N*. 13918 Maandag ÏO Juli. A0. 1905. fëourant wordt dagelijksmet aitzondering van §on- en feestdagen, uitgegeven. Dit nommer bestaat uit TWEE Bladen. Eerste Blad. Offlcieele Kennisgeving. FEUILLETON. Hen Vrouwenlist. LEIISCH M6BIAB PRIJS DEZER COURANT: Voor Loiden per week 0 Oente; per 8 maanden 1 l 2 Z l f 1.10. Buiten Lelden, per looper en waar agenten gevestigd «ijn 1.80. Franco per postl B 1.65. PRI.'S DER ADVERTENTIEN: Van 1—6 regele /"L05. Iedere regel meer f 0.171. - Qrootere letters m.ar plaatsruimte. Kleine advertentiën van 30 woorden 40 Oents contantelk tiental woorden meer 10 Oents. Voor het incasseeren wordt/"0.05 berekend. Flaniaciyke Directe Belastlug. Burgemeester en Wethouders van Leiden brongen ter algomeene kennis, dat het primitief Kohier der* Plaatse lijke Directo Belasting voor 190 5, in afschrift gedurende vyf maanden ter Secretarie der gemeente voor een leder ter lezing is nedergolegd dat bezwaren tegen den aanslag binnen drie maanden na do uitreiking van het aanslagbiljet op ongezegeld papier bij den Gemeenteraad kunnen worden ingediend; en dat tegen 's Raada beslissing binnen dertig dagen na do mededoeling daarvan, by de Gedeputeerde Staten in beroep kan worden gekomen, eveneens by ongeregeld adres. Zy herinneren er voorts de belanghebbenden uiidrukkeiyk aan, dat door het indienen van bezwaren en het instellen van beroep, de •verplichting tot betaling van den aanslag Diet wordt opgeschort. Burgemeester en Wethouders voornoemd, DE RIDDER, Burgemeester. VAN HEYST, Secretaris, Leiden, 10 Juli 1905. Vergaisrlnj vin den Bemeenleraad van Leiden, op Donderdag 13 Juli 1U05, dos namiddags te twee uren. Tê behandelen onderwerpen lo. Voorstel tot continuatie van H. H. Breuning als tijdelijk ieeraar in het Hoog- duitsch aan de Hoogere Burgerschool voor jongens. (151.) 2o. Voorstel tot continuatie van mej. J. M. Oort als tijdelijk leerares in het Hoog- duitsch aan de Hooger© Burgerschool voor .meisjes. (151.) 3o. Benoeming van een onderwijzer met verplichte hoofdakte aan de school der 3de klasse No. 5. (149). 4o. Benoeming van een onderwijzeres met verplichte hoofdakte aan de Meisjesschool 2do klasse. (160). 5o. Benoeming van een vierdo onderwij zeres in do handwerken aan de school der 3do klasse No. 3. (158.) 6o. Benoeming van een lid der Commis sie van Toezicht op het Middelbaar Onder wijs. (148.) 7o. Benoeming van drie leden van het Bestuur der Stedelijke Werkinrichting. (160.) 8o. Benoeming van een assistent-genees heer aan het Sanatorium „Rhyngecst." (161). 9o Verzoek van moj. W. G. Bee, om eervol ontslag als 4de onderwijzeres in de handwerken aan de school der 3de klasse No. 5. (150). lOo. Rekening, dienst 1904, van de Stads- Bank van Leening. (146.) Ho. Rekening, dienst 1904, van de Ste- 'delijkc Gasfabriek- (162.) 12o. Staat van af- cn overschrijving rdienst 1904, van het H. G. of Arme Wees- en Kinderhuis. (147.) 13o. Suppletoir© staat van heg rooting, dienst 1904, van het H. G. of Arme Wees- en Kinderhuis. (147.) 14o. Voorstel tot uitgifte van permis siën voor het jagen op waterwild op vie Vroon water en. (159.) 15o. Voorstel tot wijziging van de ver ordening van 20 Maart. 1902, regelende het vei^enen van pensioen ca wachtgeld aan gemeente-ambten, en. (Gem. Blad No. 6). (154.) 16o. Vooratel tot wijziging van de veror dening van 25 Maart 1902, regelende het verleenen van pensioen aan weduwen en kinderen van gemeente-ambtenaren. (Gem. Blad No. 7). (154). 17o. Verzoek van den Kerkeraad -der Ne- derd.-Herv. Gemeente om bij verordening te bepalen, dat do voor heb publiek toe gankelijke looalitoiten, voor welke vergun ning is verleend, den geheelen Zondag of althans tot des namiddag* twee uren ge sloten moeten zijn. (153.) 18o. Verzoek van J. O. Spaargaren om continuatie van de on'derhandsche verpach ting van het visohrecht in da Yroonwate- ren. (157.) 19o. Voorstel tot onderhandsehe verhu ring van het Notarishuis aan Ben Burcht aan de Vereeniging van Leidscho notaris sen (155.) 20o. Motie van den heer Aalberse betref fende de regeling van de rusttijden van de werklieden in dienst vier gemeente Leiden Leiden, 10 Jufli. Onder mededeeling, dat van de beide sollicitanten, dio zich hebben aangemeld, de heer A. Deenik, arts te Utrecht, door de commissie van beheer over de gestich ten ,,En*dogeest" en „Rhyngeest" tor be noeming wordt voorg'. Jrageu, geven B. en Ws. den gemeenteraad in overweging tot de benoeming van een assistent-geneesheer aan het Sanatorium „Rhyngeesb" over te gaan. Tevens stellen zij voor, den datum van ingang der benoeming te bepalen op 1 Augustus a. 8. Be Commissie van Financiën berioht, dat het onderzoek van de rekening en ver antwoording der Stedelijke Gasfabriek over het jaar 1904, haar tot geen bedenkingen aanleiding heeft gegeven. Zij stolt voor die rekening goed te keu ren: wat do exploitatie-rekening betreft in ontvangst op f 666156.66, in uitgaaf op 616690.44, met een batig saldo van 49466.22. wat de rekening van het uitbreidings- en vernieuwingsfonds betreft: in ontvangst op f 155424.56, in uitgaaf op 157909 48, met eon nadcelig slot van f 2484.92. De zuivere winst in de gemeentekas te storten bedraagt 91481.531. Door de commissie, belast met het af nemen van het apothekcTs-examen te Lei den zijn tot apotheker bevorderd de heeren H. W. M. Nijdam, te Delft; H. Nanningh Jr.. te '8-GravenhageW. Pelle, te Leiden; J. Zuidweg, te Hoorn en E. Post 8theo- man te Meppel. Bij Kon. besluit is bij dienstdoende schutterijen te Leiden, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend, onder gehouden heid, dat hij de op hem uit kracht der wet nog rustende verplichtingen als gewoon lid der schutterij volbrenge, aan den eersten luitenant mr. H. M. A. Coebergh. Naar wij vernemen, heeft de heer A I. Witmans Mz. zijn benoeming tot deurwaar der der belastingen lBte klasse te Amster dam niet aangenomen. By do heden gohouden openbare ver- kooping van cokes in partyen van 10 H.L. waren de pryzen f 5.20. In het loopende jaar zullen o.a. wor den gehouden de navolgende oefeningen van onderdeden der divisiën infanterie: Oefeningen van het regiment grenadiers en jagers in de omstreken van 'a-Graven- hage, van en met 16 tot en met 28 Sep tember, onder de leiding van den com mandeerenden officier van het regiment gre nadiers en jagers. Voorts van en met 23 tot en met 28 Sep tember onderdeelen van het regiment hu zaren en van het 2do regiment veld-artille- rie te 'a-Gravenhage in garnizoen. Kampeeren in de legerplaats bij Zeist door het 4de regiment infanterie, van en met 15 tot on mot 28 September onder de leiding van den commandeerenden officier van het 4de regiment infanterie. Door wijlen mr. R. C. Nieuwenhuijs zijn aan de gemeente Deventer bij testa mentaire beschikking gelegateerd zijn hui zen met tuinen, aaneengelegen aan de Stroomarkt en Saudrasteeg, met den wensch, dat deze schenking zal worden dienstbaar gemaakt aan een wetenschappe lijk doel. Prof. dr. A. A. W. Hubrecht, te Utreoht, ia benoomd tot buitcnlandsch lid van de Linneau Society of Londen. („U. D.") De majoor T. E. M. van Lilaar, van het lsto regiment huzaren, is met ingang van 1 September gedetacheerd te Haarlem en voorloopig belast met het toezicht op het depot aldaar. Naar uit vertrouwbare bron wordt gemeld, zal de heer R. A. J. Snethlag© eertijds consul-generaal en technisch advi seur der Zuidafrikaansche Republiek, tot secretaris van het College van Curatoren der Technische Hoogeschool worden bo noemd. Naar wij vernomen, bestoac bij het hoofdbestuur der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen het voornemen, om op 25 Fe bruari 1906, wanneer het 100 jaren zal go- leden zijn, dat Jan Nieuwenhuyzcn stierf, op waardige wijze hulde te brengen aan de nagedachtenis van don stichter der Maat schappij. Op het graf to Monnikendam zal eer. krans worden gelegd en zoo mogelijk za! een Jan-Nieuwenhuy zen-fonds worden gesticht, dat het openaar onderwijs ten goede zal komen. (,,L. en V.") Aan een aanvulling, welke „De Stand aard" geeft van haar verslag over de 2östo jaarvergadering der „Vereeniging voor hoogcr onderwijs op gereformeerden grond slag", ontleenon wij nog: Een telegram van hulde werd verzonden aan H. M. de Koningin. Na do feestrede van prof. Woltjer werden door een zangkoor van zeven uamea en ze ven heeren, onder leiding van deu heer Schoonderbeek uit Naarden, op zeer ver dienstelijke wijze eenige zangnummers uit gevoerd, die een dankbaar applaus ver wierven. Ten slotto werd nog het woord gevoerd door prof. Rutgers, die er op wees hoe in den jongsten politieken strijd was gebleken, dat de tegenpartij in de Vrije Universiteit een groote macht ziet. Reeds eenmaal was deze Universiteit bij een kerkelijke bewe ging betrokken; thans had ze haar woord meegesproken op het onderwijsgebiedzo zou ook nog wel eens gemoeid worden in dn sociale quaestie. Is dat geen reden van dank, dat ze blijkbaar, ook in het oog van den tegenstander, zóóveel beteekent? Het warme woord van dezen oudsten Hoog leeraar verwierf stormaebtigeu bijval. Ten slotte sprak mr. Th. Heemskerk na mens curatoren een woord van dank aan Hoogleerarcn, Directeuren en allen, dio bun kracht aan de Universiteit hadden gegeven, en wekte tot trouw medearbeiden en warm steunen van deze schoone stichting op. Het stoomschip Ambon" vertrok 8 Juli van Amsterdam naar Java; de „Ko ning Willem II", van Batavia naar Am sterdam, is 7 Juli Perim gepasseerd; de „Koning Willem III", van Amsterdam naar Batavia, is 7 Juli Kjiap St.-Vincent gepasseerd; de „Prins Willem II" vertrok 6 Juli van Nieuw-York naar Wcst-Lidiö; da ,,Solo" arriveerde 3 Juli van Rotterdam te Kotta-Radja; de „Besoeki" arriveerde 7 Juli van Batavia t© Rotterdam; de „Ko ningin Wilhelmina", van Amsterdam naar Batavia, arriveerde 7 Juli te Singapore; ds „Koning Willem I" vertrok 6 Juli vaD Batavia naar Amsterdam; de „Prins Mau- rits", van Weablndië naar Amsterdam, vertrok 7 Juli van Havre; de „Calchas", van Singapore naar Amsterdam, vertrok 6 Juli van Colombo; de „Feldmarschall" (thuisreis) arriveerde 6 Juli te Lissabon; de „Ophlr", van Rotterdam naar Batavia, Is 8 Juli Kaap dol Armi gepasseerdde „Potsdam" arrlveorde 8 Juli van Nieuw York te Rotter dam; de „Tydeus" arrivoerdo 9 Juli van Batavia te IJmuldon. Bodegraven. Zondagmiddag werd het achtjarig dochtertje van S., wonende bij do Wierikorschans, vermist. Vreezend dat het te water was geraakt, werd er gedregd met het gevolg, dat het meisje levenloos werd opgehaald. De eerste scherpschutter op het Ilijks- gewcer van de schietverecniging „Willem Teil", alhier, is de heer Joh de Vet. Leiderdorp. Toen Zaterdagmiddag de landbouwer Kroes, van Koudekerk, met paard en rijtuig van de markt te Leiden huiswaarts keerende, onze gemeente pas seerde, overkwam hem een ongeval, dat ge lukkig nogal goed afliep. In de nabijheid van den Munnikenweg struikelde het paard, waardoor het tegen don grond kwam te val len, en verward geraakte in het tuig en lemoen, hetwelk door den val in stukken was gebroken. Met spoedig aangekomen hulp werd het, mt den voerman, dio van den bok was gesprongen, weer op do been gobracht om verder te voet met zijn beestje huiswaarts te keeren. Het rijtuig (een brikl werd door twee knechtjes van den alhier wonenden wagenmaker Boland, die juist ter plaatse aanwezig waren, ter reparattiu naar hun baas gebracht. Aan den loteling dezer gemeente dar lichting 1902, J. W. Koning is verlof ver leend zich tot 15 November 1903 naar Noord-Amerika te begeven. Kfttwyk-aan-Zco. Be heer J. H. Smit, deurwaarder bij de rijksbelastingen alhier, is benoemd in eenzelfde betrekking te Nij megen, tegen 1 Augustus a. s. Uynshurg. Van 10 Juli tot ca met 15 Augustus aanstaande zal het rijkstelefoon kantoor te Rijnsburg op werkdagen ge opend zijn van 7.50 tot 12.20 u. 's vooriuid- dags, alsmede van 1.20 tot 5.20 en 6.20 tot 9 50 uur 's namiddags. Op Zondagen blijft het kantoor gesloten. Sasscnlieim. Het fanfare-korps alhier heeft den burgemeester, met het oog op zijn verkiezing tot Kamerlid, een serenade go- bracht. Yoorschoton. Do bevolking dezer ge meente is in do laatste 50 jaren met 1110 zielen toegenomen. Bedroeg zij toch op 1 Jan. 1855... 1862 zielen, thans is dat getal 2972. De toonemm0 was als volgt: 1855 1862 z., 1800 1910 z 1865 206-1 z.. 1870 2136 z., 1876 2025 z., 1880 2203 z., 1885 2262 z., 1890 2-150 z., 1895 2517 z., 1900 2744 z., 1905 2972 z. Hieruit blijkt dus, dat de toeneming nooit zoo groot was als do laatste vijf jaren. Slechte in een 6-jarig tijdvak ver minderde de bevolking, nl van 1870 tob 1875. Waddingsveen. Tot led*.! van den Ge meenteraad zijn herüozen de hccron F. A. v. der Torren met 180 en K. Jonkhciu met 181 stemmen. Herstemming moet plaats heb ben tusschcn de heeren G. v. d. Akerboom 115, J. C. v. d. Torren 162, Joh. Visser 114 en C. Oudijk 133. Uitgebracht werden ver der op den heer De Boer 88, Van Dritnme- len 91, J. Rnpko 54 stemmen. Er zijn 182 kiezers, 331 waren opgokjmen. 4 stemmen van onwaarde. Dc horstemming heeft plaats op Woensdag 19 Juli. Wegens hoogen leeftijd heeft dc heer P. Rupke, tot de antirev. partij behoorend, als Raadslid bedankt. We willen hier gaarne een "woord van welgemccnden dank betuigen voor alles, wat hij in het belang der gemeente heeft gedaan. Gedurende een paar jaar heeft hij hier als burgemeester gefungeerd en in dio betrekking had hij door zjjn welwillendheid, humaniteit en bo venal door zijn onpartijdigheid veel harten gewonnen. In c.-n lautstcn tijd heeft hij door het afsterven van geliefde betrekkin gen smartelijke verliezen geleden. Moge het den waardigen grijsaard vergund zijn, nog vele jaren van levensrust te smaken. Zoo iemand, dan heeft hij dat wel in ruime mate verdiend. Zootennoor. Do door de Gezondheids commissie alhier opgemaakte raming van ontvangsten uitgaven voor het dienst jaar 1906 bedraagt f 2199.06^. De door elko gemeente uit te koeren bijdrage is bcrokend tegen een halven cont por inwoner. Dc IndÏMcho «Uviaie. Blijkens bij het dep. van marino ontvan gen bericht zal de divisie, bestaande mfc Hr. Ms. pantsordekschepen „Utrecht", „Gelderland" cn „Noord-Brabant", onder bevel van den schout-bij-nacht J. G. Sncthlage, 9 de-zer van Mahé vertrokken, ter voortzetting van de thuisreis. 26) „Het zal mij zwaar vallen, maar het is mogelijk," zei Rodolphe. „Ik moet echter mijn verhaal door een bekentenis laten voorafgaan... dat is onvermijdelijk 1 Het kan niet anders, want morgon zal ik den dood onder de oogen zien." Een angstige rilling doortrilde do aanwe zigen. Marcelle wischte een paar tranen af, maar zij bleef flink en oplettend. „Mijne heeren," vervolgde Rodolphe, „ik ben noch do zoon van den beer D© Crósne noch de broeder yan Marcelle. Met zeldza me edelmoedigheid hóeft mijn beschermer een kind, een verlaten wees, tot zich geno men, met medeweten van mijn brave tan te, mevrouw Damirct. Hij deed dit om den laatsten wensch van een stervende te ver- yullen 1Marcelle was toen nog niet ge boren. Ik heb mij niet altijd die weldaden ;waardig betoond, maar do goedheid van mijn pleegvader is onuitputtelijk geweest tegenover mij. Ik heb de grootheid van zijn karakter begrepen, toen ik vernam, dat ik hem niet vader mocht noemen. Toen ben ik lieelemaal veranderd Hier brak de heer De Crósne het ver haal af door de volgende eenvoudige woor den: „Rodol, he vergist zich; zijn gedrag te genover mjj is altijd onberispelijk go- SeesL- „Uit de woorden", zei Rodolphe, „die mijn weldoener daar uitspreekt kunt u hem heelemaal leoren kennen I Hij is zóó menschlievend, dat hij zelfs allo beleedigin- gen vergeet, en... edelmoedig tot in het heldhaftige... Ik was verplicht dit te zeg gen, om te verklaren hoe ik mij tot den heer Do Crósne heb kunnen wenden, om hem te verzoeken mijn getuige te zijn. Men verlangt nooit zulk een dienst van zijn eigen vader I Men duelleert zonder dat die or iets van weet en kiest andere getuigen 1 En daar ik in levensgevaar verkeerde, wil de ik dit leven toch niet vaarwel zeggen, zonder do weldaden der familie De Crösüo jegens een verlaten kind met dank vermeld te hebben. Marcelle en haar vader zijn mcor dan goed voor mij geweest. Zij heb ben alles gelijk op gedeeld tusschen haar en mij, terwijl mij van rechtswege niets toekwam. Toen ik dus het verlangen van den heer Do Crósne om de Dague te koo- pen bemerkte, begreep ik, dat mijn pleeg vader, gedreven door do gedachte aan mijn schijnbaar gebrek, wou trachten mij in deo landbouw een loopbaan, een toevlucht, te laten vinden. Ik nam met graagte dit plan over. Door do opzichter, de beheerder van de Dague te worden hoopte ik mijn schuld van dankbaarheid tegenover mijn weldoe nors af te doen. Ik hoopte do waarde van de Dague op den duur te kunnen vergroo- ten, om er Marcello later van te laten ge nieten... Al dio plannen zijn in rook vervlo gen, toen do Dague in handen van Verchè- res is gevallen." „Welk een edel hartl'* mompelden de heer Do Crósne en dr. Meursault. „Marcelle, je hebt zeker nooit iets ge weten yan wat ik zooeven heb meegedeeld? Maar ik was je de waarheid schuldig; die weet je nuIk moet sterven als je schul denaar, terwijl ik zoo graag geleefd had, om jou aan mij te kunnen verplichten 1" „Wat mijn vader voor je gedaan heeft, is wèlgedf a.nl" antwoordde Maicelle met schitterende oogen. „Beste broer, ik heb altijd van je gehouden, je zult mijn broer blijven, jo bent mij niet anders schuldig dan je vriendschap 1" „Zóó hoog staan mijn kinderen nu!.' sprak de heer De Crósne getroffen, en glimlachte met rechtmatigen trots. Be heer De Valigny veegde zijn oogen af. „Nu heb ik mijn rekening vereffend," zei Rodolphe, „nu kan ik sterven. Nu kom ik tot de feiten, die ons hier hebben sa mengebracht. Ik hob Jacques doodelijk, "hoewel onbewust, beleedigd. Hij is vol maakt overtuigd, dat ik iemand uit deze buurt, die hem, zooals blijkt, niet onver schillig is, heb gecompromitteerd. Ik wist daar niets van, maar, al had ik het gewe ten, zou mijn gedrag hetzelfde geweest zijn in het bijzonder govnl, waarin ik verkeerde. Ik heb geen enkele heimelijke bijeenkomst gehad met de bewuste jonge weduwe. Lou ter toeval had mij dien avond in de buurt van den vijver van Billot gebracht, waar i& haar vond. Ik wi6t haar naam niet, want ik had haar gezicht niet gezien. Was zij gestruikeld of was zij m het water gespron gen? Ik weet het niet. Toen ik een vrou wenlichaam zag drijven, op weinig afstand van den oever, in het water, waarop, in groote kringen, de beweging nog natrilde, veroorzaakt door de laatste stuiptrekkin gen van een stervende, toen deed ik... wat iedereen in mijn plaats zou hebben gedaan. Zij was buiten kennis. U weet hoe dren kelingen geholpen moeten worden? Ik wist dat ookHad ik zulke kostbare oogcnblik- ken mogen laten verloren gaan en op die eenzame plek om hulp moeten roepen...? Ik had wel wat betera te doenik scheurde haar kleeren open, ik blies haar den adem van mijn eigen longen in. Ik was op het punt om haar de voorgeschreven brand wonden toe te brengen, om haar weer tot het leven terug te roepen, toen zij zuchtte en zich bewoog... Ik had dus do overwin ning behaald. Toen zij weer in staat was te voelen, bedekte ik haar met mijn mantel, dien ik afgegooid had, toen ik in bet water sprong. Op dat oogenblik werden wij ge zien door boeren, die nog laat naar huis keerden. In plaats van mij hulp aan te bieden, reden zij voort, terwijl zij mij en wat ik deed belachelijk maakteu, die el lendelingen Op die wijze is dc legende ontstaan, die men aan den heer Jacques do Valigny moet verteld' hebben en die mij in zijn oogen heeft zwart gemaakt... Hij geloofde toen, hot recht te hebben, mij te dooden... Hij wil de eer van Maric-Louise Verchèrcs wreken... Hoe het mogelijk is, dat er nie mand is gekomen om hem tc zeggen dat ik alleen een wanhopige heb gered, een arm wezen, dat zich wilde verdrinken 1 Omdat noch dc redder noch de drenkeling een woord over het feit gerept hebben. Maar de familie Verchères weet het, want ik heb Marie-Louise Verchèiv- nog dienzelfden avond bij haar ouders thuisgebracht. Mijne herren, ik heb de familie Verchè res .maar drie keer ontmoet. Na mijn red ding van hun dochter konden zij niet naar hier komen om mij te bedanken, want dan zou men weldra alles hebben afgeweten van een voorval, dat zij verzwijgen wilden. Waarlijk, of de jonge weduwe bij toeval of door eigen schuld dit ongeluk kreeg, haar ouders deden wèl, wanneer zij er geen rucht baarheid a n gaven! Volgens den wensch van den vader, begaf ik mij dus naar do Daguo; dat was do derde cn laatste maal, dat ik de Verchères neb gezien. Er had toen, midden in den tuin, tusschen hen en mij een hartelijk toonceltjc plaats, waarin een onzichtbare toeschouwer misschien meendo te zienwat er niet wasDie toeschou wer moet Jacques do Valigny geweest zijn. Misschien besloot hij er uit, dat ik mijn verhouding als redder wilde misbruiken om een intrige op touw te zetten, die op een rijk huwelijk zou uitloopen? Ik weet heb niet. Maar ieder weet tegenwoordig, dab do Vorchère8 heel rijk geworden zijn. Ik heb Jacques gekwetst in een gevoel, waar van mij het bestaan eerst door z:jn uitda ging bekend werd. Nu, als hij in mij een mededinger meent te zien, bon ik tot zijn dienst 1 Maar, mijnheer de baron, u behoeft u niet ongerust te maken Ik ka.i goed met den degen omgaan, lar ik militair ge weest ben, en ik al ten hoogste den zoon van mijn gastheer een onbeduidend v ondje toebrengen. Nog eerder dan dc--'cn plicht te verzuimen, zou ik mijzelf laten dooden 1 Het leven heeft, helaas, voor mij geen waar de meer! ik heb u alles gezegd." (Wordt ïtrvolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1905 | | pagina 1