PERSOVERZICHT. Tweede Kamer. So. 13892. [n een artikel in„Yragen des T ij d s" at mr. J. A. van Gilse na, wat het b e- iud van 'b „christelijk Kabinet" durende het afgeloopen tijdperk voor •derland heeft opgeleverd. De vruchten der sociale politiek van het perbewind zijn, zegt hij, nihil. Geen en- •le sociale wet, in de engere beteekenis woords de „Speelwet" in averecht richting uitgezonderd heeft het Staatsblad" bereikt. Er zijn, bovenal in ■t laatste zittingsjaar, bij de Tweede Ka- wel vele wetsontwerpen ingediend, aar de vraag is, wat aan net einde van zittingstijd der Kamer met kerkelijke rderheid de vruchten zijn der samen- erking van het parlement en het kabinet, dan staat het feit onwrikbaar vast, dat vruchten op het gebied der sociale etgeving volstrekt ontbreken. De ware oorzaak hiervan is, meent ihrijver, eenig en alleen, dat de ernstig;, asto wil ontbrak om op sociaal wetgevend ebied hervormend op to treden, welke dl alleen kan ontspruiten uit het besef der ringende noodzakelijkheid. En dat besef loet zijns inziens ontbreken bij een volks- ertegenwoordiging, op welker samenstel- ng zonder invloed zijn die elementen der evolking, welker maatschappelijke en conomische positie de sociale wetgeving oodzakelijk maakt. Niet slechts het behoud heeft hoogtij ge- ierd, schrijft mr. Yan Gilse verder, zelfs exclamatie van 25 Februari 1903: „Nie- nd wil hier reactieis door het Kabi- t-Kuyper gelogenstraft. De bewijzen nervan liggen zijns inziens voor het grij- Allereerst de aanvulling van het straf wetboek, vooral in den vorm, waarin zij lienzelfden 25sten' Februari werd inge- liend. En verder zegt hij „Is het te ontkennen, dat met de verkla ring van geen reactie te willen niet strookt, om, gebruik makend van een her- :iening van gemeente- en provinciale wet, jeheel buiten het kader van het ontwerp wan een aantal openbare ambten en bedie- lingen de vrouw uitdrukkelijk uit te slui- Om in dezen tijd den gemeentebestu- de handen te willen binden bij het ter- iiand-nemen en behecren van privaatrechte lijke bedrijven? Om een leeraar, op wiens ambtsvervulling geen aanmerking is te ma ten, wegens een onvoorzichtig gebruik zij ner staatsburgerlijke vrijheid te plaatsen woor de keuze tusschen zijn eer en zijn brood; om postbeambten wegens ijverige behartiging van vakbelangen door woord daad, maar zonder eenig ambtsverzüim, met degradatie in den vorm van overplaat- g te straffen, of om het brievengeheim schenden tegenover de schepelingen on- marine? Getuigt misschien niet van den eaclionuairen geost, die de christelijke peering bezielt, het voorstel om in strijd t art. 7 der Grondwet, aan onverant woordelijke postambtenaren het recht van preventieve censuur toe te kennen bij de verzending van drukwerken." Het kabinet-Kuypcr, zegt de schrijver, staat in het tceken van het behoud, en mocht het door de uitspraak der kiezers yoor een nieuwe zittingperiodo worden ge- dhaafd dan zal zelfs de veelvermogende 'premier, ook al wilde hij het, zich daaraan niet kunnen ontworstelen. In tusschen, bedriegen niet de kentceke- ncn, welke mr. Yan Gilse meent waar te 'nemen, dan zal met de tegenwoordige Ka mer ook het kabinet-Kuypcr zijn eindpaal wel hebben bereikt. Er valt nauwelijks aan •te twijfelen, zegt hij, of in gelijke getal sterkte keert de meerderheid der kerkelijke coalitiz in do nieuwe Kamer niet terug. :Tot welke grens zij echter afbrokkelen zal, 'is natuurlijk niet vooruit te bepalen; maar of haar stemmencijfer daalt tot even boven of even onder do 50, met de meerderheid «van een paar stemmen is ccn voortzetting der Kuyper-politiek niet mogelijk. Het zijn t begane fouten, zegt d schrij ver, dio de positie van het kabinet zeer wankel maken. „Het is niet alleen te wijten," aldus schrijft mr.Van Gilse, „aan de trage wijze FEUILLETON. JLïe Baimeliiig. Vot) Maar in het volgend oogenblik bedwong cijn energie dit gevoel van zwakte. Met krachtige armen beurde hij het teedere li chaam omhoog, dat tegen zijn borst leun- jde, droeg het naar de canapé, die tusschen 1de beiclc ramen stond, en viel naast haar 'op do knieën. Toen had ook Elli haar on macht overwonnen. Stilzwijgend sloeg zij de 'prinen om Oscars hals, weende stil in zich- zclven en beantwoordde zijn warme kussen met een drift, alsof zij zich voor alle smar ten schadeloos wilde stellen. Plotseling stond zij op. Met het bewustzijn had ook do angst haar weder overvallen, „OscarOm 's Hemels wilGij hebt het gewaagd hierheen te komen. Gij rekendet Cr op, niet herkend te worden." De pijnlijkste ontroering verstikte haar stem. Haar handen, we zij op zijn hoofd leg- de, werden koud; ha; r cloor tranen verdon kerde blikken ontdekten in zijn door ver driet vermagerd gezicht genoeg, dat haar 'Vrees scheon te bevestigen. Maar neen, daar Vertoonde zich een zonnig lachje op zijn ge laat, ..Stel u gerust, mijn sohat, alles is in or- dc," fluisterde hij haar too en trok haar op nieuw tegen zijn borst: „Ik ben vrij!" Nog begreep Elli volstrekt niet de ware beteekenis van dit woord. Het duurde lang T°rC*k t ^te.rs na honderden slechte half ver- 1 aaibare zinnen en afgebroken opmerkin gen tot een geregeld verhaal van alles, wat van werken van ons parlement welke verontschuldiging „D e Standaard" en haar nabauwers in de kleine anti-revo- lutionnaire pers niet moede worden aan to voeren dat gedurende het afgeloopen viertal jaren in het „Staatsblad' waarlijk niet op het gebied der sociale wetgeving alleen, zoo weinig nieuwe wette- lijke regelingen zijn afgekondigd. De schuld ligt ook en voor een niet onbelangrijk deel bij de Kegeering, die in het eerste tweetal jaren velerlei tegelijk tor hand nam met het gevolg, dat in l et voorjaar van 1903 na dj vaststelling der stakingswetten er voor openbare behandeling niets van eeni- ge beteekenis gererd was, terwijl in de laatste twee jaren de tijd besteed werd aan de Drankwet en de twee Onderwijswetten. De herziening der Drankwet was noodig, omdat zij vóór een bepaalden termijn was voorgeschreven, en, liet men dien voorbij gaan, een toestand van schromelijke ver warring zou zij-n ontstaan. Maar vergelijkt men het verkregen resultaat met den oor- 6pronk.elijken opzet van het ontwerp, dan kan niet worden betwist, dat ook hierbij onnoodige drukte en omslag veel kostbaren tijd hebben doen verloren gaan. En de beide Onderwijswetten? Waren zo nu wer kelijk wel zóó urgent, dat daarvoor alle andere belangen moesten wijken, ook die van hen, van wie reeds meer dan tien jaron geleden dr. Kuyper zoo roerend ver- zekorde: zij kunnen niet wachten, geen dag en geen nacht? Urgent voor de partijen dor meerderheid, ja, dat is wel voldoende aan het licht geliomen, maar ook urgent niet uitsluitend voor het „christelijk volks deel," dooh ook voor hot geheel der Ne- derlandsche „volksgenooten?" Wetten door te drijven, zoo onbetwistbaar partijdig, dat zelfs niet éénc stem der oppositie daarvoor te winnen is onder alle om standigheden en onder allo regeeringen ia dit een fout, welke zich onvermijdelijk wre ken moet. In het regecrlng8belcid heeft dr. Kuyper bovenal twee grooto fouten begaan, waar van onvermijdelijk bij do stembus do weer slag merkbaar zal wezen. Ik bedoel de jam merlijke tragi-oomedie dor zoogenaamde „Buitenhofcrhis" en de vermaarde Ovor- ijsclsche kwestie. In deze twee zakon, die eqn bedenkeldjketi omvang en beteekenis gekregen hebben, beide door do schuld van dij. Kuyper alleen, ia op de duidelijkste wijze aan het licht gekomen, dat oprecht heid niet kan worden gerangschikt onder de eerste deugden van den permanenten voorzitter van hot christelijke kabinet. Door de voortgezette onthullingen van den vriend van mr. Melvil van Lynden in „Het Vaderland" verschijnen do op helderingen van dr. Kuyper, bij de behan deling der interpellatie-Van Kol gegeven, in oen meer dan dubbelzinnig licht, en de bochten, waa. in de premier zich heeft ge wrongen om het. in overeenstemming mot den eerbied voor de kroon te heeten, als aan do Koningin een besluit ter teekening wordt voorgelegd, waarbij bepaald werd, dat iets niet geschieden zou op een reeds ocdert weken verstreken dag, kunnen niets anders dan afkeer gewekt hebben in veler gemoed voor een eersten staatsdienaar, die zich nog wel christen noemt boven anderen. Ook de christelijke zelfverheffing, welke in de oogen der groote massa tot heidenen stempelt allen, die in de politiek hem dur ven weerstaan, heeft vele eerlijke gemoe deren ontstemd. Do antithese der christe lijke cn der moderno wereldbeschouwing, overgebracht op het staatkundig terreinen daar als schoidingslijn aangenomen tus schen dc verdedigers en de bestrijders van het kabinet-Kuyper, heeft velen de oogen geopend voor hot gevaar van een feilen goosdienststrijd cn dr. Kuypers prestige c.a govoeligen knak gegeven." Verder kan het nauwelijks andere, zegt de schrijver, of hot heeft bij vele bewon deraars groote tclcurstellling gewekt, dat een politiek leider en organisator van zóó gioote bekwaamheid en zóó veelzijdige kennis als dr. Kuyper op het gebied van de techniek der wetgeving van zulk een onbeholpenheid heeft blijk gegeven als bo venal bij de behandeling der Drankwet en der Onderwijzers-pensioenwetten aan het licht getreden is. Ook kan het financieelo beleid van het christelijk kabinet, zijns in ziens, onder de kiezers der kerkelijke partijen moeilijk anders dan teleurstelling hebben gebaard. En voorts stipt hij nog aan de schrikbarende verhooging der oor logskosten, waarvan men, zegt mr. Van Gilse, meer dan genoeg begint to krijgeD, niet het minst onder de katholieko bon-1- genooteo. In eon asterisk „Technisch onbe- h o 1 p e n* zegt „De Standaard": Mr. Van Gilse heeft nog eens het versle ten praatje opgerakeld, dat dit Kabinet zich zou geblameerd hebben door t e o h u i- sche onbeholpenheid in de wet geving. Tweeërlei kan hieronder worden ver staan, öf dat de wetsontwerpen technisch niet deugen, óf dat een Minister bij zijn verdediging met de techniek in de war raakt. Het eerste verwijt nu is op zichzelf onge rijmd, om dc eenvoudige reden, dat de tech niek der wet bijna geheel voor rekening komt van diezelfde Departements-amblena- ren, die vroegere ministers gediend hebben. En wat de verdediging betreft, is noch bij de Drankwet noch bij de Pensioenwetten, beide van uiterst ingowikkelden aard, de discussie, gelijk vroeger wel voorkwam, ook maar een oogenblik spaak geloopcn. Van de pensioenwetten betuigde zelfs de oud-hoog- leeraar Van Geer, dat de verdediging van groote kennis van zaken getuigde. Ook bij de eveneens niet gemakkelijke Provinciale wet liep do discussie geen oogenblik vast. Maar wat bovenal opmerkelijk is, in de Hooger-Oo^erwijs-wet is door de Kamer zoo goed als geen enkele technische wijzi ging gebracht. De Pensioenwetten zijn er, wat de techniek aangaat geheel onveran derd doorgegaan. De Lager-Onderwijs. novelle is technisch op niet één punt ver anderd. En de Provinciale wet is zoo goed als precies gebleven wat ze was. Wel onbeholpen, wat het technisoho aan gaat waren daarentegen véle uit de Kamer ingediende amendementen. Denk maar aan de amendementen van de hoeren Roodhuij- zen, Kotelaar en Smeengo„ En wat nog sterker in het oog liep, technisch onhoudbaar zelfs waren de amen dementen van de heeren Treub, Van Kaalte en Drucker op do Provinciale wet. Zóó onbeholpen zelfs, dat heel do pers van hun geestverwanten ze als „ondoordacht" terug wees en den Minister in het gelijk stelde. Toch begrijpt men wel, wat achter dit. alles zit. Spreken kon minister Kuyper wel, en voor algvjmeene beraadslagingen was luj geknipt; maar als het op verdediging van wetten aankwam, dan zou men hem vin den, want van wetgeving wist hij niets af. Dat spelletje is dan ook beproefd, maar ook dit spelletje is falikant uitgekomen Zelfs de Drankwet is geen oogenblik technisch in dc war geraakt en in alle ove rige wetten van aanbelang is zoo goed als niets gewijzigd. Onder het hoofd„Schoolwet en S tomb us" zegt „Do Nederlander": Wanneer 4° lagor-onderwijswet inder daad d o inzet bij do aanstaande stembus ware, ware een besliste overwinning van rechts verzekerd schreven wij onlangs. Do „Arnhemaohe Oourant" vraagt ons, waarom dan ook wij niet aan - dringen op verdaging der bekrachtiging tot na do stembus. Dit {zou immers, naar onze cig.a zienswijze, de rechterzijde in den strijd versterken. Ons antwoord is: Omdat wij een derge lijke wijze van doen innr reele politiek zou den achten. Er is maanden geleden in de pers ver teld, dat het Ministerie de behandeling der lager-ondenvijs-wet opaettelijk tot na de verkiezingen wilde versohuiven (en het ontwerp daarom ook laat had ingediend), ten einde bij de stembus nogmaals dit lokaas aan het volk te kunnen voorhouden en de schoolkwestie opnieuw voor haar zegekar te kunnen spannen. Op dio wijze offerde zij zaken, die haar zelf in het belang des voLks schenen, op aan de po litiek. De-zo bewering behoorde tot die er met hem gebeurd was, kon overgaan. Maar ook toen waren er nog vele stoornis sen van den kant van Elli, die onder den indruk van datgene wat zij vernam, van de eene ontroering in de andere verviel. De gevangenneming van Oscar 1 Koloff en de vorstin MurawinDe verbanning naar SiberiëDe aan het wonderbare grenzende ontvluchting! Weder die Olga Petrowna I Dan Koloffs bekentenis en nu zelfs die van Nathalie Beljusoheffl Zijn zuster de moor denares van Ludeskoy I Dat alles zou wel in staat geweest zijn, ook het helderste vor stand aan het wankelen te orengen. Toen kwamen de jongste gebeurtenissen, de voorvallen van dezen morgen, aan de orde. Nathalie had haar bekentenissen voor den notaris Nikolitsch nog eens willen herhalen Olfers was alleen daarbij tegenwoordig ge weest, om zich voor den vertegenwoordiger der wet als deh tot nu toe doodgewaande te doen erkennen. Koloff was intusschen naar het hotel teruggekeerd. Olfers had gezorgd dat deze geheel buiten het spel bleef en Na thalie had het den broeder niet kunnen wei geren Grogor Dimitrijewitscli te sparen, zoo dat de onbekende medeplichtige van Iwan als sedert lang verdwenen in het verhaal nauwelijks genoemd werd. Toen nu Olfers dcrodmoe in het „Hotel de France" kwam, vloog Koloff hem reeds met dc tijding tegemoet, dat dr. Clovcry was gekomen. De Londensche advocaat was met den eersten trein aangekomen, met twee gewichtige documenten. Koloff viel zijn vriend lachend en weenend om den hals en noemde zich de gelukkigste van al le stervelingen. Olfers kon meer uit zijn gebaren dan uit zijn onsamenhangede woorden gewaarworden, dat Olga Petrowna groep uitlatingen, die, zoo ze van zekeren antir. propagandist komen, „leugens" worden genoemd, maar die in andere go- vallen als vergissingen plegen te worden aangeduid. Zou er nu eohter niet terecht scha van worden gesproken, wanneer het kabi net thans, na de aanneming van do wet, op het motief van een betere kans bij do stembus, deze volrijpc vrucht als lokaas aan den boom liet ben gelen; wanneer zij H. M. adviseerde nog niet te toeken en, omdat vroegere stembus vota geleerd hebben, clat do meerderheid van het volk in do schoolkwestie aanhaar zijde staat, on omdat <zij zonder die schoolkwestie de meerderheid meent te kunnen verliezen? Mag een Begeering op zettelijk een afgedano kwestie aanhangig houden ten einde hieruit politieke munt te slaan? i^Lag zij dit doen, terwijl zij daarmede aan andere kwesties den pas en den wasdom afsnijdt Men bedenke wel, dat de „A r n he m- sche Courant" ons in overweging 'geeft, op dit motief voor aanhouding der zaak te pleiten. Wij meenen, dat dit in die mate ergerlijk izou wezen, dat het misschien zelfs zijn doel zou missen. De kiezers, dio men er mee dacht te winnen, zouden waarschijnlijk voor een groot deel zeggen: als gij do on derwij s-kwestie slechts als instrumon- tum rogni gebruikt, dan achten wij, hoewel ten aanzien van die kwestie op het zelfde standpunt a-la gij, haar in uw han den niet veilig. Voor zulk loos politiek spel staat zij ods to hoog. Wij dachten, dat de bevordering der gewetensvrijheid u ernst was; nu zien, dat ze u slechte een pakkende stembuslous en een voertuig tot electorale triomfen is. Wij bedanken daar voor. Aldus zou men niet zondor grond spre ken. En daarom zou bij zulk een laakbare wijze van doen zelfa het dool allicht wor den gemist. De lager-onderwijs-web als in zet van een stembusstrijd is een machtig cement en e n bezielende prikkel voor riohts. Maar «ij moet den door den loop der omstandigheden t»ob inzeil geworden zijn. H .ar cohter, tegen de omstandighe den in, willekourig en onnatuurlijk tot inzet to maken, ten einde dat voor deel van comont en prikkel to verkrijgen, ware politiek van zulk inferieur allooi, dat zo al heel liebt zelfs het omgekeerde izou uitwerken. In „Do Hervorming" wordt ge zegd: Op den Frioschen Katholieken Landdag heeft de heer Kolkman het woord gevoerd. Hij was daar onder de zij nen en bohoefde zich niet al te zeer to sto ren aan de Calvinistische broeders. Hij heoft daar verklaard, dat de bestaan de Christelijke ooalitie eigenlijk het werk van Schaepman was, die ja ren en jaren lang zijn best heeft gedaan om haar in 't loven to roepen. Dr. Kuyper zou dus teu slotte zijn te rechtgekomen daar, waar dr. Sohaepman hem heen dreef. 't Is mogelijk. Maar ook in '9-1 stonden Sohaepman en Kuyper aan één kant, aan den kant der democratie, zooals die toen belichaamd was in de leuze: vóór Tak. En toen al thans bleek bjj dr. S. niets van een sturen naar den toestand van thans, evenmin als van een gestuurd worden door dr. K. in do richting van heden. Hoe dit zij, uit zulk een woord van mr. Kolkman blijkt intussohon, wat hooge borst de heeren zetten, wetende, dat zij eigenlijk in de coalitie heer en meester zijn. In de „K ei<kölij k o Oourant", Weekblad voor de Nederlandsche Hervorm de Kerk, lezen wij het volgende: Onder hot opschrift: „Do Hervorm de Kerk bedreigd" vindon we in „D e Standaard" een stukje, waarvan wij het volgende overnemen: „Ih do „Kerkelijke Courant" wees de heer N. J. Helders er op, dat in Noord-Brabant enkele kleinere noodlijden- hem alles vergaf en hem naar Londen ont bood. „Ik mag niet oordeelen", had zij ge schreven; „de weduwnaam, dien ik draag, ik door een misdaad gesohandvlekt, die zwaarder weegt dan uw toenmalige afdwa ling, die gij eerlijk geboet hebt." Olfers ontving hierop uit de handen van dr. Clovery het door de Engelsche regee ring uitgevaardigde document, dat hem de wettelijke bescherming verzekerde van zijn uitvinding en van zijn op te richten Londensche maatschappij van hoogovens onder de firma van O. K. Olfers en Co. „En neem ook mijn gelukwenschon aan", had de advocaat hem ten slotte toegevoegd. „Uw hoogoven is door een door de Koning in aangestelde oommissie van des kundigen voor een technische uitvin ding van groote verdienste verklaard ge worden, die een sohitterende toekomst zal hebben." Voor Elli was alles, wat Oscar haar van zijn plannen vertelde, als een droom. Oscar, haar Oscar, het hoofd van een gevestigde firma in Londen .waarheen zij hem als zijn vrouw volgen zou? „En vadc-r?" viel haar in. Zij sprong op, beschaamd, dat zaj door haar eigen geluk, door het wederzien van den geliefde harer jeugd en door dienB verklaringen haar va der en de zorg om zijn onverklaarbaar uit blijven vergeten kon. „Maar, lieve meid, merkt gij dan nog nietslaohte Oscar haar toe. „Papa weet immers alles 1 Het hotel, waar hh heden geroepen werd, was het mijne. Hij weet reeds alles; hij heeft er in toegestemd, dat ik vooruit liep naar u toe, terwijl hij reeds stappen doet om zich voorgoed van hier do protestantsche gemeenten van het Rijk een toelage van 60 tot /(.O plegen te ont vangen en dat bijv te St-Michiels-Gestel deze bijdrage over 190i nog niet is uitbe taald. In het „Utree hts ch Dagblad" wordt door ccn inzender hioruit do conclu Bie getrokken, dat dit wel eens het begin kon zijn van een ministerieele tactiek om do Ned.-Herv. Kerk te benadeelen. En daarom roopt hij de kiczens op, om toch vooral bij do stombus tegen dit gevaar te ijveren. Wat is hiervan nu aan? Vooreerst bevat de „K o r k o 1 ij k e C o ur a n t" zelve reeds het commimi- q u dat er zekerheid bestaat-, dab over 190f alle bijdragen aan deze kerken, even als vroeger, zullen worden uitbetaald. Maar in de tweede plaats had do vertra ging een zeer deugdelijke oorzaak. Het was namelijk gebleken, dat uit do vcor deze bijdragen bestemde som in meor dan één geval niet do waarlijk noodlijdon- do gemeente geholpen werd, maar dat deze er van verstoken bleef, terwijl een andcro gemeente, die het niet noodig had, het kreeg. Dit nu heeft tot ccn nader onderzoek ge leid, om, op grond van juiste gegevens te bepalen, hoe de som verdeeld moest, om te zorgen, dat wie het 't meest noodig had, geholpen werd. Er is alzoo geen kwestie van, ook maar één cent minder te betalen; maar alleen om het zóó te verdeden, als het meest doel kan treffen." Het person co 1 dor Landsdruk kerij. Een wetsontwerp is ingediend, waarbij maatregelen worden voorgesteld om do po sitie van het goheelo personeel der lands drukkerij gelijksoortig te maken. Thans zijn namelijk alleou dc werklieden en bedienden, die nil 30 Mei 1903 worden benoemd van een vaste aanstelling voor zien, terwijl de vroeger gestelden rlcchts tijdelijk zijn aangenomen. Dc Regeering wcnscht nu den onderen werklieden ook een vaste aanstelling tc ge ven en hun alzoo aanspraak op pensioen te verschaffen. Zij stelt daarom voor hot bestaando Zie ken- en ondersteuningsfonds op te heffen, de baten in de schatkist te storten en do verplichtingen, welke thans op dat fonds tegenover vroegere leden rusten, over to noraon. Het wetsontwerp behelst dan ook in do eerste plaats dc noodige voorzieningen om trent de opheffing van het zieken- cn on dersteuningsfonds. De over to nemen ver plichtingen bestaan in eon wekelijks» e uitkccring tot een maximum van ƒ8 aan hen, die door hoogen ouderdom of door gebre ken verplicht waren hun werkzaamheden te staken. Op 1 Januari 1905 was uit dozen hoofde een bedrag van plus minus 10,<1*3 's joars verschuldigd, een obligo intusschen dat snel afneomt. Een algemecne vergadering van de togen woordigo loden van hot zieken- en onder steuningsfonds verklaarde zich met dc nu voorgestoldo regeling eenparig ingenomen. De voor pensioen geldige vroegere dienst tijd zal voor de verschillende belanghebben den worden vastgesteld en hun zal met in gang van den dag, waarop do voorgestelde wet in werking treedt, een vaste aanstel ling worden verleend. Voorts zal hun uit do begrooting der Landsdrukkerij een toela ge worden verleend, ter vergoeding voor hetgeon als bijdrage voor eigen pensioen op hun bezoldiging wordt ingehouden. Voorgesteld wordt de nieuwe regeling in werking t© doen treden op 1 Juli 1905. Hel oplrerien der llaarlemsclie poltiie. los te maken." „Hij gaat natuurlijk met ons mede 1 ju belde Elli. „Dat spreekt vanzelf. Hij moet immers de leiding der kantoorzaken op zich nemen, daar ik mij geheel en al aan het technische bedrijf wijden moet." In den namiddag kwam in do woning der weduwe Beljuscheff in de Rostdest- wensky-voorstad de commissie van het go- reoht om naar aanleiding der verklaringen van den notaris Nikolitsch de bekentenis dier vrouw te hooren. Men had er zich reeds op voorbereid, een zieke to vinden, die naar bot misdadigershospitaal moest overgebracht worden. Doch de arts der po- lf/bije constateerde eejn yergiftiming 'dooT. morphine. Wel was de dosis morphine, die een gezond lichaam zou ondermijnd heb ben, niet toereikend geweest do daaraan gewende zieke oogonblikkelijk te dooden, maar zij kwam niet wedor tot bewustzijn. Twee dagen later overleed zij in het zieken huis. Olfers vertoefde met zijn lieve kleine vrouw reeds lang te Londen, toen hem het bericht van het St.-Pctersburgcr bestuur bereikt©, dat hij als de eenige bloedver want yan Nathalie Paulowna de erfge naam van haar aanzienlijke nalatensohap was. Maar hij aarzelde geen oogenblik van dit door woeker verkregen vermogen af te zien. Hij droeg dr. Clovery en den curator der nalatenschap, den notaris Nikolitsch te St.-Petersburg op, een inrichting te stich ten, die eensdeels aan onbemiddelde stu denten en in nood geraakte kleine beamb ten en kantoorbedienden ten goede zou komen .en anderdeels aan hulpelooze wedu wen tot ondersteuning zou dienen. Aan den Minister van Binnenlandsche Zaken is het volgend schrijven verzonden door het bestuur dor Sociaal-democrati sche Arbeiderspartij te Haarlem. Door de verceniging was tegen den SOstcn Mei een huishoudelijke bijeenkomst be legd, toegankelijk voor leden en enkele personen, naartoe speciaal uitgenoodigd. In den loop van den uag, waarop 's avonds onze bijeenkomst zou plaats heb ben, vervoegde zich bij den kastelein van het gebouw, Smedestraat 43, een inspec teur van politic. Deze vraagt aan den per soon, die tijdelijk den kastelein vervangt, of dc vergadering openbaar zal zijn. Toen hem medegedeeld werd, dat dc vergade ring huishoudelijk zou zijn, vroeg hij de zaal, waarin de vergadering zou worden gehouden, te mogen zien. Dat werd hem vergund. Daarop zei de inspecteur, dat tot de bedoelde vergadering niet rnccr dan tachtig personen mochten worden toegela ten. Daar noch de wet noch plaatselijke ver ordening der politic opdraagt ccnigcrlcf toezicht op huishoudelijko vergaderingen, speciaal wat betreft het aantal bezoekers, constateorcn adressanten ccn ongerechtigd, eigonmachtig optreden der politie. 'b Avonds tegen het uur der vergadering werd een agent van politie geposteerd voor het gebouw waar de huishoudelijke verga dering zou plaats hebben. Een inspecteur van politie was ook in de nabijheid. Do agent van politie hield ieder persoon, die in dat gebouw wilde binnengaan aan, vroeg hem waar hij heenging cn was het antwoord, dat men de vergadering wilde bezoeken, dan werd geëischt dat m^n een uitnoodi- gingskaart zou vcrtooncn. Dit geval staat niet op zich zelf. Itccd» meermalen belemmerde de politie op déB- gelijke wijze huishoudelijke bijeenkomsten. Adressanten roepen 's Ministers tusschen- komst in.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1905 | | pagina 5