Stoomtram ent GERARD M. DEE, Openbare Verkooping Te huur aangeboden: P. STOEKE, Nestjes storen. ONZE WEDSTRIJD. De zestienjarige Frederik Hendrik. Anekdoten. Vervolg Advertentiên. diverse Tasschen, enz. SOEP, JPapenstraat 4. Leiden-Voorschoten- Veur (Leidschendam) Voorburg's-Graven- hage. J. J. SLEIJSER, Leiden, AGENT. Breestraat 28. So. 13830 Auno 1005 RUBRIEK VOOR DE JEUGD. Vlak tegenover het vemstei: mijner werk kamer verrijst het lage dak van een ouder- vetschen bakkeiswinkel. De eigenaars zijn er rijk en oud in geworden en worden door hun buren om hun zindelijkheid geroemd; maar hoczeei; ik die deugd ook bewonder, telkens als de lieve lente in aantocht is, zou ik heel wat geven om hen iets van hun netheid te zien afleggenwant deze be zorgt mij donkere voorjaarsdagen, juist als de zon weer glansrijk de aarde koestert en ide natuur uit haar langen winterslaap ,wekt. Helaas I helaas I uwaze kleine zwaluwen hebben iet-s aantrekkelijks gevondon in den gevel dier onherbergzamo woning en, jaar óp jaar, a's zij pat' weei haar nestje daar tegen hebben gebouwd, verschijnt de kribbi ge bakkerszuster met een emmer en een glazen spuit en begint uit all© macht het broze huisje van klei en titroo te bestoken met water. Maar de trouw© vogeltjes, die reeds hun eitjes: bewaken, doorstaan die beproeving en het nestje ook. Toch verwij dert de vrouw zich grinnikend van pleizier. Zij weet dat zij het sein gegeven heeft voor andere vijandelijkheden. De straatjeugd is inderdaad maar al te blij haar in haar ver nielingswerk te helpen. Dag op dag, bij het naar sohool gaan, werpen nu verscheidcno bengels steentjes naar omhoog. Het nestje biedt lang weerstand, te lang zelfs, want er zijn al mooie kleine jongen in, als het eindelijk neertuimelt en hen doodt in zijn val. Daarna doet het pijn de oude zwaluwen om de ledige plaats te zien rondfladderen, zich vastklemmende aan hot houtwerk, tjil pend van verdriet. Elke lente is het de zelfde geschiedenis. De arme vogels worden niet wijzer, de vrouw en kinderen niet barmhartiger. Wat hier tegen schuldelooze dieren mis dreven wordt, het geschiedt ook onder menschelijke wezens. Nestjes storen komt zoo dagelijks voor, dat men er bijna niet meer op let en toeh is het iets heel ern stigs. Weet, op welke wijze men daarmede begint! Men behoeft nog niet te doen als die stoute jongen mij maar al te goed bekend die eens, in een drukke stad, plotseling een communie-kind (dat voor hem uit liep, trotsch op haar fonkelnieuw pakje, haar opgevouwen zakdoek en haar langen sluier) oppakte en, ondanks haar gespartel en het gegil der moeder onder de vele stralen eener sproeikar hield 1 Och neen, er is ook een nestjes-storen in hot Hein en dat komt vaker voor. Een meisje z^-l potsierlijk zijn o^jgadirkt, maar geloo- ven, dat de ouderlijke smaak baar tot een toonbeeld van smaak maakte en nu komt een ander kind haar vertellen hoo gek zij er uitziet. Opeens is haar zon verduisterd, voelt zij zich doodongelukkig. Er zijn kin deren, on ook volwassenen, die nooit kun- toen nalaten, wanneer en ander een nieuw kleedingstuk draagt, hem te verkondigen, dat het leelijk of ouderwefcsch is. Wanneer men op sohool een eersten prijs heeft gekregen en nog van blijdschap dui zelt, komt er allicht één stem ons toefluis teren, dat die onderscheiding ons alleen te beurt viel, omdat de hoofdonderwijzer een gunst van onzen vader of oom, of voogd wenscht to krijgen; en weg is dat genot 1 Heeft men vriendschap gesloten met iemand en is i-.cn do wereld te rijk, in de overtuiging, dat men een trouw hart ge vonden heeft, dan heeft een of ander al spoedig ,,in ons eigenbelang en onder de diepste geheimhouding", ons toe te vertrou wen, dat de vriend of vriendin zich onlief Over ons uitlaat achter onzen rug cn... men moge weigeren het te gelooven, toch is de band losgeknoopt, denken wij steeds aan dio waarschuwing, zijn wij achterdochtig ge worden. Onze vreugde over dio gehecht heid is voorbij. Later in uw leven zult gij ontdekken, dat er menschen zijn, die gij nooit kunt ontmoeten zonder dat zij u ontevreden stem men met uw lot, uw omgeving, eigen haard en al wat u lief ia Het zijn de opgegroei de kinderen, die reeds op school hun ka meraadjes ongelukkig maakten over hun kleeren en andere kleine dingen. Dat alles is nestjesstoren. Wie zich daar aan schuldig maakt, oud of jong, moest een lichamelijke afstraffing ontvangen, welke anders slechts voor zeer stoute kleine kinderen is weggelegd, opdat de schande hen van dat euvel genas; want er zijn wei nig gebreken, die zulk een wreed werk ver richten. De vreugde van anderen moet ons reeds vroegtijdig heilig zijn; wij moeten ons weten te verheugen in hun geluk, ook al mogen wij dat zelf niet deelen; het eer biedigen, het verdedigen desnoods tegen anderen. Mevrouw Booth, de stichtster van het Heilsleger zag eens een etevigen jongen een klein hondje mishandelen. Toen haar ver zoek om het dier met rust te laten niet hielp, bracht zij den knaap een paar flinke tikken met haar parapluic toe, terwijl de geredde hond wegsnelde. „Noem je dat bekcering?" sohreeuwde de jongen. „Neen, leering!" luiddo het antwoord. Gebruikt geen parapluie, lieVo leeers; maar laat toch evenmin toe, dat men in uw bijzijn nestjes Btoort. rik Hendrik deel aan dien strijd te laten nemen. Voor een jongeling van die jaren rekende hij dezo taak veel te zwaar. Hij was deswege voornemens, hem intijds met de schepen te laten vertrekken, en hem al- zoo in veiligheid te stellen, ook tot ge ruststelling van diens moeder Louize de Colligny. Om zijn broeder te bewegen, hem te ver laten en zich op een dor schepen te bege ven, maakt hij hem bpkend met do ge duchte en bloedige neaerlaag, welke graaf Ernst Casimir van Nassau pas had gele den, en op hot ontzettend grooto gevaar, waarin zijn eigen lege» zich thans bevond, vooral zoo het eens overwonnen werd, de wijl er dan geen'kans bestond, aan het vijandelijk zwaard to ontkomen. Yol aan doening en met do levendigste kleuren steldo hij hom voor oogen, hoezeer zijn moeder hem zou beweenen, zoo hij mocht sneuvelen, en hoe noodlottig het voor Ne derland zou zijn, indien zij beiden het le ven verloren, on or dan dus geen geschik te opvolger voor hem zou zijn. Hoogst roe keloos noemde hij het van zijn broeder, het vaderland en zichzelven aan dit grooto gevaar bloot to stellen. Dit alles baatte niets. „Ik wil met u le- Wanneer ge dit opschrift leest en het plaatje aandachtig bekakt, dan zult go wellicht zeggen: „Wat moet lk daar by maken?" Geduld, boste kinderen; ik zal u vertollen wat dez n keer myn bedoe ling ls. Ge ziet op de plaat een heertje met een hoogen hoed op het hoofd, den ransel op den rug en leunende op zfjn stok, terwyi hy ln druk gesprok is met oen boer in de kleederdracht van vele jaren terug. Ge moet weten, dat in de oudetyden, toen er nog weinig scholen waren, do jongens, als zy een handwerk geleerd hadden, met pak en ransel de wyde wereld werden ingezonden om te trachten een baas to vinden, by wien ze zich als leerjongen konden verhuren. Geld hadden ze maar weinig op zak en onderweg, als zy do dorpen door trokken, waren de boeren hulpvaardig genoeg, om hun een maal te verschaffen en 's nachts een plaatsjo in de hooischelf of in den stal te geven. Op dit plaatjo ziet ge een wakkeren jongen, die aan den ryken boer, die hem straks aan den disch zal noodigen, eon omstandig verhaal doet van hetgeen hom op zyn reis is wedervaren. ISu moet gy eens trachten een opstel te mak6n ter grootte van 1 h 2 zydjes van oen gewoon schiift, waarin gy het een en ander vertelt, dat gy denkt dat zoo'n armen knaap alzoo op reis ia overkomen; ook moogt ge er naar verkiezing een gedichtje by maken. GU hebt met de inzending hiervan den tyd tot Dinsdag over acht dagen, terwyi de aardigste bydragon zullen worden opgenomen en met een prysje bekroonden nu aan het werk. MARIE VAN AMSTEL. Prins Maurits even als een der grootste veldheeren van Europa heeft uitgemunt, niet minder roem verwierf zijn broeder Frederik Hendrik. Als 16-jarig jongeling gaf hij reeds bij den slag van Niouwpoort dc schitterendste bewijzen van dapperheid en edeion moed. Om dezen onder zijn toezicht in de krijgskunst te oefenen, had Maurits hem uit Leiden tot zich laten komen, opdat hij als zijn vermoedelijke opvolger, reeds zoo vroeg mogelijk bekwaam daartoe zou zijn. Nadat Maurits zijn krijgsvolk door de haven van Nieuwpoort had laten trekken, en hij het, den 2den Juli 1600, daar op het strand in slagorde geschaard had, om een bcsli'ssenden slag tegen den vijand te wagen, was hij voornemens, do schepen te doen vertrekken, opdat zijn soldaten des te meer do noodzakelijkheid zouden inzien, dat zij thans getrouw moesten blijven aan do leus: „overwinnen of sterven", dewijl er geen mogelijkheid bestond tot ontvluch ten. In dit hachelijk oogenblik vond hij, dat het veel te roekeloos zou zijn, Fredc- ven en sterven en verwacht van den He mel geen ander lot dan het uwe", dit was het moedig en beslissend antwoord van den jongeling, wiens oogen met tranen ge vuld waren. Maurits vond toen geen reden meer, zich tegen dit edel besluit te verzetten. Na don dierbaren broeder hartelijk te hebben omhelsd, schonk hij hem zijn eigen wapen rusting en stelde hem aan het hoofd van het uit oude gediende Walen bestaande regiment. Eer de strijd aanving, vermaan de Frederik Hendrik hen t-ot dapperheid. Niet tevergeefs ontvingen zij die aanspo ring uit den mond van den jeugdigen held. Hoe heet de strijd ook mocht zijn, zij toonden overal den voorbeeldigsten heldenmoed cn de onwrikbaarst© standvas tigheid. Hierdoor brachten zij veel toe tot de schitterende overwinning, door Maurits op Vlaanderena strand bovochten en eeuwen later nog geroemd als een meester stuk zijner krijgskundige talenten. Een deel der lauweren over deze zegepraal kende hij terecht toe aan den voortreff cl ij ken jongen held, die thans gelukkig in de armen zijner verheugde moeder mocht te- rugkeeren, en van wien bij ten volle durf de hopen, dat hij eenmaal zijn waardige opvolger zou worden in de zorg voor het lieve vaderland. Deze belangrijke overwinning was nau welijks behaald, of Maurits steeg van het paard, knielde neder en, onder het stor ten van dankbare tranen, dankt hij God, dat Deze zijn bede verhoord had, vóór den aanvang van den strijd aan Hem opge zonden. ln plaats van zich toen de hoogst noodi- ge rust te gunnen, zwierf hij den gebeelon nacht op het slagveld, om te zorgen, dat de gekwetsten zoo spoedig mogelijk ge holpen werden. Zoo lief had hij zijn solda ten. Na Maurits dood vervulde Frederik Hendrik niet alleen 'de gekoesterde ver wachting, maar in eenige opzichten over trof hij zelfs zijn broeder. Aan deze beide helden uit het Huis van Oranje-Nassau had Nederland de grootste verplichting in den tachtigjarigen worstelstrijd voor de vrijheid. EEN LEG£1NB£. Er leefde eens, zoo verhaalt een legen de, een prinsesje, dat zich vaak neerslach tig gevoelde. Zelfs dan wanneer het gan- sche hof feest vierde of van vreugde ver vuld was, was zij gewoon de eenzaamheid op to zoeken en zich to verdiepen in de somberste gedachten. Op zekeren dag was zij uit het paleis verdwenen, wat een al gemeerde opschud ding teweegbracht; men vroeg zich slechts af wolken weg het prinsesje toch gekozen kon hebben en hoc men haar weder ach terhalen zou. Intusschen zwierf de prinses langs oen zelden betreden pad voort, met het dool een man te zooken, dio algemeen bekend was om zijn wijsheid Na een vermoedenden tocht in de hitte van de zon, bereikte zij '6 grijsaards hut, welke in het diepst van een woud was gelegen. Zij trof hem thuis en wendde zich aan stonds tot hem met de vragen: Waar kan ik de Bloem der Liefde vin den, en wien behoort zij toe? Waarom wilt gij dio bezitten? vroeg de oude. Mijn driftig en opvliegend karakter ver woest al mijn geluk, gaf hot prinsesje ten antwoord, en men heeft mij gezegd, dat ware liefde mij daarvan genezen zal. Daar om wil ik die schoone bloem verkrijgen. Zij zal mij helpen goed te worden. Do weg daarheen is lang cn vermoeiend, antwoordde do wijze man. Velen hebben den pelgrimstocht der waarheid onderno men, die omkwamen onderweg. De zekerheid «voor mijn moeite beloond to zullen worden, zal mij kracht schenken te volharden, gaf het prinsesje ten ant woord, maar waarom moet ik mij naar de bron der waarheid begeven Omdat gij alleen door neer to blikken in haar heldere diepte tot do ontdekking komen zult waar do bloem, die gij zoekt, is te vinden. Ofschoon wol een weinig teleurgesteld, meende het prinsesje toch niets beters to kunnen doen dan haar tocht naar de bron der waarheid aan te vangen on begaf zij zich daartoe op weg, met het vaste besluit zich door niets af te laten leiden, maar recht op haar doel af te gaan, tot zij dit had bereikt. Zoolang do zon nog heldere stralen af- wiorp, viel de tocht haar vrij gemakke lijk en kostte het haar niet veel inspan ning goedsmoeds te blijven, maar toen de weg ongebaand en vol steenen werd en de avondnevelen neer begonnen te zinken over het dal, waar zij doorheen trok, over viel haar een gevoel van groote verlaten heid en had zij alle moeite haar tranen te weerhouden. Ten slotte werd het zoo koud, dat liet prinsesje, dat zich op een steen had neer gezet, om wat uit te rusten, gedwongen was weder op to staan, om haar zwaren tocht te vervolgen, wilde zij niet bevrie zen. Do scherpe 6teencn hadden spoedig haar fijne schoentjes doorboord en met elke nieuwe schrede deden haar voeten haar meer pijn. Ware zij dan ook niet be moedigd geworden door een vriendelijk licht uit een afgelegen hut, dan valt het t© betwijfelen of zij zich nog veel langer voortgesleept zou hebben. Toen zij aan de deur der kleine hut ge komen was en deze open zag staan, trad zij binnen en liep in hot halfduister voort om to zoeken naar het een of ander meu bel, waarop zij zich nederzetten kon. De kamer was geheel ledig, met uitzondering van een paar houton banken, dio het^ gansche ameublement uitmaakten. Plotseling hoordo zij buitenshuis voet stappen weerklinken en op den drempel vortoondo zich een oude vrouw met een mager gezicht vol rimpels. Ik ben op weg naar do bron der waar heid", zoide het prinsesje, in antwoord op haar vragenden blik. „De bron der waarheid is in den tuin daarginds", sprak de oud© vrouw, „en nacht en dag bewaak ik die plok, opdat niemand er buiten mijn weten bij zal ko men. Maar voordat ik u vergun haar te genaken, moet gij mij trouw dienen, tob die arbeid u lief geworden is. Daarna en Blechts daarna zal het u vergund zijn in do bron neer te blikkon en te zien wat op den bodem ligt." Dus bleef het prinsesje vele, lange we ken de hut bewonen en spande zij al haar krachten in om trouw al het work to ver richten, dat haar opgedragen werd. Dag op dag werd het prinsesje beter, met het uur werd zij gewilliger tot den' arbeid en hoo zwaar de tank ook mocht wozen, waarmede zij werd belast, nooit 4 kwam een klacht over haar lippon. Op zekeren dag blikte de oude vrouw, haar aan en, terwijl zij een gouden sleu tel uit den zak te voorschijn haalde, zeido zij: „Kom mede naar do bron dor waarheid en gij zult eindelijk verstaan wie de cige- naars ziin der bloom, die gij wenscht te bezitten." Tc zamen begaven zij zich langs een' kiezelpad naar de bron. Terwijl de oudd vrouw top eenigen afstand staan bleef, liep het prinsesje door en knielde neder aan den zoom der bron, om verlangend in haar heldere diepte to staren. „Ik zie een bloem! O, wat is zij prach tig!" riep zij uit. „Ts het die, wolke ik! zoolang gezocht heb?" „Ja", antwoordde de vrouw, en zij bo- hoort u toe Gij hebt haar verdiend door, zelfverloochening on geduld cn het op zijde zetten van uw eigen wcnschen, het is uw eigen ziel, welke door de bron wordt weerkaatst Waardeer en bewaar dia schoone bloem," (Ingez. door M aartje Sibbcs, te Leiden). Op weg naar school zegt Jan tot Johan-.' na: „Ja, als ik later met jo trouwen zai, moet ik eerst weten wat je meekrijgt." Johanna: „Eiken dag twee boterhammen met kaas." (Ingez. door Polly, te Leiden.) Marie (10 jaai), die met haar pa voor het eerst buiten logeert en in een weiland! wandelt: „Zie nu toch eens, papa, hoo zachtmoedig dio koeien er uitzien; zou men ze in staat achten dc melk to verval» schon Onderwij zeros: Het gebeolo lichaam van een mensch wordt door bloedaderen door sneden. Jantje, hoo hcoten die dingen nur die je daar op je hand ziet?" Jantje: „Wiatten, jufl" (Ingez. door Gretha Kurrels, te Leiden). Een knaapje zei aan moeder, dat hij een paard op zijn lei zou teekencn. Toen de afbeelding niet geheel natuurtrouw geluk te, en vooral de hals buitengewoon lang uitgevallen was, schreef dc knaap er on- dei „Dit paard is een giraffe." Strenge koude. Hoe koud is het wel aan dc Noordpool vroeg oen onderwijzer aan een van zijn leerlingen. Lansanne (Zwitserland).- Pension-fr.millo voor jonge Dames. Mr. le Pasteur et Madame Thélin. 2388 3 (om contant geld) van een gedeelte Tan een goed onderhonden Inboedel, ten Slorfliuize van Mejuffrouw M J. PFEIFFER, te Leiden, aan de Breostraat No. 163, op Dingdag 28 Klaart 1905, dos voormiddags te ÏO uren, ten overstaan van do Notarissen KAISER VIJGH, te Leiden, bestaande ln: Eikenhouten Kabinet, Zilverkast mot Spiegel, Bonheur du Jour, Mah. Ledikant, Eikenhouten dito (beide met Gordynon) Eiken Kleerkasten, Canapé met Stoelen, Sofa met Stoelen, Fautoulls, Stoelen, Mah. Tafels, waaronder ook met ronde Marmeren Bladen, Kap tafel, Speeltafels, Bloemtafel, Fan- talsie Tafeltje, Brandkast, Spiegels, waaronder een prachtig bewerkt en geslepen, staando draaiende Spiegel, Thoobladen, waarby één met Zilveren Rand, Tochtscherm, Haardscherm, Gaskronen, Kachels met Koper ge monteerd en Koperen Kachelplaten, Mah. Theestoven, eenig Antiek en hetgeon verder ten verkoop zal wor den aangeboden. Te zien: Maandag te voren van 10 tot 4 ur©n. 8015 84 W iskissiel®. Ondorgeteekonde hoeft nog eenige uren beschikbaar tot het geven van onderwys in Wisknnde. J. M. KOOLHAAS, Leeraar M. 0, 2634 8 Hoogewoerd 173. GROOTE SORTEERINQ Solide D. VAN ZANTEN, Steenstraat 13. Koffermakery. 2639 8 twee net gemcnblleerde Ha mers met vrooiyk en riant uitzicht en van allo gemakken voorzien, ook gelegenheid om kolüo te drinken én tot plaatsing van nette Com mensalen, legen blllyken prys. Wed. SLEGTENHORST Oude Vest 33a. OOSTMEIJER. 2478 11 dagelijks verkrijgbaar k 20 Cents per portie. 6902 6 Tarief voor Goederenvervoer. BosloSgoed: 0-5 K.G. O.IO, 5-10 K.G. ƒ0.15, 10-30 K.G. ƒ0.30, 30 25 K.G. ƒ0.31, 35-30 K.G. ƒ0.32, 30-35 K.G. ƒ0.33, 35-40 K.G. ƒ0.24, 40—50 K.G. ƒ0.35, 50-60 K.G. ƒ0.30, 60—70 K.G. 0.37, 70-80 K.G. ƒ0.38, 80-90 K.G. ƒ0.39, 90-100 K.G. ƒ0.30. In dit tariel ia het loon voor het aan huis bezorgen in de kommen der gemeenten begrepen; voor de buitenwijken wordt ƒ0.05 extra berekond. Vrachtgoed: Voor de eerete ÏOO K.G. 0.15, voor elke 100 K.G. meer ƒ0.13. 1942 i2 Vrachtgoed moet door den afzender worden geladen en door den geadresseerde afgehaald. Een nette Juffrouw van buiten, P. G., 37 jaren, uit den netten burgerstand, vraagt ©en betrekking als Huishondster, hoog 6alaris geen vereischte. Br. Bur. van dit Blad onder No. 2948. 6 Leidsche Stoomverver y Oe ondergeteekende blijft zich minzaam aan bevelen voor alle soor ten Meubel- en Staatsie- gordijnen, Trijpen en Pluches, ook aile andere goederen; daar geheel door eigen personeel wordt gewerkt, zoo is concurreeren tegen deze onmogelijk. 2726 21 Haarl.straat 223. HARTESTEEG 2. Kastpapier, Kasirarsdeia en alle artikelen voor de schoonmaak. 2934 10 Hoogewoerd 17. Gevraagd voor Leiden cn Om- strokon: een solide AGENT, voor den verkoop aan particulieren, van uitstekend bekend staando Naai machines, contant en op afbelaling, tegen Iiooge provisie. Franco Brieven aan bot Bu: ooi ran dit Blad onder No. 3003. Per Liter. Likeuren f 0.45 Grenadine B 0.50 Jenever 0.70 Brandewyn 0.72 Nieuw Rood„ 0,70 Punch 0.80 Cognac 0.90 Boerenjong^ 0.90 Oude Boll 1.05 Per Flesch. Bessenwyn f 0.35 Meiwyn a 0.45 Roode Wyn 0.50 Madera 0.50 Roode Port 0.55 Witte 0.60 Malaga r 0.80 Advocaat 0.80 Vermouth 0.80 2930 11 suet freewheel esa twee veSgremsnen voor Het OUDSTE en BESTE merk in de geheele wereld. 3027 60

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1905 | | pagina 5