1862 zielen, thans is dat getal
2972. De toonemm0 was als volgt: 1855
1862 z., 1800 1910 z 1865 206-1 z.. 1870 2136
z., 1876 2025 z., 1880 2203 z., 1885 2262 z.,
1890 2-150 z., 1895 2517 z., 1900 2744 z., 1905
2972 z.
Hieruit blijkt dus, dat de toeneming
nooit zoo groot was als do laatste vijf
jaren. Slechte in een 6-jarig tijdvak ver
minderde de bevolking, nl van 1870 tob
1875.
Waddingsveen. Tot led*.! van den Ge
meenteraad zijn herüozen de hccron F. A. v.
der Torren met 180 en K. Jonkhciu met 181
stemmen. Herstemming moet plaats heb
ben tusschcn de heeren G. v. d. Akerboom
115, J. C. v. d. Torren 162, Joh. Visser 114
en C. Oudijk 133. Uitgebracht werden ver
der op den heer De Boer 88, Van Dritnme-
len 91, J. Rnpko 54 stemmen. Er zijn 182
kiezers, 331 waren opgokjmen. 4 stemmen
van onwaarde. Dc horstemming heeft plaats
op Woensdag 19 Juli.
Wegens hoogen leeftijd heeft dc heer
P. Rupke, tot de antirev. partij behoorend,
als Raadslid bedankt. We willen hier
gaarne een "woord van welgemccnden dank
betuigen voor alles, wat hij in het belang
der gemeente heeft gedaan. Gedurende een
paar jaar heeft hij hier als burgemeester
gefungeerd en in dio betrekking had hij
door zjjn welwillendheid, humaniteit en bo
venal door zijn onpartijdigheid veel harten
gewonnen. In c.-n lautstcn tijd heeft hij
door het afsterven van geliefde betrekkin
gen smartelijke verliezen geleden. Moge het
den waardigen grijsaard vergund zijn, nog
vele jaren van levensrust te smaken. Zoo
iemand, dan heeft hij dat wel in ruime mate
verdiend.
Zootennoor. Do door de Gezondheids
commissie alhier opgemaakte raming van
ontvangsten uitgaven voor het dienst
jaar 1906 bedraagt f 2199.06^. De door elko
gemeente uit te koeren bijdrage is bcrokend
tegen een halven cont por inwoner.
Dc IndÏMcho «Uviaie.
Blijkens bij het dep. van marino ontvan
gen bericht zal de divisie, bestaande mfc
Hr. Ms. pantsordekschepen „Utrecht",
„Gelderland" cn „Noord-Brabant", onder
bevel van den schout-bij-nacht J. G.
Sncthlage, 9 de-zer van Mahé vertrokken,
ter voortzetting van de thuisreis.
26)
„Het zal mij zwaar vallen, maar het is
mogelijk," zei Rodolphe. „Ik moet echter
mijn verhaal door een bekentenis laten
voorafgaan... dat is onvermijdelijk 1 Het
kan niet anders, want morgon zal ik den
dood onder de oogen zien."
Een angstige rilling doortrilde do aanwe
zigen.
Marcelle wischte een paar tranen af,
maar zij bleef flink en oplettend.
„Mijne heeren," vervolgde Rodolphe, „ik
ben noch do zoon van den beer D© Crósne
noch de broeder yan Marcelle. Met zeldza
me edelmoedigheid hóeft mijn beschermer
een kind, een verlaten wees, tot zich geno
men, met medeweten van mijn brave tan
te, mevrouw Damirct. Hij deed dit om den
laatsten wensch van een stervende te ver-
yullen 1Marcelle was toen nog niet ge
boren. Ik heb mij niet altijd die weldaden
;waardig betoond, maar do goedheid van
mijn pleegvader is onuitputtelijk geweest
tegenover mij. Ik heb de grootheid van
zijn karakter begrepen, toen ik vernam,
dat ik hem niet vader mocht noemen. Toen
ben ik lieelemaal veranderd
Hier brak de heer De Crósne het ver
haal af door de volgende eenvoudige woor
den:
„Rodol, he vergist zich; zijn gedrag te
genover mjj is altijd onberispelijk go-
SeesL-
„Uit de woorden", zei Rodolphe, „die
mijn weldoener daar uitspreekt kunt u hem
heelemaal leoren kennen I Hij is zóó
menschlievend, dat hij zelfs allo beleedigin-
gen vergeet, en... edelmoedig tot in het
heldhaftige... Ik was verplicht dit te zeg
gen, om te verklaren hoe ik mij tot den
heer Do Crósne heb kunnen wenden, om
hem te verzoeken mijn getuige te zijn. Men
verlangt nooit zulk een dienst van zijn
eigen vader I Men duelleert zonder dat die
or iets van weet en kiest andere getuigen 1
En daar ik in levensgevaar verkeerde, wil
de ik dit leven toch niet vaarwel zeggen,
zonder do weldaden der familie De Crösüo
jegens een verlaten kind met dank vermeld
te hebben. Marcelle en haar vader zijn
mcor dan goed voor mij geweest. Zij heb
ben alles gelijk op gedeeld tusschen haar
en mij, terwijl mij van rechtswege niets
toekwam. Toen ik dus het verlangen van
den heer Do Crósne om de Dague te koo-
pen bemerkte, begreep ik, dat mijn pleeg
vader, gedreven door do gedachte aan mijn
schijnbaar gebrek, wou trachten mij in deo
landbouw een loopbaan, een toevlucht, te
laten vinden. Ik nam met graagte dit plan
over. Door do opzichter, de beheerder van
de Dague te worden hoopte ik mijn schuld
van dankbaarheid tegenover mijn weldoe
nors af te doen. Ik hoopte do waarde van
de Dague op den duur te kunnen vergroo-
ten, om er Marcello later van te laten ge
nieten... Al dio plannen zijn in rook vervlo
gen, toen do Dague in handen van Verchè-
res is gevallen."
„Welk een edel hartl'* mompelden de
heer Do Crósne en dr. Meursault.
„Marcelle, je hebt zeker nooit iets ge
weten yan wat ik zooeven heb meegedeeld?
Maar ik was je de waarheid schuldig; die
weet je nuIk moet sterven als je schul
denaar, terwijl ik zoo graag geleefd had,
om jou aan mij te kunnen verplichten 1"
„Wat mijn vader voor je gedaan heeft,
is wèlgedf a.nl" antwoordde Maicelle met
schitterende oogen. „Beste broer, ik heb
altijd van je gehouden, je zult mijn broer
blijven, jo bent mij niet anders schuldig
dan je vriendschap 1"
„Zóó hoog staan mijn kinderen nu!.'
sprak de heer De Crósne getroffen, en
glimlachte met rechtmatigen trots.
Be heer De Valigny veegde zijn oogen
af.
„Nu heb ik mijn rekening vereffend,"
zei Rodolphe, „nu kan ik sterven. Nu kom
ik tot de feiten, die ons hier hebben sa
mengebracht. Ik hob Jacques doodelijk,
"hoewel onbewust, beleedigd. Hij is vol
maakt overtuigd, dat ik iemand uit deze
buurt, die hem, zooals blijkt, niet onver
schillig is, heb gecompromitteerd. Ik wist
daar niets van, maar, al had ik het gewe
ten, zou mijn gedrag hetzelfde geweest zijn
in het bijzonder govnl, waarin ik verkeerde.
Ik heb geen enkele heimelijke bijeenkomst
gehad met de bewuste jonge weduwe. Lou
ter toeval had mij dien avond in de buurt
van den vijver van Billot gebracht, waar
i& haar vond. Ik wi6t haar naam niet, want
ik had haar gezicht niet gezien. Was zij
gestruikeld of was zij m het water gespron
gen? Ik weet het niet. Toen ik een vrou
wenlichaam zag drijven, op weinig afstand
van den oever, in het water, waarop, in
groote kringen, de beweging nog natrilde,
veroorzaakt door de laatste stuiptrekkin
gen van een stervende, toen deed ik... wat
iedereen in mijn plaats zou hebben gedaan.
Zij was buiten kennis. U weet hoe dren
kelingen geholpen moeten worden? Ik wist
dat ookHad ik zulke kostbare oogcnblik-
ken mogen laten verloren gaan en op die
eenzame plek om hulp moeten roepen...?
Ik had wel wat betera te doenik scheurde
haar kleeren open, ik blies haar den adem
van mijn eigen longen in. Ik was op het
punt om haar de voorgeschreven brand
wonden toe te brengen, om haar weer tot
het leven terug te roepen, toen zij zuchtte
en zich bewoog... Ik had dus do overwin
ning behaald. Toen zij weer in staat was te
voelen, bedekte ik haar met mijn mantel,
dien ik afgegooid had, toen ik in bet water
sprong. Op dat oogenblik werden wij ge
zien door boeren, die nog laat naar huis
keerden. In plaats van mij hulp aan te
bieden, reden zij voort, terwijl zij mij en
wat ik deed belachelijk maakteu, die el
lendelingen
Op die wijze is dc legende ontstaan, die
men aan den heer Jacques do Valigny moet
verteld' hebben en die mij in zijn oogen
heeft zwart gemaakt... Hij geloofde toen,
hot recht te hebben, mij te dooden... Hij
wil de eer van Maric-Louise Verchèrcs
wreken... Hoe het mogelijk is, dat er nie
mand is gekomen om hem tc zeggen dat ik
alleen een wanhopige heb gered, een arm
wezen, dat zich wilde verdrinken 1 Omdat
noch dc redder noch de drenkeling een
woord over het feit gerept hebben. Maar de
familie Verchères weet het, want ik heb
Marie-Louise Verchèiv- nog dienzelfden
avond bij haar ouders thuisgebracht.
Mijne herren, ik heb de familie Verchè
res .maar drie keer ontmoet. Na mijn red
ding van hun dochter konden zij niet naar
hier komen om mij te bedanken, want dan
zou men weldra alles hebben afgeweten van
een voorval, dat zij verzwijgen wilden.
Waarlijk, of de jonge weduwe bij toeval of
door eigen schuld dit ongeluk kreeg, haar
ouders deden wèl, wanneer zij er geen rucht
baarheid a n gaven! Volgens den wensch
van den vader, begaf ik mij dus naar do
Daguo; dat was do derde cn laatste maal,
dat ik de Verchères neb gezien. Er had toen,
midden in den tuin, tusschen hen en mij
een hartelijk toonceltjc plaats, waarin een
onzichtbare toeschouwer misschien meendo
te zienwat er niet wasDie toeschou
wer moet Jacques do Valigny geweest zijn.
Misschien besloot hij er uit, dat ik mijn
verhouding als redder wilde misbruiken om
een intrige op touw te zetten, die op een
rijk huwelijk zou uitloopen? Ik weet heb
niet. Maar ieder weet tegenwoordig, dab
do Vorchère8 heel rijk geworden zijn. Ik
heb Jacques gekwetst in een gevoel, waar
van mij het bestaan eerst door z:jn uitda
ging bekend werd. Nu, als hij in mij een
mededinger meent te zien, bon ik tot zijn
dienst 1 Maar, mijnheer de baron, u behoeft
u niet ongerust te maken Ik ka.i goed met
den degen omgaan, lar ik militair ge
weest ben, en ik al ten hoogste den zoon
van mijn gastheer een onbeduidend v ondje
toebrengen. Nog eerder dan dc--'cn plicht te
verzuimen, zou ik mijzelf laten dooden 1
Het leven heeft, helaas, voor mij geen waar
de meer! ik heb u alles gezegd."
(Wordt ïtrvolgd.)