Sfo. 13900.
LEIDSOH DAGBLAD, Z ATERDAG 17 JUNI. - TWEEDE BLAD.
PERSOVERZICHT.
FEUILLETON.
In de Gruwelkamer.
Anno 1905.
get „H a n d e 1 8 b 1 a d" schreef vóór den
g der stemming naar aanleiding van de
k o n d i g i n g der wet tot wijziging
eenige artikelen van de wet op het L a-
tr Onderwijs:
,0p 31 Mei had zich de meerderheid der
trste Kamer voor de aanneming verklaard
en reeds drie dagen daarna werd het ont~
rp door de Kroon bekrachtigd, onder
de-onderteekening van den vcrantwooftTe-
ken minister dr. Kuyper.
In de Eerste Kamer had de heer Van
on ten terecht er op gewezen, dat het
et aanging vlak vóór de verkiezingen een
tt af te kondigen, die eenige millioenen
ioger uitgaven medebrengt zonder dat de
id*leien daarvoor, die uit de onafgedane
riefwet moeten komen, zijn aangewezen,
et ministerie mocht zijn opvolger niet
Dor deze moeilijkheid plaatsen, indien de
erkiezingen het in de minderheid brachten.
De Minister antwoordde daarop, dat oen
pschorten der afkondiging den schijn zou
lekken alsof het ministerie aan zijn eigen
;zondheid twijfelde. De heer Van Houten
Derde hiertegen zeer juist aan, dat de Mi-
i>tcr een advies aan de Kroon niet onder-
eschikt mocht maken aan overwegingen
an eigen „politieke gezondheid". En inder-
asd, toen beloofde minister Kuyper, dat
ij zou doen onderzoeken hoe vroeger bij
ergelijke gelegenheden was gehandeld.
Ver te zoeken had hij niet. Aanstonds
erd herinnerd, hoe in 1001 de liberale mi
eter Cremer in het uitstel van een ont-
crp, waaraan hij persoonlijk veel hechtte,
ad toegestemd omdat de verkiezingen op
anden waren.
Maar dit goede voorbeeld van jonge dag
tekening is niet gevolgd. Trots de eischen
an constitutioneels betamelijkheid drin-
end voorschrijven zulke partijwetten niet
lak vóór dc verkiezingen af te doen, werd
och doorgezet en zijn nu de partijwetten
ip onderwijsgebied afgekondigd.
De Minister was, bij uitstel, bevreesd
roor den schijn, alsóf het Kabinet politiek
nagezond wasMenigeen zal uit den haast,
lie gemaakt is, juist afleiden, dat het Ka
mnet zich niet sterk acht cn den grond
eeds onder zich voelt wegzinken. Daarom
noest, wat maar kon, worden binnenge-
laald.
Formeel mag het; maar van een moreel
itandpunt bezien is het een hoogst afkeu
renswaardige parbijdaad. Wij vertrouwen,
dat de meerderheid der kiezers ook daarin
en reden zullen zien om het Kabinet omver
e werpen".
De „Arnhemsche Courant" zei,
dat dr. Kuyper niet teruggedeinsd is voor
de „constitutioneele onbetamelijkheid" om
de verantwoordelijkheid te aanvaarden voor
it bekrachtiging der Lager-Onderwijs-
covello door H. M. de Koningin, terwijl de
periodieke verkiezingen reeds in gang zijn.
Nadat," aldus schrijft zij, „don laat-
sten Mei het ontwerp door de Eerste Ka
mer, ook bij zuivere partijstemming, was
aangenomen ieii de afkondiging der wet
ia liet „Staat sblad" niet had plaats
gehad vóór den eersten Dinsdag van Juni.
^elke voor de verkiezingen ter periodieke
.vernieuwing van da Tweede Kamer wette
lijk is vastgesteld, kon nog worden ver
wacht, dat eerst na afloop daarvan zou
ïvorden beslist, of deze ongelukkige wet,
Welke reeds alleen door do wijze, waarop
lil is tot stand gekomen, als partijwet is
geleekend, in werking treden zou ook als
0" kiezers zich ondubbelzinnig verklaren
zouden b?gen do politiek van het christelijk
ministerie, waarvan de Lager-Onderwijs-
novelle een der meest bedroevende en te
vens hatelijke uitingen is.
Maar neen, van uitstol heeft dr. Kuyper
blijkbaar de verantwoordelijkheid niet
aangedurfd I Die loyauteit van den leider
eener gehoorzame meerderheid tegenover dc
aaneengesloten oppositie scheen hem te
gewaagd. Een bemoedigend voorteeken in-
tusschen voor de vrijzinnige kiezers is het,
'dat ook het leidend hoofd der kerkelijke
coalitie blijkbaar de uitspraak der kiezers
wantrouwt en een veroordeeling ducht van
zijn politiek van het laatste viertal jaren.
V)
Vermoeid, ongeduldig cn bezorgd, dren
telde k door vie straten, ging naar de
Gouden Poort, wandelde op de Plaza, be
zichtigde de Universiteit en doolde door
de parken Toen ik eindelijk van vermoeid
heid niet meer verder kon, nam ik een
huurrijtuig en liet mij naar „Cliff-house"
rijden, waar ik op de prachtige veranda
hij een flesoh wijn naar het spel der zee
leeuwen zat te kijken. Doch ook dat ver
strooide mij slechte weinig. Om vier uren
reed ik voor dc tweede maal bij Joe aan,
om bericht in te winnen.
„„Sacramento" nog altijd niet in zicht;
kom over drie kwartier weer vragen,"
antwoorddo hij met het onverschilligste
gezicht van do wereld.
„Beste jongen, ik bid je, zeg mij toch
welke bezienswaardigheden deze ontzetten
de stad nog meer aanbiedt!" bezwoer ik
Joe in mijn wanhoop.
„Daar ge dc Chineezenwijk, de parken,
do kerken cn de Gouden Poort reeds ge
zien hebt, blijft je kwalijk iets anders meer
over dan het» waisaoiïbecldcnkablnetl van
Madame Tussaud."
,.'t Komt mij voor, dat je droomt en in
Londen verplaatst meent te zijn! Of heb
jelui in San-Franeisco ook een Madame
Tussaud?" vroeg ik verwonderd.
t.Ja, of ten minste iets van denzelfden
aard. Wij noemen het ,,Californi6ch plas-
•ografische museum" kortheidshalve ge-
Mogen de vrijzinnige kiezers dit voortee
ken aannemen en er een ernstige aanspo
ring uit putten om met alle kracht en met
wakkere geestdrift den strijd aan de stem
bus te roeren. Aan dr. Kuyper worde de
eer gegeven, dat hij blijk gaf van een juist
inzicht in den toestand, om op de eenzij
dige bevoorrechting van het bijzonder on
derwijs uit 's Rijks schatkist niet de na
dere goedkeuring te durven vragen van de
Nederiandsche kiezers. Deze partijdaad zij
beslissend voor hun veroordeelend vonnis 1"
Moj. Martina G. Kramers, to Rotter
dam, heeft in brochurevorm een overdruk
in hot licht 'doen verschijnen van een ar
tikel, door haar gcsohr< en in het Sep-
tember-nummer 1904 van „De Gids".
Tevens heeft zij een ovorzioht gemaakt
van de houding der politieke partijen te
genover het vrouwenkiesrecht.
Daarin leest men o.a.:
„De katholieke Kamerleden en do R-K.
Volksbond zijn er ver vandaan de vrouw
als gelijkberechtigde mot den man te er
kennen. Geen kiesrecht en geen arbcit
(wel te verstaan betaalde arbeid) voor
de vrouwEn toch is er een lichtpuntje
aan den horizon. De R.-K. Kamerolub
l.:oft het nie't beneden haar waardigheid
geacht, zich schriftelijk de eischen der
vrouwen in geval van Grondwetsherziening
te doen voorleggen. En onder de Twentscho
katholieke textielarbeiders is een zeer
vooruitstrevende bewoging, wier leider
Brinkhuis is. Deze verklaarde zich op de
zooeven genoemde vergadering in Den
Haag duidelijk vóór vrouwenkiesrecht,
aangezien het z.i. begrepen was in „Alge
meen Kiesrecht", cn, zooals men weet,
staat dat sedert 26 Augustus 1900 in het
programma der Kath-Democ. Volkspar
tij."
Mr. H, Vorkouteren, lid der ohristelijk-
historischo partij, liet zioh over de kwes-
te uit in de volgende woorden: „Mochten
de vrouwen thans mede kiezen op -den
voet der tegenwoordige wet, dan zou de
maatschappij er waarschijnlijk noch beter
noch slechter door worden, en er zou
Grondwetsherziening noodig zijn om haar
dat recht te verschaffen. Deze nu zou alle
wetgeving vertragen en is niet raadzaam.
Kiesrecht in de Kerk en allerlei philan-
thropischo instellingen komt de vrouw ech
ter wel toe."
Betreffende do partijen van de linkerzij
de lezen we: „Persoonlijk zijn velen van
de liberalen warme voorstanders van vrou
wenkiesrecht; ik noem slechts mr S. van
Houten en den heer Nijpels, uie reods
meermalen met overtuiging een spreek
beurt vervuld heeft voor de „Vereeniging
voor Vrouwenkiesrecht", alsook mr. Is
raels, die dezo Vereeniging groote diensten
bewezon heeft en op 0 Frebuari 1L in de
Vrijz. Prop.-Club te Amsterdam nadruk
kelijk gtlijk kicoroclit VOor munn^n on
vrouwen als eisoh gesteld heeft. Ook in
do Tweede Kame komt menig liberaal
voor de rechten der vrouwen op, ofschoon
dat niet van de geheele partij kan gezegd
worden, vooral niet in gemeenteraden."
Verder wijst dc schrijfster met ingeno
menheid op de herhaalde warme, overtui
gende verdediging van het kiesrecht dor
vrouw door mr. J. Limbi rg no het flinke
optreden van den heer Kotelaar tegen
sommige „tirannieke Kon. besluiten." Zij
vindt het dan ook geen wond r, dat vrou
wen, die zich overigens met de politiek
der jong-liberalen kunnen vereenigen, bij
de verkiezingen voor hun partij willen ijve
ren.
Wat de S.-D A.-P. betreft, de schrijf
ster vindt de motie, op het internationaal
soc.-dem. congres in 1904 te Amsterdam
aangenomen, zeer mooi, evenals de ver
klaring in het verkiezings- en strijdpro-
gram dier partij, dat deze ijvort voor „af
schaffing van alle wetton, die do vrouw
politiek en economisch in ongunstiger po
sitie plaatsen dan den man." Doch verder
is haar oordeel; „Wie nu behalve die pa
pieren verkiezingen nog meer vraagt van
de S.-D. A.-P., die vindt daar tegenwer
king, waar zich vrouwen voor haar belan-
gon, buiten partijgrenzen om, willen orgar
n:seeren, hardnekkig zwijgen over het on-
woonweg Madame Tussaud", antwoordde
Joe.
„Heel goed! In welke windstreek bevindt
zich dus het Plastographisch© museum?"
„Op den hoek van de Washingtonstraat.
Je kunt den weg niet missen. Bovendien
is het aanplakbiljet naast de deur bijna
zoo groot als het raadhuis".
„Hoe duur is de entrée?"
„Een kwart-dollar en evenveel voor de
gruwelkamer. Daar is veel interessants te
zien. De guillotine alleen is onder broe
deren het geld waard. Ge kunt daar op
do goedkoopste manier het griezelen lee-
ren."
Ik was nooit een vriend van dergelijke
voorstellingen geweest, zooals wasscn-beel-
denkabinetten, gruwel kam e ris, enz. maar
ik moest en wilde immers tot de aankomst
van de „Sacramento" den langzaam voort-
kruipenden tijd dooden; er bleef mij dus
niets over dan in de eerstvolgende tram te
stappen en tot aan den hoek der Washing-
tonsche straat mee te rijden.
Het museum geleek als het. eene ei op
het andere op de mij bekende inrichting
van roadar. Tussaud in Bakcrstreot te
Londenslechts met dit onderscheid, dat
hier hoofdzakelijk Amerikaansehe groothe
den in was den bezoel er vertoond worden.
In den eencn hoek reikten George Wash
ington en Henry Clay elkaar de hand, in
een anderen stonden de achtereenvolgens
rege erende prei nten der Vereenigd'e
Staten op een lange rij. In dc gruwelkamer
waarvoor ik, zooah Joe gezegd had, extra-
entrée moest betalen, zag ik John Wilkes
Booth voorgesteld, hoe hij den aanslag op
Abraham Lincoln uitvoerde; Guiteau op
de bank der beschuldigden, gifmengers en
recht der Nederh&ndsche wetten, dat de
vrouw naar hot stembiljet doet grijpen, en
een Grondwetaherzieningsvoorstol, dat
minder in overeenstemming is met vermel
de Amst. motie dan wel met het In Neder-
lanisoiho sociaal-demooratie heer&ohen-
de dc~ ia; de klassenstrijd gaat vóór den
6eksenstrijd.
Dr. Bronsveld schrijft in zijn
„Kroniek" in de „Stemmen voor
Waarheid en Yredo" o. a. het vol
gende over het ministerie:
Teg a dit ministerie hebben wij bezwaren
van po li tie ken, van zedelifken en
van godsdie nstigon aard.
Wanneer wij hier onze bezwaren van
politioken aard tegen dit ministerie uit
spreken, 'dan weiden wij niet uit over do
wetten, die van deze Regeering zijn uit
gegaan, en waardoor zoowel onze finanoi-
en als ons onderwijs ernstig worden be
dreigd; hierover is in en buiten de volks
vertegenwoordiging zóó veel gezegd, dat wij
er over zwijgen kunnen. Maar wel wil ik
de aandacht nog eens vestigen op de meer
dan bedenkelijke wijze, waarop onder dit
ministerie het prestige van het gezag, van
de Regeeringemaoht heeft geleden
Dr. Kuyper is voorheen een journalist
en een partijleider geweest, aan wiens
talenten ieder hulde bracht, maar over
wiens karakter de gevoelens zeer uiteen
loopon. Hij is gewikxeld geworden in die
melóe van kunstgrepen, handigheden, ma
nipulaties, welke zij zich veroorloven, die
tot eiken prijs den schijn van een neder
laag moeten vermijden, en altijd gelijk
moeten hebben. Niets is gebleken moeilijker
te zijn dan den redacteur van „Stand
aard" en „Heraut" te brengen tot
een bekentenis van ongelijk of sohuld. In
dertijd heeft prof. v. Veen „De He
raut" den naam gegeven van „het leu
genblad." Altijd wist dr. Kuyper met een
argeloos ge\aat u te verzekeren, dat hij
door u verkeerd was begrepen, dat hij iets
dood-onnoozcis had gezegd maar dat zijn
tegen stand ei 1 de aanvallors en de ware
sohuldigen waren. Achting voor het karak
ter dwong deae onoprechte en dikwijls ter
gende wijze van strijdvoeren niet af.
Evenmin ah Veuillot enMajunke acht
te men den journalist Kuyper aangewezen
voor bewindsman. Men spreekt nóg van
„den Heer Groen," maar voor den naam
van hem, die de doleantie in het leven
riep, plaatst niemand dit adres.
Nu zeg ik niet, dat dr. Kuyper niet ge
toond heeft te kunnen regeeren, maar het
gezag heeft geledr onder zijn ministerie.
Een minister, die reeds aanstonds zijn
verleden verloochent ca gewaagt van zijn
„oudo plunje"; die over burgemeesters ten
aanhoore van de Tweede Kamer met ge
ringschatting spreekt; die bij meer dan
één gelegenheid weinig deferentie toont
voor de Kroon; die door -bal vnn parfcij-be-
noemingen den eerbied ondermijnt voor de
boven ons gestelde machten; die kennelijk
zich hooger plaatst dan zijn mede-minis
ters; die door de wijze, waarop do heer
Melvill van Lijnden i>ejegend werd, de
achting voor do raadslieden der Kroon
niét hielp verhoogen, in één woord een
minister, die maoht, maar geen ont
zag heeft; een man zonder piëteit, zonder
de eigenaardige vormen, waaraan men den
hooggeplaatste, den staatsman van pro
fessie herkont; zulk een man doet den
eerbied dalen voor het gozag.
De sociaal-democraten verheugen er zich
in, en dat is voor ons geen reden van
vreugde. Kroon en Kabinet hebben sinds
1901 verloren aan prestige, en dit wijten
wij aan den minister-president, aan dr. A.
Kuyper.
Wij hebben tegen dit ministerie bezwaren
van zedellj ken aard.
Wij zijn de cenigen niet, die ontdekken,
dat de standaard van openbare morali
teit sinds 1901 is omlaag gegaan in ons
dierbaar vaderland.
Vooral is de eerbied voor de zuivere
waarheid on de goede trouw achteruit
gaande. Door de partijbenoemingen, welko
nog steeds aanhouden, wordt er een premie
gezet op de hi 'chelarij. Zeer aanmerkelijk
is het aantal „strevende" jonge mannen,
gifmengsters, dieven en moordenaars, be
roemde Europeescho inbrekers en verdere
zware misdadige ra van allerlei soort
een zenuwstillende aanblik voor een man,
die als ik, eeu slapeloozen nacht achter
zich on dc aankomst zijner verloofde in het
vooruitzicht had!
Het interessantste voorwerp in het ge
heele wassen-heelden kabinet was volgens
mijn meening do gids of „Explicateur",
gelijk hij zich noemde, die met een waar
genot do afzonderlijke groepen verklaarde,
de mridaden en straffen uiteenzette. Hij
scheen een kenner "te zijn van allo manieren
om zijn even mensoh om het leven te bren
gen. Zijn uitvoerige beschrijvingen daar
van zouden icderen roovorroman eer heb
ben aangedaan. Aanvankelijk verschafte
het afschuwelijke Engelsch van de-zen in
zijn nationale dracht gekleeden Chinees
mij veel pret.. Ik beschouwde hem als een
karakterstudio rverloor hem niet meer
uit het oog. Hoe weinig vermoedde ik, dat
dit ellendige geelgezioht noodlottig in mijn
leven zou ingrijpen dat ik op genade
en ongenade aan den hardvoehtigen,
bloeddorstigen Mongool zou worden over
geleverd I
V.
Hij sprak een grappig koeterwaalsch, de
goede Li Sing, en scheen een bijzondere
voorliefde jegens mij Te hebben opgevat,
want hij richtte schier uitsluitend 't woord
tot mij, terwijl hij het vrij talrijko gezel
schap in 'de gruwelkamer rondleidde.
„Dat hiel is de heel Guiteau, een Ameli-
kaansche schulk, die plesident Galfield met
levolvel,heeft doodgeschoten op den Balti-
van wie men in onzen tijd verneemt, dat
ïij antirevolutionnair zijn geworden. Zij
misbruiken nog altijd Gods naam, en heb
ben nog weroldsohe allures, maar zij deden
e?n knieval voor „Ons Program", en ver
afschuwen de „liberalen," van wie zij op
luiden toon verkondigen, dat deze geen
Oort beter zijn dan dc socialisten. Vclon
achten met mij dezo bekeeringen minstens
verdacht, on geloovcn eerder aan de op
rechtheid van bekeeringen, die oardsch
na d e e 1 met zich brengen.
Voor allerlei psychologische raadselen
komt men te staan; voor allerlei oompli-
oaties, die ontsnappen aan een zielkundige
diagnose, welke alloen mot zedelijke fac
toren rekent.
Ons voegt het oordeelen niet maar het
i6 voor de gewetens een gevaarlijke tijd,
als do weg breed en do poort wijd is, die
Voert tot het „geloof."
Zoo heeft, om nog iets te noemen, ons
de ditmaal gevolgde praktijd getroffen
van de „besloten vergaderingen." Voor
heen traden do oandidaten op voor de
kiezers, voor hot publiek. Het was ceu
to ..ooi in het vollo licht, met open vi
zier bij vriend en vijand. Thans worden
vergaderingen belegd alleen voor geestver
wanten debat words niet toegelatendo
leiders, dikwerf predikanten, bevelen de
kerkelijke candid aten aan, en gedoogen
geen tegenspraak. Dit is ook al iets, dat
men van de roouisolie bondgenooten over
neemt de kerkelijke voorganger wordt
politieke dictator, en het daglicht, de eer
lijke strijd wordt geschuwd.
Men zal nog veel meer gaan overnemen
van de zedeleer der Jezuïeten.
En zoo komen wij tot ons dorde be
zwaar dat van godsdionatigou
aard is. Wij achfcea de heilige zaak van den
godsdienst verbonden aan het protestantis
me. Ongetwijfeld heeft de Roomscho Kerk,
naar 's Heeren bestel, haar tijd en roeping
gehad in de ontwikkeling van het chris
tendom, maar sinds de Reformatie is zij de
onvolkomen, de tot verdwijnen bestemde
Kork, gelijk het Jodendom had uitgediend
toen het Nieuwe Verbond op don eersten
Pinksterdag werd gestioht.
Wat die meer en meer verbasterende on
verduisterende Kork helpt staande houden,
helpt aan meerdere macht, werkt de komst
tegen van heb koninkrijk Gods. Er is nergens
minder ware, geestelijke godsveroering dan
in roomsche landen. Het Vaticaan is de
burcht van het farizeïsme, waarover Jezus
Ohristus zoo vaak zijn „Wee" 1 heeft uitge
sproken. Ja, prof. Van Veen is dan ook
niet teruggedeinsd voor de stelling, dat de
Roomsche Kerk heeft opgehouen te behoo-
ren tot dc Christelijke Kerk. Hoe kan meo
nu voor den Christclijkcn godsdienst iets
verwachten van de coalitie met een Kerk,
welker heidensch bijgeloof haar sloot buiten
de erve der Christenheid Y
Wanneer men te Utrecht cn elders een
hervormd hoogleeraar in do godgeleerdheid
met gereformeerden en pastoors samen ziet,
om dit ons „christelijk" ministerie aan te
prijzen, dan zegt men: „Waar is hier het
geloof, welke religie komt men hier verte
genwoordigen?
Maar erger nog is, dat men de politiek
zóó met de religie verwart en vereenzelvigt,
dat men durft zoggen: Wie voor God en Ohris
tus is, moot voor dit ministerie stemmen. Wij
vinden dit gewoonweg lasterlijk. Hoe nu,
men zal den hoogen God, ^cn heiligen Heer
Ohristus aansprakelijk stellen voor al de
onwaarheden, voor al de wereldsche prak
tijken van de roomsche en antirevolutio
naire dagbladschrijvers en redenaars? Aan
sprakelijk voor de volto face van man
nen nis dr. De Visser en mr. Verkouteren;
aansprakelijk voor detoursdcforce
van mr. De Savornin Lobman, wiens hou
ding meer dan dubbelzinnig Is; aansprakelijk
voor al do eerzuoht, welke gedekt moet
worden door het uitspreken van do woorden
„Geloofd zij Jezus Christus 1" Aansprake
lijk voor al de kuiperijen cn transacties,
waarmee gereformeerden en jezuïeten aan
elkander gekoppeld cn tot een coalitie ge
worden zijn...
Ten allen tijde zijn er mcnschen geweest,
die 't geloof hebben gehaat, nu
wordt het ver ach t. Do Kruisvaan is van
mole-spoorweg. Plesulent is een gloot man,
veel bloed hebben, bloed op do tlecplaok
gestloomd als watel."
De Mongool, die volgens Chinccschen
taalaard niet in staat was de letter r uit
te spreken, doch in plaats daarvaD een 1
zette, wreef zich vergenoegd de handen en
loenste tevreden naar het slachtoffer van
Guiteau. De nabootsing der wonde, 't bloed
op den grond vóór het wassen beeld van
Gasfield scheen hem veel voldoening te ver
schaffen. Mijn vooroordeel tegen het gcclgc-
zicht steeg van minuut tot minuut toen hij
grijnzend voortging (wij zullen echter de let-
terverbastering van den Chinees verder maar
over het hoofd zien): „Dit is miss Brand,
Amerikaansehe vrouw, heeft haar man ver
giftigd, omdat zij anderen wilde hebben.
Dat is geen goede moorJ, deugt niet voor
wassen-bcelden-kabinet, maakt geen bloed,
wa8sen-beeldcn-kabinctteD heLoen veel bloed
noodig. Amerikanen zien graag veel bloed
Hoe meer bloed, Amerikaansehe gentlemen
geven meer cents aan Li Sing voor drink
geld."
De Mongool bad gelijk, wanneer hij over
de voorliefde van het Amerikaansehe publick
voor bloed sprak, maar de als het ware ver-
liefdo manier van doen, als hij dc nageboot-
ste bloedplassen bekeek, was grappig en ake
lig tevens.
Ik volgde hem op den voet, en wel uitcnk"cl
nieuwsgierigheid, om zijn verdere bespiege
lingen over de andere tentoongestelde voor.
werpen te hooren
In de hoogste verrukking schcea een model
van de Fransche guillotine hem te brengen.
Een zoo goed werkende cn voortreffelijk na
gemaakte guillotine had ik t? voren nooit
gezien. Op het blok lag, in de kleedeTdracht
do torenspits gokaald, en geplant bij do
Stembus. Zij predikt niet meer zelfverloo
chening maar zolfvcrheffinguiot mcor
van 's hemels heerlijkheid, maar van aard-
sche maoht spreekt zij tot degenen, die haar
voor zich uitdragen, en haar volgen. Indien
God ons niet vast hield, vielen wij af, want
er zijn dagon gekomen, waarvan gezegd is,
dat (indien het mogelijk waro) zelfs de uit
verkorenen zouden afvallen van den Hoor.
Alom zie ik het heilige omlaag getrokken en
ontheiligd, en de Overste dezer wereld heeft
rust, want do „gcloovigen" doen zijn werk,
en verkondigen alom: „Christus' Konink
rijk is van dezo wereld geworden."
Wat wij dan wensohen? Do neerlaag van
dit ministerie, omdat het ten onzent hel
gezag ondermijnt, de zeden bederft, en het
geloof tot een aansluiting maakt.
Maar moeten wij dan vallen in do bandon
van do sociaal-democraten? Ik zio dit vol
strekt niet gebeuren. Zij zijn op het oogen-
blik .te zeer verdeeld „Maar do liberalen
kunnen den steun der socialisten niet mis
sen." Gij, die zoo spreokt, welaan helpt ons
aan ccn regeering, waarin menscbon zitting
hebben, dio eerbied hebben voor God cn bet
gezag, cn dio ons niet zullen overleveren
evenmin aan dc jezuïeten als aan de sociaal
democraten.
Do heer Lohman, dio voor 4 jaar door ve
len werd gestemd ,dio in hom en zijn vrien
den een tegenwicht zagen tegen do uitersten
van dr. Kuyper, heeft dezo verwachting ver
ijdeld. Het is een satelliet van het ministerie
geweest. De „christelijk-historischcn" van
zijn gehalte zijn evenmin hot waardig, dat wij
hun do teugels van hot bewind toevertrou
wen als de zich nocmondc antirevolution-
nairen.
Geve God, at wij van dio hcilloozo coali-
tio worden verlost, cn dat een mcerderhei
aan het bewind komc van p.otcstantschc,
bokwomo, gematigde mannen, dio het gezag
handhaven, cn hun geloof niet maken tot
een soort roerend goed, waarin handel wordt
gedreven, cn dat den mcnsch cor slcohtov
maakt dan beter.
Verslag omtrent den toestand en de exploitatie der
Stedelijke Gasfabriek te Leiden over 19Q4.
Do verbruikte koeveelhoid gedistilleerde
kolen ad 28,639,000 K.G. heeft opgeleverd
8,215,620 kub. Moter gas, zijnde per 100
K.G. 28.96 kub. Moter, d.i. 0.62 kub. Meter
minder dan in het vorige jaar. D.o gcheolo
produotio is met 405,640 kub. Meter of
5.)L9 pOt toegenomen.
Over het geheele jaar bedroeg do gemid
delde ctmaalproduclió: per retort 217 kub.
Meter.
De verhouding van dc maand der klcin-
sto productie: Juni tot de maand der
grootste productie: D.ccmbcr is als 1 tot
2.15.
Do grootste hocvoclheid per etmaal is
afgegeven op Vrijdag 10 December en wel
37,169 kub. Meter, do kleinste hoeveelheid
op Zondag 12 Juni en wel 11,121 kub. Me
ter, in welko cijfers het verlies ia begiepon
In den gasprijs kwam geen vorandering;
dezo bedroeg voor hot gas voor verbruikers
volgens gewone meters voor alle doeleinden
5 cent, voor verbruikers volgens muntgas
meters 6 cent per kub. Meter. Dc koslenae
prij6 is 3,379 cont per kub. Meter.
Heb aantal gasmeters, welke het ver
bruik registreerden, bestond op 1 Januari
1904 uit 5003 gewone meters (w.o. do tus-
sohenmoters) en 2340 muntgasmeters, to
taal 7343 stuks met 54,860 mcterlicliton.
Ir. 1904 nam het aantal gewone meters too
mot 256 stuks, dit aantal bedroeg op 31
December 5259 met 50,281 meterlichten.
Onder deze cijfers zijn begrepen 69 zooge
naamde tussclvmmelers met 287 meterlich
ten.
Hot gasverbruik geregistreerd door 6200
meters met 49,99-1 meterlichten hce-ft bedra
gen 6,207,881 kub. Meter. Per gewonen me
ter is het verbruik 1221 kub. Meter, per
metcrlicht 127.1 kub Meter geweest, hier
bij is het gemiddelde genomen van het aan
tal meters, resp. meterlichten, van 1 Janua
ri en 31 December. In 1903 waren dozo
cijfers 1227.5 en 127.9 kub Meter.
dor achttiende eeuw, een wassen beeld, dat
den ongclukkigcn koning Lodewijk XVI
voorstelde.
Onze gids bood aan, voor vijf dollars do
terechtstelling vóór onze oogen uit te boe
ren. In een oogenblik was de sorn onder do
aanwezige toeschouwers ingezameld. Met een
van vreugde stralend gezicht best eg d-. Chi
nees hot podium, trok aan het koord cn do
bijl suisde bliksemsnel op het hoofd des
KoningB ueer. Het was verschrikkelijk om
aan tc zien. Gij kunt u geen afgrijselijker
aanblik voorstellen.
„Groote hemel, maar dat is werkelijk
bloed kreet ik ontzet. De afschuwelijko
werkelijkheid in de voorstelling benam mij
formcol den adem.
„Ja, werkelijk bloed I" bevestigde Li Sing,
tevreden glimlachend. „Veel bloedLi Sing
heeft wassen beeld werkelijk hoofd afgehou
wen."
Nu volgde dc nauwkeurige verklaring.
Hoofd, hals en romp van het wassen beeld
vulde Li Sing dagelijks met ossenbloed op,
dat hij uit het slachthuis haalde. Het hoofd
plakte hij met- was aan den romp vast. Zoo
dra nu de vlijmscherpe valbijl neerdaalde,
sneed zc den hals door, en ten gevolge van
den daardoor ontstaanden luchtdruk spoot
het samengeperste bloed als natuurlijk om
hoog. Het effect was bepaald van dien aard, i
dat het ccn beklemmenden, sterk realisti-
8chcn indruk i aakte; ik werd althans kwö»:
lijk tc ii I bij dien griezeligcn aanblik.
(Wordt vervolgd.)