Sfo. 13900. LEIDSOH DAGBLAD, Z ATERDAG 17 JUNI. - TWEEDE BLAD. PERSOVERZICHT. FEUILLETON. In de Gruwelkamer. Anno 1905. get „H a n d e 1 8 b 1 a d" schreef vóór den g der stemming naar aanleiding van de k o n d i g i n g der wet tot wijziging eenige artikelen van de wet op het L a- tr Onderwijs: ,0p 31 Mei had zich de meerderheid der trste Kamer voor de aanneming verklaard en reeds drie dagen daarna werd het ont~ rp door de Kroon bekrachtigd, onder de-onderteekening van den vcrantwooftTe- ken minister dr. Kuyper. In de Eerste Kamer had de heer Van on ten terecht er op gewezen, dat het et aanging vlak vóór de verkiezingen een tt af te kondigen, die eenige millioenen ioger uitgaven medebrengt zonder dat de id*leien daarvoor, die uit de onafgedane riefwet moeten komen, zijn aangewezen, et ministerie mocht zijn opvolger niet Dor deze moeilijkheid plaatsen, indien de erkiezingen het in de minderheid brachten. De Minister antwoordde daarop, dat oen pschorten der afkondiging den schijn zou lekken alsof het ministerie aan zijn eigen ;zondheid twijfelde. De heer Van Houten Derde hiertegen zeer juist aan, dat de Mi- i>tcr een advies aan de Kroon niet onder- eschikt mocht maken aan overwegingen an eigen „politieke gezondheid". En inder- asd, toen beloofde minister Kuyper, dat ij zou doen onderzoeken hoe vroeger bij ergelijke gelegenheden was gehandeld. Ver te zoeken had hij niet. Aanstonds erd herinnerd, hoe in 1001 de liberale mi eter Cremer in het uitstel van een ont- crp, waaraan hij persoonlijk veel hechtte, ad toegestemd omdat de verkiezingen op anden waren. Maar dit goede voorbeeld van jonge dag tekening is niet gevolgd. Trots de eischen an constitutioneels betamelijkheid drin- end voorschrijven zulke partijwetten niet lak vóór dc verkiezingen af te doen, werd och doorgezet en zijn nu de partijwetten ip onderwijsgebied afgekondigd. De Minister was, bij uitstel, bevreesd roor den schijn, alsóf het Kabinet politiek nagezond wasMenigeen zal uit den haast, lie gemaakt is, juist afleiden, dat het Ka mnet zich niet sterk acht cn den grond eeds onder zich voelt wegzinken. Daarom noest, wat maar kon, worden binnenge- laald. Formeel mag het; maar van een moreel itandpunt bezien is het een hoogst afkeu renswaardige parbijdaad. Wij vertrouwen, dat de meerderheid der kiezers ook daarin en reden zullen zien om het Kabinet omver e werpen". De „Arnhemsche Courant" zei, dat dr. Kuyper niet teruggedeinsd is voor de „constitutioneele onbetamelijkheid" om de verantwoordelijkheid te aanvaarden voor it bekrachtiging der Lager-Onderwijs- covello door H. M. de Koningin, terwijl de periodieke verkiezingen reeds in gang zijn. Nadat," aldus schrijft zij, „don laat- sten Mei het ontwerp door de Eerste Ka mer, ook bij zuivere partijstemming, was aangenomen ieii de afkondiging der wet ia liet „Staat sblad" niet had plaats gehad vóór den eersten Dinsdag van Juni. ^elke voor de verkiezingen ter periodieke .vernieuwing van da Tweede Kamer wette lijk is vastgesteld, kon nog worden ver wacht, dat eerst na afloop daarvan zou ïvorden beslist, of deze ongelukkige wet, Welke reeds alleen door do wijze, waarop lil is tot stand gekomen, als partijwet is geleekend, in werking treden zou ook als 0" kiezers zich ondubbelzinnig verklaren zouden b?gen do politiek van het christelijk ministerie, waarvan de Lager-Onderwijs- novelle een der meest bedroevende en te vens hatelijke uitingen is. Maar neen, van uitstol heeft dr. Kuyper blijkbaar de verantwoordelijkheid niet aangedurfd I Die loyauteit van den leider eener gehoorzame meerderheid tegenover dc aaneengesloten oppositie scheen hem te gewaagd. Een bemoedigend voorteeken in- tusschen voor de vrijzinnige kiezers is het, 'dat ook het leidend hoofd der kerkelijke coalitie blijkbaar de uitspraak der kiezers wantrouwt en een veroordeeling ducht van zijn politiek van het laatste viertal jaren. V) Vermoeid, ongeduldig cn bezorgd, dren telde k door vie straten, ging naar de Gouden Poort, wandelde op de Plaza, be zichtigde de Universiteit en doolde door de parken Toen ik eindelijk van vermoeid heid niet meer verder kon, nam ik een huurrijtuig en liet mij naar „Cliff-house" rijden, waar ik op de prachtige veranda hij een flesoh wijn naar het spel der zee leeuwen zat te kijken. Doch ook dat ver strooide mij slechte weinig. Om vier uren reed ik voor dc tweede maal bij Joe aan, om bericht in te winnen. „„Sacramento" nog altijd niet in zicht; kom over drie kwartier weer vragen," antwoorddo hij met het onverschilligste gezicht van do wereld. „Beste jongen, ik bid je, zeg mij toch welke bezienswaardigheden deze ontzetten de stad nog meer aanbiedt!" bezwoer ik Joe in mijn wanhoop. „Daar ge dc Chineezenwijk, de parken, do kerken cn de Gouden Poort reeds ge zien hebt, blijft je kwalijk iets anders meer over dan het» waisaoiïbecldcnkablnetl van Madame Tussaud." ,.'t Komt mij voor, dat je droomt en in Londen verplaatst meent te zijn! Of heb jelui in San-Franeisco ook een Madame Tussaud?" vroeg ik verwonderd. t.Ja, of ten minste iets van denzelfden aard. Wij noemen het ,,Californi6ch plas- •ografische museum" kortheidshalve ge- Mogen de vrijzinnige kiezers dit voortee ken aannemen en er een ernstige aanspo ring uit putten om met alle kracht en met wakkere geestdrift den strijd aan de stem bus te roeren. Aan dr. Kuyper worde de eer gegeven, dat hij blijk gaf van een juist inzicht in den toestand, om op de eenzij dige bevoorrechting van het bijzonder on derwijs uit 's Rijks schatkist niet de na dere goedkeuring te durven vragen van de Nederiandsche kiezers. Deze partijdaad zij beslissend voor hun veroordeelend vonnis 1" Moj. Martina G. Kramers, to Rotter dam, heeft in brochurevorm een overdruk in hot licht 'doen verschijnen van een ar tikel, door haar gcsohr< en in het Sep- tember-nummer 1904 van „De Gids". Tevens heeft zij een ovorzioht gemaakt van de houding der politieke partijen te genover het vrouwenkiesrecht. Daarin leest men o.a.: „De katholieke Kamerleden en do R-K. Volksbond zijn er ver vandaan de vrouw als gelijkberechtigde mot den man te er kennen. Geen kiesrecht en geen arbcit (wel te verstaan betaalde arbeid) voor de vrouwEn toch is er een lichtpuntje aan den horizon. De R.-K. Kamerolub l.:oft het nie't beneden haar waardigheid geacht, zich schriftelijk de eischen der vrouwen in geval van Grondwetsherziening te doen voorleggen. En onder de Twentscho katholieke textielarbeiders is een zeer vooruitstrevende bewoging, wier leider Brinkhuis is. Deze verklaarde zich op de zooeven genoemde vergadering in Den Haag duidelijk vóór vrouwenkiesrecht, aangezien het z.i. begrepen was in „Alge meen Kiesrecht", cn, zooals men weet, staat dat sedert 26 Augustus 1900 in het programma der Kath-Democ. Volkspar tij." Mr. H, Vorkouteren, lid der ohristelijk- historischo partij, liet zioh over de kwes- te uit in de volgende woorden: „Mochten de vrouwen thans mede kiezen op -den voet der tegenwoordige wet, dan zou de maatschappij er waarschijnlijk noch beter noch slechter door worden, en er zou Grondwetsherziening noodig zijn om haar dat recht te verschaffen. Deze nu zou alle wetgeving vertragen en is niet raadzaam. Kiesrecht in de Kerk en allerlei philan- thropischo instellingen komt de vrouw ech ter wel toe." Betreffende do partijen van de linkerzij de lezen we: „Persoonlijk zijn velen van de liberalen warme voorstanders van vrou wenkiesrecht; ik noem slechts mr S. van Houten en den heer Nijpels, uie reods meermalen met overtuiging een spreek beurt vervuld heeft voor de „Vereeniging voor Vrouwenkiesrecht", alsook mr. Is raels, die dezo Vereeniging groote diensten bewezon heeft en op 0 Frebuari 1L in de Vrijz. Prop.-Club te Amsterdam nadruk kelijk gtlijk kicoroclit VOor munn^n on vrouwen als eisoh gesteld heeft. Ook in do Tweede Kame komt menig liberaal voor de rechten der vrouwen op, ofschoon dat niet van de geheele partij kan gezegd worden, vooral niet in gemeenteraden." Verder wijst dc schrijfster met ingeno menheid op de herhaalde warme, overtui gende verdediging van het kiesrecht dor vrouw door mr. J. Limbi rg no het flinke optreden van den heer Kotelaar tegen sommige „tirannieke Kon. besluiten." Zij vindt het dan ook geen wond r, dat vrou wen, die zich overigens met de politiek der jong-liberalen kunnen vereenigen, bij de verkiezingen voor hun partij willen ijve ren. Wat de S.-D A.-P. betreft, de schrijf ster vindt de motie, op het internationaal soc.-dem. congres in 1904 te Amsterdam aangenomen, zeer mooi, evenals de ver klaring in het verkiezings- en strijdpro- gram dier partij, dat deze ijvort voor „af schaffing van alle wetton, die do vrouw politiek en economisch in ongunstiger po sitie plaatsen dan den man." Doch verder is haar oordeel; „Wie nu behalve die pa pieren verkiezingen nog meer vraagt van de S.-D. A.-P., die vindt daar tegenwer king, waar zich vrouwen voor haar belan- gon, buiten partijgrenzen om, willen orgar n:seeren, hardnekkig zwijgen over het on- woonweg Madame Tussaud", antwoordde Joe. „Heel goed! In welke windstreek bevindt zich dus het Plastographisch© museum?" „Op den hoek van de Washingtonstraat. Je kunt den weg niet missen. Bovendien is het aanplakbiljet naast de deur bijna zoo groot als het raadhuis". „Hoe duur is de entrée?" „Een kwart-dollar en evenveel voor de gruwelkamer. Daar is veel interessants te zien. De guillotine alleen is onder broe deren het geld waard. Ge kunt daar op do goedkoopste manier het griezelen lee- ren." Ik was nooit een vriend van dergelijke voorstellingen geweest, zooals wasscn-beel- denkabinetten, gruwel kam e ris, enz. maar ik moest en wilde immers tot de aankomst van de „Sacramento" den langzaam voort- kruipenden tijd dooden; er bleef mij dus niets over dan in de eerstvolgende tram te stappen en tot aan den hoek der Washing- tonsche straat mee te rijden. Het museum geleek als het. eene ei op het andere op de mij bekende inrichting van roadar. Tussaud in Bakcrstreot te Londenslechts met dit onderscheid, dat hier hoofdzakelijk Amerikaansehe groothe den in was den bezoel er vertoond worden. In den eencn hoek reikten George Wash ington en Henry Clay elkaar de hand, in een anderen stonden de achtereenvolgens rege erende prei nten der Vereenigd'e Staten op een lange rij. In dc gruwelkamer waarvoor ik, zooah Joe gezegd had, extra- entrée moest betalen, zag ik John Wilkes Booth voorgesteld, hoe hij den aanslag op Abraham Lincoln uitvoerde; Guiteau op de bank der beschuldigden, gifmengers en recht der Nederh&ndsche wetten, dat de vrouw naar hot stembiljet doet grijpen, en een Grondwetaherzieningsvoorstol, dat minder in overeenstemming is met vermel de Amst. motie dan wel met het In Neder- lanisoiho sociaal-demooratie heer&ohen- de dc~ ia; de klassenstrijd gaat vóór den 6eksenstrijd. Dr. Bronsveld schrijft in zijn „Kroniek" in de „Stemmen voor Waarheid en Yredo" o. a. het vol gende over het ministerie: Teg a dit ministerie hebben wij bezwaren van po li tie ken, van zedelifken en van godsdie nstigon aard. Wanneer wij hier onze bezwaren van politioken aard tegen dit ministerie uit spreken, 'dan weiden wij niet uit over do wetten, die van deze Regeering zijn uit gegaan, en waardoor zoowel onze finanoi- en als ons onderwijs ernstig worden be dreigd; hierover is in en buiten de volks vertegenwoordiging zóó veel gezegd, dat wij er over zwijgen kunnen. Maar wel wil ik de aandacht nog eens vestigen op de meer dan bedenkelijke wijze, waarop onder dit ministerie het prestige van het gezag, van de Regeeringemaoht heeft geleden Dr. Kuyper is voorheen een journalist en een partijleider geweest, aan wiens talenten ieder hulde bracht, maar over wiens karakter de gevoelens zeer uiteen loopon. Hij is gewikxeld geworden in die melóe van kunstgrepen, handigheden, ma nipulaties, welke zij zich veroorloven, die tot eiken prijs den schijn van een neder laag moeten vermijden, en altijd gelijk moeten hebben. Niets is gebleken moeilijker te zijn dan den redacteur van „Stand aard" en „Heraut" te brengen tot een bekentenis van ongelijk of sohuld. In dertijd heeft prof. v. Veen „De He raut" den naam gegeven van „het leu genblad." Altijd wist dr. Kuyper met een argeloos ge\aat u te verzekeren, dat hij door u verkeerd was begrepen, dat hij iets dood-onnoozcis had gezegd maar dat zijn tegen stand ei 1 de aanvallors en de ware sohuldigen waren. Achting voor het karak ter dwong deae onoprechte en dikwijls ter gende wijze van strijdvoeren niet af. Evenmin ah Veuillot enMajunke acht te men den journalist Kuyper aangewezen voor bewindsman. Men spreekt nóg van „den Heer Groen," maar voor den naam van hem, die de doleantie in het leven riep, plaatst niemand dit adres. Nu zeg ik niet, dat dr. Kuyper niet ge toond heeft te kunnen regeeren, maar het gezag heeft geledr onder zijn ministerie. Een minister, die reeds aanstonds zijn verleden verloochent ca gewaagt van zijn „oudo plunje"; die over burgemeesters ten aanhoore van de Tweede Kamer met ge ringschatting spreekt; die bij meer dan één gelegenheid weinig deferentie toont voor de Kroon; die door -bal vnn parfcij-be- noemingen den eerbied ondermijnt voor de boven ons gestelde machten; die kennelijk zich hooger plaatst dan zijn mede-minis ters; die door de wijze, waarop do heer Melvill van Lijnden i>ejegend werd, de achting voor do raadslieden der Kroon niét hielp verhoogen, in één woord een minister, die maoht, maar geen ont zag heeft; een man zonder piëteit, zonder de eigenaardige vormen, waaraan men den hooggeplaatste, den staatsman van pro fessie herkont; zulk een man doet den eerbied dalen voor het gozag. De sociaal-democraten verheugen er zich in, en dat is voor ons geen reden van vreugde. Kroon en Kabinet hebben sinds 1901 verloren aan prestige, en dit wijten wij aan den minister-president, aan dr. A. Kuyper. Wij hebben tegen dit ministerie bezwaren van zedellj ken aard. Wij zijn de cenigen niet, die ontdekken, dat de standaard van openbare morali teit sinds 1901 is omlaag gegaan in ons dierbaar vaderland. Vooral is de eerbied voor de zuivere waarheid on de goede trouw achteruit gaande. Door de partijbenoemingen, welko nog steeds aanhouden, wordt er een premie gezet op de hi 'chelarij. Zeer aanmerkelijk is het aantal „strevende" jonge mannen, gifmengsters, dieven en moordenaars, be roemde Europeescho inbrekers en verdere zware misdadige ra van allerlei soort een zenuwstillende aanblik voor een man, die als ik, eeu slapeloozen nacht achter zich on dc aankomst zijner verloofde in het vooruitzicht had! Het interessantste voorwerp in het ge heele wassen-heelden kabinet was volgens mijn meening do gids of „Explicateur", gelijk hij zich noemde, die met een waar genot do afzonderlijke groepen verklaarde, de mridaden en straffen uiteenzette. Hij scheen een kenner "te zijn van allo manieren om zijn even mensoh om het leven te bren gen. Zijn uitvoerige beschrijvingen daar van zouden icderen roovorroman eer heb ben aangedaan. Aanvankelijk verschafte het afschuwelijke Engelsch van de-zen in zijn nationale dracht gekleeden Chinees mij veel pret.. Ik beschouwde hem als een karakterstudio rverloor hem niet meer uit het oog. Hoe weinig vermoedde ik, dat dit ellendige geelgezioht noodlottig in mijn leven zou ingrijpen dat ik op genade en ongenade aan den hardvoehtigen, bloeddorstigen Mongool zou worden over geleverd I V. Hij sprak een grappig koeterwaalsch, de goede Li Sing, en scheen een bijzondere voorliefde jegens mij Te hebben opgevat, want hij richtte schier uitsluitend 't woord tot mij, terwijl hij het vrij talrijko gezel schap in 'de gruwelkamer rondleidde. „Dat hiel is de heel Guiteau, een Ameli- kaansche schulk, die plesident Galfield met levolvel,heeft doodgeschoten op den Balti- van wie men in onzen tijd verneemt, dat ïij antirevolutionnair zijn geworden. Zij misbruiken nog altijd Gods naam, en heb ben nog weroldsohe allures, maar zij deden e?n knieval voor „Ons Program", en ver afschuwen de „liberalen," van wie zij op luiden toon verkondigen, dat deze geen Oort beter zijn dan dc socialisten. Vclon achten met mij dezo bekeeringen minstens verdacht, on geloovcn eerder aan de op rechtheid van bekeeringen, die oardsch na d e e 1 met zich brengen. Voor allerlei psychologische raadselen komt men te staan; voor allerlei oompli- oaties, die ontsnappen aan een zielkundige diagnose, welke alloen mot zedelijke fac toren rekent. Ons voegt het oordeelen niet maar het i6 voor de gewetens een gevaarlijke tijd, als do weg breed en do poort wijd is, die Voert tot het „geloof." Zoo heeft, om nog iets te noemen, ons de ditmaal gevolgde praktijd getroffen van de „besloten vergaderingen." Voor heen traden do oandidaten op voor de kiezers, voor hot publiek. Het was ceu to ..ooi in het vollo licht, met open vi zier bij vriend en vijand. Thans worden vergaderingen belegd alleen voor geestver wanten debat words niet toegelatendo leiders, dikwerf predikanten, bevelen de kerkelijke candid aten aan, en gedoogen geen tegenspraak. Dit is ook al iets, dat men van de roouisolie bondgenooten over neemt de kerkelijke voorganger wordt politieke dictator, en het daglicht, de eer lijke strijd wordt geschuwd. Men zal nog veel meer gaan overnemen van de zedeleer der Jezuïeten. En zoo komen wij tot ons dorde be zwaar dat van godsdionatigou aard is. Wij achfcea de heilige zaak van den godsdienst verbonden aan het protestantis me. Ongetwijfeld heeft de Roomscho Kerk, naar 's Heeren bestel, haar tijd en roeping gehad in de ontwikkeling van het chris tendom, maar sinds de Reformatie is zij de onvolkomen, de tot verdwijnen bestemde Kork, gelijk het Jodendom had uitgediend toen het Nieuwe Verbond op don eersten Pinksterdag werd gestioht. Wat die meer en meer verbasterende on verduisterende Kork helpt staande houden, helpt aan meerdere macht, werkt de komst tegen van heb koninkrijk Gods. Er is nergens minder ware, geestelijke godsveroering dan in roomsche landen. Het Vaticaan is de burcht van het farizeïsme, waarover Jezus Ohristus zoo vaak zijn „Wee" 1 heeft uitge sproken. Ja, prof. Van Veen is dan ook niet teruggedeinsd voor de stelling, dat de Roomsche Kerk heeft opgehouen te behoo- ren tot dc Christelijke Kerk. Hoe kan meo nu voor den Christclijkcn godsdienst iets verwachten van de coalitie met een Kerk, welker heidensch bijgeloof haar sloot buiten de erve der Christenheid Y Wanneer men te Utrecht cn elders een hervormd hoogleeraar in do godgeleerdheid met gereformeerden en pastoors samen ziet, om dit ons „christelijk" ministerie aan te prijzen, dan zegt men: „Waar is hier het geloof, welke religie komt men hier verte genwoordigen? Maar erger nog is, dat men de politiek zóó met de religie verwart en vereenzelvigt, dat men durft zoggen: Wie voor God en Ohris tus is, moot voor dit ministerie stemmen. Wij vinden dit gewoonweg lasterlijk. Hoe nu, men zal den hoogen God, ^cn heiligen Heer Ohristus aansprakelijk stellen voor al de onwaarheden, voor al de wereldsche prak tijken van de roomsche en antirevolutio naire dagbladschrijvers en redenaars? Aan sprakelijk voor de volto face van man nen nis dr. De Visser en mr. Verkouteren; aansprakelijk voor detoursdcforce van mr. De Savornin Lobman, wiens hou ding meer dan dubbelzinnig Is; aansprakelijk voor al do eerzuoht, welke gedekt moet worden door het uitspreken van do woorden „Geloofd zij Jezus Christus 1" Aansprake lijk voor al de kuiperijen cn transacties, waarmee gereformeerden en jezuïeten aan elkander gekoppeld cn tot een coalitie ge worden zijn... Ten allen tijde zijn er mcnschen geweest, die 't geloof hebben gehaat, nu wordt het ver ach t. Do Kruisvaan is van mole-spoorweg. Plesulent is een gloot man, veel bloed hebben, bloed op do tlecplaok gestloomd als watel." De Mongool, die volgens Chinccschen taalaard niet in staat was de letter r uit te spreken, doch in plaats daarvaD een 1 zette, wreef zich vergenoegd de handen en loenste tevreden naar het slachtoffer van Guiteau. De nabootsing der wonde, 't bloed op den grond vóór het wassen beeld van Gasfield scheen hem veel voldoening te ver schaffen. Mijn vooroordeel tegen het gcclgc- zicht steeg van minuut tot minuut toen hij grijnzend voortging (wij zullen echter de let- terverbastering van den Chinees verder maar over het hoofd zien): „Dit is miss Brand, Amerikaansehe vrouw, heeft haar man ver giftigd, omdat zij anderen wilde hebben. Dat is geen goede moorJ, deugt niet voor wassen-bcelden-kabinet, maakt geen bloed, wa8sen-beeldcn-kabinctteD heLoen veel bloed noodig. Amerikanen zien graag veel bloed Hoe meer bloed, Amerikaansehe gentlemen geven meer cents aan Li Sing voor drink geld." De Mongool bad gelijk, wanneer hij over de voorliefde van het Amerikaansehe publick voor bloed sprak, maar de als het ware ver- liefdo manier van doen, als hij dc nageboot- ste bloedplassen bekeek, was grappig en ake lig tevens. Ik volgde hem op den voet, en wel uitcnk"cl nieuwsgierigheid, om zijn verdere bespiege lingen over de andere tentoongestelde voor. werpen te hooren In de hoogste verrukking schcea een model van de Fransche guillotine hem te brengen. Een zoo goed werkende cn voortreffelijk na gemaakte guillotine had ik t? voren nooit gezien. Op het blok lag, in de kleedeTdracht do torenspits gokaald, en geplant bij do Stembus. Zij predikt niet meer zelfverloo chening maar zolfvcrheffinguiot mcor van 's hemels heerlijkheid, maar van aard- sche maoht spreekt zij tot degenen, die haar voor zich uitdragen, en haar volgen. Indien God ons niet vast hield, vielen wij af, want er zijn dagon gekomen, waarvan gezegd is, dat (indien het mogelijk waro) zelfs de uit verkorenen zouden afvallen van den Hoor. Alom zie ik het heilige omlaag getrokken en ontheiligd, en de Overste dezer wereld heeft rust, want do „gcloovigen" doen zijn werk, en verkondigen alom: „Christus' Konink rijk is van dezo wereld geworden." Wat wij dan wensohen? Do neerlaag van dit ministerie, omdat het ten onzent hel gezag ondermijnt, de zeden bederft, en het geloof tot een aansluiting maakt. Maar moeten wij dan vallen in do bandon van do sociaal-democraten? Ik zio dit vol strekt niet gebeuren. Zij zijn op het oogen- blik .te zeer verdeeld „Maar do liberalen kunnen den steun der socialisten niet mis sen." Gij, die zoo spreokt, welaan helpt ons aan ccn regeering, waarin menscbon zitting hebben, dio eerbied hebben voor God cn bet gezag, cn dio ons niet zullen overleveren evenmin aan dc jezuïeten als aan de sociaal democraten. Do heer Lohman, dio voor 4 jaar door ve len werd gestemd ,dio in hom en zijn vrien den een tegenwicht zagen tegen do uitersten van dr. Kuyper, heeft dezo verwachting ver ijdeld. Het is een satelliet van het ministerie geweest. De „christelijk-historischcn" van zijn gehalte zijn evenmin hot waardig, dat wij hun do teugels van hot bewind toevertrou wen als de zich nocmondc antirevolution- nairen. Geve God, at wij van dio hcilloozo coali- tio worden verlost, cn dat een mcerderhei aan het bewind komc van p.otcstantschc, bokwomo, gematigde mannen, dio het gezag handhaven, cn hun geloof niet maken tot een soort roerend goed, waarin handel wordt gedreven, cn dat den mcnsch cor slcohtov maakt dan beter. Verslag omtrent den toestand en de exploitatie der Stedelijke Gasfabriek te Leiden over 19Q4. Do verbruikte koeveelhoid gedistilleerde kolen ad 28,639,000 K.G. heeft opgeleverd 8,215,620 kub. Moter gas, zijnde per 100 K.G. 28.96 kub. Moter, d.i. 0.62 kub. Meter minder dan in het vorige jaar. D.o gcheolo produotio is met 405,640 kub. Meter of 5.)L9 pOt toegenomen. Over het geheele jaar bedroeg do gemid delde ctmaalproduclió: per retort 217 kub. Meter. De verhouding van dc maand der klcin- sto productie: Juni tot de maand der grootste productie: D.ccmbcr is als 1 tot 2.15. Do grootste hocvoclheid per etmaal is afgegeven op Vrijdag 10 December en wel 37,169 kub. Meter, do kleinste hoeveelheid op Zondag 12 Juni en wel 11,121 kub. Me ter, in welko cijfers het verlies ia begiepon In den gasprijs kwam geen vorandering; dezo bedroeg voor hot gas voor verbruikers volgens gewone meters voor alle doeleinden 5 cent, voor verbruikers volgens muntgas meters 6 cent per kub. Meter. Dc koslenae prij6 is 3,379 cont per kub. Meter. Heb aantal gasmeters, welke het ver bruik registreerden, bestond op 1 Januari 1904 uit 5003 gewone meters (w.o. do tus- sohenmoters) en 2340 muntgasmeters, to taal 7343 stuks met 54,860 mcterlicliton. Ir. 1904 nam het aantal gewone meters too mot 256 stuks, dit aantal bedroeg op 31 December 5259 met 50,281 meterlichten. Onder deze cijfers zijn begrepen 69 zooge naamde tussclvmmelers met 287 meterlich ten. Hot gasverbruik geregistreerd door 6200 meters met 49,99-1 meterlichten hce-ft bedra gen 6,207,881 kub. Meter. Per gewonen me ter is het verbruik 1221 kub. Meter, per metcrlicht 127.1 kub Meter geweest, hier bij is het gemiddelde genomen van het aan tal meters, resp. meterlichten, van 1 Janua ri en 31 December. In 1903 waren dozo cijfers 1227.5 en 127.9 kub Meter. dor achttiende eeuw, een wassen beeld, dat den ongclukkigcn koning Lodewijk XVI voorstelde. Onze gids bood aan, voor vijf dollars do terechtstelling vóór onze oogen uit te boe ren. In een oogenblik was de sorn onder do aanwezige toeschouwers ingezameld. Met een van vreugde stralend gezicht best eg d-. Chi nees hot podium, trok aan het koord cn do bijl suisde bliksemsnel op het hoofd des KoningB ueer. Het was verschrikkelijk om aan tc zien. Gij kunt u geen afgrijselijker aanblik voorstellen. „Groote hemel, maar dat is werkelijk bloed kreet ik ontzet. De afschuwelijko werkelijkheid in de voorstelling benam mij formcol den adem. „Ja, werkelijk bloed I" bevestigde Li Sing, tevreden glimlachend. „Veel bloedLi Sing heeft wassen beeld werkelijk hoofd afgehou wen." Nu volgde dc nauwkeurige verklaring. Hoofd, hals en romp van het wassen beeld vulde Li Sing dagelijks met ossenbloed op, dat hij uit het slachthuis haalde. Het hoofd plakte hij met- was aan den romp vast. Zoo dra nu de vlijmscherpe valbijl neerdaalde, sneed zc den hals door, en ten gevolge van den daardoor ontstaanden luchtdruk spoot het samengeperste bloed als natuurlijk om hoog. Het effect was bepaald van dien aard, i dat het ccn beklemmenden, sterk realisti- 8chcn indruk i aakte; ik werd althans kwö»: lijk tc ii I bij dien griezeligcn aanblik. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1905 | | pagina 5